- Home
- Domestic appliances
- Small kitchen appliances
- Coffee makers
- Coffee making accessories
- AEG
- S60160TK1
- Handleiding
advertisement
▼
Scroll to page 2
of 22
SANTO Kühlschrank Réfrigérateur Koelkast Refrigerator Gebrauchsanweisung Mode d’emploi Gebruiksaanwijzing Operating instructions PERFEKT IN FORM UND FUNKTION Geachte klant, Lees eerst aandachtig de gebruiksaanwijzing door voordat u uw nieuwe koelapparaat in gebruik neemt. Hierin staat belangrijke informatie over een veilig gebruik, over het opstellen en over het onderhoud van het apparaat. De gebruiksaanwijzing s.v.p. bewaren om later nog eens iets na te kunnen lezen. Aan eventuele volgende bezitters van het apparaat doorgeven. Deze gebruiksaanwijzing is voor meerdere, technisch vergelijkbare modellen in diverse uitvoeringen bestemd. S.v.p. alleen op de aanwijzingen letten die op uw apparaat betrekking hebben. Met de waarschuwingsdriehoek en/of door signaalwoorden (Waarschuwing!, Voorzichtig!, Let op!) wordt de aandacht gevestigd op aanwijzingen die belangrijk zijn voor uw veiligheid of voor het juist functioneren van het apparaat. Hier absoluut op letten. ☞1. Dit symbool leidt u stap voor stap door de bediening van het apparaat. 2. Na dit symbool wordt uitleg gegeven over de bediening en het praktisch gebruik van het apparaat. Met het klaverblad worden tips en aanwijzingen voor een economisch en milieuvriendelijk gebruik van het apparaat aangegeven. Voor eventueel optredende storingen staan in de handleiding aanwijzingen om deze zelf op te lossen, zie hoofdstuk "Wat te doen als...". Als deze aanwijzingen niet voldoende informatie bieden staat onze service-afdeling u te allen tijde ter beschikking. Gedrukt op milieuvriendelijk vervaardigd papier wie ecologisch denkt, handelt ook zo ... 43 Inhoud Veiligheid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 45 Weggooien . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 47 Informatie over de verpakking van het apparaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 47 Weggooien van oude apparaten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 47 Transportbescherming verwijderen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 47 Opstellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 48 Opstelplaats . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 48 Apparaat richten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 48 Het apparaat heeft lucht nodig . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 49 Bovenblad verwijderen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 49 Overzetten van het deurscharnier . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 50 Elektrische aansluiting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 51 Beschrijving van het apparaat. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 52 Vooraanzicht . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 52 Voor ingebruikname . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 52 In gebruik nemen en temperatuurregeling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 53 Apparaat uitschakelen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 54 Interieur . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 55 Legvlakken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 55 Variabele binnendeur . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 55 Flessenhouder. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 56 Variabele box . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 56 Juist bewaren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 57 Ontdooien . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 57 De koelruimte wordt automatisch ontdooid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 57 Reiniging en onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 58 Tips om energie te besparen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 59 Wat te doen als ... . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 59 Hulp bij storingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 59 Lamp vervangen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 61 Geluiden tijdens de werking . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 61 Bepalingen, normen, richtlijnen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 61 Vaktermen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 62 44 Veiligheid De veiligheid van onze koelapparaten voldoet aan de Europese en Nederlandse normen. Desondanks zien wij ons genoodzaakt u met de volgende veiligheidsaanwijzingen vertrouwd te maken: Toepassing volgens de voorschriften • Het apparaat is voor huishoudelijk gebruik bestemd. Het is geschikt voor het koelen van levensmiddelen. Als het apparaat voor andere doeleinden gebruikt wordt kan de fabrikant geen verantwoording nemen voor eventuele schade. • Constructieve wijzigingen of veranderingen aan het apparaat zijn uit veiligheidsoverwegingen niet toegestaan. • Als het apparaat commercieel of voor andere doeleinden dan voor het koelen van levensmiddelen gebruikt wordt, s.v.p. letten op de hiervoor van kracht zijnde wettelijke bepalingen. Voordat het apparaat voor de eerste keer in gebruik genomen wordt • Controleer het apparaat op transportschade. Een beschadigd apparaat in geen geval aansluiten! Wend u in geval van schade tot de leverancier. • Overtuig u er van dat het apparaat niet op het aansluitsnoer staat. Belangrijk: Het aansluitsnoer mag alleen door vakmensen vervangen worden; deze onderdelen zijn verkrijgbaar bij de fabrikant of onze service-afdeling. Koelmiddelen Het apparaat bevat in het koelvloeistofcircuit de koelvloeistof isobutaan (R600a), een natuurlijk, zeer milieuvriendelijk gas, dat echter wel brandbaar is. • Bij het transport en het opstellen van het apparaat erop letten dat geen onderdelen van het koelvloeistofcircuit beschadigd worden. • Bij beschadiging van het koelvloeistofcircuit: – open vuur en brandhaarden absoluut vermijden; – het vertrek waar het apparaat staat goed ventileren. Veiligheid van kinderen • Verpakkingsdelen (bijv. folieën, piepschuim) kunnen voor kinderen gevaarlijk zijn. Verstikkingsgevaar! Verpakkingsmateriaal van kinderen weghouden! • Oude apparaten voor het weggooien onbruikbaar maken. Stekker uit het stopcontact trekken, aansluitsnoer doorknippen, eventueel aanwezige snap– of grendelsloten verwijderen of kapotmaken. Daardoor 45 Veiligheid wordt voorkomen dat spelende kinderen in het apparaat opgesloten raken (verstikkingsgevaar!) of in andere levensgevaarlijke situaties terecht komen. • Kinderen kunnen gevaren die in het omgaan met huishoudelijke apparaten schuilen vaak niet herkennen. Zorg daarom voor de nodige toezicht en laat kinderen niet met het apparaat spelen. In het dagelijks gebruik • Bussen of flessen met brandbare gassen of vloeistoffen kunnen lek raken door de inwerking van koude. Explosiegevaar! Leg geen bussen of flessen met brandbare stoffen zoals spuitbussen, aanstekers, navullingen voor aanstekers etc. in het koelapparaat. • Waarschuwing - Geen elektrische apparaten (bijv. elektrische ijsmachines, mixers etc.) in het koelapparaat gebruiken. • Waarschuwing - Om het functioneren van het apparaat niet nadelig te beïnvloeden, mogen de ventilatie-openingen van het apparaat of het inbouwmeubel niet worden afgedekt of versperd. • Waarschuwing - Gebruik m.u.v. de in deze gebruiksaanwijzing aanbevolen hulpmiddelen geen mechanische of kunstmatige hulpmiddelen om het ontdooiproces te bespoedigen. • Waarschuwing - Voor het schoonmaken het apparaat altijd uitschakelen en de stekker uit het stopcontact trekken of de zekering in de huisinstallatie uitschakelen. • De stekker altijd aan de stekker zelf uit het stopcontact trekken, nooit aan het snoer. Bij storing • Als er een storing aan het apparaat optreedt eerst in de gebruiksaanwijzing kijken onder “Wat te doen als ...”