advertisement
▼
Scroll to page 2
of 119
* Sommige beschrijvingen in deze gebruiksaanwijzing kunnen afwijken van uw telefoon. Dit is afhankelijk van het land waar u de telefoon gekocht heeft, de geïnstalleerde software of uw serviceprovider. * Uw telefoon en de accessoires kunnen afwijken van de afbeeldingen in deze gebruiksaanwijzing. Dit is afhankelijk van het land waar u de telefoon gekocht heeft. * Drukfouten voorbehouden. World Wide Web http://www.samsungmobile.com Printed in Korea Code No.:GH68-08123A Dutch. 11/2005. Rev. 1.0 SGH-X700 Gebruiksaanwijzing Verkeersveiligheid voor alles Gebruik de telefoon niet tijdens het rijden. Parkeer eerst de auto. Belangrijke veiligheidsinformatie Het niet opvolgen van deze richtlijnen kan tot gevaarlijke situaties leiden en kan in strijd met de wet zijn. Uitschakelen bij het tanken Gebruik de telefoon niet bij een tankstation of in de buurt van brandstoffen of chemicaliën. Uitschakelen in een vliegtuig Mobiele telefoons kunnen storingen in elektronische systemen veroorzaken. Het gebruik ervan in vliegtuigen is gevaarlijk en niet toegestaan. Uitschakelen in de nabijheid van medische apparatuur In ziekenhuizen en andere zorginstellingen wordt vaak apparatuur gebruikt die niet bestand is tegen externe radiosignalen. Houd u aan alle geldende regels of voorschriften. Storingen Houd de telefoon en alle bijbehorende onderdelen en accessoires buiten het bereik van kleine kinderen. Speciale voorschriften Accessoires en batterijen Houd u aan speciale voorschriften en zet de telefoon uit op plaatsen waar het gebruik van de telefoon niet is toegestaan of gevaar of storingen kan opleveren. Gebruik alleen door Samsung goedgekeurde accessoires en batterijen. Het gebruik van nietgoedgekeurde accessoires kan de telefoon beschadigen en kan gevaarlijk zijn. Waterbestendigheid De telefoon is niet waterbestendig. Zorg ervoor dat de telefoon droog blijft. Stand van de telefoon • De telefoon kan ontploffen als u de batterij vervangt door een batterij van een onjuist type. • Gooi oude batterijen weg volgens de geldende richtlijnen. Gebruik de telefoon alleen in de normale stand (tegen uw oor). Vermijd onnodig contact met de antenne als de telefoon is ingeschakeld. Deskundige technische service Alarmnummer bellen Zie "Informatie met betrekking tot gezondheid en veiligheid" op pagina 105 voor meer informatie over veiligheid. Toets het alarmnummer in (112 of een ander officieel alarmnummer) en druk op de toets . Belangrijke veiligheidsinformatie De werking van een mobiele telefoon kan worden verstoord door de radiosignalen van andere apparatuur. De telefoon buiten het bereik van kleine kinderen houden Laat het onderhoud van de telefoon altijd over aan gekwalificeerde technici. 1 Over deze handleiding In deze gebruiksaanwijzing wordt op een beknopte manier uitgelegd hoe u de telefoon moet gebruiken. Raadpleeg "Aan de slag" en "Andere functies van de telefoon gebruiken" om de belangrijkste functies snel onder de knie te krijgen. In deze gebruiksaanwijzing worden de volgende pictogrammen gebruikt: Deze informatie heeft betrekking op de veiligheid of de functies van de telefoon. Neem deze informatie zorgvuldig door. U moet op de navigatietoetsen drukken om naar de betreffende optie te gaan en deze vervolgens selecteren. → ] < > 2 Een toets op de telefoon. Voorbeeld: [ ] Een functietoets, waarvan de functie in het scherm van de telefoon wordt weergegeven. Voorbeeld: <Menu> Camera en camcorder U kunt de cameramodule