Advertisement
Advertisement
Inhoud Nederlands GEBRUIKERSHANDLEIDING AIRCONDITIONER Muurmodel Veiligheidsmaatregelen......................................................... 1 Binneneenheid overzicht en bediening................................. 2 Afstandsbediening overzicht en bediening............................ 3 Timerwerking......................................................................... 6 Algemene informatie over werking........................................ 6 Onderhoud en reiniging......................................................... 7 Problemen oplossen.............................................................. 9 Voor gebruik van dit product moet u deze instructies goed doorlezen en deze handleiding bewaren voor toekomstig gebruik. Veiligheidsmaatregelen Om persoonlijk letsel of schade aan eigendommen te voorkomen, moet u deze paragraaf zorgvuldig doorlezen voordat u dit product gebruikt, en zorg ervoor dat u voldoet aan de volgende voorzorgsmaatregelen. Onjuiste bedieningen door het niet naleven van de instructies kan letsel of schade, de ernst hiervan wordt als volgt geclassificeerd: WAARSCHUWING OPGELET Dit teken waarschuwt voor dodelijk of ernstig letsel. Dit teken waarschuwt voor letsel of schade aan eigendommen. Dit teken verwijst naar een handeling die is VERBODEN. Dit teken verwijst naar een handeling die VERPLICHT is. • Uitleg van symbolen die op de binnenunit of buitenunit worden aangeduid. WAARSCHUWING Dit symbool duidt aan dat dit apparaat een ontvlambaar koelmiddel gebruikt. Wanneer het koelmiddel lekt en wordt blootgesteld aan een externe ontstekingsbron, bestaat er kans op brand. OPGELET Dit symbool duidt aan dat de bedieningshandleiding zorgvuldig moet worden gelezen. OPGELET Dit symbool duidt aan dat een servicepersoneel deze apparatuur moet hanteren met verwijzing naar de installatiehandleiding. OPGELET Dit symbool duidt aan dat er informatie beschikbaar is, zoals de bedieningshandleiding of installatiehandleiding. WAARSCHUWING • Dit product geen onderdelen die door gebruiker gerepareerd mogen worden. Raadpleeg altijd bevoegd onderhoudspersoneel voor reparatie, installatie en verplaatsing van het product. Onjuiste installatie of behandeling zal leiden tot lekkage, elektrische schok of brand. • In het geval van een storing, zoals brandgeur, moet u onmiddellijk stopen met het gebruik van de airconditioner, en alle voedingen loskoppelen door het uitschakelen van de elektrische hoofdschakelaar of de stekker uit het stopcontact halen. Raadpleeg dan bevoegd onderhoudspersoneel. • Zorg ervoor dat u de voedingskabel niet beschadigd. Als deze beschadigd is, mag hij alleen worden vervangen door bevoegd onderhoudspersoneel. • In het geval van koelmiddellekkage moet u uit de buurt blijven van brand of brandbare stoffen, en bevoegd onderhoudspersoneel raadplegen. • In het geval van onweer of een voorgaand teken van blikseminslag, moet u de airconditioner via de afstandsbediening uitschakelen, en het product of de stroomvoorziening niet aanraken om elektrische gevaren te voorkomen. • Het apparaat wordt opgeslagen in een ruimte zonder continu werkende ontstekingsbronnen (bijvoorbeeld open vuur, een werkende gastoestel of een werkende elektrische verwarming). • Het apparaat moet in een goed geventileerde ruimte worden opgeslagen. • Let op dat koudemiddelen mogelijk geen geur bevatten. • Het apparaat moet om mechanische schade te voorkomen worden opgeslagen. • Afvoeren van het product moet op de juiste wijze gebeuren, in overeenstemming met nationale of regionale voorschriften. ONDERDEEL Nr. 9333003320 • Tijdens transport of verplaatsing van de binnenunit moeten de leidingen worden afgedekt met de wandhaakbeugel ter bescherming. Het apparaat niet verplaatsen door de leidingen van de binnenunit vast te houden. (De spanning die op de pijpverbindingen wordt uitgeoefend kan tijdens gebruik het lek gas doen lekken). • Dit apparaat is niet bestemd voor personen (waaronder kinderen) met beperkte fysische, visuele of mentale mogelijkheden, of die een gebrek hebben aan ervaring en kennis, tenzij ze onder toezicht staan of instructies hebben gekregen omtrent het gebruik van het apparaat door een persoon die verantwoordelijk is voor hun veiligheid. Houd toezicht over kinderen zodat ze niet met het apparaat spelen. • Start of stop de werking van dit product niet door het invoegen van of trekken aan de stekker, of door het in- of uitschakelen van de stroomonderbreker. • Gebruik geen brandbare gassen in de buurt van dit product. • Stel uzelf niet voor vele uren bloot aan de directe koelende luchtstroom. • Steek uw vingers of andere voorwerpen niet in de uitgangspoort, het open paneel of het inlaatrooster. • Gebruik het apparaat niet met natte handen. • De unit niet in een ruimte gevuld met minerale olie installeren, zoals een fabriek of een gebied met een grote hoeveelheid bespatte olie of stoom, zoals een keuken. • Geen middelen gebruiken teneinde het