. Als de daar gegeven aanwijzingen niet verder helpen zelf verder geen werkzaamheden aan het apparaat uitvoeren. • Koelapparaten mogen alleen door vakmensen gerepareerd worden. Door ondeskundige reparaties kunnen grote gevaren ontstaan. Wend u bij reparaties tot uw vakhandel of tot onze service-afdeling. 46 Weggooien Informatie over de verpakking van het apparaat Alle gebruikte materialen zijn niet schadelijk voor het milieu! Ze kunnen zonder gevaar weggegooid of in de vuilverbrandingsoven verbrand worden! De materialen: de kunststoffen kunnen ook opnieuw gebruikt worden en hebben de volgende aanduidingen: >PE< voor polyethyleen, bijv. bij de buitenste verpakking en de zakken binnen in. >PS< voor schuimpolystyreen, bijv. bij de bekledingsdelen, volkomen CFK-vrij. De kartonnen delen zijn van oud papier gemaakt en moeten ook weer in een container voor oud papier gedeponeerd worden. Weggooien van oude apparaten Wegens milieuredenen dienen koelapparaten vakkundig ontmanteld te worden. Dit geldt voor uw huidige apparaat en - als het ook aan vervanging toe is - ook voor uw nieuwe apparaat. Waarschuwing! Apparaten die hun tijd gehad hebben onbruikbaar maken voordat ze weggegooid worden. Stekker uit het stopcontact trekken, aansluitsnoer doorknippen, eventuele snap- of grendelsloten verwijderen of kapotmaken. Hierdoor wordt voorkomen dat spelende kinderen in het apparaat opgesloten worden (verstikkingsgevaar!) of in andere levensgevaarlijke situaties terechtkomen. Aanwijzingen voor het weggooien: • Het apparaat mag niet bij het huis- of grofvuil gezet worden. • Het koelvloeistofcircuit, in het bijzonder de warmtewisselaar aan de achterkant, mag niet beschadigd worden. • Informatie over afhaaltijden of inzamelplaatsen zijn te verkrijgen bij de plaatselijke reinigingsdienst of het gemeentehuis. Transportbescherming verwijderen Het apparaat en de onderdelen van het interieur zijn voor het transport beschermd. 1. Plakband links en rechts aan de buitenkant van de deur er af trekken. 2. Alle plakband en bekledingsdelen uit het interieur verwijderen. ☞ 47 Opstellen Opstelplaats Het apparaat in een goed geventileerde en droge ruimte neerzetten. De omgevingstemperatuur heeft invloed op het stroomverbruik. Het apparaat daarom – niet aan directe straling van de zon blootstellen; – niet bij radiatoren, naast een fornuis of andere warmtebronnen plaatsen; – alleen op een plaats neerzetten waarvan de omgevingstemperatuur overeenkomt met de klimaatklasse waarvoor het apparaat is ontworpen. De klimaatklasse staat op het typeplaatje dat zich links aan de binnenkant van het apparaat bevindt. De volgende tabel geeft aan welke omgevingstemperatuur bij welke klimaatklasse behoort: Klimaatklasse voor een omgevingstemperatuur van SN +10 tot +32 °C N +16 tot +32 °C ST +18 tot +38 °C T +18 tot +43 °C Als het onvermijdelijk is het apparaat naast een warmtebron te plaatsen, aan weerszijden minimaal de volgende afstanden aanhouden: – tot elektrische fornuizen 3 cm; – tot olie- en kolenfornuizen 30 cm. Als men zich niet aan deze afstanden kan houden, is een warmte-isolerende plaat tussen fornuis en koelapparaat aan te bevelen. Als het koelapparaat naast een ander