Fujitsu RDG24LMLA Handleiding
Advertisement
Advertisement
AIRCONDITIONER
KANAALMODEL
GEBRUIKERSHANDLEIDING
BEWAAR DEZE HANDLEIDING VOOR TOEKOMSTIG GEBRUIK
ONDERDEELNR. 9374379569-04
AIRCONDITIONER (KANAALMODEL)
INHOUD
VEILIGHEIDSMAATREGELEN ............................... 2
EIGENSCHAPPEN EN FUNCTIES ........................ 3
BESCHRIJVING VAN DE ONDERDELEN .............. 4
VOORBEREIDENDE HANDELINGEN ................... 5
WERKING ............................................................... 6
TIMERFUNCTIES ................................................... 8
ON/OFF-TIMER ...................................................... 8
WEKELIJKSE TIMER .............................................. 9
TEMPERATUUR AFTELTIMER .............................11
WERKING IN DE ECONOMY-STAND .................. 12
REINIGING EN ONDERHOUD ............................. 12
PROBLEEMOPLOSSING ..................................... 13
GEBRUIKSTIPS .................................................... 15
ZELF-DIAGNOSE ................................................. 17
VEILIGHEIDSMAATREGELEN
●
Voorkom persoonlijk letsel of materiële schade, lees deze paragraaf zorgvuldig door voordat u dit product in gebruik neemt, en let er vooral op dat u de volgende veiligheidsmaatregelen treft.
●
Een onjuiste bediening door het niet naleven van de instructies kan letsel of schade veroorzaken, de ernst hiervan wordt als volgt geclassi fi ceerd:
WAARSCHUWING
OPGELET
Deze markering geeft procedures aan die als ze verkeerd worden uitgevoerd, kunnen leiden tot ernstig letsel van de gebruiker of tot een ongeval met dodelijke a fl oop.
Deze markering geeft procedures aan die indien ze verkeerd worden uitgevoerd, kunnen leiden tot persoonlijk letsel van de gebruiker of schade aan eigendommen.
WAARSCHUWING
• Dit product bevat geen onderdelen waaraan de gebruiker reparaties kan uitvoeren. Raadpleeg altijd bevoegd onderhoudspersoneel voor reparatie, installatie en verplaatsing van het product.
Onjuiste installatie of behandeling zal leiden tot lekkage, elektrische schok of brand.
• In het geval van een storing, zoals brandgeur, moet u onmiddellijk stoppen met het gebruik van de airconditioner en deze van de voeding ontkoppelen door het uitschakelen van de elektrische hoofdschakelaar of door de stekker uit het stopcontact te halen.
Raadpleeg vervolgens bevoegd onderhoudspersoneel.
• Zorg ervoor dat u de voedingskabel niet beschadigt.
Als de kabel is beschadigd, mag deze alleen worden vervangen door bevoegd onderhoudspersoneel.
• In het geval van koelmiddellekkage moet u vooral uit de buurt blijven van vuur of brandbare stoffen, en bevoegd onderhoudspersoneel raadplegen.
• In het geval van onweer of een voorgaand teken van blikseminslag, moet u de airconditioner via de afstandsbediening uitschakelen, en het product of de stroomvoorziening niet aanraken om elektrische gevaren te voorkomen.
• Dit apparaat is niet bestemd voor gebruik door personen
(waaronder kinderen) met beperkte fysische, visuele of mentale mogelijkheden, of die een gebrek hebben aan ervaring en kennis, tenzij ze onder toezicht staan of instructies hebben gekregen omtrent het gebruik van het apparaat door een persoon die verantwoordelijk is voor hun veiligheid. Houd toezicht over kinderen zodat ze niet met het apparaat spelen.
• Start of stop de werking van dit product niet door het insteken van of trekken aan de stekker, of door het in- of uitschakelen van de stroomonderbreker.
• Gebruik geen brandbare gassen in de buurt van dit product.
• Stel uzelf niet gedurende vele uren bloot aan de directe koelende luchtstroom.
• Steek niet uw vingers of andere voorwerpen in de uitlaatpoort, het open paneel of het inlaatrooster.
• Bedien het apparaat niet met natte handen.
OPGELET
• Zorg tijdens gebruik regelmatig voor ventilatie.
• Gebruik dit product altijd met de lucht fi
• Zorg ervoor dat elektronische apparatuur ten minste 1 m uit de buurt is van de binnen- of buiteneenheid.
• Ontkoppel alle stroomvoorzieningen wanneer u dit product voor een langere periode niet gebruikt.
• Na een lange periode van gebruik moet u vooral de montage van de binneneenheid wordt gecontroleerd zodat het product niet kan vallen.
• De richting van de luchtstroom en de kamertemperatuur moeten zorgvuldig worden overwogen wanneer u dit product gebruikt in een kamer met kinderen, bejaarden of zieke personen.
• Richt de luchtstroom niet direct op open haarden of verwarmingstoestellen.
• Blokkeer of bedek het inlaatrooster en de uitlaatpoort niet.
• Oefen geen hevige druk uit op de lamellen van de radiator.
• Klim niet op het product of plaats geen voorwerpen op of hang geen voorwerpen aan dit product.
• Plaats geen andere elektrische producten of huishoudelijke artikelen direct onder dit product.
Druipende condensatie van dit product kan ze nat maken, en kan leiden tot schade aan of storing van uw eigendommen.
• Stel dit product niet direct bloot aan water.
• Gebruik dit product niet voor het bewaren van voedsel, planten, dieren, precisie-apparatuur, kunstwerken of andere objecten. Dit kan leiden tot achteruitgang in de kwaliteit van deze producten.
• Stel geen dieren of planten direct bloot aan de luchtstroom.
• Drink niet het afgevoerde water van de airconditioner.
• Trek niet aan de voedingskabel.
• Raak de aluminium lamellen van de warmtewisselaar ingebouwd in dit product niet aan, zodat letsel bij het verrichten van onderhoud wordt voorkomen.
