Rosemount 3051S druktransmitter, 3051SF flowmeter Snelstartgids

Rosemount 3051S druktransmitter, 3051SF flowmeter Snelstartgids

Hieronder vindt u beknopte informatie voor druktransmitter 3051S, flowmeter 3051SF. Deze apparaten zijn ontworpen om druk en flow te meten en te regelen in een industriële omgeving. Ze zijn geschikt voor diverse toepassingen, zoals procescontrole, veiligheidssystemen en onderhoud. De apparaten zijn uitgerust met een FOUNDATION™-fieldbusprotocol, waardoor ze eenvoudig kunnen worden geïntegreerd in bestaande automatiseringssystemen. Gebruik deze handleiding om de installatie te starten.

advertisement

Assistant Bot

Need help? Our chatbot has already read the manual and is ready to assist you. Feel free to ask any questions about the device, but providing details will make the conversation more productive.

Rosemount 3051S druktransmitter, 3051SF flowmeter Snelstartgids | Manualzz
Snelstartgids
00825-0111-4805, Rev EA
November 2014
Rosemount 3051S-serie druktransmitter en
Rosemount 3051SF-serie flowmeter
met FOUNDATION™-fieldbusprotocol
Snelstartgids
November 2014
MEDEDELING
In deze gids staan elementaire richtlijnen voor Rosemount 3051S transmitters (zie de
naslaghandleiding 3051S [publicatienummer 00809-0100-4801 en 00809-0200-4801]).
Er staan ook elementaire elektronicarichtlijnen in voor de 3095SFA (naslaghandleiding
publicatienummer 00809-0100-4809) en 3095SFC (naslaghandleiding publicatienummer
00809-0100-4810). Er staan geen aanwijzingen in voor diagnostiek, onderhoud, service of
probleemoplossing.
Deze handleiding is op www.rosemount.com eveneens in elektronisch vorm beschikbaar.
WAARSCHUWING
Explosies kunnen ernstig of dodelijk letsel veroorzaken.
Verwijder de deksels van de transmitter in een explosiegevaarlijke omgeving niet als
er spanning op het circuit staat.
 Beide transmitterdeksels moeten volledig gesloten zijn om aan de vereisten voor
explosieveiligheid te voldoen.
 Zorg dat het instrument wordt geïnstalleerd met gebruik van intrinsiek veilige en
niet-vonkende bedradingsmethoden.
Lekkage van het procesmedium kan leiden tot lichamelijk en zelfs dodelijk letsel.
 Gebruik om proceslekken te voorkomen alleen de O-ring die speciaal is ontworpen voor
afdichting in combinatie met de bijbehorende flensadapter.
Elektrische schokken kunnen ernstig of dodelijk letsel veroorzaken.
 Voorkom aanraking van de draden en aansluitklemmen. De draden kunnen onder hoge
spanning staan, die elektrische schokken kan veroorzaken.

