Fujitsu ASHG09KXCA Handleiding
PDF
Download
Document
Advertisement
Advertisement
AIRCONDITIONER GEBRUIKERSHANDLEIDING Muurmodel BEWAAR DEZE HANDLEIDING VOOR TOEKOMSTIG GEBRUIK Nederlands ONDERDEELNr. 9319356136-02 GEBRUIKERSHANDLEIDING ONDERDEELNr. 9319356136-02 Airconditioner (muurmodel) Inhoud Veiligheidsmaatregelen......................................................................... 1 Eigenschappen en functies................................................................... 2 Voorbereiding........................................................................................ 3 Binneneenheid overzicht en bediening................................................. 4 Afstandsbediening overzicht en bediening............................................ 5 Timerwerking......................................................................................... 7 Dubbel ventilator comfort...................................................................... 7 Menselijke sensor (energiebesparing).................................................. 8 Filter reinigen......................................................................................... 8 Plasma luchtreiniging............................................................................ 9 Algemene informatie over werking........................................................ 9 Reiniging en verzorging....................................................................... 10 Problemen oplossen............................................................................ 13 Veiligheidsmaatregelen Om persoonlijk letsel of schade aan eigendommen te voorkomen, moet u deze paragraaf zorgvuldig doorlezen voordat u dit product gebruikt, en zorg ervoor dat u voldoet aan de volgende voorzorgsmaatregelen. Onjuiste bedieningen door het niet naleven van de instructies kan letsel of schade, de ernst hiervan wordt als volgt geclassificeerd: WAARSCHUWING OPGELET Dit teken waarschuwt voor dodelijk of ernstig letsel. Dit teken waarschuwt voor letsel of schade aan eigendommen. Dit teken verwijst naar een handeling die is VERBODEN. Dit teken verwijst naar een handeling die VERPLICHT is. WAARSCHUWING • Het apparaat, de uitlaat en de inlaat moeten worden geïnstalleerd, bediend en bewaard in een kamer met een groter vloeroppervlak dan X m2. 09 type 12 type M (kg) M ≤ 1,30 X (m2) 1,61 • M (kg): Hoeveelheid koudemiddelinhoud X (m2): Minimum grondoppervlak van de ruimte ( IEC 60335-2-40 ) • Dit product geen onderdelen die door gebruiker gerepareerd mogen worden. Raadpleeg altijd bevoegd onderhoudspersoneel voor reparatie, installatie en verplaatsing van het product. Onjuiste installatie of behandeling zal leiden tot lekkage, elektrische schok of brand. • In het geval van een storing, zoals brandgeur, moet u onmiddellijk stopen met het gebruik van de airconditioner, en alle voedingen loskoppelen door het uitschakelen van de elektrische hoofdschakelaar of de stekker uit het stopcontact halen. Raadpleeg dan bevoegd onderhoudspersoneel. • Zorg ervoor dat u de voedingskabel niet beschadigd. Als deze beschadigd is, mag hij alleen worden vervangen door bevoegd onderhoudspersoneel. • In het geval van koelmiddellekkage moet u uit de buurt blijven van brand of brandbare stoffen, en bevoegd onderhoudspersoneel raadplegen. • In het geval van onweer of een voorgaand teken van blikseminslag, moet u de airconditioner via de afstandsbediening uitschakelen, en het product of de stroomvoorziening niet aanraken om elektrische gevaren te voorkomen. • Het apparaat moet worden bewaard in een ruimte die geen continu werkende ontstekingsbronnen bevat (bijvoorbeeld: naakte vlammen, een werkend gastoestel of elektrische verwarming). Nl-1 GEBRUIKERSHANDLEIDING • Het apparaat moet in een goed geventileerde ruimte worden bewaard. • De koelmiddelen mogen geen geur bevatten. • Het apparaat moet zodanig worden bewaard dat er geen mechanische schade kan optreden. • Het product mag enkel conform de nationale of regionale regelgeving worden weggegooid. • Dit apparaat is niet bestemd voor personen (waaronder kinderen) met beperkte fysische, visuele of mentale mogelijkheden, of die een gebrek hebben aan ervaring en kennis, tenzij ze onder toezicht staan of instructies hebben gekregen omtrent het gebruik van het apparaat door een persoon die verantwoordelijk is voor hun veiligheid. Houd toezicht over kinderen zodat ze niet met het apparaat spelen. • Start of stop de werking van dit product niet door het invoegen van of trekken aan de stekker, of door het in- of uitschakelen van de stroomonderbreker. • Gebruik geen brandbare gassen in de buurt van dit product. • Stel uzelf niet voor vele uren bloot aan de directe koelende luchtstroom. • Steek uw vingers of andere voorwerpen niet in de uitgangspoort, het open paneel of het inlaatrooster. • Gebruik het apparaat niet met natte handen. • Installeer het apparaat niet in een ruimte met minerale olie zoals een fabriek of een ruimte met veel oliespatten of stoom zoals een keuken. • Gebruik nooit een ander middel om het ontdooiproces te versnellen of om het apparaat te reinigen dan de middelen aanbevolen door de fabrikant. • Niet doorboren of verbranden. AIRCONDITIONER Muurmodel Veiligheidsmaatregelen (vervolg) OPGELET • Zorg altijd voor voldoende ventilatie tijdens gebruik. • Gebruik dit product altijd met het luchtfilter geïnstalleerd. • Zorg ervoor dat enig elektrisch apparatuur ten minste 1 m uit de buurt is van de binnen- of buiteneenheid. • Ontkoppel alle stroomvoorziening wanner u dit product voor een langere periode niet gebruikt. • Na een lange periode van gebruik moet u ervoor zorgen dat de montage van de binneneenheid wordt gecontroleerd om te voorkomen dat het product naar beneden valt. • De richting van de luchtstroom en de kamertemperatuur moeten zorgvuldig worden overwogen wanneer u dit product gebruikt in een kamer met kinderen, bejaarden of zieke personen. • Na het reinigen van het luchtfilter, stofafscheider en plasma reinigt u het apparaat met water en neemt u het af met een zachte doek en laat u het drogen in de schaduw. • Richt de luchtstroom niet direct op open haarden of verwarmingstoestellen. • Blokkeer of bedek het inlaatrooster en de uitlaatpoort niet. • Oefen geen hevige druk uit op de lamellen van de radiator. • Klim niet op het product of plaats geen voorwerpen op of hang voorwerpen aan dit product. • Plaats geen andere elektrische producten of huishoudelijke bezittingen direct onder dit product. Druipende condensatie van dit product kan ze nat maken, en kan leiden tot schade aan of storing van uw eigendommen. • Stel dit product niet direct bloot aan water. • Gebruik dit product niet voor het bewaren van voedsel, planten, dieren, precisie-apparatuur, kunstwerken of andere objecten. Dit kan leiden tot achteruitgang in de kwaliteit van deze producten. • Stel geen dieren of planten direct bloot aan de luchtstroom. • Drink de afvoer van de airconditioner niet. • Trek niet aan de voedingskabel. • Raak de aluminium lamellen van de warmtewisselaar ingebouwd in dit product niet aan, om letsel bij repareren van het apparaat te voorkomen. • Ga niet op een onstabiele ondergrond of ladder staan bij gebruik of reiniging van dit product. Hierdoor kunt u ten val komen, wat tot letsel kan leiden. • Voer nooit uw vinger of een smal voorwerp in de dubbele ventilator inlaat of uitlaat. • Raak de dubbele ventilator niet aan als hij in beweging is. • Raak de dubbele ventilator niet aan en plaats er geen voorwerpen op. Dit product bevat gefluoreerde broeikasgassen. Eigenschappen en functies DUBBEL VENTILATOR COMFORT ECONOMISCHE WERKING De 2 types luchstromen (koud/warme lucht van de hoofdventilator, en omgevingstemperatuur lucht van de dubbele ventilator) bieden comfort door de hele kamer. Dit wordt aanbevolen voor degenen die niet van de normale COOL/HEAT modus houden. Als de economische modus ingeschakeld is, zal de kamertemperatuur iets hoger zijn dan de ingestelde temperatuur in de koelingmodus en lager dan de ingestelde temperatuur in de verwarmingsmodus. Om die reden kan de economische modus