advertisement
▼
Scroll to page 2
of 44
430i Dit product voldoet aan de geldende CE-eisen. MONTAGE- / GEBRUIKERSHANDLEIDING INHOUDSOPGAVE Belangrijke veiligheidsvoorschriften - Montage 3 Waarschuwingsklevers / serienummer 4 Specificaties 5 Voorafgaand aan de montage 5 Onderdelen6 Montagemateriaal7 Gereedschap7 Montage8 Het toestel verplaatsen 20 Het toestel nivelleren 20 Belangrijke veiligheidsvoorschriften 21 Kenmerken22 Consolekenmerken 23 Bedieningen28 Montage en demontage 28 Afstelling trainingshoek 28 Opstart/Stand-by-modus 29 Snelstartprogramma 30 Gebruikersprofielen 30 Pauzeren of stoppen 34 Resultaten/Afkoel-modus 35 GOAL TRACK-statistieken 35 Onderhoudsmodus console 37 Onderhoud38 Onderhoudsonderdelen 39 Problemen oplossen 40 Bewaar het oorspronkelijke bewijs van aankoop en noteer de volgende informatie om de garantieondersteuning te valideren: Serienummer __________________________ Datum van aankoop ____________________ Neem contact op met uw lokale verdeler om uw productgarantie te registreren. Als u vragen hebt of problemen ondervindt met uw product, neem dan contact op met uw lokale Schwinn-verdeler. Ga naar om uw plaatselijke verdeler te vinden: www.nautilusinternational.com Nautilus, Inc., www.NautilusInc.com, 18225 NE Riverside Parkway, Portland, OR 97230, U.S.A. - Klantenservice: [email protected] | Gedrukt in China | © 2013 Nautilus, Inc. | ® wijst op handelsmerken die in de Verenigde Staten zijn geregistreerd. Deze merken mogen in andere landen worden geregistreerd of anderszins worden beschermd door het gemeen recht. MyFitness Pal® is een geregistreerd handelsmerk van de eigenaar. 2 BELANGRIJKE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN -MONTAGE Dit pictogram wijst op een potentieel gevaarlijke situatie die kan leiden tot de dood of ernstig letsel. Neem de volgende waarschuwingen in acht: Lees aandachtig alle waarschuwingsklevers op dit toestel. Lees aandachtig de montage-instructies. • Houd omstanders en kinderen te allen tijde uit de buurt van het toestel dat u aan het monteren bent. • Sluit het toestel niet op het elektriciteitsnet aan totdat u dit gevraagd wordt. • Monteer het toestel niet buiten of in een vochtige of natte plaats. • Zorg ervoor dat u voldoende werkruimte hebt, uit de buurt van voorbijgangers en zonder blootstelling van omstanders. • Sommige componenten van het toestel kunnen zwaar of moeilijk hanteerbaar zijn. Roep de hulp in van een tweede persoon wanneer u deze onderdelen monteert. Monteer geen zware of moeilijk hanteerbare onderdelen zonder de hulp van iemand anders. • Installeer het toestel op een stevige, vlakke en horizontale ondergrond. • Probeer het design of de functionaliteit van het toestel niet te wijzigen. Dit zou de veiligheid van dit toestel in gevaar kunnen brengen en maakt de garantie ongeldig. • Als u vervangingsonderdelen nodig hebt, gebruik dan uitsluitend originele vervangingsonderdelen en montagemateriaal van Nautilus. Als u geen originele vervangingsonderdelen gebruikt, dan kan dit een risico inhouden voor de gebruikers, het toestel verhinderen om correct te functioneren en de garantie ongeldig maken. • Gebruik het toestel niet totdat het volledig gemonteerd en gecontroleerd is op correcte werking in overeenstemming met de handleiding. • Lees voor de eerste ingebruikneming aandachtig de volledige handleiding die bij dit toestel is meegeleverd. Bewaar de handleiding voor later gebruik. • Voer alle montagestappen in de opgegeven volgorde uit. Onjuiste montage kan leiden tot lichamelijke letsels of onjuiste werking. • Dit product bevat magneten. Magnetische velden kunnen interfereren met het normale gebruik van bepaalde medische hulpmiddelen in de directe nabijheid. Gebruikers kunnen in de nabijheid van de magneten komen bij de montage, het onderhoud en/of het gebruik van het product. Vanwege het voor de hand liggende belang van deze hulpmiddelen, zoals een pacemaker, is het belangrijk dat u uw arts om advies vraagt in verband met het gebruik van deze apparatuur. Raadpleeg de sectie 'Waarschuwingsklevers en Serienummer' om de locatie van de magneten op dit product te bepalen. 3 WAARSCHUWINGSKLEVERS EN SERIENUMMER WAARSCHUWING • Lees aandachtig en volg alle waarschuwingen op dit toestel. • Houd kinderen uit de buurt van het toestel. • Niet geschikt voor gebruik door kinderen jonger dan 14 jaar. • Lees de gebruikershandleiding aandachtig voordat u het toestel in gebruik neemt. • Onvoorzichtigheid tijdens het gebruik van dit toestel kan leiden tot lichamelijke letsels of de dood. • Het maximale gebruikersgewicht voor dit toestel is 136 kg. • Vervang klevers met het opschrift 'Opgelet', 'Waarschuwing' of 'Gevaar' die onleesbaar, beschadigd of verwijderd zijn. • De hartslag die wordt weergegeven, is een benadering en mag alleen ter referentie worden gebruikt. • Read, understand and obey all warnings on this machine. • Keep children away. • Not intended for use by anyone under 14 years of age. • Prior to use, read and understand the Owner’s Manual. • Injury or death is possible if Caution is not used while using this machine. • The maximum user weight for this machine is 300 lbs (136 kg). • Replace any “Caution”, “Warning” or “Danger” label that is illegible, damaged, or removed. • The heart rate displayed is an approximation and should be used for reference only. Serienummer Productspecificaties • Lisez et assimilez tous les avertissements apposés sur cet appareil. • Gardez les enfants et les animaux de compagnie éloignés de cette machine en tout temps • • Déconseillé aux enfants âgés de moins de 14 ans. • Lisez et familiarisez-vous avec le Manuel du propriétaire et avec tous les • d’utiliser cette avertissements avant machine. • Soyez prudent lorsque vous utilisez cet équipement pour ne pas vous infliger de graves blessures. • Cette machine supporte un poids maximal de 300lbs. (136kg). • Remplacez toute étiquette d’avertissement endommagée, illisible ou manquante. • La fréquence cardiaque qui s’affiche sur la console est une approximation et doit être utilisée seulement à titre indicatif. 8002739_B WAARSCHUWING Houd handen en voeten weg. 54.8mm 4 21.78mm SPECIFICATIES Maximaal gebruikersgewicht: Gewicht van het toestel: 160.5 cm ( 63.2” ) 71.5 cm ( 28.2” ) 178.1 cm ( 70.1” ) 136 kg 74,5 kg Totale benodigde ruimte (voetafdruk) van de apparatuur: 12734,2 cm2 Stroomvoorziening: Werkspanning: 220 V - 240 V AC, 50 Hz Werkstroom: 0,4 A Reglementaire goedkeuringen: Dit product voldoet aan de geldende internationale EN ISO 20957-normen voor vast opgestelde trainingsapparatuur, klasse H. Zet dit toestel NIET bij het afval. Dit product moet worden gerecycled. Volg de voorgeschreven methoden op een erkend afvalinzamelpunt om dit product correct te recyclen. Voorafgaand aan de montage Kies de plaats waar u het toestel wilt installeren en gebruiken. Voor een veilige werking moet het toestel op een harde en vlakke ondergrond worden geïnstalleerd. Voorzie een trainingsruimte van minimaal 193,4 x 300 cm. Zorg dat de trainingsruimte die u gebruikt, voldoende hoog is. Houd hierbij rekening met de lengte van de gebruiker en de maximale helling van de crosstrainer. Basisprincipes bij het monteren Volg deze basisprincipes bij het monteren van uw toestel: • Lees aandachtig de 'Belangrijke veiligheidsvoorschriften' voor de montage. 3.0m ( 118.1” ) 0.6m ( 24” ) • Verzamel alle onderdelen die u nodig hebt bij iedere montagestap. • Met behulp van de aanbevolen moersleutels draait u de bouten en 1.93m moeren naar rechts (met de klok ( 76.2” ) mee) om aan te spannen en naar links (tegen de klok in) om los te draaien. • Wanneer u twee onderdelen vastmaakt, heft u de constructie voorzichtig op en kijkt u door de boutgaten. Op die manier kunt u de bout gemakkelijker door de gaten glijden. 0.6m ( 24” ) 0.6m ( 24” ) 0.6m ( 24” ) • Voor de montage zijn mogelijk twee mensen nodig. 