advertisement
▼
Scroll to page 2
of 3
GEBRUIKERSHANDLEIDING ONDERDEEL NR. 9373329411 BEWAAR DEZE HANDLEIDING VOOR TOEKOMSTIG GEBRUIK VEILIGHEIDSMAATREGELEN • Teneinde lichamelijk letsel of materiële schade te voorkomen, moet u dit gedeelte zorgvuldig lezen alvorens u deze unit gaat gebruiken, en zorg ervoor de volgende veiligheidsmaatregelen na te leven. WAARSCHUWING Dit symbool duidt op procedures die, indien niet juist uitgevoerd, mogelijk kunnen leiden tot de dood of ernstig letsel voor de gebruiker. • In het geval van een storing (brandgeur, enz.), stop de werking dan onmiddellijk, zet de elektrische hoofdschakelaar uit en raadpleeg bevoegd onderhoudspersoneel. • Repareer of pas beschadigde kabel niet zelf aan. Laat het bevoegde onderhoudspersoneel het doen. Onzorgvuldig bedienen zal een elektrische schok of brand veroorzaken. • Bij het verplaatsen, raadpleeg bevoegd onderhoudspersoneel voor het loskoppelen en installeren van deze unit. • Raak niet aan met natte handen. Dit kan een elektrische schok veroorzaken. • Als kinderen de unit kunnen benaderen neemt u preventieve maatregelen zodat zij de unit niet kunnen bereiken. OPGELET • Repareer of pas niet zelf aan. Het kan een storing of een ongeval veroorzaken. • Gebruik geen brandbare gassen in de buurt van deze unit. Het kan brand door lekkend gas veroorzaken. • Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik door personen (inclusief kinderen) met verminderde lichamelijke, zintuigelijke of geestelijke vermogens, of gebrek aan ervaring en kennis, tenzij toezicht door, of instructie over het gebruik van het apparaat door een persoon die verantwoordelijk is voor hun veiligheid is gegeven. Kinderen moeten onder toezicht staan om ervoor te zorgen dat ze niet met het apparaat spelen. Deze markering geeft procedures aan die, wanneer onzorgvuldig uitgevoerd, mogelijk kunnen resulteren in persoonlijk letsel van de gebruiker of schade aan eigendommen. • Zet geen containers met vloeistof op deze unit. Dit zal verhitting, brand of elektrische schokken veroorzaken. • Stel deze unit niet direct bloot aan water. Dit zal problemen, elektrische schokken of verhitting veroorzaken. • Gooi het verpakkingsmateriaal veilig weg. Scheur en gooi de plastic verpakkingszakken weg zodat kinderen er niet mee kunnen spelen. Er bestaat verstikkingsgevaar als kinderen met de originele plastic zakken spelen. • Plaats geen elektrische apparaten binnen 1 m (40 in) van deze unit. Het kan een defect of storing veroorzaken. • Gebruik geen vuur in de buurt van deze unit of plaats geen verhittingsapparaat dichtbij. Dit kan een defect veroorzaken. • Raak de schakelaars niet aan met scherpe voorwerpen. Dit zal letsel, problemen of elektrische schokken veroorzaken. Nederlands AFSTANDSBEDIENING (BEDRAAD TYPE). WERKINGSTIPS Koelen/verwarmen prioriteit (Alleen bij het model met een warmtepomp) • Als een andere binneneenheid in hetzelfde systeem reeds werkt in de koel- of droogmodus, kunnen de verwarmingsinstellingen niet worden uitgevoerd. • Een binneneenheid die is opgezet als een Administratieve Binneneenheid kan werken in de AUTO-modus. • Administratieve Binneneenheid: Administratieve Binneneenheid heeft voorkeur voor koelen en verwarming configuraties. PROBLEEMOPLOSSEN Voordat u om service vraagt, voert u de volgende controles uit: Symptoom Werkt helemaal niet. Probleem • Is er een stroomonderbreking geweest? • Is er een zekering gesprongen, of een stroomonderbreker in werking getreden? • Wordt het gecentraliseerd bediend? Als het probleem aanhoudt na het uitvoeren van deze controles, of als u brandgeur ruikt, of de LED-lamp