advertisement
DPX503U
DPX303
DPX313
RECEPTEUR CD FORMAT DUAL DIN
MODE D’EMPLOI
DUALER DIN-GENORMTER CD-Receiver
BEDIENUNGSANLEITUNG
CD-ONTVANGER VAN DUBBEL DIN-FORMAAT
GEBRUIKSAANWIJZING
© B64-4228-00/00 (EW)
Inhoud
Voor de ingebruikneming 75
Basisbediening 76
Algemene functies
Tunerfuncties
Weergavefuncties voor schijven & audiobestanden
Functieregeling 78
Weergave-instellingen 81
Displaytype
Keuze van tekstdisplay
Selecteren van de verlichtingskleur
Voorkeurgeheugen verlichtingskleuren
Verlichtingskleuren uit het voorkeurgeheugen oproepen
Vastleggen van disknamen (DNPS)
Instellen van het display van de hulpingangsbron
Bewerken van de welkomsttekst
Bediening van muziek-CD/ audiobestand 85
Muziekkeuze
Direct zoeken naar muziek
Direct zoeken naar disks
Basisbediening van diskwisselaar (Optioneel)
Tunerbediening 87
Voorkeurzendergeheugen
Afstemmen op voorkeurzenders
Direct afstemmen
Veranderen van de taal voor de PTY-functie
PTY (Program Type)
Vastleggen van voorkeurprogrammatypes
89 Andere functies
Activeren van de beveiligingscode
Deactiveren van de beveiligingscode
Handmatig instellen van de klok
Instellen van de datum
Instelling van de demonstratiemodus
AMP-regeling
Audio-aanpassingen 91
Selectie van het type auto
Instellen van DTA (Digital Time Alignment)
Instellen van X’Over
Instellen van de equalizer
Selectie van voorgeprogrammeerde luisterposities
Handmatige instelling van de luisterpositie
Audiovoorkeurgeheugen
Audiovoorkeuroproep
Audioregeling
Audio-instelling
Luidsprekerinstelling
Audiovoorkeurgeheugen
Audiovoorkeuroproep
Basisbedieningen met de afstandsbediening 97
Appendix 98
Toebehoren/Installatieprocedure 102
Verbinden van kabels met aansluitingen 103
Installatie/
Verwijderen van het toestel 105
Oplossen van problemen
Technische gegevens
106
108
• iPod is a trademark of Apple, Inc., registered in the U.S. and other countries.
• The “AAC” logo is trademark of Dolby Laboratories.
74 | DPX503U/DPX303/DPX313
Voor de ingebruikneming
2
WAARSCHUWING
Voorkom persoonlijk letsel en/of brand en neem derhalve de volgende voorzorgsmaatregelen:
• Voorkom kortsluiting en steek derhalve nooit metalen voorwerpen (zoals munten en gereedschap) in het toestel.
Wanneer u dit toestel voor het eerst gebruikt
Dit toestel is aanvankelijk ingesteld op de demonstratiefunctie.
Wanneer u dit toestel voor het eerst gebruikt, moet u de <Instelling van de demonstratiemodus> (pagina
90) annuleren.
Terugstellen van uw toestel
• Wanneer dit toestel of het aangesloten toestel
(diskwisselaar enz.) niet juist functioneert, drukt u op de resettoets. Wanneer u op de resettoets drukt, wordt het toestel teruggezet op de fabrieksinstellingen.
Resettoets
Reinigen van het toestel
Als het voorpaneel van dit toestel vuil is, moet u het met een droge zachte doek, bijvoorbeeld een siliconendoek, schoonvegen.
Als het voorpaneel erg vuil is, veegt u het vuil weg met een doek die is bevochtigd met een neutraal reinigingsmiddel en veegt u vervolgens het reinigingsmiddel weg.
¤
• Spuit geen reinigingsmiddel rechtstreeks op het toestel, want dit kan de mechanische onderdelen beschadigen.
Veeg het voorpaneel niet schoon met een harde doek of met een vluchtig middel als verdunner of alcohol, want dit kan leiden tot krassen of het verdwijnen van letters.
• Raadpleeg uw Kenwood-dealer indien u problemen of vragen hebt tijdens de installatie.
• Vraag bij aankoop van optionele accessoires aan uw Kenwood-dealer of deze functioneren met uw model en in uw gebied.
• Tekens conform ISO 8859-5 en ISO 8859-1 kunnen worden weergegeven. Raadpleeg “MENU” >
“Russisch” in <Functieregeling> (pagina 78).
• De RDS-functie wertk niet als de service door geen enkele zender wordt ondersteund.
• Als in dit document wordt aangegeven dat het omschrijvingssymbool gaat branden, betekent dit dat er een status wordt weergegeven. Raadpleeg
<Displaytype> (pagina 81) voor meer details over de statusweergave.
• De displayafbeeldingen, de functiepictogrammen en het paneel die in deze handleiding worden weergegeven, zijn voorbeelden die het gebruik van bedieningsknoppen moet verduidelijken. Het is daarom mogelijk dat de displays in de afbeeldingen afwijken van wat er werkelijk in de display van het apparaat wordt weergegeven, en dat sommige displays in de afbeeldingen niet van toepassing zijn.
Omgaan met cd’s
• Raak het opnameoppervlak van de CD niet aan.
• Plak geen plakband e.d. op de CD. Gebruik ook geen
CD’s waar plakband e.d. op geplakt is.
• Gebruik geen accessoires voor disktypes, e.d.
• Veeg vanuit het midden van de disk naar de rand.
• Trek CD's horizontaal uit het apparaat.
• Als het gat in het midden van de CD of de buitenrand bramen bevat, verwijdert u eerst deze bramen met een balpen of iets dergelijks voordat u de CD gaat gebruiken.
CD’s die niet gebruikt kunnen worden
• CD's die niet rond zijn, kunnen niet worden gebruikt.
Condens op de lens
Wanneer u de autoverwarming aanzet bij lage temperaturen wordt er mogelijk condens op de lens van de CD-speler gevormd. De lens “beslaat” en CD’s kunnen niet worden afgespeeld. Verwijder in zo’n geval de CD en wacht totdat de condens is verdampt.
Raadpleeg uw Kenwood-dealer indien het toestel na een tijdje nog niet normaal functioneert.
• CD’s met kleuren op het opnameoppervlak kunnen niet worden gebruikt.
• Dit toestel kan alleen CD’s met het merkteken
weergeven.
Het is mogelijk dat disks zonder dit merkteken niet foutloos worden weergegeven.
• Een niet-afgesloten CD-R of CD-RW kan niet worden weergegeven. (Raadpleeg de instructies van de CDbrandersoftware en de gebruiksaanwijzing van uw
CD-brander voor details over het afsluitingsproces.)
Nederlands | 75
Basisbediening
[SRC]
[TI]
[ ]
CD-gleuf
[FNC]
Regelknop
[AUD] [ATT]
Algemene functies
Aan-uit/geluidsbron-keuzetoets: [SRC]
Schakelt de spanning in.
Selecteer een bron wanneer de stroom is ingeschakeld.
Bronkeuzefunctie 1: Druk op de [SRC]-toets en draai aan de regelknop of duw hem naar links of rechts. Druk op de regelknop om de geselecteerde bron te bepalen.
Bronkeuzefunctie 2: Door herhaaldelijk op deze knop te drukken, schakelt u om tussen de bronnen.
Tuner (“TUNER”) , USB of iPod (“USB” of “iPod”) (alleen voor de DPX503U), CD (“Compact Disc”) , hulpingang
(“AUX”) en stand-by (“STANDBY”)
Houd de toets tenminste 1 seconde ingedrukt om de spanning uit te schakelen.
⁄
• De bronselectiemodus kan worden ingesteld in “MENU” > “SRC
Select” in <Functieregeling> (pagina 78).
• Wanneer een optioneel accessoire wordt aangesloten, wordt de bronnaam van elk apparaat getoond.
• Om de accu van de auto te sparen, wordt de spanning automatisch volledig uitgeschakeld wanneer het toestel
20 minuten stand-by staat. De periode voor volledige uitschakeling kan worden ingesteld in “Power OFF” in
<Functieregeling> (pagina 78).
• Als aansluiting van de iPod wordt gedetecteerd, verandert de bronweergave van “USB” in “iPod”. (alleen voor de DPX503U)
Volumeregelaarl : [AUD]
Draai aan de knop om het volume aan te passen.
Dempingstoets : [ATT]
Dempen van het volume.
Wanneer het volume is gedempt, knippert de indicator
“ATT”.
Demping van het volume bij een binnenkomend telefoongesprek
Wanneer er een gesprek binnenkomt, verschijnt “CALL” op het display en wordt het audiosysteem gepauzeerd.
Na beëindiging van het gesprek, verdwijnt “CALL” van het display en wordt het audiosysteem weer ingeschakeld.
76 | DPX503U/DPX303/DPX313
[1]—[6] USB-aansluiting
(alleen voor de DPX503U)
Hulpingang
Het audiosysteem wordt ook weer ingeschakeld wanneer tijdens het gesprek op [SRC] wordt gedrukt.
⁄
• Als u de telefoondempingfunctie wilt gebruiken, moet u de
MUTE-kabel op uw telefoon aansluiten met een in de handel verkrijgbaar telefoonaccessoire. Zie <Verbinden van kabels met aansluitingen> (pagina 103).
Hulpingang : Hulpingang
Sluit op deze aansluiting een draagnbare muziekspeker met een ministekkerkabel (ø3,5 mm) aan.
⁄
• Gebruik de stereo-ministekkerkabel zonder weerstand.
• Voor de hulpingang is de instelling vereist in “MENU” > “Built in
AUX” in <Functieregeling> (pagina 78).
Subwooferuitvoer : Regelknop
Schakelt over tussen aan (“SUBWOOFER ON”) en uit
(“SUBWOOFER OFF”) wanneer de knop ten minste 2 seconden naar beneden wordt gedrukt.
⁄
• Om deze functie te kunnen gebruiken is instelling van het item “MENU” > “SWPRE” van <Functieregeling> (pagina 78) vereist.
Functieregeling : [FNC]
Door op deze knop te drukken, kunt u verschillende functies instellen met behulp van de regelknop. Zie
<Functieregeling> (pagina 78).
Categorie
MENU
SOUND*
DISP
COLOR*
Functie van instellingsitem
Hiermee kunt u de omgeving instellen.
Hiermee kunt u het geluid instellen.
Hiermee kunt u het display instellen.
Hiermee kunt u de kleur van de verlichting instellen.
*Functie van DPX503U
Tekst/titel verschuiven : Regelknop
De getoonde tekst van muziekbestanden en CD's en radiotekst verschuift wanneer de knop gedurende tenminste 2 seconden ingedrukt wordt gehouden.
Tunerfuncties
Bandkeuze : Regelknop
Schakelt over tussen FM1, FM2 en FM3 wanneer de knop naar boven wordt gedrukt.
Schakelt over naar AM wanneer de knop naar beneden wordt gedrukt.
Afstemmen : Regelknop
Verandert de frequentie wanneer de knop naar links of rechts wordt gedrukt.
⁄
• Tijdens de ontvangst van een stereo-uitzending, licht de indicator “ST” op.
Automatische geheugenopslag : [TI]
Zes zenders met een goede signaalsterkte worden automatisch in het voorkeurzendergeheugen opgeslagen wanneer de toets ten minste 2 seconden wordt ingedrukt.
Voorkeurzendergeheugen : [1] - [6]
Slaat de radiozender waarop is afgestemd op wanneer ten minste 2 seconden op de toets wordt gedrukt.
Afstemmen op voorkeurzenders : [1] - [6]
Stemt onmiddellijk af op de opgeslagen voorkeurzender.
Verkeersinformatie : [TI]
Schakelt de functie voor verkeersinformatiefunctie in of uit. Wanneer deze functie is ingeschakeld en er verkeersinformatie wordt uitgezonden, dan verschijnt “Traffic INFO” en wordt automatisch op de verkeersinformatie afgestemd.
⁄
• Wanneer het volume wordt aangepast tijdens het ontvangen van verkeersinformatie, wordt het aangepaste volume automatisch opgeslagen. De volgende keer wanneer de functie voor verkeersinformatie wordt ingeschakeld, wordt automatisch het opgeslagen volume ingesteld.
Weergavefuncties voor schijven & audiobestanden
CD-weergave : CD-gleuf
De weergave start zodra een CD wordt geplaatst.
Wanneer er een CD is geplaatst, licht de indicator “IN” op.
⁄
• CD's met een diameter van 3 inch (8 cm) kunnen niet worden gebruikt. Het toestel kan defect raken wanneer getracht wordt een adapter te plaatsen.
CD uitwerpen : [
0
]
⁄
• Tot 10 minuten na uitschakelen van de motor kunt u de CD laten uitwerpen.
USB-apparaat/iPod weergeven (functie van de
DPX503U) : USB-aansluiting
De weergave start wanneer een USB-apparaat wordt aangesloten.
⁄
• Raadpleeg <Audiobestanden> (pagina 98) voor informatie over welke audiobestanden, media en apparaten kunnen worden weergegeven.
De weergave tijdelijk onderbreken en hervatten:
Regelknop
Schakelt tussen onderbreken en weergeven wanneer op het midden wordt gedrukt.
USB-apparaat verwijderen (alleen voor de
DPX503U) : [
0
]
Houd deze knop 2 seconden of langer ingedrukt om de verwijdermodus te selecteren en het USB-apparaat te verwijderen.
Tijdens de verwijdermodus brandt de indicator “USB
REMOVE”.
Muziek zoeken : Regelknop
Wanneer de linker- of rechterkant wordt ingedrukt, wordt het vorige of volgende fragment geselecteerd.
Wanneer de linker- of rechterkant ingedrukt wordt gehouden, dan wordt het fragment snel vooruit of terug gespoeld. (Er wordt dan geen geluid uitgevoerd bij het weergeven van een audiobestand.)
Map zoeken : Regelknop
Verandert de map met de audiobestanden wanneer de boven- of onderkant wordt ingedrukt.
