advertisement
Autom. Oriëntatie
Wanneer de camera wordt gedraaid (verticaal) om een portretopname te maken, neemt de camera deze positiewijziging op en geeft het beeld weer in de portretoriëntatie.
1 t t instellingn) t [Autom. Oriëntatie] t gewenste functie
Aan
Uit
Hiermee neemt u een beeld op in de juiste oriëntatie.
Hiermee wordt automatische oriëntatie niet gebruikt.
Opmerkingen
• Aan de linker- en rechterkant van verticaal georiënteerde beelden wordt een zwarte rand afgebeeld.
• Afhankelijk van de opnamehoek van de camera, is het mogelijk dat de oriëntatie van het beeld niet juist wordt opgenomen.
• U kunt [Autom. Oriëntatie] niet gebruiken wanneer (Onderwater) is geselecteerd als de scènekeuzefunctie of tijdens het opnemen van bewegende beelden.
• Soms werkt automatische oriëntatiefunctie niet bij gebruik van de netspanningsadapter (los verkrijgbaar) en de USB/AV/DC IN-kabel voor de multifunctionele aansluiting (los verkrijgbaar).
z
Beelden roteren na het opnemen
Als de oriëntatie van een beeld niet juist is, kunt u [Roteren] op het MENU-scherm gebruiken om het beeld in de portretpositie weer te geven.
93 NL
advertisement
* Your assessment is very important for improving the workof artificial intelligence, which forms the content of this project
Key Features
- Compact camera 10.2 MP CMOS Grey
- Image sensor size: 1/2.4"
- Optical zoom: 4x Digital zoom: 8x
- Video recording 1280 x 720 pixels HD
- PictBridge
- Lithium-Ion (Li-Ion)
Related manuals
advertisement
Table of contents
- 2 Gebruik van dit handboek
- 3 Opmerkingen over het gebruik van de camera
- 4 Inhoud
- 7 Zoeken op bediening
- 10 Zoeken in MENU/Instellingen
- 15 Namen van de onderdelen
- 16 Lijst met pictogrammen die op het scherm worden afgebeeld
- 18 Het aanraakscherm gebruiken
- 20 Het interne geheugen gebruiken
- 21 Opn.functie
- 22 Slim automa- tisch instellen
- 23 Panorama door beweging
- 25 Bewegende beeldn
- 26 Autom. Programma
- 27 Anti-bewe- gingswaas
- 28 Schemeropname uit hand
- 29 Scènekeuze
- 31 Zoom
- 32 Stilstaande beelden weergeven
- 34 Weergave zoom
- 35 Breed-zoombeeld
- 36 Tijdelijk geroteerde weergave
- 37 Bewegende beelden weergeven
- 38 Eenvoudig- functie
- 39 Bewegende bldn. opnemen
- 40 Lach-sluiter
- 42 Flitser
- 43 Flitser
- 44 Zelfontsp.
- 45 Zelfontsp.
- 46 Burst
- 47 Opnamerichting
- 48 Beeldformaat
- 51 Macro
- 52 EV
- 53 ISO
- 54 Witbalans
- 56 Witbalans onderwater
- 57 Scherpstellen
- 59 Lichtmeetfunctie
- 60 Scène- herkenning
- 62 Gezichts- herkenning
- 64 DRO
- 65 Dichte-ogen- vermindering
- 66 Rode-ogeneffect
- 67 SteadyShot
- 69 Opnamescherm- instellingen
- 70 Eenvoudig- functie
- 71 Kalender
- 72 Beeldindex
- 73 Diavoorstelling
- 76 Wissen
- 78 Kleuren
- 79 Bijwerken
- 80 Burstgroep weergeven
- 81 Weergavefunctie
- 82 Beveiligen
- 83 DPOF
- 84 Roteren
- 85 Volume- instellingen
- 86 Weergavescherm instellingen
- 87 Belichtings- gegevens
- 88 Beeldindex- instellingen
- 89 Map kiezen
- 90 AF-verlicht.
- 91 Stramienlijn
- 92 Digitale zoom
- 93 Autom. Oriëntatie
- 94 Gids scèneherken.
- 95 Dichte-ogenalarm
- 96 Pieptoon
- 97 LCD-helderheid
- 98 Language Setting
- 99 Demonstratiefunctie
- 100 Initialiseren
- 101 COMPONENT
- 102 Video-uit
- 103 Behuizing
- 104 USB-aansluiting
- 105 Downl. muz.
- 106 Format. muz.
- 107 Kalibratie
- 108 Formatteren
- 109 Opnamemap maken
- 110 Opnamemap wijz.
- 111 Opn.map wissen
- 112 Kopiëren
- 113 Bestandsnummer
- 114 Tijdzone instellen
- 115 Datum/tijd instellen
- 116 Beelden bekijken op een SD- televisie
- 117 Beelden bekijken op een HD- televisie
- 119 Gebruiken met een computer
- 121 Het softwareprogramma gebruiken
- 124 De camera aansluiten op de computer
- 126 "Geavanceerde Cyber-shot- handleiding" weergeven
- 127 Stilstaande beelden afdrukken
- 130 Problemen oplossen
- 139 Foutcodes en meldingen
- 144 Beeldbestand-geheugenlocaties en bestandsnamen
- 145 "Memory Stick Duo"
- 147 Accu
- 148 Acculader
- 149 Intelligente opnamerichter
- 150 Index