knippert, stop de werking ogenblikkelijk, zet de elektrische hoofdschakelaar uit en raadpleeg bevoegd onderhoudspersoneel. SPECIFICATIES Naam van het model Ingangsspanning Afmetingen & Gewicht UTY-RSRY UTY-RSRG UTY-RSRX DC12V Hoogte 120 mm Breedte 75 mm Diepte 19 mm Gewicht 120 g Nl-1 WERKING WERKINGSMODUS START / STOP Druk op de „ ”-knop om de werkingsmodus tijdens de werking te selecteren. * ** *** (AUTO) Elke druk op de „ ”-knop wisselt tussen werking en stoppen. Bij het werken, gaat de LED-lamp (groen) branden. (KOEL) (DROOG) (VENTILATOR) (WARMTE) LUCHTSTROOMRICHTING * Een warmtepompmodel dat niet is opgezet als een Administratieve Binneneenheid kan niet werken in de AUTO-modus. ** VENTILATOR kan niet worden geselecteerd voor een warmtepompmodel. *** Verwarmingswerking kan niet worden uitgevoerd bij de „ALLEEN KOELEN” modellen. • Als de prioriteitmodus is ingesteld op „Prioriteit voor Administratieve Binneneenheid”, zal de werkingsmodus van andere binneneenheden behalve die van de Administratieve Binneneenheid worden gecontroleerd door een Administratieve Binneneenheid. • Als de werkingsmodus van de Administratieve Binneneenheid is ingesteld op „AUTO”, wordt „AUTO” weergegeven naast de indicatie van de huidige modus op andere bedrade afstandsbedieningen, behalve de Administratieve Binneneenheid. In dit geval, wordt de werking van andere binneneenheden bediend door de Administratieve Binneneenheid. Ex. : Als de werkingsmodus van de Administratieve Binneneenheid is ingesteld op „AUTO”, terwijl airconditioninginstelling. (De aanduiding op andere bedrade afstandsbedieningen, behalve de Administratieve Binneneenheid). Druk op de “ ” knop om de luchtstroomrichting of swing modus in te stellen. Luchtstroomrichting indicator (SWING) TEMPERATUUR Temperatuurinstellingsbereik AUTO 18 tot 30 °C VRF systeem: 10 tot 30 °C Overige systemen: 16 tot 30 °C 18 tot 30 °C * De temperatuurinstelling moet worden beschouwd als een standaard waarde, en kan enigszins afwijken van de werkelijke kamertemperatuur. Nl-2 (OMLAAG) VENTILATORSNELHEID * (AUTO) (STIL) (LAAG) (HOOG) *Selecteer de ventilatorsnelheid automatisch. Opmerkingen: Druk op de „ ”- of „ ”-knop om de kamertemperatuur tijdens de werking in te stellen. KOEL/DROOG (OMHOOG) Druk op de “ ” of “ ” knop om de ventilatorsnelheid tijdens de werking te selecteren. (De beschikbare ventilatorsnelheid verschilt afhankelijk van het type van de Binneneenheid.) Ventilatorsnelheidindicator Wanneer de Administratieve Binneneenheid is ingesteld op „AUTO”. WARMTE Instructies voor verwarming zijn niet van toepassing op de „ALLEEN KOELEN” modellen. (1) wordt weergegeven als er een storing optreedt. Stop onmiddellijk met bedienen en neem contact op met de beheerder. knipperen. (2) Wanneer een knop wordt ingedrukt om een beperkte instelling te wijzigen, zal Wanneer verschijnt, zijn er functies waarvoor geen instellingen gemaakt kunnen worden. (3) Wanneer is weergegeven, kan de airconditioner misschien niet voldoende de kamer koelen in de koelen modus,of de ruimte voldoende verwarmen in de verwarmingsmodus. Indien niet na een tijdje wordt uitgeschakeld, moet u contact opnemen met de beheerder. (4) De buiten werking zijnde instelling van binneneenheid kan niet worden ingesteld. (5) • wordt weergegeven wanneer de werking van de airconditioner is gestopt als gevolg van een noodsituatie. • wordt weergegeven wanneer de airconditioner aan het proefdraaien is. 9373329411_OM.indb 4 2016/9/9 11:28:13
advertisement
* Your assessment is very important for improving the workof artificial intelligence, which forms the content of this project