Advertisement
Advertisement
3PNL486799-2.book Page 1 Tuesday, June 27, 2017 11:06 AM
GEBRUIKSAANWIJZING
Airconditioners met Split-systeem
AVA125AMVE
3PNL486799-2.book Page 1 Tuesday, June 27, 2017 11:06 AM
AFBEELDING c h e a f g
1 d k j i e b f d l
Nederlands
3PNL486799-2.book Page 2 Tuesday, June 27, 2017 11:06 AM
INHOUD
AFBEELDING ................................................ 1
1. VEILIGHEIDSMAATREGELEN ..................... 2
2. WAT TE DOEN VOOR GEBRUIK ................. 5
3. BEREIK.......................................................... 7
4. INSTALLATIELOCATIE ................................. 7
5. BEDIENING ................................................... 8
6. WERKINGSKENMERKEN............................. 8
7. OPTIMALE WERKING................................. 10
ONDERHOUDSPERSONEEL) .................... 11
9. DE AIRCONDITIONER IS NIET DEFECT .... 13
10. IN GEVAL VAN PROBLEMEN..................... 16
11. VEREISTEN VOOR VERWIJDERING......... 17
Onze welgemeende dank voor de aankoop van deze
Daikin airconditioner. Lees deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig door voordat u de airconditioner gebruikt.
In deze gebruiksaanwijzing wordt beschreven hoe u de unit op de juiste manier kunt gebruiken; deze gebruiksaanwijzing bevat tevens waardevolle informatie over het oplossen van problemen in het geval deze zouden voorkomen. Bewaar deze handleiding na het lezen ergens voor latere naslag.
Zorg er tevens voor, dat elke nieuwe gebruiker deze gebruiksaanwijzing overhandigd krijgt.
De oorspronkelijke handleiding is geschreven in het
Engels. Alle andere talen zijn vertalingen van de oorspronkelijke instructies.
Deze gebruiksaanwijzing is bestemd voor de binnenunit. Raadpleeg ook de gebruiksaanwijzingen die bij de buitenunit en de afstandsbediening worden geleverd.
Belangrijke informatie over het gebruikte koelmiddel
Dit product bevat gefluoreerde broeikasgassen.
Laat de gassen niet vrij in de atmosfeer.
Koelmiddeltype:
GWP (1) -waarde:
R32
675
Koelmiddeltype:
GWP (1) -waarde:
R410A
2087,5
(1) GWP = globaal opwarmingspotentieel
Afhankelijk van de Europese of lokale wetgeving kunnen periodieke inspecties voor koelmiddellekken vereist zijn. Voor meer informatie, gelieve contact op te nemen met uw lokale dealer.
OPMERKING met betrekking tot tCO
2 eq
In Europa wordt de uitstoot van broeikasgassen van de totale koelmiddelvulling in het systeem
(uitgedrukt in ton CO
2
-equivalent) gebruikt om de onderhoudstermijnen te bepalen. Volg de toepasselijke wetgeving.
Formule om de uitstoot van broeikasgassen te berekenen:
GWP-waarde van het koelmiddel ×
Totale koelmiddelvulling [in kg] / 1000
Dit toestel is gevuld met R32.
1. VEILIGHEIDSMAATREGELEN
We adviseren u om deze gebruiksaanwijzing voor gebruik zorgvuldig door te nemen om alle functies van de airconditioner optimaal te kunnen benutten en om storingen als gevolg van verkeerde bediening te voorkomen.
Dit apparaat is bedoeld voor gebruik door deskundige of opgeleide gebruikers in winkels, lichte industrie en boerenbedrijven, of voor commercieel gebruik door leken.
Dit apparaat mag worden gebruikt door kinderen van
8 jaar en ouder en door personen met verminderde fysieke, sensorische of geestelijke capaciteiten of gebrek aan ervaring en kennis als zij supervisie of instructie krijgen over het veilige gebruik van het apparaat en als zij de gevaren in betrekking hiermee begrijpen. Kinderen mogen niet met het apparaat spelen. Reinigen en onderhoud mogen uitsluitend worden uitgevoerd door de in de handleiding beschreven personen.
Het apparaat mag niet zonder toezicht worden gebruikt door jongere kinderen of personen die niet bevoegd zijn om airconditioners te bedienen.
Dit leiden tot elektrische schokken of verwondingen.
• In deze handleiding wordt onderscheid gemaakt tussen
WAARSCHUWINGEN en VOORZORGSMAATREGELEN.
Volg altijd onderstaande veiligheidsaanwijzingen: deze zijn allemaal belangrijk om de veiligheid te waarborgen.
Nederlands 2
3PNL486799-2.book Page 3 Tuesday, June 27, 2017 11:06 AM
3
WAARSCHUWING ... Geeft een mogelijk gevaarlijke situatie aan die, indien deze niet wordt vermeden, kan leiden tot ernstig of dodelijk letsel.
VOORZICHTIG ......... Geeft een mogelijk gevaarlijke situatie aan die, indien niet vermeden, lichte of matige verwonding kan veroorzaken.
Deze aanduiding wordt ook gebruikt om de aandacht te vestigen op onveilige werkwijzen.
• Bewaar deze gebruiksaanwijzing op een plaats waar hij voor elke gebruiker goed bereikbaar is. Zorg er tevens voor, dat elke nieuwe gebruiker deze gebruiksaanwijzing overhandigd krijgt.
WAARSCHUWING
Schakel de netspanning van de airconditioning onmiddellijk uit wanneer u iets ongewoons opmerkt
(zoals een brandlucht) en neem contact op met uw dealer.
Wanneer u de airconditioner onder dergelijke omstandigheden blijft gebruiken, kan dit leiden tot een defect, elektrische schokken of brand.
Laat onderhoud en reparaties uitsluitend door uw dealer uitvoeren.
Door onoordeelkundige aanpassingen, reparaties en onoordeelkundig uitgevoerd onderhoud kunnen storingen, waterlekkage en elektrische schokken en brand ontstaan.
Gebruik alleen zekeringen van het juiste amperage.
Het vervangen van zekeringen door een stukje ijzerdraad of soortgelijke voorwerpen kan elektrische schokken, brand, verwonding of schade aan de airconditioner tot gevolg hebben.
Neem contact op met uw dealer als de airconditioner onder water is komen te staan als gevolg van een natuurramp zoals een overstroming of een storm.
In een dergelijk geval mag u de airconditioner niet gebruiken, omdat dit anders defecten, elektrische schokken of brand kan veroorzaken.
Start en stop de airconditioner met de afstandsbediening.
Gebruik hiervoor nooit de stroomonderbreker.
Dit kan brand of waterlekkage veroorzaken. Als er bovendien een automatische resetregeling voorzien is tegen stroomuitval en er opnieuw stroom is, zal de ventilator plots gaan draaien, waardoor u gewond kunt raken.
Gebruik de airconditioner niet in een omgeving met veel oliedampen, zoals de dampen van bakolie of machine-olie.
Deze oliedampen kunnen barsten veroorzaken aan de airconditioner, elektrische schokken of brand.
Gebruik geen ontvlambare materialen (bijv. haarspray of insectenverdelger) in de buurt van de airconditioner.
Maak de airconditioner niet schoon met organische oplosmiddelen zoals witte spiritus.
Gebruik van organische oplosmiddelen kan resulteren in barsten in de airconditioner, elektrische schokken of brand.
Gebruik de airconditioner niet op plaatsen met buitensporig veel vettige rook, zoals in keukens, of op plaatsen met ontvlambare of corrosieve gassen, of metaalstofdeeltjes.
Gebruik van de airconditioner in dergelijke ruimten kan resulteren in brand of een defect aan de airconditioner.
Let op voor brand in geval van koelmiddellekkage.
Als de airconditioner niet correct werkt, d.w.z. geen koude of warme lucht genereert, kan dit het gevolg zijn van koelmiddellekkage. Neem contact op met uw lokale dealer voor hulp. Het gebruikte koelmiddel in de airconditioner is veilig en lekt gewoonlijk niet weg. Als het toch weglekt en in contact komt met een onbedekte brander, verwarmings- of kooktoestel, kunnen er schadelijke chemische verbindingen ontstaan. Zet de airconditioner uit en neem contact op met uw locale dealer. Zet de airconditioner pas weer aan nadat de erkende servicemedewerker heeft bevestigd dat het lek is hersteld.