MEDEDELING
Inhoud
Monteer de transmitter . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3
Labelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7
Overweeg of de behuizing gedraaid moet worden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8
Sluit de bedrading aan en schakel het apparaat in . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8
Controleer de configuratie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
Trim de transmitter . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
Productcertificeringen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13
2
Snelstartgids
November 2014
Stap 1: Monteer de transmitter
Toepassingen voor vloeistofmetingen
1. Breng tappunten aan in de zijkant van
de leiding.
2. Monteer naast of onder de tappunten.
3. Monteer de transmitter met de
aftap-/ontluchtingskleppen omhoog.
STROOMRICHTING
Toepassingen voor gasmetingen
1. Breng tappunten aan in de boven- of
zijkant van de leiding.
2. Monteer naast of boven de tappunten.
STROOMRICHTING
ST
RIC ROO
HT MING
Toepassingen voor stoommetingen
1. Breng tappunten aan in de zijkant van
de leiding.
2. Monteer naast of onder de tappunten.
3. Vul de impulsleidingen met water.
STROOMRICHTING
3
November 2014
Snelstartgids
Paneelmontage
Buismontage
Coplanar™-flens
Traditionele flens
Inline
Behuizingen
PlantWeb®
4
Aansluitkast
Extern gemonteerde display
Snelstartgids
November 2014
Overwegingen m.b.t. boutbevestiging
Als voor de installatie van de transmitter montage van procesflenzen, verdeelstukken of flensadapters vereist is, dient u met het oog op optimale prestatiekenmerken
van de transmitters deze montagerichtlijnen te volgen om een goede afdichting te
waarborgen. Gebruik uitsluitend de bouten die met de transmitter worden meegeleverd, of bouten die door Emerson als reserve-onderdeel worden verkocht.
Afbeelding 1 is een afbeelding van veelgebruikte transmitterinstallaties, met vermelding van de boutlengten die voor juiste installatie van de transmitter vereist zijn.
Afbeelding 1. Veelgebruikte transmitterinstallaties
D
C
A
44x x57
mm (2,25
inch)
2.25-in.
(57mm)
4 4x x441.75-in.
mm (1,75
inch)
(44mm)
B
44 xx 1.75-in.
44 mm
(1,75
inch)
(44mm)
44xx1.50-in.
38 mm
(1,50
inch)
(38mm)
4 x 44 mm
4 x 1.75-in.
(44mm)
(1,75 inch)
44xx73
mm (2,88
inch)
2.88-in.
(73mm)
A. Transmitter met Coplanar-flens
B. Transmitter met Coplanar-flens en optionele flensadapters
C. Transmitter met traditionele flens en optionele flensadapters
D. Transmitter met Coplanar-flens en optionele verdeelstuk- en flensadapters
Gewoonlijk worden bouten van koolstofstaal of roestvast staal gebruikt.
Controleer het materiaal aan de hand van de markeringen op de boutkop en van
Afbeelding 2. Als het boutmateriaal niet is aangegeven in Afbeelding 2, kunt u
zich voor nadere inlichtingen wenden tot de plaatselijke vertegenwoordiger van
Emerson Process Management.
Gebruik de volgende procedure voor het installeren van de bouten:
1. Bouten van koolstofstaal hebben geen smering nodig, en op bouten van
roestvast staal is een laagje smeermiddel aangebracht om de installatie te
vergemakkelijken. Bij geen van beide bouttypen mag voor het aanbrengen
extra smeermiddel worden aangebracht.
2. Draai de bouten handvast aan.
3. Haal de bouten kruislings aan tot de initiële momentwaarde. Zie Afbeelding 2
voor de initiële momentwaarde.
4. Haal de bouten volgens hetzelfde kruispatroon aan tot de definitieve
momentwaarde. Zie Afbeelding 2 voor de definitieve momentwaarde.
5. Controleer of de flensbouten uit de isolatorplaat steken voordat u er druk op zet.
5
November 2014
Snelstartgids
Afbeelding 2. Momentwaarden voor de flens- en flensadapterbouten
Kopmarkeringen
Boutmateriaal
Koolstofstaal (CS)
B7M
316
Roestvast staal
(SST)
316
R
B8M
STM
316
316
Initiële
momentwaarde
Definitieve
momentwaarde
34 Nm
(300 lb.-in.)
73,5 Nm
(650 lb.-in.)
17 Nm
(150 lb.-in.)
34 Nm
(300 lb.-in.)
SW
316
O-ringen bij flensadapters
WAARSCHUWING
Als er verkeerde O-ringen op de flensadapters worden aangebracht, kan lekkage van procesmedium ontstaan, met mogelijk ernstig of dodelijk letsel als gevolg. De twee flensadapters zijn van
elkaar te onderscheiden door hun unieke O-ringgroef. Gebruik uitsluitend de O-ring die bestemd
is voor de specifieke flensadapter, zoals hieronder afgebeeld.
Rosemount3051S/3051/2051/3095
3051S/3051/2051/3095
Rosemount
A
B
C
D
Rosemount
Rosemount 1151
1151
A
B
C
D
A. Flensadapter
B. O-ring
C. PTFE
D. Elastomeer
Telkens als de flenzen of adapters worden verwijderd, moeten de O-ringen op het oog worden
geïnspecteerd. Vervang de O-ringen als er tekenen van schade zijn, bijvoorbeeld inkepingen of
kerven. Bij vervanging van de O-ringen moeten de flensbouten en uitlijningsschroeven na het
aanbrengen opnieuw tot het juiste moment worden aangehaald, ter compensatie van
verschuivingen doordat de O-ring van PTFE nog geheel in de groef moet vallen.
6
Snelstartgids
November 2014
Montagerichting inline-druktransmitter
De drukpoort (ref. atmosferische druk) voor de lage kant op de inline-druktransmitter
bevindt zich onder het label op de hals van de sensormodule. (Zie Afbeelding 3.)
Houd het ontluchtingstraject vrij van alle obstructies (inclusief maar niet beperkt
tot verf, stof en smeermiddel) door de transmitter zo te monteren dat de
verontreiniging kan ontsnappen.
Afbeelding 3. Inline-druktransmitter
A
A. Drukpoort lage kant (onder label op hals)
Stap 2: Labelen
Inbedrijfstellingslabel (papier)
Gebruik het verwijderbare label dat met
de transmitter wordt meegeleverd om
bij te houden welk instrument zich op
een bepaalde locatie bevindt. Zorg dat
het fysieke instrumentlabel (het veld
PD-label) correct op beide plaatsen op
het inbedrijfstellingslabel is vermeld.
Scheur de onderkant van het label af en
noteer “fysiek label” op dit stuk. Dit kan
nu aan de persoon worden gegeven die
het instrumentkenteken aan het
gewenste label kan toewijzen.
COMMISSIONING TAG
Device ID:
0011513051010001440-121698091725
PD Tag:
PT- 101
Revision: 23
Support files available at
www.rosemount.com
Tear Here
Revision: 23
Support files available at
www.rosemount.com
Device Serial Number:
XXXXXXXXXX
Device ID:
0011513051010001440-121698091725
PD Tag:
PT- 101
Opmerking
De Device Description die in het hostsysteem is geladen, moet van dezelfde revisie zijn als dit
instrument. U kunt de Device Description ophalen van www.rosemount.com.
7
November 2014
Snelstartgids
Stap 3: Overweeg of de behuizing gedraaid moet
worden
Om de toegang tot de bedrading te verbeteren of de optionele lcd-display beter
af te kunnen lezen:
1. Draai de stelschroef voor het draaien van de behuizing los.
2. Draai de behuizing eerst rechtsom naar de gewenste stand. Als de schroefdraad
niet genoeg ruimte biedt om de gewenste stand te bereiken, draait u de behuizing linksom naar de gewenste stand (tot maximaal 360° terug vanaf de limiet
van de schroefdraad).
3. Draai de stelschroef voor het draaien van de behuizing weer aan.
Afbeelding 4. Stelschroef transmitterbehuizing
PlantWeb
Aansluitkast
A
A
AA
A. Stelschroef voor draaien behuizing (3/32 inch)
Stap 4: Sluit de bedrading aan en schakel het
apparaat in
Aansluiten van de kabel
De segmentkabel kan via een van de twee leidingaansluitingen op de behuizing
bij de transmitter binnenkomen. De kabel mag niet verticaal de behuizing in
komen. Druppellussen worden aanbevolen voor installaties waar zich vocht kan
verzamelen dat in het compartiment voor aansluitingen terecht kan komen.
Voeding
Voor een goede werking en een volledige functionaliteit heeft de transmitter op
de aansluitpunten een spanning tussen 9 en 32 V d.c. (9 en 15 V d.c. voor FISCO)
nodig.
Spanningsstabilisator
Voor een fieldbussegment is een netspanningsbewaker nodig om het voedingsfilter
te isoleren en het segment los te koppelen van andere segmenten die op dezelfde
voeding zijn aangesloten.
8
Snelstartgids
November 2014
Afsluiting signaal
Elk fieldbussegment heeft aan elk uiteinde een afsluitweerstand nodig.
Als de segmenten niet van een behoorlijke afsluiting zijn voorzien, kunnen