meer energie sparen dan in de normale modi. • In COOL mode Koude luchtstroom AUTOMATISCHE OMSCHAKELFUNCTIE De operationele modus (Koeling, verwarming) wordt automatisch omgeschakeld om de ingestelde temperatuur te handhaven en de temperatuur wordt voortdurend constant gehouden. Blaast lucht aan een comfortabele temperatuur. • In HEAT modus De zijdelingse luchtstroom doet de warme lucht minder snel stijgen en verwarmt zo op vloerniveau. VENTILATOR BEDIENING VOOR ENERGIEBESPARING Wanneer de ingestelde temperatuur wordt bereikt tijdens de koeling werkt de ventilator met tussenpozen en zo bespaart men stroom. FIJNE TEMPERATUURWIJZIGINGEN De temperatuur kan worden ingesteld in stappen van 0,5°C. Warme lucht FILTER REINIGEN Het tijdrovende reinigen van het luchtfilter wordt automatisch uitgevoerd. Stof dat aan het luchtfilter kleeft wordt verwijderd en er is geen daling in efficiëntie. PLASMA LUCHTREINIGING Fijne deeltjes zoals pollen en huishoudelijk stof worden verzameld met statische elektriciteit om de lucht in de ruimte te zuiveren. "10°C HEAT" WERKING PROGRAMMA TIMER De programma timer biedt u de mogelijkheid de OFF-timer en ONtimer werking te integreren in één enkele sequentie. De sequentie kan 1 transitie omvatten van de OFF-timer naar de ON-timer, of van de ONtimer naar OFF-timer, binnen een periode van 24 uur. SLEEP TIMER Als de "SLEEP (Slaap) timer" knop wordt ingedrukt in de verwarmingmodus wordt de thermostaatinstelling van de airconditioner geleidelijk verlaagd tijdens de werking; in de koeling- of droogmodus wordt de thermostaatinstelling langzaam verhoogd tijdens de werking. Wanneer de ingestelde tijdsduur ingesteld is, schakelt het apparaat automatisch uit. De kamertemperatuur kan worden gehandhaafd aan 10 °C om te vermijden dat de kamertemperatuur te veel zou dalen. GEBRUIKERSHANDLEIDING Nl-2 Voorbereiding WAARSCHUWING Zorg ervoor dat baby´s en jonge kinderen niet per ongeluk de batterijen kunnen inslikken. OPGELET • Om storingen of beschadigingen aan van de afstandsbediening te voorkomen moet u het volgende doen: -- Plaats de afstandsbediening op een plek waar zij niet zal worden blootgesteld aan direct zonlicht of overmatige hitte. -- Wanneer u de afstandsbediening gedurende een lange periode niet gebruikt, moet u de batterijen verwijderen om lekken en schade aan het apparaat te vermijden. -- Lege batterijen moeten onmiddellijk worden verwijderd en afgevoerd volgens de plaatselijke wetten en regelgeving van uw regio. • Obstakels zoals een gordijn of een muur tussen afstandsbediening en de binneneenheid kunnen de juiste signaaloverdracht beïnvloeden. • Als vloeistof van een lekkende batterij in contact komt met uw huid, ogen of mond moet u onmiddellijk overvloedig spoelen met water en uw arts raadplegen. • • • • Stel de afstandsbediening niet bloot aan sterke schokken. Giet geen water op de afstandsbediening. Probeer niet om droge batterijen op te laden. Gebruik geen droge batterijen die zijn opgeladen. Binneneenheid accessoires Houder afstandsbediening Batterijen Afstandsbediening Tapschroeven (Klein) Draadloze LANadapter Tapschroeven (Groot) Batterij (R03/LR03/AAA × 2) aan het laden en voorbereiding afstandsbediening 3 4 1 6 5 2 7 5 ruk op de "CLOCK ADJUST" (KLOK INSTELLEN) knop om de D klok in te stellen. 6 Stel de tijd in door het drukken op de “SELECT” (KEUZE) knop. Elke keer dat u op de knop drukt, wordt de waarde tijd met 1 minuut verhoogd of verlaagd. Wanneer u de knop indrukt en ingedrukt houdt, wordt de waarde tijd met 10 minuten verhoogd of verlaagd. *Door de drukken op de "TEMP. (temperatuur)" (∧/∨) knoppen te drukken, kan de tijdindicator worden gewijzigd van 24 uur in 12 uur. Druk opnieuw op de “CLOCK ADJUST” (KLOK INSTELLEN) knop om de instelling van de klok te voltooien. 7 Installatie houder afstandsbediening 1 Schroeven Nl-3 2 Invoegen GEBRUIKERSHANDLEIDING 3 Schuiven Opmerkingen: • Gebruik uitsluitend een opgegeven batterijtype. • Gebruik geen verschillende batterijtypes of nieuw en gebruikte batterijen door elkaar. • Batterijen kunnen bij normaal gebruik voor ongeveer 1 jaar gebruikt worden. • Als het bereik van de afstandsbediening aanzienlijk verkort wordt, vervangt u de batterijen en drukt u op de “RESET” (HERSTELLEN) knop. AIRCONDITIONER Muurmodel Binneneenheid overzicht en bediening 1 Inlaatrooster Voor het werken moet u ervoor zorgen dat het inlaatrooster volledig is afgesloten. Onvolledig afsluiten kan effect hebben op een juist functioneren of de prestaties van de airconditioner. 2 Dubbele ventilator 2 1 13 3 Zie pagina 7 De dubbele ventilator schakelt over op de optimale positie op basis van de positie van de hoofdventilator die wordt ingesteld met de "Verticale SET (INSTEL)" en de "Horizontale SET (INSTEL)" knoppen. 12 4 11 5 3 Draadloze LAN controle-indicator en knoppen 10 6 Dit product heeft een draadloze LAN-adapter als accessoire. De installatie kan worden uitbesteed aan de winkel waar het apparaat werd gekocht of aan een professionele installateur. Voor meer informatie verwijzen wij u naar de gebruiksaanwijzing. 9 7 4 8 Verticale luchtstroom richtingslamellen 14 Elke keer dat u op de “Verticale SET (INSTEL)” knop op de afstandsbediening drukt, beweegt de hoek van de verticale luchtstroom richtingslamellen als volgt: COOL of DRY modus 1 2 3 4 1* 5 67 8 2 3 4 17 16 HEAT modus 5 6 7* 15 8 *: Standaardinstelling in elke modus. 12 • Pas dit niet handmatig aan. • Aan het begin van de AUTO of HEAT modus, kunnen ze even in positie 1 blijven staan voor aanpassing. • Als de hoek op positie 5-8 langer dan 30 minuten in de modus COOL of DRY instelt, keren de lamellen automatisch terug naar positie 4. • Door positie 5-8 in de modus COOL of DRY te laten staan kan er zich condensatie vormen. De druppels kunnen tot schade leiden aan uw eigendommen. 5 Stroom diffuser "PLASMA AIR CLEAN" (PLASMA LUCHTREINIGING) controlelampje (blauw) Lichten in de plasma luchtreiniging. • Het lampje knippert langzamer wanneer het moment is aangebroken het plasma luchtreinigingsapparaat te reinigen. • Knippert als het inlaatrooster open is of als het plasma luchtreinigingsapparaat nat of vuil is. 7 Horizontale luchtstroom richtingslamellen 5 De hoek van de stroom diffuser beweegt in samenhang met de beweging van de lamellen om de luchtstroom verticaal te regelen. 6 Horizontale luchtstroom richtingslamellen Elke keer dat u op de “Horizontale SET (INSTEL)” knop op de afstandsbediening drukt, beweegt de hoek van de horizontale luchtstroom richtingslamellen als volgt: "FILTER CLEAN" (FILTERREINIGING) controlelampje (geel) 5 4 13 1 2 3 4 1* 2 3 *: Standaard instelling. Menselijke sensor Zie pagina 8 Gebruikt voor energiebesparingsfunctie. Bedient de temperatuurinstelling door mensen in de ruimte te detecteren. 14 Plasma luchtreinigingsapparaat Zie pagina 9 Vangt fijne deeltjes op zoals pollen en huishoudelijk stof (enkel rechterzijde van de binneneenheid). Lichten in de filterreiniging. • Het lampje knippert langzaam, wanneer het moment is aangebroken de stofafscheider te reinigen. 15 8 MAINTENANCE RESET Ook gebruiken als het (ONDERHOUD HERonderhoud van de stofafSTELLEN) scheider en het plasma luchtreinigingsapparaat voltooid is. (Zie pagina 12) Druk minder dan 3 seconden in. MANUAL AUTO (MANUEEL AUTOMATISCH) Gebruiken om de airconditioner te starten in de AUTO modus, in het geval u de afstandsbediening verloren bent of deze niet functioneert. Druk langer dan 3 seconden en minder lang dan 10 seconden in. (Te starten of stoppen.) FORCED COOLING OPERATION (GEFORCEERDE KOELINGFUNCTIE) (Uitsluitend voor onderhoud: Druk langer dan 10 seconden in. Om te stoppen, drukt u op deze knop )" knop op de afstandsbediof de "Start/Stop ( ening.) "ECONOMY"(ENERGIEBESPARING) controlelampje (groen) Lichten in de ECONOMY werking en in 10 °C HEAT werking. 9 "TIMER" controlelampje (oranje) Lichten in timer-werking, en knipperen langzaam wanneer de fout in de timerinstelling wordt gedetecteerd. Raadpleeg voor meer informatie "Functie automatisch opnieuw opstarten" op pagina 9. 10 Functie "OPERATION"(WERKING) controlelampje (groen) Lichten in normale werking, en knipperen langzaam in Automatische ontdooiing werking. 