ontdooiproces te versnellen of om het apparaat te reinigen, anders dan die aanbevolen door de fabrikant. • Niet doorboren of verbranden. Nl-1 Veiligheidsmaatregelen OPGELET • Zorg altijd voorvoldoende ventilatie tijdens gebruik. • Gebruik dit product altijd met geïnstalleerde luchtfilters. • Zorg ervoor dat enig elektrisch apparatuur ten minste 1 m uit de buurt is van de binnen- of buiteneenheid. • Ontkoppel alle stroomvoorziening wanner u dit product voor een langere periode niet gebruikt. • Na een lange periode van gebruik moet u ervoor zorgen dat de montage van de binneneenheid wordt gecontroleerd om te voorkomen dat het product naar beneden valt. • De richting van de luchtstroom en de kamertemperatuur moeten zorgvuldig worden overwogen wanneer u dit product gebruikt in een kamer met kinderen, bejaarden of zieke personen. • Plaats geen andere elektrische producten of huishoudelijke bezittingen direct onder dit product. Druipende condensatie van dit product kan ze nat maken, en kan leiden tot schade aan of storing van uw eigendommen. • Stel dit product niet direct bloot aan water. • Gebruik dit product niet voor het bewaren van voedsel, planten, dieren, precisie-apparatuur, kunstwerken of andere objecten. Dit kan leiden tot achteruitgang in de kwaliteit van deze producten. • Stel geen dieren of planten direct bloot aan de luchtstroom. • Drink de afvoer van de airconditioner niet. • Niet aan de voedingskabel trekken om de stekker los te maken. • Raak de aluminium lamellen van de warmtewisselaar ingebouwd in dit product niet aan, om letsel bij repareren van het apparaat te voorkomen. • Ga niet op een onstabiele ondergrond of ladder staan bij gebruik of reiniging van dit product. Hierdoor kunt u ten val komen, wat tot letsel kan leiden. • Richt de luchtstroom niet direct op open haarden of verwarmingstoestellen. • Blokkeer of bedek het inlaatrooster en de uitlaatpoort niet. • Oefen geen hevige druk uit op de lamellen van de radiator. • Klim niet op het product of plaats geen voorwerpen op of hang voorwerpen aan dit product. Dit product bevat gefluoreerde broeikasgassen. Binneneenheid overzicht en bediening 1 Inlaatrooster 7 Voor het werken moet u ervoor zorgen dat het inlaatrooster volledig is afgesloten. Onvolledig afsluiten kan effect hebben op de juiste werking of de prestaties van de airconditioner. 2 OPGELET Voor passende signaaloverdracht tussen de afstandsbediening en de binneneenheid moet u de signaalontvanger uit de buurt houden van de volgende producten: -- Direct zonlicht of ander sterk licht -- Flat-paneel-tv-scherm In kamers met onmiddellijke tl-verlichting, zoals type-omvormers, wordt het signaal misschien niet goed doorgegeven. In een dergelijk geval moet u contact opnemen met de winkel waar u het product hebt gekocht. [MANUAL AUTO] knop Gebruik deze knop wanneer u de afstandsbediening bent verloren of er een storing is met de afstandsbediening. Status In bedrijf Stoppen Actie Druk langer dan 3 seconden in. Druk langer dan 3 seconden en minder dan 10 seconden in. Druk langer dan 10 seconden in. (Alleen voor onderhoud.*) Na reiniging Druk minder dan 3 seconden in. Modus of bediening Stop Auto 8 Geforceerde koeling Filtercontrolelampje resetten *:Teneinde geforceerde koeling te stoppen, drukt u op deze knop of [ ] op de afstandsbediening. 3 Voorpaneel 4 Verticale luchtstroom richtingslamellen 1 2 3 1* 4 5 6 7 2 5 4 Energiediffuser Energiediffuser 1 Nl-2 13 12 2 3 2 5 4 6 3 • In de Swing werking, zal de stoom nevelaar niet bewegen. 6 Lichten in normale werking, en knipperen langzaam in automatische ontdooiings werking. 1 In combinatie met de beweging van de verticale lichtstroom richtingslamellen volgt de hoek van de energiediffuser als volgt: 1 Gaat branden in de timerwerking en knippert langzaam wanneer de timer instellingsfout wordt gedetecteerd. Zie net als voor de timer-instelling de “Automatische herstart functie” op pagina 6. 7* 6 *: Standaardinstelling in elke modus. Verticale luchtstroom richtingslamellen Afvoerslang GEBRUIKERSHANDLEIDING [ ] Timer controlelampje (oranje) 2 • Pas dit niet handmatig aan. • Aan het begin van de Auto of Verwarmen modus, kunnen ze een tijdje in positie 1 blijven voor aanpassing. • Wanneer u de hoek in de Koel- of Droogmodus meer dan 30 minuten op positie 4-7 instelt, keren deze automatisch terug naar positie 3. In de Koelen of Drogen modus, wanneer de hoek gedurende vele uren op positie 4-7 staat, kan condensvorming optreden en kunnen de druppels uw eigendom bevochtigen. 5 Lichten in the Besparingswerking en in de 10 °C Verwarmen werking. 