web edition quick guide GEFELICITEERD MET UW NIEUWE VOLVO! Deze folder bevat slechts een greep uit de meest gebruikelijke autofuncties. De gebruikershandleiding en de overige handleidingen bevatten belangrijke informatie en alle waarschuwingsteksten en veiligheidsinstructies. De volgende symbolen betekenen: Verwijst naar onderdelen op overzichtsfiguren. Stapsgewijze instructies. Extra belangrijk om de gebruikershandleiding door te nemen. Op de laatste pagina vindt u belangrijke informatie, waarschuwingen en veiligheidsinstructies die u dient door te nemen. Opties staan aangegeven met een sterretje *. Lees bovendien meer over uw auto op www.volvocars.com. 01 Starten en wegrijden 04 Functies van uw auto Transpondersleutel Bediening klimaatregeling Keyless-systeem* Verlichtingsbediening Motor starten en afzetten Instrumentenpaneel Ruitenwissers Infotainmentsysteem Telefoon* Externe geluidsbron Knoppen op middenconsole 02 Bestuurdersondersteunende systemen Instellingen in menusysteem Actieve parkeerhulp* Rijbaanassistent* BLIS* en CTA* Start/Stop-systemen* 05 Tips Gebruikershandleiding als mobiele app Tanken Autoverzorging 03 Bestuurdersmilieu Stoel instellen Stuurwiel instellen Alle ruiten openen Opbergmogelijkheden AUX/USB*- en 12V-aansluitingen Hoe werkt de transpondersleutel? 01 Ontgrendelt portieren en achterklep en deactiveert het alarm*. In te stellen in MY CAR. Portieren en achterklep vergrendelen en alarm activeren. ‘Approach’-verlichting. Eenmaal indrukken om het kofferdeksel alleen te ontgrendelen; tweemaal om het ook een stukje te openen. Informatie* over de auto. Paniekfunctie. In de transpondersleutel zijn instellingen op te slaan voor onder meer de buitenspiegels en de elektrisch bedienbare bestuurdersstoel* – zie gebruikershandleiding. Wat geven de controlelampjes* op de transpondersleutel aan? 01 Continu groen licht: de auto is vergrendeld. Continu geel licht: de auto is niet vergrendeld. Continu rood licht: het alarm is afgegaan. Beide controlesymbolen lichten beurtelings rood op: het alarm is minder dan 5 minuten geleden afgegaan. Hoe werkt het Keyless-systeem*? U kunt de sleutel in bijvoorbeeld uw binnenzak laten liggen. Vergrendelen en alarm inschakelen –– Achterkant van een van de buitenste portierhandgrepen aanraken of lichtjes op de kleinste van de beide met rubber beklede knoppen op de achterklep drukken. Ontgrendelen en alarm uitschakelen –– Portierhandgreep beetpakken en het portier op de gebruikelijke manier openen of lichtjes op de grote van de beide met rubber beklede knoppen op de achterklep drukken. 01 Hoe start ik de motor? 01 Transpondersleutel in het contactslot duwen. Koppelings- of rempedaal bedienen. Knop START/STOP ENGINE kort indrukken en loslaten – de motor slaat aan. Hoe zet ik de motor af? 01 Knop START/STOP ENGINE kort indrukken – de motor slaat af. Transpondersleutel uit het contactslot nemen. Hoe schakel ik de ruitenwissers en regensen01 sor* van de voorruit in? Hendel omlaaghalen om de ruitenwissers van de voorruit in te schakelen of omhoog voor één enkele wisslag. Regensensor Aan/Uit. Gevoeligheid sensor of duur intervalfunctie instellen. Wisser achterruit – intervalfunctie/normale functie. Hoe gebruik ik de actieve parkeerhulp PAP*? 02 PAP controleert de beschikbare ruimte en stuurt vervolgens de auto. Aan u de taak om een passende versnelling in te schakelen, de snelheid te regelen en te remmen/ stoppen. PAP activeren met een druk op de knop. Niet sneller rijden dan 30 km/h. Aanwijzingen volgen die op het instrumentenpaneel verschijnen. Auto stoppen, wanneer dit met grafische beelden en teksten van u verlangd wordt. Wat doet de rijbaanassistent LKA*? 