er communicatiefouten met de instrumenten op het segment optreden.
Overspanningsbeveiliging
De overspanningsbeveiligers werken alleen goed als de transmitter geaard is.
Zie Aarding voor verdere informatie.
Aarding
De sensormodule en de binnenzijde van het compartiment voor aansluitingen
zijn voorzien van aardklemmen. Deze aarding wordt gebruikt als er klemmenblokken voor overspanningsbeveiliging zijn geïnstalleerd, of om aan de plaatselijke voorschriften te voldoen.
1. Verwijder het behuizingsdeksel met de aanduiding FIELD TERMINALS
(veldaansluitingen).
2. Sluit het bedradingspaar aan en aard het zoals aangegeven in Afbeelding 5.
a. De aansluitklemmen zijn niet polariteitsgevoelig.
b. De kabelafscherming moet:
 Kort worden afgeknipt en zo worden geïsoleerd dat hij de transmitterbehuizing niet kan raken
 Voortdurend met het afsluitpunt in verbinding staan
 Met een goed aardpunt aan de voedingszijde worden verbonden
Afbeelding 5. Bedrading
B
E
D
DP
A
B
FIELDBUS WIRING
C
A. Afscherming isoleren
B. Afstand zo klein mogelijk houden
C. Afscherming weer verbinden met
aardingspunt voeding
D. Afscherming afknippen en isoleren
E. Veiligheidsaarding
3. Plaats het behuizingsdeksel terug. De bouten van het deksel moeten zo ver
worden aangedraaid dat er geen ruimte meer is tussen het deksel en de
behuizing.
4. Sluit alle ongebruikte kabelopeningen en dicht ze af.
9
November 2014
Snelstartgids
MEDEDELING
De meegeleverde buisplug moet in de ongebruikte doorvoerbuisopening worden geïnstalleerd
met ten minste vijf draadwikkelingen ingeschroefd om te voldoen aan de vereisten voor explosieveiligheid. Raadpleeg de naslaghandleiding van de 3051S FOUNDATION fieldbus (publicatienummer 00809-0200-4801) voor nadere inlichtingen. Deze handleiding is tevens in elektronische
vorm beschikbaar op www.emersonprocess.com/rosemount.
Stap 5: Controleer de configuratie
Volg de volgende blokvoorbeelden voor het uitvoeren van een basisconfiguratie
van de transmitter. Raadpleeg voor meer geavanceerde configuraties de
FOUNDATION fieldbus-handleiding van de 3051S-serie (00809-0200-4801).
Opmerking
DeltaV™-gebruikers dienen DeltaV Explorer te gebruiken voor het hulpmiddel- en het transducerblok,
en Control Studio voor de functieblokken.
Configureren van het AI-blok
Configuratieparameters AI-blok
Gebruik de voorbeelden voor druk, DP-flow en DP-niveau als richtlijn.
Parameters
Voer gegevens in
Channel
(kanaal)
1 = druk of 2 = sensortemp. of 3 = massaflow
L_Type
Direct, indirect of vierkantswortel
XD_Scale
Schaal en meeteenheden
Out_Scale
Opmerking
Pa
bar
inH2O bij 68 °F
psi
inHg bij 0 °C
kPa
mbar
mmH2O bij 68 °F
g/cm2
mmHg bij 0 °C
MPa
atm
ftH2O bij 68 °F
kg/cm2
mmH2O bij 4 °C
torr
inH2O bij 4 °C
Schaal en meeteenheden
Selecteer alleen meeteenheden die worden ondersteund door het instrument.
10
Snelstartgids
November 2014
Voorbeeld druk
Parameters
Voer gegevens in
Channel (kanaal)
1
L_Type
Direct
XD_Scale
Zie lijst met ondersteunde meeteenheden.
Out_Scale
Stel waarden in buiten het bedrijfsbereik.
Opmerking
Selecteer alleen meeteenheden die worden ondersteund door het instrument.
Voorbeeld DP-flow
Parameters
Voer gegevens in
Channel (kanaal)
1
L_Type
Vierkantswortel
XD_Scale
0 - 100 inH20 bij 68 °F
Out_Scale
0 - 20 gallon/min.
Voorbeeld DP-niveau
Parameters
Voer gegevens in
Channel (kanaal)
1
L_Type
Indirect
XD_Scale
0 - 300 inH20 bij 68 °F
Out_Scale
0 - 25 ft.
Om de druk weer te geven op de lcd-meter:
Parameters
Voer gegevens in
Display Parameter
(weergaveparameter)
1
Block Type #1
(bloktype nr. 1)
Sensortransducerblok
Block Tag (bloklabel)
TRANSDUCER
Param Index
(parameterindex)
Primaire variabele
Units Type
(eenhedentype)
Auto
Opmerking
Gebruik AI block Out (AI-blok uit) voor het weergeven van niveau of flow.
11
Snelstartgids
November 2014
Stap 6: Trim de transmitter
Opmerking
De transmitters worden volledig gekalibreerd geleverd, volgens gewenste specificatie of volgens
de fabrieksinstelling van een volledige schaal (meetbreedte = bovenste meetgrens).
Nulpuntstrim
Een nulpuntstrim is een afstelling op één punt om effecten met betrekking tot
montagestand en leidingdruk te compenseren. Zorg bij het uitvoeren van een
nulpuntstrim dat de egalisatiekraan openstaat en alle natte poten tot het juiste
niveau zijn gevuld.
De transmitter laat uitsluitend het trimmen van een 3-5% bovenste meetgrensnulfout toe. Voor een grotere nulfout moet de offset worden gecompenseerd
met behulp van de instellingen voor XD_Scaling, Out_Scaling en Indirect L_Type,
die deel uitmaken van het AI-blok.
Gebruik van het hostsysteem
Voer een nulpuntstrim uit als het hostsysteem de methoden in het kader van
het TRANSDUCER 1400-blok ondersteunt. Raadpleeg de FOUNDATION fieldbushandleiding van de 3051S (00809-0200-4801) als deze methoden niet op het
hostsysteem kunnen worden gebruikt.
12
November 2014
Snelstartgids
Productcertificeringen
Informatie over Europese richtlijnen
Achter in deze snelstartgids vindt u een exemplaar van de EG-verklaring van
overeenstemming. De meest recente revisie van de EG-verklaring van
overeenstemming is beschikbaar op www.rosemount.com.
Certificering normale locaties van FM Approvals
De transmitter is volgens de standaardprocedure door FM Approvals onderzocht
en getest. Daarbij is vastgesteld dat het ontwerp voldoet aan de elementaire
eisen voor elektrische, mechanische en brandveiligheid. FM Approvals is een in
de VS nationaal erkend onderzoekslaboratorium (nationally recognized testing
laboratory; NRTL) dat is geaccrediteerd door de Amerikaanse Occupational
Safety and Health Administration (OSHA).
Apparatuur installeren in Noord-Amerika
De Amerikaanse National Electrical Code (NEC) en de Canadese Electrical Code
(CEC) verbieden het gebruik van apparatuur met divisiemarkering in zones of
apparatuur met zonemarkering in divisies. De markeringen moeten geschikt zijn
voor de gebiedsclassificatie, gas- en temperatuurklasse. Deze informatie is
duidelijk vastgelegd in de betreffende codes.
VS
E5
FM explosieveilig (XP) en stofontstekingsbestendig (DIP)
Certificaat: 3008216
Normen:
FM-klasse 3600 — 2011, FM-klasse 3615 — 2006,
FM-klasse 3616 — 2011, FM-klasse 3810 — 2005,
ANSI/NEMA 250 — 2003
Markeringen: XP CL I, DIV 1, GP B, C, D; DIP CL II, DIV 1, GP E, F, G; CL III;
T5(-50 °C ≤ Ta ≤ +85 °C); in fabriek afgedicht; type 4X
I5
FM intrinsieke veiligheid (IS) en niet-vonkend (NI)
Certificaat: 3012350
Normen:
FM-klasse 3600 — 2011, FM-klasse 3610 — 2010,
FM-klasse 3611 — 2004, FM-klasse 3810 — 2005, NEMA 250 — 2003
Markeringen: IS CL I, DIV 1, GP A, B, C, D; CL II, DIV 1, GP E, F, G; klasse III;
klasse 1, zone 0 AEx ia IIC T4; NI CL 1, DIV 2, GP A, B, C, D;
T4(-50 °C ≤ Ta ≤ +70 °C) [HART]; T4(-50 °C ≤ Ta ≤ +60 °C) [Fieldbus];
indien aangesloten volgens Rosemount-tekening 03151-1006;
type 4X
Speciale voorwaarden voor veilig gebruik:
1. De druktransmitter van model 3051S/3051S-ERS bevat aluminium en wordt
geacht ontstekingsgevaar op te leveren bij stoten of wrijving. Voorkom stoten
en wrijving tijdens installatie en gebruik.
13
Snelstartgids
November 2014
Opmerking
Transmitters met de markering NI CL 1, DIV 2 kunnen worden geïnstalleerd in divisie
2-locaties met behulp van divisie 2-bedradingsmethodes of niet-vonkende veldbedrading
(NIFW). Zie tekening 03151-1006.
IE
FM FISCO
Certificaat:
Normen:
3012350
FM-klasse 3600 — 2011, FM-klasse 3610 — 2010,
FM-klasse 3611 — 2004, FM-klasse 3810 — 2005, NEMA 250 — 2003
Markeringen: IS CL I, DIV 1, GP A, B, C, D; T4(-50 °C ≤ Ta ≤ +60 °C); indien
aangesloten volgens Rosemount-tekening 03151-1006; type 4X
Speciale voorwaarden voor veilig gebruik:
1. De druktransmitter van model 3051S/3051S-ERS bevat aluminium en wordt
geacht ontstekingsgevaar op te leveren bij stoten of wrijving. Voorkom stoten
en wrijving tijdens installatie en gebruik.
Canada
E6
CSA explosieveilig, stofontstekingsbestendig en divisie 2
Certificaat: 1143113
Normen:
CAN/CSA C22.2 nr. 0-10, CSA-norm C22.2 nr. 25-1966,
CSA-norm C22.2 nr. 30-M1986, CAN/CSA C22.2 nr. 94-M91,
CSA-norm C22.2 nr. 142-M1987, CSA-norm C22.2 nr. 213-M1987,