9 Verwarmen modus 3 [ ] Economy controlelampje (groen) 10 [ ] Operation controlelampje (groen) Iedere keer dat u op [ SET] op de afstandsbediening drukt, wordt de hoek van de verticale luchtstroomrichtingjaloezie als volgt verplaatst: Koelen of Drogen modus Afstandsbediening signaalontvanger 11 7 3 4 5 6 7 4 10 8 9 AIRCONDITIONER Muurmodel Binneneenheid overzicht en bediening 11 WAARSCHUWING Horizontale luchtstroom richtingslamellen Zorg ervoor dat baby´s en jonge kinderen niet per ongeluk de batterijen kunnen inslikken. OPGELET Voor u de horizontale richting van de luchtstroom aanpast, moet u ervoor zorgen dat de verticale luchtstroom voor de roosterrichting volledig is gestopt. Installatie houder afstandsbediening 1 Pas twee knoppen handmatig aan. 12 Luchtfilter Zie pagina 7 13 Luchtreinigingfilters Zie pagina 8 2 Schroeven 3 Schuiven Invoegen Zuiver of ontsmet de lucht, en biedt verse luchtstroom. Binneneenheid accessoires Afstandsbediening Houder afstandsbediening Batterijen Luchtreinigingfilters Tapschroeven Filterhouders Afstandsbediening overzicht en bediening OPGELET • Om storingen of beschadigingen aan van de afstandsbediening te voorkomen moet u het volgende doen: -- Plaats de afstandsbediening op een plek waar zij niet zal worden blootgesteld aan direct zonlicht of overmatige hitte. -- Verwijder de batterijen als het product voor een langere periode niet wordt gebruikt. -- Lege batterijen moeten onmiddellijk worden verwijderd en afgevoerd volgens de plaatselijke wetten en regelgeving van uw regio. • Als vloeistof van een lekkende batterij in contact komt met uw huid, ogen of mond, moet onmiddellijk spoelen met water en uw arts raadplegen. • Obstakels zoals een gordijn of een muur tussen afstandsbediening en de binneneenheid kunnen de juiste signaaloverdracht beïnvloeden. • • • • Stel de afstandsbediening niet bloot aan sterke schokken. Giet geen water op de afstandsbediening. Probeer niet om droge batterijen op te laden. Gebruik geen droge batterijen die zijn opgeladen. Batterij (R03/LR03/AAA × 2) aan het laden en voorbereiding afstandsbediening 3 4 1 6 5 2 5 6 7 Druk op [CLOCK ADJUST] om het instellen van de klok te starten. Stel de tijd in door op te drukken [SELECT]. Elke keer dat u op de knop drukt, wordt de waarde met 1 minuut verhoogd of verlaagd. Door het ingedrukt houden van de knop wordt de waarde met 10 minuten verhoogd of verlaagd. *Door te drukken op [TEMP. (∧/∨)], kan de tijd indicator qorden gewijzigd van een 24-uur in een 12-uur klok. Druk nogmaals op [CLOCK ADJUST] om het instellen van de klok te voltooien. 7 OPMERKINGEN: • Gebruik slechts een opgegeven batterijtype. • Gebruik geen verschillende batterijtypes of nieuw en gebruikte batterijen door elkaar. • Batterijen kunnen bij normaal gebruik voor ongeveer 1 jaar gebruikt worden. •Wanneer het bereik van de afstandsbediening merkbaar korter wordt, vervangt u de batterijen en drukt u op [RESET]. (vervolg) GEBRUIKERSHANDLEIDING Nl-3 Afstandsbediening overzicht en bediening U kunt de bediening snel beginnen met de volgende 3 stappen: 1 [ ] (Start/Stop) knop 2 [MODE] knop COOL (koelen) DRY (drogen) FAN [TEMP. (∧/∨)] (temperatuur) knoppen Stel de gewenste temperatuur in. In de Koelen/Drogen modus moet de waarde ingesteld worden op een lagere temperatuur dan de huidige kamertemperatuur, en in de Verwarmen modus moet de waarde op een hogere temperatuur ingesteld worden dan de huidige kamertemperatuur. Anders begint een bijbehorende bedrijfsmodus niet te werken. Schakelt bedieningsmodus uit in de volgende volgorde. AUTO 3 HEAT (verwarmen) Opmerkingen in de Verwarmen modus: • Aan het begin van de operatie werkt de binneneenheid bij zeer lage snelheid van de ventilator voor ongeveer 3–5 minuten voor de voorbereiding, en schakelt dan over op de geselecteerde ventilatorsnelheid. • Automatische ontdooiing bediening heft het voorverwarmen op als het nodig is. Opmerkingen in de Koelen modus: Binneneenheid ventilator kan van tijd tot tijd stoppen om controle van de binneneenheid van de ventilator uit te voeren voor energiebesparing, die energiebesparende werking mogelijk maakt door het stoppen van de rotatie van de binneneenheid ventilator wanneer de buiteneenheid wordt gestopt. In de eerste instelling wordt deze functie geactiveerd. Om de functie uit te schakelen, raadpleegt u de installateur of bevoegd onderhoudspersoneel. Temperatuurinstelbereik Auto/Koelen/Drogen 18–30 °C Verwarmen 16–30 °C *:Temperatuurcontrole is niet beschikbaar in Fan modus. Om de temperatuureenheid te wijzigen. 1. Druk op [ ] totdat alleen de klok wordt weergegeven. 2. Druk voor tenminste 5 seconden op [TEMP. (∧)] teneinde de huidge temperatuur eenheid weer te geven. (Fabrieksinstelling: °C) 3. Druk op [TEMP. (∧/∨)] om de temperatuur eenheid te wisselen. (°C ↔ °F) 4. Door ofwel te drukken op [ ] of geen extra knop bewerking voor 30 seconds in stap 2, de actuele temperatuur eenheid geselecteerd zal worden ingesteld. Zelfs als de instelling wordt gewijzigd, als de ventilatorsnelheid is ingesteld op “AUTO” in Koelen of Drogen modus, werkt deze functie nog steeds om de verspreiding van gecirculeerde vochtigheid binnen te onderdrukken. 7 2 8 19 9 18 10 4 6 3 5 17 16 11 15 12 14 13 4 Display afstandsbediening In deze paragraaf worden alle mogelijke beschrijvingen voor controlelampjes weergegeven. In de huidige bediening wordt het display gekoppeld met de toetsbediening, en toont alleen de noodzakelijke controlelampjes voor elke instelling. 