Steek geen voorwerpen of vingers in de luchtinlaat, de luchtuitlaat of de luchtroosters.
De ventilator draait met hoge snelheid en kan ernstig letsel veroorzaken.
Raadpleeg uw plaatselijke dealer over de reiniging van het binnenste van de airconditioner.
Verkeerde reiniging kan de plastic onderdelen beschadigen of een storing, lekkage of elektrische schok veroorzaken.
Voorkom langdurige blootstelling aan de koude lucht en voorkom dat de temperatuur in de kamer te laag wordt. Kou is niet bevorderlijk voor de gezondheid. Uw fysieke conditie kan verslechteren en uw gezondheid kan worden aangetast.
Laat de apparatuur door uw dealer installeren.
Als u de werkzaamheden zelf uitvoert, kan dit leiden tot waterlekkage, elektrische schokken en brand.
Laat los verkrijgbare accessoires door vakbekwaam personeel installeren. Gebruik alleen de voorgeschreven los verkrijgbare accessoires.
Als een defect ontstaat door uw eigen werkzaamheden, kan dit leiden tot waterlekkage, elektrische schokken of brand.
Laat de apparatuur door uw dealer verplaatsen of verwijderen.
Door een niet volledig uitgevoerde installatie kunnen storingen, waterlekkage, elektrische schokken en brand ontstaan.
De airconditioner moet geaard worden.
Aard de airconditioner niet op een gas- of waterpijp, bliksemafleider of telefoon-aardkabel.
Onvoldoende aarding kan kortsluiting of brand veroorzaken.
Een plotselinge schok van inslaande bliksem of iets anders kan de airconditioner beschadigen.
Plaats een aardlekschakelaar.
Het niet plaatsen van een aardlekschakelaar kan elektrische schokken of brand tot gevolg hebben.
Gebruik altijd een apart stopcontact voor deze airconditioner.
Indien dit niet wordt gedaan, kan er grote warmte ontstaan, brand of een defect aan de airconditioner.
Neem bij lekkage van de koelvloeistof contact op met uw verdeler.
Wanneer de airconditioner in een kleine ruimte wordt geïnstalleerd, moeten de nodige stappen worden genomen om te voorkomen dat bij lekkage de koelmiddelconcentratie te hoog wordt. Als de koelvloeistofconcentratie te hoog wordt, kunnen er gebreken door zuurstofgebrek ontstaan.
Nederlands
3PNL486799-2.book Page 4 Tuesday, June 27, 2017 11:06 AM
VOORZICHTIG
Houd de kinderen in het oog en zorg ervoor dat ze niet met de binnenunit of de afstandsbediening spelen.
Wanneer een kind het toestel bij toeval gebruikt, kan dit elektrische schokken of verwondingen tot gevolg hebben.
Laat geen kinderen op de unit klimmen en plaats er geen voorwerpen op.
Dit om ongevallen en indeuken te voorkomen.
Laat kinderen niet op of rondom de buitenunit spelen.
Als de buitenunit verkeerd wordt aangeraakt, kan dit resulteren in letsel.
Stel uw kinderen, huisdieren en kamerplanten niet rechtstreeks aan de luchtstroom bloot. Dit is niet bevorderlijk voor hun gezondheid.
Plaats geen spuitbussen bij de airconditioner en vermijd het gebruik in de buurt ervan. Dit om brandgevaar te voorkomen.
Spoel de airconditioner of de afstandsbediening niet af met water, aangezien dit elektrische schokken of brand kan veroorzaken.
Plaats geen voorwerpen met water erin (bloemenvaas, enz.) op de binnenunit, dit kan resulteren in elektrische schokken of brand.
Plaats ontvlambare middelen, zoals spuitbussen, minimaal 1 meter van de luchtuitlaat verwijderd.
Dit om ontploffing te voorkomen als gevolg van de warme lucht die uit de binnen- of buitenunit komt.
Zet de airconditioner volledig uit wanneer deze langere tijd niet wordt gebruikt (alleen voor R410A koelmiddel).
Anders kan hij oververhit raken of vuur vatten ten gevolge van stofophoping.
Zet geen voorwerpen vlakbij de buitenunit en laat geen bladeren en ander afval rond de unit ophopen.
Bladeren trekken kleine dieren aan die in de unit kunnen binnendringen. In de unit kunnen dergelijke dieren storingen, rook of brand veroorzaken wanneer ze in contact komen met elektrische onderdelen.
Schakel de airconditioner uit voordat u deze schoonmaakt en schakel de stroomonderbreker uit.
Dit om elektrische schokken of verwonding te voorkomen.
Bedien de airconditioner niet met natte handen, eveneens om elektrische schokken te voorkomen.
Raak nooit de inwendige onderdelen van de afstandsbediening aan.
Aanraken van bepaalde interne onderdelen kan resulteren in een elektrische schok of beschadiging van de afstandsbediening. Neem contact op met uw lokale dealer voor het controleren of afstellen van interne onderdelen.
Wanneer de airconditioner tegelijk met een ander verwarmingstoestel wordt gebruikt, moet er voldoende ventilatie zijn in de kamer om zuurstofgebrek te voorkomen.
Leg de afstandsbediening niet op een plaats waar deze nat kan worden.
Als er water in de afstandsbediening terechtkomt, bestaat er kans op kortsluiting en beschadiging van de elektrische onderdelen.
Verwijder nooit het luchtuitlaatrooster van de buitenunit.
Het rooster biedt bescherming tegen de hogesnelheid ventilator, die letsel kan veroorzaken.
Nederlands
Controleer regelmatig of de funderingsblokken niet beschadigd zijn.
Als ze beschadigd zijn, kan de unit vallen en ongevallen veroorzaken.
Raak de luchtinlaat of de aluminium vin van de airconditioner niet aan om persoonlijk letsel te voorkomen.
Plaats geen dingen onder de binnenunit die gevoelig zijn voor vochtschade, anders loopt u het risico dat zij beschadigd raken door water.
Onder bepaalde omstandigheden kunnen condensatie op de unit of koelmiddelleidingen, vuil in het luchtfilter of een verstopte afvoer lekkage tot gevolg hebben, waardoor het betrokken voorwerp verstopt of beschadigd kan raken.
Plaats geen verbrandingstoestellen in de luchtstroom van de airconditioner. Dit om onvolledige verbranding te voorkomen.
Blokkeer de luchtinlaat- en uitlaatopeningen niet.
Een verminderde luchtstroom kan resulteren in inferieure prestaties of een defect.
Gebruik de airconditioner alleen om de lucht te koelen of te verwarmen.
Gebruik de airconditioner niet voor andere doeleinden, zoals het bewaren of beschermen van levensmiddelen, dieren, planten, precisie-instrumenten of kunstwerken, omdat dergelijke voorwerpen aangetast kunnen worden.
Installeer de airconditioner niet op plaatsen waar ontvlambare gassen kunnen voorkomen.
Als er een gaslek optreedt en gas zich ophoopt in de airconditioner, kan brand ontstaan.
Leg de afvoerleiding correct aan om een volledige afvoer te garanderen.
Als de afvoerleiding niet correct geplaatst is, zal er geen afvoer uit de unit plaatsvinden. Er kan zich dan vuil en stof ophopen in de afvoerleiding, wat waterlekkage tot gevolg kan hebben. Als dit het geval is, moet u de airconditioner stopzetten en contact opnemen met uw dealer.
Schakel de onderbreker niet uit tenzij u iets verbrand ruikt, of tijdens het uitvoeren van reparaties, inspectie of het reinigen van de unit.
Anders kan lekkage van koelmiddel niet worden gedetecteerd. (Alleen voor het R32-koelmiddel)
Installeer niet in afgesloten, zeer luchtdichte ruimtes zoals geluidsdichte kamers en een kamer waarvan de deur is afgedicht (alleen voor het R32-koelmiddel).
Gebruik geen ontvlambare stoffen (zoals haarsprays of insecticiden, enz.) in de buurt van de unit.
Dat kan elektrische schokken, brand of een verkeerde detectie van de koelmiddelsensor tot gevolg hebben (alleen voor het R32-koelmiddel).
Niet installeren in plaatsen gevuld met rook, gas, chemicaliën, enz.
De kans bestaat dat de sensoren in de binnenunit deze detecteren en op het scherm melden dat er een koelmiddellek is (alleen voor het R32-koelmiddel).