op uw telefoon gebruiken om een foto te nemen of een video-opname te maken. Speciale functies op uw telefoon • Bluetooth Met behulp van de gratis, draadloze Bluetooth-technologie kunt u mediabestanden overzetten en verbinding maken met andere apparaten. • MP3-speler U kunt uw telefoon gebruiken als MP3-speler om MP3-bestanden af te spelen. Op de pagina waarnaar wordt verwezen, vindt u meer informatie. [ • FM-radio U kunt naar uw favoriete radiostations luisteren, waar en wanneer u maar wilt. • Zien door wie u wordt gebeld U kunt zien door wie u wordt gebeld, doordat de foto van de beller wordt weergegeven. • Visitekaartje U kunt visitekaartjes maken met uw telefoonnummer en uw profiel. Dit elektronische visitekaartje is een handig middel om uzelf aan anderen voor te stellen. MMS (Multimedia Message Service) U kunt MMS-berichten met een combinatie van tekst, afbeeldingen, videoclips en geluidsfragmenten verzenden. • E-mail U kunt e-mailberichten met afbeeldingen, videoclips en geluidsfragmenten in bijlagen verzenden. • Web browser Draadloos verbinding maken met internet zodat u de meest actuele informatie en allerlei soorten recente mediacontent kunt ophalen. • Java U kunt geïntegreerde spelletjes op Java™-basis spelen en nieuwe spelletjes downloaden. • Agenda Hiermee kunt u uw dagelijkse, wekelijkse en maandelijkse afspraken bijhouden. • Spraakrecorder Hiermee kunt u memo's of geluiden opnemen. Speciale functies op uw telefoon • • 3 Inhoud Uitpakken 6 Overzicht van de onderdelen De telefoon 6 Toetsen, functies en locaties Aan de slag De telefoon installeren en opladen ............................. 7 De telefoon aan- en uitzetten .................................... 8 Toetsen en display ................................................... 9 Toegang tot menufuncties........................................ 11 De instellingen aanpassen........................................ 12 Bellen en oproepen beantwoorden ............................ 14 15 Aan de slag met de camera, muziek, het web en andere speciale functies 4 18 19 20 21 23 24 Tekst ingeven 26 ABC-, T9-, cijfer- en symboolstand 7 De eerste stappen bij de bediening van de telefoon Andere functies van de telefoon gebruiken Surfen op Internet .................................................. Telefoonlijst gebruiken ............................................ Berichten verzenden ............................................... Berichten bekijken .................................................. Bluetooth gebruiken................................................ Een geheugenkaart gebruiken .................................. De camera gebruiken .............................................. 15 MP3-bestanden afspelen .......................................... 16 Luisteren naar FM-radio........................................... 17 Telefoneren 29 Geavanceerde belfuncties Menuopties 34 Een overzicht van alle menuopties Problemen oplossen 103 Hulp bij het oplossen van problemen Informatie met betrekking tot gezondheid en veiligheid 105 Index 113 Overzicht van de menuopties Druk in de standby-stand op <Menu> voor toegang tot de menustand. 