5 [POWERFUL] knop Het product werkt op maximaal vermogen, wat handig is als u de kamer snel wilt afkoelen of opwarmen. Als u op de knop drukt voor het starten van de Powerful werking, geeft de binneneenheid 3 korte piepjes. De Powerful werking wordt automatisch uitgeschakeld in de volgende situaties: • Aangepaste kamertemperatuur bereikt de bepaalde temperatuur in de temperatuurinstelling in de Koelen, Drogen of Verwarmen modus. • 20 minuten zijn verstreken na het beëindigen van de Powerful werking modus-instelling. Zelfs in bovenstaande situaties wordt de Powerful niet automatisch uitgeschakeld, tenzij deze een bepaalde tijd is gebruikt. OPMERKINGEN: • De luchtstroomrichting en de ventilatorsnelheid worden automatisch gecontroleerd. • Deze bewerking kan niet tegelijk met de Bespraring werking worden uitgevoerd. Om terug te keren naar de normale werking, drukt u weer op de knop. Vervolgens zendt de binneneenheid 2 korte piepjes uit. Nl-4 GEBRUIKERSHANDLEIDING 1 6 [ 10 °C HEAT] knop Start de 10 °C Verwarmen werking die de kamertemperatuur houdt op 10 °C teneinde te voorkomen dat de kamertemperatuur te laag daalt. Wanneer u op de knop drukt om het verwarmen op 10°C te starten, geeft de binnenunit 2 korte piepjes af en [ ] (groen) zal gaan branden. OPMERKINGEN: • In de 10 °C Verwarmen werkingsmodus, slechts de verticale luchtstroomrichting kan worden aangepast met behulp van [ SET]. • De Verwarmen modus wordt niet uitgevoerd als de kamertemperatuur niet warm genoeg is. Om terug te keren naar de normale werking, drukt u op de [ ]. [ ] uitschakelen. 7 Signaalzender Richt juist op de signaalontvanger van de binneneenheid. • Indicator signaalzender [ ] op het display van de afstandsbediening toont dat het signaal van de afstandsbediening wordt verzonden. • Werkgebied is ongeveer 7 m. • U zult een pieptoon horen als het uitgezonden signaal juist is verzonden. Als er geen pieptoon is, moet u de knop de afstandsbediening nogmaals indrukken. AIRCONDITIONER Muurmodel Afstandsbediening overzicht en bediening 8 19 [FAN] knop (Auto) (High) (Med) (Low) (Quiet) • Wanneer Auto wordt geselecteerd, wordt de ventilatorsnelheid automatisch aangepast volgens de bedrijfsmodus. 9 [ SWING] knop Begint of stopt automatische swing van de verticale luchtstroom richtingslamellen. • Elke keer dat u op de knop drukt, draaien de verticale luchtstroom richtingslamellen als volgt: 1 2 3 4 1 5 1 2 2 3 3 3 3 4 4 5 5 6 6 7 7 6 7 OPMERKINGEN: • De Swing werking kan tijdelijk stoppen wanneer de ventilator in het apparaat draait op zeer lage snelheid of stopt. • In de Fan modus, wordt ofwel de draairichting 1 ↔ 3 of 4 ↔ 7 uitgevoerd in overeenstemming met de verticale luchtstroomrichting voorafgaand ingesteld voordat u de Swing werking start. 10 [ SET] knop Past de verticale luchtstroomrichting aan. 11 [SLEEP TIMER] knop Zie pagina 6 Activeert de Sleep timer die u helpt comfortabel in slaap te vallen met geleidelijke temperatuurregeling. 12 [TIMER CANCEL] knop Annuleert de ingestelde timer. 13 [RESET] knop Wanneer u op de [RESET] drukt, druk dan voorzichtig met de punt van een pen of een ander klein voorwerp in de juiste richting zoals weergegeven in deze figuur. Wanneer twee of meer airconditioners in een kamer zijn geïnstalleerd en de afstandsbediening een andere airconditioner gebruikt dan degene die u wilt instellen, wijzigt u de aangepaste code van de afstandsbediening om alleen de airconditioner te gebruiken die u wilt instellen (4 selecties mogelijk). Wanneer twee of meer airconditioners in een kamer zijn geïnstalleerd, neem dan contact op met uw verkoper om de individuele codes van de individuele airconditioner in te stellen. Gebruik de volgende stappen om de aangepaste code van de afstandsbediening te selecteren. (Let op dat de airconditioner geen signaal kan ontvangen wanneer deze niet is ingesteld voor de overeenkomende aangepaste code.) Druk op [ 1 ] totdat alleen de klok wordt weergegeven op het display van de afstandsbediening. Druk op [MODE] gedurende minstens 5 secon2 . De code koppelen op het display aan de aangepaste code van de airconditioner. Zie pagina 3 Annuleert de ingestelde timer. Zie pagina 6 Activeert de Off timer. [ON TIMER] knop Afstandsbediening aangepaste code-instelling Druk op [TEMP. (∧/∨)] om de aangepaste code te wijzigen tussen 3 A↔B↔C↔D 14 [CLOCK ADJUST] knop 16 :De instelling moet worden gedaan, terwijl het controlelampje solide blijft. : De knop is alleen regelbaar wanner de airconditioner aan is. den om de huidige aangepaste code weer te geven (oorspronkelijk ingesteld op A). RESET 15 [OFF TIMER] knop ECONOMY] knop OPMERKINGEN: • In de Koelen, Verwarmen, of Drogen modus is de maximale uitgang van deze bewerking ongeveer 70% van de gebruikelijke werking van de airconditioner. • Deze bewerking kan niet worden uitgevoerd tijdens de temperatuurbewaking