Nl-2
EIGENSCHAPPEN EN FUNCTIES
■
Energiebesparing en comfortabele functie
■
Afstandsbediening
OMZETTER
Bij inschakeling van het apparaat wordt er een grote hoeveelheid vermogen gebruikt om de kamer snel op de gewenste temperatuur te brengen. Het apparaat wordt vervolgens op een lage vermogenstand ingesteld voor een energiebesparende en comfortabele werking.
WERKING IN DE ECONOMY-STAND
Wanneer de ECONOMY werkingsmodus wordt gebruikt, zal de kamertemperatuur iets hoger zijn dan de ingestelde temperatuur in de koelmodus en iets lager zijn dan de ingestelde temperatuur in de verwarmingsmodus. De ECONOMY modus kan aldus meer energie besparen in vergelijking met de andere modi.
BEDRADE AFSTANDSBEDIENING
De bedrade afstandsbediening maakt een comfortabele bediening van de binneneenheid mogelijk.
DRAADLOZE AFSTANDSBEDIENING (OPTIE)
Gebruik van een als optie verkrijgbare draadloze afstandsbediening is mogelijk. Wanneer u de afstandsbediening gebruikt, zijn er enkele verschillen in vergelijking met de bedrade afstandsbediening.
[De extra functies voor draadloze afstandsbedieningen]
•
SLEEP-timer
•
TIMER
•
10°C HEAT-werking
U kunt de bedrade en draadloze afstandsbediening ook gelijktijdig gebruiken. (Maar de functies zijn beperkt.)
[De beperkte functies voor bedrade afstandsbedieningen]
•
Wekelijkse timer
•
Temperatuur afteltimer
AUTOMATISCHE OMSCHAKELING
De werkingsmodus (koelen, drogen, verwarmen) wordt automatisch omgeschakeld om de ingestelde temperatuur te handhaven en de temperatuur op elk moment constant te houden.
■
Comfortabele functie
WEKELIJKSE TIMER
Stel met deze timer-functie de bedrijfstijden voor de dagen van de week in. Met de DAY OFF-instelling kunt u de werking volgens de timer voor een geselecteerde dag in de komende week uitschakelen. Omdat alle dagen gezamenlijk kunnen worden ingesteld, kunt u met de wekelijkse timer de timerinstellingen voor alle dagen herhalen.
TEMPERATUUR AFTELTIMER
Wijzig met deze timer-functie de ingestelde temperatuur voor de bedrijfstijden die zijn ingesteld voor de dagen van de week.
Dit kan worden gebruikt in combinatie met andere timer-instellingen.
Nl-3
BESCHRIJVING VAN DE ONDERDELEN
Afstandsbediening
Nl-4
1
knop START/STOP
2
knop SET TEMP. (temperatuue)
3
knop MODE
4
knop FAN
5
knop ECONOMY
6
knop TIMER MODE
(CLOCK ADJUST)
7
knop DAY (DAY OFF)
8
knop SET BACK
9
knop SET TIME ( < > )
0
knop TIMER DELETE
A
knop TIMER SET
B
knop Richting verticale luchtstroom en Zwenken
*1
C
knop Richting horizontale luchtstroom en Zwenken
*2
D
knop MAINTENANCE (FILTER RE-
SET)
#1
E
Bedieningslamp
F
Indicator Timer en Clock
G
Indicator bedieningsstand
H
Indicator ventilatorsnelheid
I
Indicator vergrendeling bediening
J
Temperatuurindicator
K
Functie-indicator
Indicator Ontdooien
Indicator Thermo-sensor
Indicator ECONOMY
Indicator verticaal zwenken
*3
Filterindicator
#1
*
1~3 Deze functies kunnen niet worden gebruikt.
(Zie ook de Gebruikershandleiding voor de optie, wanneer u de opties, enz. gebruikt.)
#
1 Kan worden gebruikt indien juist ingesteld tijdens de installatie. Raadpleeg bevoegd servicepersoneel wanneer u deze functie gebruikt.
VOORBEREIDENDE HANDELINGEN
Stel de actuele dag en tijd in
1 2
Druk op de knop DAY en selecteer de dag van de week.
Er verschijnt een rond de geselecteerde dag.
Druk 2 seconden of meer op de knop TIMER MODE (CLOCK
ADJUST). De tijdindicator van de afstandsbediening gaat knipperen.
SU MO TU WE TH FR SA
Stel de actuele tijd in door op te knoppen SET TIME (< >) te drukken.
Druk herhaaldelijk en stel de actuele tijd in in stappen van 1 minuut.
Druk en houd een gedrukt en stel de actuele tijd in in stappen van
10 minuten.
SU MO TU WE TH FR SA
4
SET BACK bijv. maandag NM 11:00
Schakel tussen de 12- en 24-uurs tijdweergave door op de knop SET BACK te drukken.
SU MO TU WE TH FR SA SU MO TU WE TH FR SA
5
Druk nogmaals en beëindig het instellen.
Nl-5
WERKING
Instructies die verband houden met verwarmen (*) gelden alleen voor het “HEAT & COOL MODEL” (Omgekeerde cyclus).
Werking starten/stoppen
Druk op de START/STOP knop.
Bedieningslamp
Airconditioner UIT: Brandt niet
De bedrijfsstand instellen
●
Instelling bedrijfsstand
Stel de bedrijfsstand in door op de knop MODE te drukken.
Als DRY is geselecteerd, wordt de ventilatorsnelheid op AUTO gezet.
AUTO KOELEN DROGEN VENTILATOR VERWARMEN*
●
instelling kamertemperatuur
Stel de kamertemperatuur in door op te knoppen SET TEMP. te drukken.
Temperatuur-instelbereik
AUTO ............................................... 18 tot 30 °C
KOELEN/DROGEN ......................... 18 tot 30 °C
VERWARMEN* ................................ 16 tot 30 °C
Lager Hoger
●
Instelling ventilatorsnelheid
Stel de ventilatorsnelheid in door op de knop FAN te drukken.