11 Binneneenheid knop Afstandsbediening signaalontvanger OPGELET Voor passende signaaloverdracht tussen de afstandsbediening en de binneneenheid moet u de signaalontvanger uit de buurt houden van de volgende producten: -- Direct zonlicht of ander sterk lichten -- Flat-paneel-tv-scherm In kamers met onmiddellijke tl-verlichting, zoals type-omvormers, wordt het signaal misschien niet goed doorgegeven. In een dergelijk geval moet u contact opnemen met de winkel waar u het product hebt gekocht. Beschrijving Actie 16 Stofafscheider Zie pagina 10 17 Luchtfilter Zie pagina 10 GEBRUIKERSHANDLEIDING Nl-4 Afstandsbediening overzicht en bediening 7 8 25 9 2 24 11 23 10 22 12 21 13 20 14 19 U kunt de bediening snel beginnen met de volgende 3 stappen: 1 "Start/Stop ( )" knop 2 "MODE" (MODUS) knop Schakelt bedieningsmodus uit in de volgende volgorde. AUTO (AUTO) COOL (KOELEN) DRY FAN HEAT (DROGEN) (VENTILATOR) (VERWARMEN) Opmerkingen in HEAT modus: • Aan het begin van de operatie werkt de binneneenheid bij zeer lage snelheid van de ventilator voor ongeveer 3–5 minuten voor de voorbereiding, schakelt dan over op de geselecteerde ventilatorsnelheid. • Automatische ontdooiing bediening heft het voorverwarmen op als het nodig is. Opmerking in COOL modus: Binneneenheid ventilator kan van tijd tot tijd stoppen om controle van de Binneneenheid van de ventilator uit te voeren voor energiebesparing, die energiebesparende werking mogelijk maakt door het stoppen van de rotatie van de binneneenheid ventilator wanneer de buiteneenheid wordt gestopt. "TEMP. (temperatuur)" knoppen Stel de gewenste temperatuur in. De temperatuur kan worden ingesteld in stappen van 0,5°C. In de COOL en DRY modus moet de temperatuur lager worden ingesteld dan de huidige kamertemperatuur. In de HEAT modus moet de temperatuur hoger worden ingesteld dan de huidige kamertemperatuur. Anders begint een bijbehorende bedrijfsmodus mogelijk niet te werken. Temperatuurinstelbereik AUTO/COOL/DRY 18,0–30,0 °C HEAT 16,0–30,0 °C Opmerkingen: Temperatuurcontrole is niet beschikbaar in FAN modus. De temperatuureenheid wijzigen. 1. Druk op de "Start/Stop( )" knop tot de klok verschijnt. 2. Druk op de "TEMP. (temperatuur) (opstaan)" knop (∧) gedurende minimum 5 seconden om de huidige temperatuureenheid weer te geven. (Fabrieksinstelling: °C) 3. D ruk op de "TEMP. (temperatuur)" knoppen (∧/∨) om de temperatuureenheid te wijzigen. (°C ↔ °F) 4. Door op de "Start/Stop( )" knop te drukken of door geen bijkomende knop in te drukken gedurende 30 seconden in stap 2., wordt de momenteel geselecteerde temperatuureenheid ingesteld. Display afstandsbediening In deze paragraaf worden alle mogelijke beschrijvingen voor controlelampjes weergegeven. In de huidige bediening wordt het display gekoppeld met de toetsbediening, en toont alleen de noodzakelijke controlelampjes voor elke instelling. Nl-5 3 5 1 16 17 4 6 15 18 3 4 GEBRUIKERSHANDLEIDING 5 "POWERFUL" (KRACHTIGE) knop Activeert de POWERFUL werking. Het apparaat werkt op maximaal vermogen en sterke luchtstroom om de kamer snel af te koelen of op te warmen. Na activatie zendt de binneneenheid 2 korte piepjes uit. Druk nogmaals op de "POWERFUL" (KRACHTIGE) knop om deze uit te schakelen. De binneneenheid zendt vervolgens 1 kort piepje uit. POWERFUL werking wordt automatisch uitgeschakeld in de volgende situaties: • Aangepaste kamertemperatuur bereikt de bepaalde temperatuur in de COOL, DRY of HEAT modus. • 20 minuten zijn verstreken na het instellen van de POWERFUL werking modus. Zelfs in de voornoemde situaties zal de POWERFUL werking niet automatisch uitschakelen, tenzij deze al bepaalde tijd in werking was. Opmerkingen: • De luchtstroomrichting en de ventilatorsnelheid worden automatisch gecontroleerd. • Deze bewerking kan niet tegelijkertijd worden uitgevoerd met de ECONOMY werking. • De POWERFUL werking overschrijft de OUTDOOR UNIT LOW NOISE, ENERGY SAVING functies. Beide functies zullen, indien ingesteld, starten nadat de POWERFUL werking is uitgeschakeld. 6 "10 °C HEAT" (10 °VERWARMEN) knop Start 10 °C HEAT werking die de kamertemperatuur op 10 °C houdt, om te voorkomen dat de kamertemperatuur te laag wordt. Nadat u op de knop heeft gedrukt voor het starten van de 10 °C HEAT werking, geeft de binneneenheid 1 korte piep en het "ECONOMY" (ENERGIEBESPARING) controlelampje (groen) gaat branden. Druk op de "Start/Stop( )" knop om deze uit te schakelen. Het "ECONOMY" (ENERGIEBESPARING) controlelampje gaat uit. Opmerkingen: • HEAT modus wordt niet uitgevoerd als de kamertemperatuur niet warm genoeg is. 7 Signaalzender Richt juist op de signaalontvanger van de binneneenheid. • Indicator signaalzender op het display van de afstandsbediening toont dat het signaal van de afstandsbediening wordt verzonden. • Werkgebied is ongeveer 7 m. • U zult een pieptoon horen als het uitgezonden signaal juist is verzonden. Als er geen pieptoon is, moet u de knop de afstandsbediening nogmaals indrukken. AIRCONDITIONER Muurmodel Afstandsbediening overzicht en bediening (vervolg) 8 "FAN" (VENTILATOR) knop 17 Regelt de ventilatorsnelheid. (AUTO) (HOOG) (MED) (LAAG) (STILL) • Wanneer AUTO wordt geselecteerd, wordt de ventilatorsnelheid automatisch aangepast volgens de bedrijfsmodus. 9 "SWING" (DRAAIEN) knop Stelt de automatische swing werking in. De werking verandert telkens wanneer de "SWING" (DRAAIEN) knop wordt ingedrukt. Omhoog/ omlaag Links/ rechts Omhoog/omlaag/ links/rechts Swing stoppen • De linker/rechter "SWING" (DRAAIEN) werking volgt de richting zoals aangegeven op de pagina 4 "Horizontale luchtstroom directionele lamellen". • Het omhoog/omlaag swing bereik wisselt als volgt per modus: 1 2 3 4 COOL, DRY of FAN modus 5 67 1 2 3 4 HEAT of FAN modus 5 5 6 7 8 8 "Verticale SET (INSTEL)" knop Zie pagina 4 Past de verticale luchtstroomrichting aan. Opmerkingen: • In het begin van de AUTO modus kunt u de luchtstroomrichting niet wijzigen. 11 "Horizontale SET (INSTEL)" knop Zie pagina 4 Past de horizontale luchtstroomrichting aan. Opmerkingen: • In het begin van de AUTO modus kunt u de luchtstroomrichting niet wijzigen. 12 "ECONOMY" (ENERGIEBESPARENDE) knop Start of stopt de ECONOMY werking, die meer elektriciteit bespaart dan andere werkingsmodi doordat de ingestelde temperatuur lager wordt ingesteld. Wanneer u op de knop "ECONOMY" (ENERGIEBESPARENDE) knop drukt, gaat het "ECONOMY" (ENERGIEBESPARENDE) controlelampje op de binneneenheid branden. • In de COOL of DRY modus zal de kamertemperatuur worden aangepast voor een temperatuur die een paar graden hoger ligt dan de ingestelde temperatuur. • In de HEAT modus zal de kamertemperatuur worden aangepast voor een temperatuur die een paar graden lager ligt dan de ingestelde temperatuur. Opmerkingen: • In de COOL, HEAT of DRY modus is de maximale uitgang van deze bewerking ongeveer 70% van de gebruikelijke werking van de airconditioner. • Deze bewerking kan niet worden uitgevoerd tijdens de temperatuurbewaking door de AUTO modus. 13 "PLASMA AIR CLEAN" (PLASMA LUCHTREINIGING) knop Zie pagina 9 Activeert of deactiveert de plasma luchtreinigingsfunctie. * De plasma luchtreinigingsfunctie is AAN ten tijde van aankoop. 14 "FILTER CLEAN" (FILTERREINIGING) knop Zie pagina 8 Luchtfilterreiniging kan onmiddellijk worden uitgevoerd met de afstandsbediening. 15 "SLEEP (Slaap) timer" knop Zie pagina 7 Activeert de SLEEP timer die u helpt comfortabel in slaap te vallen met geleidelijke temperatuurregeling. 16 "Timer CANCEL (ANNULEER)" knop Annuleert de ingestelde timer. RESET 18 "TEST RUN" (TESTSTART) knop Enkel gebruik voor de initiële test in de installatie van de eenheid. Druk niet op deze knop tijdens de normale werking omdat dit een incorrecte werking zal veroorzaken. • Tijdens de test knippert het "OPERATION" (WERKING) controlelampje en het "TIMER" (TIMER) controlelampje gelijktijdig. • Om een test te stoppen die onbedoeld werd gestart, moet u de airconditioner uitschakelen door te drukken op de "Start/Stop( )" knop. 19 Opmerkingen: • SWING werking kan tijdelijk stoppen wanneer de ventilator in de binneneenheid draait op zeer lage snelheid of stopt. • In de FAN modus, wordt het bereik van de omhoog/omlaag swing werking 1 ↔ 5 of 5 ↔ 8 uitgevoerd in overeenstemming met de luchtstroomrichting voorafgaand ingesteld voordat u de SWING werking start. 