Herhalen van track/bestand/map : [4]
Wanneer de toets tijdens de weergave van een cd wordt ingedrukt, wordt overgeschakeld tussen fragment herhalen (“Repeat ON”) en herhalen uit.
Schakelt tussen herhalen van bestand (“File Repeat ON”), herhalen van map (“Folder Repeat ON”) en herhalen uit wanneer erop wordt geduwd tijdens het afspelen van een audiobestand.
⁄ • Herhalen van een map is niet mogelijk tijdens de weergave van een iPod.
Introweergave : [2]
Speelt achtereenvolgens het eerste gedeelte van de muziek op de CD of in de map.
Schakelt tussen AAN (“Scan ON”/ “File Scan ON”) en UIT telkens wanneer de toets wordt ingedrukt.
⁄ • Introweergave is niet mogelijk tijdens weergave van een iPod/“Media Editer”.
Willekeurige weergave : [3]
Geeft de muziek op de CD of in de map in willekeurige volgorde weer.
Schakelt tussen AAN (“Disc Random ON”/ “Folder RDM
ON”) en UIT telkens wanneer de toets wordt ingedrukt.
Nederlands | 77
Functieregeling
De functies in de onderstaande tabel kunnen worden ingesteld door middel van de functieregeling.
Categorie Item
MENU “Security Set”/
“Security Clear”
“SRC Select”
Instelling
“1”*/ “2”
“iPod Mode”* 1 “OFF”/ “ON”*
“AT COL CHG”* 1 “OFF”/ “iPod”*
“Beep”
“Clock Adjust”
“Date Adjust”
“Date Mode”
“SYNC”
“DSI”
“Display”
“Dimmer”
7 types
“OFF”/ “ON”*
“ILM Dimmer” “AUTO”*/ “MNAL”/
“OFF”
“ILM Effect” “OFF”/ “ON”*
“ILM MSC SYNC” “OFF”*/ “ON”
“ILM Color” * 2
“OFF”/ “ON”*
“OFF”/ “ON”*
“OFF”/ “ON”*
“OFF”/ “ON”*
Invoeren Overzicht instelling
1 sec. Instellen/resetten van de beveiligingscode
Stelt de bronkeuzemethode in.
Wanneer deze functie is ingesteld op “ON”, kunt u muziek selecteren zoals op de iPod.
Wanneer de bron is ingesteld op iPod, kunt u instellen of de verlichtingskleur door de iPod wordt gewijzigd.
In- en uitschakelen van het geluidssignaal (pieptoon) waarmee een bediening wordt aangegeven.
1 sec. Instellen van de klok.
1 sec. Stelt de datum in.
1 sec. Stelt de weergavemodus in van de datum.
Synchroniseren van de klok met het tijdsignaal dat door een
RDS-zenders wordt uitgezonden.
Een rode indicator van het toestel begint te knipperen wanneer het autocontact op OFF wordt gezet om dieven af te schrikken.
Schakelt het display uit wanneer het apparaat niet wordt bediend.
Dimt het displaygedeelte samen met de lichtschakelaar van de auto.
Stelt in of de verlichting samen met de lichtschakelaar van de auto wordt gedimd of voortdurend wordt gedimd.
Bepaalt of de kleur van de verlichting veranderd in samenhang met toetsbediening. (voor aansluiting van de
Bluetooth-eenheid)
Bepaalt of de kleur van de toetsverlichting veranderd in samenhang met het geluidsvolume.
Bepaalt de kleur van de toetsverlichting.
Toestand Pagina
89
—
—
—
99
85
100
90
90
99
99
“SWPRE”
“AMP”
“Zone2”
“Blue”*/ ”Red”/
”Green”
“Rear”*/ “Sub-W”
“OFF”/ “ON”*
“Rear”*/ “Front”
99
99
99
“Supreme”
“AMS Control”
“News”
“Local Seek”
“Seek Mode”
“AF”
“OFF”/ “ON”*
“OFF”*/ “00min”
– “90min”
“OFF”*/ “ON”
“Auto1”*/ “Auto2”/
“Manual”
“OFF”/ “ON”*
Stelt de preout-uitgang in.
Schakelt de ingebouwde versterker in/uit.
Geeft de bestemming aan van het geluid van de hulpingang wanneer de dubbele-zonefunctie is geactiveerd.
Schakelt de Supreme-functie in en uit.
1 sec. Bestuurt de aangesloten LX-versterker.
Schakelt de automatische ontvangst voor nieuwsuitzendingen in of uit en bepaalt het minimale interval tussen nieuwsuitzendingen.
Er wordt bij automatisch zoeken alleen afgestemd op zenders die goed te ontvangen zijn.
Selecteert de afstemfunctie van de radio.
—
100
90
100
100
100
“Regional”
“Auto TP Seek” “OFF”/ “ON”*
“MONO”
“Name Set”
“Russian”* 3
“Scroll”
“OFF”/ “ON”*
“OFF”*/ “ON”
“OFF”/ “ON”*
“Auto”/ “Manual”*
Wanneer de ontvangstkwaliteit slecht is, wordt automatisch overgeschakeld op de zender die hetzelfde programma uitzendt in hetzelfde RDS-netwerk.
Instellen of enkel in een bepaalde regio naar de zender moet worden overgeschakeld door middel van “AF”.
Wanneer de ontvangst tijdens het luisteren naar een verkeersinformatiezender niet goed is, wordt automatisch gezocht naar een andere verkeersinformatiezender die beter ontvangen kan worden.
Door stereo-uitzendingen in mono te ontvangen, kan ruis worden verminderd.
1 sec. Stelt de disknaam (DNPS)/ AUX-naam in.
Selecteert Russisch als de displaytaal.
Wanneer deze functie is ingesteld op “Auto”, wordt één keer door het scherm gebladerd met de weergegeven tekst.
—
83/84
100
78 | DPX503U/DPX303/DPX313
Categorie Item
“DISP REVERSE” “POSI 1”/ “POSI 2”/
“NEGA 1”*/ “NEGA 2”
“CONTRAST” “1 – “10”
“OPENING MSGE
Edit”
“DEMO Mode” “OFF”/ “ON”*
SOUND* 1 “S-SET” “CABIN” “Compact1” enz..
DISP
“Built in AUX”
“Power OFF”
“CD Read”
“Audio Preset”
“DTA”
“XOVER”
“S-CTRL” “EQ”
“Preset”
“TYPE”
“GRAPH”
“SIDE”
* 2
“POSIT”
Instelling
“OFF”/ “ON”*
“-----”/ “20min”*/
“40min”/ “60min”
“1”*/ “2”
Invoeren Overzicht instelling
Bepaalt of tijdens het selecteren van de geluidsbron de hulpingangsbron AUX ook op het display moet worden getoond.
Schakelt de spanning uit wanneer de vooraf bepaalde periode is verstreken in stand-by.
Bepaalt hoe de CD moet worden gelezen.
1 sec. Stelt de instelling in van de audioregeling. De ingestelde waarde blijft behouden na het resetten.
Stelt het display in op positieve of negatieve weergave.
“LOUD” “OFF”*/ “ON”
A/ B/ C/ D
Spectrumanalyzer
1 – 2
Tekstpictogram/
Bronpictogram/OFF
Stelt het contrast van het display in.
1 sec. Stelt de welkomsttekst in die verschijnt wanneer het toestel wordt ingeschakeld.
2 sec. Bepaalt of de demomodus moet worden geactiveerd.
Selecteert het type auto om compensatie te beiden voor de verschillende afstanden tussen de luidsprekers.
Voor fijnafstelling voor de bij “Cabin” ingevoerde compensatiewaarde.
Voor fijnafstelling voor de bij “X'Over” ingevoerde compensatiewaarde.
Stelt de geluidskwalitiet in.
Compenseert het geluidsveld voor uw luisterpositie.
Biedt bij lage volumes compensatie voor de hoge en lage tonen.
Stelt de instelling in van de audioregeling. De ingestelde waarde blijft behouden na het resetten.
Stelt het schermpatroon in.
Stelt het display in op spectrumanalyzer Type D.
Stelt het display in op zijpictogram Type A/B.
Color*
P.MEM
SCAN
RDM
FiREP
FoREP
SCAN
RDM
M.RDM
T.REP
D.REP
1
“TEXT”
“OUT”
“ON”/ —
“ON”/ —
“ON”/ —
“ON”/ —
“ON”/ —
“ON”/ —
“ON”/ —
“ON”/ —
“ON”/ —
Stelt de tekstdisplay in.
Stelt de display in aan de voertuigzijde.
Bepaalt de kleur van de paneelverlichting.
Stelt een zender in.
Wanneer dit is ingesteld op “ON” wordt het begin van elk nummer in de map achtereenvolgens afgespeeld.
Wanneer dit is ingesteld op “ON” wordt de muziek in de map willekeurig afgespeeld.
Wanneer dit is ingesteld op “ON” wordt de muziek herhaald.
Wanneer dit is ingesteld op “ON” wordt de muziek in de map herhaald.
Wanneer dit is ingesteld op “ON” wordt het begin van elk nummer op de disk achtereenvolgens afgespeeld.
Wanneer dit is ingesteld op “ON” wordt de muziek op de disk willekeurig afgespeeld.
Wanneer dit is ingesteld op “ON” wordt de muziek in de diskwisselaar willekeurig afgespeeld.
Wanneer dit is ingesteld op “ON” wordt de muziek herhaald.
Wanneer dit is ingesteld op “ON” wordt de muziek op de disk herhaald.
Toestand Pagina
—
—
—
—
Î
Åı
100
100
96
84
90
91/100
91/101
92
92
92/93
93
81
ÅıÇ 81
—
82
87
* Fabrieksinstelling
* 1 Functie van de DPX503U.
* 2 Functie van de DPX303/DPX313.
* 3 Functie van modellen voor de Russische markt.
Volgende pagina
3
Nederlands | 79
Functieregeling
Het weergegeven item is afhankelijk van de bron of modus die op dat moment is geselecteerd. Het vinkje in de kolom toestand duidt de toestand aan wanneer het item wordt weergegeven.
: Kan worden ingesteld in andere stand dan de stand stand-by.
: Kan worden ingesteld in de stand stand-by.
: Kan worden ingesteld wanneer een audiobestand van
CD/USB/iPod als geluidsbron is geselecteerd.
: Kan worden ingesteld wanneer een audiobestand van
CD/USB (maar niet van iPod) als bron is geselecteerd.
: Kan worden ingesteld wanneer cd/ diskwisselaar als bron is geselecteerd.
: Kan worden ingesteld wanneer diskwisselaar als bron is geselecteerd.
: Kan worden ingesteld wanneer Tuner als bron is geselecteerd.
: Kan worden ingesteld tijdens ontvangst van een FMzender.
: Kan worden ingesteld tijdens het luisteren naar de hulpingangsbron AUX.
: Kan enkel worden ingesteld wanneer iPod als bron is geselecteerd. (USB-bron wordt gebruikt wanneer de iPod is aangesloten)
: Kan worden ingesteld voor andere bronnen dan de bron stand-by door “2 ZONE” in <Audio-instelling>
(pagina 95) in te stellen op “ON”.
: Stelt “ILM MSC SYNC” en “AT COL CHG” in het menu in op “OFF”.
: Zie de referentiepagina.
Å – Î : Kan worden ingesteld wanneer het opgegeven type werd geselecteerd als displaytype.
— : Kan worden ingesteld bij alle geluidsbronnen.
⁄
• Raadpleeg de respectieve pagina's voor informatie over hoe de items kunt instellen.
• Enkel de items die beschikbaar zijn voor de huidige bron worden weergegeven.
• “ILM MSC SYNC” wordt weergegeven wanneer “MENU” >
“AT COL CHG” in <Functieregeling> is ingesteld op “OFF”.
• De locatie wordt met “File Scan” afgespeeld
- Audiobestand: eerste 10 seconden
- Music Editor: de eerste 10 seconden of het door Intro
Skip (Intro overslaan) gekozen gedeelte.
Draai tijdens Intro Skip (Intro overslaan) de regelknop linksom of rechtsom om het nummer te wijzigen.
De scanmethode is afhankelijk van de Music Editorinstelling. Zie de help van Music Editor voor meer informatie.
1 Activeer de functiebesturingsmodus
Druk op de toets [FNC].
Functiepictogram wordt weergegeven.
2
Selecteer het gewenste instellingsitem
Type bewerking
Items verplaatsen
Werking
Draai aan de regelknop.
Item selecteren Druk de regelknop in.
Teruggaan naar vorige item Druk op de [FNC]-toets of het “ ”
-pictogram.
Herhaal de selectie en bepaling tot uw gewenste instelitem geselecteerd is.
Voorbeeld:
MENU
DISP COLOR
MENU DISP COLOR
TYPE
SIDE TEXT
In deze handleiding wordt bovengenoemde selectie beschreven als
Selecteer “DISP” > “TYPE”.
3 Voer een instelling uit
Draai aan de regelknop om een instelwaarde te selecteren en druk vervolgens de regelknop in.
• De waarde van items die een -teken hebben, kan worden ingesteld door de regelknop naar rechts of links te drukken.
• Om sommige items in te stellen moet u de regelknop 1 tot 2 seconden ingedrukt houden.
Hoe lang u de regelknop ingedrukt moet houden, is terug te vinden in de kolom invoeren naast de betreffende items.
• De referentiepagina's worden weergegeven voor de functies waarvoor de beschrijving van de instelprocedure wordt beschreven.
4 Sluit de functiebesturingsmodus af
Houd de toets [FNC] ten minste 1 seconde ingedrukt.
80 | DPX503U/DPX303/DPX313
Weergave-instellingen
Displaytype
Hieronder worden enkele voorbeelden getoond van displaytypes.
Display
“TYPE [A]”
Displaytype
3 1
“TYPE [B]”
“TYPE [C]”
“TYPE [D]”
3
2
1
4
1
6
5
1 Tekstdisplaygedeelte
2 Statusdisplay
3 Pictogramweergavegedeelte
4 Display (verschilt naargelang de bron)
5 Klokdisplay
6 Spectrumanalyzerdisplay
Keuze van tekstdisplay
Wijzigen van het tekstdisplay.