AUTO
HOOG MID
LAAG
STIL
Werking in ECONOMY-stand
Start de werking in ECONOMY-stand door op de knop ECONOMY te drukken.
Raadpleeg pagina 12 voor nadere bijzonderheden over de functie.
Nl-6
WERKING
Selectie kamertemperatuur-sensor
•
Deze functie is in de fabriek vergrendeld. Vraag, wanneer u deze functie gebruikt, aan bevoegd servicepersoneel hoe u de kamertemperatuur goed kunt detecteren.
Binneneenheid
Druk langer dan 2 seconden op de knop ECONOMY button en selecteer of de kamertemperatuur wordt gedetecteerd bij de binneneenheid of bij de afstandsbediening.
Wanneer de thermo-sensorindicator verschijnt, wordt de kamertemperatuur gedetecteerd bij de afstandsbediening.
OPMERKINGEN
•
Als deze functie is vergrendeld, kan de plaats waar de kamertemperatuur wordt gedetecteerd niet worden gewijzigd, het merkteken knippert wanneer u de knop ECONOMY 2 seconden of langer indrukt.
Functie kinderslot
Druk gedurende 2 seconden of meer tegelijkertijd op de knop DAY
(DAY OFF) en de knop TIMER SET als u de functie Kinderslot wilt activeren en vergrendel alle knoppen op de afstandsbediening.
Druk weer gedurende 2 seconden of meer op de knoppen als u de functie Kinderslot wilt deactiveren.
Wanneer de functie Kinderslot is geactiveerd, verschijnt het merkteken . Als er op een knop wordt gedrukt met de functie
Kinderslot ingeschakeld, knippert de indicator
CL
.
Nl-7
TIMERFUNCTIES
OFF-timer (Zie pagina 8.)
Met deze timer-functie kunt u de werking van de airconditioner stoppen. De timer treedt in werking en de airconditioner stopt wanneer de ingestelde tijd is verstreken. U kunt de timer 24 uur van tevoren instellen.
ON-timer (Zie pagina 8.)
Met deze timer-functie kunt u de werking van de airconditioner starten. De timer treedt in werking en de airconditioning start wanneer de ingestelde tijd is verstreken. U kunt de timer 24 uur van tevoren instellen.
WEEKLY-timer (Zie pagina 9.)
Stel met deze timer-functie de bedrijfstijden voor de dagen van de week in.
Met de DAY OFF-instelling kunt u de werking volgens de timer voor een geselecteerde dag in de komende week uitschakelen.
Omdat alle dagen gezamenlijk kunnen worden ingesteld, kunt u met de wekelijkse timer de timer-instellingen voor alle dagen herhalen.
Temperatuur SET BACK-timer (Zie pagina 11.)
Wijzig met deze timer-functie de ingestelde temperatuur voor de bedrijfstijden die zijn ingesteld voor de dagen van de week.
Dit kan worden gebruikt in combinatie met andere timer-instellingen.
ON/OFF-TIMER
Opmerking:
Bij gelijktijdige aansluiting van meerdere apparaten kan deze functie niet worden gebruikt met de draadloze afstandsbediening.
De ON/OFF-timer (AAN/UIT) instellen
1
Selecteer met de knop TIMER
MODE de ON-timer of de OFF-timer.
2
SU MO TU WE TH FR SA
Geen indicator
NON
STOP
OFF-
TIMER
ON-
TIMER
WEKE-
LIJKSE
TIMER
Van 1 tot 24 uur bijv. OFF-timer ingesteld op 6 uur
Stel de tijd in door op te knoppen SET TIME (< >) te drukken.
Wanneer de tijd is ingesteld, gaat de timer automatisch van start.
De tijd tot de OFF-timer in werking treedt wordt weergegeven op de timer-indicator en neemt af naarmate de tijd verstrijkt.
●
Annuleren
• Met de knop TIMER DELETE kunt u de stand Timer annuleren.
• U kunt de stand Timer ook annuleren door de stand Timer te wijzigen met de knop TIMER MODE.
Nl-8
WEKELIJKSE TIMER
Opmerking:
Bij gelijktijdige aansluiting van meerdere apparaten kan deze functie niet worden gebruikt met de draadloze afstandsbediening.
Instelling week-timer
1 2
Selecteer met de knop TIMER MODE de week-timer.
3
●
Instelling dag van de week
Druk 2 seconden of meer op de knop TIMER SET.
ALL SU MO TU WE TH FR SA
1
2
Druk op de knop DAY en selecteer de dag van de week, en bevestig dan de instelling met een druk op de knop TIMER SET.
ALL: u kunt alle dagen van de week tegelijk instellen wanneer een verschijnt rond iedere dag.
4
●
Instelling van de tijd
Wanneer de bedrijfstijd is ingesteld, verschijnt het merkteken .
3
ON-1
1
OFF-1
2
ON-2 OFF-2
bijv. De timer is ingesteld op 7:00-18:00.
5
Druk op de knoppen SET TIME (< >) en stel de tijd in, bevestig vervolgens met de knop TIMER SET de instelling en ga verder naar de instelling van de ON- of OFF-tijd.
Per dag kunt u 2 keer ON- en OFF-tijden instellen.
Voltooi de instelling van de tijd door op de knop DAY te drukken en keer terug naar de instelling van de dag van de week.
●
De bedrijfstijd wissen
Drukt u op de knop TIMER DELETE tijdens de stap
3
of
4
, dan wordt de bedrijfstijd voor de geselecteerde dag gewist.
Als alle dagen zijn geselecteerd, wordt de bedrijfstijd van alle dagen gewist.
Herhaal stappen
3
en
4
.
U voltooit de instellingen van de week-timer door 2 seconden of langer op de knop TIMER SET te drukken.
OPMERKINGEN
• De bedrijfstijd kan alleen in stappen van 30 minuten worden ingesteld.
• De OFF-tijd kan worden overgezet naar de volgende dag.
