Fujitsu ASYG30KMTA Handleiding

Add to my manuals
15 Pages

advertisement

Fujitsu ASYG30KMTA Handleiding | Manualzz

GEBRUIKERSHANDLEIDING

GEBRUIKERSHANDLEIDING

AIRCONDITIONER (Muurgemonteerd type)

Lees vóór gebruik van dit product deze instructies goed door en bewaar deze handleiding zodat u deze later ook kunt raadplegen.

MODEL:

* Schrijf de modelnaam op.

(Raadpleeg het classificatielabel.)

ONDERDEEL Nr. 9387081244

Inhoud

1. VEILIGHEIDSMAATREGELEN ................................. 1

2. VOORBEREIDING .................................................... 2

3. NAAM VAN DE ONDERDELEN ................................ 3

3.1. Binneneenheid ................................................. 3

3.2. Afstandsbediening ............................................ 3

4. EENVOUDIGE BEDIENINGSHANDELINGEN ......... 5

5. INSTELLINGEN VAN DE LUCHTSTROOM .............. 5

5.1. Instelling ventilatorsnelheid .............................. 5

5.2. Instelling van de richting van de luchtstroom ... 5

6. BEDIENINGSHANDELINGEN VOOR DE TIMER ..... 5

6.1. Wekelijkse timer ............................................... 6

6.2. ON-timer of OFF-timer ..................................... 6

6.3. Programmatimer ............................................... 6

6.4. Slaap-timer ...................................................... 6

BEDIENINGSFUNCTIES VOOR ENERGIEBESPARING ........... 7

7.1. Zuinige stand .................................................... 7

7.2. Human sensor voor energiebesparing ............. 7

7.3. Regeling van de ventilator voor energiebesparing ....... 7

8. OVERIGE BEDIENINGSHANDELINGEN ................. 8

8.1. Krachtige werking ............................................. 8

8.2. Buitenunit Ruisonderdrukking bediening .......... 8

8.3. 10 °C Verwarmen ............................................. 8

9. INSTELLINGEN TIJDENS DE INSTALLATIE ............ 8

9.1. Eigen code-instelling van de Afstandsbediening ............. 8

10. REINIGING EN ONDERHOUD ................................. 8

11. ALGEMENE INFORMATIE ...................................... 10

12. ALS OPTIE VERKRIJGBARE ONDERDELEN ........11

12.1. Bedrade afstandsbediening .............................11

12.2. Draadloze LAN-bediening ...............................11

13. PROBLEEMOPLOSSING ....................................... 13

1. VEILIGHEIDSMAATREGELEN

Lees, voordat u dit product gebruikt, dit hoofdstuk aandachtig door, en zorg ervoor dat u de volgende voorzorgsmaatregelen neemt, zodat persoonlijk letsel en materiële schade worden voorkomen.

Onjuiste bedieningshandelingen die het gevolg zijn van het niet volgen van de instructies, kunnen leiden tot schade, de ernst waarvan als volgt wordt geclassificeerd:

WAARSCHUWING

Dit teken waarschuwt voor dodelijk of ernstig letsel.

OPGELET

Dit teken waarschuwt voor letsel of materiële schade.

Dit teken geeft een handeling aan die is VERBODEN.

Dit teken geeft een handeling aan die VERPLICHT is.

Uitleg van symbolen wordt weergegeven op de buiten-unit of de buiten-unit.

WAARSCHUWING

Dit symbool laat zien dat dit product een brandbaar koelmiddel gebruikt. Als het koelmiddel lekt en wordt blootgesteld aan een externe ontstekingsbron, is er een risico van brand.

Nl-1

OPGELET

Dit symbool laat zien dat de bedieningshandleiding aandachtig moet worden doorgelezen.

OPGELET

Dit symbool laat zien dat servicepersoneel deze apparatuur moet hanteren en daarbij de installatiehandleiding moet raadplegen.

OPGELET

Dit symbool laat zien dat informatie beschikbaar is, zoals een bedieningshandleiding of een installatiehandleiding.

WAARSCHUWING

• Het apparaat moet worden geïnstalleerd, bediend en opgeslagen in een vertrek met een vloeroppervlak van meer dan X m².

Hoeveelheid koelmiddelvulling

M (kg)

M ≤ 1,22

1,22 < M ≤ 1,23

1,23 < M ≤ 1,50

1,50 < M ≤ 1,75

1,75 < M ≤ 2,0

2,0 < M ≤ 2,5

2,5 < M ≤ 3,0

3,0 < M ≤ 3,5

3,5 < M ≤ 4,0

Minimale ruimte

X (m

2

)

-

1,45

2,15

2,92

3,82

5,96

8,59

11,68

15,26

(IEC 60335-2-40)

• Dit product bevat geen onderdelen waaraan de gebruiker onderhoud kan voor uitvoeren. Raadpleeg altijd geautoriseerd personeel voor reparatie, installatie en verplaatsing van het product.

Onjuiste installatie of behandeling zal leiden tot lekkage, elektrische schok of brand.

• In het geval van een storing, zoals brandgeur, moet u onmiddellijk stoppen met het gebruik van de airconditioner, en alle voedingen loskoppelen door het uitschakelen van de elektrische hoofdschakelaar of de stekker uit het stopcontact halen. Raadpleeg vervolgens geautoriseerd personeel.

• Zorg ervoor dat u de voedingskabel niet beschadigt.

Is de kabel beschadigd, dan mag deze uitsluitend worden vervangen door geautoriseerd servicepersoneel zodat gevaarlijke situaties worden voorkomen.

• In het geval van koelmiddellekkage moet u uit de buurt blijven van brand of brandbare stoffen, en bevoegd onderhoudspersoneel raadplegen.

• In het geval van onweer of een voorgaand teken van blikseminslag, moet u de airconditioner via de afstandsbediening uitschakelen, en het product of de stroomvoorziening niet aanraken om elektrische gevaren te voorkomen.

• Dit product moet worden opgeslagen in een vertrek zonder continu werkende ontstekingsbronnen

(bijvoorbeeld: open vuur, een werkend gasapparaat of een werkend elektrisch verwarmingstoestel).

• Dit product moet worden opgeborgen in een goed geventileerde ruimte.

• Bedenk dat koelmiddelen misschien geen geur afgeven.

• Dit product moet zo worden opgeborgen dat er geen mechanische beschadiging kan optreden.

• Dit product moet op juiste wijze worden weggedaan, in overeenstemming met nationaal en regionaal geldende voorschriften.

• Tijdens vervoer of verplaatsing van de binnen-unit moeten leidingen worden afgedekt en beschermd met de steun van de wandhaak.

Houd bij het verplaatsen van dit product niet de leidingen van de binnen-unit vast.

(De spanning die op de verbindingen van de leidingen wordt gezet kan leiden tot lekkage van brandbaar gas tijdens de werking van het systeem).

WAARSCHUWING

• Het is niet de bedoeling dat dit product wordt gebruikt door personen (waaronder kinderen) met beperkte fysische, visuele of mentale mogelijkheden, of die een gebrek hebben aan ervaring en kennis, tenzij ze onder toezicht staan of instructies hebben gekregen omtrent het gebruik van dit product door iemand die verantwoordelijk is voor hun veiligheid. Houd toezicht op kinderen zodat ze niet gaan spelen metdit product.

• Gooi het verpakkingsmateriaal veilig weg. Scheur en gooi de plastic zakken weg, zodat kinderen daarmee niet kunnen spelen. Er bestaat verstikkingsgevaar als kinderen met de originele plastic zakken spelen.

• Installeer de unit niet in een ruimte die is gevuld met minerale olie zoals een fabriekshal of een ruimte die een grote hoeveelheid gemorste olie of stoom bevat, bijvoorbeeld een keuken.

• Start of stop de werking van dit product niet door het invoegen van of trekken aan de stekker, of door het in- of uitschakelen van de stroomonderbreker.

• Gebruik geen brandbare gassen in de buurt van dit product.

• Stel uzelf niet voor vele uren bloot aan de directe koelende luchtstroom.

• Steek uw vingers of andere voorwerpen niet in de uitlaatrooster, het open paneel of het inlaatrooster.

• Gebruik het apparaat niet met natte handen.

• Gebruik geen middelen om het ontdooien of het reinigen van dit product te versnellen, anders dan middelen die worden aanbevolen door de fabrikant.

• Gebruik niet een scherp voorwerp of open vuur.

OPGELET

• Zorg altijd voor voldoende ventilatie tijdens gebruik.

• Gebruik dit product altijd met geïnstalleerde luchtfilters.

• Zorg ervoor dat elektrisch apparatuur op een afstand van ten minste 1 m van dit product staat.

• Ontkoppel alle stroomvoorziening wanneer u dit product voor een langere periode niet gebruikt.

• Na een lange periode van gebruik moet u ervoor zorgen dat de montage van de binnen-unit wordt gecontroleerd zodat wordt voorkomen dat het product valt.