10 "RESET" (HERSTELLEN) knop Wanneer u op de “RESET” (HERSTELLEN) knop drukt, druk dan voorzichtig met de punt van een pen of een ander klein voorwerp in de juiste richting zoals weergegeven in deze figuur. "CLOCK ADJUST"(KLOK INSTELLEN) knop Zie pagina 3 Gebruikt voor het instellen van de klok. 20 "OFF (UIT) timer" knop Zie pagina 7 Activeert de OFF timer. 21 "ON (AAN) timer" knop Zie pagina 7 Activeert de ON timer. 22 "SELECT" (KEUZE) knop Gebruikt voor het instellen van de klok of timer. 23 "OUTDOOR UNIT LOW NOISE"(BUITENEENHEID LAGE GELUID) knop Start of stopt de OUTDOOR UNIT LOW NOISE werking dat geluid vermindert, veroorzaakt door de buiteneenheid door het kappen van het aantal rotaties van de compressor, en het onderdrukken van de ventilatorsnelheid. Zodra de werking is ingesteld, wordt de instelling behouden totdat u weer op deze knop drukt om de bewerking te stoppen, zelfs als de binneneenheid is gestopt. op het display van de afstandsbediening toont dat het apparaat in de OUTDOOR UNIT LOW NOISE modus is. Opmerkingen: • Deze bewerking kan niet tegelijkertijd worden uitgevoerd met de FAN, DRY en POWERFUL werking. 24 "DUAL FAN COMFORT" (DUBBEL VENTILATOR COMFORT) knop Zie pagina 7 Activeert of deactiveert de DUBBEL VENTILATOR COMFORT functie. 25 "SENSOR" (SENSOR) knop (ENERGIEBESPARINGSFUNCTIE) Zie pagina 8 Activeert of deactiveert de energiebesparingsfunctie. * De energiebesparingsfunctie is AAN ten tijde van aankoop. :De instelling moet worden gedaan wanneer het instellingenscherm wordt getoond voor elke functie. : De knop is alleen regelbaar wanner de airconditioner aan is. Ventilator bediening voor energiebesparing Wanneer de ingestelde temperatuur wordt bereikt tijdens de koeling werkt de ventilator met tussenpozen en zo bespaart men stroom. Ventilator besturing voor energiebesparende functie is reeds ingeschakeld op het moment van aankoop. Volg deze stappen om deze functie te gebruiken: 1. Schakel de binneneenheid uit door te drukken op de "Start/Stop( )" knop. 2. Druk op de "FAN" (VENTILATOR) knop gedurende minimum 5 seconden tot de huidige "FC" (Ventilator bediening) status verschijnt. 3. Druk op de "TEMP. (temperatuur)" knoppen (∧/∨) om te schakelen tussen aan of uit 4. Druk op de "Start/Stop( )" knop om de instelling naar de binneneenheid te sturen. Nadat de status verzonden is, keert het scherm automatisch terug naar het originele scherm. Als er geen knoppen worden ingedrukt binnen 30 seconden nadat de "FC" (Ventilator bediening) status verschijnt, keert het systeem terug naar de originele klokweergave. In dit geval begint u opnieuw met stap 1. GEBRUIKERSHANDLEIDING Nl-6 Timerwerking Dubbel ventilator comfort * Dual fan is UITgeschakeld op het moment van aankoop. Opmerking voor timerinstellingen: Elke onderbreking van de stroomvoorziening, zoals een stroomstoring, afsnijden of een stroomonderbreker leidt tot een foutieve instelling van de interne klok. In een dergelijk geval knippert het TIMER controlelampje op de binneneenheid en u moet de instelling aanpassen. ON timer of OFF timer 1 2 Schakel de binneneenheid in door te drukken op de "Start/Stop ( )" knop. Het "OPERATION" (WERKING) controlelampje op de binneneenheid gaat aan. Als de binneneenheid reeds ingeschakeld is, kunt u deze stap overslaan. Druk op de “ON (AAN) timer” knop of de “OFF (UIT) timer” knop. Het klok controlelampje op de afstandsbediening begint te knipperen en het "TIMER" controlelampje op de binneneenheid begint te branden. Stel de tijd in door het drukken op de "SELECT" (KEUZE) knop. knippert op de afstandsbediening en het signaal wordt uitgezonden. (Ongeveer 5 seconden later keert de afstandsbediening terug naar het stand-by scherm.) Om de timer te annuleren en terug te keren naar de normale werking drukt u op de "Timer CANCEL (ANNULEER)" knop. Om de timerinstelling opnieuw uit te voeren herhaalt u stap 2 tot 3. 3 Programmatimer (gecombineerd gebruik van de ON timer en de OFF timer) U kunt een geïntegreerde ON–OFF of OFF–ON timer instellen. De timer wiens geconfigureerde starttijd het dichtst in de buurt komt van de huidige tijd werkt eerst, en de volgorde van de timerwerking wordt als volgt weergegeven: Timer ON–OFF timer OFF–ON timer Lampje op display van afstandsbediening De timer die later is ingesteld, begint af te tellen nadat de aftelling van de voorgaande timer is afgelopen. Opmerkingen: • Als u de instelwaarde voor de timer instelt nadat de programmatimer is ingesteld, zal het aftellen van de timer op dat moment worden gereset. • Time-instelling voor elke combinatie moet binnen een tijdspanne van 24 uur liggen. SLEEP timer 1 2 Druk op de “SLEEP (Slaap) timer” knop om de SLEEP timer te activeren. Het "OPERATION" (WERKING) controlelampje en het "TIMER" controlelampje op de binneneenheid gaat aan. Stel de tijd in door het drukken op de “SELECT” (KEUZE) knop. knippert op de afstandsbediening en het signaal wordt uitgezonden. (Ongeveer 5 seconden later keert de afstandsbediening terug naar het stand-by scherm.) Elke keer dat u op de knop drukt, verandert de tijd als volgt: 0H 1H 30M 00M (30 min.) 2H 00M 3H 00M 5H 00M 7H 00M 9H 00M uren Om de timer te herhalen, drukt u op de “SLEEP (Slaap) timer” knop als het controlelampje niet verschijnt op de afstandsbediening. Om u te helpen comfortabel in slaap te vallen en overmatige opwarming of afkoeling in uw slaap te voorkomen, controleert de SLEEP timer de temperatuurinstelling automatisch in overeenstemming met de getoonde ingestelde tijd als volgt. De airconditioner schakelt volledig uit na nadat de ingestelde tijd is verstreken. In HEAT modus In COOL of DRY modus 1 °C 2 °C 3 °C 4 °C Temperatuur instellen 30 min. 1 uur 1,5 uur Tijd instellen Nl-7 GEBRUIKERSHANDLEIDING Tijd instellen 1 uur 1 °C 2 °C 1 Om het dubbele ventilator comfort te activeren, drukt u op de "DUAL FAN COMFORT" (DUBBEL VENTILATOR COMFORT) knop. op de afstandsbediening gaat knipperen. 2 Om het dubbele ventilator comfort te deactiveren, drukt u opnieuw op de "DUAL FAN COMFORT" (DUBBEL VENTILATOR COMFORT) knop. wordt niet langer getoond op het display van de afstandsbediening. Opmerkingen: • Dual fan functioneert met aanbevolen instellingen. • De werking alleen met dual fan ( dubbele ventilator) is niet mogelijk. • In de HEAT modus is er geen dual fan luchtstroom in de onderstaande situaties. -- Indien de kamertemperatuur lager is dan de ingestelde temperatuure -- Wanneer de temperatuur van de HEAT luchtstroom laag is -- Gedurende een automatische ontdooiing werking • Er is meer luchtstroming, wanneer de dual fan is INgeschakeld vergeleken met wanneer het UITgeschakeld is, zodat het operationeel lawaai ook luider is. <Aanvullende instelling> De Dual fan instellingen komen misschien niet overeen met uw gewenste instellingen in het geval van de COOL modus, DRY modus of FAN modus. In dit geval kunt u de afstandsbediening gebruiken om de dual fan luchtstroom richting te veranderen, zodat de luchtstromingen doorstromen. 1. Schakel de binneneenheid uit door te drukken op de "Start/Stop( )" knop. 2. Druk minimaal 5 seconden op de "DUAL FAN COMFORT" (DUBBEL VENTILATOR COMFORT) knop totdat de "DUAL FAN" (DUBBEL VENTILATOR) status wordt weergegeven. 3. Druk op de "TEMP. (temperatuur)" knoppen (∧/∨) om de instelling te wijzigen. "1"(Standaard) ↔"2"(Ver) 4. Druk op de "Start/Stop( )" knop om de instelling naar de binneneenheid te sturen. Nadat de status verzonden is, keert het scherm automatisch terug naar het originele scherm. geen knoppen worden ingedrukt binnen 30 seconden nadat de "DUAL FAN" (DUBBEL VENTILATOR) status verschijnt, keert het systeem terug naar de originele klokweergave. In dit geval begint u opnieuw met stap 1. Wanneer dit nog steeds niet overeenkomt met uw voorkeuren,raadpleeg een servicetechnicus. (Dual fan instellingen kunnen nauwkeuriger worden afgesteld.) AIRCONDITIONER Muurmodel Menselijke sensor (energiebesparing) Filter reinigen Deze functie bedient de temperatuurinstelling als er zich niemand in de ruimte bevindt om energieverspilling te voorkomen. De energiebesparingsfunctie is aan ten tijde van aankoop. 