• De functies ON-timer en OFF-timer kunnen niet met de week- timer worden ingesteld. U moet zowel een ON- als een OFF-tijd instellen.
Nl-9
WEKELIJKSE TIMER
Opmerking:
Bij gelijktijdige aansluiting van meerdere apparaten kan deze functie niet worden gebruikt met de draadloze afstandsbediening.
Werking WEEKLY-timer
●
Starten
●
Annuleren
Is de week-timer geselecteerd, dan begint de timer automatisch te lopen.
bijv. Bedrijfstijd 7:00-18:00
De bedrijfstijd voor de actuele dag wordt weergegeven
• Met de knop TIMER DELETE kunt u de stand Timer annuleren.
• U kunt de stand Timer ook annuleren door de stand Timer te wijzigen met de knop TIMER
MODE.
DAY OFF instellen (voor een vrije dag)
1 2 3 4
U kunt in de wekelijkse timer de dag instellen door de knop
TIMER SET 2 seconden of langer ingedrukt te houden.
Selecteer de dag als u DAY
OFF wilt instellen.
Druk 2 seconden of langer op de knop DAY (DAY OFF) als u
DAY OFF wilt instellen.
U kunt de instelling DAY OFF voltooien door de knop TIMER
SET 2 seconden of langer ingedrukt te houden.
SU MO TU WE TH FR SA
3 6 9 12 15 18 21
SU MO TU WE TH FR SA
3 6 9 12 15 18 21
bijv. De DAY OFF is ingesteld voor maandag
Het merkteken knippert onder een dag van de week.
●
Annuleren
Volg dezelfde procedures als die voor de installatie
OPMERKINGEN
• De instelling DAY OFF is alleen beschikbaar voor dagen waarvoor al wekelijkse instellingen bestaan.
• Als de bedrijfstijd doorloopt naar de volgende dag (gedurende een volgende-dag-instelling), wordt het effectieve DAY OFFbereik ingesteld zoals hieronder wordt getoond.
●
Normaal
DAY OFF
●
Volgende-dag-instelling
DAY OFF
AAN
UIT
WEKELIJKS
Voorgaande dag
AAN
WEKELIJKS
UIT
Ingestelde dag
AAN
WEKELIJKS
UIT
AAN
WEKELIJKS
UIT
Volgende dag Voorgaande dag Ingestelde dag Volgende dag
• De instelling DAY OFF kan slechts 1 keer worden ingesteld. De instelling DAY OFF wordt automatisch geannuleerd wanneer de ingestelde dag is verstreken.
Nl-10
TEMPERATUUR AFTELTIMER
Opmerking:
Bij gelijktijdige aansluiting van meerdere apparaten kan deze functie niet worden gebruikt met de draadloze afstandsbediening.
Instelling Temperatuur SET BACK-timer
1
SET BACK Is er geen SET BACKtemperatuur ingesteld, dan wordt “- -” weergegeven voor de temperatuur.
2
Verander met de knop SET BACK de weergave van de bevestiging SET BACK.
De SET BACK-bedrijfstijd en de ingestelde temperatuur worden weergegeven.
Druk 2 seconden of meer op de knop TIMER SET.
3
●
Instelling van de dag
●
Instellingen van de bedrijfstijd
1 2
3
4 bijv. Wanneer u alle dagen tegelijk instelt
Volg voor het instellen van de bedrijfstijd dezelfde procedures als voor het instellen van de wekelijkse timer. De knop TIMER
DELETE wordt ook gebruikt zoals wordt beschreven in de procedures voor de wekelijkse timer.
4
●
Instelling van de temperatuur
Stel de temperatuur in door op te knoppen
SET TEMP. te drukken. (Het instelbereik voor de temperatuur is hetzelfde als het bereik voor de bedrijfsstand.)
5
bijv. Bedrijfstijd 15:00-22:00
SET BACK-temperatuur
Normale temperatuur
24°C
AAN
28°C
UIT
24°C
Herhaal stappen
3
en
4
.
U kunt de instellingen voor temperatuur SET BACK-timer voltooien door de knop TIMER SET
2 seconden of langer ingedrukt te houden.
Werking Temperatuur SET BACK-timer
●
Starten
SET BACK
●
Annuleren
bijv. Weergave bij werking SET BACK-timer
(De bedrijfstijd wordt niet weergegeven.)
Druk op de knop SET BACK. De SET BACK-bevestiging wordt gedurende 5 seconden weergegeven, en dan start de timer automatisch opnieuw.
1
2
Druk op de knop SET BACK, en druk vervolgens op de knop TIMER DELETE terwijl de SET BACK-bevestiging wordt weergegeven. Ook als u weer op de knop SET BACK drukt, wordt de SET
BACK-timer geannuleerd.
OPMERKINGEN
• De SET BACK-timer wijzigt alleen de ingestelde temperatuur, Het is niet mogelijk hiermee de airconditioner te starten en te stoppen.
• De SET BACK-timer kan worden ingesteld op werking 2 keer per dag, maar er kan slechts 1 temperatuurinstelling worden gebruikt.
• De SET BACK-timer Kan worden gebruikt in combinatie met de functies AAN, UIT en een wekelijkse timer.
• De SET BACK-bedrijfstijd wordt alleen in de weergave van de SET BACK-bevestiging getoond. (Raadpleeg stap 1 vior de weergave van de SET BACK-bevestiging.)
Nl-11
WERKING IN DE ECONOMY-STAND
Schakel de airconditioner eerst in voordat u deze procedure uitvoert.
De ECONOMY werking gebruiken
Druk op de knop ECONOMY.
De indicator ECONOMY gaat branden.
Het apparaat begin te werken in de stand ECONOMY.
De ECONOMY werking stoppen
Druk weer op de knop ECONOMY.
De indicator ECONOMY gaat uit.
Het apparaat begint in de normale stand te werken.
Over de ECONOMY werking
Bij een maximale uitvoer is de ECONOMY werking circa 70% van de normale koel- of verwarmingswerking.