Deze unit bevat elektrisch gevoede veiligheidsinrichtingen. Om efficiënt te kunnen werken moet de unit na de installatie steeds onder spanning blijven, behalve tijdens korte onderhoudsbeurten (alleen voor het R32-koelmiddel).
Schakel de airconditioner uit, schakel de hoofdschakelaar van het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact voordat u het apparaat gaat reinigen.
Schakel de onderbreker na het reinigen snel opnieuw in.
4
3PNL486799-2.book Page 5 Tuesday, June 27, 2017 11:06 AM
• OPMERKING VOOR SERVICEPERSONEEL
VOORZICHTIG
Lees de volgende informatie met het oog op de veiligheid.
Gebruik de unit niet wanneer het aanzuigrooster open staat.
• De ventilator kan gaan draaien en ongevallen veroorzaken.
Zorg dat u aanslag van het aanzuigrooster goed vastschroeft.
• Als de schroef niet goed vastzit, kan het aanzuigrooster loskomen en kunt u uw vingers snijden aan de ventilator.
• Zorg ervoor dat u de aanslag na installatie of het serviceonderhoud met schroeven weer stevig vastzet op zijn plaats.
(R & L, totaal 2: zie hieronder.)
VOORZICHTIG! ELEKTRISCHE SCHOK
• Omwille van de hoge spanning mag u het deksel van de schakelkast niet openen gedurende tien minuten nadat de veiligheidsschakelaar is uitgeschakeld.
• Meet nadat de eenheid is geopend de spanning van de punten op de hieronder getoonde printplaat met een tester en bevestig of de spanning niet hoger ligt dan 50 V DC.
Raak hierbij geen onderdelen aan die onder spanning staan.
Regelkast
Printplaat
Meetpunten restspanning
0
Roosterhouder
Frontpaneel
Zelftappende schroef
Roosteraanslag
Luchtaanzuigrooster
WAARSCHUWING
Dit kan een elektrische schok of brand veroorzaken.
• Let erop dat u voor het inspecteren van de elektrische onderdelen (regelkast, ventilatormotor, afvoerpomp, enz.) de stroom uitzet (adapter voor voedingsbedrading is inbegrepen) om elektrische schokken te voorkomen.
• Zorg er bij het reinigen van de warmtewisselaar voor dat u de schakelkast, ventilatormotor en afvoerpomp verwijdert.
Door water of reinigingsmiddel kan de isolatie van elektrische componenten verslechteren, waardoor deze componenten mogelijk kunnen verbranden.
• Na een stroomonderbreking zal de werking automatisch herstarten.
Raadpleeg het hoofdstuk "IN GEVAL VAN
PROBLEMEN". De juiste actie wordt ondernomen op basis van de ernst.
2. WAT TE DOEN VOOR GEBRUIK
Deze gebruikshandleiding is voor de volgende systemen met standaard besturing. Voordat u het systeem in gebruikt neemt, moet u uw Daikin dealer raadplegen omtrent de juiste werking van uw systeem.
Buitenunit
Binnenunit
OPMERKING
• Raadpleeg de handleiding van de afstandsbediening die u gebruikt.
Indien uw installatie een speciaal aangepast besturingssysteem is, vraag dan uw Daikin dealer om de juiste werking van uw systeem.
• Model met warmtepomp
Dit systeem heeft standen voor KOELING,
VERWARMING, AUTOMATISCH,
DROOGPROGRAMMA en ALLEEN VENTILATOR.
5 Nederlands
3PNL486799-2.book Page 6 Tuesday, June 27, 2017 11:06 AM
VOORZORGSMAATREGELEN VOOR
GROEPSBESTURINGSSYSTEEM OF
BESTURINGSSYSTEEM MET TWEE
AFSTANDSBEDIENINGEN
Behalve individuele besturing (één afstandsbediening bestuurt één binnenunit) biedt dit systeem nog twee andere besturingssystemen. Bevestig het volgende indien uw unit het volgende besturingssysteem gebruikt.
• Groepsbesturingssysteem
Eén afstandsbediening bestuurt maximaal
16 binnenunits.
Alle binnenunits hebben dezelfde afstelling.
• Besturingssysteem met twee afstandsbedieningen
Eén binnenunit met twee afstandsbedieningen
(in geval van groepsbesturingssysteem,
één groep binnenunits).
OPMERKING
• Neem contact op met uw Daikin verdeler bij het veranderen van de combinatie of de instellingen van groepsbesturing en besturingssysteem met twee afstandsbedieningen.
• Wijzig in geen geval zelf de combinatie of de instellingen van groepsbesturingssystemen of besturingssystemen met twee afstandsbedieningen; vraag dit aan uw lokale dealer.
Namen en functies van onderdelen
Zie afbeelding op pagina 1 a Binnenunit b Buitenunit c Afstandsbediening d Inlaatlucht e Uitlaatlucht f Luchtuitblaas g
Luchtstroomklep (klep waarmee de luchtstroom in verticale richting kan worden gericht) h i
Luchtstroomklep (klep waarmee de luchtstroom in horizontale richting kan worden gericht)
Koelmiddelleiding, aansluiting elektrische bedrading, aardingskabel j Afvoerpijp k
Luchtinlaat
Het ingebouwde luchtfilter verwijdert stof en vuil.
l
Aardingsdraad
Leg een aardingskabel aan vanaf de buitenunit, om elektrische schokken te voorkomen.
Informatievereisten voor ventilatorconvectoren
INFORMATIE OM HET OF DE MODELLEN TE IDENTIFICEREN
WAAROP DE INFORMATIE BETREKKING HEEFT: AVA125AMVE
Onderdeel
Symbool
Onderdeel Symbool Waarde
Toestel
Koelcapaciteit
(voelbaar)
P rated, c
7,83 kW
Totaal opgenomen vermogen
P elec
0,24 kW
Koelcapaciteit
(latent)
P rated, c
4,27 kW
Geluidsvermogenniveau (per snelheidsregeling indien van toepassing)
L
WA
63 dB
Verwarmingscapaciteit
P rated, h
13,50 kW —
Contactdetails
DAIKIN INDUSTRIES CZECH REPUBLIC s.r.o.
U Nové Hospody 1/1155, 301 00 Plze ň Skvr ň any,
Tsjechische Republiek
Nederlands 6
3PNL486799-2.book Page 7 Tuesday, June 27, 2017 11:06 AM
3. BEREIK
Indien de temperatuur of de vochtigheid buiten de volgende limieten valt, kan de veiligheidsapparatuur in bedrijf komen en de airconditioner afslaan, en soms kan er water uit de binnenunit lekken.
Voor de combinatie met een R410A-buitenunit, raadpleeg de volgende tabel:
Buitenunits Koeling Verwarming
-19~21°C DB
-20~15,5°C WB
RZQG
71~140
RZQSG
71~1140
RZQ
200~250
AZQS125
(alleen
AVA125 model)
Buitentemperatuur
Binnentemperatuur
Buitentemperatuur
Binnentemperatuur
Buitentemperatuur
Binnentemperatuur
Buitentemperatuur
Binnentemperatuur
-15~50°C DB
18~37°C DB
12~28°C WB
-15~46°C DB
20~37°C DB
14~28°C WB
-5~46°C DB
20~37°C DB
14~28°C WB
-5~46°C DB
14~28°C WB
Vochtigheid binnenshuis ≤ 80%
(a)
10~27°C DB
-14~21°C DB
-15~15,5°C WB
10~27°C DB
-14~21°C DB
-15~15°C WB
10~27°C DB
-15~15,5°C WB
10~27°C DB
Voor de combinatie met een R32-buitenunit, raadpleeg de volgende tabel:
Buitenunits Koeling Verwarming
-19,5~21°C DB
-20~15,5°C WB
RZAG
71~140
RZASG
71~1140
AZAS125
(alleen
AVA125 model)
Buitentemperatuur
Binnentemperatuur
Buitentemperatuur
Binnentemperatuur
Buitentemperatuur
Binnentemperatuur
-20~52°C DB
18~37°C DB
12~28°C WB
-15~46°C DB
20~37°C DB
14~28°C WB
-5~46°C DB
14~28°C WB
Vochtigheid binnenshuis ≤ 80%
(a)
10~27°C DB
-14~21°C DB
-15~15,5°C WB
10~27°C DB
-15~15°C WB
10~27°C DB
(a) Opdat er geen condensatie en water uit het systeem zouden druppelen. Indien de temperatuur of de vochtigheid buiten deze condities valt, zou het kunnen dat veiligheidstoestellen in werking worden gezet en dat de airconditioner niet werkt.