ANSI/ISA 12.27.01-2003, CSA-norm C22.2 nr. 60529:05
Markeringen: Explosieveilig klasse I, divisie 1, groep B, C, D; stofontstekingsbestendig
klasse II, divisie 1, groep E, F, G; klasse III; geschikt voor klasse I, zone 1,
groep IIB+H2, T5; geschikt voor klasse I, divisie 2, groep A, B, C, D;
geschikt voor klasse I, zone 2, groep IIC, T5; indien aangesloten volgens
Rosemount-tekening 03151-1013; type 4X
I6
CSA intrinsiek veilig
Certificaat: 1143113
Normen:
CAN/CSA C22.2 nr. 0-10, CSA-norm C22.2 nr. 30-M1986, CAN/CSA
C22.2 nr. 94-M91, CSA-norm C22.2 nr. 142-M1987, CSA-norm
C22.2 nr. 157-92, ANSI/ISA 12.27.01-2003, CSA-norm C22.2
nr. 60529:05
Markeringen: Intrinsiek veilig, klasse I, divisie 1; geschikt voor klasse 1, zone 0, IIC,
T3C; indien aangesloten volgens Rosemount-tekening 03151-1016;
type 4X
14
Snelstartgids
November 2014
IF
CSA FISCO
Certificaat:
Normen:
1143113
CAN/CSA C22.2 nr. 0-10, CSA-norm C22.2 nr. 30-M1986, CAN/CSA
C22.2 nr. 94-M91, CSA-norm C22.2 nr. 142-M1987, CSA-norm
C22.2 nr. 157-92, ANSI/ISA 12.27.01-2003, CSA-norm C22.2
nr. 60529:05
Markeringen: FISCO intrinsiek veilig, klasse I, divisie 1; geschikt voor klasse I,
zone 0; T3C; indien geïnstalleerd volgens Rosemount-tekening
03151-1016; type 4X
Europa
E1
ATEX drukvast
Certificaat: KEMA 00ATEX2143X
Normen:
EN 60079-0:2012, EN 60079-1:2007, EN 60079-26:2007
(3051SFx-modellen met RTD zijn gecertificeerd volgens
EN 60079-0:2006)
Markeringen:
II 1/2 G Ex d IIC T6…T4 Ga/Gb, T6(-60 °C ≤ Ta ≤ +70 °C),
T5/T4(-60 °C ≤ Ta ≤ +80 °C)
Temperatuurklasse
Procestemperatuur
T6
-60 °C tot +70 °C
T5
-60 °C tot +80 °C
T4
-60 °C tot +120 °C
Speciale voorwaarden voor veilig gebruik (X):
1. Het instrument bevat een dunwandig membraan. Bij installatie, onderhoud en
gebruik moet rekening worden gehouden met de omgevingsomstandigheden
waaraan het membraan wordt blootgesteld. De aanwijzingen van de fabrikant
voor installatie en onderhoud dienen nauwgezet gevolgd te worden voor
veiligheid tijdens de te verwachten levensduur.
2. Raadpleeg de fabrikant voor informatie over de afmetingen van de drukvaste
naden.
15
November 2014
Snelstartgids
I1
ATEX intrinsieke veiligheid
Certificaat: BAS01ATEX1303X
Normen:
EN 60079-0:2012, EN 60079-11:2012
Markeringen:
II 1 G Ex ia IIC T4 Ga, T4(-60 °C ≤ Ta ≤ +70 °C)
Ui
Ii
Pi
Ci
Li
SuperModule™
30 V
300 mA
1,0 W
30 nF
0
3051S...A; 3051SF…A;
3051SAL…C
30 V
300 mA
1,0 W
12 nF
0
3051S…F; 3051SF…F
30 V
300 mA
1,3 W
0
0
3051S …A…M7, M8 of M9;
3051SF …A…M7, M8 of M9;
3051SAL…C… M7, M8 of M9
30 V
300 mA
1,0 W
12 nF
60 μH
3051SAL of 3051SAM
30 V
300 mA
1,0 W
12 nF
33 μH
3051SAL…M7, M8 of M9
3051SAM…M7, M8 of M9
30 V
300 mA
1,0 W
12 nF
93 μH
RTD-optie voor 3051SF
5V
500 mA
0,63 W
N.v.t.
N.v.t.
Speciale voorwaarden voor veilig gebruik (X):
1. Transmitters van model 3051S die zijn voorzien van de optie voor overspanningsbeveiliging zijn niet bestand tegen de isolatietest van 500 V zoals
omschreven in bepaling 6.3.13 van EN 60079-11:2012. Hiermee moet bij
installatie rekening worden gehouden.
2. De aansluitklempennen van de SuperModule van model 3051S moeten worden
voorzien van een bescherming van ten minste IP20 conform IEC/EN 60529.
IA
ATEX FISCO
Certificaat: BAS01ATEX1303X
Normen:
EN 60079-0:2012, EN 60079-11:2012
Markeringen:
II 1 G Ex ia IIC T4 Ga, T4(-60 °C ≤ Ta ≤ +70 °C)
FISCO
16
Spanning Ui
17,5 V
Stroom Ii
380 mA
Vermogen Pi
5,32 W
Elektrische capaciteit Ci
0
Zelfinductie Li
0
Snelstartgids
November 2014
Speciale voorwaarden voor veilig gebruik (X):
1. Transmitters van model 3051S die zijn voorzien van de optie voor overspanningsbeveiliging zijn niet bestand tegen de isolatietest van 500 V zoals
omschreven in bepaling 6.3.13 van EN 60079-11:2012. Hiermee moet bij
installatie rekening worden gehouden.
2. De aansluitklempennen van de SuperModule van model 3051S moeten worden
voorzien van een bescherming van ten minste IP20 conform IEC/EN 60529.
ND ATEX stof
Certificaat: BAS01ATEX1374X
Normen:
EN 60079-0:2012, EN 60079-31:2009
Markeringen:
II 1 D Ex ta IIIC T105 °C T500 95 °C Da, (-20 °C ≤ Ta ≤ +85 °C),
Vmax = 42,4 V
Speciale voorwaarden voor veilig gebruik (X):
N1
1. Er moeten kabelingangen worden gebruikt die de beschermingsgraad van de
behuizing op ten minste IP66 houden.
2. Ongebruikte kabelingangen moeten worden afgesloten met geschikte afdichtpluggen die de beschermingsgraad van de behuizing op ten minste IP66 houden.
3. Kabelingangen en afdichtpluggen moeten geschikt zijn voor het omgevingstemperatuurbereik van de apparatuur en een 7 J-slagproef kunnen doorstaan.
4. De SuperModule moet stevig op zijn plaats worden bevestigd om de beschermingsgraad van de behuizing te handhaven.
ATEX-type n
Certificaat: BAS01ATEX3304X
Normen:
EN 60079-0:2012, EN 60079-15:2010
Markeringen:
II 3 G Ex nA IIC T5 Gc, (-40 °C ≤ Ta ≤ +85 °C), Vmax = 45 V
Speciale voorwaarde voor veilig gebruik (X):
1. De apparatuur kan de volgens bepaling 6.5 van EN 60079-15:2010 vereiste
500 V-isolatietest niet doorstaan. Hiermee moet rekening worden gehouden
bij installatie van de apparatuur.
Opmerking
RTD-constructie niet inbegrepen bij goedkeuring 3051SFx type n.
Andere landen
E7
IECEx drukvast en stof
Certificaat: IECEx KEM 08.0010X (drukvast)
Normen:
IEC 60079-0:2011, IEC 60079-1:2007, IEC 60079-26:2006
(3051SFx-modellen met RTD zijn gecertificeerd volgens
IEC 60079-0:2004)
Markeringen: Ex d IIC T6…T4 Ga/Gb, T6(-60 °C ≤ Ta ≤ +70 °C),
T5/T4(-60 °C ≤ Ta ≤ +80 °C)
Temperatuurklasse
Procestemperatuur
T6
-60 °C tot +70 °C
T5
-60 °C tot +80 °C
T4
-60 °C tot +120 °C
17
November 2014
Snelstartgids
Speciale voorwaarden voor veilig gebruik (X):
1. Het instrument bevat een dunwandig membraan. Bij installatie, onderhoud en
gebruik moet rekening worden gehouden met de omgevingsomstandigheden waaraan het membraan wordt blootgesteld. De aanwijzingen van de
fabrikant voor installatie en onderhoud dienen nauwgezet gevolgd te worden
voor veiligheid tijdens de te verwachten levensduur.
2. Raadpleeg de fabrikant voor informatie over de afmetingen van de drukvaste
naden.
Certificaat: IECEx BAS 09.0014X (stof)
Normen:
IEC 60079-0:2011, IEC 60079-31:2008
Markeringen: Ex ta IIIC T 105 °C T500 95 °C Da, (-20 °C ≤ Ta ≤ +85 °C), Vmax = 42,4 V
Speciale voorwaarden voor veilig gebruik (X):
1. Er moeten kabelingangen worden gebruikt die de beschermingsgraad van
de behuizing op ten minste IP66 houden.
2. Ongebruikte kabelingangen moeten worden afgesloten met geschikte afdichtpluggen die de beschermingsgraad van de behuizing op ten minste IP66 houden.
3. Kabelingangen en afdichtpluggen moeten geschikt zijn voor het omgevingstemperatuurbereik van de apparatuur en een 7 J-slagproef kunnen doorstaan.
4. De 3051S SuperModule moet stevig op zijn plaats worden geschroefd om de
beschermingsgraad van de behuizing te handhaven.
I7
IECEx intrinsieke veiligheid
Certificaat: IECEx BAS 04.0017X
Normen:
IEC 60079-0:2011, IEC 60079-11:2011
Markeringen: Ex ia IIC T4 Ga, T4(-60 °C ≤ Ta ≤ +70 °C)
Ui
Ii
Pi
Ci
Li
SuperModule
30 V
300 mA
1,0 W
30 nF
0
3051S...A; 3051SF…A;
3051SAL…C
30 V
300 mA
1,0 W
12 nF
0
3051S…F; 3051SF…F
30 V
300 mA
1,3 W
0
0
3051S …A…M7, M8 of M9;
3051SF …A…M7, M8 of M9;
3051SAL…C… M7, M8 of M9
30 V
300 mA
1,0 W
12 nF
60 μH
3051SAL of 3051SAM
30 V
300 mA
1,0 W
12 nF
33 μH
3051SAL…M7, M8 of M9
3051SAM…M7, M8 of M9
30 V
300 mA
1,0 W
12 nF
93 μH
RTD-optie voor 3051SF
5V
500 mA
0,63 W
N.v.t.
N.v.t.
Speciale voorwaarden voor veilig gebruik (X):
1. Transmitters van model 3051S die zijn voorzien van de optie voor overspanningsbeveiliging zijn niet bestand tegen de isolatietest van 500 V zoals
omschreven in bepaling 6.3.13 van EN 60079-11:2012. Hiermee moet bij
installatie rekening worden gehouden.
18
Snelstartgids
November 2014
2. De aansluitklempennen van de SuperModule van model 3051S moeten worden
voorzien van een bescherming van ten minste IP20 conform IEC/EN 60529.
3. De behuizing van model 3051S is mogelijk vervaardigd van een aluminiumlegering en is afgewerkt met een beschermende polyurethaanverf; in zone 0
moet echter worden opgelet dat de behuizing niet wordt blootgesteld aan