koel- of diepvriesapparaat staat, is een afstand van 5 cm aan weerszijden aan te bevelen, zodat zich geen condens vormt aan de buitenkant van de apparaten. Apparaat richten Het apparaat moet waterpas en stabiel staan. Eventuele oneffenheden in de vloer compenseren door in- of uitdraaien van de twee stelvoetjes voor. 48 Opstellen Het apparaat heeft lucht nodig Het apparaat behoeft geen onderhoud. Wat echter nooit mag ontbreken is een goede ventilatie. De luchttoevoer geschiedt onder de deur, door de ventilatiesleuf tussen apparaat en vloer. De luchtafvoer vindt plaats via het bovenste ventilatierooster. Let u erop, dat deze openingen niet door sokkelpanelen en dergelijke worden afgedekt. Als de koelkast onder een doorlopend A/B werkblad ingebouwd wordt, moeten 105 200 cm2 aan de achterzijde van het werkblad een ventilatie-opening van minstens C 200 cm2 en een bij het werkblad pas570 send ventilatierooster (A/B) worden 550 93-103 aangebracht. De snijvlakken van het werkblad (C) lakken, om inwerking van vocht te voorkomen. De afstand tussen apparaat en wand moet minstens 30 mm bedraagen: vóór inzetten van het ventilatierooster controleren. Extra leverbare accessoires: A ventilatierooster, bruin B ventilatierooster, wit AEG36 Bovenblad verwijderen Na afnemen van het bovenblad kan de koelkast onder een doorlopend werkblad worden ingebouwd. Daarbij gaat u als volgt te werk: 1. Kruiskopschroeven (F) rechts en links uitdraaien. 2. Bovenblad iets optillen, ca. 20 mm naar achteren schuiven en naar boven losnemen (G). Klembusjes (H) losschroeven en bewaren. ☞ F G H G 56/1 49 Opstellen Overzetten van het deurscharnier Het deurscharnier kan van rechts (stand waarin het wordt afgeleverd) naar links overgezet worden als dat voor de opstelplaats nodig is. Waarschuwing! Bij het overzetten van het deurscharnier mag het apparaat niet op het lichtnet aangesloten zijn. Van te voren de stekker uit het stopcontact halen. ☞1. Bovenblad verwijderen. 2. Bovenste deurscharnier (A) uitdraaien en naar beneden uit de scharnierbus nemen. 3. Bovenblad weer monteren. C A 4. Apparaat schuin naar achteren kantelen. 5. Deurscharnierschroeven (K) uitdraaien en deurscharnier (1) naar beneden uit de scharnierbus nemen. 1 K AEG97 6. Deurgreep op de tegenoverliggende zijde monteren. Schroefgaten met plugjes afsluiten. 50 Opstellen Elektrische aansluiting Voor de elektrische aansluiting is een volgens de voorschriften geïnstalleerd stopcontact met randaarde vereist. Het stopcontact moet zodanig worden geïnstalleerd, dat de stekker altijd uit het stopcontact kan worden getrokken. 130 Als het apparaat onder een doorlopend werkblad wordt ingebouwd, dient het stopcontact volgens de 300 voorschriften te worden geïnstalleerd, bij voorkeur zoals in de afbeelding is aangegeven. De elektrische zekering dient minstens 10 ampère te zijn. Indien het stopcontact bij een ingebouwd apparaat niet meer toegankelijk is, dient een maatregel in de elektrische installatie er voor te zorgen dat het apparaat van de stroom kan worden afgesloten (bijv. zekering, beveiligingsschakelaar, aardlekschakelaar of dergelijke met een contactopeningsbreedte van minimaal 3 mm). Voor ingebruikneming op het typeplaatje van het apparaat controleren of de netspanning en stroomsoort overeenkomen met de waarden van het lichtnet op de plaats waar het apparaat komt te staan. Bijv.: AC 220 ... 240 V 50 Hz of 220 ... 