• De richting van de luchtstroom en de kamertemperatuur moeten zorgvuldig worden overwogen wanneer u dit product gebruikt in een kamer met kinderen, bejaarden of zieke personen.

• Houd de ruimte rond de buiten-unit schoon en opgeruimd en plaats er geen voorwerpen omheen. Voorwerpen die de apparatuur blokkeren of in de uitlaatpoorten komen, kunnen een storing van het product veroorzaken.

• Richt de luchtstroom niet direct op open haarden of verwarmingstoestellen.

• Blokkeer of bedek het inlaatrooster en de uitlaatpoort niet.

• Oefen geen hevige druk uit op de lamellen van de radiator.

• Klim niet op het product of plaats geen voorwerpen op of hang voorwerpen aan dit product.

• Plaats geen andere elektrische producten of huishoudelijke bezittingen direct onder dit product. Druipende condensatie van dit product kan ze nat maken, en kan leiden tot schade aan of storing van uw eigendommen.

• Stel dit product niet direct bloot aan water.

• Gebruik dit product niet voor het bewaren van voedsel, planten, dieren, precisie-apparatuur, kunstwerken of andere objecten. Dit kan leiden tot achteruitgang in de kwaliteit van deze producten.

• Stel geen dieren of planten direct bloot aan de luchtstroom.

• Drink de afvoer van de airconditioner niet.

• Trek niet aan de voedingskabel.

OPGELET

• Raak de aluminium lamellen van de warmtewisselaar ingebouwd in dit product niet aan, om letsel bij repareren van het apparaat te voorkomen.

• Ga niet op een onstabiele ondergrond of ladder staan bij gebruik of reiniging van dit product. Het kan omvallen en letsel veroorzaken.

Dit product bevat gefluoreerde broeikasgassen.

2. VOORBEREIDING

WAARSCHUWING

• Zorg ervoor dat baby´s en jonge kinderen niet per ongeluk de batterijen kunnen inslikken.

OPGELET

• Als vloeistof van een lekkende batterij in contact komt met uw huid, ogen of mond, moet onmiddellijk spoelen met water en uw arts raadplegen.

• Lege batterijen moeten onmiddellijk worden verwijderd en afgevoerd volgens de plaatselijke wetten en regelgeving van uw regio.

• Probeer niet droge batterijen op te laden.

• Gebruik geen droge batterijen die zijn opgeladen.

Binnenunit accessoires

Gaarne controleren of de volgende accessoires zijn meegeleverd.

Afstandsbediening Houder afstandsbediening

Tapschroeven

Batterijen

1

Luchtreiniging filters Filterhouders

Installatie houder afstandsbediening

2 3

Schroeven

Plaatsen

Opschuiven

Nl-2

Batterij laden en voorbereiding afstandsbediening

(R03/LR03/AAA x 2)

2

3

8

4

1

1

~

3

Plaats de batterijen zoals in bovenstaande afbeelding wordt weergegeven.

4

Druk op

5

Druk op

teneinde de klokinstelling te staren.

( )

voor het instellen van de dagen van de week (Maandag tot Zondag).

* Door te drukken op , zal de time indicator worden gewijzigd van een 24-uur naar een 12-uur klok.

6

Druk op

7

Druk op

om verder te gaan.

( )

om de klok in te stellen.

Druk op de knoppen om de klok met een minuut te wijzigen.

Houd de knoppen ingedrukt om de klok met 10 minuten te wijzigen.

8

Druk op om de instelling af te ronden.

Sta dichtbij de binnenunit. Bij het drukken op de knop op een afstand, worden de instellingen mogelijk niet correct verzonden.

OPMERKINGEN:

• Gebruik alleen het aangegeven type van batterijen.

• Gebruik geen verschillende typen batterij of nieuwe en gebruikte batterijen door elkaar.

• Batterijen kunnen bij normaal gebruik gedurende ongeveer 1 jaar worden gebruikt.

• Als u merkt dat het bereik van de afstandsbediening afneemt, vervang dan de batterijen. en druk op zoals weergegeven op pagina 4.

• Wanneer u de batterijen vervangt, worden de instellingen geïnitialiseerd.

6

5

7

3. NAAM VAN DE ONDERDELEN

OPGELET

Voor passende signaaloverdracht tussen de afstandsbediening en de binneneenheid moet u de signaalontvanger uit de buurt houden van:

- Direct zonlicht of ander sterk lichten

- Flat-paneel-tv-scherm

In kamers met onmiddellijke tl-verlichting, zoals type-omvormers, wordt het signaal misschien niet goed doorgegeven. In een dergelijk geval moet u contact opnemen met de winkel waar u het product hebt gekocht.

3.1. Binneneenheid

: De instructie heeft betrekking op de draadloze LAN-bediening (optioneel).

Voor Handmatig Automatische bediening en reset van het Filterindicatielampje (Raadpleeg pagina 14.)

Classificatielabel

Voorpaneel

Inlaatrooster

*1)

Luchtreiniging filter

W-LAN

Luchtfilter

Nl-3

Indicatielampjes

*2)

Ontvanger signaal afstandsbediening

Human sensor

(Raadpleeg pagina 7.)

Afvoerslang

*1) Controleer, voor u de werkzaamheden start, dat het inlaatrooster volledig is gesloten. Onvolledig afsluiten kan gevolgen hebben voor het juist functioneren of de prestaties van het product.

*2) Er gaan onder de volgende omstandigheden indicatielampjes branden.

Naam

Bedieningshandeling

Timer

Kleur

Groen

Oranje

Bedieningshandeling of conditie

Normale werking

Timerwerking

Zuinige

W-LAN

Groen

Oranje

Zuinige stand

10 °C Verwarmen

Draadloze LAN-besturing is actief.

3.2. Afstandsbediening

Wanneer u de optionele afstandsbediening gaat gebruiken, kunnen de weergave en de bedieningsprocedure verschillen.

Voor informatie, gaarne de bedieningshandleiding van de afstandsbediening raadplegen.

: De instelling moet worden gedaan wanneer het instellingenscherm wordt getoond voor elke functie.

: De knop is alleen regelbaar wanneer de airconditioner aanstaat.

: De instructie heeft betrekking op de draadloze LAN-bediening (optioneel).

Signaalzender

Richt juist op de signaalontvanger van de binneneenheid.

• Werkgebied is ongeveer 7 m.

• [ ] verschijnt wanneer het signaal wordt verzonden.

• De binneneenheid zal een akoestisch signaal laten klinken wanneer het signaal goed wordt ontvangen. Als er geen signaal klinkt, moet u de knop nogmaals indrukken.

Display afstandsbediening

In deze paragraaf worden alle mogelijke beschrijvingen voor controlelampjes weergegeven. In de huidige bediening wordt het display gekoppeld met de toetsbediening, en toont alleen de noodzakelijke controlelampjes voor elke instelling.

Voor eenvoudige bedieningshandelingen .......Raadpleeg pagina 5.

Start of stopt de werking van de airconditioner.

Wijzigt de bedrijfsstand.

Past de insteltemperatuur aan.

Voor 10 °C Verwarming bediening .............Raadpleeg pagina 8.

Activeert de 10 °C Verwarming bediening.

Voor Energiebesparing bedieningen .........Raadpleeg pagina 7.

Deactiveert en deactiveert de stand

Energiebesparing.

Activeert of deactiveert het energiebesparingsprogramma dat de human sensor gebruikt .

Voor Buitenunit Ruisonderdrukking bediening

....Raadpleeg pagina 8.

Activeert of deactiveert de Ruisonderdrukking bediening van de Buitenunit.

Druk niet op deze knop bij normaal gebruik.

Hiermee wordt het proefdraaien gestart (uitsluitend te gebruiken door bevoegd servicepersoneel).

OPMERKINGEN:

Als het proefdraaien onbedoeld wordt gestart, kunt u het proefdraaien afsluiten door op te drukken.

OPGELET

• Om storingen of beschadigingen aan van de afstandsbediening te voorkomen moet u het volgende doen:

- Plaats de afstandsbediening op een plek waar zij niet zal worden blootgesteld aan direct zonlicht of overmatige hitte.

- Verwijder de batterijen als het product voor een langere periode niet wordt gebruikt.

• Obstakels zoals een gordijn of een muur tussen afstandsbediening en de binneneenheid kunnen de juiste signaaloverdracht beïnvloeden.

• Stel de afstandsbediening niet bloot aan sterke schokken.

• Giet geen water op de afstandsbediening.

Voor Krachtige werking ........ Raadpleeg pagina 8.

Activeert of deactiveert de stand Krachtige werking.

Voor instellingen van de luchtstroom ........Raadpleeg pagina 5.

Regelt de ventilatorsnelheid.

Stelt de functie Automatisch Zwenken in.

Regelt de horizontale luchtstroomrichting.

Past de luchtstroom in verticale richting aan.

Voor werking van de timer .... Raadpleeg pagina 5.

Activeert of deactiveert de Week-timer.