Met tuner als geluidsbron
Informatie
Programmaservicenaam (FM)
Titel & artiestennaam* (FM)
Zendernaam* (FM)
Radiotekst-plus* (FM)
Radiotekst (FM)
Frequentie (MW, LW)
Spectrumanalyzer & klok
Datum
Blanco
Display
“Frequency/PS”/“FREQ/PS”
“Title/Artist”/”TITLE/ART”
“Station Name”/”ST NAME”
“Radio Text Plus”/”R-TEXT+”
“Radio Text”/”R-TEXT”
“Frequency”/”FREQ”
“Speana/Clock”/”SPEANA”
“Date”/”DATE”
“Blank”/”BLANK”
* De informatie van Radiotekst-plus wordt weergegeven.
Met CD & externe disk als geluidsbron
Informatie Display
Disktitel
Fragmenttitel
Speelduur en fragmentnummer
“Disc Title”/”D-TITLE”
“Track Title”/”T-TITLE”
“P-Time”/”P-TIME”
Disknaam
Spectrumanalyzer & klok
Datum
Blanco
“DNPS”
“Speana/Clock”/”SPEANA”
“Date”/”DATE”
“Blank”/”BLANK”
Met een audiobestand als geluidsbron
Informatie
Muziektitel & artiestnaam
Albumnaam & artiestnaam
Mapnaam
Display
“Title/Artist”/”TITLE”
“Album/Artist”/”ALBUM”
“Folder Name”/”FOLDER”
Speelduur & muzieknummer
Spectrumanalyzer & klok
Datum
Blanco
In stand-by
Informatie
Stand-by
Klok
Datum
Blanco
“P-Time”/”P-TIME”
“Speana/Clock”/”SPEANA”
“Date”/”DATE”
“Blank”/”BLANK”
Display
“Source Name”/”SRC NAME”
“Clock”/”CLOCK”
“Date”/”DATE”
“Blank”/”BLANK”
Met hulpingang als geluidsbron
Informatie
Naam van hulpingangsbron
Spectrumanalyzer & klok
Datum
Blanco
Display
“Source Name”/”SRC NAME”
“Speana/Clock”/”SPEANA”
“Date”/”DATE”
“Blank”/”BLANK”
1
Activeer de keuzefunctie voor tekstdisplay (In displaytype A/ B/ C)
Selecteer “DISP” > “TEXT”.
Raadpleeg <Functieregeling> (pagina 78) voor informatie over hoe u items in de functieregeling instelt.
2 Kies het tekstdisplaygedeelte
Druk de regelknop omhoog of omlaag.
Het geselecteerde tekstdisplaygedeelte knippert.
3
Kies de tekst
Draai aan de regelknop of druk deze naar links of rechts.
4 Sluit de keuzefunctie voor tekstdisplay af
Druk op de toets [FNC].
⁄
• Als het geselecteerde display-item geen informatie bevat, wordt alternatieve informatie weergegeven.
• Sommige items kunnen niet worden geselecteerd afhankelijk van het displaytype en de rij.
• Wanneer u “Folder Name” selecteert tijdens de weergave van een iPod, zullen namen worden weergegeven naargelang de op dat moment geselecteerde bladeritems.
• Wanneeer display Type C is geselecteerd, wordt “Speana” getoond in plaats van “Speana/Clock.”
• “Frequency” kan bij het instellen van de tekst alleen op de eerste regel worden geselecteerd.
• Wanneer LX-AMP is aangesloten, wordt de iteminstelling van de displayfunctie van LX-AMP getoond.
Nederlands | 81
Weergave-instellingen
Functie van de DPX503U
Selecteren van de verlichtingskleur
De verlichtingskleur van het bedieningspaneel selecteren.
1 Activeer de verlichtingskleurselectiemodus
Selecteer “Color”.
Raadpleeg <Functieregeling> (pagina 78) voor informatie over hoe u items in de functieregeling instelt.
2 Selecteer het onderdeel waarvoor u de verlichtingskleur wilt veranderen
Onderdeel
Alles
Display
Toets
Volumeknop
Regelknop
Verlichtingskleuren die u voor elk onderdeel heeft geselecteerd, opslaan en oproepen
Display
“All Color”
“Display Color”
“Key Color”
“Left Knob Color”
“Right Knob Color”
“Color Preset”
Draai aan de regelknop en druk op het midden wanneer het gewenste item wordt getoond.
3 Selecteer de verlichtingskleur
Draai aan de regelknop en druk op het midden wanneer het gewenste item wordt getoond.
Selecteer een kleur uit “Variable Scan”/ “Color1”
— “Color 10”/ “User”.
Een “User” kleur maken
U kunt tijdens het selecteren van “Color1” —
“Color10” uw eigen kleur maken.
De door u gemaakte kleur wordt opgeroepen wanneer u “User” selecteert.
1. Houd de regelknop ten minste 1 seconde ingedrukt.
Activeer de afstellingsmodus voor detailkleur.
2. Stel de kleur in.
Type bewerking
Om de kleur te kiezen die moet worden aangepast. (rood, groen of blauw)
Om de kleur aan te passen.
(Instelbereik: 0 – 9)
Werking
Druk de regelknop naar rechts of links.
Draai aan de regelknop of druk deze naar boven of beneden.
3. Druk de regelknop in.
Verlaat de afstellingsmodus voor detailkleur.
4
Verlaat toetskleurselectiemodus
Druk op de toets [FNC].
⁄
• Wanneer u “PRESET” selecteert, kunt u de combinatie van verlichtingskleuren voor elk onderdeel opslaan. Zie
<Voorkeurgeheugen verlichtingskleuren> (pagina 82) voor details over het opslaan van de verlichtingskleuren.
Functie van de DPX503U
Voorkeurgeheugen verlichtingskleuren
Het opslaan van de verlichtingskleuren die u voor elk onderdeel heeft geselecteerdHet geheugen kan niet worden gewist met de resettoets.
1
Selecteer de verlichtingskleuren voor elk onderdeel
Zie <Selecteren van de verlichtingskleur> (pagina
82).
2 Actveer de voorkeurgeheugenmodus voor de verlichtingskleuren
Selecteer “COLOR” > “PRESET” > “MEMO”.
Raadpleeg <Functieregeling> (pagina 78) voor informatie over hoe u items in de functieregeling instelt.
3 Sla de verlichtingskleuren op in het voorkeurgeheugen
Druk de regelknop in.
“Memory?” wordt getoond.
4 Draai aan de regelknop om “YES” te selecteren en druk vervolgens de regelknop in.
“Memory Completed” wordt getoond.
5 Verlaat de voorkeurgeheugenmodus voor de verlichtingskleuren
Druk op de toets [FNC].
⁄
• Sla 1 combinatie van verlichtingskleuren in het voorkeurgeheugen op.
• Wanneer de resettoets wordt ingedrukt, wordt het voorkeurgeheugen teruggezet op de standaardwaarde voor de “Selecteren van de verlichtingskleur”.
82 | DPX503U/DPX303/DPX313
Functie van de DPX503U
Verlichtingskleuren uit het voorkeurgeheugen oproepen
Oproepen van de verlichtingskleuren die u in het voorkeurgeheugen heeft opgeslagen.
1 Activeer de audiovoorkeuroproepmodus
Selecteer “COLOR” > “PRESET” > “RECALL”.
Raadpleeg <Functieregeling> (pagina 78) voor informatie over hoe u items in de functieregeling instelt.
2 Roep de verlichtingskleuren op uit het voorkeurgeheugen
Druk de regelknop in.
“Recall?” wordt getoond.
3 Draai aan de regelknop om “YES” te selecteren en druk vervolgens de regelknop in.
“Recall Completed” wordt getoond.
4 Verlaat de voorkeurgeheugenoproepmodus voor de verlichtingskleuren
Druk op de toets [FNC].
⁄
• Wanneer u de verlichtingskleuren oproept uit het voorkeurgeheugen, worden de huidige verlichtingskleuren vervangen door de verlichtingskleuren die in het voorkeurgeheugen zijn opgeslagen.
Vastleggen van disknamen (DNPS)
Toewijzen van namen aan CD’s.
1 Start de weergave van de disk waaraan u een naam wilt toewijzen
2 Selecteer naaminstellingsmodus in de menufunctie
Kies het display “Name Set”.
Raadpleeg <Functieregeling> (pagina 78) voor informatie over hoe u items in de functieregeling instelt.
3
Activeer de functie voor het vastleggen van namen
Houd de regelknop ten minste 1 seconde ingedrukt.
4 Voer de naam in
Type bewerking
Verplaats de cursor naar de tekeninvoerpositie
Kies het soort teken*
Kies de tekens
Werking
Druk de regelknop naar rechts of links.
Druk de regelknop in.
Draai aan de regelknop of druk deze naar boven of beneden.
* Elke keer dat de knop wordt ingedrukt, verandert het soort teken in onderstaande volgorde.
Soort teken Hoofdletters
Kleine letters
Cijfers en symbolen
Speciale tekens (accenten)
⁄
• Tekens kunnen ook worden ingevoerd met behulp van de cijfertoetsen van een afstandsbediening.
Voorbeeld: voor invoer van “DANCE”.
Teken
Toets
Aantal keren indrukken
“D” “A” “N” “C” “E”
[3] [ ¢ ] [2] [ ¢ ] [6] [ ¢ ] [2] [ ¢ ] [3]
1 1 2 3 2
5 Sluit de menufunctie af
Druk op de toets [FNC].
⁄
• Er kan geen titel worden toegevoegd aan een audiobestand.
• Wanneer er gedurende 10 seconden geen bediening plaatsvindt, wordt de tot op dat moment ingevoerde naam vastgelegd en wordt de functie voor het vastleggen van namen afgesloten.
• U kunt namen toewijzen aan de volgende geluidsdragers:
- Interne CD-speler: 10 disks
- Externe CD-wisselaar/speler: afhankelijk van de CDwisselaar/speler. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de CD-wisselaar/speler.
• De naam van een CD kan alleen worden veranderd door dezelfde procedure nogmaals uit te voeren.
Nederlands | 83
Weergave-instellingen
Instellen van het display van de hulpingangsbron
Kiest het onderstaande display bij het overschakelen naar de hulpingangsbron;
1 Selecteer de functie voor het instellen van het display van de hulpingangsbron (In AUXmodus)
Kies het display “Name Set”.
Raadpleeg <Functieregeling> (pagina 78) voor informatie over hoe u items in de functieregeling instelt.
2 Activeer de functie voor het instellen van het display van de hulpingangsbron
Houd de regelknop ten minste 1 seconde ingedrukt.
Het huidige gekozen display voor de hulpingangsbron wordt getoond.
3
Kies het display van de hulpingangsbron
Draai aan de regelknop of druk deze naar boven of beneden.
“AUX”/ “DVD”/ “PORTABLE”/ “GAME”/ “VIDEO”/ “TV”
4 Sluit de functie voor het instellen van het display van de hulpingangsbron af
Druk op de toets [FNC].
⁄
• Wanneer er gedurende 10 seconden geen bediening plaatsvindt, wordt de tot op dat moment ingevoerde naam vastgelegd en wordt de functie voor het instellen van het display van de hulpingangsbron afgesloten.
• Het hulpingangdisplay kan alleen worden ingesteld wanneer de ingebouwde hulpingang of de hulpingang van de optionele KCA-S220A wordt gebruikt. Op de KCA-
S220A wordt “AUX EXT” standaard getoond.
Bewerken van de welkomsttekst
Instellen van de de welkomsttekst die verschijnt wanneer het toestel wordt ingeschakeld.
1 Selecteer het item voor het bewerken van de welkomsttekst uit het menu
Selecteer “OPENING MSGE Edit”.
Raadpleeg <Functieregeling> (pagina 78) voor informatie over hoe u items in de functieregeling instelt.
2 Activeer de bewerkingsmodus voor de welkomsttekst
Houd de regelknop ten minste 1 seconde ingedrukt.
3
Voer de tekst in
Type bewerking
Verplaats de cursor naar de tekeninvoerpositie
Kies het soort teken*
Kies de tekens
Werking
Druk de regelknop naar rechts of links.
Druk de regelknop in.
Draai aan de regelknop of druk deze naar boven of beneden.
* Elke keer dat de knop wordt ingedrukt, verandert het soort teken in onderstaande volgorde.
Soort teken Hoofdletters
Kleine letters
Cijfers en symbolen
4 Houd de regelknop ten minste 2 seconden ingedrukt.
“Completed” wordt getoond.
5 Sluit de menufunctie af
Druk op de toets [FNC].
⁄
• De welkomsttekst kan uit maximaal 8 tekens bestaan.
84 | DPX503U/DPX303/DPX313
Bediening van muziek-CD/audiobestand
Functie van audiobestand/ interne cd-bron
Muziekkeuze
Kiezen van de muziek waarnaar u wilt luisteren vanaf het toestel of medium dat momenteel wordt afgespeeld.
1 Activeer muziekselectiefunctie
Draai aan de regelknop.
De muzieklijst wordt weergegeven.
2 Zoek naar muziek
Selecteer het categorie-item met de regelknop.
iPod-bron (wanneer de “iPod Mode” is ingesteld op “ON”) (Functie van de DPX503U)
Type bewerking
Items verplaatsen
Werking
Draai aan de regelknop.
Item selecteren Druk de regelknop in.
Teruggaan naar vorige item Druk de regelknop omhoog.
Teruggaan naar eerste item Druk de regelknop omhoog en houd deze ten minste 1 seconde lang ingedrukt.
Andere bron
Audiobestand (inclusief iPod-bron terwijl
“iPod Mode” is ingesteld op “OFF”)
Type bewerking
Items verplaatsen
Werking
Draai aan de regelknop of druk deze naar boven of beneden.
Item selecteren Druk de regelknop naar rechts.
Teruggaan naar vorige item Druk de regelknop naar links.
Teruggaan naar eerste item Druk de regelknop naar links en houd deze ten minste 1 seconde lang ingedrukt.
Type bewerking Werking
Verplaatsen tussen tracks Draai aan de regelknop of druk deze naar boven of beneden.
Track selecteren Druk de regelknop in.