240 V ~50 Hz (d.w.z. 220 tot 240 Volt wisselstroom, 50 hertz) Het typeplaatje bevindt zich links aan de binnenkant van het apparaat. AEG44 ☞ 51 Beschrijving van het apparaat Vooraanzicht ➆ ➅ ➀ ➁ ➂ ➇ ➄ ➃ 1 = Boter-/kaasvak met klep 2 = Variabele box (uitvoering afhankelijk van model, niet bij alle modellen) 3 = Deurvak 4 = Flessenhouder (niet bij alle modellen) 5 = Fruit-/groentebak 6 = Legvlakken 7 = Temperatuurregelaar en binnenverlichting 8 = Typeplaatje Voor ingebruikname ☞ 52 Het interieur van het apparaat en alle accessoires schoonmaken voor het eerste gebruik (zie hoofdstuk “Reiniging en onderhoud”). In gebruik nemen en temperatuurregeling De temperatuurregelaar bevindt zich in de koelruimte rechts boven. Hij dient tegelijkertijd als AAN/UIT-schakelaar. Stand "0" = koeling uit Stand "1" = warmste binnentemperatuur Stand "6" = koudste binnentemperatuur AEG62 ☞1. Stekker in het stopcontact steken. 2. Gewenste temperatuur instellen door de temperatuurregelaar te draaien. De binnenverlichting gaat aan. De compressor start en werkt dan automatisch. Aanwijzing: als de instelling veranderd wordt, start de compressor niet direct als op dat ogenblik automatisch ontdooid wordt. Aangezien de bewaartemperatuur in de koelruimte snel bereikt wordt, kunnen direct na inschakeling producten opgeborgen worden. Aanwijzing: Uit voedingswetenschappelijk oogpunt is een bewaartemperatuur van ca. +5°C in de koelruimte in de regel koud genoeg. De volgende zaken zijn van invloed op de binnentemperatuur: – omgevingstemperatuur; – hoeveelheid en temperatuur van de opgeslagen levensmiddelen; – vaak of lang openen van de deur; – een storing in aan apparaat. Daarom moet de instelling van de temperatuurregelaar eventueel aan de omstandigheden van dat moment aangepast worden. Tips m.b.t. de instelling: Voorbeelden: omgevingstemperatuur stand van de temperatuurregelaar ca. 10°C tot 1 ca. 16°C rond 2 ca. 25°C rond 2 ca. 32°C 2 tot 3 ca. 38°C 1 tot 2 53 3. Als u een hogere of lagere temperatuur wenst, draait u de temperatuurregelaar op een warmere resp. koudere stand. Belangrijk! Hoge omgevingstemperatuur (bijv. op hete zomerdagen) en koude instelling van de temperatuurregelaar (stand “5” tot “6”) kunnen er voor zorgen dat de compressor continu werkt. Reden: De compressor moet ononderbroken lopen om bij een hogere omgevingstemperatuur de lage temperatuur van het apparaat te kunnen handhaven. De koelruimte ontdooit dan niet meer – automatisch ontdooien van de koelruimte is alleen bij stilstaande compressor mogelijk (zie hoofdstuk “Ontdooien”). Sterke rijpvorming aan de achterwand van de koelruimte is dan het gevolg. Zet in dat geval de temperatuurregelaar op een warmere stand (stand “4” tot “5”). Bij deze instelling wordt de compressor geregeld en begint het ontdooien weer automatisch. Apparaat uitschakelen het apparaat uit te schakelen de temperatuurregelaar op stand “0” ☞1. Om draaien. De binnenverlichting gaat uit. Als het apparaat gedurende langere tijd niet gebruikt wordt: 1. Levensmiddelen uit koelruimte nemen. 2. Apparaat uitschakelen, daartoe de temperatuurregelaar op stand “0” draaien. De binnenverlichting gaat uit. 3. Stekker uit het stopcontact trekken of zekering in de huisinstallatie uitschakelen. 4. Apparaat grondig reinigen (zie hoofdstuk “Reiniging en onderhoud”). 5. Deur daarna open laten om geurvorming te voorkomen. ☞ 54 Interieur Legvlakken Afhankelijk van model en uitrusting zijn legvlakken van glas of roosters meegeleverd. Het glazen legvlak boven de groente- en fruitbakken moet altijd blijven liggen, opdat fruit en groente langer vers blijven. De overige legvlakken zijn in hoogte verstelbaar: 1. Daartoe het legvlak zover naar voren trekken tot het naar boven of onderen bewogen kan worden en eruit gehaald kan worden. 