D B: droge-bol-temperatuur
WB: natte-bol-temperatuur
Het insteltemperatuurbereik van de afstandsbediening is 16°C tot 32°C.
4. INSTALLATIELOCATIE
Met betrekking tot de plaats van installatie
• Is de airconditioner geïnstalleerd in een goed geventileerde ruimte waar er geen obstructies zijn?
• Installeer de airconditioner niet in de volgende plaatsen.
a.In ruimten waar veel oliedampen van minerale oliën hangen.
b.Op plaatsen waar de lucht erg zout is, zoals in zee gebieden.
c.Op plaatsen waar zwaveldampen voorkomen, zoals bij warmwaterbronnen.
d.In ruimten waar veel spanningsschommelingen optreden, zoals in fabrieken.
e.In voer- en vaartuigen.
f.In ruimten waar sprays worden gebruikt of stoom voorkomt, zoals in een keuken.
g.In de buurt van machines die elektromagnetische golven opwekken.
h.In ruimten waar zuren en/of alkalinedampen voorkomen.
• Zijn voldoende voorzorgsmaatregelen genomen?
Neem voor meer details contact op met uw verdeler in verband met sneeuwbescherming, enz.
Met betrekking tot de bedrading
• Laat de aanleg van de elektrische bedrading uitsluitend door erkende elektriciens uitvoeren.
Raadpleeg hierover uw dealer. Leg de bedrading nooit zelf aan.
• Zorg ervoor dat deze airconditioner wordt voorzien van een gescheiden voedingssysteem en dat al het werk aan elektrische bedrading wordt uitgevoerd door erkende elektriciens en conform de landelijk geldende voorschriften en de instructies van deze installatiehandleiding.
Besteed ook aandacht aan het geluid van het in werking zijnde systeem
• Zijn de volgende plaatsen gekozen?
a. Een plaats die sterk genoeg is om het gewicht van de airconditioner te kunnen dragen en bestand is tegen trillingen en geluid.
b. Een plaats waar de warme lucht uit de luchtuitlaat van de buitenunit en het geluid van het apparaat geen overlast veroorzaken voor uw buren.
• Weet u zeker dat er geen voorwerpen voor de luchtuitlaat van de buitenunit staan?
Dergelijke voorwerken kunnen de prestaties verminderen en bijgeluiden veroorzaken.
7 Nederlands
3PNL486799-2.book Page 8 Tuesday, June 27, 2017 11:06 AM
• Schakel de airconditioner uit met de afstandsbediening wanneer deze een ongewoon geluid maakt tijdens gebruik en neem dan hierover contact op met uw leverancier.
Met betrekking tot de afvoerleiding
• Is de afvoerleiding correct aangelegd om een volledige afvoer te garanderen?
Als de afvoerleiding niet correct is aangelegd, kan er zich stof of vuil gaan ophopen wat waterlekkage tot gevolg kan hebben. Als dit het geval is, stop dan de airconditioner en raadpleeg uw dealer om hulp.
5. BEDIENING
Raadpleeg de handleiding van de afstandsbediening die u gebruikt.
• De bedieningsprocedure verschilt tussen het model met de warmtepomp en het model met directe koeling. Neem contact op met uw Daikin dealer om het systeemmodel te bevestigen.
• Ter bescherming van de unit met de hoofdschakelaar 6 uur voordat de unit in gebruik wordt genomen worden aangezet.
• Indien de hoofdschakelaar tijdens bedrijf wordt uitgezet, worden de werking automatisch hervat nadat de hoofdschakelaar weer wordt aangezet.
6. WERKINGSKENMERKEN
[KENMERKEN VAN DE STAND KOELEN
(KOELEN EN AUTOMATISCH KOELEN)]
• Wanneer de stand KOELEN wordt gebruikt bij een lage binnentemperatuur, zal er rijm gevormd worden op de warmtewisselaar van de binnenunit.
Hierdoor kan het koelvermogen afnemen. In dit geval schakelt het systeem gedurende een tijdje automatisch om naar de stand ONTDOOIEN.
De luchtstroom wordt beperkt om een stijging van de vochtigheid te voorkomen.
• Bij hoge buitentemperaturen duurt het soms even voordat de binnentemperatuur de ingestelde waarde bereikt.
[KENMERKEN VAN DE STAND
VERWARMEN (VERWARMEN EN
AUTOMATISCH VERWARMEN)]
START VAN DE WERKING
• Het duurt gewoonlijk langer om met de stand
Verwarmen de ingestelde temperatuur te bereiken dan met de stand KOELEN. Het is aanbevolen om de werking vooraf te starten met de TIMER.
Doe het volgende om te voorkomen dat het verwarmingsvermogen afneemt en er koude lucht ontsnapt.
BIJ DE START VAN DE WERKING EN NA
HET ONTDOOIEN
• In dit systeem wordt de warme lucht gecirculeerd, zodat het enige tijd kan duren voordat het in de gehele ruimte warm wordt.
• De ingebouwde ventilator blijft enige tijd draaien, totdat de temperatuur in de airconditioner een bepaalde hoogte bereikt. Gedurendeze tijd verschijnt " " op de display van de afstandsbediening. Laat het systeem ongemoeid en wacht rustig af.
• De afstandsbediening toont de ingestelde luchtstroom.
ONTDOOIEN (Rijmverwijdering voor de buitenunit)
• Naarmate op de buitenunit rijm wordt gevormd, verminder het verwarmingseffect en wordt het toestel in de stand ONTDOOIEN geschakeld.
• De ventilator van de binnenunit stopt en op de display van de afstandsbediening verschijnt " ".
De afstandsbediening toont de ingestelde luchtstroom.
• Na 6 tot 8 minuten (maximum 10 minuten)
ONTDOOIEN wordt het systeem weer in de stand VERWARMEN geschakeld.
• Wanneer er tijdens of na de stand ONTDOOIEN wordt omgeschakeld naar de stand
VERWARMEN, komt er een witte mist uit de luchtuitlaat van de buitenunit.
(Zie " VI.
" op pagina 15.)
• Er kan tijdens deze werking een "sis"-geluid hoorbaar zijn.
Met betrekking tot de temperatuur van de buitenlucht en de verwarmingscapaciteit
• De verwarmingscapaciteit van de airconditioner neemt af als de temperatuur van de buitenlucht daalt. Als de capaciteit te veel afneemt, moet u de airconditioner in combinatie met een andere warmtebron gebruiken.
OPMERKING
• Wanneer er een verbrandingstoestel wordt gebruikt, moet de ruimte regelmatig worden geventileerd.
• Gebruik het verbrandingstoestel niet wanneer de lucht van de airconditioner er rechtstreeks op wordt geblazen.
• Wanneer de warme lucht onder het plafond blijft hangen en u koude voeten krijgt, verdient het aanbeveling om met behulp van een ventilator de lucht in de ruimte te ventileren. Raadpleeg uw dealer voor details.
Nederlands 8
3PNL486799-2.book Page 9 Tuesday, June 27, 2017 11:06 AM
• Wanneer de binnentemperatuur de ingestelde temperatuur overschrijdt, verspreidt de airconditioner een lichte bries
(schakelt over naar fluisterstille werking).
(De afstandsbediening toont de ingestelde luchtstroming.)
[KENMERKEN VAN HET PROGRAMMA
DROGEN]
• Dit programma vermindert de vochtigheid zonder de binnentemperatuur te verlagen, en stelt automatisch de luchtstroom en de temperatuur in.
Daarom worden de luchtstroom en de ingestelde temperatuur niet getoond op de afstandsbediening.
(De binnentemperatuur die wordt gedetecteerd wanneer de werkingstoets wordt ingedrukt, is de ingestelde temperatuur.)
Als de binnentemperatuur daalt, is het mogelijk dat de airconditioner niet langer lucht blaast.
• Wanneer het PROGRAMMA DROGEN wordt gebruikt bij een lage binnentemperatuur, zal er rijm gevormd worden op de warmtewisselaar van de binnenunit. In dit geval schakelt het systeem gedurende een tijdje automatisch om naar de stand ONTDOOIEN.
OPMERKING
• Als de temperatuur extreem wordt verlaagd, schakel dan één keer om naar de stand KOELEN, en stop de werking daarna. Wanneer de temperatuur naar een aanvaardbaar niveau stijgt, start u opnieuw het PROGRAMMA DROGEN.