door de Auto modus. Verwarmen of Fan modus Koelen, Drogen, of Fan modus [ Start of begint de Economy bewerking die meer elektriciteitsverbruik bespaart dan de andere bewerkingen met een conservatieve instelling van de kamertemperatuur. Wanneer u op de knop drukt, [ ] op de binneneenheid gaat branden. • In de Koelen of Drogen modus zal de kamertemperatuur worden aangepast voor een temperatuur die een paar graden hoger ligt dan de bepaalde temperatuur. In de Verwarmen modus zal de kamertemperatuur worden aangepast voor een temperatuur die een paar graden lager ligt dan de bepaalde temperatuur. • Vooral in de Koelen of Drogen modus kunt u verbeterde ontvochtiging hebben zonder significante verlaging van de kamertemperatuur. Regelt de ventilatorsnelheid. Zie pagina 6 Activeert de On timer. 17 [SELECT] knop Gebruikt voor het instellen van de klok of timer. 18 [OUTDOOR UNIT LOW NOISE] knop Start of stopt de Outdoor Unit Low Noise werking dat geluid vermindert, veroorzaakt door de buiteneenheid door het kappen van het aantal rotaties van de compressor, en het onderdrukken van de ventilatorsnelheid totdat ze voldoende worden verlaagd. Zodra de werking is ingesteld, wordt de bewerkingsinstelling behouden totdat u weer op deze knop drukt om de bewerking te stoppen, zelfs als de binneneenheid is gestopt. op het display van de afstandsbediening toont dat het apparaat in de Outdoor Unit Low Noise modus is. OPMERKINGEN: • Deze bewerking kan niet tegelijkertijd worden uitgevoerd met de volgende modi: Fan modus, Drogen modus, Powerful bedrijfsmodus 4 ruk nogmaals op [MODE] om terug te keren naar het klokdisplay. D De aangepaste code wordt gewijzigd. ● Wanneer er binnen 30 seconden na het weergeven van de aangepaste code geen knoppen worden ingedrukt, keert het systeem terug naar de oorspronkelijke klokweergave. Begin in dit geval opnieuw vanaf stap 1. ● De aangepaste code van de airconditioner is vóór verzending op A ingesteld. Neem contact op met uw leverancier om de aangepaste code te wijzigen. ● Afhankelijk van de afstandsbediening, kan de aangepaste code terugkeren naar aangepaste code A wanneer de batterijen worden vervangen. Indien u in dit geval een andere code dan A gebruikt, stelt u de code opnieuw in nadat u de batterijen hebt vervangen. Indien u de aangepaste code van de airconditioner niet weet, probeer dan alle aangepaste codes (A→B→C→D) totdat u de code vindt waarmee de airconditioner werkt. GEBRUIKERSHANDLEIDING Nl-5 Timerwerking Opmerking voor timerinstellingen: Elke onderbreking van de stroomvoorziening, zoals een stroomstoring, afsnijden of een stroomonderbreker leidt tot een foutieve instelling van de interne klok. In een dergelijke geval, [ ] op de binnenunit zal knipperen, en u moet de instelling opnieuw configureren. On timer of Off timer 1 Schakel de binnenunit in door op te drukken [ ]. [ ] op de binnenunit wordt ingeschakeld. Als de binneneenheid al werkt, kunt u deze stap overslaan. 2 Druk op de [ON TIMER] of [OFF TIMER]. De klokaanduiding op het display van de afstandsbediening begint te knipperen en [ ] op de binnenunit wordt ingeschakeld. 3 De tijd aanpassen door binnen ongeveer 5 seconden op [SELECT] te drukken, terwijl de klokindicator knippert. (Ongeveer 5 seconden later, keert het display van de afstandsbediening weer terug naar het stand-by scherm.) Om de timer te annuleren en naar de normale werking terug te keren, drukt u op [TIMER CANCEL]. Om de timerinstelling opnieuw uit te voeren herhaalt u stap 2 en 3. Programmatimer (gecombineerd gebruik van On timer en Off timer) U kunt een geïntegreerde On-Off Of Off-On timer instellen. De timer wiens geconfigureerde starttijd het dichtst in de buurt komt van de huidige tijd werkt eerst, en de volgorde van de timerwerking wordt als volgt weergegeven: Timer Sleep timer 1 Druk op de [SLEEP TIMER] voor het inschakelen van de Sleep timer. [ ] en [ ] op de binnenunit wordt ingeschakeld. 2 De tijd aanpassen door binnen ongeveer 5 seconden op [SELECT] te drukken, terwijl de klokindicator knippert. (Ongeveer 5 seconden later, keert het display van de afstandsbediening weer terug naar het stand-by scherm.) Elke keer dat u op de knop drukt, verandert de tijd als volgt: 0.5 (30 min.) 1.0 2.0 3.0 OPMERKINGEN: Time-instelling voor elke combinatie moet binnen een tijdspanne van 24 uur liggen. 