Teruggaan naar eerste track Druk de regelknop naar links en houd deze ten minste 1 seconde lang ingedrukt.
Het symbool “
2
” of “
3
” naast het weergegeven item geeft aan dat het item wordt voorafgegaan of gevolgd door een ander item.
Als een nummer wordt geselecteerd, wordt dit vanaf het begin afgespeeld.
Muziekselectie annuleren
Druk op de toets [FNC].
⁄
• Muziekselectie kan niet worden uitgevoerd tijdens willekeurige weergave.
• Stel de iPod-modus in “MENU” > “iPod Mode” in
<Functieregeling> (pagina 78).
Functie van de afstandsbediening
Direct zoeken naar muziek
Zoekt de muziek door het tracknummer in te geven.
1 Voer het muzieknummer in
Druk op de cijfertoetsen van de afstandsbediening.
2 De muziek zoeken
Druk op de toets [ 4 ] of [ ¢ ].
Annuleren van direct zoeken naar muziek
Druk op de toets [ 38 ].
⁄
• Direct zoeken naar muziek kan niet worden uitgevoerd tijdens het weergeven van iPod, “Music Editor”-media, willekeurige weergave of het begin van elk nummer.
Functie van diskwisselaars met afstandsbediening
Direct zoeken naar disks
Zoekt de disk door het disknummer in te geven.
1 Voer het disknummer in
Druk op de cijfertoetsen van de afstandsbediening.
2 De disk zoeken
Druk op de toets [FM] of [AM].
Annuleren van direct zoeken naar disks
Druk op de toets [
38
].
⁄
• Direct zoeken naar disks is niet mogelijk tijdens willekeurige weergave of introweergave.
Nederlands | 85
Bediening van muziek-CD/audiobestand
Basisbediening van diskwisselaar
(Optioneel)
Diskwisselaarbron selecteren
Druk op de toets [SRC].
Kies het display “CD Changer”.
Raadpleeg <Aan-uit/geluidsbron-keuzetoets> in
<Basisbediening> (pagina 76).
Muziek zoeken
Druk de regelknop naar rechts of links.
Zoeken naar een disk
Druk de regelknop omhoog of omlaag.
Het huidige nummer of de huidige disc herhaald weergegeven. (Herhaalde weergave)
Druk op de toets [4].
Door herhaaldelijk op de knop te drukken, selecteert u achtereenvolgens herhaalde weergave van track (“Track Repeat ON”), herhaalde weergave van disk (“Disc Repeat ON”) en herhaalde weergave uit (“Repeat OFF”).
Speelt de muziek in de diskwisselaar in willekeurige volgorde af. (Willekeurige weergave van een magazijn)
Druk op toets [6].
Door op de knop te drukken, schakelt u tussen willekeurige weergave van een magazijn
(“Magazine RDM ON”) en uit (“Magazine RDM OFF”).
86 | DPX503U/DPX303/DPX313
Tunerbediening
Voorkeurzendergeheugen
Vastleggen van zenders in het geheugen.
1 Kies de in het geheugen vast te leggen frequentie
Druk de regelknop naar rechts of links.
2 Activeer de functie voor automatisch vastleggen in het geheugen
Selecteer “P.MEM”.
Raadpleeg <Functieregeling> (pagina 78) voor informatie over hoe u items in de functieregeling instelt.
3 Kies het nummer dat u in het geheugen wilt vastleggen
Draai aan de regelknop.
4 Bepaal welk nummer u wilt vastleggen in het geheugen
Druk de regelknop in.
5 Laat het gekozen nummer vastleggen
Druk de regelknop in.
Annuleren van functie voor automatisch vastleggen in het geheugen
Druk op de toets [FNC].
⁄
• Deze functie kan worden bediend met de toets [1]
— [6].
Zie <Basisbediening> (pagina 76).
Afstemmen op voorkeurzenders
Oproepen van in het geheugen vastgelegde zenders.
1 Activeer de keuzefunctie voor afstemmen op voorkeurzenders
Draai aan de regelknop.
Een zenderlijst wordt weergegeven.
2 Kies de gewenste zender in het geheugen
Draai aan de regelknop.
3 Roep de zender op
Druk de regelknop in.
Afstemmen op voorkeurzenders annuleren
Druk op de toets [FNC].
⁄
• Deze functie kan worden bediend met de toets [1]
— [6].
Zie <Basisbediening> (pagina 76).
Functie van de afstandsbediening
Direct afstemmen
Afstemmen door de frequentie in te voeren.
1 Activeer de directe afstemfunctie
Druk op de toets [DIRECT] van de afstandsbediening.
“– – – –” wordt getoond.
2 Voer de frequentie in
Druk op de cijfertoetsen van de afstandsbediening.
Voorbeeld:
Gewenste frequentie Druk op de toetsen
92,1 MHz (FM) [0], [9], [2], [1]
810 kHz (AM) [0], [8], [1], [0]
Annuleren van de directe afstemfunctie
Druk op de toets [DIRECT] van de afstandsbediening.
⁄
• U kunt de frequenties van de FM-band in stappen van minimaal 0,1 MHz invoeren.
Veranderen van de taal voor de PTYfunctie
De weergavetaal van het programmatype selecteren;
Taal
Engels
Spaans
Frans
Display
“English”
“Spanish”
“French”
Nederlands “Dutch”
Taal
Noors
Portugees
Zweeds
Duits
Display
“Norwegian”
“Portuguese”
“Swedish”
“German”
1 Activeer de PTY-functie
Zie <PTY (Program Type)> (pagina 88).
2 Activeer de functie voor het veranderen van de taal
Druk op de toets [TI].
3
Kies de taal
Draai aan de regelknop of druk deze naar boven of beneden.
4 Sluit de functie voor het veranderen van de taal af
Druk op de toets [TI].
Nederlands | 87
Tunerbediening
PTY (Program Type)
Onderstaand programmatype selecteren en zoeken naar een zender;
Programmatype Display
Lezingen “All Speech”
Muziek “All Music”
Nieuws
Actualiteit
Informatie
“News”
“Current Affairs”
“Information”
Sport
Educatief
Drama
Cultuur
Wetenschap
Gevarieerd
Pop
Rock
Easy listening
Licht klassiek
Zwaar klassiek
Overige muziek
“Sport”
“Education”
“Drama”
“Cultures”
“Science”
“Varied Speech”
“Pop Music”
“Rock Music”
“Easy Listening
M”
“Light Classic
M”
“Serious
Classics”
“Other Music”
Programmatype Display
Weer “Weather &
Metr”
Geldzaken “Finance”
Kinderprogramma’s “Children's
Prog”
Sociale zaken
Religie
“Social Affairs”
“Religion”
Luisteraarparticipatie “Phone In”
Reizen “Travel &
Touring”
Recreatie “Leisure &
Hobby”
“Jazz Music” Jazz
Country “Country Music”
Nationale muziek “National
Music”
Gouwe ouwe “Oldies Music”
Folkmuziek
Documentaire
“Folk Music”
“Documentary”
• Lezingen en muziek omvatten tevens onderstaande programmatypes.
Muziek: in zwarte letters.
Lezingen: in witte letters.
1 Activeer de PTY-functie
Druk de regelknop in.
“PTY Select” wordt getoond.
2
Kies het programmatype
Draai aan de regelknop of druk deze naar boven of beneden.
3 Zoek naar zenders met het gekozen programmatype
Druk de regelknop naar rechts of links.
4 Sluit de PTY-functie af
Druk de regelknop in.
⁄
• Deze functie is niet beschikbaar tijdens de ontvangst van een verkeersbericht of een AM-zender.
• Wanneer het geselecteerde programmatype niet wordt gevonden, wordt “No PTY” getoond. Kies een ander programmatype.
Vastleggen van voorkeurprogrammatypes
Vastleggen van een programmatype in het voorkeurgeheugen om het type snel te kunnen oproepen.
Vastleggen van het programmatype
1 Kies het vast te leggen programmatype
Zie <PTY (Program Type)> (pagina 88).
2 Activeer de functie voor het vastleggen van programmatypes in het voorkeurgeheugen
Druk op de toets [FNC].
3 Kies het nummer dat u in het geheugen wilt vastleggen
Draai aan de regelknop of druk deze naar links of rechts.
4
Leg het programmatype vast
Houd de regelknop ten minste 1 seconde ingedrukt.
5 Sluit de functie voor het vastleggen van programmatypes in het voorkeurgeheugen af
Druk op de toets [FNC].
Oproepen van het vastgelegde programmatype
1 Activeer de PTY-functie
Zie <PTY (Program Type)> (pagina 88).
2 Activeer de functie voor het vastleggen van programmatypes in het voorkeurgeheugen
Druk op de toets [FNC].
3 Kies het nummer dat u wilt ophalen uit het geheugen
Draai aan de regelknop of druk deze naar links of rechts.
4 Roep het programmatype op
Druk de regelknop in.
5 Sluit de functie voor het vastleggen van programmatypes in het voorkeurgeheugen af
Druk op de toets [FNC].
88 | DPX503U/DPX303/DPX313
Andere functies
Activeren van de beveiligingscode
⁄
• U kunt een 4-cijferig getal naar keuze instellen als beveiligingscode.
• De beveiligingscode of een verwijzing ernaar kan niet worden weergegeven. Noteer de beveiligingscode en bewaar ze op een veilige plaats.
1 Selecteer het item beveiligingscode in de menufunctie (In stand-by)
“Security Set” wordt getoond.
Raadpleeg <Functieregeling> (pagina 78) voor informatie over hoe u items in de functieregeling instelt.
2 Activeer de beveiligingscodefunctie
Houd de regelknop ten minste 1 seconde ingedrukt.
Wanneer “Enter” wordt getoond, verschijnt eveneens “SECURITY SET”.
3 Voer beveiligingscode in
Type bewerking
Kies de in te voeren cijfers
Kies de cijfers voor de beveiligingscode
Werking
Druk de regelknop naar rechts of links.
Draai aan de regelknop of druk deze naar boven of beneden.
4 Bevestig de beveiligingscode
Houd de regelknop ten minste 3 seconden ingedrukt.
Wanneer “Re-Enter” wordt getoond, verschijnt eveneens “SECURITY SET”.
5 Herhaal stappen 3 t/m 4 en voer de beveiligingscode opnieuw in.
“Approved” wordt getoond.
De beveiligingscodefunctie wordt geactiveerd.
⁄
• Wanneer in stappen 3 t/m 4 een verkeerde code wordt ingevoerd, moet de procedure vanaf stap 3 worden herhaald.
6 Afsluiten van de beveiligingscodefunctie
Druk op de toets [FNC].
Invoeren van de beveiligingscode
De beveiligingscode is vereist wanneer het audiosysteem voor het eerst wordt gebruikt nadat het is losgekoppeld van de accuvoeding of wanneer op de resettoets wordt gedrukt.
1 Schakel de spanning in.
2 Herhaal stappen 3 t/m 4 en voer de beveiligingscode in.
“Approved” wordt getoond.
Het toestel kan gebruikt worden.
Deactiveren van de beveiligingscode
U kunt de beveiligingscodefunctie als volgt deactiveren.
1
Selecteer het item beveiligingscode in de menufunctie (In stand-by)
Kies het display “Security Clear”.
Raadpleeg <Functieregeling> (pagina 78) voor informatie over hoe u items in de functieregeling instelt.
2 Activeer de beveiligingscodefunctie
Houd de regelknop ten minste 1 seconde ingedrukt.
Wanneer “Enter” wordt getoond, verschijnt eveneens “SECURITY CLEAR”.
3 Voer beveiligingscode in
Type bewerking
Kies de in te voeren cijfers
Kies de cijfers voor de beveiligingscode
Werking
Druk de regelknop naar rechts of links.
Draai aan de regelknop of druk deze naar boven of beneden.
4
Houd de regelknop ten minste 3 seconden ingedrukt.
“Clear” wordt getoond.
De beveiligingscodefunctie wordt gedeactiveerd.
5 Afsluiten van de beveiligingscodefunctie
Druk op de toets [FNC].
⁄
• Indien een verkeerde beveiligingscode is ingevoerd, wordt de melding “Error” getoond. Voer de juiste beveiligingscode in.
Nederlands | 89
Andere functies
Handmatig instellen van de klok
1
Selecteer de functie voor het instellen van de klok
Kies het display “Clock Adjust”.
Raadpleeg <Functieregeling> (pagina 78) voor informatie over hoe u items in de functieregeling instelt.
2 Activeer de functie voor het instellen de klok
Houd de regelknop ten minste 1 seconde ingedrukt.
Het klokdisplay knippert.
3 Instellen van de klok
Type bewerking
Het item selecteren (uren of minuten)
Stel elke aanduiding in
Werking
Druk de regelknop naar rechts of links.
Draai aan de regelknop of druk deze naar boven of beneden.
4 Sluit de functie voor het instellen van de klok af
Druk op de toets [FNC].
⁄
• U kunt deze aanpassing uitvoeren wanneer “MENU” >
“SYNC” in <Functieregeling> (pagina 78) is ingesteld op
“OFF”.
Instellen van de datum
1 Selecteer de functie voor het instellen van de datum
Kies het display “Date Adjust”.
Raadpleeg <Functieregeling> (pagina 78) voor informatie over hoe u items in de functieregeling instelt.
2 Activeer de functie voor het instellen de datum
Houd de regelknop ten minste 1 seconde ingedrukt.
Het datumdisplay knippert.
3 Datum aanpassen
Type bewerking
Kies het item (maand, dag of jaar)
Stel elke aanduiding in
Werking
Druk de regelknop naar rechts of links.
Draai aan de regelknop of druk deze naar boven of beneden.
4 Sluit de functie voor het instellen van de datum af
Druk op de toets [FNC].
90 | DPX503U/DPX303/DPX313
Instelling van de demonstratiemodus
De demonstratiemodus in- en uitschakelen
1 Kies de demonstratiemodus in menufunctie
Kies het display “DEMO Mode”.
Raadpleeg <Functieregeling> (pagina 78) voor informatie over hoe u items in de functieregeling instelt.
2
Stel de demonstratiemodus in
Houd de regelknop ten minste 2 seconden ingedrukt.