1 Druk op de "SENSOR" (SENSOR) knop om de energiebesparingsfunctie te activeren. op de afstandsbediening gaat knipperen. 2 Druk nogmaals op de "SENSOR" (SENSOR) knop om de energiebesparingsfunctie te deactiveren. wordt niet langer getoond op het display van de afstandsbediening. Over de ENERGY SAVING functie De ingestelde temperatuur wordt automatisch bediend als er circa 20 minuten niemand de ruimte betreedt. (Als iemand de ruimte weer betreedt zal de menselijke sensor dit detecteren en automatisch de originele instellingen weer aannemen.) Werkingsmodus Werkingsgegevens (als er een tijdje niemand in de ruimte is) COOL/DRY De ingestelde temperatuur wordt maximaal verhoogd met circa 2˚C. HEAT De ingestelde temperatuur wordt maximaal verlaagd met circa 4˚C. AUTO Hierdoor wordt de ENERGY SAVING functie automatisch uitgevoerd voor de geselecteerde modus (afkoelen/ verwarmen). ● De SLEEP timer krijgt prioriteit als deze in combinatie met de SLEEP timer (pagina 7) wordt gebruikt. ● De ingestelde temperatuur wordt tijdens de 10°C HEAT werking niet gewijzigd als er niemand in de ruimte is. ● Toepassingsbereik is als volgt. Verticale hoek 90° (zij-aanzicht) 7m Horizontale hoek* 100° (bovenaanzicht) 7m 90° 50° Opmerkingen ●●Het duurt ca. 13 minuten om het filter te reinigen. Het binneneen- heid "FILTER CLEAN" (FILTERREINIGING) controlelampje licht op tijdens het reinigen van het filter. ●●Als de airconditioner doorlopend wordt gebruikt zonder stoppen, wordt de werking altijd tijdelijk gestopt na 64 uur om het filter te reinigen. (De werking wordt hervat wanneer het filter gereinigd is.) ●● Als het “FILTER CLEAN” (FILTERREINIGING) controlelampje langzaam knippert , wijst dit er op dat de stofafscheider moet worden gereinigd. (Nadat ongeveer 10.000 uur werking van de airconditioner zijn verstreken.) Op dat moment wordt het filter niet gereinigd. U moet de stofafscheider reinigen. ●●Het reinigen van het filter werkt niet als de binneneenheid wordt gepauzeerd met de SLEEP timer. Als de binneneenheid iedere maal wordt gepauzeerd met de SLEEP timer, terwijl het afhangt van de hoeveelheid stof, is het aanbevolen het filter ongeveer één maal te reinigen met de afstandsbediening. ●●De reinigingsfunctie van het filter kan worden uitgeschakeld. Raadpleeg bevoegd servicepersoneel om de filter reinigen functie uit te schakelen. • Als de filter reinigen functie werd uitgeschakeld, moet u het filter regelmatig reinigen met de afstandsbediening. OPGELET U mag de stofafscheider of het luchtfilter niet aanraken tijdens het reinigen van het filter. Als u de stofafscheider / het luchtfilter verwijdert of op het luchtfilter duwt of er aan trekt, kunt u de binneneenheid beschadigen. Het filter onmiddellijk reinigen 1 Druk op de "FILTER CLEAN" (FILTERREINIGING) knop terwijl de airconditioner niet in werking is. Het controlelampje “FILTER CLEAN” (FILTERREINIGING) van de binneneenheid gaat branden. 2 Om de reiniging van het filter te stoppen, drukt u op de "FILTER CLEAN" (FILTERREINIGING) knop. Het controlelampje “FILTER CLEAN” (FILTERREINIGING) van de binneneenheid schakelt uit. 50° De energiebesparingsfunctie werkt mogelijk niet als de kamertemperatuur veel verschilt van de temperatuur die is gedefinieerd in de temperatuurinstelling, zoals direct na het starten van de werking. * De horizontale hoek kan worden gewijzigd naargelang de installatiepositie. Voor meer informatie verwijzen wij u naar de installatiehandleiding. Over de MENSELIJKE SENSOR ●●Informatie over detectie met de menselijke sensor ●● Wanneer de airconditioner een totaal van 40 uur operationeel is geweest, wordt het luchtfilter automatisch gereinigd en de werking wordt gepauzeerd. Opgehoopt stof wordt automatisch gereinigd en opgevangen in de stofafscheider. De menselijke sensor detecteert of er mensen in de ruimte zijn door naar beweging door mensen in de ruimte te zoeken. Opmerkingen ●●Het kan voorkomen dat de detectie onjuist is gezien de menselijke sensor infrarood licht detecteert dat mensen afgeven. Situaties waarin de sensor geen mensen in de ruimte detecteert, zelfs als er wel iemand in de ruimte is ●● Als de temperatuur oog is en het verschil met de lichaamstemperatuur van mensen klein is. (Zoals in de zomer, wanneer de temperatuur 30°C of hoger is.) ●● Als er iemand in de ruimte is, maar diegene langere tijd niet beweegt. ●● Als er iemand verborgen is achter een bank, andere meubels, glas of in soortgelijke situaties. ●● Als iemand zeer dikke kleding draagt en met de rug naar de sensor is gericht. Situaties waarin de sensor onjuist mensen in de ruimte detecteert, zelfs als er niemand in de ruimte is ●● Als een hond of kat beweegt in de ruimte. ●● Als de wind ervoor zorgt dat gordijnen of planten bewegen. ●● Als er verwarmingseenheden, bevochtigers of elektrische apparatuur zoals oscillerende ventilators in werking zijn. Opmerkingen: • U mag de voeding niet ontkoppelen of de stroomonderbreker uitschakelen tijdens het reinigen van het filter tot het “FILTER CLEAN” (FILTERREINIGING) controlelampje uit gaat en het luchtfilter terugkeert naar de originele positie (ca. 4 minuten). Dit kan de binneneenheid beschadigen. • Afhankelijk van hoe vuil het luchtfilter is, wordt het stof mogelijk niet allemaal verwijderd met een filter reiniging. In dit geval moet u het reinigingsproces van het filter opnieuw inschakelen met de afstandsbediening. • Om schade aan het apparaat te voorkomen, is het mogelijk dat de reiniging van het filter niet werkt als het herhaaldelijk wordt ingeschakeld met de afstandsbediening. Wacht ongeveer 30 minuten voor u de reiniging van het filter inschakelt. • Het filter kan mogelijk geen stof verwijderen, of het werkt mogelijk niet correct naargelang het type stof, zoals stof met een grote hoeveelheid teer van sigaretten of olie, of als het stof verhard is. In dat geval moet u de stofafscheider en het luchtfilter reinigen. • Stof kan ophopen in het apparaat als de binneneenheid wordt gebruikt in een omgeving met heel fijn stof of een grote hoeveelheid olie. Het wordt aanbevolen een inspectie/onderhoud uit te voeren bovenop het regelmatig reinigen. • Als het reinigen van het filter wordt gestopt tijdens de werking, stopt het niet automatisch aangezien het enkel stopt nadat het luchtfilter is teruggekeerd naar de originele positie. • De bewerkingstijd dat moet worden bereikt voor het automatisch reinigen van het luchtfilter kan worden aangepast, en de “FILTER CLEAN” (FILTERREINIGING) controlelampje kan worden ingesteld zodat het niet ingeschakeld wordt. Voor meer informatie kunt u het bevoegd servicepersoneel raadplegen. GEBRUIKERSHANDLEIDING Nl-8 Plasma luchtreiniging Algemene informatie over werking Automatische ontdooiing Het plasma reinigingsapparaat vangt fijne deeltjes op zoals pollen en huishoudelijk stof met statische elektriciteit om de lucht in de ruimte te zuiveren. Ionen emissie onderdeel Verzamelaar onderdeel ―― 䠇 䠇 ― ―― ― ―― ― ― ― 䠇 䠇 䠇 䠇 䠇 䠇䠇 䠇 䠇 䠇 䠇 䠇 䠇 䠇 䠇 䠇 䠇 䠇䠇 䠇 䠇 䠇 䠇 䠇 䠇 䠇 䠇 䠇䠇 ― ― ――― ― ―― ― ― ― ―― ――― ― ―― ―― ― ―― 䠇 䠇 䠇 䠇 䠇 䠇䠇 䠇 䠇 䠇 䠇 䠇 Fijne deeltje zijn positief geladen Geabsorbeerd door de negatieve plaat * De verwijdering van fijne deeltjes van minder dan 0.3μm kan niet worden bevestigd. Bovendien worden niet alle schadelijke stoffen verwijderd uit de lucht. 