2. Om de legvlakken op een andere hoogte te zetten in omgekeerde volgorde te werk gaan. ☞ ☞ Plaatsen van grote verpakkingen (niet bij alle modellen): De voorste helft van het tweedelige glazen legvlak eruit halen en op een andere hoogte erin schuiven. Hierdoor wordt ruimte gewonnen om op het daaronder gelegen legvlak grote verpakkingen te plaatsen. Variabele binnendeur Naargelang de behoefte kunnen de deurvakken er naar boven uitgenomen worden en op andere plaatsen gezet worden. 55 Interieur Flessenhouder (niet bij alle modellen) Sommige modellen hebben een flessenhouder in het flessenvak. Hij dient als bescherming tegen het omvallen van losse flessen en kan aan de zijkant verschoven worden worden. Variabele box (niet bij alle modellen, uitvoering afhankelijk van model) Sommige modellen hebben een variabele box die naar de zijkant verschoven kan worden en onder een deurvak is aangebracht. De box kan onder ieder deurvak worden aangebracht. 1. Voor het omzetten het deurvak met de variabele box naar boven uit de houders in de deur tillen en de beugel uit de geleider onder het deurvak nemen. 2. Inzetten op een andere hoogte geschiedt in omgekeerde volgorde. ☞ De variabele box kan ook in de koelruimte aan de zijkant van een legvlak gehangen worden: 1. Trek daartoe het legvlak zo ver naar voren tot het naar boven of naar beneden weggedraaid en er uit gehaald kan worden. 2. De beugel aan de zijkant aan het legvlak hangen en het legvlak weer in de geleiders schuiven. ☞ 56 Juist bewaren In de koelruimte heersen, fysisch bepaald, diverse temperaturen. De laagste temperatuur heerst op de onderste legvlakken. Warmer is het op de bovenste legvlakken en in de vakken in de deur. Waar in de koelruimte de juiste temperatuur heerst voor de diverse soorten levensmiddelen laat het voorbeeld hiernaast zien. Tip: Levensmiddelen dienen altijd afgedekt of verpakt in de koelruimte gezet te worden om uitdrogen en geur- of smaakoverdracht op andere artikelen te voorkomen. Voor het verpakken zijn geschikt: – vershoudzakken en -folies van polyethyleen; – kunststof dozen met deksel; – speciale kappen van kunststof met rubber band; – aluminiumfolie. Ontdooien De koelruimte wordt automatisch ontdooid Het ontdooien van de verdamper in de achterwand van de koelruimte geschiedt automatisch. Het dooiwater wordt in het afvoergootje aan de achterwand van de koelruimte opgevangen, door het afvoergat naar een bakje aan de compressor gevoerd en verdampt daar. Het dooiwaterafvoergat moet regelmatig worden gereinigd (zie hoofdstuk "Reiniging en onderhoud"). 57 Reiniging en onderhoud Om hygiënische redenen dient het apparaat aan de binnenkant incl. toebehoren geregeld gereinigd te worden. Waarschuwing! • Het apparaat mag tijdens het schoonmaken niet op het elektriciteitsnet aangesloten zijn. Gevaar voor schokken! Schakel voor het schoonmaken het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact of schakel de zekering uit. • Het apparaat nooit met stoomreinigingsapparaten schoonmaken. Er kan vocht in de elektrische onderdelen komen. Gevaar voor schokken! Hete damp kan kunststof onderdelen beschadigen. • Het apparaat dient droog te zijn voordat het weer in gebruik genomen wordt. Let op! • Etherische oliën en organische oplosmiddelen kunnen kunststof onderdelen aantasten, bijv. - sap van citroen– of sinaasappelschillen; - boterzuur; - schoonmaakmiddelen die azijnzuur bevatten. Dergelijke substanties niet in contact brengen met apparaatonderdelen. • Geen schurende schoonmaakmiddelen gebruiken. 1. Koelartikelen er uit halen. Alles afgedekt op een koele plaats leggen. 2. Apparaat uitschakelen en de stekker uit het stopcontact trekken of de zekering in de huisinstallatie uitschakelen. 3. Apparaat en interieur met een doek en lauwwarm water schoonmaken. Eventueel een beetje normaal afwasmiddel gebruiken. 4. Daarna met schoon water afnemen en droogwrijven. 