02 Als de auto een zijlijn dreigt te overschrijden, grijpt LKA actief in en stuurt de auto met een geringe stuurbeweging terug naar de rijbaan. Als de auto een zijlijn passeert, waarschuwt LKA u bovendien met pulserende trillingen in het stuurwiel. –– LKA activeren met een druk op de knop. Wat doen BLIS* en CTA*? 02 Het Blind Spot Information System informeert over achterliggers in de zogeheten dode hoeken van de auto en voor snel naderende achterliggers. Cross Traffic Alert waarschuwt voor kruisend verkeer tijdens het achteruitrijden. BLIS en CTA worden bij het starten van de motor geactiveerd. BLIS Aan/Uit. CTA Aan/Uit – vindt plaats via de knop voor de Park Assist-sensoren*. Park Assist-sensoren – zie gebruikershandleiding. Hoe gebruik ik het Start/Stop-systeem*? 02 Handgeschakelde versnellingsbak Motor afzetten: Koppelingspedaal bedienen, versnellingspook in vrijstand zetten en koppeling loslaten. Motor starten: Koppeling bedienen. Automatische versnellingsbak Motor afzetten: Auto tot stilstand brengen met rempedaal en pedaal ingetrapt houden. Motor starten: Rempedaal loslaten. Wanneer het systeem actief is, brandt het lampje in de knop. Hoe stel ik de stoel in? 03 Voorkant zitgedeelte omhoog/omlaag. Stoel omhoog/omlaag. Stoel vooruit/achteruit. Rugleuning kantelen. Instellingen opslaan voor elektrisch bedienbare stoel*. Geheugenknoppen voor elektrisch bedienbare stoel. Instelling opslaan: Knop voor vastlegging van de instelling ingedrukt houden, terwijl u op de geheugenknop van uw keuze drukt. Ook de stoelinstellingen zijn op te slaan in de transpondersleutel* – zie gebruikershandleiding. Hoe stel ik het stuur in? 03 Blokkering opheffen. Stuur vooruit-/achteruit- en omhoog-/omlaagbewegen. Blokkering activeren. Hoe regel ik de temperatuur met ECC*? 04 Indrukken voor individuele temperatuur: Meerdere keren drukken om instelling voor links, rechts of beide kanten te kiezen. Draaien om de temperatuur in te stellen. Het display van de middenconsole geeft de gekozen temperatuur aan voor beide kanten. Indrukken voor automatische regeling van de gekozen temperatuur en overige functies. Eraan draaien om de ventilatorsnelheid te wijzigen. Hoe ontdooi ik de voorruit? 04 Eenmaal indrukken om de elektrische voorruitverwarming* te activeren – symbool (1) brandt op het beeldscherm. Tweemaal indrukken om ook de maximale hoeveelheid lucht naar de voorruit en zijruiten te sturen – symbolen (1) en (2) branden. Driemaal indrukken om beide functies uit te schakelen – geen van de symbolen brandt. Zonder elektrische voorruitverwarming: Indrukken om de luchtstroom te activeren/deactiveren. Hoe werkt de stand Auto van de verlichtingsbediening? 04 De stand AUTO biedt de volgende alternatieven: • De rijverlichting schakelt automatisch tussen dagrijlicht en dimlicht. • Het groot licht wordt mogelijk ingeschakeld, wanneer u het dimlicht voert. • Actief groot licht (AHB)* – dat automatisch schakelt tussen dimlicht en groot licht – is te gebruiken. • De tunneldetectie* is geactiveerd. Hoe bedien ik de boordcomputer? 