1 2 Om de plasma luchtreinigingsfunctie te activeren, drukt u op de "PLASMA AIR CLEAN" (PLASMA LUCHTREINIGING) knop. Het controlelampje "PLASMA AIR CLEAN" (PLASMA LUCHTREINIGING) van de binneneenheid gaat branden. Om de plasma luchtreinigingsfunctie te deactiveren, drukt u opnieuw op de "PLASMA AIR CLEAN" (PLASMA LUCHTREINIGING) knop. Het controlelampje "PLASMA AIR CLEAN" (PLASMA LUCHTREINIGING) van de binneneenheid schakelt uit. Opmerkingen: • Zorg ervoor de plasma luchtreiniging te gebruiken met het luchtfilter bevestigd. Zo niet kan dit de binneneenheid beschadigen. • De plasma luchtreiniging is actief tijdens de werking. Tijdens de plasma luchtreiniging licht het "PLASMA AIR CLEAN" (PLASMA LUCHTREINIGING) controlelampje op. • Als het binneneenheid “PLASMA AIR CLEAN” (PLASMA LUCHTREINIGING) controlelampje langzaam knippert, wijst dit er op dat het plasma luchtreinigingsapparaat moet worden gereinigd. • Als het binneneenheid “PLASMA AIR CLEAN” (PLASMA LUCHTREINIGING) controlelampje knippert, wijst dit er op dat het plasma luchtreinigingsapparaat nat of vies is. Dit wijst er op dat het plasma luchtreinigingsapparaat nat of vuil is. In dat geval moet u het plasma luchtreinigingsapparaat reinigen en volledig drogen. • Hoewel de wasfrequentie verschilt naargelang de gebruiksomgeving wordt het aanbevolen het plasma reinigingsapparaat één maal per jaar te reinigen. • Uit veiligheidsoverwegingen werkt de plasma luchtreiniging niet als het inlaatrooster open is tijdens de werking. In dit geval kan het “PLASMA AIR CLEAN” (PLASMA LUCHTREINIGING) controlelampje knipperen. • Tijdens de plasma luchtreiniging kan er een lichte geur merkbaar zijn, gelijkaardig aan de chemicaliën die worden gebruikt in zwembaden. Als de geur u stoort, kunt u de plasma luchtreiniging op "OFF" schakelen en de kamer verluchten. • De plasma luchtreiniging is het meest efficiënt als de ventilatorsnelheid ingesteld is op HIGH. • Het “PLASMA AIR CLEAN” (PLASMA LUCHTREINIGING) controlelampje kan zodanig worden ingesteld dat het niet inschakelt. Voor meer informatie kunt u het bevoegd servicepersoneel raadplegen. Nl-9 GEBRUIKERSHANDLEIDING Wanneer de buitentemperatuur erg laag is met een hoge luchtvochtigheid, kan er ijsvorming ontstaan op de buiteneenheid tijdens het verwarmen, en het kan de operationele prestaties van het product verminderen. Voor vorstbeveiliging is een microcomputer-gestuurde automatische ontdooiingsfunctie opgenomen in deze airconditioner. Als er vorst wordt gevormd zal de airconditioner tijdelijk stoppen, en de ontdooiingsfunctie zal kort inschakelen (maximaal 15 minuten.) Het "OPERATION" (WERKING) controlelampje op de binneneenheid knippert tijdens deze werking. Als er vorst wordt gevormd op de buiteneenheid na het verwarmen, zal de buiteneenheid automatisch stoppen nadat het voor een paar minuten functioneert. Dan begint de bewerking automatische ontdooiing. Functie automatisch opnieuw opstarten In het geval van een stroomstoring, zoals een stroomonderbreking, stopt de airconditioner direct. Maar hij wordt automatisch opnieuw opgestart en voert de vorige bewerking uit wanneer de stroomtoevoer wordt hervat. Als er een stroomonderbreking plaatsvindt nadat de timer is ingesteld, wordt het aftellen van de timer gereset. Nadat de stroomtoevoer wordt hervat, knippert het "TIMER" controlelampje op de binneneenheid om u te waarschuwen dat er een storing in de timer is geweest. In een dergelijk geval moet u de timer resetten voor uw juiste moment. Verwarmingsprestaties Deze airconditioner werkt volgens het warmtepompprincipe, waardoor warmte uit de lucht buiten wordt geabsorbeerd en deze warmte wordt overgebracht naar de binneneenheid. Hierdoor zijn de prestaties minder goed wanneer de buitentemperatuur lager wordt. Als u vindt dat de verwarmingsprestaties onvoldoende zijn, raden wij u aan deze airconditioner te gebruiken in combinatie met andere verwarmingsapparatuur. Storingen veroorzaakt door andere elektrische apparaten: Het gebruik van andere elektrische apparaten zoals een elektrisch scheerapparaat of het nabije gebruik van een draadloze radiozender kan storing van de airconditioner veroorzaken. Als er zich een dergelijke storing voordoet, schakel de stroomonderbreker dan een keer uit. Zet hem dan weer aan, en hervat de bewerking met behulp van de afstandsbediening. Draadloze LAN-controle U kunt de binneneenheid van de airconditioner bedienen met een smartphone of tablet door deze te verbinden met een draadloze LAN-adapter. Voor meer informatie verwijzen wij u naar de gebruiksaanwijzing. AIRCONDITIONER Muurmodel Reiniging en verzorging OPGELET • Voor het reinigen van dit product, moet u hem uitzetten en loskoppelen van de stroomvoorziening. • Voor het werken moet u ervoor zorgen dat het inlaatrooster volledig is afgesloten. Onvolledig afsluiten van het inlaatrooster kan effect hebben op de juiste werking of de prestaties van de airconditioner. • Raak de aluminium lamellen van de warmtewisselaar ingebouwd in de binneneenheid niet aan, om letsel bij het onderhouden van het apparaat. • Stel de binneneenheid niet bloot aan vloeistofinsecticiden of haarspray. • Sta niet op gladde, ongelijke of onstabiele ondergrond wanneer u het apparaat onderhoudt. • Zorg ervoor de stofafscheider, het luchtfilter en het plasma luchtreinigingsapparaat, etc. correct te monteren. Dagelijkse verzorging Tijdens het reinigen van het binneneenheid of andere onderdelen van de airconditioner moet u letten op het volgende: • Gebruik geen water warmer dan 40 °C. • Gebruik geen schurend reinigingsmiddel, vluchtige oplosmiddelen zoals benzeen of thinner. • Veeg het apparaat voorzichtig met behulp van een zachte doek. • Borstel niet te hard wanneer u een borstel gebruikt tijdens het reinigen, etc. • Als het vuil niet kan worden verwijderd, kunt u lauw water gebruiken met synthetisch wasmiddel voor huishoudelijk gebruik (neutraal). • Gebruik uitsluitend synthetisch wasmiddel voor huishoudelijk gebruik (neutraal). • Droog grondig na het wassen met koud of lauw water. • U mag niet drogen met warme lucht zoals een haardroger. Na langdurig niet-gebruik van het apparaat Als u de binneneenheid voor 1 maand of langer hebt afgesloten, voer dan voor een halve dag de FAN bewerking uit om de interne delen goed te drogen voordat u de normale werking uit kunt voeren. [Indien de dubbele ventilator erg verontreinigd is] • Indien olie vervuiling of andere verontreinigingen op de ingang van de dubbele ventilator niet kunnen worden verwijderd, kunt u een stofzuiger gebruiken om stof te verwijderen. • De dual ventilator niet met de hand verplaatsen als u het wilt gaan reinigen. Dit kan storingen in de dual ventilator veroorzaken. De stofafscheider en het luchtfilter verwijderen 1 Het reinigen van het inlaatrooster Raak de inspringing aan en open. Aanvullende inspectie Na een lange gebruiksperiode kan het opgehoopte stof in de binneneenheid de productprestatie beperken, zelfs als u het apparaat hebt onderhouden met dagelijkse verzorgings- of reinigingsprocedures zoals beschreven in deze handleiding. In dat geval wordt een productinspectie aanbevolen. 2 Schuif de stopper naar rechts. Neem voor meer informatie contact op met geautoriseerd personeel. Gids voor reinigingsperiode Het handvat opent. Stofafscheider Als het “FILTER CLEAN” (FILTERREINIGING) controlelampje langzaam knippert , wijst dit er op dat de stofafscheider moet worden gereinigd. In dit geval moet u hem zeker reinigen. Opmerkingen: • De hoeveel stof die ophoopt hangt af van de omgeving en de gebruiksvoorwaarden. • Als de stofafscheider regelmatig wordt gereinigd voor het "FILTER CLEAN" (FILTERREINIGING)” controlelampje knippert, kan het “FILTER CLEAN” (FILTERREINIGING) controlelampje onmiddellijk gaan branden na het reinigen. • Het "FILTER CLEAN" (FILTERREINIGING) controlelampje kan zodanig worden ingesteld dat het niet inschakelt. Voor meer informatie kunt u het bevoegd servicepersoneel raadplegen. Plasma luchtreinigingsapparaat Als het “PLASMA AIR CLEAN” (PLASMA LUCHTREINIGING) controlelampje langzaam knippert, wijst dit er op dat het moet worden gereinigd. In dit geval moet u hem zeker reinigen. Luchtfilter Normaal gezien is er geen reiniging vereist. Reinig het als u bezorgd bent over stof en olie, etc. Binneneenheid, verticale luchtstroom directionele lamellen, stroom diffuser, dubbele ventilator Reinig deze onderdelen als u bezorgd bent over vuil. (Raadpleeg de eerder vermelde “Dagelijkse verzorging”.) Stopper 3 Verwijder de stofafscheider en het luchtfilter. Handvat Houd het handvat vast en trek het omhoog. Trek het naar u toe. Opmerkingen: • Als u de voeding loskoppelt tijdens het reinigen van het filter kan het moeilijk zijn de stofafscheider en het luchtfilter te verwijderen. Trek de stofafscheider en het luchtfilter opnieuw uit nadat u de onderstaande procedure hebt gevolgd. (1) Sluit de netvoeding aan en houd de binneneenheid knop gedurende ca. 3 seconde ingedrukt. (Na het "piepend geluid", beweegt het luchtfilter.) (2) Wacht ca. 2 minuten en ontkoppel de voeding nadat u hebt bevestigd dat het luchtfilter gestopt is. GEBRUIKERSHANDLEIDING Nl-10 Reiniging en verzorging (vervolg) De stofafscheider reinigen De stofafscheider en het luchtfilter bevestigen Opmerkingen: • Gebruik geen overmatige kracht wanneer u de stofafscheider of het deksel opent (transparant). • Trek niet te hard aan het luchtfilter en zorg ervoor dat het niet vervormt. 