Liebherr MKv 3910, MKv 3913 Koelkast Gebruiksaanwijzing
De koelkasten MKv 3910 en MKv 3913 zijn geschikt voor de opslag en koeling van geneesmiddelen conform DIN 58345. Deze koelkasten zijn voorzien van een akoestisch en optisch temperatuuralarm, een akoestisch en optisch alarm bij openen deur en een potentiaalvrije contact voor de aansluiting op een bewakingssysteem op afstand.
advertisement
Assistant Bot
Need help? Our chatbot has already read the manual and is ready to assist you. Feel free to ask any questions about the device, but providing details will make the conversation more productive.
Gebrauchsanweisung
Kühlschrank
Vor Inbetriebnahme die Gebrauchsanweisung lesen
Operating instructions
Refrigerator
Read the operating instructions before switching on for the first time
Gebruiksaanwijzing
Koelkast
Voor de inbedrijfstelling de gebruiksaanwijzing lezen
Mode d'emploi
Réfrigérateur
Lire le mode d'emploi avant la mise en service
Istruzione d'uso
Frigorifero
Prima di mettere in funzione l'apparecchio leggere le istruzioni d'uso
Instrucciones de manejo
Frigorífico
Leer las instrucciones de manejo antes de la puesta en servicio
Manual de utilização
Frigorífico
Antes da colocação em funcionamento, ler o manual de utilização
Seite 2
D
Page 14
GB
Pagina 26
NL
Page 38
F
Pagina 50
I
Página 62
E
Página 74
P
7084 677-01
MKv
Inhoud
Uitrustingskenmerken ............................................................28
Klimaatklasse .........................................................................28
Energieverbruik .....................................................................28
Temperatuurstijging bij een stroomuitval ...............................28
Toepassingen van het apparaat .............................................28
Opstellen ................................................................................28
Afmetingen van het apparaat .................................................28
Elektrische aansluiting ...........................................................29
Bedienings- en controleelementen ........................................29
Binnentemperatuur .................................................................29
Apparaat in- en uitschakelen ..................................................30
Waarschuwingszoemer ..........................................................30
Stroomuitvalmelder ................................................................30
Alarm bij openen deur ............................................................30
Instellen van de vertragingstijd voor het alarm bij openen deur ........................................................................................30
Instellingen van het geluidssignaal ........................................31
Alarmmeldingen .....................................................................31
Alarm-test ...............................................................................31
Oproepen van de opgeslagen alarmtoestanden en uitlezen van het temperatuurverloop ..........................................................32
Waarde van het geregistreerde temperatuurverloop terugzetten .............................................................................32
Voorbeeld van een alarmopvraag ..........................................32
Netwerkadres wijzigen ...........................................................33
Parameter op fabrieksinstelling terugzetten ...........................33
Real-time-klok instellen ..........................................................33
Binnenverlichting MKv 3913 ...................................................34
Veiligheidsslot ........................................................................34
Ontdooien ...............................................................................34
Instellen van de displayweergave tijdens de ontdooifase ......34
Reinigen en desinfecteren .....................................................35
Storingen ................................................................................35
Buiten werking stellen ............................................................35
Extern alarm ...........................................................................36
Draairichting deur veranderen ...............................................37
Aanwijzing m.b.t. afdanken
Het apparaat bevat waardevolle materialen en mag niet met het gewoon huis- of grofvuil worden meegegeven. Het recyclen van afgedankte apparaten moet vakkundig gebeuren overeenkomstig de plaatselijk geldende voorschriften en wetten.
Let erop dat bij het afvoeren van het afgedankte apparaat het koelmiddelcircuit niet wordt beschadigd, zodat het koelmiddel (informatie op het typeplaatje) of de olie erin niet ongewild vrijkomen.
• Apparaat onbruikbaar maken.
• De netstekker uit het stopcontact trekken.
• Het aansluitsnoer doorknippen.
WAARSCHUWING
Gevaar voor verstikking door verpakkingsmateriaal en folie!
Kinderen niet met het verpakkingsmateriaal laten spelen.
Breng het verpakkingsmateriaal naar een officieel inzamelpunt.
In het apparaat is een accubatterij ingebouwd.
Aanwijzing voor het verwijderen van batterijen
Bij verwijdering moet de accu uit het apparaat gehaald worden en de batterij moet afzonderlijk met het klein chemisch afval worden meegegeven.