Opmerking:Het PROGRAMMA DROGEN kan niet worden gebruikt wanneer de binnentemperatuur 20°C of minder bedraagt.
[GELUIDSDRUKNIVEAU]
• Het geluidsdrukniveau bedraagt minder dan 70 dB(A).
DE RICHTING VAN DE
LUCHTSTROOM INSTELLEN
Er zijn 2 manieren om de richting van de luchtstroom in te stellen.
A. Links en rechts
(afstandsbediening)
B. Omhoog en omlaag
(handmatig)
A.Naar links en naar rechts
(Horizontale luchtstroomrichting)
Druk op de toets DE RICHTING VAN
DE LUCHTSTROOM INSTELLEN om de uitblaashoek van de luchtstroom als volgt te wijzigen.
draaien
De LUCHTSTROOMRICHTINGdisplay beweegt zoals hier links getoond, en de richting van de luchtstroom verandert voortdurend. (Automatische draai-richting)
Druk op de toets DE RICHTING
VAN DE LUCHTSTROOM
INSTELLEN om de gewenste richting van de luchtstroom te kiezen.
De display RICHTING VAN DE
LUCHTSTROOM stopt met bewegen en de richting van de luchtstroom blijft vast (instelling vaste luchtstroomrichting).
Beweging van de linkse en rechtse luchtstroomkleppen
• Voor de volgende condities wordt de luchtstroomrichting bestuurd door een microcomputer. Hij kan daarom van het display verschillen.
• Wanneer de binnentemperatuur hoger is dan de ingestelde temperatuur (VERWARMEN-
FUNCTIE). (De lucht wordt via het midden uitgeblazen.)
• Tijdens het ONTDOOIEN, wanneer de VERWARMING start (VERWARMING).
(De lucht wordt via het midden uitgeblazen.)
B.Omhoog en omlaag
(Verticale luchtstroomrichting)
De luchtstroomrichtingen omhoog en omlaag kunnen manueel op de gewenste positie worden vastgezet.
Luchtstroom omhoog en omlaag aanpassen (handmatig)
9 Nederlands
3PNL486799-2.book Page 10 Tuesday, June 27, 2017 11:06 AM
ZO STELT U DE LUCHTSTROOM OMHOOG EN
OMLAAG IN
De horizontale kleppen bij de luchtuitlaat bestaan uit bovenste kleppen, gekoppelde kleppen
(groepen nr. 1 en 2) en onderste jaloezieën.
Stel de kleppen verticaal bij met de hand. Voor koude lucht is het aanbevolen dat de kleppen licht naar boven gericht zijn, voor warme lucht licht naar beneden.
Daarnaast worden de kleppen gescheiden in groepen nr.1 en nr.2, wat de luchtstroom omhoog en omlaag mogelijk maakt.
Dit is nuttig voor het regelen van de binnentemperatuur dichtbij de airconditioner.
• Stel de horizontale kleppen niet te veel naar beneden in. Dit kan de werking verstoren omdat de lucht van de luchtuitlaat wordt aangezogen van het aanzuigrooster.
1
1
2
2
Groep nr.
Het groepsnummer is op de boven- en achterzijde van elke jaloezie gedrukt.
Horizontale jaloezieën
Bovenste jaloezieën
Gekoppelde jaloezieën voor groep nr. 2 (×4)
Gekoppelde jaloezieën voor groep nr. 1 (×2)
Onderste jaloezieën
Opwaartse stroom
Horizontale jaloezieën
Verticale stroom
OPMERKING
• Wanneer de onderste, bovenste en gekoppelde kleppen elkaar overlappen terwijl de unit in werking is en de luchtuitlaat daarbij gesloten is, kan dit condenslekkage tot gevolg hebben. Let op dat u de luchtuitlaat niet afsluit door hem te blokkeren met de bovenste, onderste of gekoppelde kleppen.
7. OPTIMALE WERKING
Ga als volgt te werk om ervoor te zorgen dat het systeem op de juiste manier werkt.
• Gebruik gordijnen of jaloezieën om rechtstreeks zonlicht uit de kamer te houden tijdens het
KOELEN.
• Houd deuren en ramen dicht. Indien de ramen en deuren open blijven, stroomt de lucht van de kamer naar buiten en wordt het koel- en verwarmingseffect verminderd.
• Nooit voorwerpen in de buurt van de luchtinlaat en de luchtuitlaat van de unit plaatsen. Zij kunnen anders het effect negatief beïnvloeden of de unit stoppen.
• Stel de kamertemperatuur in op een comfortabele waarde. Voorkom overmatig koelen of verwarmen.
Hiermee wordt enkel elektriciteit verspild.
• Wanneer " " of "Reinig filter aub" verschijnt op de display, moet een erkend onderhoudstechnicus gevraagd worden om de filters te reinigen.
(Zie "ONDERHOUD" op pagina 11.)
Wanneer de unit wordt gebruikt met een verontreinigd luchtfilter, kan dit een afname van de capaciteit of zelfs storingen tot gevolg hebben.
• Plaats tv's, radio's en stereo's 1 m of verder uit de buurt van de binnenunit en afstandsbediening.
Het beeld kan onscherp worden en er kan ruis ontstaan.
• Zet de stroomonderbreker uit wanneer de unit langere tijd niet wordt gebruikt (alleen voor
R410A koelmiddel).
Wanneer de hoofdschakelaar ingeschakeld blijft, verbruikt het systeem toch een kleine hoeveelheid vermogen, hoewel het niet in werking is. (*1) Zet de stroomonderbreker uit om energie te besparen. Schakel de stroomonderbreker ongeveer 6 uur voordat u het apparaat opnieuw gaat gebruiken opnieuw in voor een probleemloze werking.
(Zie "ONDERHOUD" op pagina 11.) (*2)
Nederlands 10
3PNL486799-2.book Page 11 Tuesday, June 27, 2017 11:06 AM
*1 Hoeveel energie wordt verbruikt wanneer de buitenunit niet in werking is, hangt af van het model.
*2 De instelling die van kracht was voordat de stroomonderbreker wordt uitgeschakeld, wordt opgeslagen. (De timerinstelling wordt gewist.)
• Maak goed gebruik van de functie voor afstelling van de luchtstroomrichting.
Koude lucht verzamelt zich op de vloer en warme lucht gaat naar het plafond.
Stel de luchtuitblaas horizontaal in tijdens het
KOELEN of het PROGRAMMA DROGEN en richt deze naar beneden tijdens het VERWARMEN.
Zorg dat de lucht niet rechtstreeks op een persoon wordt geblazen.
• Gebruik de WERKING MET TIMER op een doeltreffende manier.
Het duurt soms even voordat de binnentemperatuur de ingestelde waarde bereikt. Het is aanbevolen om de werking vooraf te starten met de TIMER.
HET REINIGEN VAN HET LUCHTFILTER
Reinig het luchtfilter als op de afstandsbediening de aanduiding " " of "Reinig filter aub" verschijnt.
• Deze melding verschijnt als de airconditioner een tijdlang in werking geweest is.
OPMERKING
• De duur daarvan kan worden gewijzigd. Neem contact op met uw verdeler voor gebruik van de airconditioner in plaatsen waar veel vuil wordt gegenereerd.
Verontreiniging
Standaard
Tijd waarna de display verschijnt
2500 uur
(ongeveer 1 jaar)
Bij sterke mate van verontreiniging
1250 uur
(ongeveer 1/2 jaar)
• Wanneer de verontreinigingen niet meer van het luchtfilter kunnen worden verwijderd, moet het filter worden vervangen.
(Het luchtfilter ter vervanging wordt als optioneel onderdeel meegeleverd.)
• Gebruik de airconditioner niet in een omgeving waar veel met olie wordt gewerkt. Wanneer er olieaanslag kan optreden, moeten het luchtfilter en het aanzuigrooster regelmatig worden gereinigd.
1. Maak het aanzuigrooster los.
Trek de vergrendelingshendel omhoog om het los te maken.
8. ONDERHOUD
(VOOR ONDERHOUDSPERSONEEL)
LAAT ONDERHOUDSWERKZAAMHEDEN
UITSLUITEND DOOR ERKEND
ONDERHOUDSPERSONEEL UITVOEREN.
WAARSCHUWING
• Gebruik geen ontvlambaar gas (zoals haar- of insectenspray) in de buurt van de airconditioner.