1 Oproepenlijst 1 2 3 4 5 6 7 p. 34 Recente oproepen p. Gemiste oproepen p. Uitgaande oproepen p. Ontvangen oproepen p. p. Alles wissen p. Gespreksduur * p. Gesprekskosten 34 35 35 35 35 36 36 2 Telefoonlijst p. 37 1 Lijst met contacten 2 FDN-lijst 3 Nieuw contact toevoegen 4 Groep 5 Snelkiezen 6 Mijn visitekaartje 7 Eigen nummer 8 Beheer 9 Servicenummer* p. 37 p. 38 p. 38 p. 39 p. 40 p. 41 p. 42 p. 42 p. 42 3 Toepassingen p. 43 5 Berichten p. 57 1 MP3-speler 2 Spraakrecorder 3 JAVA-wereld 4 FM-radio 5 Wereldtijd 6 Alarm 7 Calculator 8 Omrekenen 9 Timer 10 Stopwatch 11 SIM-AT* p. 43 p. 45 p. 47 p. 48 p. 49 p. 50 p. 51 p. 51 p. 52 p. 52 p. 52 1 2 3 4 5 6 7 p. 57 p. 60 p. 65 p. 66 p. 66 p. 73 p. 74 4 Browser p. 53 1 2 3 4 5 6 p. 53 p. 54 p. 55 p. 55 p. 55 p. 56 Startpagina Favorieten Ga naar adres Buffer leegmaken Instellingen server Huidige server Bericht maken Mijn berichten Standaardberichten Alles wissen Instellingen Infoberichten Geheugenstatus 6 Mijn bestanden p. 74 1 2 3 4 5 6 7 p. 74 p. 76 p. 77 p. 77 p. 78 p. 78 p. 78 Afbeeldingen Video's Muziek Geluiden Andere bestanden Geheugenkaart** Geheugenstatus 7 Agenda p. 79 8 Camera p. 83 9 Instellingen p. 90 1 Tijd en datum 2 Telefooninstellingen 3 Displayinstellingen 4 Geluidsinstellingen 5 Lichtinstellingen 6 Netwerkdiensten 7 Bluetooth 8 Beveiliging 9 Geheugenstatus 10 Reset instellingen p. 90 p. 90 p. 92 p. 93 p. 94 p. 95 p. 98 p. 101 p. 102 p. 102 * Deze optie wordt alleen weergegeven als deze door de SIM-kaart wordt ondersteund. ** Deze optie wordt alleen weergegeven als er een geheugenkaart is geplaatst. 5 Uitpakken Overzicht van de onderdelen De telefoon Toetsen, functies en locaties Luidspreker Externe luidspreker Telefoon Reisadapter Display Volumetoets Batterij Gebruiksaanwijzing Bij de lokale Samsung-dealer kunt u diverse accessoires kopen. De onderdelen die bij de telefoon worden meegeleverd en de accessoires die verkrijgbaar zijn bij de Samsung-dealer kunnen per land en per provider verschillen. 6 Aansluitpunt headset WAP toegangs-/ Bevestigingstoets Navigatietoetsen (Omhoog/Omlaag/ Links/Rechts) Linkerfunctietoets Rechterfunctietoets Nummer kiezen Annuleren/ Corrigeren Toetsen voor speciale functies Spiegel Cameralens Cameratoets Aan/Uit/Menu afsluiten Sleuf voor geheugenkaart Alfanumerieke toetsen Microfoon Aan de slag Plaats de batterij. De eerste stappen bij de bediening van de telefoon Sluit de reisadapter aan op de telefoon. Informatie over de SIM-kaart Wanneer u bij een provider een abonnement afsluit, ontvangt u een SIM-kaart (Subscriber Identity Module). Hierop zijn uw abonnementsgegevens (PINcode, beschikbare extra diensten en dergelijke) opgeslagen. De telefoon installeren en opladen Verwijder de batterij. Plaats de SIM-kaart. Steek het netsnoer van de adapter in een gewoon stopcontact. Haal het netsnoer van de adapter uit het stopcontact wanneer de telefoon volledig is opgeladen (het batterijsymbool beweegt niet meer). Als de telefoon al aan staat, moet u deze eerst uitschakelen door [ ] ingedrukt te houden. Zorg dat de goudkleurige contactpunten op de kaart naar de telefoon gericht zijn. 7 Aan de slag Haal de adapter uit de telefoon. De telefoon aan- en uitzetten De telefoon aanzetten Batterijsymbool Wanneer de batterij bijna leeg is: • hoort u een waarschuwingstoon, • wordt een melding weergegeven dat de batterij bijna leeg is en • knippert het batterijsymbool . Als de batterij zo zwak is dat de telefoon niet meer gebruikt kan worden, wordt het toestel automatisch uitgeschakeld. In dat geval moet u de batterij weer opladen. 8 Zet de telefoon niet aan op plaatsen waar het gebruik van mobiele telefoons verboden is. De telefoon uitzetten 1. Houd [ ] ingedrukt om de telefoon aan te zetten. 