5 ONDERDELEN 21 2 19 5 1 18 20 3 4 16 6 12 17 15 9 7 14 11 10 13 8 Alle rechtse ('R') en linkse ('L') onderdelen zijn voorzien van een klever om de montage te vergemakkelijken. Item Aantal Omschrijving Item Aantal 1 1 Consolemast 12 1 Bovenste beschermkap 2 1 Vast handvat 13 1 Voorste stabilisatiesteun 3 1 Armdraaistang 14 1 Rechterbeen 4 1 Drinkfleshouder 15 1 Rechterpedaal 5 1 Console 16 1 Dop beschermkap 6 1 Bovenste handgreeparm links 17 1 Onderste handgreeparm rechts 7 1 Onderste handgreeparm links 18 1 Bovenste handgreeparm rechts 8 1 Linkerpedaal 19 1 Wisselstroomadapter 9 1 Railconstructie 20 1 Mp3-koord 10 1 Linkerbeen 21 1 Handbediende hefinrichting 11 1 Frame 22 1 Smeermiddel op basis van silicone, fles (niet afgebeeld) 6 Omschrijving MONTAGEMATERIAAL / GEREEDSCHAP A B Item Aantal A 6 B C D E Omschrijving F G H Item Aantal Platbolkopinbusbout, M8x16 (met Loctite®-lijm) F 6 Gegolfde sluitring 4 Vlakke sluitring, M8 G 12 Borgring, M8 C 8 Brede sluitring, M8 H 2 Ashuls D 4 Platbolkopinbusbout, M8x16 I 2 Dop E 2 Inbusbout, M8x20 I Omschrijving Gereedschap Meegeleverd 6 mm #2 13 mm 15 mm 19 mm 7 MONTAGE 1. Bevestig de voorste stabilisatiesteunen op het frame Opmerking: Het montagemateriaal is vooraf geïnstalleerd en is niet aanwezig op de montagekaart. * 11 6mm X4 * * * 13 8 2. Bevestig de railconstructie op het gemonteerde frame Opmerking: Z org dat de stelpootjes van de railconstructie op de hoogste stand staan. Het montagemateriaal is vooraf geïnstalleerd en is niet aanwezig op de montagekaart. * 6mm 9 * * * 9 3. Bevestig de handbediende hefinrichting met behulp van de armdraaistang Opmerking: Het montagemateriaal is vooraf geïnstalleerd en is niet aanwezig op de montagekaart. * NB: Plaats de armdraaistang onder de plaatverbinding en duw de handbediende hefinrichting in de richting van het gemonteerde frame. Draai het montagemateriaal vervolgens volledig aan. Verwijder de armdraaistang na het aandraaien. Zorg dat uw vingers niet geklemd raken bij het plaatsen of verwijderen van de armdraaistang. 21 * * 3 10 4. Sluit de kabel aan en bevestig de consolemast aan het gemonteerde frame NB: Krimp de consolekabel niet. 6mm X4 1 D G B 12 16 11 5. Bevestig de benen aan het gemonteerde frame 14 X2 F X2 10 G A 6mm 12 C 6. Bevestig de armdraaistang en de onderste handgreeparmen aan het gemonteerde frame X2 13 mm G C E I 3 17 X2 7 F 13 7. Bevestig de linkerpedaal aan het gemonteerde frame NB: Herhaal deze stap aan de andere kant met de rechterpedaal (item 15). H H A A G G C 6mm C 6mm 8 8 F F CG CG A 15 15 14 A 8. Bevestig de bovenste handgreeparmen aan het gemonteerde frame Opmerking: Het montagemateriaal is vooraf geïnstalleerd en is niet aanwezig op de montagekaart. * Zorg dat de bovenste handgreeparmen veilig bevestigd zijn voordat u gaat trainen. 18 6 X8 * * * 6mm 15 9. Leid de kabels en bevestig het vaste handvat aan het gemonteerde frame NB: Krimp de consolekabels niet. 2 X3 * 6mm 16 * * 10. Bevestig de drinkfleshouder aan het gemonteerde frame Opmerking: Het montagemateriaal is vooraf geïnstalleerd en is niet aanwezig op de montagekaart. * 4 X3 * #2 17 11. Schroef het montagemateriaal uit de console NB: Krimp de kabel niet. Opmerking: Het montagemateriaal is vooraf geïnstalleerd en is niet aanwezig op de montagekaart. * 5 X4 * #2 12. Sluit de kabels aan en bevestig de console aan het gemonteerde frame NB: Plaats de clips tegenover de kabelconnectoren en zorg dat de connectoren vastklikken. Krimp de kabels niet. X4 * #2 18 13. Sluit de AC-adapter op het gemonteerde frame aan Opmerking: B reng smeermiddel op basis van silicone aan op een doek en smeer de rails om geluidshinder van de rol te voorkomen. 19 22 14. Laatste controle Zorg dat al het montagemateriaal goed vastzit en dat de componenten correct gemonteerd zijn. Noteer het serienummer in het daarvoor bedoelde veld vooraan in deze handleiding. Gebruik het toestel niet totdat het volledig gemonteerd en gecontroleerd is op correcte werking, in overeenstemming met de gebruikershandleiding. 19 VOORDAT U VAN START GAAT Het toestel verplaatsen Het toestel kan door één of meerdere personen worden verplaatst, afhankelijk van hun fysieke mogelijkheden en capaciteiten. Zorg dat u en de andere personen allemaal fysiek fit zijn en in staat zijn om het toestel veilig te verplaatsen. 1.Verwijder het netsnoer. 2.Gebruik de transporthendel om het toestel voorzichtig op de transportwielen te tillen. 3.Duw het toestel naar zijn plaats. 4.Laat het toestel voorzichtig op zijn plaats zakken. NB: W ees voorzichtig wanneer u de crosstrainer verplaatst. Alle abrupte bewegingen kunnen de werking van de computer beïnvloeden. Het toestel nivelleren Het toestel moet worden genivelleerd als uw trainingsruimte oneffen is of als de railconstructie lichtjes van de vloer komt. Werkwijze voor het afstellen: 1.Plaats het toestel in uw trainingsruimte. 2.Ga gedurende ongeveer 20 seconden veilig achteraan op de railconstructie staan. 3.Stap van het toestel. 4.Draai de klemvleugelmoeren los en verstel de stelpootjes totdat ze allemaal de vloer raken. Verstel de stelpootjes niet te hoog, waardoor ze loskomen of van het toestel worden afgeschroefd. Dit zou lichamelijk letsel of schade aan het toestel kunnen veroorzaken. 5.Verstel totdat het toestel waterpas staat. Draai de klemvleugelmoeren vast. Zorg dat het toestel waterpas staat en stabiel is voordat u begint te trainen. 20 BELANGRIJKE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN Dit pictogram wijst op een potentieel gevaarlijke situatie die kan leiden tot de dood of ernstig letsel. Neem de volgende waarschuwingen in acht alvorens dit toestel te gebruiken: Lees aandachtig de volledige handleiding. Bewaar de handleiding voor later gebruik. • • • • • • • • • • • • • • • • • ees aandachtig alle waarschuwingsklevers op dit toestel. Als de waarschuwingsklevers op een gegeven moment L niet meer goed kleven, onleesbaar worden of loskomen, neem dan contact op met uw lokale Schwinn-verdeler om de klevers te vervangen. Laat kinderen niet alleen op of in de buurt van dit toestel. Bewegende onderdelen en andere voorzieningen van het toestel kunnen gevaarlijk zijn voor kinderen. Niet geschikt voor gebruik door personen die jonger zijn dan 14 jaar. Vraag een arts om advies voordat u een trainingsprogramma begint. Staak de training als u pijn of benauwdheid op de borst voelt, kortademig wordt of u flauw voelt. Vraag uw arts om advies voordat u het toestel opnieuw begint te gebruiken. Gebruik de waarden die door de computer van het toestel worden berekend of opgemeten uitsluitend ter informatie. Controleer voor elk gebruik of het toestel geen losse onderdelen heeft of tekenen van slijtage vertoont. Gebruik het toestel niet als dit toch het geval is. Houd nauw toezicht over de pedalen en de krukarmen. Neem contact op met uw lokale Schwinn-verdeler voor reparatie-informatie. Maximale gebruikersgewicht: 136 kg. Gebruik het toestel niet wanneer u meer weegt. Dit toestel is alleen geschikt voor thuisgebruik. Draag geen losse kleding of sieraden. Dit toestel heeft bewegende onderdelen. Plaats uw vingers of andere voorwerpen niet in de bewegende onderdelen van de trainingsapparatuur. Installeer en gebruik dit toestel op een stevige, vlakke en horizontale ondergrond. Maak de voetpedalen stabiel voordat u erop gaat staan. Wees voorzichtig bij het op- en afstappen van het toestel. Bij onderhoud zorgt u ervoor dat het toestel niet meer op het elektriciteitsnet is aangesloten. Gebruik dit toestel niet buiten of in vochtige of natte plaatsen. Bewaar aan beide zijden van het toestel een vrije ruimte van ten minste 0,6 m. Dit is de aanbevolen veiligheidsafstand voor toegang en doorgang rond het toestel en voor het afstappen bij noodgevallen. Houd omstanders buiten deze ruimte tijdens het gebruik van het toestel. Span uzelf niet overdreven in tijdens het trainen. Gebruik het toestel in overeenstemming met de voorschriften in deze handleiding. Verstel en bevestig alle verstelbare onderdelen op een correcte en veilige manier. Zorg dat de verstelbare onderdelen de gebruiker niet kunnen raken. Houd de voetpedalen schoon en droog. Het gebruik van dit toestel vereist coördinatie en evenwicht. Tijdens het trainen kunt u snelheids- en weerstandsveranderingen verwachten. Wees dus voorzichtig om evenwichtsverlies en mogelijk letsel te voorkomen. Dit toestel is niet geschikt voor gebruik door kinderen of personen met een verminderd lichamelijk, gevoels- of mentaal vermogen, of personen zonder kennis over en ervaring met dit toestel, tenzij dit gebruik plaatsvindt onder het toezicht van, of nadat men is geïnstrueerd over het gebruik van het toestel door, iemand die verantwoordelijk is voor de veiligheid. 