• Veeg de airconditioner nooit schoon met benzeen of verfverdunner.
Dit kan scheuren, elektrische schokken of brand tot gevolg hebben.
VOORZICHTIG
• Reinig de airconditioner niet met water.
Dit om elektrische schokken en brand te voorkomen.
• Schakel de airconditioner uit voordat u hem schoonmaakt en trek de stekker uit het stopcontact. Dit om elektrische schokken en brand te voorkomen.
• Schakel de onderbreker na het reinigen snel opnieuw in.
OPMERKING
• Verwijder het luchtfilter uitsluitend tijdens het reinigen. Anders kan de unit beschadigd raken.
• Installeer niets (zoals bijv. keukenpapier) op de luchtinlaat, behalve goedgekeurde luchtfilters.
Anders kan de werking van de unit afnemen en kan er bevriezing of lekkage optreden.
2. Open het aanzuigrooster.
Schuif het langzaam naar voren.
11 Nederlands
3PNL486799-2.book Page 12 Tuesday, June 27, 2017 11:06 AM
OPMERKING
• Trek niet aan het frontpaneel. Het gaat een stukje open.
3. Verwijder de luchtfilters.
Trek het filter voorzichtig omhoog en dan naar buiten.
5. Breng het luchtfilter op de plaats aan.
Zet het luchtfilter terug via de filtergeleider van het aanzuigrooster. Volg daarbij stap 3 in de omgekeerde richting.
Luchtfilter
Filtergeleider
Luchtaanzuigrooster
4. Reinig het luchtfilter.
Gebruik een stofzuiger
A)
of was het luchtfilter met water
B)
.
A) Reinigen met een stofzuiger
B)
Reinigen met water
Was het filter, wanneer het erg vervuild is, met een zachte borstel en een neutraal reinigingsmiddel.
Schud het water zoveel mogelijk van het filter en laat het in de schaduw opdrogen.
OPMERKING
• Was de luchtfilter niet met water dat warmer is dan 50°C omdat dit kan leiden tot verkleuring en/ of vervorming.
• Stel het filter niet bloot aan open vuur omdat het in brand kan vliegen.
6. Sluit het aanzuigrooster.
Sluit het aanzuigrooster door stap 2 in de omgekeerde richting te volgen.
7. Zet het aanzuigrooster vast.
Zet de vergrendelingshendel naar beneden door stap 1 in de omgekeerde richting te volgen.
8. Schakel de afstandsbediening in en verwijder de aanduiding " " of
"Reinig filter aub" van de display.
De aanduiding kan zowel tijdens het bedrijf als bij stilstand gewist worden.
<In geval van BRC1E, BRC1D>
• Zie voor meer informatie de bedieningshandleiding van de afstandsbediening.
<In geval van BRC1C>
• Druk op de knop FILTERAANDUIDING
OPNIEUW INSTELLEN.
ZO REINIGT U DE LUCHTUITLAAT,
AANZUIGROOSTER, BUITENKANT
EN AFSTANDSBEDIENING
• Wrijf schoon met een droge zachte doek.
• Als een vlek niet kan worden verwijderd, wrijft u ze weg met een doek die u nat heeft gemaakt in een verdund neutraal schoonmaakmiddel en daarna goed heeft uitgewrongen. Wrijf het betrokken gedeelte daarna schoon met een droge zachte doek.
• Hou de kleppen goed vast met de hand terwijl u ze reinigt. (Als er te hard op de kleppen wordt gedrukt bij het schoonmaken, kunnen ze loskomen.)
Nederlands 12
3PNL486799-2.book Page 13 Tuesday, June 27, 2017 11:06 AM
OPMERKING
• Gebruik geen benzine, benzeen, verfverdunner, schuurmiddelen of vrij in de handel verkrijgbare insecticiden. Hierdoor kan de unit gaan verkleuren of vervormen.
• Gebruik geen water dat warmer is dan 50°C.
Hierdoor kan de unit gaan verkleuren of vervormen.
[REINIGEN VOOR EN NA SEIZOENSGEBRUIK]
OPSTARTEN NA EEN LANGE PERIODE
VAN INACTIVITEIT
Bevestig het volgende
• Controleer of de luchtinlaat en -uitlaat niet zijn geblokkeerd.
Verwijder mogelijke obstakels.
Obstakels kunnen de luchtstroom belemmeren, waardoor de prestaties afnemen en de toestellen stuk kunnen gaan.
Reinig het luchtfilter en de buitenzijde van het apparaat.
• Vergeet het luchtfilter na het reinigen niet opnieuw te bevestigen.
(Zie "ONDERHOUD" op pagina 11.)
• Schakel de afstandsbediening in en verwijder de aanduiding " " of "Reinig filter aub" van de display.
De aanduiding kan zowel tijdens het bedrijf als bij stilstand gewist worden.
<In geval van BRC1E, BRC1D>
• Zie voor meer informatie de bedieningshandleiding van de afstandsbediening.
<In geval van BRC1C>
• Druk op de knop FILTERAANDUIDING
OPNIEUW INSTELLEN.
Zet de stroomonderbreker minstens 6 uur voordat u de unit opnieuw gaat gebruiken opnieuw aan.
• Dit is nodig om de unit te beschermen.
Op deze manier wordt hij namelijk veel minder bruusk geactiveerd.
• De display op de afstandsbediening wordt getoond wanneer de stroom wordt aangezet.
VERWARMEN binnen de 6 uur nadat de stroom is aangezet.
• Sommige modellen doen het volgende om de units te beschermen.
Als er binnen de 6 uur nadat de stroom weer is aangezet wordt VERWARMD, stopt de ventilator van de binnenunit ongeveer 10 minuten tijdens de werking van de buitenunit om de toestellen te beschermen.
Dit gebeurt niet enkel op het moment van installatie, maar telkens wanneer de stroomonderbreker wordt AAN-/UIT-geschakeld.
13
WAT TE DOEN ALS U HET SYSTEEM VOOR
LANGE TIJD STOPT
Zet VENTILATOR een halve dag aan en laat de unit drogen.
• Dit voorkomt schimmelvorming.
Zet de stroomonderbreker uit om energie te besparen (alleen voor R410A koelmiddel).
• Wanneer de stroomonderbreker wordt aangezet, wordt er een klein wattage gebruikt, ook al is het systeem niet in bedrijf.
Zet de stroomonderbreker uit om energie te besparen.
• De display op de afstandsbediening zal verdwijnen wanneer de stroomonderbreker wordt uitgezet.
Reinig het luchtfilter en de buitenzijde van het apparaat.
• Zorg ervoor dat het luchtfilter, nadat het is gereinigd, weer op de oorspronkelijke plaats wordt teruggeplaatst.
Zie "ONDERHOUD" op pagina 11.
9. DE AIRCONDITIONER IS NIET
DEFECT
Voor de veiligheid bevat deze unit een koelmiddellekdetector. Om efficiënt te kunnen werken moet de unit na de installatie steeds onder spanning blijven, behalve tijdens korte onderhoudsbeurten
(alleen voor het R32-koelmiddel).
Volgende symptomen duiden niet op een probleem met de airconditioner.
• VERWARMEN binnen de 6 uur nadat de stroom is aangezet.
Sommige modellen doen het volgende om de units te beschermen.
Als er binnen de 6 uur nadat de stroom weer is aangezet wordt VERWARMD, stopt de ventilator van de binnenunit ongeveer 10 minuten tijdens de werking van de buitenunit om de toestellen te beschermen.
Dit gebeurt niet enkel op het moment van installatie, maar telkens wanneer de stroomonderbreker wordt AAN-/UIT-geschakeld.
I. HET SYSTEEM WERKT NIET
• Het systeem start niet onmiddellijk opnieuw nadat de AAN/UIT-toets is ingedrukt.
Nederlands
3PNL486799-2.book Page 14 Tuesday, June 27, 2017 11:06 AM
• Het systeem wordt niet direct in werking gesteld als de TEMPERATUURINSTELLINGtoets in de vorige stand wordt teruggezet nadat de toets is ingedrukt.
Als de BEDRIJFS-indicator gaat branden, functioneert het systeem normaal.
Het systeem wordt niet direct in werking gesteld omdat er een beveiliging is geactiveerd om overbelasting te voorkomen. Het systeem wordt na ongeveer 3 minuten automatisch in werking gesteld.
• Het systeem start niet wanneer het scherm
" " toont en enkele seconden knippert nadat een bedieningstoets is ingedrukt.