9.0 uren Om u te helpen comfortabel in slaap te vallen en overmatige opwarming of afkoeling in uw slaap te voorkomen, controleert de Sleep timer de temperatuurinstelling automatisch in overeenstemming met de getoonde ingestelde tijd als volgt. De airconditioner schakelt volledig uit na nadat de ingestelde tijd is verstreken. Opmerkingen in de Verwarmen modus In de Koelen of Drogen modus 1 °C 2 °C 3 °C 4 °C Temperatuur instellen 30 min. 1 uur Off–On timer 7.0 Om de timer te herhalen, drukt u op de [SLEEP TIMER] wanneer [ ] niet wordt weergegeven op het display van de afstandsbediening. Lampje op display van afstandsbediening On–Off timer 5.0 1,5 uur Tijd instellen Tijd instellen 1 uur 1 °C 2 °C Algemene informatie over werking Automatische ontdooiing Wanneer de buitentemperatuur erg laag is met een hoge luchtvochtigheid, kan er ijsvorming ontstaan op de buiteneenheid tijdens het verwarmen, en het kan de operationele prestaties van het product verminderen. Voor vorstbeveiliging is een microcomputer-gestuurde automatische ontdooiingsfunctie opgenomen in deze airconditioner. Als er vorst wordt gevormd zal de airconditioner tijdelijk stoppen, en de ontdooiingsfunctie zal kort functioneren (maximaal 15 minuten.) [ ] op de binneneenheid knippert tijdens deze werking. Als er vorst wordt gevormd op de buiteneenheid na het verwarmen, zal de buiteneenheid automatisch stoppen nadat het voor een paar minuten functioneert. Dan begint de bewerking automatische ontdooiing. Automatische herstart functie In het geval van een stroomstoring, zoals een stroomonderbreking, stopt de airconditioner direct. Maar hij wordt automatisch opnieuw opgestart en voert de vorige bewerking uit wanneer de stroomtoevoer wordt hervat. Als er een stroomonderbreking plaatsvindt nadat de timer is ingesteld, wordt het aftellen van de timer gereset. Nadat de stroomtoevoer wordt hervat, knippert [ ] op de binneneenheid om u te waarschuwen dat er een storing in de timer is geweest. In een dergelijk geval moet u de timer resetten voor uw juiste moment. Storingen veroorzaakt door andere elektrische apparaten: Het gebruik van andere elektrische apparaten zoals een elektrisch scheerapparaat of het nabije gebruik van een draadloze radiozender kan storing van de airconditioner veroorzaken. Als er zich een dergelijke storing voordoet, schakel de stroomonderbreker dan een keer uit. Zet hem dan weer aan, en hervat de bewerking met behulp van de afstandsbediening. Bedrade afstandsbediening (optie) U kunt de optionele bedrade afstandsbediening gebruiken. Als u de afstandsbediening gebruikt, zijn de volgende punten anders in vergelijking met de draadloze afstandsbediening. [De aanvullende functies van de bedrade afstandsbediening] • Temperatuur instellen afteltimer U kunt zowel de bedrade als de draadloze afstandsbediening tegelijkertijd gebruiken. (De functie daarvan is echter beperkt.) Wanneer de beperkte functies op de afstandsbediening worden gebruikt, zal een pieptoon klinken, en [ ], [ ], en [ ] indicatoren van de binnenunit zullen knipperen. [De beperkte functies van de draadloze afstandsbediening] • Outdoor unit low noise • 10°C Verwarmen • Powerful • Timerwerking Groep Besturing (optie) Eén bedrade afstandsbediening kan tot 16 airconditioners aansturen. Alle airconditioners worden met dezelfde instellingen gebruikt. Draadloze LAN-besturing (optie) Het optionele draadloze LAN-besturingselement kan worden gebruikt. Nl-6 GEBRUIKERSHANDLEIDING AIRCONDITIONER Muurmodel Onderhoud en reiniging OPGELET • Voor het reinigen van dit product, moet u hem uitzetten en loskoppelen van de stroomvoorziening. • Voor het werken moet u ervoor zorgen dat het inlaatrooster volledig is afgesloten. Onvolledig afsluiten van het inlaatrooster kan effect hebben op de juiste werking of de prestaties van de airconditioner. • Raak de aluminium lamellen van de warmtewisselaar ingebouwd in de binneneenheid niet aan, om letsel bij het onderhouden van het apparaat. • Stel de binneneenheid niet bloot aan vloeistofinsecticiden of haarspray. • Sta niet op gladde, ongelijke of onstabiele ondergrond wanneer u het apparaat onderhoudt. Dagelijkse verzorging Het reinigen van de luchtfilters Tijdens het reinigen van het chassis van de binneneenheid moet u op het volgende letten: • Gebruik geen water warmer dan 40 °C. • Gebruik geen schurend reinigingsmiddel, vluchtige oplosmiddelen zoals benzeen of thinner. • Veeg het apparaat voorzichtig met behulp van een zachte doek. Het reinigen van het inlaatrooster 1 Open het inlaatrooster in de richting van de pijl a. Terwijl u de linker- en rechter montage-assen van het inlaatrooster zachtjes naar buiten duwt b, verwijder het inlaatrooster in de richting van de pijl c. Let erop dat er een periodieke reiniging van de luchtfilters plaatsvindt om de bedrijfsefficiëntie van het product niet te verminderen. Het gebruik van een verstopte luchtfilter met stof zal de productprestaties verlagen en kan leiden tot verlaging van de luchtstroom of operationele ruis veroorzaken. Reinig bij normaal gebruik de luchtfilters elke 2 weken. 1 Open het inlaatrooster. (Zie a van stap 1 in “Het reinigen van het inlaatrooster”.) 2 Terwijl u het inlaatrooster met uw hand vasthoudt, duwt u de hendel a van het filter in de richting van de pijl en laat u de 2 klauwen los b. Trek vervolgens het filter naar buiten door het voorzichtig naar beneden te duwen c. c c a b c b a a a b 3 2 3 Was het inlaatrooster voorzichtig met water of veeg het voorzichtig schoon met een zachte doek bevochtigd met warm water. Veeg deze vervolgens af met een droge en zachte doek. b d d 4 Verwijder stof met behulp van een stofzuiger of door het wassen van het filter. Wanneer u het filter wast, gebruik dan neutraal afwasmiddel en warm water. Na het goed spoelen van het filter, droog het goed op een schaduwrijke plaats voordat u het opnieuw installeert. 