Elke keer wanneer de knop gedurende ten minste 2 seconden wordt ingedrukt, wordt demonstratiemodus in- of uitgeschakeld.
3 Sluit de demonstratiemodus
Druk op de toets [FNC].
Wanneer een LX AMP-toestel is aangesloten
AMP-regeling
U kunt de LX AMP regelen die is aangesloten op het toestel.
1 Kies de AMP-bediening in menufunctie
Selecteer het display “AMS Control”.
Raadpleeg <Functieregeling> (pagina 78) voor informatie over hoe u items in de functieregeling instelt.
2 Activeer de AMP-regelfunctie
Houd de regelknop ten minste 1 seconde ingedrukt.
3 Kies het in te stellen item van de AMP-regeling
Druk de regelknop omhoog of omlaag.
⁄
• Zie de bijgeleverde handleiding van de LX AMP voor meer informatie over de AMP-regeling.
4 Stel het item van de AMP-regeling in
Druk de regelknop naar rechts of links.
5 Sluit de AMP-regelfunctie af
Druk op de toets [FNC].
Audio-aanpassingen
Functie van de DPX503U
Selectie van het type auto
U kunt compenseren voor de verschillen tussen de momenten waarop het geluid op uw luisterpositie arriveert, een verschijnsel dat wordt veroorzaakt doordat de luidsprekers op verschillende plaatsen in uw auto geïnstalleerd kunnen zijn, door uw specifieke geluidsomgeving te selecteren uit één van onderstaande type auto's;
Type auto (plaats van de achterste luidsprekers)
Geen compensatie.
Hatchback (achterportier)
Hatchback (bagageruimte)
Sedan (achterportier)
Sedan (bagageruimte)
Stationwagon (achterportier)
Stationwagon (bagageruimte)
Display
“OFF”
“Compact1”
“Compact2”
“Sedan1”
“Sedan2”
“Wagon1”
“Wagon2”
Minibus (achterportier)
Minibus (bagageruimte)
SUV (achterportier)
SUV (bagageruimte)
“Minivan1”
“Minivan2”
“SUV1”
“SUV2”
Personenbus (achterportier)
Personenbus (bagageruimte)
“PassengerVan1”
“PassengerVan2”
De met <DTA> (pagina 91) ingestelde waarde.
“User”
1 Activeer de selectiemodus voor het type auto
Selecteer “SOUND” > “S-SET” > “CABIN”.
Raadpleeg <Functieregeling> (pagina 78) voor informatie over hoe u items in de functieregeling instelt.
2
Selecteer het type auto
Draai aan de regelknop en druk op het midden wanneer het gewenste item wordt getoond.
3 Verlaat de selectiemodus voor het type auto
Druk op de toets [FNC].
⁄
• U kunt de compensatiewaarden voor de afstanden tot de luidsprekers nauwkeuriger in stellen met behulp van
<DTA> (pagina 91).
De met <DTA> ingestelde waarde kan met de instelling
“User” weer worden opgeroepen.
Functie van de DPX503U
Instellen van DTA (Digital Time
Alignment)
met <Selectie van het type auto> (pagina 91).
1 Activeer de DTA-instelmodus
Selecteer “SOUND” > “S-SET” > “DTA”.
Raadpleeg <Functieregeling> (pagina 78) voor informatie over hoe u items in de functieregeling instelt.
2 Selecteer de luidsprekers die u wilt instellen
In te stellen luidspreker
Voorste luidsprekers
Achterste luidsprekers
Display
“DTA-Front”
“DTA-Rear”
Subwoofer “DTA-Sub”
Draai aan de regelknop en druk op het midden wanneer het gewenste item wordt getoond.
3 Stel de compensatiewaarde voor de luidsprekerpositie in
Draai aan de regelknop.
Het instelbereik is van 0 tot 440 cm.
Zie <Appendix> (pagina 98) voor details over het instellen van de compensatiewaarde.
4
Verlaat de DTA-instelmodus
Druk op de toets [FNC].
Nederlands | 91
Audio-aanpassingen
Functie van de DPX503U
Instellen van X’Over
U kunt voor de luidsprekers een X’Over-waarde
(crossoverwaarde) instellen;
Instelitem
Hoogdoorgangsfilter voor de voor-uitgang
Display Instelbereik
“HPF-Front” Doorlaten/40/60/80/100/
120/150/180/220 Hz
Hoogdoorgangsfilter voor de achter-uitgang
“HPF-Rear”
Laagdoorgangsfilter “LPF”
Doorlaten/40/60/80/100/
120/150/180/220 Hz
50/60/80/100/120/
Doorlaten Hz
Subwooferniveau
Fase voor nietfadergestuurde uitgang
“SUB-W LEVEL” –15 — +15
“SW PHASE” Omgekeerd (180°)/
Normaal (0°)
1 Activeer de instelmodus voor X’Over
Selecteer “SOUND” > “S-SET” > “XOVER”.
Raadpleeg <Functieregeling> (pagina 78) voor informatie over hoe u items in de functieregeling instelt.
2
Selecteer het item dat u wilt instellen
Draai aan de regelknop en druk op het midden wanneer het gewenste item wordt getoond.
3 Stel de X’Over-waarde in
Draai aan de regelknop.
4 Verlaat de instelmodus voor X’Over
Druk op de toets [FNC].
Functie van de DPX503U
Instellen van de equalizer
U kunt de volgende equalizerfuncties instellen;
Instelitem
System Q
Display
“Preset EQ”
Instelbereik
“NATURAL” (natuurlijk)/
“USER” (gebruikersinstelling)/
“ROCK” (rock)/ “POPS” (pop)/
“EASY” (easy-listening)/
“TOP40” (top 40)/ “JAZZ”
(jazz)/ ”GAME” (spel)
–8 — +8 Niveau van de lage tonen*
Niveau van de middentonen*
Niveau van de hoge tonen*
“Bass”
“Middle”
“Treble”
–8 — +8
–8 — +8
* Brontoongeheugen: de ingestelde waarde wordt per bron in het geheugen opgeslagen.
⁄
• “USER”: de bereiken die de laatste keer zijn ingesteld voor de niveaus van de lage tonen, middentonen en hoge tonen worden automatisch opgeroepen.
1 Activeer de instelmodus voor de equalizer
Selecteer “SOUND” > “S-CTRL” > “EQ”.
Raadpleeg <Functieregeling> (pagina 78) voor informatie over hoe u items in de functieregeling instelt.
2 Selecteer het item dat u wilt instellen
Draai aan de regelknop en druk op het midden wanneer het gewenste item wordt getoond.
3 Stel de waarde in.
Draai aan de regelknop.
4
Verlaat de instelmodus voor de equalizer
Druk op de toets [FNC].
Functie van de DPX503U
Selectie van voorgeprogrammeerde luisterposities
Selecteer één van onderstaande stoelposities om de positie van het normale geluidsveld te compenseren ten opzichte van de door u gekozen positie;
Te compenseren stoel
Geen compensatie.
Linker voorstoel
Rechter voorstoel
Voorstoelen
De met <Handmatige instelling van de luisterpositie> (pagina 93) ingestelde waarde.
Instelbereik
“All”
“FrontLeft”
“FrontRight”
“FrontAll”
“USER”
1 Activeer de instelmodus voor de luisterpositie
Selecteer “SOUND” > “S-CTRL” > “POSIT” >
“P-POSI”.
Raadpleeg <Functieregeling> (pagina 78) voor informatie over hoe u items in de functieregeling instelt.
2 Selecteer de luisterpositie waarvoor u het geluidsveld wilt compenseren
Draai aan de regelknop.
3 Verlaat de instelmodus voor de luisterpositie
Druk op de toets [FNC].
92 | DPX503U/DPX303/DPX313
Functie van de DPX503U
Handmatige instelling van de luisterpositie
Per luidspreker fijnafstellen van de waarde voor de luidsprekerpositie die is geselecteerd met Selectie van voorgeprogrammeerde luisterposities.
1 Activeer de instelmodus voor de luisterpositie
Selecteer “SOUND” > “S-CTRL” > “POSIT” >
“M-POSI”.
Raadpleeg <Functieregeling> (pagina 78) voor informatie over hoe u items in de functieregeling instelt.
2 Selecteer de luidspreker die u wilt fijnafstellen
Item Overzicht instelling
“Front Lch” Linker voorluidspreker
“Front Rch” Rechter voorluidspreker
“Rear Lch” Linker achterluidspreker
“Rear Rch” Rechter achterluidspreker
“Sub Lch”
“Sub Rch”
Linker subwoofer
Rechter subwoofer
Draai aan de regelknop en druk op het midden wanneer het gewenste item wordt getoond.
3 Stel de luidspreker in
Draai aan de regelknop.
Het instelbereik is van 0 tot 170 cm.
4 Verlaat de instelmodus voor de luisterpositie
Druk op de toets [FNC].
⁄
• Wanneer u de instelling “User” van <Selectie van voorgeprogrammeerde luisterposities> (pagina 92) selecteert, wordt de als laatste aangepaste instelwaarde opgeroepen.
Functie van de DPX503U
Audiovoorkeurgeheugen
Vastleggen van de waarden die zijn ingesteld met de geluidsregeling. Het geheugen kan niet worden gewist met de resettoets.
1 Stel de geluidsregeling in
Zie de procedure hieronder voor het instellen van de geluidsregeling.
- Selectie van het type auto (pagina 91)
- Instellen van DTA (Digital Time Alignment) (pagina
91)
- Instellen van X’Over (pagina 92)
- Instellen van de equalizer (pagina 92)
- Selectie van voorgeprogrammeerde luisterposities
(pagina 92)
- Handmatige instelling van de luisterpositie
(pagina 93)
2 Activeer de audiovoorkeurgeheugenmodus
Selecteer “SOUND” > “PRESET” > “MEMO”.
Raadpleeg <Functieregeling> (pagina 78) voor informatie over hoe u items in de functieregeling instelt.
3 Leg de audiovoorkeur vast in het geheugen
Druk de regelknop in.
“Memory?” wordt getoond.
4 Draai aan de regelknop om “YES” te selecteren en druk vervolgens de regelknop in.
“Memory Completed” wordt getoond.
5 Sluit de audiovoorkeurfunctie af
Druk op de toets [FNC].
⁄
• Sla 1 audiovoorkeurgeheugen op. Opslaan per bron is niet mogelijk.
• Wanneer u op de resettoets drukt, worden alle bronnen ingesteld op de vastgelegde instelwaarden.
Nederlands | 93
Audio-aanpassingen
Functie van de DPX503U
Audiovoorkeuroproep
Oproepen van de geluidsinstellingen die zijn vastgelegd in het <Audiovoorkeurgeheugen>
(pagina 93).
1 Kies de geluidsbron
Raadpleeg <Aan-uit/geluidsbron-keuzetoets> in
<Basisbediening> (pagina 76).
2 Activeer de audiovoorkeuroproepmodus
Selecteer “SOUND” > “PRESET” > “RECALL”.
Raadpleeg <Functieregeling> (pagina 78) voor informatie over hoe u items in de functieregeling instelt.
3
Roep de audiovoorkeurinstellingen op
Druk de regelknop in.
“Recall?” wordt getoond.
4 Draai aan de regelknop om “YES” te selecteren en druk vervolgens de regelknop in.
“Recall Completed” wordt getoond.
5
Verlaat de audiovoorkeuroproepmodus
Druk op de toets [FNC].
⁄
• Het gebruikergeheugen van “SYSTEM Q” in <Instellen van de equalizer> (pagina 92) wordt gewijzigd in de opgeroepen waarde.
• Het item brontoongeheugen van <Instellen van de equalizer> (pagina 92) wordt gewijzigd in de waarde die door de gekozen bron werd opgeroepen.
Audioregeling
U kunt wijzigingen aanbrengen aan de volgende items voor audioregeling;
Instelitem
Achtervolume
Display Instelbereik
“REAR VOLUME” 0 — 35
Subwooferniveau* “SUB-W LEVEL” –15 — +15
System Q* “NATURAL”/
“USER”/“ROCK”/
“POPS”/“EASY”/
“TOP40”/“JAZZ”/
”GAME”
Natuurlijk/
Gebruikersinstelling/
Rock/Pop/Easy-listening/
Top 40/Jazz/Spel
“BASS LEVEL” –8 — +8 Niveau van de lage tonen*
Niveau van de middentonen*
Niveau van de hoge tonen*
“MIDDLE LEVEL”
“TREBLE LEVEL”
–8 — +8
–8 — +8
Balans
Fader
“BALANCE”
“FADER”
Links 15 — Rechts 15
Achteraan 15 — Vooraan 15
Sluit de audioregelfunctie (volumeregelfunctie) af
*Functie van de DPX303/DPX313.
⁄
• Brontoongeheugen:U kunt voor elke geluidsbron de lage, de midden en de hoge tonen instellen.
• “USER”: de bereiken die de laatste keer zijn ingesteld voor de niveaus van de lage tonen, middentonen en hoge tonen worden automatisch opgeroepen.
1 Kies de in te stellen geluidsbron
Raadpleeg <Aan-uit/geluidsbron-keuzetoets> in
<Basisbediening> (pagina 76).
2 Activeer de audioregelfunctie
Druk op de knop [AUD].
3
Kies het in te stellen audio-item
Druk op de knop [AUD].
4 Stel het item in
Draai aan de knop [AUD].
5 Sluit de audioregelfunctie af
Druk op een willekeurige toets.
Druk op een andere toets dan de [AUD]-knop of
[
0
]- en [ATT]-toets.
94 | DPX503U/DPX303/DPX313
Audio-instelling
U kunt het geluidssysteem als volgt instellen;
Instelitem
Hoogdoorgangsfilter voor de voor-uitgang*
Hoogdoorgangsfilter voor de achter-uitgang*
Display
“HPF-F”
“HPF-R”
Instelbereik
Doorlaten/40/60/80/100/
120/150/180/220 Hz
Doorlaten/40/60/80/100/
120/150/180/220 Hz
Laagdoorgangsfilter*
Subwooferfase*
“LPF” 50/60/80/100/120/
Doorlaten Hz
“SW PHASE” Omgekeerd (180°)/ Normaal
(0°)
Volumecompensatie “VOL-OFFSET” –8 — ±0 (AUX: -8— +8)
Loudness* “LOUD”
Dubbele-zonesysteem “2 ZONE”
Uit/Aan
Uit/Aan
*Functie van de DPX303/DPX313.