Dit komt doordat het systeem centraal bestuurd wordt. Wanneer het display knippert betekent dit dat het systeem niet met de afstandsbediening bestuurd kan worden.
• VERWARMEN binnen de 6 uur nadat de stroom van de airconditioner is aangezet.
Sommige modellen doen het volgende om de units te beschermen.
Als er binnen de 6 uur nadat de stroom weer is aangezet wordt VERWARMD, stopt de ventilator van de binnenunit ongeveer 10 minuten tijdens de werking van de buitenunit om de toestellen te beschermen.
Dit gebeurt niet enkel op het moment van installatie, maar telkens wanneer de stroomonderbreker wordt AAN-/UIT-geschakeld.
Schakel de stroomonderbreker voor uw eigen comfort niet uit tijdens seizoensgebruik of tijdens
VERWARMEN.
• De werking van de buitenunit stopt.
Dit is omdat de binnentemperatuur de ingestelde waarde heeft bereikt. De binnenunit staat in de stand VENTILATOR.
KOELEN (AUTOMATISCH KOELEN):
Verlaag de ingestelde temperatuur.
VERWARMEN (AUTOMATISCH
VERWARMEN): Verhoog de ingestelde temperatuur.
De werking wordt na een tijdje ingeschakeld wanneer het systeem in normale toestand is.
• Op de afstandsbediening wordt " getoond en er wordt geen lucht meer geblazen.
Dit is omdat het systeem automatisch
" omschakelt naar de stand ONTDOOIEN om te voorkomen dat de verwarmingscapaciteit afneemt wanneer er zich meer rijm op de buitenunit vormt.
Na 6 tot 8 minuten (maximum 10 minuten) keert het systeem terug naar zijn oorspronkelijke werking.
II. DE WERKING STOPT SOMS.
• De afstandsbediening toont "U4” en "U5”, en de werking stopt. Ze zal echter na een paar minuten worden hervat.
Dit is omdat de communicatie tussen de units wordt onderbroken en de werking onderbreekt ten gevolge van ruis die wordt veroorzaakt door andere toestellen.
Zodra de elektrische ruis afneemt, start het systeem automatisch weer op.
III. DE VENTILATORSNELHEID VERSCHILT VAN
DE INGESTELDE SNELHEID.
• Zelfs wanneer de toets voor het regelen van de ventilatorsnelheid wordt ingedrukt, verandert de snelheid niet.
Tijdens het KOELEN wordt de luchtstroom verlaagd om de overdracht van gesmolten water te voorkomen. Bovendien stopt de unit tijdens het ONTDOOIEN (in de stand VERWARMEN) met het uitblazen van lucht zodat er geen lucht rechtstreeks op uw lichaam wordt geblazen.
Na een tijdje kan de luchtstroom worden veranderd.
(De luchtstroom kan niet worden ingesteld voor het PROGRAMMA DROGEN).
Wanneer de kamertemperatuur de ingestelde temperatuur overschrijdt, schakelt de binnenunit om naar de fluisterstille modus. Het duurt even voordat de luchtstroom verandert.
Verhoog de ingestelde temperatuur.
Na een tijdje verandert de luchtstroom.
IV. DE RICHTING VAN DE UITGEBLAZEN
LUCHT KOMT NIET OVEREEN MET DE
INGESTELDE RICHTING.
• De huidige uitblaasrichting wordt niet weergegeven in het display van de afstandsbediening.
• De automatische draai-richting voor de luchtstroomrichting werkt niet.
Dit is omdat de luchtstroom automatisch wordt geregeld.
Na een tijdje kan de luchtstroomrichting worden gewijzigd.
Nederlands 14
3PNL486799-2.book Page 15 Tuesday, June 27, 2017 11:06 AM
V. DE LUCHTSTROOMRICHTING KOMT
NIET OVEREEN MET DE DISPLAY VAN
DE AFSTANDSBEDIENING.
• De luchtstroomkleppen bewegen niet wanneer de afstandsbediening de bewegende werking toont.
<VERWARMEN>
Dit is omdat de luchtstroomrichting uit de centrale luchtuitlaat wordt geregeld wanneer de binnentemperatuur hoger is dan de ingestelde temperatuur.
Na een tijdje start de bewegende werking.
(Zie "Beweging van de linkse en rechtse luchtstroomkleppen" op pagina 10.)
• De weergegeven luchtstroomrichting op de afstandsbediening verschilt van de reële werking van de luchtstroomkleppen.
<VERWARMEN>
Dit is omdat de luchtstroomrichting uit de centrale luchtuitlaat wordt geregeld onmiddellijk na de start van de werking of wanneer de binnentemperatuur hoger is dan de ingestelde temperatuur.
Na een tijdje schakelt de luchtstroomrichting om naar de ingestelde richting.
(Zie "Beweging van de linkse en rechtse luchtstroomkleppen" op pagina 10.)
VI. UIT HET TOESTEL KOMT WITTE ROOK
• Wanneer de vochtigheid hoog is tijdens het
KOELEN (Op vette of stoffige plaatsen)
Indien de binnenkant van een binnenunit bijzonder vervuild is, wordt de temperatuurverspreiding in een kamer ongelijk. Het is nodig de binnenkant van de binnenunit te reinigen. Vraag uw Daikin dealer om gegevens over het reinigen van de unit.
Dit moet door een erkend onderhoudstechnicus worden gedaan.
Controleer de gebruiksomgeving.
• Wanneer de werking wordt omgeschakeld naar VERWARMEN tijdens of na het
ONTDOOIEN.
Vocht dat ontstaat tijdens het ONTDOOIEN wordt stoom en zal beginnen rondzweven.
Als op de afstandsbediening " " wordt getoond, staat de unit op ONTDOOIEN.
VII.GELUID VAN AIRCONDITIONERS
• Nadat het apparaat is gestart, hoort u een gonzend geluid.
Dit geluid wordt gegenereerd door de motoren die de luchtstroomkleppen aandrijven.
Na ongeveer een minuut verdwijnt het geluid.
• Er is een voortdurend laag gesis te horen wanneer de systemen in de KOELEN of ONTDOOIEN stand zijn.
Dit is het geluid van koelgas dat door de binnen- en buitenunits stroomt.
• Er is een sisgeluid te horen bij het starten of onmiddellijk nadat de werking is gestopt, of dat te horen is aan het begin of onmiddellijk na het stoppen van het ONTDOOIEN.
Dit is het geluid van koelmiddel en wordt veroorzaakt door het stoppen en veranderen van de stroom.
Tijdens het VERWARMEN schakelt het systeem automatisch om naar de stand ONTDOOIEN.
Op de afstandsbediening verschijnt " ".
Na 6 tot 8 minuten (maximum 10 minuten) keert het systeem terug naar zijn oorspronkelijke werking.
• Het apparaat maakt een geluid dat klinkt als "Shah" in de modus Koelen of terwijl het uitgeschakeld is.
Het geluid is te horen wanneer de afvoerpomp werkt.
Vocht dat uit de binnenlucht werd verwijderd tijdens het KOELEN, wordt afgevoerd. (De afvoerinrichting is een optioneel onderdeel.)
• Er is een piepgeluid te horen wanneer het systeem in bedrijf is of nadat het systeem is gestopt.
Dit geluid wordt veroorzaakt door het uitzetten en inkrimpen van plastic onderdelen.
VIII.STOF VAN DE UNITS
• Wanneer het systeem gestart wordt nadat het langere tijd niet in gebruik is geweest, kan er stof uit de unit worden geblazen.
Stof dat in de unit terecht is gekomen wordt naar buiten geblazen.
IX. DE UNITS GEVEN EEN GEUR AF
• Tijdens de werking
De unit absorbeert geuren van kamers, meubels, sigaretten, enz. en geeft die dan weer af.
Als de geur hinderend is, kunt u de luchtstroom op nul zetten wanneer de binnentemperatuur de ingestelde waarde bereikt.
Neem contact op met uw Daikin verdeler voor meer details.
X. DE UNIT KOELT NIET GOED.
• De unit werkt in het PROGRAMMA DROGEN.
Dit is omdat er met het programma drogen wordt gewerkt zodat de binnentemperatuur zo weinig mogelijk afneemt.
Verlaag de binnentemperatuur met de stand
KOELEN, en gebruik dan het PROGRAMMA
DROGEN.
(Zie "KENMERKEN VAN HET PROGRAMMA
DROGEN" op pagina 9.)