Activeert of deactiveert de On timer, Off timer, of Programma timer.

Activeert of deactiveert de Slaap-timer.

Start de instelling van de timer.

Verzendt de timer- of klokinstelling naar de binnenunit.

Als u naar beneden drukt, gaat u naar de instellingsmodus voor draadloos LAN. (Raadpleeg pagina 12.)

Verzendt de timer- of klokinstelling naar de volgende stap.

Keert de timer- of klokinstelling terug naar de vorige stap.

Als u naar beneden drukt, activeert of deactiveert u de draadloze LAN-besturing.

(Raadpleeg pagina 12.)

Past de waarde van de timer- of klokinstellingen aan.

Start de klokinstelling.

Na het plaatsen van de batterijen

Druk op deze knop zoals weergegeven in de afbeelding. Gebruik de punt van een balpen of een ander klein voorwerp.

RESET

Nl-4

4. EENVOUDIGE BEDIENINGSHANDELINGEN

3 stappen voor het starten van de werking

1.

Druk op als u de werking wilt starten of stoppen.

2.

Druk op als u de werkstand wilt selecteren.

De werkstand verandert als volgt.

AUTO

(Koelen)

DRY

(Drogen)

FAN

(Ventileren)

HEAT

(Verwarmen)

3.

Stel de gewenste temperatuur in met een druk op

De temperatuur wijzigt in stappen van 0,5 °C.

.

Temperatuurinstelbereik

Auto/Koelen/Drogen 18,0 - 30,0 °C

Verwarmen 16,0 - 30,0 °C

OPMERKINGEN:

• Stel, in de stand Koelen of Drogen

- de temperatuur hoger in dan de actuele temperatuur van het vertrek.

- de ventilator van de binnen-unit kan zo nu en dan tot stilstand komen voor regeling van de ventilator ten behoeve van energiebesparing, het draaien van de ventilator van de binnen-unit wordt gestopt wanneer de buiten-unit tot stilstand is gekomen.

In de begininstelling is deze functie geactiveerd.

Raadpleeg pagina 7 als u de functie wilt deactiveren.

• In stand Verwarmen,

- stelt u de temperatuur hoger in dan de actuele temperatuur van het vertrek.

-de ventilator van de binneneenheid werkt in deze stand eerst 3 - 5 minuten lang op zeer lage snelheid.

-de functie automatische ontdooiing neemt het over van de functie

Verwarmen, wanneer dat nodig is.

• In de stand Ventileren is temperatuurregeling niet beschikbaar.

Omschakelen Temperatuureenheid

1.

Druk op totdat alleen de klok wordt weergegeven.

2.

De knop

De huidige temperatuureenheid wordt weergegeven. (Fabrieksinstelling: °C)

3.

Druk op

voor meer dan 5 secondn ingedrukt houden.

voor het omschakelen van de temperatuureenheid. (°C ⇔ °F)

4.

Druk op om de instelling af te ronden.

Indien u 30 seconden lang niet op de knop drukt, wordt de weergegeven temperatuureenheid ingesteld.

5. INSTELLINGEN VAN DE LUCHTSTROOM

5.1. Instelling ventilatorsnelheid

) )

te drukken.

De snelheid van de ventilator verandert als volgt.

Bereik van de richting van de luchtstroom

Richting verticale luchtstroom

1

2

3

4

5 6

Wijzig door

1 ⇄ 2 ⇄ 3 ⇄ 4 ⇄ 5 ⇄ 6

Functie Zwenken door

Koelen, Drogen 1

Verwarmen

Ventileren *

3

1

4

6

4 of 3 6

* Het bereik van de functie Zwenken wordt bepaald door de richting van de luchtstroom die is ingesteld voordat de functie zwenken is ingeschakeld.

OPMERKINGEN:

• Stel de lamellen voor de richting van de luchtstroom niet met de hand af.

• In de stand Auto of Verwarmen blijft de richting van de luchtstroom, vanaf de start van de functie, enige tijd in positie 1.

• In de stand Koelen of Drogen wordt positie 1 - 3 geadviseerd zodat wordt voorkomen dat uw bezittingen worden beschadigd door druppels condenswater. Als positie 4 - 6

30 minuten of meer in deze standen wordt aangehouden, verandert de richting van de luchtstroom automatisch naar stand 3.

• Wanneer u de mobiele app gebruikt (als optie verkrijgbare draadloze LAN-bediening noodzakelijk) kan voor de verticale luchtstroom worden gekozen uit 4 posities.

Horizontale luchtstroomrichting

1

2

3

4

5

Wijzig door

Functie Zwenken door

1 ⇄ 2 ⇄ 3 ⇄ 4 ⇄ 5

1 5

OPMERKINGEN:

In de modus Auto-modus kunt u de luchtstroomrichting een tijdje niet wijzigen vanaf het begin van de bewerking.

6. BEDIENINGSHANDELINGEN

VOOR DE TIMER

OPMERKINGEN:

Wanneer het indicatielampje [ ] op de binneneenheid knippert, stel de klok en de timer dan opnieuw in. Dit knipperen is een aanwijzing dat de interne klok opnieuw moet worden ingesteld omdat er een onderbreking van de stroomvoorziening is geweest. (Raadpleeg pagina 10.)

Instellingsprocedure van de Timer

De klok aanpassen vóór u de timer instelt. (Zie "voorbereiding afstandsbediening").

1.

Druk op .

knippert op het display van de afstandsbediening.

2.

Druk op

( )

voor het kiezen van de timer bediening.

De timer bediening zal als volgt veranderen.

Wekelijkse timer

Hiermee kunt u bedieningsschema's instellen van maximaal 4 instellingen voor elke dag van de week.

[ ]

On timer

Start de werking op het gewenste tijdstip.

[ ] Off timer

Stopt de werking op het gewenste tijdstip.

(Auto) (Hoog) (Gemidd.) (Laag) (Stil)

Wanneer is geselecteerd, is de snelheid van de ventilator afhankelijk van de werkstand.

Teneinde de luchtreinigende werking te verhogen, stelt u de ventilatorsnelheid op Hoog.

5.2. Instelling van de richting van de luchtstroom

Raadpleeg voor gegevens over het bereik van de luchtstroom

"Bereik van de richting van de luchtstroom".

Instelling richting verticale luchtstroom

)

)

)

U kunt de verticale luchtstroomrichting aanpassen door op

)

te drukken.

Instelling richting horizontale luchtstroom

om de horizontale luchtstroom aan te passen.

Instelling functie Zwenken

) )

als u de functie Zwenken wilt selecteren.

De functie Zwenken verandert als volgt.

Omhoog/omlaag Links/rechts Omhoog/omlaag/links/rechts Stop Zwenken

Nl-5

OPMERKINGEN:

De functie Zwenken kan tijdelijk stoppen wanneer de ventilator van de binnen-unit op zeer lage snelheid draait of stopt.

[ ]

Slaap-timer

Deze zorgt ervoor dat u comfortabel kunt slapen doordat de werking van de airconditioner geleidelijk wordt verminderd.

3.

Druk op .

4.

Instellen van elke timer bediening.

Voor meer informatie, raadpleeg de volgende instructies van elke timer.

5.

Druk op om de timerinstelling af te ronden.

Sta dichtbij de binnenunit.

• Om de timerinstelling tijdens de procedure te annuleren, drukt u nogmaals op .

6.1. Wekelijkse timer

Instelgegevens

1.

Selecteer Week timer in stap 2 van de "Instellingsprocedure van de Timer".

2.

Druk op

( )

voor het selecteren van het programmanummer en de dag van de week.

Geselecteerd programmanummer (1~4) en dag van de week zullen knipperen.

Maandag

Dinsdag

Woensdag

Donderdag

Vrijdag

Zaterdag

Zondag

3.

Druk op

4.

Druk op

(Zonder timer)

.

(

Programmanummer

Dagen van de week

)

voor het kiezen van de timer bediening.

(On timer) (Off timer)

5.

Druk op .

* Wanneer u "Zonder timer" kiest in stap 4, zal de instellingen display terugkeren naar stap 1.

6.

Druk op

( )

voor het instellen van on time of off time.

7.

Druk op .

* Wanneer u "Off timer" kiest in stap 4, zal de instellingen display terugkeren naar stap 1.

8.

Druk op

( )

voor het instellen van de temperatuur.

Temperatuurinstelbereik

Auto, Koelen, of

Drogen modus:

18,0-30,0 °C

*Zelfs als u instelt op 10,0, 16,0,-17,5 °C, zal de airconditioner werken op 18,0 °C.

Stand Verwarmen: 10,0 of 16,0-30,0 °C

9.

Druk op .

De instellingen display zal terugkeren naar stap 1.

10.

Druk op om de instelling af te ronden.

Sta dichtbij de binnenunit.

OPMERKINGEN:

[ ] indicator op de binnenunit zal niet inschakelen, zelfs als de instelling is afgerond.