De accu in geen geval beschadigen of kortsluiten!
Beschrijving van het apparaat
Bedienings- en controleelementen
Typeplaatje
Binnenverlichting (MKv 3913)
(LED-lichtlijst)
De ventilatiesleuven van de radiaalventilator in het interieur mogen niet worden afgedekt!
Draagroosters
De draagroosters kunnen afhankelijk van de hoogte van de te koelen flessen en verpakkingen worden verzet.
26
Referentiesensor voor de temperatuurbewaking
Stelpoten
NL
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
• Voorkom blessures en beschadigingen: pak het apparaat altijd met twee personen uit en stel het samen op.
• Neem bij beschadiging van het apparaat onmiddellijk - nog vóór het aansluiten - contact op met de leverancier.
• Stel het apparaat volgens de aanwijzingen in deze gebruiksaanwijzing op en houd u aan de aansluitvoorschriften om zeker te zijn van een goede werking.
• Koppel het apparaat bij storingen los van de netspanning: trek de stekker uit het stopcontact of draai de zekering in de meterkast eruit.
• Trek de stekker niet aan het netsnoer uit het stopcontact maar pak de stekker vast.
• Laat reparaties en ingrepen aan het apparaat uitsluitend door de technische dienst uitvoeren, aangezien anders grote gevaren voor uzelf en anderen kunnen ontstaan. Hetzelfde geldt voor het vervangen van het aansluitsnoer.
• Gebruik in het apparaat nooit open vuur of ontstekingsbronnen. Let er daarom tijdens het vervoeren en reinigen van het apparaat goed op dat het koelmiddelcircuit niet wordt beschadigd. Mocht het koelmiddelcircuit desondanks beschadigd raken, houd het apparaat dan uit de buurt van ontstekingsbronnen. Zorg voor goede ventilatie in het vertrek.
• Ga nooit op de sokkel, laden, deur enz. staan of leunen om ergens bij te kunnen.
• Dit apparaat kan door kinderen vanaf 8 jaar en ouder, evenals door personen met beperkte fysische, sensorische of mentale capaciteiten of gebrek aan ervaring en kennis worden gebruikt, wanneer ze onder toezicht staan of m.b.t. het veilige gebruik van het apparaat instructies hebben gekregen en de daaruit voortvloeiende gevaren begrijpen. Kinderen mogen niet met het apparaat spelen. Kinderen mogen het apparaat niet zonder toezicht reinigen en onderhouden.
• Voorkom voortdurend huidcontact met koude oppervlakken of te koelen/te bevriezen producten want dat kan een pijnlijk of dof gevoel en bevriezing veroorzaken. Bij langdurig huidcontact veiligheidsmaatregelen treffen, bijv. handschoenen dragen.
• Bewaar geen explosieve stoffen of spuitbussen met brandbare drijfgassen (bijv. butaan, propaan, pentaan) in het apparaat. Eventueel vrijkomend gas kan door de elektrische componenten ontstoken worden. U herkent dergelijke spuitbussen aan de erop gedrukte inhoudsvermelding of aan een vlamsymbool.
• Geen elektrische apparaten binnen het apparaat gebruiken.
• Bewaar bij afsluitbare apparaten de sleutel niet in de buurt van het apparaat of binnen het bereik van kinderen.
• Het apparaat is ontworpen voor gebruik in een gesloten ruimte. Het apparaat niet buiten, in een vochtige omgeving of binnen bereik van spatwater plaatsen.
• De LED-lichtlijst in het apparaat dient voor de verlichting van de binnenruimte ervan. Deze verlichting is niet geschikt als kamerverlichting.
• Het apparaat niet in de onmiddellijke buurt van een airconditioning opstellen. Het apparaat mag ook niet onder een aan de wand gemonteerde airconditioning worden bedreven.
• Het apparaat is niet geschikt voor opslag van kolven bloed volgens DIN 58371.
• Bij speciale toepassingsgebieden die onder een eigen norm vallen, dient de exploitant zelf voor het vervullen van deze norm te zorgen.
27
28
Uitrustingskenmerken
- Akoestisch en optisch temperatuuralarm.
- Akoestisch en optisch alarm bij openen deur.
- Potentiaalvrije contact voor de aansluiting op een bewakingssysteem op afstand.
- Seriële interface (RS485) voor de externe temperatuur- en alarmdocumentatie.