15 Nederlands
3PNL486799-2.book Page 16 Tuesday, June 27, 2017 11:06 AM
• Lees de kenmerken van het KOELEN, het
VERWARMEN, en het PROGRAMMA
DROGEN op pagina 8, 9.
10. IN GEVAL VAN PROBLEMEN
Controleer eerst zelf alvorens een serviceoproep te doen.
1. Indien het systeem helemaal niet werkt.
• Controleer of er een zekering doorgebrand is.
Schakel de netspanning uit.
• Controleer of de stroomonderbreker is doorgeslagen.
Schakel de stroom in met de stroomonderbreker in de uit-stand.
Schakel de stroom niet in met de stroomonderbreker in de uitschakelpositie.
(Neem contact op met uw verdeler.)
AAN Lipje
Uitschakelpositie
UIT
Stroomonderbreker
(aardlekschakelaar)
• Controleer of er een stroomstoring is.
Wacht totdat de stroom hersteld is. Indien er zich tijdens de werking van het systeem een stroomstoring voordoet, start het systeem weer vanzelf, onmiddellijk nadat de stroom hersteld is.
2. Indien het systeem stopt nadat de werking is voltooid.
• Controleer of de luchtinlaat of -uitlaat van de buiten- of binnenunit geblokkeerd is door een voorwerp.
Verwijder het voorwerp en zorg ervoor dat de lucht vrij kan stromen.
• Controleer of het luchtfilter verstopt is.
Vraag een erkend onderhoudstechnicus om de luchtfilters te reinigen.
(Zie "ONDERHOUD" op pagina 11.)
Als het luchtfilter verstopt is, zal de luchtstroom afnemen en zullen bijgevolg ook de prestaties afnemen.
Hierdoor kan bovendien dauw van condensatie ontstaan bij de luchtuitlaat.
(Zie "ONDERHOUD" op pagina 11.)
3. Het systeem werkt, maar koelt of verwarmt onvoldoende.
• Indien de luchtinlaat of -uitlaat van de binnen- of buitenunit geblokkeerd is door een voorwerp.
Verwijder het voorwerp en zorg ervoor dat de lucht vrij kan stromen.
Obstakels belemmeren de luchtstroom, waardoor de prestaties afnemen en de units stuk kunnen gaan wanneer uitgeblazen lucht wordt aangezogen.
Ze verspillen elektriciteit en kunnen tot gevolg hebben dat units uitvallen.
• Als het luchtfilter verstopt is.
Vraag een erkend onderhoudstechnicus om de luchtfilters te reinigen.
(Zie "ONDERHOUD" op pagina 11.)
Verstoppingen door stof of vuil zullen een vermindering van het luchtstroomvolume van de airconditioner tot gevolg hebben, waardoor de prestaties zullen afnemen.
Hierdoor kan bovendien dauw van condensatie ontstaan bij de luchtuitlaat.
(Zie "ONDERHOUD" op pagina 11.)
• Als de ingestelde temperatuur niet goed is (Stel een geschikte temperatuur, luchtstroom en uitblaasrichting in.).
• Als de knop VENTILATORSNELHEID is ingesteld op LAGE SNELHEID
(Stel een geschikte temperatuur, luchtstroom en uitblaasrichting in.).
• Als de luchtstroomhoek niet goed is.
(Zie "DE RICHTING VAN DE
LUCHTSTROOM INSTELLEN" op pagina 9.)
• Indien deuren of ramen open zijn. Sluit deuren en ramen om te voorkomen dat de wind naar binnen waait.
• Indien rechtstreeks zonlicht de kamer binnen komt (tijdens koeling).
Gordijnen of jaloezieën sluiten.
• Wanneer er te veel mensen in de ruimte aanwezig zijn (tijdens het koelen).
• Wanneer de warmtebron van de ruimte te overdadig werkt (tijdens het koelen).
4. Hoewel de AAN/UIT-knop niet werd ingedrukt, is de unit gestart of gestopt.
• Bent u zeker dat de AAN/UIT-timerwerking niet in gebruik is?
Zet de AAN/UIT-timer uit.
• Bent u zeker dat er geen afstandsbediening is aangesloten?
Contacteer de centrale controlekamer vanwaar de stop afkomstig is.
Nederlands 16
3PNL486799-2.book Page 17 Tuesday, June 27, 2017 11:06 AM
• Bent u zeker dat de display voor gecentraliseerde controle niet brandt?
Contacteer de centrale controlekamer vanwaar de stop afkomstig is.
Als het probleem niet is opgelost nadat u de bovengenoemde punten heeft gecontroleerd, probeer de unit dan niet zelf te repareren. Vraag in dergelijke gevallen altijd de hulp van uw lokale verdeler. Meld daarbij het symptoom en het model
(dat op het typeplaatje staat vermeld).
5. De unit werkt vanzelf.
• De ventilator draait terwijl de unit is uitgeschakeld. (Het bedrijfslampje knippert)
Dat komt doordat de koelmiddelleksensor is beginnen te werken.
• Er is een risico op koelmiddellekkage.
Ventileer de kamer en neem contact op met uw leverancier.
• Als er geen lek is, zal de ventilator zichzelf binnen enkele minuten automatisch uitschakelen.
Soms detecteert de koelmiddelleksensor verkeerdelijk andere stoffen dan koelmiddel, zoals insecticiden of haarsprays (alleen voor het R32-koelmiddel).
6. Hij koelt of verwarmt niet.
• In koel- of verwarmingsstand schakelt hij over naar de ventilatorinstelling "Sterke luchtstroom".
Dat komt doordat de koelmiddelleksensor is beginnen te werken
• Er is een risico op koelmiddellekkage.
Ventileer de kamer en neem contact op met uw leverancier.
• Als er geen lek is, zal hij na enkele minuten automatisch naar de vorige bedrijfsmodus teruggaan.
Soms detecteert de koelmiddelleksensor verkeerdelijk andere stoffen dan koelmiddel, zoals insecticiden of haarsprays (alleen voor het R32-koelmiddel).
7. Storingsdiagnose via de afstandsbediening
• Als de afstandsbediening de code A0 weergeeft.
• Er is een risico op koelmiddellekkage.
Ventileer de kamer en neem contact op met uw leverancier.
• Als er geen koelmiddellekkage is, gelieve dan enkele minuten te wachten.
Soms detecteert de koelmiddelsensor verkeerdelijk andere stoffen dan koelmiddel, zoals insecticiden of haarsprays (alleen voor het R32-koelmiddel).
• Als de afstandsbediening de code CH weergeeft.
Er is een risico op het volgende. Neem contact op met uw dealer (alleen R32 koelmiddel).
Storing van de koelmiddellekkagesensor.
De kabel van de koelmiddellekkagesensor is gebroken.
De kabel van de koelmiddellekkagesensor is niet goed aangesloten.
Storing van hoofdprintplaat.
11. VEREISTEN VOOR
VERWIJDERING
Uw product en de batterijen die met de afstandsbediening zijn meegeleverd, zijn met dit symbool gemarkeerd. Dit symbool betekent dat u geen elektrische en elektronische producten en batterijen mag mengen met niet-gesorteerd, huishoudelijk afval. Bij batterijen is mogelijk een scheikundig symbool onder het symbool gedrukt. Dit scheikundige symbool betekent dat de batterij een zwaar metaal bevat boven een bepaalde concentratie. Mogelijke scheikundige symbolen zijn:
■ Pb: lood (>0,004%)
Probeer het systeem niet zelf te ontmantelen: het ontmantelen van het product en het behandelen van het koelmiddel, olie en/of andere onderdelen moeten gebeuren door een bevoegde monteur in overeenstemming met de relevante lokale en nationale wetgeving. De units en oude batterijen moeten bij een gespecialiseerd behandelingsbedrijf worden behandeld voor hergebruik, recycling en terugwinning. Door voor de juiste afvalverwijdering te zorgen, draagt u bij aan het voorkomen van mogelijke negatieve gevolgen voor het milieu en de gezondheid van de mens. Voor meer informatie, gelieve contact op te nemen met de monteur of de lokale overheid.
17 Nederlands
3PNL486799-2.book Page 1 Tuesday, June 27, 2017 11:06 AM
3PNL486799-2.book Page 1 Tuesday, June 27, 2017 11:06 AM
3P486799-2
2017.05

Public link updated
The public link to your chat has been updated.
Advertisement