⁄
• Volumecompensatie: het volume van elke geluidsbron kan worden gecompenseerd en aan het standaardvolume worden aangepast.
• Toonversterking: versterken van de lage en hoge tonen bij weergave met een laag volume. (Alleen de lage toon wordt gecompenseerd wanneer de tuner als bron wordt geselecteerd.)
• Dubbele-zonesysteem
De hoofdbron en de subbron (hulpingang) geven het voorkanaal en het achterkanaal afzonderlijk weer.
- Stel het kanaal van de subbron door middel van
“Zone2” in <Functieregeling> (pagina 78).
- De hoofdbron wordt gekozen met de toets [SRC].
- Het volume van het voorkanaal wordt afgesteld met de knop [AUD].
- Pas het volume van het achterkanaal aan door middel van <Audioregeling> (pagina 94) of de [ 5 ]/[ ∞ ]-toets op de afstandsbediening (pagina 97).
- De audioregeling heeft geen effect op de subbron.
1 Kies de in te stellen geluidsbron
Raadpleeg <Aan-uit/geluidsbron-keuzetoets> in
<Basisbediening> (pagina 76).
2 Activeer de audio-instelfunctie
Houd de knop [AUD] ten minste 1 seconde ingedrukt.
3 Kies het in te stellen audio-instelitem
Druk op de knop [AUD].
4
Stel het audio-instelitem in
Draai aan de knop [AUD].
5 Sluit de audio-instelfunctie af
Houd de knop [AUD] ten minste 1 seconde ingedrukt.
Luidsprekerinstelling
Fijnafstemmen zodat de System Q-waarde bij het instellen van het luidsprekertype optimaal is;
Luidsprekertype
UIT
Voor luidspreker van 5 & 4 inch
Voor luidspreker van 6 & 6x9 inch
Voor OEM-luidspreker
Display
“OFF”
“5/4inch”
“6x9/6inch”
“O.E.M.”
1 Schakel het toestel in stand-by
Selecteer de weergave “STANDBY”.
Raadpleeg <Aan-uit/geluidsbron-keuzetoets> in
<Basisbediening> (pagina 76).
2 Activeer de luidsprekerinstelfunctie
Druk op de knop [AUD].
“SP SEL” wordt getoond.
3 Kies het luidsprekertype
Draai aan de knop [AUD].
4 Sluit de luidsprekerinstelfunctie af
Druk op de knop [AUD].
Nederlands | 95
Audio-aanpassingen
Functie van de DPX303/DPX313
Audiovoorkeurgeheugen
Vastleggen van de waarden die zijn ingesteld met de geluidsregeling. Het geheugen kan niet worden gewist met de resettoets.
1 Stel de geluidsregeling in
Zie de procedure hieronder voor het instellen van de geluidsregeling.
- <Audioregeling> (pagina 94)
- <Audio-instelling> (pagina 95)
2 Kies de audiovoorkeurfunctie in menufunctie
(Andere stand dan stand-by)
Kies het display “Audio Preset”.
Raadpleeg <Functieregeling> (pagina 78) voor informatie over hoe u items in de functieregeling instelt.
3 Activeer de audiovoorkeurfunctie
Houd de regelknop ten minste 1 seconde ingedrukt.
4 Kies het audiovoorkeurgeheugen
Draai aan de regelknop.
Kies het display “Memory”.
5 Bepaal of u de audiovoorkeur wilt vastleggen in het geheugen
Druk de regelknop in.
“Memory?” wordt getoond.
6 Leg de audiovoorkeur vast in het geheugen
Draai aan de regelknop om “YES” te selecteren en druk vervolgens de regelknop in.
“Memory Completed” wordt getoond.
7 Sluit de audiovoorkeurfunctie af
Druk op de toets [FNC].
⁄
• Sla 1 audiovoorkeurgeheugen op. Opslaan per bron is niet mogelijk.
• Wanneer u op de resettoets drukt, worden alle bronnen ingesteld op de vastgelegde instelwaarden.
• De volgende instellingen kunnen niet worden vastgelegd.
Volume, Balans, Fader, Toonversterking,
Volumecompensatie, Dubbele-zonesysteem,
Achtervolume
Functie van de DPX303/DPX313
Audiovoorkeuroproep
Oproepen van de geluidsinstellingen die zijn vastgelegd in het <Audiovoorkeurgeheugen>
(pagina 96).
1 Kies de geluidsbron
Raadpleeg <Aan-uit/geluidsbron-keuzetoets> in
<Basisbediening> (pagina 76).
2 Kies de audiovoorkeurfunctie in menufunctie
(Andere stand dan stand-by)
Kies het display “Audio Preset”.
Raadpleeg <Functieregeling> (pagina 78) voor informatie over hoe u items in de functieregeling instelt.
3 Activeer de audiovoorkeurfunctie
Houd de regelknop ten minste 1 seconde ingedrukt.
4 Kies de audiovoorkeurgeheugenoproep
Draai aan de regelknop.
Kies het display “Recall”.
5 Bepaal of u de audiovoorkeur wilt oproepen
Druk de regelknop in.
“Recall?” wordt getoond.
6 Roep de audiovoorkeurinstellingen op
Draai aan de regelknop om “YES” te selecteren en druk vervolgens de regelknop in.
“Recall Completed” wordt getoond.
7 Sluit de audiovoorkeurfunctie af
Druk op de toets [FNC].
⁄
• Het gebruikergeheugen van “SYSTEM Q” in
<Audioregeling> (pagina 94) wordt gewijzigd in de opgeroepen waarde.
• Het item brontoongeheugen van <Audioregeling>
(pagina 94) wordt gewijzigd in de waarde die door de gekozen bron werd opgeroepen.
96 | DPX503U/DPX303/DPX313
Accessoire voor de DPX503U/DPX313
Basisbedieningen met de afstandsbediening
Met tuner als geluidsbron
VOL
AUD
AUD
SRC
VOL
ATT
SRC
ATT
FM/AM
2-ZONE
0 — 9
Algemene functies
Volumeregelaar
Bronselectie
[VOL]
[SRC]
Demping [ATT]
Audioregeling
DIRECT
(pagina 87)
Audio-item selecteren [AUD]
Stellen het audio-item in.
⁄
[VOL]
• Zie <Audioregeling> (pagina 94) voor methoden zoals de procedures voor audioregeling en andere bewerkingen.
Dubbele-zonebesturing
Bandkeuze [FM]/[AM]
Zenderkeuze [ 4 ]/[ ¢ ]
Voorkeurzenders oproepen [1] — [6]
CD/USB-bron
Muziekkeuze [
4
]/[
¢
]
Map-/CD-keuze [FM]/[AM]
Onderbreken/Hervatten [
38
]
⁄
Over [ ]
Deze knop wordt gebruikt wanneer Bluetooth HANDS
FREE BOX aangesloten is. Raadpleeg voor meer informatie de gebruiksaanwijzing van Bluetooth HANDS
FREE BOX.
¤
• Plaats de afstandsbediening niet op warme plaatsen zoals het dashboard.
Batterijen plaatsen en vervangen
Gebruik twee “AA”/ “R6”-batterijen.
Druk het deksel omlaag en schuif het weg, zoals de afbeelding laat zien.
Let bij het plaatsen van de batterijen op de + en
– polen. Volg hierbij de afbeelding in het batterijvak.
Dubbele-zonesysteem aan en uit
Volumeregeling achterste kaneel
[2-ZONE]
[
5
]/ [
∞
]
Nederlands | 97
Appendix
Audiobestanden
AAC-LC (.m4a), MP3 (.mp3), WMA (.wma)
CD-R/RW/ROM
• Bestandsindelingen voor afspeelbare disks
ISO 9660 Level 1/2, Joliet, Romeo, Lange bestandsnaam.
• Modellen met USB-functie
DPX503U
USB-apparaat voor massaopslag
• Bestandssysteem van afspeelbaar USB-apparaat
Zelfs als de audiobestanden aan de bovenstaande normen voldoen, kunnen zij mogelijk niet worden afgespeeld, afhankelijk van de media- en apparaattypen en de omstandigheden.
• Afspeelvolgorde van audiobestanden
In het onderstaande voorbeeld van een mappen-/ bestandenstructuur worden de bestanden afgespeeld in de volgorde van ① tot ⑩ .
CD ( ) < : Folder v v : Audio fi v v v v v.
Er is een online handleiding over audiobestanden beschikbaar op de site onder www.kenwood.
com/audiofile/ . Deze online handleiding bevat gedetailleerde informatie en opmerkingen die niet zijn opgenomen in deze handleiding. Lees ook de online handleiding door.
⁄
• In deze handleiding wordt het woord “USB-apparaat” gebruikt voor Flash-geheugens en digitale audiospelers met
USB-aansluitingen.
• Het woord “iPod” dat in deze handleiding verschijnt, duidt op de iPod die is aangesloten met de iPod-verbindingskabel
(optioneel accessoire). De iPod die is aangesloten met de iPod-verbindingskabel kan worden bediend vanaf dit toestel. iPods die kunnen worden aangesloten met de iPod-verbindingskabel zijn de iPod nano, Fifth Generation iPod, iPod classic en iPod touch. Andere iPods kunnen niet worden aangesloten.
Over het USB-apparaat
• Als u het afspelen start nadat u de iPod hebt aangesloten, wordt de muziek op de iPod als eerste afgespeeld.
In dat geval wordt “RESUMING” weergegeven zonder dat er bijvoorbeeld een mapnaam wordt weergegeven. Als het item wordt gewijzigd, wordt een correcte titel e.d. weergegeven.
• Als de iPod is aangesloten op deze eenheid, wordt
“KENWOOD” of “ ✓ ” weergegeven op de iPod om aan te geven dat u de iPod niet kunt bedienen.
• Als het USB-apparaat is aangesloten op deze eenheid, kan het worden opgeladen mits de eenheid een eigen voeding heeft.
• Installeer het USB-apparaat op een plaats waar het geen hindernis vormt voor het correct besturen van uw voertuig.
• U kunt een USB-apparaat niet aansluiten via een
USB-hub en multikaartlezer.
• Zorg voor reservekopieën van de audiobestanden die u met dit toestel gebruikt. De bestanden kunnen worden gewist afhankelijk van de bedieningsvoorwaarden van het USB-apparaat.
Wij betalen geen vergoeding voor schade als gevolg van het verloren gaan van opgeslagen gegevens.
• Dit toestel wordt niet geleverd met een USBapparaat. Koop een in de handel verkrijgbaar USBapparaat.
• Bij het aansluiten van het USB-apparaat wordt geadviseerd gebruik te maken van de CA-U1EX
(optie).
Normale weergave is niet gegarandeerd wanneer u een andere kabel dan de USB-compatibele kabel gebruikt. Aansluiting van een kabel met een totale lengte van meer dan 5 m kan abnormale weergave tot gevolg hebben.
Over KENWOOD “Music Editor” met pctoepassing
• “Music Editor” is opgenomen op de CD-ROM die bij dit toestel wordt geleverd.
• Raadpleeg de meegeleverde gebruikershandleiding op de installatie-CD-ROM en in de Help van “Music
Editor” voor nadere details over de bediening van
“Music Editor”.
• Het toestel kan nummers op USB-apparaten afspelen die zijn gemaakt door “Music Editor”.
• Informatie over de upgrade van “Music Editor” is beschikbaar op www.kenwood.com.
98 | DPX503U/DPX303/DPX313
De KCA-BT100 bedienen (Optioneel)
De volgende bedieningsmethoden voor deze functie kunnen echter verschillen van de beschrijving in de instructiehandleiding; raadpleeg in dat geval de bijkomende aanwijzingen hieronder.
<Geregistreerde mobiele telefoon verwijderen>
1–3. De werking is dezelfde. Raadpleeg de instructiehandleiding van de KCA-BT100.
4. Druk de regelknop in.
5. Selecteer “YES” met de regelknop.
6. Druk de regelknop in.
7. Druk op de toets [FNC].
<Menusysteem>
Raadpleeg <Functieregeling> in deze handleiding voor meer informatie over de menubediening.
Over het display
De status van de mobiele telefoon wordt weergegeven in het statusdisplay van dit toestel.
Sommige weergaven kunnen bovendien verschillen van de beschrijving in de gebruiksaanwijzing van de
KCA-BT100.
Weergaven van de KCA-BT100 gebruiksaanwijzing
Eigenlijke weergave op dit toestel
“Phone Delete”
“Phone Status”
“Device Delete”
“BT DVC Status”
BT : Geeft de Bluetooth-verbindingsstatus weer. Deze indicator licht op wanneer een mobiele telefoon is aangesloten op dit toestel.
Verklarende woordenlijst voor de functieregeling
Instellen van de bronkeuzefunctie.
1 : Hiermee worden bronpictogrammen voor uw keuze weergegeven.
2 : Hiermee kunt u één voor één bronnen selecteren.
• Display
Wanneer u het toestel niet bedient gedurende ten minste 5 seconden, wordt het display uitgeschakeld. Tijdens de regeling van een functie blijft het display ook na 5 seconden nog ingeschakeld.
Verkleint de helderheid van de toetsverlichting.
AUTO: Dimt de verlichting samen met de lichtschakelaar van de auto.
MNAL: Dimt de verlichting constant.
OFF: Verlichting wordt niet gedimd.
• AT COL CHG (Automatische wijziging van de verlichtingskleur)
Selecteer “iPod” om de toetsverlichting automatisch te wijzigen volgens de kleur van de iPod tijdens de weergave van de iPod-bron.
* De kleur van de toetsverlichting is enkel een aanbevolen kleur van ons bedrijf. Het komt niet noodzakelijk overeen met dat van de iPod.
Compatibele iPod-modellen: iPod (5de generatie), iPod classic, iPod touch, iPod nano (1ste/2de/3de generatie),
Vijfde generatie iPod (iPod met video)
Overschakelen van de preout-uitgang tussen de achterste uitgang (“Rear”) en subwoofer-uitgang
(“Sub-W”).