- Opslag van de minimaal/maximaal opgetreden temperatuur van de binnenruimte.
- Opslag van de laatste 3 x temperatuuralarm met tijd, datum en duur van het alarm.
- Opslag van de laatste 3 x stroomuitval met tijd, datum en duur van de stroomuitval.
- Veiligheidsthermostaat ter voorkoming van temperaturen onder
+2 °C.
Deze veiligheidstechnische uitrusting moet absoluut worden gebruikt om schade aan de opgeslagen koelwaren te voorkomen. Er mag geen deactivering of buitenbedrijfstelling van deze uitrustingsonderdelen worden uitgevoerd!
Toepassingen van het apparaat
Het apparaat is geschikt voor de opslag en koeling van geneesmiddelen conform DIN 58345, wanneer aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
• Het apparaat voldoet alleen aan DIN 58345, wanneer de accu van de in het apparaat ingebouwde stroomuitvalmelder volledig geladen is (zie het hoofdstuk "Elektrische aansluiting").
• Het apparaat voldoet uitsluitend aan DIN 58345 met de fabrieksmatige temperatuurinstelling.
Door een aanpassing van de temperatuur (alleen door servicetechnicus mogelijk) zou de conformiteit in de zin van DIN 58345 zijn opgeheven.
Het apparaat is niet geschikt voor gebruik op plaatsen waar ontploffingsgevaar kan heersen.
Klimaatklasse
Met de klimaatklasse wordt aangegeven, op welke kamertemperatuur het apparaat gebruikt mag worden, om de volledige koeling te bereiken.
De klimaatklasse wordt op het typeplaatje aangegeven. De positie van het typeplaatje is te vinden in het hoofdstuk
Beschrijving van het apparaat.
Klimaatklasse Kamertemperatuur
SN
N
ST
T
SN-ST
SN-T
+10 °C tot +32 °C
+16 °C tot +32 °C
+16 °C tot +38 °C
+16 °C tot +43 °C
+10 °C tot +38 °C
+10 °C tot +43 °C
Het apparaat niet buiten de aangegeven kamertemperaturen gebruiken!
Opstellen
• Plaats het apparaat bij voorkeur niet in direct zonlicht, naast het fornuis, een radiator enz.
• De ondergrond moet vlak en waterpas zijn. Compenseer oneffenheden d.m.v. de stelpoten.
•
Ventilatieopeningen resp. -roosters niet afdekken.
• De plaatsingsruimte van uw apparaat moet volgens de norm EN 378 pro 8 g koelmiddelmassa R 600a 1 kubieke m bezitten zodat er in geval van een lekkage in het koelmiddelcircuit geen ontvlambare gas-lucht-mengeling in de plaatsingsruimte van het apparaat kan ontstaan. Informatie over de hoeveelheid koelmiddel vindt u op het typeplaatje aan de binnenkant van het apparaat.
Afmetingen van het apparaat
Energieverbruik
Temperatuurstijging bij een stroomuitval
MKv 3910 MKv 3913 Model
Energieverbruik conform
DIN 58345
Temperatuurstijging van +5 °C naar +10 °C bij stroomuitval
0,8 kWh/24h 1,5 kWh/24h
50 minuten 30 minuten
Bedienings- en controleelementen
1
ON/OFF
-toets (apparaat in- en uitschakelen)
2
Keuzetoetsen
3
Set
-toets (Enter)
4
Alarm
Uit-toets
5
Toets voor het opvragen van opgeslagen alarmtoestanden
6
Temperatuurdisplay
7
Aan/Uit-toets binnenverlichting (MKv 3913)
NL
Elektrische aansluiting
Het apparaat uitsluitend met wisselstroom gebruiken.
De toelaatbare spanning en frequentie staan op het typeplaatje.
De positie van het typeplaatje is te vinden in het hoofdstuk Be-
schrijving van het apparaat.
Het stopcontact moet correct geaard en elektrisch beveiligd zijn.
De uitschakelstroom van de zekering moet tussen 10 A en 16 A liggen.
Het stopcontact mag zich niet achter het apparaat bevinden en moet gemakkelijk toegankelijk zijn.
Het apparaat niet door middel van een verlengkabel of aftakcontactdoos aansluiten.
Gebruik geen omvormer (omzetten van gelijkstroom naar wisselstroom) of spaarstekker.
Gevaar voor beschadiging van de elektronische componenten!