stoten of schuring.
I7
IECEx intrinsieke veiligheid — groep I - mijnbouw (I7 met speciaal A0259)
Certificaat: IECEx TSA 14.0019X
Normen:
IEC 60079-0:2011, IEC 60079-11:2011
Markeringen: Ex ia I Ma (-60 °C ≤ Ta ≤ +70 °C)
Ui
Ii
Pi
Ci
Li
SuperModule
30 V
300 mA
1,0 W
30 nF
0
3051S...A; 3051SF…A;
3051SAL…C
30 V
300 mA
1,0 W
12 nF
0
3051S…F; 3051SF…F
30 V
300 mA
1,3 W
0
0
3051S …A…M7, M8 of M9;
3051SF …A…M7, M8 of M9;
3051SAL…C… M7, M8 of M9
30 V
300 mA
1,0 W
12 nF
60 μH
3051SAL of 3051SAM
30 V
300 mA
1,0 W
12 nF
33 μH
3051SAL…M7, M8 of M9
3051SAM…M7, M8 of M9
30 V
300 mA
1,0 W
12 nF
93 μH
RTD-optie voor 3051SF
5V
500 mA
0,63 W
N.v.t.
N.v.t.
Speciale voorwaarden voor veilig gebruik (X):
1. Als het apparaat is uitgerust met een optionele overspanningsbeveiliging van
90 V, kan het de volgens bepaling 6.3.13 van IEC 60079-11:2011 vereiste
500 V-isolatietest niet doorstaan. Hiermee moet bij installatie rekening
worden gehouden.
2. Het is een voorwaarde voor veilig gebruik dat er tijdens installatie rekening
wordt gehouden met de bovenstaande ingangsparameters.
3. Het is een voorwaarde van productie dat alleen apparaten met een behuizing,
deksels en een sensormodulebehuizing van roestvast staal in toepassingen
van groep I worden gebruikt.
19
November 2014
Snelstartgids
IG
IECEx FISCO
Certificaat: IECEx BAS 04.0017X
Normen:
IEC 60079-0:2011, IEC 60079-11:2011
Markeringen: Ex ia IIC T4 Ga, T4(-60 °C ≤ Ta ≤ +70 °C)
FISCO
Spanning Ui
17,5 V
Stroom Ii
380 mA
Vermogen Pi
5,32 W
Elektrische capaciteit Ci
0
Zelfinductie Li
0
Speciale voorwaarden voor veilig gebruik (X):
1. Transmitters van model 3051S die zijn voorzien van de optie voor overspanningsbeveiliging zijn niet bestand tegen de isolatietest van 500 V zoals
omschreven in bepaling 6.3.13 van EN 60079-11:2012. Hiermee moet bij
installatie rekening worden gehouden.
2. De aansluitklempennen van de SuperModule van model 3051S moeten worden
voorzien van een bescherming van ten minste IP20 conform IEC/EN 60529.
3. De behuizing van model 3051S is mogelijk vervaardigd van een aluminiumlegering en is afgewerkt met een beschermende polyurethaanverf; in zone 0
moet echter worden opgelet dat de behuizing niet wordt blootgesteld aan
stoten of schuring.
IG
IECEx intrinsieke veiligheid — groep I - mijnbouw (IG met speciaal A0259)
Certificaat: IECEx TSA 14.0019X
Normen:
IEC 60079-0:2011, IEC 60079-11:2011
Markeringen: FISCO-VELDINSTRUMENT Ex ia I Ma (-60 °C ≤ Ta ≤ +70 °C)
FISCO
Spanning Ui
17,5 V
Stroom Ii
380 mA
Vermogen Pi
5,32 W
Elektrische capaciteit Ci
0
Zelfinductie Li
0
Speciale voorwaarden voor veilig gebruik (X):
1. Als het apparaat is uitgerust met een optionele overspanningsbeveiliging van
90 V, kan het de volgens bepaling 6.3.13 van IEC 60079-11:2011 vereiste
500 V-isolatietest niet doorstaan. Hiermee moet bij installatie rekening
worden gehouden.
2. Het is een voorwaarde voor veilig gebruik dat er tijdens installatie rekening
wordt gehouden met de bovenstaande ingangsparameters.
3. Het is een voorwaarde van productie dat alleen apparaten met een behuizing,
deksels en een sensormodulebehuizing van roestvast staal in toepassingen
van groep I worden gebruikt.
20
November 2014
N7
Snelstartgids
IECEx-type n
Certificaat: IECEx BAS 04.0018X
Normen:
IEC 60079-0:2011, IEC 60079-15:2010
Markeringen: Ex nA IIC T5 Gc, (-40 °C ≤ Ta ≤ +85 °C)
Speciale voorwaarde voor veilig gebruik (X):
1. De apparatuur kan de volgens bepaling 6.5 van EN 60079-15:2010 vereiste
500 V-isolatietest niet doorstaan. Hiermee moet rekening worden gehouden
bij installatie van de apparatuur.
Brazilië
E2
INMETRO drukvast
Certificaat: CEPEL 03.0140X [vervaardigd in VS, Singapore, Duitsland],
CEPEL 07.1413X [vervaardigd in Brazilië]
Normen:
ABNT NBR IEC 60079-0:2008, ABNT NBR IEC 60079-1:2009,
ABNT NBR IEC 60529:2009
Markeringen: Ex d IIC T* Ga/Gb, T6(-40 °C ≤ Ta ≤ +65 °C), T5(-40 °C ≤ Ta ≤ +80 °C),
IP66*
Speciale voorwaarden voor veilig gebruik (X):
1. Bij een omgevingstemperatuur boven 60 °C moet de isolatietemperatuur van
de kabelbedrading ten minste 90 °C bedragen voor overeenstemming met de
bedrijfstemperatuur van de apparatuur.
2. Het instrument bevat een dunwandig membraan. Bij installatie, onderhoud en
gebruik moet rekening worden gehouden met de omgevingsomstandigheden waaraan het membraan wordt blootgesteld. De aanwijzingen van de
fabrikant voor installatie en onderhoud dienen nauwgezet gevolgd te worden
voor veiligheid tijdens de te verwachten levensduur.
I2
INMETRO intrinsieke veiligheid
Certificaat: CEPEL 05.0722X [vervaardigd in VS, Singapore, Duitsland],
CEPEL 07.1414X [vervaardigd in Brazilië]
Normen:
ABNT NBR IEC 60079-0:2008, ABNT NBR IEC 60079-11:2009,
ABNT NBR IEC 60079-26:2008, ABNT NBR IEC 60529:2009
Markeringen: Ex ia IIC T4 Ga, T4(-20 °C ≤ Ta ≤ +70 °C), IP66*
21
November 2014
Snelstartgids
Speciale voorwaarde voor veilig gebruik (X):
1. Transmitters van model 3051S die zijn voorzien van de optie voor overspanningsbeveiliging zijn niet bestand tegen de isolatietest van 500 V zoals omschreven in bepaling 6.4.12 van IEC 60079-11. Hiermee moet bij installatie rekening
worden gehouden.
IB
Ui
Ii
Pi
Ci
Li
SuperModule
30 V
300 mA
1,0 W
30 nF
0
3051S...A; 3051SF…A;
3051SAL…C
30 V
300 mA
1,0 W
11,4 nF
0
3051S…F; 3051SF…F
30 V
300 mA
1,3 W
0
0
3051S …A…M7, M8 of M9;
3051SF …A…M7, M8 of M9;
3051SAL…C… M7, M8 of M9
30 V
300 mA
1,0 W
11,4 nF
60 μH
3051SAL of 3051SAM
30 V
300 mA
1,0 W
11,4 nF
33 μH
3051SAL…M7, M8 of M9
3051SAM…M7, M8 of M9
30 V
300 mA
1,0 W
11,4 nF
93 μH
RTD-optie voor 3051SF
5V
500 mA
0,63 W
N.v.t.
N.v.t.
INMETRO FISCO
Certificaat: CEPEL 05.0722X [vervaardigd in VS, Singapore, Duitsland],
CEPEL 07.1414X [vervaardigd in Brazilië]
Normen:
ABNT NBR IEC 60079-0:2008, ABNT NBR IEC 60079-11:2009,
ABNT NBR IEC 60079-26:2008, ABNT NBR IEC 60529:2009
Markeringen: Ex ia IIC T4 Ga, T4(-20 °C ≤ Ta ≤ +40 °C), IP66*
FISCO
Spanning Ui
15 V
Stroom Ii
215 mA (IIC)
500 mA (IIB)
Vermogen Pi
2 W (IIC)
5,32 W (IIB)
Elektrische capaciteit Ci
0
Zelfinductie Li
0
Speciale voorwaarde voor veilig gebruik (X):
1. Transmitters van model 3051S die zijn voorzien van de optie voor overspanningsbeveiliging zijn niet bestand tegen de isolatietest van 500 V zoals omschreven in bepaling 6.4.12 van IEC 60079-11. Hiermee moet bij installatie rekening
worden gehouden.
22
Snelstartgids
November 2014
China
E3
China drukvast en stofontstekingsbestendig
Certificaat: 3051S: GYJ111400X [vervaardigd in VS, China, Singapore]
3051SFx: GYJ11.1711X [vervaardigd in VS, China, Singapore]
3051S-ERS: GYJ101345X [vervaardigd in VS, China, Singapore]
Normen:
3051S: GB3836.1-2000, GB3836.2-2000, GB12476.1-2000
3051SFx: GB3836.1-2010, GB3836.2-2010, GB3836.20-2010,
GB12476.1-2000
3051S-ERS: GB3836.1-2000, GB3836.2-2000
Markeringen: 3051S: Ex d IIC T5/T6; DIP A20 TA 105 °C; IP66
3051SFx: Ex d IIC T5/T6 Ga/Gb; DIP A20 TA 105 °C; IP66
3051S-ERS: Ex d IIC T5/T6
Speciale voorwaarden voor veilig gebruik (X):
1. Alleen de druktransmitters, bestaande uit de 3051SC-serie, 3051ST-serie,
3051SL-serie en 300S-serie, zijn gecertificeerd.
2. Het omgevingstemperatuurbereik is (-20~+60) °C.
3. Het verband tussen de temperatuurklasse en de maximumtemperatuur van
het procesmedium is als volgt:
Temperatuurklasse
Temperatuur procesmedium (°C)
T5
≤ 95 °C
T4
≤ 130 °C
T3
≤ 190 °C
4. De voorziening voor aardverbinding op de behuizing moet op betrouwbare
wijze worden aangesloten.
5. Tijdens installatie, gebruik en onderhoud van de transmitter moet u zich
houden aan de waarschuwing “Het deksel niet openen als er spanning op het
circuit staat”.
6. Er mag tijdens de installatie geen mengsel worden gebruikt dat de drukvaste
behuizing zou kunnen beschadigen.
7. Bij installatie op een explosiegevaarlijke locatie moet een kabelopening
worden gebruikt die door NEPSI is gecertificeerd met het type bescherming
Ex d IIC conform GB3836.1-2000 en GB3836.2-2000. Er moeten 5 volledige
schroefdraadomwentelingen worden aangedraaid als de kabelopening op
de transmitter wordt gemonteerd. Bij gebruik van de druktransmitter op