21 KENMERKEN U V E D C B F A G H I J T L K S R Q P O N A Luidsprekers L Voetpedaal B Console M Transportgreep C Mediablad N Rail D Ventilator O Hellingsarm E Handvatarm P Stelpootje F Contactsensoren voor hartslagmeting (CHR) Q Stabilisatiesteun G Vast handvat R Transportwiel H Drinkfleshouder S Stroomaansluiting I Opslagbak T Volledig overkapt vliegwiel J Ontgrendelknop helling U USB-poort K Verstelhendel helling V Mp3-input ! 22 M Hartslagmeetsystemen kunnen onnauwkeurig zijn. Overmatig trainen kan ernstig letsel of de dood veroorzaken. Staak de training onmiddellijk als u denkt dat u het bewustzijn gaat verliezen. Consolekenmerken De console verstrekt belangrijke informatie over uw training en verleent u controle over de weerstandsniveaus tijdens het trainen. De console is voorzien van het Schwinn Dual Track™-display met aanraaktoetsen waarmee u door de trainingsprogramma's kunt navigeren. 10 9 8 7 6 5 4 3 2 1 Bovenste display 10 9 8 7 6 5 4 3 2 1 10% 10% 40% 70% 40% 70% Hr Hr 20 GOAL TRACK PROGRAMS 14 Sneltoetsen weerstandsniveau PAUSE/ END QUICK START 18 Onderste display 16 OK 9 CURRENT WORKOUT 12 LAST WORKOUT 5 1 LAST 7 DAYS 7 Sneltoetsen weerstandsniveau 3 Prestatie-indicatielampjes Ventilator Toetsenblokfuncties Toets weerstandsverhoging () - Verhoogt het weerstandsniveau van de training Toets weerstandsverlaging () - Verlaagt het weerstandsniveau van de training QUICK START-toets - Start een Quick Start-training PROGRAMS-toets - Selecteert een categorie en een trainingsprogramma PAUSE/END-toets - Pauzeert een actieve training, beëindigt een onderbroken training of gaat terug naar het vorige scherm GOAL TRACK-toets - Geeft de trainingsresultaten en prestaties voor het geselecteerde gebruikersprofiel weer Verhoogtoets () - Verhoogt een waarde (leeftijd, tijd, afstand of calorieën) of beweegt door de opties Toets Links () - Geeft de verschillende trainingswaarden tijdens een training weer en beweegt door de opties OK-toets - Start een programmatraining, bevestigt informatie of hervat een onderbroken training. Toets Rechts () - Geeft de verschillende trainingswaarden tijdens een training weer en beweegt door de opties Verlaagtoets () - Verlaagt een waarde (leeftijd, tijd, afstand of calorieën) of beweegt door de opties FAN-toets - Bedient de ventilator met drie snelheden 23 Sneltoetsen weerstandsniveaus - Verschuift de weerstandsniveaus snel tijdens een training naar de instelling Prestatie-indicatielampen - wanneer een trainingsresultaat wordt bekeken, gaat de prestatie-indicatielamp aan. Schwinn Dual Track™-display Gegevens van het bovenste display 10 9 8 7 6 5 4 3 2 1 10% 40% 70% Gebruikersdisplay Prestatiedisplay Programmadisplay Het programmadisplay bevat informatie voor de gebruiker en het rasterdisplay geeft het koersprofiel van het programma weer. Elke kolom in het profiel toont één interval (trainingssegment). Hoe hoger de kolom, hoe hoger de weerstand. De knipperende kolom geeft uw huidige interval weer. Hr 20 Intensiteitsdisplay Het intensiteitsdisplay toont het intensiteitsniveau op dat moment op basis van de huidige weerstand. 16 12 7 Hartslagzonedisplay Het hartslagzonedisplay toont in welke zone de huidige hartslagwaarde valt voor de huidige gebruiker. Deze hartslagzones kunnen worden gebruikt als een trainingsrichtlijn voor een bepaalde doelzone (anaeroob, aeroob of vetverbranding). Vraag een arts om advies voordat u een trainingsprogramma start. Staak de training als u pijn of benauwdheid op de borst voelt, kortademig wordt of u flauw voelt. Vraag uw arts om advies voordat u het toestel opnieuw begint te gebruiken. De hartslag die wordt weergegeven, is een benadering en mag alleen ter referentie worden gebruikt 3 Opmerking: Als er geen hartslag wordt gedetecteerd, dan is het display leeg. Doeldisplay Het Doeldisplay geeft het geselecteerde type doel (Afstand, Tijd of Calorieën) weer, de huidige waarde voor het bereiken van het doel en het voltooide percentage van het te bereiken doel. Gebruikersdisplay Het Gebruikersdisplay toont welk gebruikersprofiel momenteel is geselecteerd. Prestatiedisplay Het Prestatiedisplay wordt geactiveerd wanneer een trainingsdoel is bereikt of wanneer een trainingsmijlpaal wordt overtroffen ten opzichte van vorige trainingen. Het consoledisplay zal de gebruiker feliciteren en hem informeren van zijn prestatie. Dit gaat gepaard met een feestelijk geluidje. 24 10% Gegevens van het onderste display Hr 20 ACK WORKOUT 40% 70% 16 12 Het onderste display toont de trainingswaarden en kan voor iedere gebruiker worden aangepast. (Raadpleeg de sectie 'Gebruikersprofiel bewerken' in deze handleiding). Snelheid UT 7 Het Snelheidsdisplay toont de snelheid van het toestel in mijl per uur (mph) of kilometer per uur (km/u). 3 Tijd Het Tijdsdisplay toont de totale duur van de training, de gemiddelde duur voor het gebruikersprofiel of de totale werkingstijd van het toestel. Opmerking: In geval van een Quick Start-training van meer dan 99 minuten en 59 seconden (99:59) verspringen de tijdseenheden naar uren en minuten (1 uur, 40 minuten). Afstand Het Afstandsdisplay toont de afgelegde afstand (mijl of km) tijdens de training. Opmerking: Raadpleeg de sectie 'Instelmodus van de console' van deze handleiding om de meeteenheden te veranderen naar Engelse of metrische maten. Niveau Het Niveaudisplay toont het huidige weerstandsniveau in de training. TPM Het TPM-display toont de pedaalomwentelingen per minuut (TPM). Hartslag (pols) Het Hartslagdisplay toont het aantal slagen per minuut (BPM) vanaf de hartslagmonitor. Wanneer de console een hartslagsignaal opvangt, begint het pictogram te knipperen. Vraag een arts om advies voordat u een trainingsprogramma start. Staak de training als u pijn of benauwdheid op de borst voelt, kortademig wordt of u flauw voelt. Vraag uw arts om advies voordat u het toestel opnieuw begint te gebruiken. Gebruik de waarden die door de computer van het toestel worden berekend of opgemeten uitsluitend ter informatie. Calorieën Het Calorieëndisplay toont het aantal calorieën dat u naar schatting tijdens het trainen hebt verbrand. 25 Contactsensoren voor hartslagmeting Contact Heart Rate-sensoren (CHR) verzenden uw hartslagsignalen naar de console. De CHR-sensoren zijn de roestvrijstalen onderdelen van de handgrepen. Om deze te gebruiken plaatst u uw handen comfortabel rond de sensoren. Zorg dat uw handen de boven- en de onderkant van de sensoren aanraken. Houd de handgrepen stevig vast, maar niet te vast of te los. Beide handen moeten contact maken met de sensoren, opdat de console een hartslag zou kunnen detecteren. Zodra de console vier stabiele pulssignalen detecteert, wordt uw initiële hartslag weergegeven. Zodra de console uw initiële hartslag heeft, blijft u gedurende 10 tot 15 seconden stilstaan zonder uw handen te bewegen. De console gaat de hartslag nu valideren. Heel wat factoren hebben een invloed op het vermogen van de sensoren om uw hartslag te detecteren: • Beweging van de spieren van het bovenlichaam (met inbegrip van de armen) produceert een elektrisch signaal (spierartefact) dat de pulsdetectie kan verstoren. Lichte beweging van de handen tijdens het contact met de sensoren kan ook storingen veroorzaken. • Eelt op de handen en handlotion vormen een isolatielaag en verminderen de signaalsterkte. • Sommige personen wekken een onvoldoende sterk ECG-signaal op, dat niet kan worden gedetecteerd door de sensoren. • De nabijheid van andere elektronische apparaten kan storing veroorzaken. Als uw hartslagsignaal op enig moment verstoord lijkt te zijn na validatie, maakt u uw handen en de sensoren schoon en probeert u het opnieuw. Hartslagberekeningen Uw maximale hartslag daalt typisch van 220 