● Als het vertrek in de stand ECONOMY onvoldoende wordt gekoeld (of verwarmd), selecteer dan de normale werking.
● Tijdens de controleperiode in de stand AUTO schakelt de airconditioner niet over naar ECONOMY, zelfs al selecteert u ECO-
NOMY met een druk op de knop ECONOMY.
●
Wanneer het apparaat in de stand ECONOMY werkt, zal de kamertemperatuur wat hoger zijn dan de in de koelstand ingestelde temperatuur en wat lager dan de in de verwarmingsstand ingestelde temperatuur. De ECONOMY modus kan aldus meer energie besparen in vergelijking met de andere modi.
● In geval van een multi-type airconditioner is de stand ECONOMY alleen beschikbaar voor de ingestelde binneneenheid.
REINIGING EN ONDERHOUD
OPGELET
● Schakel dit product, voordat u het schoonmaakt, vooral eerst uit en verbreek de aansluiting op de stroomvoorziening.
● Omdat het schoonmaken van fi lters werk op hoogte met zich meebrengt, kunt u beter geautoriseerd servicepersoneel raadplegen.
●
De ventilator werkt op hoge snelheid binnen in het apparaat, en kan persoonlijk letsel veroorzaken.
● Stel de behuizing van het apparaat niet bloot aan vloeibare insecticiden of aan haarspray.
●
Wanneer u het apparaat gedurende langere tijd gebruikt, kan er zich vuil binnenin het apparaat verzamelen, waardoor het apparaat mindere prestaties zal leveren. We bevelen aan om, naast een regelmatige reiniging en onderhoud, het apparaat nu en dan te controleren. Voor meer informatie, neem contact op met vakbekwaam onderhoudspersoneel.
● Gebruik bij het reinigen van het apparaat geen water heter dan 40 °C, geen grove schuurmiddelen en geen vluchtige middelen zoals wasbenzine of thinner.
●
Als het apparaat niet wordt gebruikt gedurende een periode van 1 maand of meer, laat dan vooral de onderdelen binnenin de unit van tevoren grondig drogen, door het apparaat een halve dag in de ventilatorstand te laten werken.
Reiniging van de lucht
fi
lter
●
Verwijder het stof van de lucht fi lters door middel van een stofzuiger of door de fi lters na het wassen grondig drogen op een plek die afgeschermd is van zonlicht.
●
Verwijder stof van de lucht fi lter in warm water met een mild schoonmaakmiddel. Als u het fi
●
Als er zich vuil op het lucht fi meer lawaai.
Filter-indicator Reset (Een speciale instelling)
●
Kan worden gebruikt indien juist ingesteld bij de installatie. Raadpleeg bevoegd servicepersoneel wanneer u deze functie gebruikt.
• Gaat branden wanneer de lucht fi lters moeten worden gereinigd.
Na inschakeling.
Druk gedurende 2 seconden of meer op de knop
MAINTENANCE op de afstandsbediening.
De fi lter-indicator verdwijnt.
Nl-12
PROBLEEMOPLOSSING
Instructies die verband houden met verwarmen (*) gelden alleen voor het “HEAT & COOL MODEL” (Omgekeerde cyclus).
WAARSCHUWING
In de volgende gevallen moet u onmiddellijk stopen met het gebruik van de airconditioner en de voeding ontkoppelen door het uitschakelen van de elektrische hoofdschakelaar of door de stekker uit het stopcontact te halen. Raadpleeg vervolgens uw dealer of bevoegd onderhoudspersoneel.
Zolang de airconditioner is aangesloten op de stroomvoorziening, is de voeding niet uitgeschakeld, ook niet als u het apparaat is hebt uitgezet.
• Apparaat ruikt naar brand of het stoot rook uit
• Er lekt water uit het apparaat
Voer, voordat u contact opneemt met een reparateur, de volgende controles uit:
NORMALE
WERKING
Symptoom Probleem
Werkt niet onmiddellijk:
Er worden geluiden gehoord:
Geuren:
Er wordt een nevel of er wordt stoom uitgestoten:
Luchtstroom is zwak of stopt:
●
Als het apparaat wordt gestopt en vervolgens onmiddellijk opnieuw wordt gestart, werkt de compressor niet gedurende 3 minuten, zodat wordt voorkomen dat er zekeringen doorbranden.
●
Wanneer de elektrische onderbreker wordt uitgeschakeld en opnieuw wordt ingeschakeld, treedt het beveiligingscircuit ongeveer
3 minuten in werking, zodat het apparaat gedurende deze periode niet werkt.
●
Gedurende de werking en direct na het uitschakelen van het apparaat kan het geluid van water dat door de leidingen van de airconditioner stroomt, te horen zijn. Ook kunt u de eerste 2-3 minuten na het inschakelen het stromen van koelmiddel horen.
* ● Tijdens het verwarmen kan een sissend geluid worden gehoord.
Dit geluid wordt veroorzaakt door het automatisch ontdooiproces.
● De binneneenheid kan geuren afgeven. Deze geuren worden veroorzaakt door luchtjes in de kamer (meubilair, tabak, enz.), die door de binneneenheid worden aangezogen.
● Een dunne nevel kan tijdens het koelen of drogen door de binneneenheid worden afgegeven. Dit wordt veroorzaakt door een plotselinge afkoeling van de lucht in de kamer door de lucht die door de binneneenheid wordt afgegeven, hierdoor ontstaat condens- en nevelvorming.
*
●
Tijdens het verwarmen kan de ventilator van de buiteneenheid tot stilstand komen en kan er stoom uit het apparaat opstijgen. Dit wordt door het automatisch ontdooiproces veroorzaakt.
*
●
Wanneer de verwarmingsstand is ingeschakeld, draait de ventilator tijdelijk op zeer lage snelheid, zodat de interne onderdelen op temperatuur kunnen komen.
* ● Als de kamertemperatuur tijdens het verwarmen boven de thermostaatinstelling komt, stopt de buiteneenheid en draait de ventilator van de binneneenheid op zeer lage snelheid. Als u de kamer meer wilt verwarmen, zet dan de thermostaat op een hogere stand.