plaatsen met ontvlambaar stof moet de mate van bescherming tegen
binnendringen van de kabelopening IP66 zijn.
8. De diameter van de kabel moet voldoen aan de vereisten die vermeld staan in
de instructiehandleiding voor de kabelopening. De klemmoer moet worden
aangehaald. De afdichtring moet worden verwisseld voordat deze te sterk
verouderd is.
9. Onderhoud moet worden uitgevoerd op een niet-explosiegevaarlijke locatie.
10. Eindgebruikers mogen geen inwendige onderdelen verwisselen.
23
November 2014
Snelstartgids
11. Bij installatie, gebruik en onderhoud van de transmitter moeten de volgende
normen in acht worden genomen:
GB3836.13-1997 “Elektrische apparaten voor explosieve gasatmosfeer
Deel 13: Reparatie en revisie voor apparaten die worden gebruikt in een
atmosfeer met explosief gas”
GB3836.15-2000 “Elektrische apparaten voor explosieve gasatmosfeer
Deel 15: Elektrische installaties in explosiegevaarlijke omgevingen
(behalve mijnen)”
GB50257-1996 “Voorschrift voor de bouw en acceptatie van elektrische
instrumenten voor explosieve atmosfeer en de installatie van brandgevaarlijke
elektrische apparatuur”
GB15577-1995 “Veiligheidsrichtlijn voor omgevingen met explosief stof”
GB12476.2-2006 “Elektrische apparaten voor gebruik in de nabijheid van
ontvlambaar stof — Deel 1-2: Elektrische apparaten met beschermende
behuizing en beperkingen inzake de oppervlaktetemperatuur — selectie,
installatie en onderhoud”
I3
China intrinsieke veiligheid
Certificaat: 3051S: GYJ111401X [vervaardigd in VS, China, Singapore]
3051SFx: GYJ11.1707X [vervaardigd in VS, China, Singapore]
3051S-ERS: GYJ111265X [vervaardigd in VS, China, Singapore]
Normen:
3051S: GB3836.1-2000, GB3836.4-2000
3051SFx: GB3836.1/4-2010, GB3836.20-2010, GB12476.1-2000
3051S-ERS: GB3836.1-2000, GB3836.4-2000
Markeringen: 3051S, 3051SFx: Ex ia IIC T4
3051S-ERS: Ex ia IIC T4
Speciale voorwaarden voor veilig gebruik (X):
1. Het symbool “X” wordt gebruikt voor aanduiding van specifieke gebruiksvoorwaarden:
Voor uitgangscode A en F: Dit apparaat kan de volgens bepaling 6.4.12 van
GB3836.4-2000 vereiste 500 V RMS-isolatietest niet doorstaan.
2. Het omgevingstemperatuurbereik is:
24
Uitgangscode
Omgevingstemperatuur
A
-50 °C ≤ Ta ≤ +70 °C
F
-50 °C ≤ Ta ≤ +60 °C
Snelstartgids
November 2014
3. Parameters voor intrinsieke veiligheid:
Maximale Maximale Maximaal Maximale
Maximale
ingangs- ingangsingangsinterne
interne
spanning: stroom: vermogen: parameter: parameter:
Ui (V)
Ii (mA)
Pi (W)
Ci (nF)
Li (uH)
Code
uitgang
Code
behuizing
Code
display
A
=00
/
30
300
1
38
0
A
≠00
/
30
300
1
11,4
2,4
A
≠00
M7/M8/M9
30
300
1
0
58,2
F
≠00
/
30
300
1,3
0
0
F
FISCO
≠00
/
17,5
500
5,5
0
0
4. Het product moet worden gebruikt met een bijbehorend apparaat met Ex-certificering om een explosiebeschermingssysteem te verkrijgen dat in een explosieve gasatmosfeer kan worden gebruikt. De bedrading en aansluitklemmen
moeten voldoen aan de voorschriften in de instructiehandleiding van het product en de bijbehorende apparatuur.
5. De kabels tussen dit product en bijbehorende apparatuur moeten afgeschermd
zijn (de kabels moeten een geïsoleerde mantel hebben). De afscherming moet
goed worden geaard in een niet-gevaarlijke omgeving.
6. Het product voldoet aan de eisen voor FISCO-veldinstrumenten zoals voorgeschreven in IEC 60079-27:2008. Voor aansluiting van een intrinsiek veilig circuit
volgens het FISCO-model kunnen de hierboven beschreven FISCO-parameters
worden gehanteerd.
7. Het is eindgebruikers niet toegestaan om interne onderdelen te verwisselen;
ze dienen het probleem in overleg met de fabrikant op te lossen om beschadiging van het product te voorkomen.
8. Bij installatie, gebruik en onderhoud van dit product moeten de volgende
normen in acht worden genomen:
GB3836.13-1997 “Elektrische apparaten voor explosieve gasatmosfeer
Deel 13: Reparatie en revisie voor apparaten die worden gebruikt in een
atmosfeer met explosief gas”
GB3836.15-2000 “Elektrische apparaten voor explosieve gasatmosfeer Deel 15:
Elektrische installaties in explosiegevaarlijke omgevingen (behalve mijnen)”
GB3836.16-2006 “Elektrische apparaten voor explosieve gasatmosfeer
Deel 16: Inspectie en onderhoud van elektrische installaties (behalve mijnen)”
GB50257-1996 “Voorschrift voor de bouw en acceptatie van elektrische
instrumenten voor explosieve atmosfeer en de installatie van brandgevaarlijke
elektrische apparatuur”
N3
China type n
Certificaat: 3051S: GYJ101112X [vervaardigd in China]
3051SF: GYJ101125X [vervaardigd in China]
Normen:
GB3836.1-2000, GB3836.8-2003
Markeringen: Ex nL IIC T5
25
November 2014
Snelstartgids
Speciale voorwaarden voor veilig gebruik (X):
1. Het symbool “X” wordt gebruikt voor aanduiding van specifieke gebruiksvoorwaarden: Het apparaat kan de 500 V-aardetest niet een minuut lang doorstaan.
Hiermee moet bij installatie rekening worden gehouden.
2. Het omgevingstemperatuurbereik is: -40 °C ≤ Ta ≤ 70 °C.
3. Op externe verbindingen en ongebruikte kabelopeningen moeten kabelwartels,
kabelgoten of afsluitpluggen worden gebruikt die door NEPSI zijn gecertificeerd
als beschermingstype Ex e of Ex n, en met een behuizing die bescherming van
klasse IP66 biedt.
4. Parameters energiebegrenzing:
Model
Aansluitklem
Maximale
ingangsspanning:
Ui (V)
Maximale
ingangsstroom:
Ii (mA)
Maximaal
Maximale Maximale
ingangsverinterne
interne
mogen:
parameter: parameter:
Pi (W)
Ci (nF)
Li (uH)
3051S-C/T
1 tot 5
30
300
1
30
0
3051S HART,
4-20 mA/SIS
+,- en CAN
30
300
1
11,4
0
3051S Fieldbus/
PROFIBUS®
+ en -
30
300
1,3
0
0
3051S FISCO
+ en -
17,5
380
5,32
0
0
Behuizing
externe montage
+ en -
30
300
1
24
60
Opmerking
De behuizing voor montage op afstand dient voor directe verbinding op de HART-aansluitklemmen +, - en CAN van model 3051S via een kabel waarvan de maximale elektrische capaciteit niet meer dan 24 nF en de maximale zelfinductie niet meer dan 60 uH bedraagt.
5. De druktransmitter van type 3051S voldoet aan de eisen voor FISCO-veldinstrumenten zoals voorgeschreven in IEC 60079-27:2008. Voor aansluiting van een
intrinsiek veilig circuit volgens het FISCO-model kunnen de FISCO-parameters
van druktransmitters van type 3051S in de bovenstaande tabel worden gebruikt.
6. Het product moet worden gebruikt met een bijbehorend apparaat met
energiebegrenzing en certificatie door NEPSI conform GB3836.1-2000 en
GB3836.8-2003 om een explosiebeschermingssysteem te verkrijgen dat in
een explosieve gasatmosfeer kan worden gebruikt.
7. De kabels tussen dit product en bijbehorende apparatuur met energiebegrenzing moeten afgeschermd zijn (de kabels moeten een geïsoleerde mantel
hebben). De afscherming moet goed worden geaard in een niet-gevaarlijke
omgeving.
8. Onderhoud moet worden uitgevoerd op een niet-explosiegevaarlijke locatie.
9. Het is eindgebruikers niet toegestaan om interne onderdelen te verwisselen;
ze dienen het probleem in overleg met de fabrikant op te lossen om beschadiging van het product te voorkomen.
26
November 2014
Snelstartgids
10. Bij installatie, gebruik en onderhoud van dit product moeten de volgende
normen in acht worden genomen:
GB3836.13-1997 “Elektrische apparaten voor explosieve gasatmosfeer
Deel 13: Reparatie en revisie voor apparaten die worden gebruikt in een
atmosfeer met explosief gas”
GB3836.15-2000 “Elektrische apparaten voor explosieve gasatmosfeer
Deel 15: Elektrische installaties in explosiegevaarlijke omgevingen
(behalve mijnen)”
GB3836.16-2006 “Elektrische apparaten voor explosieve gasatmosfeer Deel
16: Inspectie en onderhoud van elektrische installaties (behalve mijnen)”
GB50257-1996 “Voorschrift voor de bouw en acceptatie van elektrische
instrumenten voor explosieve atmosfeer en de installatie van brandgevaarlijke
elektrische apparatuur”.
Japan
E4
Japan drukvast
Certificaat: TC15682, TC15683, TC15684, TC15685, TC15686, TC15687,
TC15688, TC15689, TC15690, TC17099, TC17100, TC17101,
TC17102, TC18876
Markeringen: Ex d IIC T6
Republiek Korea
EP
Republiek Korea drukvast
Certificaat: 12-KB4BO-0180X [vervaardigd in VS], 11-KB4BO-0068X