• Indien u wilt terugkeren naar de vorige stap, drukt u op

• Gebruik voor het checken van het schema

( browsen van de instellingen van de Week-timer in stap 1.

Voor het afronden van het checken, drukt u op .

.

) voor het

• Teneinde de Week timer uit te schakelen, drukt u op terwijl

op het display van de afstandsbediening wordt weergegeven.

Het indicatielampje verdwijnt.

OPMERKINGEN:

• De bedieningsmodi zijn hetzelfde als de modus bij de laatste keer dat de bewerking werd gestopt, zoals Koelen → Verwarmen

→ Koelen → Verwarming type van de bedieningen kan niet automatisch worden ingesteld.

• De ON-timer zal werken als u de ON-timer en de OFF-timer op hetzelfde tijdstip instelt.

• Als twee ON-timers op hetzelfde tijdstip zijn ingesteld, zal de airconditioner werken op volgorde van het programmanummer.

• U kunt de Week timer en de anderen timers tegelijkertijd instellen.

Indien u de On/Off-timer, de Programma-timer of de Slaap-timer instelt terwijl de Week timer is geactiveerd, zal de Week timer worden uitgeschakeld.

Activeer, in dat geval, de Wekelijkse timer nadat de andere timer is geëindigd.

• Wanneer de bedrade afstandsbediening (optioneel) is aangesloten, is deze functie beperkt.

Voorbeelden van Week timer

Voorbeeld 1

7:00 9:00 11:00

Maandag tot

Vrijdag

Programma 1 Programma 2

Aan

26 °C

Wekken

Uit

Naar het werk

17:00

Programma 3 Programma 4

Aan

28 °C

Thuiskomen

23:00

Uit

Slapen gaan

Zaterdag

Zondag

(Geen timerinstellingen)

Programma 1 Programma 2 Programma 3 Programma 4

(Aan)

Uit

(Aan)

Uit

(Aan)

Uit Uit

(Aan)

Voorbeeld 2: U kunt temperatuurinstellingen opgeven met behulp van de timer Aan in de Week timer.

7:00

Programma 1

Aan

28 °C

9:00

Programma 2

Aan

26 °C

17:00

Programma 3

Aan

27 °C

23:00

Programma 4

Aan

28 °C

6.2. ON-timer of OFF-timer

1.

Selecteer On timer of Off timer in stap 2 van de

"Instellingsprocedure van de Timer".

2.

Druk op

( )

voor het instellen van on time of off time.

Door te drukken op de knop: Zal de tijd wijzigen met +5/-5 minuten.

Door de knop ingedrukt te houden: Zal de tijd wijzigen met +10/-10 minuten.

• Voor het uitschakelen van de On/Off-timer, drukt u op terwijl

op het display van de afstandsbediening wordt weergegeven.

Het indicatielampje verdwijnt.

6.3. Programmatimer

1.

Stel de On-timer en de Off-timer in. (Raadpleeg "6.2. ONtimer of OFF-timer").

2.

Selecteer Programma timer in stap 2 van de

"Instellingsprocedure van de Timer".

De timer waarvan de ingestelde tijd dichter bij de huidige tijd ligt, zal eerst werken.

De volgorde van de werking van de timer wordt als volgt weergegeven:

Timer Indicatielampje op display van afstandsbediening

On→Off-timer

Off→On-timer

OPMERKINGEN:

U kunt de Programmatimer alleen instellen met een onderbreking van 24 uur.

6.4. Slaap-timer

1.

Selecteer Slaap timer in stap 2 of "Instellingsprocedure van de Timer".

2.

Druk op bediening stopt.

( )

voor het instellen van de tijd tot de

Telkens wanneer u op de knop drukt, verandert u de tijd als volgt:

(30 min.)

00M uren

• Teneinde de Slaap timer uit te schakelen, drukt u op terwijl op het display van de afstandsbediening wordt weergegeven.

Het indicatielampje verdwijnt.

Nl-6

Nl-7

Tijdens de werking van de Slaap-timer verandert de instelling van de temperatuur zoals in de volgende afbeelding wordt getoond.

In stand Verwarmen

Stand Koelen of Drogen

1 °C 2 °C 3 °C 4 °C

Tijd instellen

30 min.

1 uur

Temperatuur instellen

1 uur

1,5 uur

Tijd instellen

1 °C

2 °C

De werking van de airconditioner wordt uitgeschakeld wanneer de ingestelde tijd is verstreken.

7. BEDIENINGSFUNCTIES VOOR

ENERGIEBESPARING

7.1. Zuinige stand

Bespaart meer elektriciteit dan andere bedrijfsstanden doordat de temperatuur op een gematigde instelling wordt gezet.

) )

Druk op als u de zuinige stand wilt activeren/deactiveren.

Indicatielampje [ ] op de binneneenheid zal gaan branden.

Bedrijfsstand Temperatuur van het vertrek

Koelen/Drogen Enkele graden hoger dan de ingestelde temperatuur

Verwarmen Enkele graden lager dan de ingestelde temperatuur

OPMERKINGEN:

• In de standen Koelen, Verwarmen of Drogen is het maximale rendement van deze bedrijfsstand ongeveer 70% van de gebruikelijke werking.

• Deze bedieningshandelingen kan niet worden uitgevoerd tijdens de temperatuurbewaking in de stand Auto.

7.2. Human sensor voor energiebesparing

WAARSCHUWING

• Gebruik deze functie niet als er slechts baby's, kinderen, bejaarden of zieke mensen in de kamer aanwezig zijn.

OPGELET

• Deze functie niet in serverruimtes of op andere plaatsen waar niemand aanwezig is gebruiken.

• Plaats geen grote objecten in de buurt van de human sensor. Houd verwarmingseenheden tevens buiten het detectiegebied van de sensor.

Wanneer er zich niemand in de kamer bevindt, werkt de airconditioner matig om verspilling van elektriciteit te voorkomen.

(Deze functie is ingeschakeld ten tijde van aankoop.)

) ) .

Wanneer het Energiebesparingsprogramma is geactiveerd, zal

op het display van de afstandsbediening inschakelen.

OPMERKINGEN:

• De volgende bedieningen hebben voorrang op het energiebesparingsprogramma.

-Slaap-timer bediening

10 ˚C Verwarming bediening

• Het energiebesparingsprogramma werkt mogelijk niet als de kamertemperatuur verschilt van de ingestelde temperatuur, zoals wanneer onmiddellijk na het starten van de operatie.

Informatie over het

Energiebesparingsprogramma

Human sensor op de binnenunit detecteert bewegingen van mensen.

Als er gedurende 20 minuten niemand zich in de kamer bevindt, zal de temperatuur matig worden aangepast.

Wanneer iemand terugkomt in de kamer, keert de airconditioner terug naar de oorspronkelijke instellingen.

Bedrijfsstand

Temperatuur van het vertrek

(Wanneer niemand aanwezig is)

Koelen/Drogen Hoger dan de ingestelde temperatuur (Max. +2˚C)

Verwarmen Lager dan de ingestelde temperatuur (Max. -4˚C)

Auto

Afhankelijk van de bedieningsmodus (Koelen/

Verwarmen/ Drogen).

Detectiebereik van de Human sensor

Zijaanzicht Bovenaanzicht

7 m

90°

50°

7 m

50°

OPMERKINGEN:

Aangezien de Human sensor infraroodlicht detecteert dat door mensen wordt uitgestraald, kan de detectie onjuist zijn in de volgende situaties.

Situaties waarin de sensor niemand in de kamer kan detecteren, zelfs als er iemand aanwezig is:

• Wanneer de kamertemperatuur hoog is en het verschil met de lichaamstemperatuur van mensen gering is. (Zoals wanneer de temperatuur in de zomer 30˚C of hoger is.)

• Wanneer iemand in de kamer zich gedurende lange tijd beweegt.

• Wanneer iemand achter een bank, ander meubilair is verstopt, glas of in vergelijkbare situaties.

• Wanneer iemand extreem dikke kleding draagt en met de rug richting de sensor staat.

Situaties waarin de sensor personen in de kamer kan detecteren, zelfs als er iemand aanwezig is:

• Wanneer er een hond of een kat in de kamer rondloopt.

• Wanneer wind gordijnen of planten heen en weer beweegt.

• Wanneer verwarmingsunits, luchtbevochtigers of elektrische apparaten zoals oscillerende elektrische ventilatoren in werking zijn.

7.3. Regeling van de ventilator voor energiebesparing

In de Koelen bediening, wanneer de temperatuur van het vertrek de ingestelde temperatuur bereikt, de ventilator van de binnenunit met onderbrekingen, zodat energie wordt bespaard.

(Deze functie is ingeschakeld ten tijde van aankoop.)

Teneinde de instelling te veranderen, gebruikt u de volgende stappen;

1.

Druk op totdat alleen de klok op het display van de afstandsbediening wordt weergegeven.

2.

De knop voor meer dan 5 secondn ingedrukt houden.

De huidige Ventilator Besturingsstatus ( ) wordt weergegeven.