04 OK indrukken om de boordcomputermenu’s te openen, opties te activeren en meldingen te bevestigen. Met het duimwiel door de boordcomputeropties bladeren. Met RESET gegevens in de actuele boordcomputerfunctie op nul stellen en een stap teruggaan binnen het menusysteem. Hoe zet ik de dagteller op nul? Aan het duimwiel van de linker stuurhendel draaien om de gewenste dagteller T1 of T2 te tonen. Lang op de knop RESET drukken om de getoonde dagteller op nul te stellen. 04 Hoe is het uiterlijk van het instrumentenpaneel aan te passen? 04 Een digitaal* instrumentenpaneel biedt de mogelijkheid om verschillende thema’s te kiezen, zoals Performance of Eco. Om van thema te wisselen: Na motorstart op de knop OK van de linker stuurhendel drukken. Aan het duimwiel van de hendel draaien om de menu-optie Thema’s te kiezen en vervolgens op OK drukken. Aan het duimwiel draaien om een thema te kiezen en op OK drukken om uw keuze te bevestigen. Het thema wordt vastgelegd in het transpondersleutelgeheugen* – zie gebruikershandleiding. Hoe werkt de actieradius/‘km actieradius’? 04 Op het instrumentenpaneel verschijnt een schatting van de actieradius op basis van eerdere rijomstandigheden en de resterende hoeveelheid brandstof. Wanneer ‘---- km’ op het display staat, zijn geen garanties meer te geven voor de resterende actieradius. In dat geval zo spoedig mogelijk tanken. Afgebeeld is een digitaal* instrumentenpaneel. Analoog instrumentenpaneel – zie gebruikershandleiding. Hoe kan ik het infotainmentsysteem in- en uitschakelen? Kort indrukken om de installatie in te schakelen. Lang indrukken (totdat het scherm dooft) om uit te schakelen. Om het geluid te onderdrukken (MUTE): eenmaal kort indrukken – tweemaal om het geluid opnieuw in te schakelen. Let erop dat u tegelijkertijd het Sensus-systeem (incl. navigatie-* en telefoonsysteem*) in-/uitschakelt. 04 Hoe navigeer ik in het infotainmentsysteem? 04 Op RADIO, Media, My CAR, NAV* of TEL* drukken om een hoofdbron te kiezen. Op OK/MENU of op het duimwiel* op het stuur drukken om het hoofdmenu van de gekozen bron te openen. Aan TUNE of aan het duimwiel draaien om te navigeren binnen de menu’s. Op OK/MENU of op het duimwiel drukken om een keuze te maken binnen de menu’s. Kort op EXIT drukken om een stap terug te doen binnen het menusysteem, een functie te annuleren of ingevoerde tekens te wissen. Lang op de knop EXIT drukken om terug te gaan naar de normaalweergave of naar de hoofdbronweergave. Tips: Om het snelmenu te openen in de standen NAV of TEL eenmaal op NAV of TEL drukken. Nogmaals drukken om terug te gaan naar de normaalweergave. Hoe ‘pair’ ik een Bluetooth®-telefoon? 04 Op TEL* op de middenconsole drukken. Externe eenheid identificeerbaar/zichtbaar maken via Bluetooth®. Op OK/MENU drukken en de aanwijzingen op het beeldscherm volgen. De externe eenheid is daarmee aangesloten op de auto en kan via de auto worden bediend. De telefoon wordt in het vervolg automatisch gekoppeld aan de auto. Bij een mislukte aansluiting – zie gebruikershandleiding. Hoe kan ik bellen? 04 Op TEL* op de middenconsole drukken. Gewenste nummer invoeren of het duimwiel op het stuur omlaagdraaien om het telefoonboek te openen en omhoogdraaien om de gesprekslijst te openen. Op het duimwiel drukken om te bellen. Gesprek beëindigen met een druk op EXIT. Voor meer manieren om met de telefoon te bellen – zie gebruikershandleiding. Hoe kan ik de telefoon beantwoorden*? 