2. Geef indien nodig de PIN-code in en druk op <OK>. Houd [ ] ingedrukt. Toetsenblokkering U kunt het toetsenbord blokkeren, zodat de werking van de telefoon niet wordt verstoord wanneer u per ongeluk op een toets drukt. Houd in de standby-stand [ ] ingedrukt en druk vervolgens op <Ja>. Als u de toetsenblokkering wilt opheffen, drukt u op de linkerfunctietoets en vervolgens op [ ]. U kunt de telefoon ook zo instellen dat het toetsenbord automatisch wordt geblokkeerd.p. 92 Toetsen De functie uitvoeren die op de onderste regel van het display wordt aangegeven. In de standby-stand: rechtstreeks uw favoriete menuopties openen.p. 90 In de menustand: door menuopties bladeren. In de standby-stand: de webbrowser starten. In de menustand: de gemarkeerde menuoptie selecteren of de invoer bevestigen. Zelf bellen of oproepen beantwoorden. In de standby-stand: de laatste nummers weergeven die u hebt gebeld of waarvan u een oproep hebt gemist of ontvangen. Aan de slag Toetsen en display Tekens uit het display wissen. In de menustand: teruggaan naar het vorige menuniveau. Een oproep beëindigen. Ingedrukt houden om de telefoon aan of uit te zetten. In de menustand: invoer annuleren en teruggaan naar de standby-stand. Cijfers, letters en enkele speciale tekens ingeven. In de standby-stand: [1] ingedrukt houden voor toegang tot uw voicemailserver. Houd [0] ingedrukt als u een internationale toegangscode wilt ingeven. Speciale tekens ingeven. In de standby-stand: [ ] ingedrukt houden om de stille stand in of uit te schakelen. Houd [ ] ingedrukt om een pauze tussen nummers in te voeren. 9 Aan de slag Het volume van de telefoon regelen. In de standby-stand: het toetsvolume aanpassen. In de standby-stand: ingedrukt houden om de camera aan te zetten. In de camerastand: een foto maken of een video-opname maken. Sterkte ontvangstsignaal In gesprek Buiten bereik van uw servicegebied. U kunt geen oproepen verzenden of ontvangen. Alarm ingesteld Nieuw SMS-bericht Display Indeling Symbolen hier worden diverse symbolen weergegeven. Tekst en afbeeldingen hier worden berichten, instructies en ingevoerde informatie weergegeven. Menu 10 Symbolen* Contacten Functietoetsindicatoren hier worden de functies weergegeven die op dat moment aan de functietoetsen zijn toegewezen. Nieuw MMS-bericht Nieuw e-mailbericht Een van de postvakken IN is vol Nieuw voicemailbericht Doorschakelfunctie is geactiveerd Bluetooth-functie is geactiveerd Aangesloten op Bluetoothhandsfree kit of headset GPRS-netwerk Thuisnetwerk, als u zich hebt aangemeld voor de betreffende dienst Office Zone, als u zich hebt aangemeld voor de betreffende dienst Geheugenkaart is geplaatst Beltoon ingesteld op trilstand Functietoetsen De functie van de functietoetsen hangt af van de context waarin ze worden gebruikt. Onder in het display ziet u welke functie de toets op dat moment vervult. Kies Aan de slag EDGE-netwerk Toegang tot menufuncties Terug Stille stand Batterijsterkte * Welke symbolen op het display worden weergegeven, is afhankelijk van het land en de provider. Druk op de linkerfunctietoets om de gemarkeerde optie te selecteren. Druk op de rechterfunctietoets om terug te keren naar het vorige menuniveau. 11 Aan de slag Een optie selecteren 1. Druk op de betreffende functietoets. 2. Druk op de navigatietoetsen om naar de vorige of volgende optie te gaan. 3. Druk op <Kies> of [ ] om de weergegeven functie of de gemarkeerde optie te bevestigen. 