• AMP
Selecteer “OFF” om de ingebouwde versterker uit te schakelen. Door de ingebouwde versterker uit te schakelen, verbetert de geluidskwaliteit van de
Preout.
Selecteer “OFF” om de functies van de Dubbele
Zone en de KCA-BT100 (optioneel accessoire) uit te schakelen aangezien geen geluid zal worden uitgevoerd door de voorluidsprekers.
• Zone2 (Dubbele zone)
De bestemming instellen (voorste luidspreker
“Front” of achterste luidspreker “Rear”) van de subbron (hulpingangsbron) wanneer de dubbelezonefunctie is ingeschakeld.
Nederlands | 99
Appendix
• Supreme
Technologie om het hoge-frequentiebereik, dat wordt weggelaten tijdens het coderen naar een lage bitsnelheid, te extrapoleren en de vervolledigen met een algoritme (minder dan
128Kbps, sampling-frequentie is 44,1kHz).
Het geluid wordt optimaal verwerkt voor het compressieformaat (AAC, MP3 of WMA) en aangepast aan de gebruikte bitrate.
Het effect is verwaarloosbaar bij liedjes die gecodeerd zijn met een hoge bitsnelheid, variabele bitsnelheid of een beperkte hogefrequentiecomponent hebben.
• News (nieuwsuitzending met uitschakeling voor een bepaalde periode)
Er wordt automatisch naar een nieuwsuitzending overgeschakeld zodra deze begint. Tevens kan er een periode worden ingesteld gedurende dewelke er niet overgeschakeld mag worden nadat een nieuwsbericht is gestart.
Wanneer “News 00min” wordt veranderd in “News
90min” wordt deze functie ingeschakeld.
Wanneer een nieuwsuitzending start wanneer deze functie is ingeschakeld, wordt “Traffic
INFO” getoond en wordt er naar het nieuws overgeschakeld. Wanneer de instelling is ingesteld op “20min”, dan wordt pas op een volgend nieuwsbulletin afgestemd nadat er ten minste 20 minuten verstreken zijn.
Het volume van de nieuwsuitzending staat op hetzelfde niveau als werd ingesteld voor verkeersinformatie.
• Seek Mode (Afstemmodus)
Selecteer een afstemfunctie van de radio.
Afstemfunctie Display Werking
Automatisch zoeken “Auto1” Automatisch zoeken naar een zender.
Voorkeurzender zoeken
“Auto2” Op volgorde zoeken langs de in het voorkeurgeheugen opgeslagen zenders.
Handmatig “Manual” Handmatig op een zender afstemmen.
Wanneer de ontvangst verslechtert, wordt automatisch op een andere frequentie overgeschakeld waarop hetzelfde programma in hetzelfde RDS-netwerk wordt uitgezonden als daardoor een betere ontvangst kan worden verkregen.
• Russian (instellen van Russische taal)
Wanneer deze instelling op ON wordt ingesteld, worden de volgende tekenreeksen in het Russisch weergegeven:
Mapnaam/ Bestandsnaam/ Titel/ Artiestnaam/
Albumnaam/ KCA-BT100 (optioneel accessoire)
• Power OFF (Timer voor het uitschakelen van de spanning)
Instellen van een bepaalde tijd waarna de spanning automatisch wordt uitgeschakeld wanneer het toestel in stand-by blijft staan.
Deze functie kan de accu van de auto beschermen.
– – –: De functie voor het uitschakelen van de spanning is uitgeschakeld.
20min: Schakelt de spanning uit na 20 minuten.
(fabrieksinstelling)
40min: Schakelt de spanning uit na 40 minuten.
60min: Schakelt de spanning uit na 60 minuten.
Bepaalt de methode voor het lezen van een CD.
Wanneer er een probleem is met de weergave van een CD met een speciaal formaat, stelt u deze functie in op “2” om de CD geforceerd af te spelen.
Het is mogelijk dat sommige muziek-CD's ook in de stand “2” niet kunnen worden weergegeven.
Daarenboven kunnen audiobestanden niet worden weergegeven wanneer de functie is ingesteld op “2”. Stel deze functie in op “1” onder normale omstandigheden.
1 : Maakt tijdens CD-weergave automatisch onderscheid tussen muziek-CD's en CD's met audiobestanden.
2 : Forceer afspelen als een muziek-CD.
Stelt het display in op positieve of negatieve weergave. Bovendien kan de display tegelijk met de interieurverlichting worden omgekeerd.
POSI 1 : Geeft de tekst positief weer.
POSI 2 : Als de interieurverlichting uit is, wordt de tekst positief weergegeven; Als de interieurverlichting aan is, wordt de tekst negatief weergegeven.
NEGA 1 : Geeft de tekst negatief weer.
NEGA 2 : Als de interieurverlichting uit is, wordt de tekst negatief weergegeven; Als de interieurverlichting aan is, wordt de tekst positief weergegeven.
• Cabin
De afstand van de voorste en de achterste luidsprekers tot het midden van het auto-interieur is niet altijd even groot.
Als de voorste luidsprekers van uw auto zich bijvoorbeeld dichter bij het midden van het autointerieur bevinden als de achterste luidsprekers, dan hoort u het geluid van de achterste luidsprekers iets later.
Met deze functie kan het geluid van de luidsprekers die zich het dichtst bij het midden van het autointerieur bevinden, met enige vertraging worden weergegeven zodat u het geluid van de voorste en de achterste luidsprekers tegelijk hoort.
100 | DPX503U/DPX303/DPX313
Deze vertraging kan eenvoudig worden gecompenseerd door aan te geven welk type auto u bezit, omdat er compensatiewaarden voor de meest voorkomende automodellen zijn voorgeprogrammeerd.
U kunt de compensatiewaarde voor uw auto nog verder aanpassen met behulp van de <DTA>functie (pagina 91).
U kunt het geluidsveld zelfs compenseren voor de individuele luisterposities (b.v. voor- of achterin de auto) door een luisterposities te selecteren via <Selectie van voorgeprogrammeerde luisterposities> (pagina 92).
• DTA (Digital Time Alignment)
Voor fijnafstelling van de vertragingstijd voor de luidspreker die u volgens <Selectie van het type auto> (pagina 91) heeft gespecificeerd om het geluidsveld volledig aan uw auto aan te passen.
De instellingen voor de vertragingstijd worden automatisch geïdentificeerd en gecompenseerd door de afstanden tussen het middelpunt van het auto-interieur en alle luidsprekers in te voeren.
1 Stel de voorste en achterste posities en de hoogte van het referentiepunt in op het punt waar de oren van de persoon die in de voorstoel zit, zich bevinden. Stel daarna de linker en rechter posities in op het middelpunt van het autointerieur.
2 Meet de afstanden tussen het referentiepunt en de luidsprekers.
3 Reken de verschillen in vergelijking met de verste luidspreker uit.
+100cm
FRONT
50cm
REAR
+70cm
80cm
150cm
FRONT
REAR
Dit product wordt niet geïnstalleerd door de fabrikant van een voertuig op de productielijn, noch door de professionele invoerder van een voertuig in EUlidstaten.
Informatie over het weggooien van elektrische en elektronische apparatuur en batterijen (particulieren)
Dit symbool geeft aan dat gebruikte elektrische, elektronische producten en batterijen niet bij het normale huishoudelijke afval mogen.
Lever deze producten in bij de aangewezen inzamelingspunten, waar ze gratis worden geaccepteerd en op de juiste manier worden verwerkt, teruggewonnen en hergebruikt. Voor inleveradressen zie www.
nvmp.nl, www.ictmilieu.nl, www.stibat.nl.
Wanneer u dit product op de juiste manier als afval inlevert, spaart u waardevolle hulpbronnen en voorkomt u potentiële negatieve gevolgen voor de volksgezondheid en het milieu, die anders kunnen ontstaan door een onjuiste verwerking van afval.
Opgelet: Het teken “Pb” onder het teken van de batterijen geeft aan dat deze batterij lood bevat.
Markering op produkten die laserstralen gebruiken (uitgezonderd voor bepaalde gebieden)
CLASS 1
LASER PRODUCT
Dit label is aangebracht op de behuizing/houder en toont dat de component een laserstraal gebruikt die als Klasse 1 is geclassificeerd. Dit betekent dat de laserstraal relatief zwak is en er geen gevaar van straling buiten het toestel is.
+0cm
SUB-W
Conformiteitsverklaring met betrekking tot de EMC-richtlijn van de Europese Unie
(2004/108/EC)
Fabrikant:
Kenwood Corporation
2967-3 Ishikawa-machi, Hachioji-shi, Tokio, 192-8525 Japan
EU-vertegenwoordiger:
Kenwood Electronics Europe BV
Amsterdamseweg 37, 1422 AC UITHOORN, Nederland
Nederlands | 101
Toebehoren/Installatieprocedure
Toebehoren
1
2
..........1
..........2
Installatieprocedure
1. Voorkom kortsluiting door de sleutel uit het contact te halen en de minkabel ( ) van de accu los te koppelen.
2. Maak voor elke eenheid de juiste ingangs- en uitgangskabelaansluitingen.
3. Verbind de kabel met de bedradingsbundel.
4. Neem stekker B van de bedradingsbundel en verbind hem met de luidsprekeraansluiting in de auto.
5. Neem stekker A van de bedradingsbundel en verbind hem met de externe spanningsaansluiting van de auto.
6. Neem de bedradingsbundel en verbind deze met het toestel.
7. Installeer het toestel in de auto.
8. Sluit de minpool ( ) van de accu weer aan.
9. Druk op de resettoets.
• Controleer dat alle verbindingen juist zijn en de stekkers goed in de aansluitingen zijn vergrendeld.
• Als het contact van uw auto geen ACC-stand heeft of de ontstekingskabel (contactkabel) met een spanningsbron is verbonden waar constant spanning op staat, zoals bijvoorbeeld een accukabel, zal de spanning van het toestel niet gekoppeld zijn aan het contact (met andere woorden, de spanning van het toestel wordt niet gelijk met het contact in- en uitgeschakeld). Als u de spanning van het toestel wilt koppelen aan het contact van de auto, moet u de ontstekingskabel met een spanningsbron verbinden die gelijk met het contact van de auto wordt in- en uitgeschakeld.
• Gebruik een in de handel verkrijgbare conversieconnector als de connector niet in de voertuigconnector past.
• Isoleer niet-aangesloten kabels met isolatieband of ander geschikt materiaal. Voorkom kortsluiting door de kapjes op het uiteinde van de niet-aangesloten kabels of aansluitingen niet te verwijderen.
• Als de console een deksel heeft, moet u er bij de installatie van het toestel op letten dat het voorpaneel bij het openen en sluiten het deksel niet raakt.
• Als de zekering is doorgebrand, controleert u eerst of de kabels elkaar niet raken en zo een kortsluiting veroorzaken en vervangt u vervolgens de oude zekering door een nieuwe met dezelfde stroomsterkte.
• Sluit de luidsprekerkabels juist met de overeenkomende aansluitingen aan. Het toestel kan beschadigd worden of helemaal niets doen als u de -kabels deelt of ze met de massa verbindt op een metalen deel in de auto.
• Controleer na het installeren van het toestel of de remlichten, richtingaanwijzers, ruitenwissers enz. van de auto juist functioneren.
• Installeer het toestel onder een maximale hoek van 30˚.
¤
• De bevestiging en bedrading van dit product vereist vakbekwaamheid en ervaring. Laat de bevestiging en bedrading om veiligheidsredenen door vaklui uitvoeren.
• Zorg dat het toestel op een negatieve 12-voltgelijkstroomvoeding is geaard.
• Installeer het toestel niet op plaatsen die aan direct zonlicht, hitte of extreme vochtigheid blootstaan. Vermijd ook plaatsen waar het zeer stoffig is of waar gevaar bestaat voor waterspatten.
• Gebruik bij het installeren uitsluitend de bijgeleverde schroeven. Gebruik uitsluitend de bij het toestel geleverde schroeven. Het toestel wordt mogelijk beschadigd door gebruik van andere schroeven.
• Wanneer de voeding niet wordt ingeschakeld (“Protect” wordt weergegeven), kan er kortsluiting zijn in een van de luidsprekerdraden of maakt de draad contact met het chassis van de auto, waardoor de beschermingsfunctie wordt geactiveerd. Daarom moet u de luidsprekerkabel controleren.
102 | DPX503U/DPX303/DPX313
Aansluiting van CD-spelers/diskwisselaars op dit toestel
Wanneer de CD-speler/ diskwisselaar over de “O-N”schakelaar beschikt, stelt u deze in op “N”.
De functies die kunnen worden gebruikt en de informatie die kan worden getoond verschillen naargelang van de modellen die worden aangesloten.
Verbinden van kabels met aansluitingen
Naar externe display/stuurafstandsbediening
Zekering
(10A)
FM/AM antenne-ingang (JASO)
Voorste voor-uitgang
Bedradingsbundel
(toebehoren 1 )
Achterste/subwoofer vooruitgang
Naar Kenwood diskwisselaar/ Extern optioneel accessoire
⁄
Zie de overeenkomstige handleidingen om deze snoeren aan te sluiten.
TEL-dempingskabel (bruin)
MUTE
Verbind met de aansluiting die is geaard tijdens ontvangst van of gedurende een telefoongesprek.
⁄ Raadpleeg de navigatiehandleiding als u een Kenwood navigatiesysteem wilt aansluiten.
Zorg dat de kabel niet uit het lipje komt wanneer u geen verbindingen heeft gemaakt.
Spanning-/motorantennekabel
(blauw/wit)
P.CONT
ANT.CONT
Accukabel (geel)
Ontstekingskabel (rood)
⁄
Zie de volgende bladzijde.
A–7 Pen (rood)
A–4 Pen (geel)
Verbind ofwel met de spanningsaansluiting wanneer u de los verkrijgbare eindversterker gebruikt, ofwel met de antenne-aansluiting van het voertuig.