* ● Het apparaat zal tijdens het verwarmen tijdelijk (4 tot 15 minuten lang) tot stilstand komen, wanneer het automatisch ontdooiproces werkt. Tijdens het automatisch ontdooien wordt op het scherm van de afstandsbediening weergegeven.
● De ventilator kan tijdens het drogen of wanneer het apparaat de temperatuur van het vertrek controleert, op zeer lage snelheid werken.
● In geval van een multi-type eenheid zullen als er meerdere eenheden in een verschillende standen in werking zijn, zoals hieronder weergegeven, de apparaten die daarna worden ingeschakeld tot stilstand komen en wordt op het scherm van de afstandsbediening van de stilstaande binneneenheden getoond.
• Verwarmingsstand en koelstand (of droogstand)
• Verwarmingsstand en ventilatorstand
Er stroomt water uit de buiteneenheid:
●
Bij werking in de stand QUIET werkt de ventilator op zeer lage snelheid.
●
Bij werking in de stand AUTO-controle draait de ventilator op zeer lage snelheid.
* ● Tijdens het verwarmen kan er water uit de buiteneenheid komen als gevolg van het automatisch ontdooien.
De indicator FILTER knippert:
●
Maak het fi lter schoon. Schakel daarna de indicator FILTER uit.
De weergave van de thermo-sensor knippert op de afstandsbediening:
● Mogelijk werkt de sensor voor de kamertemperatuur niet goed.
Vraag advies aan bevoegd servicepersoneel.
Zie pagina
—
—
15
—
—
15
—
15
—
17
—
—
15
12
—
Nl-13
PROBLEEMOPLOSSING
CONTROLEER
NOGMAALS
Symptoom
Werkt helemaal niet:
Te controleren punten
● Is de beveiligingsschakelaar uitgeschakeld?
● Is er een stroomstoring?
●
Is er een zekering doorgebrand of is de beveiligingsschakelaar geactiveerd?
● Is de timer actief?
Zie pagina
—
8 tot 10
Zwakke prestaties bij koelen
(of verwarmen*):
● Is het lucht fi lter vuil?
● Wordt het luchtinlaatrooster of de luchtuitlaat van de airconditioner geblokkeerd?
● Hebt u de kamertemperatuurinstellingen (thermostaat) wel goed aangepast?
● Staat er een raam of een deur open?
● Kan er tijdens het koelen fel zonlicht door een raam binnendringen? (Doe de gordijnen dicht.)
●
Bevinden er zich tijdens het koelen verwarmingstoestellen en computers in de kamer, of zijn er veel mensen binnen?
●
Is het apparaat in de stand QUIET gezet?
—
—
Als het probleem aanhoudt nadat u deze controles hebt uitgevoerd, of als u een brandlucht ruikt, stop de werking dan onmiddellijk, onderbreek de stroomvoorziening en vraag advies aan bevoegd servicepersoneel.
Nl-14
GEBRUIKSTIPS
Instructies die verband houden met verwarmen (*) gelden alleen voor het “HEAT & COOL MODEL” (Omgekeerde cyclus).
Verwarmingsprestaties*
●
Deze airconditioner werkt volgens het warmtepompprincipe, waarbij warmte uit de buitenlucht wordt opgenomen en in de binnenruimte wordt afgegeven. De bedrijfsprestaties nemen daarom af naarmate de temperatuur van de buitenlucht zakt.
Als u het gevoel hebt dat het apparaat onvoldoende warmte produceert, raden wij u aan deze airconditioner in combinatie met een ander verwarmingstoestel te gebruiken.
●
Warmtepomp-airconditioners verwarmen uw gehele kamer door de lucht in de ruimte te laten circuleren, dat betekent dat het na het inschakelen van de airconditioner enige tijd kan duren voordat de kamer is verwarmd.
Wanner de binnen- en de buitentemperatuur hoog zijn*
Wanneer tijdens het verwarmen zowel de binnen- als de buitentemperatuur hoog zijn, zal de ventilator van de buiteneenheid zo nu en dan tot stilstand komen.
Geringe koeling van de omgeving
Wanneer de buitentemperatuur daalt, zullen de ventilatoren van de buitenunit misschien op lage snelheid gaan werken, of zal een van de ventilatoren zo nu en dan tot stilstand komen.
Hot Start*
De binneneenheid voorkomt koude tocht wanneer het verwarmen wordt gestart.
De ventilator van de binneneenheid zal niet werken of zal op zeer lage snelheid werken, tot de warmtewisselaar de ingestelde temperatuur bereikt.
Dubbele afstandsbediening (optie)
Er kan een extra afstandsbediening worden toegevoegd zodat tot wel twee afstandsbedieningen kunnen worden gebruikt. Elk van beide afstandsbedieningen kan de airconditioner regelen. Maar de timer-functies kunnen niet worden gebruikt op de secundaire afstandsbediening.
Groepsregeling
Een afstandsbediening kan tot wel 16 airconditioners regelen.
Alle airconditioners worden bediend met dezelfde instellingen.
Ventilatorsnelheid: AUTO
Verwarmen*: De ventilator werkt op zeer lage snelheid wanneer de temperatuur van de lucht die door de binneneenheid wordt vrijgegeven, laag is.
Koelen: Naarmate de kamertemperatuur de ingestelde temperatuur nadert, neemt de snelheid van de ventilator af.
Ventilator: De ventilator werkt op de lage ventilatorsnelheid.
Microcomputer-gestuurd automatisch ontdooien*
●
In de verwarmingsstand, bij een lage buitentemperatuur en hoge luchtvochtigheid, kan er ijsvorming op de buiteneenheid ontstaan, waardoor het apparaat minder goed presteert.