3.

Druk op voor het schakelen tussen geactiveerd

( ) of gedeactiveerd ( ).

4.

Druk op om de instellingen naar de binnenunit te versturen.

Het display zal in het oorspronkelijke scherm terugkeren.

OPMERKINGEN:

Indien u geen van de knoppen gedurende 30 seconden aanraakt na wordt weergegeven, zal het uitschakelen. In het voorgaande geval, herhaalt u de instellingen van stap 2.

8. OVERIGE BEDIENINGSHANDELINGEN

8.1. Krachtige werking

In de stand voor de krachtige werking werkt de airconditioner op maximaal vermogen en wordt het vertrek met een krachtige luchtstroom snel gekoeld of verwarmd.

) )

als u de stand voor de krachtige werking wilt activeren/deactiveren.

Wanneer deze stand wordt geactiveerd klinken er uit de binneneenheid 2 korte piepjes.

Wanneer deze stand wordt gedeactiveerd klinken er uit de binneneenheid 1 korte piepjes.

De stand voor de krachtige werking wordt automatisch uitgeschakeld in de volgende situaties:

• De stand voor de krachtige werking is voor een bepaalde tijd ingeschakeld en de temperatuur van het vertrek bereikt de in de stand Koelen, Drogen of Verwarmen ingestelde temperatuur.

• 20 minuten nadat de stand voor de krachtige werking is gestart.

OPMERKINGEN:

• De luchtstroomrichting en de ventilatorsnelheid worden automatisch gecontroleerd.

• De stand voor de krachtige werking kan niet tegelijkertijd worden uitgevoerd met de Zuinige stand.

• De Powerful bewerking heft de volgende bewerkingen op. Wanneer de volgende bewerkingen zijn ingesteld, zullen ze starten nadat de

Powerful bewerking is voltooid.

-Buitenunit Ruisonderdrukking bediening

-Energiebesparingsprogramma

• Wanneer de bedrade afstandsbediening (optioneel) is aangesloten, is deze functie beperkt.

8.2. Buitenunit Ruisonderdrukking bediening

De Buitenunit Ruisonderdrukking bediening reduceert het geluid van de buitenunit. Tijdens de bediening, zal het aantal omwentelingen van de compressor afnemen en de ventilator van de buitenunit draait langzaam.

) )

voor het activeren of deactiveren van de

Ruisonderdrukking bediening van de Buitenunit.

Wanneer de Buitenunit Ruisonderdrukking bediening is geactiveerd, zal op het display van de afstandsbediening worden weergegeven.

De instelling blijft bewaard, zelfs als de airconditioner is uitgeschakeld.

OPMERKINGEN:

• Deze bewerking kan niet tegelijkertijd worden uitgevoerd met de

Ventilator modus, Drogen modus, en Powerful bediening.

• Wanneer de bedrade afstandsbediening (optioneel) is aangesloten, is deze functie beperkt.

8.3. 10 °C Verwarmen

10 °C Verwarmen bediening houdt de kamertemperatuur op 10 °C, zodat de kamertemperatuur niet te laag kan worden.

) )

voor het activeren van de 10 °C

Verwarming bediening.

De binnenunit zal 1 korte pieptoon laten horen en [ ] indicator op de binnenunit zal uitschakelen.

) ) voor het uitschakelen van de airconditioner.

[ ] indicator zal uitschakelen.

OPMERKINGEN:

• Tijdens de 10 °C Verwarming bediening, zijn slechts en

geldig.

• Wanneer de kamertemperatuur warm genoeg is, wordt deze functie niet uitgevoerd.

• Wanneer de bedrade afstandsbediening (optioneel) is aangesloten, is deze functie beperkt.

9. INSTELLINGEN TIJDENS DE INSTALLATIE

9.1. Eigen code-instelling van de Afstandsbediening

Door de eigen code van de binnenunit en afstandsbediening in te stellen, kunt u de airconditioner specificeren die de afstandsbediening bestuurt.

Wanneer er twee of meer airconditioners in de kamer aanwezig zijn en u wenst deze afzonderlijk te bedienen, stelt u de eigen code in (4 selecties zijn mogelijk).

OPMERKINGEN:

Indien eigen codes verschillend zijn tussen de binnenunit en de afstandsbediening, kan de binnenunit geen signaal van de afstandsbediening ontvangen.

Hoe de eigen code van de afstandsbediening in te stellen

1.

Druk op totdat alleen de klok op het display van de afstandsbediening wordt weergegeven.

2.

De knop voor meer dan 5 secondn ingedrukt houden.

De huidige eigen code zal worden weergegeven (oorspronkelijk ingesteld op A).

3.

Druk op voor het wijzigen van de eigen code tussen

A↔B↔C↔D ( ).

* Pas de eigen code op het display aan de eigen code van de airconditioner.

4.

Druk nogmaals op .

De eigen code zal worden ingesteld.

Het display zal naar de oorspronkelijke klok terugkeren.

• Om de eigen code van de airconditioner te wijzigen, neem t u contact op met een bevoegd servicepersoneel (oorspronkelijk ingesteld op A).

• Indien u gedurende 30 seconden geen knoppen indrukt zal de eigen code worden weergegeven, en het display zal naar de klokweergave terugkeren. In het voorgaande geval, herhaalt u de instellingen van stap 2.

• Afhankelijk van de afstandsbediening, de eigen code zal terugkeren naar A bij het vervangen van de batterijen. In dit geval, kunt u de eigen code resetten. Indien u niet weet welke eigen code een airconditioner heeft, probeert u elke code totdat u de code vindt die bij de airconditioner past.

10. REINIGING EN ONDERHOUD

OPGELET

• Voor het reinigen van dit product, moet u hem uitzetten en loskoppelen van de stroomvoorziening.

• Voor het werken moet u ervoor zorgen dat het inlaatrooster volledig is afgesloten. Onvolledig afsluiten van het inlaatrooster kan effect hebben op de juiste werking of de prestaties van de airconditioner.

• Ga voorzichtig te werk, laat het inlaatrooster niet vallen.

• Als bij het reinigen van filters werk op hoogte moet worden uitgevoerd, vraag dan advies aan bevoegd servicepersoneel.

• Voorkom dat u zich verwondt bij het verrichten van onderhoud aan de unit, raak de aluminium lamellen van de warmtewisselaar ingebouwd in de binneneenheid niet aan.

• Stel de binneneenheid niet bloot aan vloeistofinsecticiden of haarspray.

• Sta niet op gladde, ongelijke of onstabiele ondergrond wanneer u het apparaat onderhoudt.

Luchtreiniging filters

(Apple catechin filter, Ion-ontgeuringsfilter)

Inlaatrooster

Behuizing binneneenheid

Luchtfilters

Nl-8

De frequentie voor het schoonmaken wordt in de volgende tabel getoond.

Wat u moet doen

Reinigen van de behuizing van de binneneenheid

Inlaatrooster reinigen

Het luchtfilter reinigen

Reinigen van het Ion ontgeuringsfilter

Vervangen van het Apple-catechin filter

(Model naam: UTR-FA13-1)

Vervangen van het Ion ontgeuringsfilter

(Model naam: UTR-FA13-2)

Frequentie

Wanneer u merkt

Om de 2 weken

Iedere 3 maanden

Elke 3 jaar

* De luchtzuiveringsfilters worden apart verkocht. Neem contact op met de winkel van aankoop, wanneer u ze vervangt.

Reinigen van de behuizing van de binneneenheid

OPMERKINGEN:

• Gebruik geen water warmer dan 40 °C.

• Gebruik geen schurend reinigingsmiddel, vluchtige oplosmiddelen zoals benzeen of thinner.

1.

Veeg de behuizing van de binneneenheid voorzichtig schoon met een in water vochtig gemaakte zachte doek.

2.

Veeg de binneneenheid voorzichtig droog met een droge, zachte doek.

Inlaatrooster reinigen

Inlaatrooster losnemen

1.

Open het inlaatrooster.

2.

Terwijl u de linker en rechter montage-as voorzichtig naar buiten drukt, trekt u aan het inlaatrooster.

Het luchtfilter reinigen

1.

Open het inlaatrooster tot deze klikt.

2.

De luchtfilters reinigen.

Til het handvat van het luchtfilter op, maak de twee lagere lipjes los en neem het luchtfilter uit eruit.

Handgreep luchtfilter

Haakjes (2 plaatsen)

3.

Verwijder het stof op een van de volgende manieren.

• Schoonmaken met een stofzuiger.

• Afwassen met een warm sopje van een mild schoonmaakmiddel. Laat de luchtfilters na het schoonwassen grondig drogen in de schaduw .

4.

Vervang de luchtfilters.

Houd de zijkanten van het luchtfilter langs het paneel en druk het filter geheel naar binnen.

Controleer dat de twee onderste nokjes goed terugkeren in hun uitsparingen in de binneneenheid.

5.

Sluit het inlaatrooster.

Druk op 4 plaatsen op het inlaatrooster tot het rooster volledig sluit.