• Stekker in het stopcontact steken
- het display toont OFF.
Opmerking
Het duurt 24 uur, voordat de accu's van de stroomuitvalmelder volledig zijn opgeladen
.
Aanwijzing voor de buitenbedrijfstelling van het apparaat
De buitenbedrijfstelling van het apparaat absoluut volgens het hoofdstuk "Buiten werking stellen" uitvoeren.
De stroomuitvalmelder wordt anders actief, wanneer de netstekker eruit getrokken wordt.
Symbolen op het display
Compressor werkt
LED knippert - inschakelvertraging van het aggregaat. Na drukcompensatie in het koelmiddelcircuit start de compressor automatisch.
Ventilator werkt
Het apparaat is in de ontdooifase
AUX
Temperatuurweergave vindt plaats via de referentiesensor
Binnenverlichting ingeschakeld (MKv 3913)
Alarmfunctie
Verschijnt op het display de melding dan heeft zich een storing voorgedaan. Neem a.u.b. contact op met de dichtstbijzijnde technische dienst.
HACCP
(Hazard Analysis Critical Control Point)
De melding HACCP betekent dat de stroomvoorziening en de binnentemperatuur van het apparaat worden geregistreerd.
Als len of bevindt zich de temperatuur in het apparaat in een ontoelaatbaar bereik.
Binnentemperatuur
De temperatuur in de binnenruimte van het apparaat is op de conform DIN 58345 vereiste +5 °C (+/- 3 K) ingesteld en kan niet worden veranderd.
Belangrijke aanwijzing
Koelproducten mogen pas opgeslagen worden, wanneer de temperatuur in het apparaat 5 °C bedraagt.
29
30
Apparaat in- en uitschakelen
Apparaat inschakelen
Houd de ON/OFF-toets ca. 5 sec. ingedrukt - het display toont ON.
Bij de eerste inbedrijfstelling is er geen alarmmelding.
Wordt het apparaat na de eerste inbedrijfstelling gedurende langere tijd van het net gescheiden en de temperatuur in de binnenruimte stijgt tot boven de bovenste alarmgrens, wordt dit door de elektronica als fout herkend (HACCP knippert op het display).
Wanneer het apparaat opnieuw in bedrijf gesteld wordt, moet deze melding als hieronder weergegeven teruggezet worden.
Op toets drukken.
Alarm bij openen deur
Wanneer de deur geopend wordt, brandt de LED en de temperatuurindicatie begint te knipperen.
Wanneer de deur langer dan 60 seconden geopend is, begint de LED te knipperen en op het display knippert en de temperatuurindicatie afwisselend.
Het geluidssignaal klinkt.
Wanneer de deur voor het opslaan van koelwaar langer geopend moet zijn, het geluidssignaal uitschakelen door op de toets te drukken.
De toets + 5 sec. indrukken. Op het display verschijnt
.
De HACCP-LED schijnt nu opnieuw permanent.
5 sec. drukken.
De elektronica schakelt terug naar het normale regelbedrijf.
Apparaat uitschakelen
Houd de ON/OFF-toets ca. 5 sec. ingedrukt - het display toont OFF.
Waarschuwingszoemer
Bij bepaalde alarmtoestanden weerklinkt het geluidssignaal.
Het geluidssignaal kan worden stomgeschakeld door op de toets te drukken.
Instellen van de vertragingstijd voor het alarm bij openen deur
De tijd tot het geluidssignaal klinkt na het openen van de deur kan worden veranderd.
5 sec. drukken. Melding =
Melding =
Melding = (minuut)
Instelbereik = 1 - 5 minuten
Met de toetsen of de gewenste instelling selecteren.
Melding =
5 sec. drukken.
De elektronica schakelt terug naar het normale regelbedrijf.
Stroomuitvalmelder
Bij een stroomuitval klinkt een geluidssignaal en wordt op het display aangegeven.
Wanneer HACCP op het display van het koelapparaat knippert, is de temperatuur tot boven de bovenste alarmgrens van +8 °C gestegen.
Het temperatuurverloop volgens het hoofdstuk
Oproepen van de opgeslagen alarmtoestanden controleren en over verder gebruik van de opgeslagen koelproducten beslissen.
Instellingen van het geluidssignaal
Het geluidssignaal blijft na het drukken op de toets voor het actuele alarmgeval uitgeschakeld.