4. Als u wilt afsluiten, kiest u een van de volgende methoden. • Druk op <Terug> of [C] om één niveau omhoog te gaan. • Druk op [ ] om terug te keren naar de standby-stand. Sneltoetsen gebruiken 12 Druk op de cijfertoets die overeenkomt met de gewenste optie. Voor de indexnummers 10 en 11 drukt u op [0], respectievelijk [ ]. De instellingen aanpassen Displaytaal 1. Druk in de standby-stand op <Menu> en kies Instellingen → Telefooninstellingen → Taal. 2. Selecteer een taal. Belmelodie 1. Druk in de standby-stand op <Menu> en kies Instellingen → Geluidsinstellingen → Inkomende oproep → Beltoon. 2. Selecteer een categorie belmelodieën. 3. Selecteer een beltoon. 4. Druk op <Opslaan>. U kunt een achtergrond voor de standby-stand op het display instellen. Sneltoetsen voor menu's 1. Druk in de standby-stand op <Menu> en kies Instellingen → Displayinstellingen → Achtergrond. 1. Druk in de standby-stand op <Menu> en kies Instellingen → Telefooninstellingen → Snelkoppeling. 2. Selecteer een afbeeldingscategorie. 2. Selecteer een toets. 3. Selecteer het menu dat u aan de toets wilt toewijzen. 3. Selecteer een afbeelding. Kleur menustand U kunt de navigatietoetsen instellen als sneltoetsen om uw favoriete menu's te openen. U kunt de kleur van de displayonderdelen zoals de titelbalk en de markeringsbalk aanpassen. 1. Druk in de standby-stand op <Menu> en kies Instellingen → Displayinstellingen → Kleur. Aan de slag Achtergrond standby-stand Stille stand U kunt de telefoon in de stille stand zetten zodat u anderen niet stoort met de geluiden van uw telefoon. Houd in de standby-stand [ ] ingedrukt. 2. Selecteer een kleurenpatroon. 13 Aan de slag Telefoonblokkering U kunt de telefoon met een wachtwoord beschermen tegen ongeoorloofd gebruik. Bij het aanzetten van de telefoon wordt u dan om het wachtwoord gevraagd. Bellen en oproepen beantwoorden Een oproep tot 1. Geef in de standby-stand het netnummer en stand brengen abonneenummer in. 2. Druk op [ 1. Druk in de standby-stand op <Menu> en kies Instellingen → Beveiliging → Wachtwoord wijzigen. 2. Geef het standaardwachtwoord 00000000 in en druk op <OK>. 3. Geef een nieuw wachtwoord van vier tot acht cijfers in en druk op <OK>. 4. Geef het nieuwe wachtwoord nogmaals in en druk op <OK>. 5. Selecteer Telefoonblokkering. 6. Selecteer Aanzetten. 14 7. Geef het wachtwoord in en druk op <OK>. ]. 3. U kunt de oproep beëindigen door op [ ] te drukken. Een oproep beantwoorden 1. Druk op [ ] wanneer de telefoon overgaat. Het volume aanpassen tijdens een gesprek Druk op [ / ]. 2. U kunt de oproep beëindigen door op [ ] te drukken. Andere functies van de telefoon gebruiken Een foto bekijken Aan de slag met de camera, muziek, het web en andere speciale functies 2. Selecteer de gewenste foto. De camera gebruiken Een foto nemen 1. Houd in de standby-stand [ ] ingedrukt om de camera aan te zetten. 2. Richt de camera op het voorwerp dat u wilt fotograferen. 3. Druk op [ ] om de foto te nemen. De foto wordt automatisch opgeslagen. 4. Druk op [ ] om nog een foto te nemen. 1. Druk in de standby-stand op <Menu> en kies Mijn bestanden → Afbeeldingen → Foto's. Een videoopname maken 1. Houd in de standby-stand [ ] ingedrukt om de camera aan te zetten. 2. Druk op [1] om over te schakelen naar de videostand. 3. Druk op [ starten. ] om de opname te 4. Druk op [ ] om de opname te stoppen. De video-opname wordt automatisch opgeslagen. 5. Druk op < > als u nog een video-opname wilt maken. 