8
7
8
7
6
5
6
5
4
3
4
3
2
1
2
1
Aansluiting A
Aansluiting B
Nederlands | 103
Verbinden van kabels met aansluitingen
Stekkerfunctietabel
Pennummers voor
ISO-stekkers
Externe spanningsaansluiting
A-4
A-5
A-6
A-7
B-3
B-4
B-5
B-6
A-8
Luidsprekerstekker
B-1
B-2
B-7
B-8
Kleur van kabel Functies
Geel
Blauw/wit
Oranje/wit
Rood
Zwart
Paars
Paars/zwart
Grijs
Grijs/zwart
Wit
Wit/zwart
Groen
Groen/zwart
Accu
Spanningsregeling
Dimmer
Contact (ACC)
Massaverbinding
Rechts achter (+)
Rechts achter (–)
Rechts voor (+)
Rechts voor (–)
Links voor (+)
Links voor (–)
Links achter (+)
Links achter (–)
2
WAARSCHUWING
Aansluiten van de ISO-stekker
De penopstelling van de ISO-stekkers is afhankelijk van uw type auto. Zorg dat de aansluitingen juist zijn om beschadiging van het toestel te voorkomen.
De standaardverbinding van de bedradingsbundel wordt in stap 1 hieronder beschreven. Maak de getoonde verbindingen als de penopstelling van de ISO-stekker overeenkomt met de beschrijving in 2 .
De kabel moet opnieuw worden aangesloten zoals getoond in 2 hieronder als u dit toestel installeert in Volkswagen modellen.
1 (Standaardverbinding) De pen A-7 (rood) van de
ISO-stekker van de auto is verbonden met het contact en de pen A-4 (geel) is verbonden met de constante spanningsbron.
Ontstekingskabel
(rood)
A–7 Pen (rood)
Toestel Auto
Accukabel (geel) A–4 Pen (geel)
2 De pen A-7 (rood) van de ISO-stekker van de auto is verbonden met de constante spanningsbron en de pen A-4 (geel) is verbonden met het contact.
Ontstekingskabel
(rood)
A–7 Pen (rood)
Toestel Auto
Accukabel (geel) A–4 Pen (geel)
104 | DPX503U/DPX303/DPX313
Installatie/Verwijderen van het toestel
Installatie Verwijderen van het harde rubberframe
1 Laat de klempennen van het verwijderstaafje aangrijpen en maak de twee vergrendelingen bovenaan los.
Til het frame op en trek het naar voren zoals getoond in de afbeelding.
Klem
Vergrendeling
Buig de lipjes van de bevestigingshuls met een schroevendraaier of iets dergelijks en bevestig op zijn plaats.
⁄
• Controleer dat het toestel goed op zijn plaats is geïnstalleerd. Het toestel zal niet juist functioneren indien het niet goed is geplaatst (het geluid zal bijvoorbeeld overslaan).
Toebehoren 2
2 Wanneer de vergrendelingen bovenaan los zijn, maakt u de twee vergrendelingen onderaan los.
⁄
• Het frame kan op dezelfde wijze vanaf de onderkant worden verwijderd.
Verwijderen van het toestel
1 Zie <Verwijderen van het harde rubberframe> en verwijder het harde rubberframe.
2 Steek de twee verwijderstaafjes diep in de gleuven aan elke kant, zoals getoond in de afbeelding.
3 Duw de verwijderstaafjes omlaag terwijl u ze indrukt en trek het toestel half naar buiten.
Toebehoren 2
¤
• Wees voorzichtig om verwonding door de klempennen op het verwijderstaafje te vermijden.
4 Trek het toestel met uw handen geheel naar voren en wees hierbij voorzichtig dat u het niet laat vallen.
Nederlands | 105
Oplossen van problemen
Sommige functies van dit apparaat kunnen zijn uitgeschakeld door de op dit apparaat ingevoerde instellingen.
!
• Kan de subwoofer niet instellen.
• Kan hoogdoorgangsfilter niet instellen.
• Kan fader niet instellen.
• Geen audioregeleffect op AUX.
• Kan de subwooferpositie van handmatige positie-instelling niet instellen.
▲
• Preout is niet ingesteld op subwoofer.
☞
“MENU”
“SWPRE” in <Functieregeling> (pagina 78)
>
• <Subwooferuitvoer> in <Basisbediening> (pagina
76) is niet ingeschakeld.
• De Dubbele-zonefunctie is ingeschakeld.
☞
<Audio-instelling> (pagina 95)
!
•
▲
Laagdoorgangsfilter is ingesteld op Doorlaten.
☞
<Audio-instelling> (pagina 95), <Instellen van
X’Over> (pagina 92)
!
• Kan de uitgangsbestemming van de subbron in de Dubbele zone niet selecteren.
• Kan het volume van de achterluidsprekers niet instellen.
▲
De functie Dubbele zone is uitgeschakeld.
☞
<Audio-instelling> (pagina 95)
!
• Kan geen beveiligingscode registreren.
• Kan regeling van displayverlichting niet instellen.
• Kan de uitschakeltimer niet instellen.
▲
<Instelling van de demonstratiemodus> (pagina 90) is niet uitgeschakeld.
Vele problemen worden slechts veroorzaakt door een verkeerde bediening of verkeerde verbindingen. Controleer voordat u uw handelaar raadpleegt eerst de volgende lijst voor een mogelijke oplossing van uw probleem.
Algemeen
?
De pieptoon van de aanraaksensor wordt niet weergegeven.
✔ De voor-uitgangsaansluiting wordt gebruikt.
☞ De pieptoon van de aanraaksensor kan niet via de voor-uitgangsaansluiting worden weergegeven.
?
De verlichting knippert wanneer de knop of toets wordt bediend.
✔
Dat is het effect van de toetsverlichting.
☞
U kunt dit effect instellen in “MENU” > “ILM Effect” in <Functieregeling> (pagina 78).
?
Het effect van de toetsverlichting dat ontstaat in samenhang met het geluidsvolume is klein.
✔ Het effect van de toetsverlichting kan onvoldoende zijn naargelang het geluidsvolume en de geluidskwaliteit.
Tuner als geluidsbron
?
Ontvangst van radio-uitzendingen is slecht.
✔ De auto-antenne is niet uitgetrokken.
☞ Trek de antenne volledig uit.
Disk als geluidsbron
?
Niet de gekozen disk maar een andere wordt afgespeeld.
✔ De gekozen CD is vuil.
☞ Maak de cd schoon. Raadpleeg hiervoor de schoonmaakinstructies voor cd's in de sectie
<Omgaan met cd's> (pagina 75).
✔ De disk is in een andere lade geplaatst dan u hebt gekozen.
☞ Verwijder het diskmagazijn en controleer het nummer van de gekozen disk.
✔ De disk heeft krassen.
☞ Probeer een andere disk.
Audiobestand als geluidsbron
?
Het geluid slaat over bij het afspelen van een audiobestand.
✔
Het medium is bekrast of vuil.
☞
Maak het medium schoon. Raadpleeg hiervoor de schoonmaakinstructies voor CD's in de sectie
<Omgaan met cd's> (pagina 75).
✔
De opnamekwaliteit is slecht.
☞
Herhaal de opname of gebruik een ander medium.
?
Er wordt lawaai gehoord tijdens het zoeken naar mappen.
✔ Er kan lawaai optreden wanneer zich veel mappen zonder audiobestanden in het medium bevinden.
☞ Maak geen mappen aan zonder audiobestanden.
106 | DPX503U/DPX303/DPX313
De onderstaande berichten geven de toestand van uw systeem weer.
TOC Error:
Error 05:
• Geen disk in het diskmagazijn geplaatst.
• De CD is vuil. De CD is omgekeerd geplaatst.
De CD heeft krassen.
De disk is onleesbaar.
Error 77: Het toestel functioneert om een andere reden niet juist.
➪
Druk op de resettoets van het toestel.
Raadpleeg het dichtstbijzijnde servicecentrum als “Error 77” wordt getoond.
Mecha Error/ Mecha ERR:
Er is iets fout met het magazijn van de wisselaar. Of het toestel functioneert niet naar behoren.
➪ Controleer het magazijn van de wisselaar.
Druk vervolgens op de resettoets van het toestel. Raadpleeg het dichtstbijzijnde servicecentrum als “Mecha Error” wordt getoond.
IN (knipperend): Het CD-spelergedeelte functioneert niet goed.
➪
Plaats de CD opnieuw. Als de CD niet uitgeworpen kan worden of het display blijft knipperen zelfs als de CD op de juiste wijze opnieuw geplaatst is, schakel dan de spanning uit en neem contact op met het dichtstbijzijnde servicecentrum.
Protect: De luidsprekerkabel is kortgesloten of raakt het chassis van het voertuig waardoor de beveiligingsfunctie is geactiveerd.
➪ De luidsprekerkabel goed aansluiten of isoleren en op de resettoets drukken.
Raadpleeg het dichtstbijzijnde servicecentrum als “Protect” wordt getoond.
Unsupported File:
U probeert een audiobestand af te spelen met een indeling die niet wordt ondersteund door dit toestel.
Copy Protect/ Copy Protection/ COPY PRO:
Er werd een bestand afgespeeld dat tegen kopiëren is beveiligd.
Read Error: Er is een probleem met het bestandssysteem van het aangesloten USB-apparaat.
➪
Kopieer de bestanden en mappen voor het USB-apparaat opnieuw. Als de foutmelding nog steeds wordt weergegeven, moet u het USB-apparaat initialiseren of andere USB-apparaten gebruiken.
No Device: Het USB-apparaat is gekozen als bron hoewel geen USB-apparaat is aangesloten.
➪ Wijzig de bron in een willekeurige andere bron dan USB. Sluit een USB-apparaat aan en verander de bron opnieuw in USB.
N/A Device: Een niet-ondersteund USB-apparaat is aangesloten.
No Music Data/ No Music/ Error 15:
• Het aangesloten USB-apparaat bevat geen afspeelbaar audiobestand.
• Er wordt een geluidsdrager afgespeeld waarop gegevens staan die niet door het toestel weergegeven kunnen worden.
USB ERROR (knipperend):
Er zijn mogelijk problemen opgetreden op het aangesloten USB-apparaat.
➪
Verwijder het USB-apparaat en draai de spanningsschakelaar naar de stand ON.
Wanneer zich hetzelfde voordoet, gebruik dan een ander USB-apparaat.
iPod Error: Er is geen verbinding tot stand gebracht met de iPod.
➪ Controleer of de aangesloten iPod een iPod is die wordt ondersteund. Zie
<Audiobestanden> (pagina 98) voor informatie over de ondersteunde iPods.
➪ Verwijder het USB-apparaat en sluit dit opnieuw aan.
➪ Controleer of u de meest recente versie van de software voor de iPod hebt.
USB REMOVE: De verwijdermodus is geselecteerd voor het
USB-apparaat/iPod. U kunt het USB-apparaat/ iPod veilig verwijderen.
Nederlands | 107
Technische gegevens
FM-tunergedeelte
Frequentiebereik (50 kHz afstand)
: 87,5 MHz – 108,0 MHz
Bruikbare gevoeligheid (S/R = 26dB)
: 0,7 μV/75 Ω
Onderdrukkingsgevoeligheid (S/R = 46dB)
: 1,6 μV/75 Ω
Frequentieweergave (±3,0 dB)
: 30 Hz – 15 kHz
Signaal/ruisverhouding (MONO)
: 65 dB
Selectiviteit (DIN) (±400 kHz)
: ≥ 80 dB
Stereoscheiding (1 kHz)
: 35 dB
MW-tunergedeelte
Frequentiebereik (9 kHz afstand)
: 531 kHz – 1611 kHz
Bruikbare gevoeligheid (S/R = 20dB)
: 25 μV
LW-tunergedeelte
Frequentiebereik
: 153 kHz – 281 kHz
Bruikbare gevoeligheid (S/R = 20dB)
: 45 μV
CD-spelergedeelte
Laserdiode
: GaAlAs
Digitaal filter (D/A)
: 8 keer oversampling
D/A Converter
: 24 bit
Rotatiesnelheid
: 500 – 200 rpm (CLV)
Wow & flutter
: Onder meetbare limiet
Frequentieweergave (±1 dB)
: 10 Hz – 20 kHz
Totale harmonische vervorming (1 kHz)
: 0,008%
Signaal/ruisverhouding (1 kHz)
: 105 dB
Dynamisch bereik
: 93 dB
MP3 decodering
: Conform MPEG-1/2 Audio Layer-3
WMA-decodering
: Compatibel met Windows Media Audio
AAC-decodering
: AAC-LC “.m4a”-bestanden
108 | DPX503U/DPX303/DPX313
USB-interface (DPX503U)
USB-standaard
: USB1.1/ 2.0
Maximale toevoerstroom
: 500 mA
Bestandindeling
: FAT16/ 32
MP3 decodering
: Conform MPEG-1/2 Audio Layer-3
WMA-decodering
: Compatibel met Windows Media Audio
AAC-decodering
: AAC-LC “.m4a”-bestanden
Audiogedeelte
Maximaal uitgangsvermogen
: 50 W x 4
Uitgangsvermogen over hele bandbreedte
(PWR DIN45324, +B=14,4V)
: 30 W x 4
Luidsprekerimpedantie
: 4 – 8 Ω
Toonbereik
Lage tonen : 100 Hz ±8 dB
Middentonen : 1 kHz ±8 dB
Hoge tonen : 10 kHz ±8 dB
Voor-uitgangsniveau/belasting (CD)
: 2500 mV/10 kΩ
Vooruitgangsimpedantie
: ≤ 600 Ω
Hulpingang
Frequentieweergave (±1 dB)
: 20 Hz – 20 kHz
Maximale ingangsspanning
: 1200 mV
Ingangsimpedantie
: 100 kΩ
Algemeen
Bedrijfsspanning (11 – 16V toelaatbaar)
: 14,4 V
Stroomverbruik
: 10 A
Installatie-afmetingen (B x H x D)
: 182 x 112 x 160 mm
Gewicht
: 1,6 kg
Technische gegevens zijn zonder voorafgaande kennisgeving wijzigbaar.
advertisement
* Your assessment is very important for improving the workof artificial intelligence, which forms the content of this project