Inlaatrooster reinigen

1.

Reinig het inlaatrooster voorzichtig met water of veeg het voorzichtig schoon met een zachte doek die u vochtig heeft gemaakt met warm water.

2.

Veeg het inlaatrooster droog met een droge, zachte doek.

Inlaatrooster installeren

1.

Plaats, terwijl u het inlaatrooster horizontaal houdt de linker- en rechter montage-assen in de kussenblokken aan de bovenzijde van het voorpaneel.

De steek de assen in tot deze goed op hun plaats vastklikken.

2.

Sluit het inlaatrooster.

3.

Druk op 4 plaatsen op het inlaatrooster tot het rooster volledig sluit.

OPMERKINGEN:

Als er zich vuil op het luchtfilter verzamelt, wordt de luchtstroom beperkt, neemt de bedrijfs-efficiency af en neemt het lawaai toe.

Reinigen van het Ion-ontgeuringsfilter en

Vervangen van het Apple-catechin filter

1.

De luchtfilters reinigen. Raadpleeg stappen 1 ~ 2 van "Het luchtfilter reinigen".

2.

Verwijder de luchtreinigingsfilters uit de luchtfilterhouder.

Luchtfilterhouder

Luchtreiniging filter

3.

Spoel het Ion-ontgeuringsfilter (lichtblauw) door met warm water onder hoge druk, totdat het oppervlak van de filters bedekt is met water.

4.

Was het Ion-ontgeuringsfilter met een neutraal reinigingsmiddel.

Niet scheuren of wrijven, anders kan het geurbestrijdende effect verminderen.

5.

Spoel het Ion-ontgeuringsfilter met stromend water.

6.

Droog het Ion-ontgeuringsfilter in de schaduw.

7.

Verwijder het Apple-catechin-filter (lichtgroen) uit de filterhouder voor het luchtfilter.

8.

Plaats de nieuwe of gewassen luchtreinigingsfilters in de luchtfilterfilters.

OPMERKINGEN:

Gebruik het Apple-catechin-filter zo snel mogelijk na het openen van de verpakking. Het luchtreinigende effect neemt af wanneer de filters in de geopende verpakking worden achtergelaten.

Nl-9

9.

Monteer de luchtfilterhouders op de luchtfilters.

Bevestig de 2 haken aan de achterkant van het filterframe voor luchtfilter in met de vergrendeling aan beide uiteinden van het luchtfilter.

Haken (2 plaatsem aam de achterkant)

OPMERKINGEN:

Zorgt u ervoor dat het luchtzuiveringsfilter niet buiten het frame uitsteekt.

10.

Maak de zes bevestigingspunten aan de bovenzijde en aan de onderzijde van de luchtfilterhouder vast met de haken van het luchtfilter.

Achterzijde van het filter

Bevestigingspunt, haak (6 plaatsen)

Vergrendeling (2 plaatsen)

11.

Vervang de luchtfilters en sluit het inlaatrooster. Raadpleeg stappen 4 ~ 5 van "Het luchtfilter reinigen".

Vervangen van het Ion ontgeuringsfilter

1.

De luchtfilters reinigen. Raadpleeg stappen 1 ~ 2 van "Het luchtfilter reinigen".

2.

Verwijder het Ion-ontgeuringsfilter (lichtblauw) uit de filterhouder voor het luchtfilter.

3.

Installeer de nieuwe Ion-ontgeuringsfilter.

Na langdurig niet-gebruik van de unit

Als u de binneneenheid voor 1 maand of langer hebt afgesloten, schakel dan voor een halve dag de functie FAN in zodat de interne onderdelen goed drogen voorafgaand aan de normale werking.

Aanvullende inspectie

Na een lange gebruiksperiode kan het zich in de binneneenheid verzamelde stof de prestaties van de unit beperken, zelfs als u het apparaat op juiste wijze het onderhouden.

U kunt dan het beste een inspectie van de unit uitvoeren.

Neem voor meer informatie contact op met geautoriseerd personeel.

Reset van de filterindicator (Speciale instelling)

Deze functie kan worden gebruikt als deze op juiste wijze is ingesteld bij de installatie. Vraag aan geautoriseerd servicepersoneel advies over het gebruik van deze functie.

) ) volgende laat zien:

Indicatielampje Knipperpatroon

Knippert 3 keer, met tussenpozen van 21 seconden

Reset na het schoonmaken het indicatielampje van het filter door

op de binneneenheid gedurende maximaal 2 seconden in te drukken.

11. ALGEMENE INFORMATIE

Verwarmingsprestaties

Deze airconditioner werkt volgens het warmtepompprincipe, waardoor warmte uit de lucht buiten wordt geabsorbeerd en deze warmte wordt overgebracht naar de binneneenheid. Hierdoor zijn de prestaties minder goed wanneer de buitentemperatuur lager wordt.

Als u vindt dt de verwarmingsprestaties onvoldoende zijn, raden wij u aan deze airconditioner te gebruiken in combinatie met andere verwarmingsapparatuur.

Automatische ontdooiing

Wanneer de buitentemperatuur erg laag is met een hoge luchtvochtigheid, kan er ijsvorming ontstaan op de buiteneenheid tijdens het verwarmen, en het kan de operationele prestaties van het product verminderen.

Voor vorstbeveiliging is deze airconditioner voorzien van een microcomputer-gestuurde automatische ontdooifunctie.

Als ijsvorming optreedt, zal de airconditioner tijdelijk stoppen en zal het ontdooicircuit kort werken (maximaal 15 minuten).

Indicatielampje [ ] op de binneneenheid knippert.

Als er na het verwarmen vorst wordt gevormd op de buiten-unit, zal de buiten-unit na enkele minuten automatisch stoppen. Dan begint de bewerking automatische ontdooiing.

Functie automatisch opnieuw opstarten

In het geval van een stroomstoring, zoals een stroomonderbreking, stopt de airconditioner direct. Maar hij wordt automatisch opnieuw opgestart en voert de vorige bewerking uit wanneer de stroomtoevoer wordt hervat.

Als er een stroomonderbreking plaatsvindt nadat de timer is ingesteld, wordt het aftellen van de timer gereset.

Nadat de stroomtoevoer wordt hervat, knippert het indicatielampje [

] op de binneneenheid zodat u weet dat er een storing in de timer is geweest. Reset in dat geval de klok en de instellingen van de timer.

Storingen veroorzaakt door andere elektrische apparaten

Het gebruik van andere elektrische apparaten zoals een elektrisch scheerapparaat of het nabije gebruik van een draadloze radiozender kan storing van de airconditioner veroorzaken.

Als er zich een dergelijke storing voordoet, schakel de stroomonderbreker dan een keer uit. Zet hem dan weer aan, en hervat de bewerking met behulp van de afstandsbediening.

Bereik temperatuur en luchtvochtigheid binnen-unit

Toegestane bereiken voor de temperatuur en de luchtvochtigheid zijn de volgende:

Binnentemperatuur

Luchtvochtigheid binnen

Koelen/Drogen [°C] 18 tot 32

Verwarmen [°C] 16 tot 30

[%] 80 of minder *

1)

*1) Als de airconditioner gedurende een groot aantal uren ononderbroken wordt gebruikt, kan er condens op het oppervlak ontstaan en lekken.

• Als de unit wordt gebruikt onder condities buiten het toegestane temperatuurbereik, zal de werking van de airconditioner misschien worden onderbroken door het automatisch werkende beveiligingscircuit.

• Afhankelijk van de bedrijfscondities kan de warmtewisselaar bevriezen, waardoor waterlekkage of een andere storing ontstaat (in de stand Koelen of Drogen).

Overige informatie

• Gebruik de airconditioner niet voor een ander doel dan het koelen/ drogen, verwarmen van een vertrek of voor het ventileren.

• Raadpleeg voor het toegestane bereik van temperatuur en luchtvochtigheid voor de buiten-unit, de installatiehandleiding van de buiten-unit.

Nl-10

12. ALS OPTIE VERKRIJGBARE ONDERDELEN

12.1. Bedrade afstandsbediening

De optionele bedrade afstandsbediening kan worden gebruikt.

U kunt de bedrade afstandsbediening en de draadloze afstandsbediening samen gebruiken.

Echter, zijn bepaalde functies van de draadloze afstandsbediening beperkt beschikbaar. Als u de beperkte functies instelt, zal een akoestisch signaal klinken en zullen de indicatielampjes, [ ], [ ], [ ], en [ ] op de binnen-unit knipperen.

<Beperkte functies voor draadloze afstandsbediening>

Bij gebruik in combinatie met een bedrade afstandsbediening (type met 2 bedrading)

• Week timer bediening

• Krachtige werking

• Buitenunit Ruisonderdrukking bediening

• 10 °C Verwarmen

U kunt de bedrade afstandsbediening en draadloze LAN-bediening gebruiken (optioneel).

Echter, sommige bewerkingen van de mobiele app zijn beperkt.