5 Bevestig het luchtzuiveringsfilter en de filterhouder voor elke luchtfilter. 6 Bevestig het luchtfilter met afstellen aan beide zijnde zijden van het filter met het voorpaneel, en druk het filter volledig naar binnen. a a d d Tijdens het horizontaal houden van het rooster, plaatst u de linker- en rechter montage-assen in de kussenblokken bovenaan het paneel a. Voor het juist vergrendelen van elke as, plaats u de as totdat deze vastklikt. Sluit dan het inlaatrooster b. b Filterhouder en luchtzuiveringsfilter zijn bevestigd aan de achterzijde van het luchtfilter. Verwijder ze uit het luchtfilter door het ontgrendelen van elke hoek van de filterhouder d. b OPMERKINGEN: Zorg ervoor dat 2 klauwen stevig zijn vastgeklikt aan de geleidingsgaten op het paneel. 4 Druk op 4 plaatsen op het inlaatrooster totdat hij volledig sluit. 7 Sluit het inlaatrooster stevig. (Zie stap 4 in “Het reinigen van het inlaatrooster”.) GEBRUIKERSHANDLEIDING Nl-7 Onderhoud en reiniging De volgende 2 soorten luchtzuiveringsfilters worden in dit product gebruikt. Als u ze vervangt, koop speciale luchtzuiveringsfilters voor dit product. Vervangen van het luchtzuiveringsfilter 1 Verwijder het luchtfilter. 2 Maak 2 vergrendelingen a van de filterhouder los, en draai de houder in de richting van de pijl b. Verwijder de vervuilde luchtzuiveringsfilter c. OPMERKINGEN: Luchtreinigingsfilter is bevestigd op elke luchtfilter. a a b APPLE-CATECHIN FILTER: UTR-FA16 (1 blad) Met behulp van statische elektriciteit wordt de lucht gezuiverd door het verwijderen van fijne deeltjes of stof zoals tabaksrook of stuifmeel. • Dit filter kan worden weggeworpen. Was of hergebruik het niet. • Zodra u de verpakking opent, moet u het zo snel mogelijk gebruiken. Het reinigingseffect wordt verminderd wanneer het filter wordt achtergelaten in een geopende verpakking. • Vervang bij normaal gebruik de luchtfilters elke 3 weken. • Met het hoger instellen van de ventilatorsnelheid, wordt het luchtzuiveringseffect verhoogd. ION-ONTGEURINGSFILTER (lichtblauw): UTR-FA16-2 (Lichtblauw, 1 blad) c 3 Bevestig een nieuwe of een onderhouden luchtzuiveringsfilter d op de filterhouder. Een nieuwe luchtzuiveringsfilter kan op de rechter- of linkerhouder worden bevestigd. d 4 Vergrendel 2 hoeken van de filterhouder e stevig op het luchtfilter. e e Bevat super micro-keramische deeltjes die negatieve lucht-ionen produceren, die worden beschouwd een ontgeuringseffect te hebben en kamergeur te absorberen en te verminderen. • Om het ontgeuringseffect te behouden, dient het filter elke 3 manden als volgt te worden gereinigd: 1. Verwijder het ion-ontgeuringsfilter. 2. Spoel de filter met heet hogedrukwater totdat het oppervlak wordt bedekt met water. 3. Was het filter voorzichtig met verdund neutraal schoonmaakmiddel. Was het filter niet door te wringen of te wrijven om te voorkomen dat het ontgeuringseffect verminderd door beschadiging. 4. Spoel het filter goed met een waterstroom. 5. Droog het filter goed op een schaduwrijke plaats. 6. Monteer het ion-ontgeuringsfilter opnieuw in de binneneenheid. • Vervang bij normaal gebruik de luchtfilters elke 3 jaar. Na langdurig niet-gebruik van het apparaat Als u de binneneenheid voor 1 maand of langer hebt afgesloten, voer dan voor een halve dag de Fan bewerking uit om de interne delen goed te drogen voordat u de normale werking uit kunt voeren. Aanvullende inspectie 5 Plaats het luchtfilter opnieuw. (Zie stap 6 in “Het reinigen van de luchtfilters”.) 6 Sluit het inlaatrooster stevig. (Zie stap 4 in “Het reinigen van het inlaatrooster”.) Na een lange gebruiksperiode kan het opgehoopte stof in de binneneenheid de productprestatie beperken, zelfs als u het apparaat hebt onderhouden met dagelijkse verzorgings- of reinigingsprocedures zoals beschreven in deze handleiding. In dat geval wordt de productinspectie aanbevolen. Neem voor meer informatie contact op met geautoriseerd personeel. Reset Filterindicator (Speciale instelling) •U kunt deze functie gebruiken als de functie op juiste wijze is ingesteld tijdens de installatie. Vraag geautoriseerd servicepersoneel advies voor het gebruik van deze functie. •Maak het luchtfilter schoon wanneer de indicatorlamp; [ ] 3 keer knippert, met een tussenpoze van 21 seconden Na het reinigen, de filterindicator opnieuw instellen door [MANUAL AUTO] gedurende 3 seconden of minder op de binnenunit te drukken. Nl-8 GEBRUIKERSHANDLEIDING AIRCONDITIONER Muurmodel Problemen oplossen WAARSCHUWING In de volgende gevallen, moet u onmiddellijk stopen met het gebruik van de airconditioner, en alle voedingen loskoppelen door het uitschakelen van de elektrische hoofdschakelaar of de stekker uit het stopcontact halen. Raadpleeg