Wanneer het geluidssignaal weer zelfstandig geactiveerd moet worden, de volgende stappen ondernemen.
5 sec. drukken. Melding =
Melding =
Melding =
Melding =
Melding =
Melding =
Melding =
Melding =
Melding =
Het automatisch reactiveren van het geluidssignaal is nu actief.
De tijd tot wanneer het geluidssignaal weer klinkt moet worden ingesteld.
Melding =
Melding = Tijd in minuten, wanneer het geluidssignaal na het drukken op de toets weer klinkt.
Instelbereik = 1 - 120 minuten.
Met de toetsen of de gewenste instelling selecteren.
Melding =
5 sec. drukken.
De elektronica schakelt terug naar het normale regelbedrijf.
NL
Alarmmeldingen
1. LED knippert
Verschijnt op het display de melding dan heeft zich een storing voorgedaan.
Neem a.u.b. contact op met de dichtstbijzijnde technische dienst.
2. LED knippert en verschijnt op het display
De accu van de stroomuitvalmelder levert een te lage spanning of is defect.
Neem a.u.b. contact op met de dichtstbijzijnde technische dienst.
3. LED knippert - melding
HI
of
LO
In de binnenruimte is het te warm (HI) of te koud (LO).
Het geluidssignaal weerklinkt.
4. HACCP knippert - de actuele binnentemperatuur, en
worden wisselend weergegeven
Er was een langere stroomuitval of in de binnenruimte was het gedurende een bepaalde periode te warm of te koud.
Maximaal drie alarmtoestanden worden opgeslagen en kunnen worden opgeroepen.
Alarm-test
Met deze test wordt de goede werking van de interne en van een eventueel extern aangesloten alarminstallatie gecontroleerd.
De koeling van het apparaat wordt tijdens deze test niet onderbroken.
Test activeren
+ 5 sec. drukken.
• Het display toont nu een temperatuurwaarde van 0,2 °C onder de ingestelde bovenste alarmgrens.
• De temperatuurwaarde stijgt nu om de 2 seconden met 0,1 °C.
• Bij het bereiken van de bovenste alarmgrens verschijnt op het display. Een op de potentiaalvrije alarmuitgang aangesloten externe alarmeenheid wordt nu geactiveerd.
• De temperatuurwaarde stijgt verder tot 0,2 °C boven de bovenste alarmgrens.
• Dezelfde procedure voltrekt zich voor de onderste alarmgrens.
Op het display verschijnt .
Tijdens de test brandt de LED .
De elektronica schakelt automatisch terug naar het normale regelbedrijf.
Test voortijdig afbreken
5 sec. drukken.
31
32
Oproepen van de opgeslagen alarmtoestanden en uitlezen van het temperatuurverloop
Melding =
Met de toetsen of in de lijst bladeren.
Aantal opgetreden temperatuuralarms
Actueelst temperatuuralarm
Voorlaatst temperatuuralarm
Temperatuuralarm voor
Aantal stroomuitvallen
Actueelste stroomuitval
Voorlaatste stroomuitval
Stroomuitval voor
De periode in uren, waarin de maximaal en minimaal opgetreden binnentemperaturen werden gemeten
De hoogst (warmst) gemeten temperatuur
De laagst gemeten temperatuur
Met de toets het gewenste punt activeren. Wordt deze toets nogmaals ingedrukt, geraakt men terug in de lijst.
Opmerking: Het menu kan voortijdig worden verlaten doordat men gedurende 5 sec. op de toets drukt.
Wordt binnen 60 seconden op geen toets gedrukt, schakelt de elektronica automatisch terug.
Waarde van het geregistreerde temperatuurverloop terugzetten
Wanneer de opgeslagen waarde onder van het voorafgaande hoofdstuk weer op 0 gezet moet worden, moeten de volgende stappen ondernomen worden.
Melding =
Voorbeeld van een alarmopvraag
Situatie: HACCP knippert op het display.
Melding = of te lage temperatuur opgetreden. Er moet worden overgegaan naar de melding
.
Melding =
Op deze toets drukken tot schijnt.
op het display ver-
Melding = Er is 1 stroomuitval opgetreden.
Melding =
Melding =
Melding =
Melding =
Actueelste opgetreden stroomuitval.
Jaar 2014
Maand 05 (mei)
Melding =
Melding =
Melding =
Dag 30
Uur 23
Minuut 14
Melding = De stroomuitval heeft 3 uur geduurd.