slagen per minuut (BPM) als kind tot ongeveer 160 BPM op de leeftijd van 60. Deze daling van de maximale hartslag verloopt meestal lineair, met ongeveer één BPM per jaar. Er zijn geen aanwijzingen dat de daling van de maximale hartslag door training kan worden beïnvloed. Mensen van dezelfde leeftijd kunnen verschillende maximale hartslagen hebben. Om deze waarde nauwkeurig te berekenen legt u dus beter een stresstest af in plaats van de formule op basis van de leeftijd toe te passen. Uw hartslag in rusttoestand wordt beïnvloed door duurtraining. De doorsnee volwassene heeft een hartslag in rusttoestand van ongeveer 72 slagen per minuut, terwijl intensief getrainde lopers 40 slagen per minuut of lager kunnen halen. De hartslagtabel is een schatting van welke hartslagzone (HRZ) effectief is om vet te verbranden en uw cardiovasculaire systeem te verbeteren. Fysieke omstandigheden variëren. Daarom is het mogelijk dat uw individuele HRZ verschillende slagen hoger of lager ligt dan wat wordt weergegeven. De meest efficiënte procedure om vet te verbranden tijdens het trainen is te beginnen op een laag tempo en de intensiteit geleidelijk te verhogen totdat uw hartslag 60-85 % van uw maximale hartslag bereikt. Ga door op dat tempo, waarbij u uw hartslag in die doelzone houdt gedurende meer dan 20 minuten. Hoe langer u uw doelhartslag aanhoudt, hoe meer vet uw lichaam verbrandt. 26 De grafiek is een beknopte richtlijn met de doorgaans voorgestelde doelhartslagwaarden voor personen van uw leeftijd. Zoals we hierboven reeds vermeldden, kan uw optimale doelhartslag hoger of lager liggen. Vraag uw arts om advies in verband met uw persoonlijke doelhartslagzone. Opmerking: Z oals met alle trainingen en fitnessprogramma's het geval is, moet u ook hier de intensiteit en de duur van de training naar eigen goeddunken verhogen. VETVERBRANDING HARTSLAGZONE Hartslag BPM (beats per minuut) 250 200 196 167 191 162 150 100 118 115 186 181 158 154 112 109 176 150 106 171 166 145 141 103 161 137 156 133 151 128 146 126 100 97 94 91 88 50-54 55-59 60-64 65-69 70+ 50 0 20-24 25-29 30-34 35-39 40-44 45-49 Leeftijd Maximale Hartslag Hartslagzone (houden binnen dit bereik voor optimale vetverbranding) 27 BEDIENINGEN Wat te dragen Draag sportschoenen met rubberen zolen Om te trainen hebt u geschikte kleding nodig waarin u vrij kunt bewegen. Hoe vaak moet u trainen Vraag een arts om advies voordat u een trainingsprogramma start. Staak de training als u pijn of benauwdheid op de borst voelt, kortademig wordt of u flauw voelt. Vraag uw arts om advies voordat u het toestel opnieuw begint te gebruiken. Gebruik de waarden die door de computer van het toestel worden berekend of opgemeten uitsluitend ter informatie. De hartslag die op de console wordt weergegeven, is mogelijk onnauwkeurig en mag alleen ter referentie worden gebruikt. • 3 keer per week gedurende 30 minuten per dag. • Plan trainingen op voorhand en probeer het schema te volgen. Opstappen en afstappen Wees voorzichtig wanneer u op en af het toestel stapt. Denk eraan dat de pedalen en het handvat met elkaar zijn verbonden en dat beide onderdelen bewegen wanneer een van deze onderdelen wordt bewogen. Neem alleen het vaste handvat vast om uzelf in evenwicht te houden. U zou zich anders ernstig kunnen verwonden. Uw fitnesstoestel opstappen: 1.Draai de pedalen totdat het dichtstbijzijnde pedaal helemaal naar onderen staat. 2.Neem het vaste handvat vast onder de console. 3.Houd u vast aan het vaste handvat, ga op het onderste pedaal staan en plaats uw andere voet op het andere pedaal. Uw fitnesstoestel afstappen: 1.Draai het pedaal waarvan u wilt afstappen helemaal naar boven en breng het toestel volledig tot stilstand. Dit toestel is niet uitgerust met een vrijwielsysteem. Houd de pedaalsnelheid onder controle en vertraag geleidelijk. 2.Neem het vaste handvat vast onder de console om uzelf in evenwicht te houden. 3.Steun met uw gewicht op de onderste voet en zwaai de bovenste voet van het toestel neer op de vloer. 4.Stap van het toestel en laat het vaste handvat los. Afstelling trainingshoek De hoek van de rails kan worden vergroot voor een intensievere training. Pas de trainingshoek niet aan wanneer u op het toestel staat. Laat de hellingsinrichting na elke training volledig zakken. 1.Neem de hendel voor het verstellen van de helling vast. Duw de knop voor het ontgrendelen van de helling (bovenaan op de hendel voor het verstellen van de helling) in met de palm van de hand en verplaats de hendel om de trainingshoek aan te passen. 2.Laat de hendel los wanneer de rails zich ongeveer in de gewenste hoek bevinden. Zodra u de hendel loslaat, zal de hellingsinrichting blokkeren en de trainingshoek aanhouden. 3.Duw op de pedalen om zeker te zijn dat de hellingsinrichting de rails heeft geblokkeerd. 28 Opmerking: Stap niet op het toestel totdat u zeker weet dat de hellingsinrichting veilig vaststaat. Zorg dat de trainingsruimte die u gebruikt, voldoende hoog is. Houd hierbij rekening met de lengte van de gebruiker en de maximale helling van de crosstrainer. De hellingsinrichting loskoppelen: Pas de trainingshoek niet aan wanneer u op het toestel staat. 1.Neem de hendel voor het verstellen van de helling vast en duw de ontgrendelknop in met de palm van uw hand. Denk eraan het gewicht van de verhoogde delen van het toestel te ondersteunen. Wanneer de hendel wordt ontgrendeld, is het mogelijk dat de hellingsinrichting volledig wordt losgekoppeld. Zorg dat u het gewicht van de verhoogde delen van het toestel veilig kunt ondersteunen. Opmerking: De hellingshendel moet mogelijk lichtjes worden opgetild om de hellingsinrichting los te koppelen. 2.Laat de rails tot de gewenste hoogte zakken. Voorkom mogelijke ernstige verwondingen bij het verlagen van de rails door er op te letten dat uw vingers of handen niet geklemd komen te zitten. 4. Duw de knop voor het ontgrendelen van de helling in. 5.Duw op de pedalen om zeker te zijn dat de hellingsinrichting de rails heeft geblokkeerd. Opmerking: Stap niet op het toestel totdat u zeker weet dat de hellingsinrichting veilig vaststaat. Opstart/Stand-by-modus De console zal in de Opstart/Stand-by-modus worden geplaatst wanneer hij op een stroombron wordt aangesloten, wanneer er een toets wordt ingedrukt of wanneer hij een signaal ontvangt van de toerentalsensor als gevolg van trapbewegingen op het toestel. Automatisch uitschakelen (slaapstand) Als de console in een tijdspanne van ongeveer 5 minuten geen enkele input ontvangt, dan wordt hij automatisch uitgeschakeld. Het lcd-display is uitgeschakeld wanneer de console in de slaapstand staat. Opmerking: De console heeft geen Aan/Uit-schakelaar. Initiële installatie Wanneer de console voor de eerste keer wordt opgestart, moeten de datum, de tijd en uw voorkeur van de meeteenheden worden ingesteld. 1.Datum: Druk op de toetsen Hoger/Lager om de huidige actieve waarde (die knippert) aan te passen. Druk op de toetsen Links/Rechts om de selectie van de huidige actieve waarde (maand/dag/jaar) te veranderen. 2.Druk op OK om in te stellen. 3.Tijd: Druk op de toetsen Hoger/Lager om de huidige actieve waarde (die knippert) aan te passen. Druk op de toetsen Links/Rechts om de selectie van de huidige actieve waarde (uur/minuten/AM of PM) te veranderen. 4.Druk op OK om in te stellen. 29 5.Meeteenheden: Druk op de toetsen Hoger/Lager om te kiezen tussen 'MILES' (Engelse maten) of 'KM' (metrische maten). 6. Druk op OK om in te stellen. De console keert terug naar het Opstart/Stand-by-scherm. Opmerking: Om deze instellingen aan te passen gaat u naar de sectie 'Instelmodus console'. Snelstartprogramma (handmatig) Met het handmatige snelstartprogramma kunt u een training starten zonder enige informatie in te voeren. Bij een handmatige training staat iedere kolom voor een periode van 2 minuten. De actieve kolom zal om de 2 minuten verder over het scherm verschuiven. Als de training langer duurt dan 30 minuten, dan wordt de actieve kolom vastgezet op de verste kolom aan de rechterkant en worden de vorige kolommen van het display geduwd. 1. Ga op het toestel staan. 