1 1 Sluit het deksel van de stofafscheider en bevestig de tab. Deksel tab Deksel (transparant) Verwijder het luchtfilter uit de stofafscheider. Stofafscheider Luchtfilter 2 Houd het handvat vast en sluit de stofafscheider. Handvat Trekt de stofafscheider in de richting van de pijl. 2 Open het deksel en verwijder het stof met een stofzuiger of een borstel. Tab Deksel (transparant) Borstel (A) (Zwart) Tab Verwijder het opgehoopte stof (A) met een borstel. 3 Open de stofafscheider en verwijder het opgehoopte stof binnenin met een stofzuiger of een borstel. Handvat Bevestig de tabs aan beide zijden van de stofafscheider Opmerkingen: • Let er op uw hand niet te klemmen wanneer u de stofafscheider sluit. Dit kan letsels of schade veroorzaken. 3 Voeg het luchtfilter in de geleiders op beide zijden van de luchtafscheider. Geleider Voer het luchtfilter in de geleiders aan beide zijden. Duw met uw duim in de richting van de pijl. Geleider Houd het handvat vast en open. Borstel (B) (grijs) (achterzijde) Verwijder het opgehoopte stof (B) met een borstel. (4106 Luchtfilter Luchtfilter Opmerkingen: • U mag de stofafscheider niet openen of hard schudden. Dit kan de stofafscheider uit elkaar doen vallen of defecten of letsels veroorzaken. [Als de stofafscheider of het luchtfilter erg vuil zijn] • Stofafscheider Was met water en neem ze daarna af met een zachte doek. Droog ze grondig in de schaduw. • Luchtfilter Verwijder het stof met een stofzuiger of was met water en neem ze daarna af met een zachte doek. Droog ze grondig in de schaduw. (4106 Plaats het "FRONT" (VOORPANEEL) oppervlak bovenaan. 4 Lijn de onderste rand van het luchtfilter uit met de horizontale markeringen op de stofafscheider. Luchtfilter * Als het luchtfilter niet horizontaal aangebracht is, kan het schade veroorzaken. 5 Voeg het luchtfilter lang de rails van de binneneenheid. Rails (links en rechts) Nl-11 GEBRUIKERSHANDLEIDING AIRCONDITIONER Muurmodel Reiniging en verzorging (vervolg) 6 Duw de stofafscheider naar achter en bevestig hem neerwaarts op de onderzijde. Het plasma luchtreinigingsapparaat reinigen Opmerkingen: • U mag de binnenzijde van het plasma luchtreinigingsapparaat niet wassen met een borstel, etc. Dit kan het apparaat beschadigen of de dunne draden in het apparaat loskoppelen. • U mag het apparaat niet blootstellen aan direct zonlicht. 1 Bevestig de stofafscheider en het luchtfilter. (Raadpleeg "De stofafscheider en het luchtfilter verwijderen".) 2 Verwijder het plasma luchtreinigingsapparaat. Handvat (1) Duw naar achter in de binneneenheid. 7 Trek het handvat omlaag en trek het uit. (2) Duw uw onder om te bevestigen. Sluit het handvat. OPGELET Handvat De stopper vergrendelt als het handvat wordt verlaagd. Nadat u de stofafscheider hebt bevestigd, houd u het centrale deel van de stofafscheider vast en trekt u het naar u toe om zeker te zijn dat het niet kan loskomen. 8 Sluit de netvoeding aan en houd de binneneenheid knop gedurende ca. 3 seconde ingedrukt. De “FILTER CLEAN” (FILTERREINIGING) controlelampje gaat uit en de geaccumuleerde operationele duur die als gids werkt voor de reinigingsduur wordt gereset. Het luchtfilter wordt naar de vooringestelde positie verplaatst. De draden aan de binnenkant van de plasma luchtreigingsunit niet aanraken of er een stang in stekken etc. in het apparaat. Dit kan elektrische schokken of schade veroorzaken. 3 Plaats het in lauw water. • Laat het 10 tot 15 minuten weken. • Als het apparaat erg vuil is, plaatst u het in warm water met een verdund synthetisch wasmiddel voor huishoudelijk gebruik (neutraal). 4 Schud verticaal en horizontaal of neem het oppervlak af met een spons. 5 Spoel onder stromend water. Schud het plasma luchtreinigingsapparaat om water te verwijderen en het grondig te laten drogen in de schaduw. U moet er zeker van zijn dat het plasma luchtreinigingsapparaat volledig droog is voor u het bevestigt. Als u het bevestigt wanneer het nog nat is, kan het de binneneenheid beschadigen. 6 7 Duw het plasma luchtreinigingsapparaat naar achter in de binneneenheid en til het handvat in de richting van de pijl. Handvat Opmerkingen: • Zorg ervoor de binneneenheid knop in te drukken om het "FILTER CLEAN" (FILTERREINIGING) controlelampje uit te schakelen, of de filter reiniging zal niet worden uitgevoerd. • Bevestig dat de stofafscheider en het luchtfilter correct bevestigd is, alvorens u de knop van de binneneenheid indrukt. 9 Druk en sluit het inlaatrooster. 8 Verwijder de stofafscheider en het luchtfilter (Raadpleeg "De stofafscheider en het luchtfilter bevestigen".) 9 Sluit de netvoeding aan en houd de binneneenheid knop gedurende ca. 3 seconde ingedrukt. Druk hier Opmerkingen: • Gebruik de binneneenheid niet als het inlaatrooster open is. Dit kan de binneneenheid beschadigen. Sluit het inlaatrooster volledig. Zo niet kan de reiniging van het filter niet correct worden uitgevoerd. • De airconditioner werkt niet als het filter niet correcte geïnstalleerd is. (Het controlelampje zal knipperen). "OPERATION" (WERKING) : 5 maal "TIMER" : 5 maal "ECONOMY" (ENERGIEBESPARING) : Snel knippert Nadat het filter gereinigd is, moet u het installeren en controleren of de airconditioner correct werkt. Het “PLASMA AIR CLEAN” (PLASMA LUCHTREINIGING) controlelampje gaat uit en de geaccumuleerde operationele duur die als gids werkt voor de reinigingsduur wordt gereset. Opmerkingen: • Zorg ervoor de binneneenheid knop in te drukken om het “PLASMA AIR CLEAN” (PLASMA LUCHTREINIGING) controlelampje uit te schakelen, of de filter reiniging zal niet worden uitgevoerd. • Bevestig dat de stofafscheider en het luchtfilter correct bevestigd is, alvorens u de binneneenheid knop indrukt. • Na het reinigen van het plasma luchtreinigingsapparaat, indien het “PLASMA AIR CLEAN” (PLASMA LUCHTREINIGING) controlelampje knippert, moet u bevestigen dat het inlaatrooster correct gesloten is. Als het “PLASMA AIR CLEAN” (PLASMA LUCHTREINIGING) controlelampje knippert, zelfs als het inlaatrooster correct gesloten is, is het plasma luchtreinigingsapparaat mogelijk stuk. In dat geval moet het plasma luchtreinigingsapparaat worden vervangen. Raadpleeg uw verdeler of bevoegd servicepersoneel. GEBRUIKERSHANDLEIDING Nl-12 Problemen oplossen WAARSCHUWING In de volgende gevallen, moet u onmiddellijk stopen met het gebruik van de airconditioner, en alle voedingen loskoppelen door het uitschakelen van de elektrische hoofdschakelaar of de stekker uit het stopcontact halen. Raadpleeg dan uw dealer of bevoegd onderhoudspersoneel. Zolang het apparaat is aangesloten op de stroomvoorziening, is deze niet geïsoleerd van de stroomvoorziening, zelfs als het apparaat is uitgeschakeld. • Apparaat ruikt of iets brandt of stoot rook uit • Er lekt water uit het apparaat De volgende symptomen geven geen storing van het product aan, maar het zijn normale functies of eigenschappen van dit product. Symptoom Oorzaak Het “FILTER CLEAN” (FILTERREINIGING) controlelampje (geel) knippert langzaam. Dit wijst er op dat het moment is aangebroken de stofafscheider te reinigen. In dat geval moet u de stofafscheider reinigen. Het “PLASMA AIR CLEAN” (PLASMA LUCHTREINIGING) controlelampje (blauw) knippert langzaam. Dit wijst er op dat het moment is aangebroken het plasma reinigingsapparaat te reinigen. In dat geval moet u het plasma luchtreinigingsapparaat reinigen. Het “PLASMA AIR CLEAN” (PLASMA LUCHTREINIGING) controlelampje (blauw) knippert snel. • Het plasma luchtreinigingsapparaat is nat of vuil. In dit geval, drukt u op de “Start/Stop ( )” knop om de bewerking te stoppen, en reinig vervolgens de plasma air clean eenheid en u moet het compleet drogen. • Het inlaatrooster is geopend. In dit geval, drukt u op de "Start/Stop ( )" knop, en vervolgens bevestigen het inlaatrooster goed gesloten is. 10 12 De "OPERATION"(WERKING) Dit wijst er op dat de stofafscheider en het luchtfilter niet correct bevestigd zijn. In dit geval moet u indicator en de "TIMER" indicontroleren of de stofafscheider en het luchtfilter correct bevestigd zijn. cator knippert 5 keer, terwijl de "ECONOMY"(ENERGIEBESPARING) indicator snel knippert. Werking wordt vertraagd na het opnieuw opstarten. Er is ruis hoorbaar. Er komt een geur uit het apparaat. 