[vervaardigd in Singapore]
Markeringen: Ex d IIC T5 of T6
IP
Republiek Korea intrinsieke veiligheid
Certificaat: 12-KB4BO-0202X [HART — vervaardigd in VS],
12-KB4BO-0204X [Fieldbus — vervaardigd in VS],
12-KB4BO-0203X [HART — vervaardigd in Singapore],
13-KB4BO-0296X [Fieldbus — vervaardigd in Singapore]
Markeringen: Ex ia IIC T4
Combinaties
K1
K2
K5
K6
K7
KA
KB
KC
KD
KG
KP
Combinatie van E1, I1, N1 en ND
Combinatie van E2 en I2
Combinatie van E5 en I5
Combinatie van E6 en I6
Combinatie van E7, I7 en N7
Combinatie van E1, I1, E6 en I6
Combinatie van E5, I5, E6 en I6
Combinatie van E1, I1, E5 en I5
Combinatie van E1, I1, E5, I5, E6 en I6
Combinatie van IA, IE, IF en IG
Combinatie van EP en IP
27
November 2014
Snelstartgids
Verdere certificering
SBS Typegoedkeuring American Bureau of Shipping (ABS)
Certificaat:
00-HS145383-6-PDA
Beoogd gebruik: Meting van de verschil- of absolute druk in vloeistof-, gas- en
damptoepassingen op vaartuigen, scheeps- en offshore-installaties van klasse ABS.
ABS-regels:
2013 Steel Vessels Rules 1-1-4/7.7, 1-1-A3, 4-8-3/1.7,
4-8-3/1.11.1, 4-8-3/13.1
SBV Typegoedkeuring Bureau Veritas (BV)
Certificaat:
31910/A0 BV
Vereisten:
Bureau Veritas-regels voor de classificatie van stalen schepen
Toepassing:
Klassenotaties: AUT-UMS, AUT-CCS, AUT-PORT en AUT-IMS
SDN Typegoedkeuring Det Norske Veritas (DNV)
Certificaat:
A-13243
Beoogd gebruik: Regels van Det Norske Veritas voor classificatie van vaartuigen,
snelle en lichte vaartuigen, en offshore-normen van
Det Norske Veritas
Toepassing:
Locatieklassen
Type
3051S
Temperatuur
D
Luchtvochtigheid
B
Trilling
A
EMC
A
Behuizing
D/IP66/IP68
SLL Typekeuring Lloyds Register (LR)
Certificaat:
11/60002(E3)
Toepassing:
Omgevingscategorie ENV1, ENV2, ENV3 en ENV5
D3
28
Punt van overdracht — nauwkeurigheidsgoedkeuring Measurement Canada
Certificaat:
AG-0501, AV-2380C
Snelstartgids
November 2014
Afbeelding 6. Verklaring van overeenstemming Rosemount 3051S
EC Declaration of Conformity
No: RMD 1044 Rev. S
We,
Rosemount Inc.
8200 Market Boulevard
Chanhassen, MN 55317-9685
USA
declare under our sole responsibility that the product,
Model 3051S Series Pressure Transmitters
Model 3051SF Series Flowmeter Transmitters
Model 300S Housings
manufactured by,
Rosemount Inc.
8200 Market Boulevard
Chanhassen, MN 55317-9685
USA
to which this declaration relates, is in conformity with the provisions of the European
Community Directives, including the latest amendments, as shown in the attached schedule.
Assumption of conformity is based on the application of the harmonized standards and, when
applicable or required, a European Community notified body certification, as shown in the
attached schedule.
Vice President of Global Quality
(function name - printed)
(signature)
Kelly Klein
3 Apr 2014
(name - printed)
(date of issue)
Page 1 of 6
Document Rev: 2013_A
29
November 2014
Snelstartgids
EC Declaration of Conformity
No: RMD 1044 Rev. S
EMC Directive (2004/108/EC)
All Models
Harmonized Standards:
EN 61326-1:2006, EN 61326-2-3:2006
R&TTE Directive (1999/5/EC)
All Models with “Output Code X”
Harmonized Standards:
EN 301 489-17: V2.1.1 (2009-05), EN 60950-1: 2001, EN 300 328 V 1.7.1 (2006-10)
Page 2 of 6
30
Document Rev: 2013_A
Snelstartgids
November 2014
EC Declaration of Conformity
No: RMD 1044 Rev. S
PED Directive (97/23/EC)
3051S Series Pressure Transmitters
Model 3051S_CA4; 3051S_CD2, 3, 4, 5 (also with P0 & P9 option) Pressure Transmitters
QS Certificate of Assessment – EC Certificate No. 59552-2009-CE-HOU-DNV
Module H Conformity Assessment
Evaluation standards:
ANSI / ISA 61010-1:2004, IEC 60770-1:1999
All other model 3051S Pressure Transmitters
Sound Engineering Practice
Transmitter Attachments: Diaphragm Seal – Process Flange - Manifold
Sound Engineering Practice
3051SF Series Flowmeter Pressure Transmitters
Model 3051SF Flowmeter Transmitters (See Table)
QS Certificate of Assessment – CE-0041-PED-H-RMT-001-13-USA
Module H Conformity Assessment
Model/Randge
3051SFA: 1500# & 2500# All Lines
3051SFA: Sensor Size 2 150# 6”to 24”Line
3051SFA: Sensor Size 2 300# 6”to 24”Line
3051SFA: Sensor Size 2 600# 6”to 16”Line
3051SFA: Sensor Size 2 600# 18”to 24”Line
3051SFA: Sensor Size 3 150# 12”to 44”Line
3051SFA: Sensor Size 3 150# 46”to 72”Line
3051SFA: Sensor Size 3 300# 12” to 72”Line
3051SFA: Sensor Size 3 600# 12”to 48”Line
3051SFA: Sensor Size 3 600# 60”to 72”Line
3051SFP: 150#, 300#, 600# 1-1/2”
3051SFP: 300# & 600# 1-1/2”
3051SFP: 1-1/2” Threaded & Welded
Page 3 of 6
PED Category
Group 1 Fluid
Group 2 Fluid
II
SEP
I
SEP
II
I
II
I
III
II
II
I
III
II
III
II
III
II
IV
III
I
SEP
II
I
II
I
Document Rev: 2013_A
31
November 2014
Snelstartgids
EC Declaration of Conformity
No: RMD 1044 Rev. S
All other model 3051SF Flowmeter Transmitters
Sound Engineering Practice
ATEX Directive (94/9/EC)
Model 3051S Pressure Transmitters and 3051SF Flowmeter Transmitters
BAS01ATEX1303X – Intrinsic Safety Certificate
Equipment Group II, Category 1 G
Ex ia IIC T4 Ga
Harmonized Standards Used:
EN 60079-11:2012
Other Standards Used:
EN 60079-0:2012
BAS01ATEX3304X – Type n Certificate
Equipment Group II, Category 3 G
Ex nA IIC T5 Gc
Harmonized Standards Used:
EN 60079-15:2010
Other Standards Used:
EN 60079-0:2012
BAS01ATEX1374X – Dust Certificate
Equipment Group II, Category 1 D
Ex ta IIIC T105°C T50095°C Da
Harmonized Standards Used:
EN 60079-31:2009
Other Standards Used:
EN 60079-0:2012
BAS04ATEX0181X – Mining Certificate
Equipment Group I, Category M1
Ex ia I Ma
Harmonized Standards Used:
EN 60079-11:2012
Other Standards Used:
EN 60079-0:2012
Page 4 of 6
32
Document Rev: 2013_A
Snelstartgids
November 2014
EC Declaration of Conformity
No: RMD 1044 Rev. S
BAS04ATEX0193U – Mining Certificate: Component
Equipment Group I, Category M1
Ex ia I Ma
Harmonized Standards Used:
EN 60079-11:2012
Other Standards Used:
EN 60079-0:2012
For 3051S transmitters, 300S housings, 3051SFx flowmeters without RTD option:
KEMA00ATEX2143X – Flameproof Certificate
Equipment Group II, Category 1/2 G
Ex d IIC T6…T4 Ga/Gb
Harmonized Standards:
EN 60079-1:2007, EN 60079-26:2007
Other Standards Used:
EN 60079-0:2012
For 3051SFx flowmeters with RTD options:
KEMA00ATEX2143X – Flameproof Certificate
Equipment Group II, Category 1/2 G
Ex d IIC T5/T6 Ga/Gb
Harmonized Standards:
EN 60079-1:2007, EN 60079-26:2007
Other Standards Used:
EN 60079-0:2006
(A review against EN60079-0:2009, which is harmonized, shows no
significant changes relevant to this equipment so EN60079-0:2006
continues to represent “State of the Art”)
Page 5 of 6
Document Rev: 2013_A
33
November 2014
Snelstartgids
EC Declaration of Conformity
No: RMD 1044 Rev. S
PED Notified Body
3051S Series Pressure Transmitters
Det Norske Veritas (DNV) [Notified Body Number: 0575]
Veritasveien 1, N-1322
Hovik, Norway
3051SF Series Flowmeter Transmitters
Bureau Veritas UK Limited [Notified Body Number: 0041]
Parklands 825A, Wilmslow Road, Didsbury
Manchester M20 2RE
United Kingdom
ATEX Notified Bodies for EC Type Examination Certificate
DEKRA Certification B.V. [Notified Body Number: 0344]
Utrechtseweg 310
Postbus 5185
6802 ED Arnhem
Netherlands
Baseefa [Notified Body Number: 1180]
Rockhead Business Park, Staden Lane
Buxton, Derbyshire SK17 9RZ
United Kingdom
ATEX Notified Body for Quality Assurance
Baseefa [Notified Body Number: 1180]
Rockhead Business Park, Staden Lane
Buxton, Derbyshire SK17 9RZ
United Kingdom
Page 6 of 6
34
Document Rev: 2013_A
Snelstartgids
November 2014
EG-verklaring van overeenstemming
Nr.: RMD 1044 Rev. S
Wij,
Rosemount Inc.
8200 Market Boulevard
Chanhassen, MN 55317-9685
VS
verklaren onder onze volledige verantwoordelijkheid dat het product
Druktransmitters uit de model 3051S-serie
Flowmetertransmitters uit de model 3051SF-serie
Behuizingen van model 300S
vervaardigd door
Rosemount Inc.
8200 Market Boulevard
Chanhassen, MN 55317-9685
VS
waarop deze verklaring betrekking heeft, in overeenstemming is met de bepalingen in de
richtlijnen van de Europese Gemeenschap, met inbegrip van de meest recente wijzigingen,