De toets + 5 sec. indrukken. Op het display verschijnt
.
De HACCP-LED schijnt nu opnieuw permanent.
Zodoende is de elektronica klaar voor het volgend alarmgeval.
5 sec. drukken.
De elektronica schakelt terug naar het normale regelbedrijf.
De toets of indrukken tot op het display verschijnt.
Melding = -
5 sec. drukken. Melding = .
De waarden voor en (hoogst resp. laagst gemeten binnentemperatuur) worden daarbij op de op dat moment in de binnenruimte heersende temperatuur teruggezet.
5 sec. drukken.
De elektronica schakelt terug naar het normale regelbedrijf.
Netwerkadres wijzigen
Bij een netwerk van meerdere apparaten via de RS485-interface moet elk apparaat een eigen netwerkadres krijgen.
5 sec. drukken. Melding =
Melding =
Melding =
Melding =
Met de toetsen of het netwerkadres wijzigen
(
-
)
.
Melding =
5 sec. drukken.
De elektronica schakelt terug naar het normale regelbedrijf.
Parameter op fabrieksinstelling terugzetten
Met deze functie kunnen de alarmgrenzen en waarden van de
sensorkalibratie op de fabrieksinstelling worden teruggezet.
• Houd de ON/OFF-toets ca. 5 sec. ingedrukt - het display toont OFF.
• De toets + 5 sec. indrukken.
> Op het display verschijnt .
• 10 seconden wachten.
• Trek de stekker uit het stopcontact.
ingedrukt houden en de netstekker insteken.
Melding =
Melding =
De elektronica schakelt terug naar het normale regelbedrijf.
NL
Real-time-klok instellen
De real-time-klok is vooraf ingesteld (Midden-Europese tijd).
Een andere tijdzone resp. de zomer-/wintertijd moet manueel ingesteld worden:
5 sec. drukken. Melding =
Melding =
Melding = Jaar 2014
Melding = Met de toetsen het jaar instellen.
= nieuwe instelling opslaan
Melding = Maand (1-12)
Melding = Met de toetsen de maand instellen.
= nieuwe instelling opslaan
Melding = Dag (1-31)
Melding = Met de toetsen de dag instellen.
= nieuwe instelling opslaan
Melding = Weekdag (1 = maandag, 7 = zondag)
Melding = Met de toetsen instellen.
= nieuwe instelling opslaan
de weekdag
Melding = Uur (0-23)
Melding = Met de toetsen het uur instellen.
= nieuwe instelling opslaan
Melding = Minuut (0-59)
Melding = Met de toetsen instellen.
= nieuwe instelling opslaan
de minuten
5 sec. drukken.
De elektronica schakelt terug naar het normale regelbedrijf.
Opmerking
Verschijnt op het display, moet de real-time-klok opnieuw ingesteld worden.
33
34
Binnenverlichting MKv 3913
De verlichting is bovenaan in de binnenruimte aangebracht.
De binnenverlichting kan met de toets worden in- en uitgeschakeld.
De lichtintensiteit van de LEDverlichting komt overeen met laserklasse 1/1M.
Opgelet!
De afdekking van de verlichting mag uitsluitend door de technische dienst worden verwijderd.
Wanneer de afdekking verwijderd wordt, niet met optische lenzen van korte afstand direct in de lamp kijken.
De ogen kunnen daarbij letsel oplopen.
Veiligheidsslot
Het slot in de deur van het apparaat is met een veiligheidsmechanisme uitgerust.
Apparaat afsluiten
• Sleutel in de richting 1 naar binnen duwen.
• Sleutel 90° draaien.
Om het apparaat weer te ontgrendelen moet in dezelfde volgorde te werk worden gegaan.
Ontdooien
Het apparaat ontdooit automatisch. Het vrijkomende water stroomt via de dooiwaterafvoer in de achterwand in een verdampingsschaal buiten het apparaat. Hier verdampt het water door de vrijkomende warmte van de compressor.
Instellen van de displayweergave tijdens de ontdooifase
De volgende meldingen tijdens de ontdooifase kunnen ingesteld worden.
• Symbool + wisselende weergave van en van de actuele temperatuur in de binnenruimte van het apparaat.
• Symbool + temperatuur voor aanvang van de ontdooifase
(fabrieksinstelling).
• Symbool + .