5. Het dooiwaterafvoergat aan de achterzijde van de koelruimte schoon-maken m.b.v. de in het afvoergat geplaatste groene reinigingsstift. 6. Als alles droog is, de levensmiddelen er weer in doen en het apparaat weer in bedrijf nemen. ☞ Stof op de condensor verhoogt het energieverbruik. Daarom eenmaal per jaar de condensor aan de achterkant van het apparaat met een zachte borstel of met de stofzuiger voorzichtig schoonmaken. 58 Tips om energie te besparen • Het apparaat niet in de buurt van kachels, verwarmingselementen of andere warmtebronnen plaatsen. Bij een hoge omgevingstemperatuur werkt de compressor vaker en langer. • Zorgen voor voldoende ventilatie van het apparaat. Ventilatieopeningen nooit afdekken. • Geen warme spijzen in het apparaat zetten. Warme spijzen eerst laten afkoelen. • Deur slechts zo lang open laten als nodig is. • De temperatuur niet lager dan nodig instellen. • Houd de warmte afgevende verdamper, het metalen rooster aan de achterzijde van het apparaat, schoon. Wat te doen als ... Hulp bij storingen Het kan bij een storing om kleine defecten gaan die u zelf aan de hand van de volgende aanwijzingen kunt oplossen. Voer zelf geen verdere werkzaamheden uit als de volgende informatie in concrete gevallen niet verder helpt. Waarschuwing! Reparaties aan het koelapparaat mogen alleen door vakmensen uitgevoerd worden. Door ondeskundige reparaties kunnen grote gevaren ontstaan voor de gebruiker. Wend u bij reparatie altijd tot onze service-afdeling. Storing Apparaat werkt niet. Mogelijke oorzaken Het apparaat is niet ingeschakeld. De stekker zit niet of niet goed in het stopcontact. De zekering is doorgeslagen of defect. Het stopcontact is defect. Oplossing Het apparaat inschakelen. De stekker in het stopcontact steken. De zekering controleren en eventueel vervangen. Een elektriciën roepen om het defect aan het stroomnet te verhelpen. 59 Wat te doen als ... Storing Het apparaat koelt te sterk. De levensmiddelen zijn te warm. Mogelijke oorzaken Temperatuur is te koud ingesteld. Temperatuurregelaar tijdelijk op warmere instelling draaien. Temperatuur is niet juist ingesteld. Zie hoofdstuk “In gebruik nemen en temperatuurregeling”. Deur heeft te lang opengestaan. In de laatste 24 uur zijn grotere hoeveelheden warme levensmiddelen opgeslagen. Het apparaat staat naast een warmtebron. Deur slechts zo lang open laten als nodig is. Temperatuurregelaar tijdelijk op een koudere stand zetten. Zie hoofdstuk “Opstelplaats”. Zie hoofdstuk “Lamp vervangen”. Binnenverlichting werkt niet. Lamp is kapot. Sterke rijpvorming in het apparaat, eventueel ook aan de deurafdichting. Op de ondichte plaatsen de deurafdichting voorzichtig met een haardroger Deurafdichting is lek verwarmen (niet heter dan (eventueel na het overzet- ca. 50 °C). ten van het deurscharnier). Tegelijkertijd de verwarmde deurafdichting met de hand zo in vorm trekken dat hij weer helemaal sluit. Apparaat staat niet recht. Ongewone geluiden. 60 Oplossing Stelvoetjes bijstellen. Apparaat komt tegen de muur of tegen andere Apparaat iets wegtrekken. voorwerpen aan. Een onderdeel, bijv. een leiding, aan de achterkant van Dit onderdeel voorzichtig het apparaat komt tegen een ander onderdeel van het wegbuigen. apparaat aan of tegen de muur. Na het wijzigen van de Dit is normaal, het betreft temperatuurinstelling start geen storing. de compressor niet direct. De compressor start na enige tijd automatisch. Water op de bodem van de Dooiwaterafvoer is verkoelruimte of op de stopt. legvlakken. Zie hoofdstuk “Reiniging en onderhoud”. Lamp vervangen Waarschuwing! Gevaar voor elektrische schok! Voor het vervangen van de lamp het apparaat uitschakelen en de stekker uit het stopcontact trekken of de zekering in de huisinstallatie uitschakelen. Lampgegevens: 220-240 V, max. 15 W 1. Om het apparaat uit te schakelen de temperatuurregelaar op stand “O” draaien. 