2.Druk op de toetsen Hoger/Lager om het juiste gebruikersprofiel te kiezen. Als u nog geen gebruikersprofiel hebt ingesteld, dan kunt u een profiel zonder aangepaste gegevens kiezen (alleen standaardwaarden). 3. Druk op de QUICK START-knop om het handmatige programma te starten. 4.Om de weerstand te veranderen drukt u op de toetsen voor het verhogen of verlagen van de weerstand. Het huidige interval en de daaropvolgende intervallen worden ingesteld op het nieuwe niveau. De standaardwaarde van de weerstand voor het handmatige programma is 4. De klok telt op vanaf 00:00. Opmerking: In geval van een handmatige training van meer dan 99 minuten en 59 seconden (99:59) verspringen de tijdseenheden naar uren en minuten (1 uur, 40 minuten). 5.Stop met trappen en druk op PAUSE/END om de training te pauzeren wanneer u klaar bent. Druk nogmaals op PAUSE/ END om de training te beëindigen. Opmerking: De trainingsresultaten worden in het huidige gebruikersprofiel opgeslagen. Gebruikersprofielen Op de console kunt u 2 gebruikersprofielen opslaan en gebruiken. De resultaten van iedere training worden automatisch in de gebruikersprofielen opgeslagen, waar ze kunnen worden bekeken. De volgende gegevens worden in het gebruikersprofiel opgeslagen: • • • • • • Naam - maximaal 10 tekens Leeftijd Gewicht Lengte Geslacht Gewenste trainingswaarden Een gebruikersprofiel kiezen Iedere training wordt opgeslagen in een gebruikersprofiel. Zorg dat u het juiste gebruikersprofiel kiest voordat u een training start. De laatste gebruiker die een training heeft voltooid, wordt standaard geselecteerd. Gebruikersprofielen zijn ingesteld op de standaardwaarden totdat ze worden aangepast. Vergeet uw gebruikersprofiel dus niet te bewerken voor meer accurate informatie over calorieverbruik en hartslagwaarden. Kies op het Opstartscherm een van de gebruikersprofielen met behulp van de toetsen Hoger () of Lager (). Op de console wordt de naam en het pictogram van het gebruikersprofiel weergegeven. 30 Gebruikersprofiel bewerken 1.Kies op het Opstartscherm een van de gebruikersprofielen met behulp van de toetsen Hoger () of Lager (). 2.Druk op de OK-toets om het juiste gebruikersprofiel te kiezen. 3.Op het consoledisplay verschijnt de boodschap EDIT en de naam van het huidige gebruikersprofiel. Druk op OK om de optie 'Gebruikersprofiel bewerken' te starten. Druk op de toets PAUSE/END om de optie 'Gebruikersprofiel bewerken' te verlaten. De console zal naar het Opstartscherm terugkeren. 4. Op het consoledisplay verschijnt de boodschap NAME en de naam van het huidige gebruikersprofiel. pmerking: Het veld voor de naam van de gebruiker is leeg als dit de eerste bewerking is. De naam van een gebruikersO profiel is beperkt tot 10 tekens. Het huidige actieve segment knippert. Gebruik de toetsen Hoger/Lager om door het alfabet en een spatie (te vinden tussen A en Z) te navigeren. Voor het instellen van elk segment gebruikt u de toetsen Links () of Rechts () om van het ene segment naar het andere te gaan. Druk op OK om de weergegeven gebruikersnaam te accepteren. 5.Voor het bewerken van de andere gebruikersgegevens (EDIT AGE, EDIT WEIGHT, EDIT HEIGHT, EDIT GENDER) gebruikt u de toetsen Hoger/Lager om de waarden aan te passen en drukt u op OK om iedere invoer vast te leggen. 6.Op het consoledisplay verschijnt de boodschap SCAN. Met deze optie controleert u hoe de trainingswaarden worden weergegeven tijdens een training. Wanneer deze optie is uitgeschakeld, kan de gebruiker met behulp van de toetsen RECHTS of LINKS de andere trainingswaarden bekijken wanneer hij dat wenst. Wanneer de optie is ingeschakeld, geeft de console om de 5 seconden een andere trainingswaarde weer. De optie is standaard uitgeschakeld. Druk op de OK-toets om de manier waarop de trainingswaarden worden weergegeven, vast te leggen. 7.Op het consoledisplay verschijnt de boodschap EDIT LOWER DISPLAY. Met deze optie bepaalt u welke trainingswaarden worden weergegeven tijdens een training. Op het bovenste display ziet u de actieve waarde-instelling: 'ON' of 'OFF'. Druk op de toetsen Hoger of Lager om de actieve trainingswaarde te verbergen en gebruik de toetsen Links of Rechts om de actieve trainingswaarde te veranderen. pmerking: Om een verborgen trainingswaarde zichtbaar te maken herhaalt u de procedure en verandert u de instelling O voor die waarde op het bovenste display naar 'ON'. Wanneer u klaar bent met het bewerken van het onderste display, drukt u op OK om de instellingen vast te leggen. Hr 8.De console keert terug naar het Opstartscherm met de geselecteerde gebruiker. Een gebruikersprofiel resetten 1.Kies op het Opstartscherm een van de gebruikersprofielen met behulp van de toetsen Hoger () of Lager (). 2.Druk op de OK-toets om het juiste gebruikersprofiel te kiezen. 3.Op het consoledisplay verschijnt de naam van het huidige gebruikersprofiel en de boodschap EDIT. Druk op de toetsen Hoger () of Lager () om de boodschap te veranderen. pmerking: Druk op de toets PAUSE/END om de optie 'Gebruikersprofiel bewerken' te verlaten. De console zal naar het O Opstartscherm terugkeren. 4.Op het consoledisplay verschijnt de boodschap RESET en de naam van het huidige gebruikersprofiel. Druk op OK om de optie 'Gebruikersprofiel resetten' te starten. 31 5. De console zal nu vragen om het verzoek voor het resetten van het gebruikersprofiel te bevestigen (de standaardkeuze is 'NO'). Druk op de toetsen Hoger () of Lager () om de keuze aan te passen. 6. Druk op OK om uw keuze te maken. 7. De console keert terug naar het Opstartscherm. De weerstand aanpassen Druk op de toetsen voor het verhogen () of verlagen () van het weerstandsniveau om de weerstand op ieder gewenst moment in een trainingsprogramma te wijzigen. Om de weerstand snel aan te passen drukt u op de gewenste weerstandssneltoets. De console zal de weerstand aanpassen tot het ingestelde weerstandsniveau van de sneltoets. Profielprogramma's Deze programma's automatiseren verschillende weerstands- en trainingsniveaus. De profielprogramma's zijn georganiseerd in categorieën (Fun Rides, Mountains en Challenges). Opmerking: Zodra een gebruiker alle categorieën ziet, worden ze uitgevouwen zodat de programma's binnen elke condary Case 6: Profile Programs Secondary Case 6: Profileweergegeven. Programs categorie worden Rolling Rolling Hills Ride in the Park Ride ininthe Park RollingHills HillsRide the Park FUN RIDES FUN RIDES FUN RIDES Easy Tour condary Case 6: Profile Programs Secondary Case 6: Profile Programs Easy Tour Stream Crossing Easy Tour Ride in the Park Easy Tour Easy Tour Stream Crossing Pike’s Peak Mount Hood Mount Hood Pyramids Pyramids Summit Pass Ride in the Park Easy Tour Easy Tour Stream Crossing Pike’s Peak Pike’s Peak Mount Hood Mount Hood Pike’s Peak Mount Hood Pyramids Pyramids Summit Pass Uphill Finish Cross-Training Interval Interval Stairs Pike’s Peak MOUNTAINS Pyramids Pike’s Peak CHALLENGES CHALLENGES MOUNTAINS MOUNTAINS FUN RIDES Rolling Hills Easy Tour Rolling Hills Ride in the Park Stream Crossing Summit Pass Uphill Finish Cross-Training Pike’s Peak Mount Hood Mount Hood Pyramids Pyramids Summit Pass Uphill Finish Stairs Cross-Training Cross-Training Interval Interval Stairs Interval Interval Stairs Pyramids Summit Pass Pyramids Interval Uphill Finish CHALLENGES Uphill Finish Uphill Finish Cross-Training Cross-Training Uphill Finish Cross-Training Interval Stairs CHALLENGES CHALLENGES CHALLENGES MOUNTAINS MOUNTAINS FUN RIDES Ride in the Park condary Case 6: Profile Programs Secondary Case 6: Profile Programs CHALLENGES Stream Crossing Rolling Hills MOUNTAINS FUN RIDES MOUNTAINS FUN RIDES Rolling Hills Easy Tour REVED : 122612 32 REVED : 122612 Interval Stairs Interval Trainingsprofiel en doelprogramma Op de console kunt u het profielprogramma en het type doel voor uw training kiezen (Afstand, Duur of Calorieën). U kunt ook de doelwaarde instellen. 1. Ga op het toestel staan. 2. Druk op de toetsen Hoger () of Lager () om het juiste gebruikersprofiel te kiezen. 3.Druk op de toets Programs. 4.Druk op de toetsen Links () of Rechts () om een trainingscategorie te kiezen. 