04 –– Op duimwiel drukken om inkomende gesprekken te beantwoorden. Gesprek weigeren/beëindigen met een druk op EXIT. Voor meer manieren om de telefoon te beantwoorden – zie gebruikershandleiding. Hoe sluit ik een externe geluidsbron aan? 04 Externe eenheid aansluiten via de AUX- of USB*ingang in de middenconsole. Op MEDIA drukken. Aan TUNE draaien, totdat de gewenste geluidsbron verschijnt. Op OK/MENU drukken. Voor andere aansluitingen van een externe eenheid – zie gebruikershandleiding. Hoe geef ik een gps*-bestemming aan? 04 Op NAV drukken om het navigatiesysteem in te schakelen – er verschijnt een kaart. Nogmaals op NAV drukken en Adres opgeven kiezen met OK/MENU. Eén of meer zoekcriteria aangeven met behulp van het schrijfwiel of via de numerieke toetsenset op de middenconsole. Vervolgens kiezen uit Als enige bestemming opgevenof Als deelbestemming opgeven en op OK/ MENU drukken. Voor meer informatie en marktspecifieke gegevens – zie de RTI-handleiding*. Hoe sla ik een functie op onder de knop FAV? 04 Hoofdbron kiezen (bijvoorbeeld RADIO, MEDIA). Bron kiezen (bijvoorbeeld AM, DISK). FAV ingedrukt houden, totdat het ‘favorieten-menu’ verschijnt. Aan TUNE draaien om een optie uit de lijst te kiezen en op OK/MENU drukken om op te slaan. Wanneer de bron actief is, kunt u de opgeslagen favoriet bereiken door kort op FAV te drukken. Welke instellingen zijn mogelijk in het menusysteem? In MY CAR zijn tal van autofuncties te regelen, zoals de instellingen voor het klok, de buitenspiegels en vergrendelingen. Zie de eerdere rubriek ‘Hoe navigeer ik in het infotainmentsysteem?’ voor de te gebruiken knoppen. 04 Hoe stel ik de klok in? 04 Naar Instellingen > Systeemopties > Tijd bladeren in MY CAR. Op OK/MENU drukken om het vakje voor de uuraanduiding te activeren. Aan TUNE draaien om de uuraanduiding in te stellen en op OK/MENU drukken om weer te deactiveren. Aan TUNE draaien om het vakje voor de minuutaanduiding te markeren en op OK/MENU drukken. Aan TUNE draaien om de minuutaanduiding in te stellen en op OK/MENU drukken om weer te deactiveren. Aan TUNE draaien om OK te markeren en op OK/ MENU drukken. Wat kan ik met de gebruikershandleidingsapp doen? 05 De gebruikershandleiding is als app te downloaden naar mobiele eenheden. De mobiele app bevat de complete gebruikershandleiding plus instructievideo’s en biedt meerdere zoekmethoden met teksten en afbeeldingen. De mobiele app is te downloaden van App Store of Google Play. Maak gebruik van de onderstaande QR-code. De app is niet in alle talen beschikbaar en leent zich niet voor alle mobiele eenheden. Voor meer informatie – www.volvocars.com. Hoe tank ik? 05 Met de auto ontgrendeld de tankvulklep openen door lichtjes tegen de achterkant van de klep te drukken. Klep openen. Vulpistool in de brandstofvulopening steken. Na het tanken 5–8 seconden wachten, voordat u het vulpistool verwijdert. Hoe moet ik de auto wassen? 05 Voor de lak is het beter om de auto met de hand te wassen dan in een automatische wasstraat. Een nieuwe laklaag is bovendien kwetsbaarder dan een oude laag. U wordt daarom geadviseerd de eerste maanden na aankoop van een nieuwe auto deze alleen met de hand te wassen. Schoon water en een spons gebruiken. Erop letten dat vuil en zand krassen op de lak kunnen veroorzaken. Hoe moet ik leren bekleding reinigen*? 05 Voor het behoud van het uiterlijk van leer is regelmatige leerverzorging vereist. Daarom is het zaak om leren bekleding één tot vier keer per jaar te behandelen met de Volvo Leather Care-kit. De Volvo Leather Care-kit is te verkrijgen bij de Volvo-dealer. Hoe kan ik alle zijruiten tegelijkertijd openen? 