dan uw dealer of bevoegd onderhoudspersoneel. Zolang het apparaat is aangesloten op de stroomvoorziening, is deze niet geïsoleerd van de stroomvoorziening, zelfs als het apparaat is uitgeschakeld. • Apparaat ruikt of iets brandt of stoot rook uit • Er lekt water uit het apparaat De volgende symptomen geven geen storing van het product aan, maar het zijn normale functies of eigenschappen van dit product. Symptoom Werking wordt vertraagd na het opnieuw opstarten. Er is ruis hoorbaar. Oorzaak Zie pagina Om doorbranden van de zekering te voorkomen, zal de compressor niet functioneren wanneer het beschermingscircuit voor ongeveer 3 minuten werkt na een plotseling OFF→ON werking van de energievoorziening. – • Tijdens deze werking of direct na het stoppen van de airconditioner kan het geluid van stromende koelvloeistof worden gehoord. En het is vooral merkbaar gedurende 2-3 minuten na aanvang van de werking. • Tijdens deze werking kan een licht piepend geluid worden geproduceerd door de minimale uitzetting en inkrimping van het voorpaneel veroorzaakt door temperatuurverandering. – Tijdens de Verwarming werking kan een sissend geluid geproduceerd door het Automatische ontdooien worden gehoord. 6 Er komt een geur uit het apparaat. Geabsorbeerde kamergeur gegenereerd uit interieurtextiel, meubels, of sigarettenrook in de airconditioner kan worden uitgestoten. – Er komt nevel of stoom uit het apparaat. In de Koelen of Drogen modus kan een dunne mist worden gegenereerd door condensatie gevormd door een plotseling afkoelingsproces. – Tijdens het Verwarming werking kan de ingebouwde ventilator in de buiteneenheid kan stoppen en stijgende stoom gegenereerd door de Automatische ontdooiingswerking kan worden gezien. 6 Luchtstroom is zwak of stopt. Buiteneenheid geeft water af. • Direct nadat de Verwarming wordt gestart, blijft de ventilatorsnelheid zeer laag om de interne delen van het apparaat op te warmen. • In de Verwarming modus stopt de buiteneenheid en de binneneenheid functioneert op zeer lage ventilatorsnelheid als de kamertemperatuur boven de ingestelde temperatuur uitkomt. – In de Verwarming modus stopt de binneneenheid voor maximaal 15 minuten om de automatische ontdooiing uit te voeren terwijl het [ ] knippert. 6 In de Drogen modus werkt de binneneenheid op lage ventilatorsnelheid voor het aanpassen van de vochtigheid in de kamer, en kan van tijd tot tijd stoppen. – Wanneer de ventilatorsnelheid is ingesteld op Quiet draait de ventilator op een erg lage snelheid en wordt de luchtstroom verminderd. – In de Koelen modus kan de ventilator van de binneneenheid van tijd tot tijd stoppen wanneer de buiteneenheid is gestopt. 4 Wanneer de bewaking wordt uitgevoerd in de Auto modus draait de ventilator op zeer lage snelheid. – Tijdens de Verwarming werking kan de buiteneenheid water afgegeven gegenereerd door het Automatisch ontdooien. – Wanneer het filterteken is ingesteld, zal de LED-lamp misschien knipperen. Raadpleeg in dat geval “Reset Filterindicator (Speciale instelling)”. Voordat u belt of verzoekt om onderhoud, dient u een probleem op te lossen door het uitvoeren van de volgende controles: Symptoom Werkt helemaal niet. Slechte koeling- of verwarmingsprestaties. Diagnostiek Zie pagina Is de stroomonderbreker uitgezet? Is er een stroomstoring geweest? Is er een zekering doorgebrand of is de stroomonderbreker geactiveerd? – Werkt de timer? 6 Is het luchtfilter vuil? 7 Is het inlaatrooster of uitgangspoort van de binneneenheid geblokkeerd? – Wordt de kamertemperatuur juist aangepast? 4 Staat er een raam of deur open? Is er direct of fel zonlicht in de kamer die Koelen werking wordt? Zijn are andere verwarmingsapparaten of computers werkzaam, of zijn er teveel mensen in de kamer die Koelen werking moet worden? – Is de ventilator ingesteld op Quiet? Wanneer de instelling van de ventilatorsnelheid is ingesteld op Quiet heeft ruisonderdrukking voorrang en de prestaties van de airconditioner kunnen minder worden. Als het volume van de geleverde luchtstroom niet overeenstemt met uw voorkeur, kunt u de ventilatorsnelheid instellen op Low of hogere ventilatorsnelheid. 5 Werkt de unit onder de omstandigheden behalve het toegestane temperatuurbereik? In dit geval kan de airconditioner stoppen omdat het automatische beschermingscircuit werkt. – Is de Low Noise-modus van de buitenunit ingesteld? 5 Het apparaat werkt anders de de Worden er batterijen in de afstandsbediening gebruikt die leeg zijn? instelling van de afstandsbediening. Worden er batterijen in de afstandsbediening gebruikt die juist geplaatst zijn? 3 Stop onmiddellijk met de werking en zet in de volgende gevallen de elektrische schakelaar uit. Raadpleeg dan geautoriseerd personeel. • Het probleem blijft aanhouden, zelfs als u deze controles of diagnostiek uitvoert. • [ ] en [ ] knippert terwijl [ ] knippert snel. GEBRUIKERSHANDLEIDING Nl-9 ">

Public link updated
The public link to your chat has been updated.
Advertisement