5.Druk op de toetsen Hoger () of Lager () om een profieltraining te kiezen en druk op OK. 6.Gebruik de toetsen Hoger () of Lager () om een doeltype (Afstand, Duur of Calorieën) te kiezen en druk op OK. 7. Gebruik de toetsen Hoger () of Lager () om de trainingswaarde aan te passen. 8. Druk op OK om de doelgerichte training te starten. De GOAL-waarde neemt af naarmate de waarde voor voltooid percentage toeneemt. pmerking: Bij een caloriedoel staat iedere kolom voor een periode van 2 minuten. De actieve kolom zal om de 2 minuten O verder over het scherm verschuiven. Als de training langer duurt dan 30 minuten, dan wordt de actieve kolom vastgezet op de laatste kolom aan de rechterkant en worden de vorige kolommen van het display geduwd. Conditietestprogramma De Fitness Test meet de verbeteringen van uw fysieke conditie. De test vergelijkt uw afgeleverde vermogen (in watt) met uw hartslag. Als uw conditie verbetert, dan zal uw afgeleverde vermogen bij een bepaalde hartslag stijgen. pmerking: Voor een goede werking moet de console de hartslaggegevens van de Contact Heart Rate-sensoren (CHR) O kunnen aflezen. U kunt de Fitness Test starten vanuit de categorie FEEDBACK. Het Fitness Test-programma vraagt u eerst om uw conditieniveau te kiezen - Beginner ('BEG') of Advanced ('ADV'). De console zal op basis van de leeftijds- en gewichtwaarden van het geselecteerde gebruikersprofiel uw conditiescore berekenen. Start de training en houd de hartslagsensoren vast. Wanneer de test start, wordt de intensiteit van de training langzaam opgevoerd. Dit betekent dat u harder moet werken en uw hartslag zal toenemen. De intensiteit blijft automatisch toenemen totdat uw hartslag de 'Test Zone' bereikt. Deze zone is individueel berekend op ongeveer 75 procent van de maximale hartslag van uw gebruikersprofiel. Wanneer u de 'Test Zone' bereikt, houdt het toestel de intensiteit constant gedurende 3 minuten. Hierdoor kunt u een stabiele toestand bereiken (waarin uw hartslag constant wordt). Na deze 3 minuten meet de console uw hartslag en het afgeleverde vermogen. De computer gebruikt deze waarden, samen met uw leeftijd en gewicht, om een conditiescore te berekenen. pmerking: Fitness Test-scores mogen alleen worden vergeleken met uw vorige scores en niet met andere O gebruikersprofielen. Vergelijk uw conditiescores om uw vooruitgang te zien. 33 Trainingsprogramma's met hartslagcontrole (HRC) In de programma's met hartslagcontrole (HRC) kunt u een hartslagdoel voor uw training instellen. Het programma bewaakt uw hartslag in slagen per minuut (BPM) door middel van de CHR-sensoren op het toestel en past de training zo aan dat uw hartslag in de geselecteerde zone blijft. pmerking: Voor een goede werking van het HRC-programma moet de console de hartslaggegevens van de CHRO sensoren kunnen aflezen. De programma's met doelhartslag gebruiken uw leeftijd en andere gebruikersinformatie om de hartslagzonewaarden voor uw training in te stellen. Op het consoledisplay verschijnen vervolgens boodschappen voor het instellen van uw training: 1.Kies het niveau van de Heart Rate Control-training: BEGINNER ('BEG') of ADVANCED ('ADV') en druk op OK. 2.Gebruik de toetsen Hoger () of Lager () om het percentage van de maximale hartslag te selecteren: 50–60 %, 60–70 %, 70–80 %, 80–90 %. Vraag een arts om advies voordat u een trainingsprogramma start. Staak de training als u pijn of benauwdheid op de borst voelt, kortademig wordt of u flauw voelt. Vraag uw arts om advies voordat u het toestel opnieuw begint te gebruiken. Gebruik de waarden die door de computer van het toestel worden berekend of opgemeten uitsluitend ter informatie. De hartslag die op de console wordt weergegeven, is onnauwkeurig en mag alleen ter referentie worden gebruikt. 3. Druk op de toetsen Hoger () of Lager () om het doeltype te kiezen en druk op OK. 4. Druk op de toetsen Hoger () of Lager () om de doelwaarde voor de training in te stellen. Opmerking: Voorzie bij het instellen van het doel tijd voor het bereiken van de gewenste hartslagzone. 5.Druk op OK om de training te starten. Van trainingsprogramma veranderen tijdens een training Via de console kunt u vanuit een actieve training een ander trainingsprogramma starten. 1.Druk tijdens een actieve training op PROGRAMS. 2.Druk op de toetsen Hoger () of Lager () om het gewenste trainingsprogramma te kiezen en druk op OK. 3. Druk op de toetsen Hoger () of Lager () om het doeltype te kiezen en druk op OK. 4. Druk op de toetsen Hoger () of Lager () om de waarde voor de training in te stellen. 5.Druk op OK om de actieve training te stoppen en de nieuwe training te starten. De vorige trainingswaarden worden opgeslagen in het gebruikersprofiel. Pauzeren of stoppen De console wordt in de pauzestand gezet als de gebruiker tijdens een training stopt met trappen en op PAUSE/END drukt, of wanneer er gedurende 5 seconden geen toerentalsignaal meer is (gebruiker trapt niet). De console doorloopt een reeks berichten die om de 4 seconden veranderen: - WORKOUT PAUSED (Training op pauze gezet) - PEDAL TO CONTINUE (Trap om verder te gaan - indien een fiets) / STRIDE TO CONTINUE (Stap om verder te gaan indien een crosstrainer) - PUSH END TO STOP (Druk op END om te stoppen) Tijdens een onderbroken training kunt u de toetsen Hoger/Lager gebruiken om handmatig door de resultaten te navigeren. 1. Stop met trappen en druk op de toets PAUSE/END om uw training te onderbreken. 2. Om uw training voort te zetten drukt u op OK of begint u te trappen. Om de training te stoppen drukt u op de PAUSE/END-toets. De console wordt in de Resultaten/Afkoel-modus geplaatst. 34 Resultaten/Afkoel-modus Na een training wordt op het GOAL-display de resterende tijd van de afkoelperiode weergegeven, waarbij er wordt afgeteld vanaf 03:00. Tijdens deze afkoelperiode verschijnen de trainingsresultaten op de console. Alle trainingen, behalve Quick Start, hebben een afkoelperiode van 3 minuten. Na een training wordt op het GOAL-display de resterende tijd van de afkoelperiode weergegeven, waarbij er wordt afgeteld vanaf 03:00. Tijdens deze afkoelperiode verschijnen de trainingsresultaten op de console. Alle trainingen, behalve Quick Start, hebben een afkoelperiode van 3 minuten. Op het lcd-scherm worden de huidige trainingswaarden weergegeven in drie kanalen: a.)TIJD (totaal), AFSTAND (totaal) en CALORIEËN (totaal) b.)SNELHEID (gemiddeld), TPM (gemiddeld) en HARTSLAG (gemiddeld) c.)TIJD (gemiddeld), NIVEAU (gemiddeld) en CALORIEËN (gemiddeld). Druk op de toetsen Links () of Rechts () om handmatig door de resultaten te navigeren. Tijdens de afkoelperiode wordt de weerstand aangepast naar een derde van het gemiddelde niveau van de training. De weerstand in de afkoelperiode kan met behulp van de toetsen voor het verhogen en verlagen van de weerstand worden aangepast. De console zal de waarde echter niet weergeven. Met de PAUSE/END-toets kunt u de afkoelperiode onderbreken en naar de opstartmodus terugkeren. Zonder toerental- of hartslagsignaal wordt de console automatisch in slaapstand gezet. GOAL TRACK-statistieken (en prestaties) De statistieken van elke training worden opgeslagen in een gebruikersprofiel. De Schwinn Dual Track™-console geeft de Goal Track-trainingsstatistieken weer op het onderste display in drie kanalen: a.)TIJD (totaal), AFSTAND (totaal) en CALORIEËN (totaal) b.)SNELHEID (gemiddeld), TPM (gemiddeld) en HARTSLAG (gemiddeld) c.)TIJD (gemiddeld), AFSTAND (gemiddeld) of NIVEAU (gemiddeld) * en CALORIEËN (gemiddeld) * Als de Goal Track-statistiek een enkele training betreft, dan wordt NIVEAU (gemiddeld) weergegeven. Als de Goal Track-statistiek een combinatie van meerdere trainingen betreft, dan wordt AFSTAND (gemiddeld) weergegeven in plaats van NIVEAU (gemiddeld). De GOAL TRACK-statistieken van een gebruikersprofiel bekijken: 1.Druk vanaf het opstartscherm op de toetsen Hoger () en Lager () om een gebruikersprofiel te kiezen. 