05 Transpondersleutel (zie afbeelding) –– Lang op de ontgrendelingsknop op de transpondersleutel drukken om alle zijruiten* tegelijkertijd te openen. Centrale vergrendeling –– Lang op de knop voor centrale vergrendeling op het bestuurdersportier drukken om alle zijruiten* tegelijkertijd te openen. Waar zitten de opbergmogelijkheden? 05 Hier ziet u enkele van de opbergmogelijkheden van de auto. In de gebruikershandleiding staan meer opbergmogelijkheden. Waar zitten de AUX/USB*- en 12V-aansluitingen? De 12V-aansluitingen in de middenconsole zijn alleen te gebruiken met de transpondersleutel in sleutelstand I of hoger. De 12V-aansluiting* in de bagageruimte is altijd te gebruiken. 05 Hoe werkt het Keyless-systeem*? Het Keyless-systeem werkt mogelijk niet, wanneer u de portierhandgrepen met handschoenen aan bedient. Het Keyless-systeem ondervindt mogelijk storingen door elektromagnetische velden en afschermingen. Leg/bewaar de transpondersleutel niet in de buurt van een mobiele telefoon of metalen voorwerpen. Hoe start ik de motor? Na een koude start is het stationaire toerental verhoogd ongeacht buitentemperatuur. Het is onderdeel van Volvo’s effectieve uitlaatgasreinigingssysteem. Vanwege de voorgloeifunctie slaan bepaalde dieselmotoren bij een koude start wellicht later aan. Hoe gebruik ik de actieve parkeerhulp PAP*? PAP werkt niet in alle situaties en is uitsluitend bedoeld als aanvullend hulpmiddel. Als chauffeur bent u er altijd zelf verantwoordelijk voor dat u tijdens het parkeren op een veilige manier rijdt en uw omgeving en eventuele naderende of passerende medeweggebruikers in de gaten houdt. Hoe gebruik ik de rijbaanassistent LKA*? LKA is uitsluitend bedoeld als hulpmiddel en werkt niet in alle rijsituaties, verkeers-, weers- en wegomstandigheden. Als chauffeur bent u er altijd zelf verantwoordelijk voor dat u op een veilige manier in de auto rijdt en daarbij de geldende verkeerswetgeving in acht neemt. Hoe stel ik de stoel in? Stel de bestuurdersstoel in vóórdat u wegrijdt. Doe dit nooit tijdens het rijden. Controleer of de stoel vergrendeld staat om letsel te voorkomen bij hard afremmen of een aanrijding. Hoe stel ik het stuur in? Het stuurwiel (na instelling van de bestuurdersstoel) instellen vóórdat u wegrijdt – nooit tijdens het rijden. Hoe werkt de actieradius/‘km actieradius’? Als u net van rijstijl bent veranderd, is een bepaalde foutmarge mogelijk. Hoe moet ik leren bekleding reinigen*? Sommige geverfde kledingstukken (zoals spijkerbroeken en suède kleding) kunnen afgeven en voor vlekken op de bekleding zorgen. Gebruik nooit sterke oplosmiddelen, omdat die de bekleding mogelijk beschadigen. Waar zitten de AUX/USB*- en 12V-aansluitingen? Voor alle aansluitingen geldt een stroom van maximaal 10 A (120 W). Lees meer over uw auto op www.volvocars.com. TP 17103 (Dutch) AT 1348. Printed in Sweden, Göteborg 2013, Copyright © 2000–2013 Volvo Car Corporation Wat doen BLIS* en CTA*? BLIS en CTA vormen slechts een aanvulling op – geen vervanging voor – een veilige rijstijl en het gebruik van de buitenspiegels. Ook bij gebruik van de hulpmiddelen BLIS en CTA moet u altijd oplettend en verantwoord blijven rijden. Als chauffeur bent u er altijd zelf verantwoordelijk voor dat u veilig achteruitrijdt. BLIS werkt niet in scherpe bochten. BLIS werkt evenmin, wanneer u achteruitrijdt.
* Your assessment is very important for improving the work of artificial intelligence, which forms the content of this project
advertising