Groepsregeling

U kunt met een afstandsbediening tot wel 16 airconditioners bedienen.

Voor alle airconditioners gelden dan dezelfde instellingen.

OPMERKINGEN:

• Denk er vooral aan het Energiebesparingsprogramma (human sensor) van de draadloze afstandsbediening te deactiveren wanneer u de groepsregeling gebruikt. Doet u dat niet, dan kunt u de airconditioner niet met de draadloze afstandsbediening bedienen.

• U kunt niet groepsregeling en regeling met een draadloze LAN combineren.

12.2. Draadloze LAN-bediening

OPMERKINGEN:

Gebruikt u de externe invoer/uitvoer (optie), dan kunt u niet de draadloze LAN-bediening gebruiken.

U kunt de als optie verkrijgbare draadloze LAN-bediening gebruiken.

Voor meer informatie over hoe de mobiele app te gebruiken, raadpleeg dan de gebruiksaanwijzing van de mobiele app.

Noteer de SSID en de pincode in de volgende tabel.

Draadloos LAN-label

MAC:



SSID :AP-WF



-



PIN:



Verbindingspoort

Informatie over de W-LAN-adapter

SSID

PIN

Google Play is een gedeponeerd handelsmerk van Google Inc.

App Store is een servicemerk van Apple Inc., geregistreerd in de

Verenigde Staten en andere landen.

Instelling om de draadloze LAN-besturing te gebruiken

Stap 1. Installatie van applicatiesoftware

1.

Open "Google Play" of "App Store" afhankelijk van het type smartphone of tablet-PC.

2.

Zoeken naar “FGLair”.

3.

Installeer de applicatiesoftware (mobiele app) volgens de instructies op uw scherm.

Stap 2. Gebruikersregistratie

1.

Open de geïnstalleerde mobiele app.

2.

Registreer de gebruiker (met een smartphone of een tablet-PC) door de instructies in het gedeelte een account aan te maken van de mobiele app te volgen.

Nl-11

Stap 3. W-LAN-adapter installeren

OPGELET

• Wees er zeker van om de netvoeding van de airconditioner uit te schakelen bij het installeren of verwijderen van dit product teneinde vermijden van het risico van een elektrische schok.

• Steek geen vingers, stokjes enz. In het verbindingsgedeelte van dit product en de verbindingssleuf van de binnenunit. Anderszins, kan een elektrische schok of schade aan het product optreden.

• Niet op een onstabiel platform gaan staan wanneer u dit product installeert of verwijdert teneinde lestel te voorkomen.

1.

Zorg ervoor dat u airconditioner uitschakelt en losgekoppeld is van de stroomvoorziening.

2.

Open het inlaatrooster.

3.

Open de klep van de W-LAN-adapter totdat deze klikt.

4.

Steek de W-LAN-adapter in de verbindingssleuf van de binnenunit in de richting zoals aangegeven in de afbeelding.

Labelzijde

5.

Sluit de klep van de W-LAN-adapter en het inlaatrooster.

Stap 4. Registratie van de airconditioner (koppeling van het W-LAN-adapter)

OPMERKINGEN:

• Voordat deze instelling te beginnen, sluit u de stroomvoorziening van de airconditioner af en wacht 60 seconden of meer.

• Controleer dat de smartphone of tablet-PC is verbonden met de draadloze router, waarmee u verbinding wilt maken met de airconditioner. De instelling zal niet functioneren, als er geen verbinding is met dezelfde draadloze router.

• Herhaal, als u 2 of meer airconditioners met dezelfde smartphone of tablet-PC wilt bedienen, het instellen van de gekozen stand.

)

Registreerde airconditioner door de instructies in de onlinehandleiding op de website FUJITSU GENERAL te volgen.

www.fujitsu-general.com/global/support/

Deze gebruiksaanwijzing beschrijft alleen de instellingsprocedure van de afstandsbediening.

<Hoe toegang krijgen tot de online handleiding>

1.

Meld u aan bij de mobiele app.

2.

Open het zijmenu van de mobiele app en tik vervolgens op [Help].

3.

Tik op [W-LAN Support].

Wanneer de registratie is voltooid, [ ] zal de indicator op de binnenunit gaan branden.

Ter referentie

< Handmatige modus>

Instellingsprocedure van de afstandsbediening

OPMERKINGEN:

Indien u 60 seconden lang op geen enkele toets van de afstandsbediening drukt, keert het display van de afstandsbediening terug naar het originele display.

1.

Druk op totdat alleen de klok op het display van de afstandsbediening wordt weergegeven.

2.

Druk omlaag voor meer dan 5 seconden op de afstandsbediening.

wordt weergegeven op het display van de afstandsbediening.

3.

Druk .

4.

Selecteer door op de afstandsbediening te gebruiken.

5.

Druk .

De binnenunit gaat naar de Handmatige modus en [ ] de indicator op de binnenunit zal gaan knipperen.

OPMERKINGEN:

Indien de registratie niet binnen enkele minuten is voltooid, wordt de

Handmatige modus geannuleerd en [ ] indicator gaat uit.

In dit geval, herhaal dan de instelling van de afstandsbediening.

<Knop modus>

Instellingsprocedure van de afstandsbediening:

OPMERKINGEN:

Drukt u 60 seconden lang op geen enkele toets van de afstandsbediening, dan keert het display van de afstandsbediening terug naar het oorspronkelijke display.

1.

Druk op totdat alleen de klok op het display van de afstandsbediening wordt

2.

weergegeven.

Druk omlaag voor meer dan 5 seconden op de afstandsbediening.

wordt weergegeven op het display van de afstandsbediening.

3.

Druk .

4.

Selecteer door op de afstandsbediening te gebruiken.

5.

Druk .

De binnenunit gaat naar de Knopmodus en [ ] indicator op de binnenunit zal gaan knipperen (aan/uit = 1sec/1sec).

Wanneer de W-LAN-adapter een aansluitbaar W-LAN-toegangspunt vindt, zal het knipperen langzaam worden (aan/uit = 2sec/0,5sec).

OPMERKINGEN:

Indien de verbinding met het W-LAN-toegangspunt niet binnen enkele minuten is voltooid, wordt de Knopmodus geannuleerd en gaat uit.

In dit geval, herhaal dan de instelling van de afstandsbediening.

Tijdelijke deactivering van draadloos LAN

OPMERKINGEN:

Indien u 60 seconden lang op geen enkele toets van de afstandsbediening drukt, keert het display van de afstandsbediening terug naar het originele display.

1.

Druk op totdat alleen de klok op het display van de afstandsbediening wordt weergegeven.

2.

Druk omlaag voor meer dan 5 seconden op de afstandsbediening.

wordt weergegeven op het display van de afstandsbediening.

3.

Selecteer door op de afstandsbediening te gebruiken. *

Initialisatie (resetten)

Initialiseer (resetten) dit product in de volgende situaties:

• Draadloze router wijzigen

• Afdanken van dit product

• Overdragen van dit product aan een derde partij

Afmelden van de airconditioner

Maak de registratie van de airconditioner ongedaan met behulp van de mobiele app. (Zie de gebruiksaanwijzing van de mobiele app voor meer informatie.)

Initialisatie van de W-LAN-adapter

OPMERKINGEN:

Indien u 60 seconden lang op geen enkele toets van de afstandsbediening drukt, keert het display van de afstandsbediening terug naar het originele display.

1.

Druk op totdat alleen de klok op het display van de afstandsbediening wordt weergegeven.

2.

Druk omlaag voor meer dan 5 seconden op de afstandsbediening.

wordt weergegeven op het display van de afstandsbediening.

3.

Selecteer door op de afstandsbediening te gebruiken.

4.

Druk .

knippert op het display van de afstandsbediening.

5.

Druk .

[ ] indicator op de binnenunit wordt uitgeschakeld na snel knipperen.

Doorgaan met het gebruik

Wanneer u of een derde partij het product wenst te blijven gebruiken, volgt u de procedures in "Registratie van de airconditioner (koppeling van het W-LAN-adapter)" om opnieuw verbinding te maken met een andere draadloze router.

OPMERKINGEN:

Configuratie van een draadloos LAN is niet mogelijk als de vorige eigenaar dit product niet heeft verwijderd of geïnitialiseerd. In dat geval kunt u contact opnemen met uw geautoriseerde servicepersoneel.

4.

Druk .

[ ] indicator op de binnenunit zal uitgaan.

* Indien u Draadloze LAN opnieuw wilt activeren, selecteer in stap 2.

Nl-12

13. PROBLEEMOPLOSSING

WAARSCHUWING

In de volgende gevallen, moet u onmiddellijk stopen met het gebruik van de airconditioner, en alle voedingen loskoppelen door het uitschakelen van de elektrische hoofdschakelaar of de stekker uit het stopcontact halen. Raadpleeg dan uw dealer of bevoegd onderhoudspersoneel.