2.Druk op de GOAL TRACK-toets. Op de console worden de meest recente trainingswaarden weergegeven en wordt het overeenkomstige prestatielampje geactiveerd. pmerking: Goal Track-statistieken kunnen zelfs tijdens een training worden bekeken. Druk op GOAL TRACK om de O meest recente trainingswaarden weer te geven. De trainingswaarden voor de huidige training zullen worden verborgen, behalve voor het GOAL-display. Druk nogmaals op GOAL TRACK om terug te keren naar het opstartscherm. 3.Druk op de toets Hoger () om naar de volgende GOAL TRACK-statistiek te gaan, 'LAST 7 DAYS' (afgelopen 7 dagen). Op de console worden de verbruikte calorieën weergegeven (50 calorieën per segment) voor de afgelopen zeven dagen, samen met de totalen van de trainingswaarden. Gebruik de toetsen Links () of Rechts () om door alle trainingsstatistieken te navigeren. 4.Druk op de toets Hoger () om naar 'BMI', of Body Mass Index, te gaan. Op de console wordt de BMI-waarde weergegeven op basis van de gebruikersinstellingen. Zorg ervoor dat uw lengte correct is ingevoerd in uw gebruikersprofiel, en dat uw gewicht actueel is. 35 De BMI-meting is een nuttig hulpmiddel dat de verhouding tussen gewicht en lengte aantoont, die verband houdt met lichaamsvet en gezondheidsrisico. In de onderstaande tabel vindt u een algemene beoordeling van de BMI-score: Ondergewicht Onder 18,5 Normaal 18,5 – 24,9 Overgewicht 25,0 – 29,9 Zwaarlijvigheid 30,0 en hoger pmerking: De beoordeling overschat mogelijk het lichaamsvet bij atleten en andere personen die atletisch gebouwd zijn. O De beoordeling kan het lichaamsvet echter ook onderschatten, onder andere bij oudere mensen en andere personen die spiermassa hebben verloren. Raadpleeg uw arts voor meer informatie over de 'Body Mass Index' (BMI) en het gewicht dat voor u ideaal is. Gebruik de waarden die door de computer van het toestel worden berekend of opgemeten uitsluitend ter informatie. 5.Druk op de toets Hoger () om naar de boodschap 'SAVE TO USB - OK?' (Opslaan op USB - OK?) te gaan. Druk op OK. Nu verschijnt de boodschap 'ARE YOU SURE? - NO' (Bent u zeker? - Nee'). Druk op de toets Hoger () om 'Ja' te selecteren en druk op OK. De console zal u vragen om de USB-stick in te voeren ('INSERT USB'). Steek een USB-stick in de USB-poort. De console zal de statistieken op de USB-stick opslaan. Op de console verschijnt eerst 'SAVING' (Bezig met opslaan), en vervolgens 'REMOVE USB' (Verwijder USB-stick) wanneer het veilig is om de USB-stick te verwijderen. Opmerking: Druk op de PAUSE/END-toets om de boodschap 'SAVING' te stoppen. 6.Druk op de toets Hoger () om naar de boodschap 'CLEAR WORKOUT DATA - OK?' (Trainingsgegevens wissen - OK?) te gaan. Druk op OK. Nu verschijnt de boodschap 'ARE YOU SURE? - NO' (Bent u zeker? - Nee'). Druk op de toets Hoger ()om 'ARE YOU SURE? - YES' te selecteren, en druk op OK. De trainingen van de gebruiker werden gereset. 7.Druk op GOAL TRACK om terug te keren naar het opstartscherm. www.SchwinnConnect.com Ga naar de website www.SchwinnConnect.com om online een profiel aan te maken, uw trainingsresultaten te uploaden met behulp van een USB-stick en uw opeenvolgende prestaties te bekijken en te volgen. www.SchwinnConnect.com werkt ook met MyFitnessPal®. Volg gewoon de aanwijzingen nadat u op de toets 'Link to MyFitnessPal®' hebt gedrukt om uw trainingsresultaten ook beschikbaar te maken op uw bestaande MyFitnessPal®-profiel. 36 INSTELMODUS VAN DE CONSOLE In de Instelmodus van de console kunt u de datum en de tijd invoeren, de meeteenheden instellen op Engelse of metrische maten, het toesteltype wijzigen, de geluidsinstellingen regelen (aan/uit) of onderhoudsstatistieken bekijken (foutenlog en werkuren – alleen voor de onderhoudsmonteur). 1.Houd de PAUSE/END-toets en de toets Rechts gedurende 3 seconden samen ingedrukt terwijl u in de Opstartmodus bent om naar de Instelmodus van de console te gaan. Opmerking: Druk op PAUSE/END om de Instelmodus van de console te verlaten en naar het Opstartscherm terug te keren. 2.Op het consoledisplay verschijnt de boodschap 'Date' (Datum) met de huidige instelling. Druk op de toetsen Hoger/Lager om de huidige actieve waarde (die knippert) aan te passen. Druk op de toetsen Links/Rechts om de selectie van de huidige actieve waarde (maand/dag/jaar) te veranderen. 3.Druk op OK om in te stellen. 4.Op het consoledisplay verschijnt de boodschap 'Time' (Tijd) met de huidige instelling. Druk op de toetsen Hoger/Lager om de huidige actieve waarde (die knippert) aan te passen. Druk op de toetsen Links/Rechts om de selectie van de huidige actieve waarde (uur/minuten/AM of PM) te veranderen. 5.Druk op OK om in te stellen. 6.Op het consoledisplay verschijnt de boodschap 'Units' (Eenheden) met de huidige instelling. Om deze instelling te wijzigen drukt u op OK om de optie 'Units' te starten. Druk op de toetsen Hoger/Lager om te kiezen tussen 'MILES' (Engelse maten) of 'KM' (metrische maten). Opmerking: Als de eenheden worden gewijzigd wanneer er in de gebruikersstatistieken gegevens aanwezig zijn, dan worden de statistieken omgezet naar de nieuwe eenheden. 7. Druk op OK om in te stellen. 8.Op het consoledisplay verschijnt de boodschap 'Machine Type' (Toesteltype) met de huidige instelling. Druk op de toetsen Hoger/Lager om te kiezen tussen 'BIKE' (Fiets) en 'ELIP' (Crosstrainer). 9. Druk op OK om in te stellen. 10.Op het consoledisplay verschijnt de boodschap 'Sound Settings' (Geluidsinstellingen) met de huidige instelling. Druk op de toetsen Hoger/Lager om te kiezen tussen 'ON' (Aan) en 'OFF' (Uit). 11. Druk op OK om in te stellen. 12.Op de console verschijnen de totale werkuren ('TOTAL RUN HOURS') van het toestel. 13. Druk op OK voor de volgende boodschap. 14.Op het consoledisplay verschijnt de boodschap 'Software Version'. 15. Druk op OK voor de volgende boodschap. 16.De console keert terug naar het Opstartscherm. 37 ONDERHOUD Lees alle onderhoudsinstructies volledig voordat u aan een reparatie begint. Sommige taken kunt u alleen met de hulp van een tweede persoon uitvoeren. De apparatuur moet regelmatig worden geïnspecteerd om schade vast te stellen en reparaties uit te voeren. De eigenaar is verantwoordelijk voor het regelmatig uitvoeren van onderhoud. Versleten of beschadigde onderdelen moeten onmiddellijk worden gerepareerd of vervangen. Er mogen uitsluitend door de fabrikant aangeleverde onderdelen worden gebruikt om de apparatuur te onderhouden en te repareren. Om het risico op een elektrische schok of het gebruik van de apparatuur zonder toezicht te beperken trekt u altijd het best de stekker uit het stopcontact en het toestel en wacht u 5 minuten voordat u het toestel begint schoon te maken, te onderhouden of te repareren. Bewaar het stroomsnoer op een veilige plaats. ! Dagelijks: Inspecteer het trainingstoestel voor elk gebruik op loszittende, defecte, beschadigde of versleten onderdelen. Gebruik het toestel niet als u een probleem vaststelt. Repareer of vervang alle onderdelen bij de eerste tekenen van slijtage. Veeg na elke training zweet van het toestel en de console met behulp van een vochtige doek. Opmerking: Gebruik voor de console niet te veel water. Wekelijks: Controleer of de rol nog vlot draait. Veeg het toestel schoon om stof, vuil of viezigheid te verwijderen. Maak de rails en het oppervlak van de rol schoon met een vochtige doek. Breng smeermiddel op basis van silicone aan op een droge doek en smeer de rails om geluidshinder van de rol te voorkomen. Opmerking: Gebruik geen producten op basis van aardolie. Maandelijks of na 20 uur: Controleer of alle bouten en schroeven zijn aangedraaid. Zet ze indien nodig beter vast. NB: M aak het toestel niet schoon met een oplosmiddel op basis van aardolie of met een reinigingsmiddel voor auto's. Zorg dat de console niet nat wordt. 