2. Stekker uit het stopcontact trekken. 3. Voor het vervangen van de lamp de bevestigingsschroef eruit draaien en de lampbehuizing afnemen. 4. Defecte lamp vervangen. 5. Lampbehuizing weer monteren en de bevestigingsschroef aandraaien. ☞ AEG65 Geluiden tijdens de werking De volgende geluiden zijn karakteristiek voor koelapparaten: • Klikken Elke keer als de compressor in- of uitschakelt, hoort u een klik. • Zoemen Zodra de compressor functioneert, hoort u gezoem. • Borrelen/klotsen Wanneer het koelmiddel door smalle leidingen stroomt, kunt u een borrelend of klotsend geluid horen. Ook na het uitschakelen van de compressor is dit geluid nog korte tijd te horen. Bepalingen, normen, richtlijnen Het koelapparaat is voor huishoudelijk gebruik bestemd en is met inachtneming van de voor deze apparaten geldende normen gemaakt. Bij de fabricage zijn speciaal die maatregelen genomen die vereist zijn volgens de Duitse wet op de veiligheid van apparaten (GSG), de Duitse voorschriften ter voorkoming van ongevallen bij koude-installaties (VBG 20) en de bepalingen van de vereniging van Duitse elektrotechnici (VDE). De koudecirculatie is op dichtheid getest. 61 Dit apparaat voldoet aan de volgende EU-richtlijnen: – 73/23/EG van 19.2.1973 - laagspanningsrichtlijn – 89/336/EG van 3.5.1989 (met inbegrip van wijzigingsrichtlijn 92/31/EG) - EMC-richtlijn. – 94/2/EG van 21. 01. 1994 - richtlijn voor energie-etikettering – 96/57 EG van 3. 9. 1996 - vereiste met betrekking tot de energieefficiëntie van elektrische huishoudelijke koel- en vriesapparaten en de betreffende combinaties. Vaktermen • Koelmiddel Vloeistoffen die gebruikt kunnen worden voor koudeproductie, worden koelmiddelen genoemd. Deze stoffen hebben verhoudingsgewijs een laag kookpunt, zo laag dat de warmte van de aanwezige levensmiddelen in het koelapparaat, het koelmiddel tot koken ofwel tot verdampen kan brengen. • Koelmiddelkringloop Gesloten kringloopsysteem waarin het koelmiddel zich bevindt. De koelmiddelkringloop bestaat hoofdzakelijk uit verdamper, compressor, condensor en leidingen. • Verdamper In de verdamper verdampt het koelmiddel. Net als alle vloeistof, heeft het koelmiddel warmte nodig om te kunnen verdampen. Deze warmte wordt onttrokken aan de binnenruimte van het koelapparaat, de ruimte koelt daardoor af. Daarom is de verdamper in de binnenruimte geplaatst of direct achter de binnenwand ingeschuimd en daardoor niet zichtbaar. • Compressor De compressor ziet eruit als een tonnetje. Hij wordt aangedreven door een ingebouwde elektromotor en is achter, aan de onderkant van het apparaat geplaatst. De compressor zorgt ervoor dat het dampvormige koelmiddel aan de verdamper onttrokken wordt en vervolgens verdicht en naar de condensor geleid wordt. • Condensor De condensor heeft meestal de vorm van een rooster. In de condensor wordt het koelmiddel dat door de compressor verdicht is, gecondenseerd. Hierbij komt warmte vrij die door de oppervlakte van de condensor aan de omgevingslucht afgegeven wordt. De condensor is daarom aan de buitenkant, meestal aan de achterkant van het apparaat, aangebracht. 62 AEG Hausgeräte GmbH Postfach 1036 D-90327 Nürnberg http://www.aeg.hausgeraete.de © Copyright by AEG 2222 630-66 -00- 0104 Änderungen vorbehalten Sous réserve de modifications Wijzigingen voorbehouden Subject to change without notice
advertisement
* Your assessment is very important for improving the workof artificial intelligence, which forms the content of this project