Displayweergave tijdens de ontdooifase veranderen
5 sec. drukken. Melding =
Melding =
Met de toetsen of de gewenste instelling selecteren.
= wisselende weergave van en van de actuele temperatuur in de binnenruimte van het apparaat.
= temperatuur voor aanvang van de ontdooifase.
= alleen melding .
Melding =
5 sec. drukken.
De elektronica schakelt terug naar het normale regelbedrijf.
Reinigen en desinfecteren
Voor het reinigen en desinfecteren het apparaat uitschakelen.
De netstekker uit het stopcontact trekken!
• Alleen desinfecteren met middelen op basis van ethylalcohol.
• Verontreinigde vlakken en draagroosters met een vochtige katoenen doek voorreinigen.
• De binnenruimte, draagroosters en buitenwanden met lauwwarm water, reinigingsmiddelen op basis van ethylalcohol of huishoudreinigingsmiddelen op waterbasis reinigen.
Geen zand- of zuurhoudende schoonmaakproducten resp. chemische oplosmiddelen gebruiken.
Gebruik geen stoomreinigingsapparaten!
Gevaar voor beschadiging en verwonding.
• Let erop dat er geen water in de elektrische delen of het ventilatierooster dringt.
• Maak het aggregaat en de warmtewisselaar
(het metalen roos ter aan de achterkant van het apparaat) één keer per jaar stofvrij en schoon.
Storingen
De volgende storingen kunt u zelf opsporen en verhelpen:
NL
• Het apparaat werkt niet. Controleer:
– of het apparaat is ingeschakeld;
– of de stekker goed in het stopcontact zit;
– of de zekering in de meterkast nog goed is.
• Het apparaat maakt te veel lawaai. Controleer:
– of het apparaat stabiel staat;
– of meubels/voorwerpen naast het apparaat door het draaiende aggregaat aan het trillen worden gebracht. Let wel dat stromingsgeluiden in het koelmiddelcircuit niet te voorkomen zijn.
• De temperatuur is niet laag genoeg. Controleer:
– of de ventilatie in orde is;
– of het apparaat te dicht bij een warmtebron staat.
• Op het display wordt aangegeven:
– De real-time-klok opnieuw instellen (zie paragraaf "Real-timeklok instellen").
Neem, indien geen van de bovengenoemde oorzaken van toepassing zijn en u de storing niet zelf verhelpen kunt, contact op met de dichtstbijzijnde technische dienst van de leverancier van het apparaat. Geef de volgende gegevens op het typeplaatje door: de typeaanduiding het servicenummer
2
1
, en het apparaatnummer
3
.
De positie van het typeplaatje is te vinden in het hoofdstuk Be-
schrijving van het apparaat.
• Beschadig of verwijder het typeplaatje aan de binnenkant van het apparaat nooit: het is belangrijk voor onze tech nische dienst.
• De gebruikte materialen van het apparaat zijn alleen tegen de hierboven vermeldde reinigingsmiddelen bestand.
• Regelmatig reinigen en desinfecteren voorkomt sterke vervuiling.
Buiten werking stellen
Indien het apparaat langere tijd buiten werking gesteld wordt, moeten de volgende stappen ondernomen worden om de accu van de stroomuitvalmelder van de elektronica te ontkoppelen.
• Houd de ON/OFF-toets ca. 5 sec. ingedrukt - het display toont OFF.
• De toets + 5 sec. indrukken.
> Op het display verschijnt .
• 10 seconden wachten!
• De netstekker uit het stopcontact trekken.
> De display gaat uit.
Opmerking
Wanneer de display aan blijft, op de toets op de voedingsunit drukken.
• Reinig het apparaat en laat de apparaatdeur open staan om geurvorming te voorkomen.
35
36
Extern alarm
Er wordt aanbevolen het apparaat op een externe alarminstallatie aan te sluiten.
Aan de achterzijde van het apparaat bevinden zich verschillende aansluitingsmogelijkheden.
De aansluiting van het apparaat op een externe alarminstallatie mag alleen door opgeleid en geschoold personeel worden doorgevoerd!
Potentiaalvrije alarmuitgang
Aansluiting op de
RS485-interface
Afsluitweerstand
Bij een netwerk van meerdere apparaten via de RS485-interface moet de afsluitweerstand op het laatste apparaat blijven.
Bij de apparaten daartussen de afsluitweerstand verwijderen!