12 11 Om doorbranden van de zekering te voorkomen, zal de compressor niet functioneren wanneer het beschermingscircuit voor ongeveer 3 minuten werkt na een plotseling OFF→ON werking van de energievoorziening. – • Tijdens werking of direct na het stoppen van de airconditioner kan het geluid van stromende koelvloeistof worden gehoord. En het is vooral merkbaar gedurende 2-3 minuten na aanvang van de werking. • Tijdens deze werking kan een licht piepend geluid worden geproduceerd door de minimale uitzetting en inkrimping van het voorpaneel veroorzaakt door temperatuurverandering. – Tijdens de verwarmende werking kan een sissend geluid geproduceerd door het automatische ontdooien worden gehoord. 9 Als de filterreinigingsfunctie in werking is, kunt u een klikkend geluid of andere geluiden opmerken van de binneneenheid. Op dit moment licht het binneneenheid "FILTER CLEAN" (FILTERREINIGING) controlelampje op. – Als de stofafscheider of het luchtfilter niet correct bevestigd is, hoort u een luid, doorlopend klikkend geluid. Ontkoppel de voeding of schakel de schakelaar uit, verwijder de stofafscheider en het luchtfilter aan beide zijden en bevestig de stofafscheider en het luchtfilter correct. 10 Als het plasma luchtreinigingsapparaat vuil is, kunt u bepaalde geluidjes horen. Reinig het plasma luchtreinigingsapparaat. 12 Verschillende geurtjes geabsorbeerd uit interieurtextiel, meubels, of sigarettenrook in de airconditioner kan worden uitgestoten. – Tijdens de plasma luchtreiniging kan er een lichte geur merkbaar zijn, gelijkaardig aan de chemicaliën die worden gebruikt in zwembaden. Als de geur u stoort, kunt u de plasma luchtreiniging op "OFF" schakelen en de kamer verluchten. 6 Er komt nevel of stoom uit het In de COOL of DRY modus kan een dunne mist worden gegenereerd door condensatie gevormd door een plotseling afkoelingsproces. apparaat. Tijdens het verwarmen kan de ingebouwde ventilator in de buiteneenheid kan stoppen en stijgende stoom gegenereerd door de automatische ontdooiingswerking kan worden gezien. Luchtstroom is zwak of stopt. Zie pagina – 9 • Direct nadat de verwarming wordt gestart, blijft de ventilatorsnelheid zeer laag om de interne delen van het apparaat tijdelijk op te warmen. • In de HEAT modus stopt de buiteneenheid en de binneneenheid functioneert op zeer lage ventilatorsnelheid als de kamertemperatuur boven de ingestelde temperatuur uitkomt. – In de "HEAT" modus stopt de binneneenheid voor maximaal 15 minuten om de automatische ontdooiing uit te voeren terwijl het "OPERATION" (WERKING) controlelampje knippert. 9 In de DRY modus werkt de binneneenheid op lage ventilatorsnelheid voor het aanpassen van de vochtigheid in de kamer, en kan van tijd tot tijd stoppen. – Wanneer de ventilatorsnelheid is ingesteld op “QUIET” draait de ventilator op een erg lage snelheid en wordt de luchtstroom verminderd. – In de COOL modus kan de ventilator van de binneneenheid van tijd tot tijd stoppen wanneer de buiteneenheid is gestopt. 6 Wanneer de bewaking wordt uitgevoerd in de AUTO modus draait de ventilator op zeer lage snelheid. – Buiteneenheid geeft water af. Tijdens de verwarming kan de buiteneenheid water afgegeven gegenereerd door het automatisch ontdooien. 9 Werkt niet onmiddellijk. Wanneer de filter wordt gereinigd, schakelt het apparaat in als de reiniging van het filter voltooid is. Op dit moment licht het binneneenheid "FILTER CLEAN" (FILTERREINIGING) controlelampje op. Wacht ca. 13 minuten. – Nl-13 GEBRUIKERSHANDLEIDING AIRCONDITIONER Muurmodel Problemen oplossen (vervolg) Symptoom Oorzaak Zie pagina De reiniging van het filter werkt niet ondanks het feit dat de reiniging ingeschakeld is. • De reiniging van het filter werkt mogelijk niet ondanks het feit dat de reiniging herhaaldelijk werd ingeschakeld. Dit is om schade te voorkomen aan de airconditioner. • De filter wordt niet gereinigd als de airconditioner ingeschakeld is. U moet de reiniging activeren nadat u het apparaat hebt uitgeschakeld. – Het is niet mogelijk stof te verwijderen uit het luchtfilter met de filterreiniging. • De stofafscheider of het luchtfilter zijn mogelijk niet correct bevestigd. Bevestig of de stofafscheider en het luchtfilter correct bevestigd zijn. • De stofafscheider zit mogelijk vol stof. U moet de stofafscheider reinigen. • Het filter kan mogelijk geen stof verwijderen naargelang het type stof, zoals stof met een grote hoeveelheid teer van sigaretten of olie, of als het stof verhard is. In dat geval moet u de stofafscheider en het luchtfilter handmatig reinigen. 10 Het plafond of de muur dicht bij de binneneenheid of dubbele ventilator zijn vuil. Deeltjes en stof in de lucht zijn bevestigd aan de muur, etc. omwille van de luchtcirculatie van de airconditioner en statische elektriciteit. Sommige soorten behangpapier worden sneller vuil. – Voordat u belt of verzoekt om onderhoud, dient u een probleem op te lossen door het uitvoeren van de volgende controles: Symptoom Werkt helemaal niet. Slechte koeling- of verwarmingsprestaties. Diagnostiek Zie pagina Is de stroomonderbreker uitgezet? Is er een stroomstoring geweest? Is er een zekering doorgebrand of is de stroomonderbreker geactiveerd? – Werkt de timer? 7 Is het luchtfilter vuil? 10 Is het inlaatrooster of uitgangspoort van de binneneenheid geblokkeerd? – Wordt de kamertemperatuur juist aangepast? 5 Staat er een raam of deur open? Is er direct of fel zonlicht in de kamer die gekoeld wordt? Zijn are andere verwarmingsapparaten of computers werkzaam, of zijn er teveel mensen in de kamer die gekoeld moet worden? – Is de ventilator ingesteld op “QUIET”? Wanneer de instelling van de ventilatorsnelheid is ingesteld op “QUIET” heeft ruisonderdrukking voorrang en de prestaties van de airconditioner kunnen minder worden. Als het volume van de geleverde luchtstroom niet overeenstemt met uw voorkeur, kunt u de ventilatorsnelheid instellen op “LOW” of hogere ventilatorsnelheid. 6 Is de OUTDOOR UNIT LOW NOISE modus ingesteld? 6 De luchtstroom van de dubbe- Is de dubbele ventilator verontreinigd? le ventilator is erg zwak. 10 Het apparaat werkt anders dan de instelling van de afstandsbediening. 3 Worden er batterijen in de afstandsbediening gebruikt die leeg zijn? Worden er batterijen in de afstandsbediening gebruikt die juist geplaatst zijn? Stop onmiddellijk met de werking en zet in de volgende gevallen de elektrische schakelaar uit. Raadpleeg dan geautoriseerd personeel. • Het probleem blijft aanhouden, zelfs als u deze controles of diagnostiek uitvoert. • Het "OPERATION" (WERKING) controlelampje en "TIMER" controlelampje knipperen terwijl het "ECONOMY" (ENERGIEBESPARING) controlelampje snel knippert. (Uitstluitend wanneer de “OPERATION” (WERKING) indicator en de “TIMER” indicator 5 keer knippert terwijl de “ECONOMY” (ENERGIEBESPARING) indicator snel knippert. In dit geval moet u controleren of de stofafscheider en het luchtfilter correct bevestigd zijn.) Opmerkingen: • Met betrekking tot de probleemoplossing van de draadloze LAN-controle verwijzen wij u naar de handleiding voor draadloze voor draadloze LANcontrole. GEBRUIKERSHANDLEIDING Nl-14 ">

Public link updated
The public link to your chat has been updated.
Advertisement