Om te voorkomen dat deze airconditioner minder presteert, is het apparaat uitgerust met een microcomputer-gestuurde automatische ontdooifunctie. Tijdens de ontdooicyclus zal de binnenventilator tot stilstand komen en wordt op de afstandsbediening weergegeven. Pas na ongeveer 4 tot 15 minuten zal de airconditioner weer opstarten.
●
Als na verwarmen ijsvorming op de buiteneenheid ontstaat, zal de eenheid de ontdooicyclus automatisch starten. De buiteneenheid zal dan na enkele minuten te hebben gewerkt automatisch worden uitgeschakeld.
Nl-15
GEBRUIKSTIPS
Instructies die verband houden met verwarmen (*) gelden alleen voor het “HEAT & COOL MODEL” (Omgekeerde cyclus).
Werking in verschillende standen
AUTO (in model KOELEN):
●
Wanneer AUTO (automatische omschakeling) eerst is geselecteerd, werkt de ventilator gedurende enkele minuten op een zeer lage snelheid. De binneneenheid detecteert gedurende deze tijd de condities in de kamer en selecteert de juiste stand.
Kamertemperatuur is hoger dan de vastgestelde temperatuur in
Koelstand of
Droogstand de thermostaatinstelling → Koelmodus of Ontvochtigingsmodus
Kamertemperatuur is in de buurt van of lager dan de vastgestelde temperatuur in de temperatuurinstelling → Verwarmingsstand
Vastgestelde temperatuur in de thermostaatinstelling
Monitor-functie
●
Wanneer de binneneenheid de temperatuur in uw kamer op ongeveer de temperatuurinstelling heeft gebracht, wordt de monitorfunctie ingeschakeld. In de waakwerkingsmodus werkt de ventilator op een lage snelheid. Als de kamertemperatuur vervolgens verandert, zal de binneneenheid weer de juiste stand (koelen) selecteren en de temperatuur weer op de waarde van de temperatuurinstelling brengen.
●
Als u een andere stand wilt kiezen dan de stand die automatisch door het apparaat is gekozen, selecteer dan zelf een stand (COOL, DRY, FAN).
AUTO [in HEAT & COOL (Omgekeerde cyclus) model]:
●
Wanneer AUTO (automatische omschakeling) is geselecteerd, kiest de airconditioner de juiste stand (koelen of verwarmen), naargelang de huidige temperatuur in uw kamer.
●
Wanneer AUTO (automatische omschakeling) eerst is geselecteerd, werkt de ventilator gedurende enkele minuten op lage snelheid. De binneneenheid detecteert gedurende deze tijd de omstandigheden in de kamer en selecteert vervolgens de juiste stand.
Kamertemperatuur is hoger dan de vastgestelde temperatuur in de thermostaatinstelling → Koelmodus of Ontvochtigingsmodus
Koelstand of Droogstand
Kamertemperatuur is in de buurt van de vastgestelde temperatuur in de temperatuurinstelling → Bepaald door de buitentemperatuur
Kamertemperatuur is lager dan de vastgestelde temperatuur in de thermostaatinstelling → Verwarmingsmodus
Vastgestelde temperatuur in de thermostaatinstelling
Vastgesteld door buitentemperatuur
Verwarmingsstand
●
Wanneer de airconditioner de temperatuur in uw kamer op ongeveer de temperatuurinstelling heeft gebracht, wordt de monitorfunctie ingeschakeld. In de waakwerkingsmodus werkt de ventilator op een lage snelheid. Als de kamertemperatuur vervolgens wijzigt, zal de airconditioner opnieuw de gepaste werking (verwarmen, koelen) selecteren om de temperatuur opnieuw op de thermostaatinstelling te brengen.
●
Als u een andere stand wilt kiezen dan de stand die automatisch door het apparaat is gekozen, selecteer dan zelf een stand (HEAT, COOL, DRY, FAN).
VERWARMEN*:
●
Verwarm uw kamer.
●
Wanneer de verwarmingsstand is geselecteerd, werkt de airconditioner ongeveer 3 tot 5 minuten op een zeer lage ventilatorsnelheid, waarna naar de geselecteerde ventilatorinstelling wordt overgeschakeld. Deze periode wordt gebruikt om de binneneenheid op te warmen voordat de volledige werking wordt gestart.
●
Wanneer de kamertemperatuur zeer laag is, kan ijsvorming op de buiteneenheid ontstaan, wat tot lagere prestaties kan leiden. Om het ijs te verwijderen zal het apparaat nu en dan automatisch de ontdooicyclus openen. Tijdens het automatisch ontdooien, zal de verwarmingsfunctie worden onderbroken.
KOELEN:
●
Koel uw kamer.
DROGEN:
●
Koel uw kamer terwijl de luchtvochtigheid wordt verminderd.
●
U kunt niet de kamer verwarmen tijdens het verminderen van de luchtvochtigheid.
●
Na het starten van de verwarmings kan het enige tijd duren voordat de kamer wordt opgewarmd.
●
In de droogstand werkt het apparaat op lage snelheid. De luchtvochtigheid in de kamer neemt af en de ventilator van de binneneenheid zal zo nu en dan stoppen met draaien. De ventilator kan tevens op een zeer lage snelheid draaien wanneer de vochtigheidsgraad in de kamer wordt gewijzigd.
●
De ventilatorsnelheid handmatig wijzigen wanneer de droogstand is geselecteerd, is niet mogelijk.
VENTILATOR:
●
Laat de lucht in uw kamer circuleren.
Nl-16
In verwarmingsstand:
Stel de thermostaat op een temperatuurinstelling in die hoger is dan de huidige kamertemperatuur. De verwarmingsmodus werkt niet als de thermostaat op een lagere waarde is ingesteld dan de huidige kamertemperatuur.
In koel-/droogstand:
Stel de thermostaat op een temperatuurinstelling in die lager is dan de huidige kamertemperatuur. De koel- en ontvochtigingsmodus werkt niet als de thermostaat op een hogere waarde is ingesteld dan de huidige kamertemperatuur (in de koelmodus werkt enkel de ventilator).
In ventilatorstand:
U kunt het apparaat niet gebruiken om uw kamer te verwarmen en te koelen.