Opmerking
De stekkers zijn met schroeven beveiligd. Om de stekkers los te kunnen trekken, de schroeven rechts en links losdraaien.
Potentiaalvrije alarmuitgang
Deze drie contacten kunnen worden gebruikt voor de aansluiting van een optische of akoestische alarminstallatie.
De aansluiting is ontworpen voor maximaal 42 V/8 A gelijkstroom uit een veiligheidsspanningsbron voor extra lage spanning SELV
(min. stroom: 150 mA).
Opgelet!
Bij gebruik van netspanning op het potentiaalvrije alarmcontact wordt niet aan de veiligheidstechnische eisen van de norm EN 60335 voldaan.
N.O
Alarmuitgang
Aansluiting van een waarschuwingslampje of een akoestische alarmmelder.
N.C
Bedrijfscontrolelamp
Aansluiting van een controlelampje dat het normale bedrijf van het apparaat aangeeft.
COM
Externe spanningsbron
Maximaal 42 V/8 A gelijkstroom
Min. stroom: 150 mA
RS485-interface
Rx- / Tx-
Dataleiding zenden/ontvangen (minpool)
Rx+ / Tx+
Dataleiding zenden/ontvangen (pluspool)
GND
Massaleiding
Draairichting deur veranderen
1.
Schroef het scharnier eraf.
Opgelet: Het deurlager heeft een veermechanisme voor het automatisch sluiten van de deur. Bij het losmaken van de schroeven draait het scharnier naar links.
2.
Deur naar beneden afnemen.
3.
Greep en stopjes op de deur omzetten.
4.
Zet de scharnierpen van het scharnier over naar de andere kant.
5.
De bovenste scharnierdelen omzetten.
6.
Zet het afdekplaatje over naar de andere kant.
7.
Schuif de deur over de bovenste scharnierpen en sluit hem.
8.
Steek het scharnier in het onderste deurlager.
9.
Scharnier 90° draaien - de veer wordt gespannen. Scharnier vastschroeven.
NL
37
Liebherr Hausgeräte Lienz GmbH * Dr.-Hans-Liebherr-Strasse 1 * A-9900 Lienz ** www.liebherr.com
advertisement
Key Features
- Akoestisch en optisch temperatuuralarm
- Akoestisch en optisch alarm bij openen deur
- Potentiaalvrije contact voor de aansluiting op een bewakingssysteem op afstand
- Seriƫle interface (RS485) voor de externe temperatuur- en alarmdocumentatie
- Opslag van de minimaal/maximaal opgetreden temperatuur van de binnenruimte
- Opslag van de laatste 3 x temperatuuralarm met tijd, datum en duur van het alarm
- Opslag van de laatste 3 x stroomuitval met tijd, datum en duur van de stroomuitval
Frequently Answers and Questions
Waarom moet ik de gebruiksaanwijzing lezen voordat ik de koelkast voor de eerste keer inschakel?
Wat is de klimaatklasse van de koelkast?
Wat moet ik doen als de koelkast niet werkt?
Hoe moet ik de koelkast reinigen en desinfecteren?
Waar vind ik het typeplaatje van de koelkast?
Related manuals
advertisement
Table of contents
- 4 Uitrustingskenmerken
- 4 Klimaatklasse
- 4 Energieverbruik
- 4 Temperatuurstijging bij een stroomuitval
- 4 Toepassingen van het apparaat
- 4 Opstellen
- 4 Afmetingen van het apparaat
- 5 Elektrische aansluiting
- 5 Bedienings- en controleelementen
- 5 Binnentemperatuur
- 6 Apparaat in- en uitschakelen
- 6 Waarschuwingszoemer
- 6 Stroomuitvalmelder
- 6 Alarm bij openen deur
- 7 Instellingen van het geluidssignaal
- 7 Alarmmeldingen
- 7 Alarm-test
- 8 het temperatuurverloop
- 8 terugzetten
- 8 Voorbeeld van een alarmopvraag
- 9 Netwerkadres wijzigen
- 9 Parameter op fabrieksinstelling terugzetten
- 9 Real-time-klok instellen
- 10 Binnenverlichting MKv
- 10 Veiligheidsslot
- 10 Ontdooien
- 10 Instellen van de displayweergave tijdens de ontdooifase
- 11 Reinigen en desinfecteren
- 11 Storingen
- 11 Buiten werking stellen
- 12 Extern alarm
- 13 Draairichting deur veranderen