Zolang de airconditioner is aangesloten op de stroomvoorziening, is de voeding niet uitgeschakeld, ook niet als u het apparaat is hebt uitgezet.

• Apparaat ruikt of iets brandt of stoot rook uit

• Er lekt water uit het apparaat

Werkt helemaal niet.

□ Is er een stroomstoring geweest?

Als dat het geval is, start de unit automatisch opnieuw op wanneer de stroomvoorziening wordt hersteld. (Raadpleeg

pagina 10

.)

□ Is de circuitonderbreker uitgeschakeld?

⇒ Schakel de circuitonderbreker in.

□ Is er een zekering doorgebrand of is de circuitonderbreker geactiveerd?

⇒ Vervang de zekering of reset de circuitonderbreker.

□ Is de timer in werking?

⇒ U kunt de instelling van de timer controleren of deactiveren, raadpleeg hiervoor

pagina 5

.

Slechte koeling- of verwarmingsprestaties.

□ Werkt de unit onder condities die buiten het toegestane temperatuurbereik liggen?

Als dat het geval is, werkt de airconditioner misschien niet meer omdat het automatische beveiligingscircuit in werking is getreden.

□ Is het luchtfilter vuil?

⇒ Reinig het luchtfilter. (Raadpleeg

pagina 9.

)

□ Is het inlaatrooster of de uitgangspoort van de binnen-unit geblokkeerd?

Verwijder de obstakels.

□ Is de kamertemperatuur goed afgesteld?

Voor het wijzigen van de temperatuurinstelling, raadpleeg

pagina 5

.

□ Is er een raam of deur open blijven staan?

⇒ Sluit het raam of de deur.

□ Is de ventilatorsnelheid ingesteld op Stil?

⇒ Voor het wijzigen van de ventilatorsnelheid, raadpleeg

pagina

5

.

□ Is de Ruisonderdrukking bediening van de Buitenunit ingesteld?

⇒ Voor het stoppen van de Ruisonderdrukking bediening van de

Buitenunit, raadpleeg

pagina 8

.

□ <In de stand Koelen> Dringt er direct of sterk zonlicht door in het vertrek?

⇒ Sluit de gordijnen.

□ <In de stand Koelen> Zijn er andere verwarmingsapparaten of computers in bedrijf, of zijn er teveel mensen in het vertrek?

⇒ Schakel de verwarmingsapparatuur of computers uit, of stel de temperatuur lager in. (Raadpleeg

pagina 5

.)

Luchtstroom is zwak of stopt.

□ Is de ventilatorsnelheid ingesteld op Stil?

Voor het wijzigen van de ventilatorsnelheid, raadpleeg

pagina

5.

□ Is de Ventilatorregeling ingesteld op Energiebesparing? Als dat het geval is, zal de binnen-unit misschien tijdelijk tot stilstand komen in de stand Koelen.

⇒ Voor het annuleren van de Ventilatorbesturing voor energiebesparing, raadpleeg

pagina 7

.

□ <In de stand Verwarmen> Heeft u de unit pas in werking gesteld?

Als dit het geval is, draait de ventilator tijdelijk op een zeer lage snelheid zodat de interne onderdelen van de unit warm kunnen worden.

Nl-13

□ <In de stand Verwarmen> Is de kamertemperatuur hoger dan de ingestelde temperatuur?

Als dat het geval is, komt de buiten-unit tot stilstand en draait de ventilator van de binnen-unit op een zeer lage snelheid.

□ <In de stand Verwarmen> Knippert het indicatielampje [ ]?

In dat geval is de functie Automatische ontdooiing in werking. De binneneenheid komt maximaal 15 minuten tot stilstand. (Raadpleeg

pagina 10

.)

□ <In de stand Drogen> De binnen-unit werkt op lage ventilatorsnelheid voor het aanpassen van de luchtvochtigheid in het vertrek, en kan van tijd tot tijd tot stilstand komen.

□ <In de stand Auto> In de stand Monitor, draait de ventilator op een zeer lage snelheid.

Er is ruis hoorbaar.

□ Werkt de unit, of hoort u de ruis direct na het tot stilstand komen van de unit?

Als dat het geval is, hoort u misschien het geluid van stromend koelmiddel. Het zal misschien vooral hoorbaar zijn gedurende 2-3 minuten na aanvang van de werking.

□ Hoort u een zacht piepend geluid tijdens de werking?

Dit is het resultaat van een minieme uitzetting en inkrimping van het frontpaneel die door een wijziging van de temperatuur worden veroorzaakt.

□ <In de stand verwarming> houd u een sissend geluid?

Dit geluid wordt geproduceerd door de Automatische ontdooiing.

(Raadpleeg

pagina 10

.)

Er komt een geur uit de unit.

□ De airconditioner kan allerlei luchtjes absorberen die ontstaan door stoffering en meubels in het interieur of door sigarettenrook.

Deze luchtjes kunnen tijdens de werking van de unit worden uitgestoten.

Er komt nevel of stoom uit de unit.

□ <In de stand Koelen of Drogen> Er kan een lichte nevel ontstaan door condensatie bij plotselinge afkoeling.

<In de stand Verwarmen> Knippert het indicatielampje [ ] op de binneneenheid?

In dat geval kan er stoom uit de buiteneenheid opstijgen omdat de functie Automatische ontdooiing in werking is. (Raadpleeg

pagina

10

.)

Er loopt water uit de buiten-unit.

□ <In de stand Verwarmen> Er kan water uit de buiten-unit lopen dat wordt gegenereerd door de Automatische ontdooiing. (Raadpleeg

pagina 10

.)

Het apparaat werkt anders dan de instelling van de afstandsbediening.

□ Zijn de batterijen in de afstandsbediening leeg?

⇒ Vervang de batterijen.

□ Gebruikt u de groepsregeling?

In dat geval kunt u, als het Energiebesparingsprogramma (Human sensor) op de draadloze afstandsbediening is geval, de airconditioner niet met de draadloze afstandsbediening bedienen.

Deactiveer het Energiebesparingsprogramma. (Raadpleeg

pagina 7.

)

Werking wordt vertraagd na het opnieuw opstarten.

□ Is de stroomvoorziening plotseling weer ingeschakeld?

Als dat het geval is, zal de compressor ongeveer 3 minuten niet werken zodat wordt voorkomen dat de zekering springt.

Stop de werking onmiddellijk en zet in de volgende gevallen de elektrische onderbreker uit. Raadpleeg dan geautoriseerd personeel.

• Het probleem blijft aanhouden, zelfs als u deze controles of diagnosehandelingen uitvoert.

• Op de binneneenheid knipperen [ ] en [ ] terwijl [ ] snel knippert.

OPMERKINGEN:

Raadpleeg voor het oplossen van problemen met de regeling van het W-LAN, de instelhandleiding voor het W-LAN-adapter of de mobiele app die op uw smartphone of tablet-PC is geïnstalleerd.

Status van de indicatielampjes

: De instructie heeft betrekking op de draadloze LANbediening (optioneel).

Verlichtingspatroon: Uit, Aan, Knipperend, iedere status

Status Oorzaken en oplossingen

Automatische ontdooiing

⇒ Wacht tot het ontdooien is voltooid

(maximaal 15 minuten).

Filter-indicatielampje

Reinig het luchtfilter en reset het filterteken.

(3 keer)

Foutcodeweergave

⇒ Vraag advies aan bevoegd servicepersoneel.

(Snel)

(Langzaam)

Instelfout timer door Automatische herstart

⇒ Reset de instelling van de klok en van de timer.

Proefdraaien (alleen voor geautoriseerd personeel)

Druk op als u het proefdraaien wilt stoppen.

De energie naar de draadloze router is niet ingeschakeld.

⇒ Controleer of de energie naar de draadloze router is ingeschakeld.

Er bestaat een mogelijkheid, dat de W LAN adapter niet correct is verbonden met de draadloze router.

⇒ Ontkoppel de netvoeding naar de airconditioner (via uitschakelaar of stekker) en sluit vervolgens opnieuw aan.

De software van de W-LAN-adapter wordt bijgewerkt.

Tijdens de registratie van de airconditioner (koppeling van

W-LAN-adapter)

Beperkte functie

Zie pagina

10

10

-

10

11

-

-

3

11

11

Reset van bediening Handmatig Automatisch en van Filter-indicatielampje

U kunt de airconditioner bedienen met binnen-unit.

op de

Status

In bedrijf

Wordt gestopt

Time voor het blijven indrukken

Meer dan 3 seconden

2 seconden of minder

Stand of werking

Stoppen

Reset Filterindicatielampje

Auto Meer dan 3 seconden minder dan 10 seconden

Meer dan 10 seconden

(Alleen voor servicewerkzaamheden.

*

)

Geforceerde koeling

* Druk voor het stoppen van geforceerd koelen op deze knop of op de afstandsbediening.

Nl-14

advertisement

Was this manual useful for you? Yes No
Thank you for your participation!

* Your assessment is very important for improving the workof artificial intelligence, which forms the content of this project

Related manuals