38 Onderhoudsonderdelen A B I C D H G II E F GG HH FF P EE CC M R S V Z X L DD BB Y K M Q CC J N O U T AA W A Console M Rol G Vliegwiel B Hartslagkabel, bovenaan N Been, rechts Z Snelheidssensormagneet C Vast handvat O Dop beschermkap AA Snelheidssensor D Consolekabel, bovenaan P Beschermkap, bovenaan BB Pedaalarm, links E Armdraaistang Q Consolekabel, onderaan CC Transportwiel F Consolemast R Hellingsinrichting DD Voorste stabilisatiesteun G Drinkfleshouder S Gemonteerd frame EE Been, links H Handgreep, rechts onderaan T Railconstructie FF Wisselstroomadapter I Handgreep, rechts bovenaan U Beschermkap, links GG Mp3-kabel J Pedaalarm, rechts V Gemonteerde krukas, links HH Handgreep, links onderaan K Gemonteerde krukas, rechts W Servomotor II Handgreep, links bovenaan L Beschermkap, rechts X Reminrichting JJ Smeermiddel op basis van silicone, fles 39 PROBLEEMOPLOSSING Situatie/Probleem Geen weergave/gedeeltelijke weergave/toestel wil niet opstarten Te controleren Oplossing Controleer het stopcontact Zorg dat het toestel is aangesloten op een werkend stopcontact. Controleer de aansluiting aan de voorkant van het toestel. De aansluiting moet veilig en onbeschadigd zijn. Vervang de adapter of aansluiting van een toestel als een van beide beschadigd is. Controleer de integriteit van de datakabel. Alle draden in de kabel moeten intact zijn. Vervang de kabel als u vaststelt dat er draden gekrompen of doorgesneden zijn. Controleer de aansluitingen/oriëntatie van de datakabel. Zorg dat de kabel veilig is aangesloten en goed georiënteerd is. De kleine kabelsluiting op de connector moet juist zijn ingevoerd en vastklikken. Controleer of het consoledisplay niet beschadigd is. Zoek naar zichtbare tekenen dat het consoledisplay gebarsten of anderszins beschadigd is. Vervang de console indien beschadigd. Consoledisplay Als alle aansluitingen prima zijn en de console toch niet alles behoorlijk weergeeft, moet u hem vervangen. Als de bovenstaande stappen het probleem niet oplossen, neem dan contact op met uw lokale verdeler voor verdere hulp. Het toestel werkt, maar de Hartslagkabel aangesloten op console contactsensoren voor de hartslagmeting worden niet weergegeven. Op de console verschijnt de foutcode 'E2'. 40 Zorg dat de kabel veilig op de console is aangesloten. Aansluiting aftakdoos van hartslagkabel Zorg dat de kabels van het handvat en de kabel naar de console veilig en onbeschadigd zijn. Sensorgreep Zorg dat uw handen goed op de hartslagsensoren geplaatst zijn. U moet uw handen stil houden met een relatief gelijke drukuitoefening aan beide kanten. Droge of eeltige handen Sensoren kunnen moeite hebben met uitgedroogde of eeltige handen. Een geleidende elektrodecrème (hartslaggel) kan de geleiding beter maken. Deze crèmes zijn verkrijgbaar op het internet, in medische winkels of in enkele grotere fitnesscentra. Vast handvat Als uit tests blijkt dat er geen andere problemen zijn, dan moet het handvat worden vervangen. Controleer de integriteit van de datakabel. Alle draden in de kabel moeten intact zijn. Vervang de kabel als u vaststelt dat er draden gekrompen of doorgesneden zijn. Controleer de aansluitingen/oriëntatie van de datakabel. Zorg dat de kabel veilig is aangesloten en goed georiënteerd is. De kleine kabelsluiting op de connector moet juist zijn ingevoerd en vastklikken. Elektronica van de console Als uit tests blijkt dat er geen andere problemen zijn, neem dan contact op met uw lokale verdeler voor verdere hulp. Geen weergave van snelheid/toerental, console geeft foutmelding 'Gelieve te stappen' weer De console wordt uitgeschakeld (slaapstand) tijdens het gebruik De ventilator start of stopt niet De ventilator start niet, maar de console werkt Controleer de integriteit van de datakabel. Alle draden in de kabel moeten intact zijn. Vervang de kabel als u vaststelt dat er draden gekrompen of doorgesneden zijn. Controleer de aansluitingen/oriëntatie van de datakabel. Zorg dat de kabel veilig is aangesloten en goed georiënteerd is. De kleine kabelsluiting op de connector moet juist zijn ingevoerd en vastklikken. Controleer de positie van de magneet (hiervoor moet de beschermkap worden verwijderd) De magneet moet op de katrol bevestigd zijn. Controleer de snelheidssensor (hiervoor moet de beschermkap worden verwijderd) De snelheidssensor moet gelijk worden gezet met de magneet en op de datakabel worden aangesloten. Verplaats de sensor indien nodig. Vervang de sensor als u schade vaststelt aan de sensor of de aansluitdraad. Controleer het stopcontact Zorg dat het toestel is aangesloten op een werkend stopcontact. Controleer de aansluiting aan de voorkant van het toestel. De aansluiting moet veilig en onbeschadigd zijn. Vervang de adapter of aansluiting van een toestel als een van beide beschadigd is. Controleer de integriteit van de datakabel. Alle draden in de kabel moeten intact zijn. Vervang de kabel als u vaststelt dat er draden gekrompen of doorgesneden zijn. Controleer de aansluitingen/oriëntatie van de datakabel. Zorg dat de kabel veilig is aangesloten en goed georiënteerd is. De kleine kabelsluiting op de connector moet juist zijn ingevoerd en vastklikken. Het toestel resetten Trek de stekker uit het stopcontact gedurende 3 minuten. Steek de stekker terug in het stopcontact. Controleer de positie van de magneet (hiervoor moet de beschermkap worden verwijderd) De magneet moet op de katrol bevestigd zijn. Controleer de snelheidssensor (hiervoor moet de beschermkap worden verwijderd) De snelheidssensor moet gelijk worden gezet met de magneet en op de datakabel worden aangesloten. Verplaats de sensor indien nodig. Vervang de sensor als u schade vaststelt aan de sensor of de aansluitdraad. Controleer de integriteit van de datakabel. Alle draden in de kabel moeten intact zijn. Vervang de kabel als u vaststelt dat er draden gekrompen of doorgesneden zijn. Controleer de aansluitingen/oriëntatie van de datakabel. Zorg dat de kabel veilig is aangesloten en goed georiënteerd is. De kleine kabelsluiting op de connector moet juist zijn ingevoerd en vastklikken. Het toestel resetten Trek de stekker uit het stopcontact gedurende 3 minuten. Steek de stekker terug in het stopcontact. Controleer of de ventilator niet geblokkeerd is Trek de stekker uit het stopcontact gedurende 5 minuten. Verwijder materiaal van de ventilator. Maak de console indien nodig los om dit te vergemakkelijken. Vervang de console als u niet in staat bent om de blokkering te verhelpen. 41 Situatie/Probleem Het toestel schommelt/ staat niet gelijk Te controleren Oplossing Controleer de afstelling van Verstel de stelpootjes totdat het toestel waterpas staat. de stelpootjes Controleer de vloer onder het toestel Het verstellen van de stelpootjes is mogelijk niet voldoende in het geval van extreem oneffen vloeren. Verplaats het toestel naar een effen ruimte. Losse voetpedalen/toestel moeilijk te bedienen Bevestigingsmateriaal Draai al het bevestigingsmateriaal op de pedaalarmen en de handvatarmen stevig aan. Klik/tik-geluid aandrijflijn eenmaal per volledige krukasomwenteling Controleer krukas/katrol-assemblage Koppel de linker- en rechtervoetassemblages los en draai de krukas om. Vervang de krukas/katrol-assemblage als het geluid aanhoudt. Als het geluid niet van de draaiende krukas komt, controleer dan de voetassemblages en de bovenste/onderste handvatten. Controleer de voet-, beenen handvatassemblages Beweeg de voet-, been- en handvatassemblages met de hand om het geluid te isoleren. Vervang het onderdeel dat lawaai maakt. Bout die de bewegingsarmen met de as verbindt die door de consolemast loopt Draai de draaistangbout lichtjes los totdat het lawaai verdwijnt. Wit lithiumvet kan ook worden aangebracht voor een tijdelijke oplossing. Neem contact op met uw lokale verdeler voor hulp. Rol piept op rail Breng smeermiddel op basis van silicone aan op een droge doek en smeer de rails om geluidshinder van de rol te voorkomen. Controleer de stand van de hellingsinrichting Verstel de stelpootjes om de voorkant van de railconstructie te verhogen totdat er 0,6 - 1,25 cm ruimte is tussen de bovenkant van de hellingsinrichting en de hoofdeenheid van de beschermkap. Piepend geluid dat enkele minuten na het starten van een training optreedt en normaal gezien geleidelijk erger wordt naarmate de training vordert Hellingsinrichting kleeft/is moeilijk te verstellen 42 43 NL Nautilus® 8008732.060115.C Bowflex® Schwinn® Fitness Universal®
advertisement
* Your assessment is very important for improving the workof artificial intelligence, which forms the content of this project