welke staan vermeld in het bijgevoegde schema.
De aanname van de overeenstemming is gebaseerd op de toepassing van de geharmoniseerde
normen en, waar van toepassing of vereist, certificering door een aangemelde instantie in de
Europese Gemeenschap, zoals vermeld in het bijgevoegde schema.
Vice President of Global Quality
(functie – in blokletters)
Kelly Klein
3 april 2014
(naam – in blokletters)
(datum van uitgifte)
Pagina 1 van 6
Documentrev.: 2013_A
35
November 2014
Snelstartgids
EG-verklaring van overeenstemming
Nr.: RMD 1044 Rev. S
EMC-richtlijn (2004/108/EG)
Alle modellen
Geharmoniseerde normen:
EN 61326-1:2006, EN 61326-2-3:2006
Richtlijn radioapparatuur en telecommunicatie-eindapparatuur (1999/5/EG)
Alle modellen met “uitgangscode X”
Geharmoniseerde normen:
EN 301 489-17: V2.1.1 (2009-05), EN 60950-1:2001, EN 300 328 V 1.7.1 (2006-10)
Pagina 2 van 6
36
Documentrev.: 2013_A
Snelstartgids
November 2014
EG-verklaring van overeenstemming
Nr.: RMD 1044 Rev. S
Richtlijn Drukapparatuur (97/23/EG)
3051S-serie druktransmitters
Druktransmitters model 3051S_CA4; 3051S_CD2, 3, 4, 5 (tevens met optie P0 & P9)
Beoordelingsbesluit kwaliteitssysteem – EG-certificaat nr. 59552-2009-CE-HOU-DNV
Overeenstemmingsbeoordeling module H
Evaluatienormen:
ANSI/ISA 61010-1:2004, IEC 60770-1:1999
Alle overige druktransmitters van model 3051S
Goed vakmanschap (Sound Engineering Practice)
Hulpstukken transmitter: scheidingsmembraan – procesflens – verdeelstuk
Goed vakmanschap (Sound Engineering Practice)
3051SF-serie flowmeterdruktransmitters
Flowmetertransmitters van model 3051SF (zie tabel)
Beoordelingsbesluit kwaliteitssysteem – CE-0041-PED-H-RMT-001-13-USA
Overeenstemmingsbeoordeling module H
Model/bereik
3051SFA: 1500 lb. en 2500 lb. alle leidingen
3051SFA: Sensormaat 2 150 lb. leiding van 6 inch tot 24 inch
3051SFA: Sensormaat 2 300 lb. leiding van 6 inch tot 24 inch
3051SFA: Sensormaat 2 600 lb. leiding van 6 inch tot 16 inch
3051SFA: Sensormaat 2 600 lb. leiding van 18 inch tot 24 inch
3051SFA: Sensormaat 3 150 lb. leiding van 12 inch tot 44 inch
3051SFA: Sensormaat 3 150 lb. leiding van 46 inch tot 72 inch
3051SFA: Sensormaat 3 300 lb. leiding van 12 inch tot 72 inch
3051SFA: Sensormaat 3 600 lb. leiding van 12 inch tot 48 inch
3051SFA: Sensormaat 3 600 lb. leiding van 60 inch tot 72 inch
3051SFP: 150 lb., 300 lb., 600 lb. 1,5 inch
3051SFP: 300 lb. en 600 lb. 1,5 inch
3051SFP: 1,5 inch draad- en lasverbinding
Pagina 3 van 6
Categorie Richtlijn Drukapparatuur
Vloeistof groep 1 Vloeistof groep 2
II
SEP
I
SEP
II
I
II
I
III
II
II
I
III
II
III
II
III
II
IV
III
I
SEP
II
I
II
I
Documentrev.: 2013_A
37
November 2014
Snelstartgids
EG-verklaring van overeenstemming
Nr.: RMD 1044 Rev. S
Alle overige flowmetertransmitters van model 3051SF
Goed vakmanschap (Sound Engineering Practice)
ATEX-richtlijn (94/9/EG)
Druktransmitters van model 3051S en flowmetertransmitters van model 3051SF
BAS01ATEX1303X – certificaat intrinsieke veiligheid
Apparatuurgroep II, categorie 1 G
Ex ia IIC T4 Ga
Toegepaste geharmoniseerde normen:
EN 60079-11:2012
Overige toegepaste normen:
EN 60079-0:2012
BAS01ATEX3304X – certificaat type n
Apparatuurgroep II, categorie 3 G
Ex nA IIC T5 Gc
Toegepaste geharmoniseerde normen:
EN 60079-15:2010
Overige toegepaste normen:
EN 60079-0:2012
BAS01ATEX1374X – certificaat stof
Apparatuurgroep II, categorie 1 D
Ex ta IIIC T105 °C T50095 °C Da
Toegepaste geharmoniseerde normen:
EN 60079-31:2009
Overige toegepaste normen:
EN 60079-0:2012
BAS04ATEX0181X – certificaat mijnbouw
Apparatuurgroep I, categorie M1
Ex ia I Ma
Toegepaste geharmoniseerde normen:
EN 60079-11:2012
Overige toegepaste normen:
EN 60079-0:2012
Pagina 4 van 6
38
Documentrev.: 2013_A
Snelstartgids
November 2014
EG-verklaring van overeenstemming
Nr.: RMD 1044 Rev. S
BAS04ATEX0193U – certificaat mijnbouw: component
Apparatuurgroep I, categorie M1
Ex ia I Ma
Toegepaste geharmoniseerde normen:
EN 60079-11:2012
Overige toegepaste normen:
EN 60079-0:2012
Voor 3051S-transmitters, 300S-behuizingen, 3051SFx-flowmeters zonder RTD-optie:
KEMA00ATEX2143X – certificaat drukvastheid
Apparatuurgroep II, categorie 1/2 G
Ex d IIC T6…T4 Ga/Gb
Geharmoniseerde normen:
EN 60079-1:2007, EN 60079-26:2007
Overige toegepaste normen:
EN 60079-0:2012
Voor 3051SFx-flowmeters met RTD-opties:
KEMA00ATEX2143X – certificaat drukvastheid
Apparatuurgroep II, categorie 1/2 G
Ex d IIC T5/T6 Ga/Gb
Geharmoniseerde normen:
EN 60079-1:2007, EN 60079-26:2007
Overige toegepaste normen:
EN 60079-0:2006
(Een vergelijking met EN 60079-0:2009, die geharmoniseerd is, wijst niet
op significante wijzigingen die relevant zijn voor deze apparatuur, dus
EN 60079-0:2006 beschrijft nog steeds de “stand van de techniek”.)
Pagina 5 van 6
Documentrev.: 2013_A
39
November 2014
Snelstartgids
EG-verklaring van overeenstemming
Nr.: RMD 1044 Rev. S
Aangemelde instantie Richtlijn Drukapparatuur
3051S-serie druktransmitters
Det Norske Veritas (DNV) [nummer aangemelde instantie: 0575]
Veritasveien 1, N-1322
Hovik, Noorwegen
3051SF-serie flowmetertransmitters
Bureau Veritas UK Limited [nummer aangemelde instantie: 0041]
Parklands 825A, Wilmslow Road, Didsbury
Manchester M20 2RE
Verenigd Koninkrijk
ATEX aangemelde instanties voor onderzoekscertificaat type EG
DEKRA Certification B.V. [nummer aangemelde instantie: 0344]
Utrechtseweg 310
Postbus 5185
6802 ED Arnhem
Nederland
Baseefa [nummer aangemelde instantie: 1180]
Rockhead Business Park, Staden Lane
Buxton, Derbyshire SK17 9RZ
Verenigd Koninkrijk
ATEX aangemelde instantie voor kwaliteitsborging
Baseefa [nummer aangemelde instantie: 1180]
Rockhead Business Park, Staden Lane
Buxton, Derbyshire SK17 9RZ
Verenigd Koninkrijk
Pagina 6 van 6
40
Documentrev.: 2013_A
November 2014
Snelstartgids
41
*00825-0100-4805*
Snelstartgids
00825-0111-4805, Rev EA
November 2014
Emerson Process Management
Rosemount Inc.
Emerson Process Management bv
Emerson Process Management
Asia Pacific Private Limited
Emerson Process Management nv/sa
1 Pandan Crescent
Singapore 128461
T (65) 6777 8211
F (65) 6777 0947/65 6777 0743
De Kleetlaan, 4
B-1831 Diegem
België
T (32) 2 716 7711
F (32) 2 725 83 00
www.emersonprocess.be
Emerson Process Management
GmbH & Co. OHG
Emerson Process Management
Latin America
Beijing Rosemount Far East
Instrument Co., Limited
© 2014 Rosemount Inc. Alle rechten voorbehouden. Alle merken eigendom
van de merkhouder.
Het Emerson-logo is een handelsmerk en dienstmerk van Emerson Electric Co.
Coplanar, DeltaV, PlantWeb, Rosemount en het Rosemount-logo zijn
gedeponeerde handelsmerken van Rosemount Inc.
FOUNDATION fieldbus is een handelsmerk van de Fieldbus Foundation.
PROFIBUS is een gedeponeerd handelsmerk van PROFINET International (PI).
8200 Market Boulevard
Chanhassen, MN 55317, VS
T (VS) (800) 999-9307
T (andere landen) (952) 906-8888
F (952) 906-8889
Argelsrieder Feld 3
82234 Wessling, Duitsland
T 49 (8153) 9390
F 49 (8153) 939172
No. 6 North Street, Hepingli,
Dong Cheng District
Beijing 100013, China
T (86) (10) 6428 2233
F (86) (10) 6422 8586
Postbus 212
2280 AE Rijswijk
Nederland
T (31) 70 413 66 66
F (31) 70 390 68 15
E [email protected]
www.emersonprocess.nl
1300 Concord Terrace, Suite 400
Sunrise Florida 33323, VS
T +1 954 846 5030
www.rosemount.com

advertisement

Key Features

  • FOUNDATION™-fieldbusprotocol
  • eenvoudige installatie
  • geschikt voor diverse toepassingen
  • hoge nauwkeurigheid
  • robuust en betrouwbaar
  • gemakkelijk te onderhouden

Frequently Answers and Questions

Hoe moet ik de druktransmitter 3051S en de flowmeter 3051SF installeren?
Raadpleeg de installatie-instructies in de handleiding.
Welke soorten toepassingen zijn geschikt voor deze apparaten?
De druktransmitter 3051S en de flowmeter 3051SF zijn geschikt voor diverse toepassingen, zoals procescontrole, veiligheidssystemen en onderhoud.
Waar vind ik meer informatie over de configuratie van de apparaten?
Raadpleeg de FOUNDATION fieldbus-handleiding van de 3051S-serie (00809-0200-4801) voor meer geavanceerde configuraties.

Related manuals

Download PDF

advertisement