GEBRUIKSTIPS
Instructies die verband houden met de omzetter (
❖
) gelden alleen voor het “INVERTER-MODEL”.
AUTO Restart (Automatisch herstarten)
In geval van een stroomonderbreking
●
Zou de stroomvoorziening van de airconditioner worden onderbroken door een stroomstoring, dan start de airconditioner automatisch weer op in de eerder geselecteerde stand, wanneer de stroomvoorziening wordt hersteld.
Gelijktijdig gebruik van meerdere eenheden
●
Wanneer een multi-type airconditioner wordt gebruikt, kunnen er meerdere binneneenheden tegelijkertijd worden gebruikt, maar wanneer er 2 of meer binneneenheden van dezelfde groep tegelijkertijd worden gebruikt, zal de effectiviteit van de koel- en verwarmingsfuncties lager zijn dan wanneer er slechts één binneneenheid wordt gebruikt. Wanneer u echter tegelijkertijd meer dan 1 binneneenheid voor koeling wilt gebruiken, kunt u deze beter vooral ‘s nachts gebruiken of op een ander tijdstip wanneer er minder opbrengst wordt gevraagd. Wanneer u meerdere binneneenheden gelijktijdig voor verwarming wilt gebruiken, kunt u ze beter met extra verwarmingstoestellen in de kamer gebruiken.
●
Seizoensgebonden omstandigheden, de buitentemperatuur, de indeling van de kamers en het aantal personen in het vertrek kunnen ook de effectiviteit beïnvloeden. Wij adviseren u meerdere toepassingspatronen te proberen en vast te stellen hoe u de verwarmings- en koelfuncties van uw binneneenheden presteren en hoe u ze kunt inzetten zodat ze het best bij de levensstijl van uw gezin passen.
●
Als u merkt dat er één of meer binneneenheden bij een gelijktijdige werking lagere koel- of verwarmingsprestaties leveren, adviseren wij u de gelijktijdige werking van meerdere binneneenheden te stoppen.
●
Gebruik van andere elektrische apparaten (elektrisch scheerapparaat, enz.) in de buurt van de draadloze radiozender kan de werking van de airconditioner verstoren. Als dit zich voordoet, onderbreek de stroomvoorziening dan tijdelijk, schakel opnieuw in en hervat de werking met behulp van de afstandsbediening.
Multi-type airconditioner
Deze binneneenheid kan worden aangesloten op een multi-type buiteneenheid. De multi-type airconditioner biedt de mogelijkheid verschillende binneneenheden in verschillende locaties te laten werken. De binneneenheden kunnen tegelijkertijd worden gebruikt, afhankelijk van hun werking.
❖
❖
●
De werking kan in de volgende standen niet plaatsvinden..
Als de binneneenheid wordt ingesteld op een stand die niet uitgevoerd kan worden, verschijnt op het scherm van de afstandsbediening en gaat de binneneenheid over in stand-by.
Verwarmingsstand en koelstand (of droogstand)
Verwarmingsstand en ventilatorstand
●
Het apparaat kan in de volgende bedrijfsstanden werken.
❖
Koelmodus en ontvochtingsmodus
Koelstand en ventilatorstand
●
Ontvochtingsmodus en ventilatormodus
De bedrijfsstand (verwarmingsstand of koelstand (droogstand)) van de buiteneenheid wordt bepaald door de bedrijfsstand van de binneneenheid die het eerst werd bediend. Als de binneneenheid in de ventilatorstand werd ingeschakeld, wordt de bedrijfsstand van de buiteneenheid niet bepaald. Bijvoorbeeld, als de binneneenheid (A) werd ingeschakeld in de ventilatorstand en de binneneenheid (B) vervolgens werd ingeschakeld in de verwarmingsstand, werkt de binneneenheid (A) tijdelijk in de ventilatorstand. Maar wanneer de binneneenheid (B) start met werken in de verwarmingsstand, wordt op het scherm van de afstandsbediening van de binneneenheid (A) getoond en gaat de binneneenheid over in stand-by. De binneneenheid
(B) blijft in de verwarmingsstand werken..
Gelijktijdige Multi Air Conditioner
Deze binneneenheid kan ook gelijktijdig op meerdere units worden aangesloten en dat maakt het mogelijk met een scheidingsbuis (twee- of drievoudig) tot wel 3 binneneenheden op de buiteneenheid aan te sluiten.
Opmerking:
Welk type scheidingsbuis kan worden gebruikt, varieert per model.
In een gelijktijdige multi-aansluiting werken alle binneneenheden tegelijkertijd als airconditioner en zij worden bestuurd door een controller die wordt aangeduid als de primaire regel-unit.
Deze gelijktijdige meervoudige aansluiting is uniek, maar de functionaliteit van de controller die als secundaire regel-unit wordt aangeduid, is beperkt.
Mededelingen
*
●
In de verwarmingsstand start de buiteneenheid zo nu en dan kort het ontdooiproces. Als de gebruiker tijdens het ontdooiproces de binneneenheid opnieuw op verwarmen instelt, wordt het ontdooiproces voortgezet en start het verwarmen na het ontdooien. Het kan aldus enige tijd duren voordat warme lucht uit het apparaat stroomt.
ZELF-DIAGNOSE
*
●
In de verwarmingsstand kan de bovenkant van de binneneenheid warm worden, dit komt omdat er koelmiddel door de binneneenheid stroomt, zelfs nadat deze is uitgeschakeld.
Dit is geen storing van het apparaat.
Wanneer “Er” in temperature-indicator wordt weergegeven, moet het airconditioningssysteem worden nagezien. Vraag advies aan bevoegd servicepersoneel.
Unit-nummer (gewoonlijk “00”)
Foutcode bijv. Zelfdiagnose
Nl-17

Public link updated
The public link to your chat has been updated.
Advertisement
Key features
- Slim & Compact design
- Two-direction drain piping
- Easy maintenance
- Low ambient operation