15 Andere functies van de telefoon gebruiken Een videoopname afspelen 1. Druk in de standby-stand op <Menu> en kies Mijn bestanden → Video's → Video's. • • 2. Selecteer de gewenste videoopname. MP3-bestanden afspelen U kunt de volgende methoden MP3bestanden naar gebruiken: • Downloaden van het internet de telefoon p. 53 kopiëren • 16 Downloaden van een computer met behulp van het optionele programma Samsung PC Studio Gebruikershandleiding Samsung PC Studio Een playlist maken Ontvangen via Bluetooth p. 100 Bestanden naar een geheugenkaart kopiëren en de kaart in de telefoon plaatsen. p. 24 1. Druk in de standby-stand op <Menu> en kies Toepassingen → MP3-speler. 2. Druk op <Opties> en kies Muziek toevoegen van → Telefoon of Geheugenkaart. 3. Druk op [ ] om de gewenste bestanden te selecteren en druk vervolgens op <Voeg toe>. • • / : hiermee past u het volume aan. Omlaag: hiermee stopt u het afspelen. Luisteren naar FM-radio Radiostations zoeken en instellen 1. Sluit de connector van de headset aan op het aansluitpunt aan de rechterkant van de telefoon. 2. Druk in de standby-stand op <Menu> en selecteer Toepassingen → FM-radio. 3. Druk op [ ] om de radio aan te zetten. Andere functies van de telefoon gebruiken MP3-bestanden 1. Druk in het scherm MP3-speler op [ ]. afspelen 2. Tijdens het afspelen kunt u de volgende toetsen gebruiken: • : hiermee onderbreekt/ hervat u het afspelen. • Links: hiermee gaat u terug naar het vorige bestand. Als u deze toets ingedrukt houdt, gaat u terug in een bestand. • Rechts: hiermee gaat u naar het volgende bestand. Als u deze toets ingedrukt houdt, gaat u vooruit in een bestand. • Omhoog: hiermee opent u de playlist. 4. Houd [Links] of [Rechts] ingedrukt om de beschikbare radiofrequenties automatisch op te zoeken. 17 Andere functies van de telefoon gebruiken Radiostations zoeken en instellen (vervolg) 5. Druk op <Opties> en kies Toevoegen. 6. Geef een naam in voor het station en druk op [ ]. Surfen op Internet Met de ingebouwde webbrowser kunt u draadloos surfen op internet en kunt u een groot aantal verschillende actuele diensten en informatie opvragen en materiaal van websites downloaden. 7. Selecteer een lege locatie. Naar de radio luisteren 1. Sluit de connector van de headset aan op het aansluitpunt aan de rechterkant van de telefoon. 2. Druk in de standby-stand op <Menu> en selecteer Toepassingen → FM-radio. 3. Druk op [ ] om de radio aan te zetten. 4. Druk op [Omhoog] of [Omlaag] om op het gewenste station af te stemmen. 5. Als u de radio wilt uitschakelen, verwijdert u de headset. 18 De browser starten Druk in de standby-stand op [ ]. Navigeren op Internet • • • • Druk op [Omhoog] of [Omlaag] om door de browseritems te bladeren. Druk op [ ] om een optie te selecteren. Druk op <Terug> om terug te gaan naar de vorige pagina. Houd [C] ingedrukt om terug te gaan naar de startpagina. • Telefoonlijst gebruiken Een vermelding In het telefoongeheugen: toevoegen 1. Geef in de standby-stand een telefoonnummer in en druk op <Opties>. 2. Kies Opslaan → Telefoon → een type nummer. 3. Geef gegevens voor de contactpersoon in: Voornaam, Achternaam, Mobiel, Privé, Kantoor, Fax, Overig, E-mail, Afbeelding, Melodie, Groep en Notities. 4. Druk op [ ] om de vermelding op te slaan. Op de SIM-kaart: 1. Geef in de standby-stand een telefoonnummer in en druk op <Opties>. 2. Kies Opslaan → SIM. 3. Geef een naam in. 4. Druk op [ ] om de vermelding op te slaan. Een vermelding 1. Druk in de standby-stand op <Contacten>. zoeken 2. Selecteer een vermelding. Andere functies van de telefoon gebruiken • Druk op [ ] of selecteer bovenaan in het scherm om de browseropties weer te geven. Druk op [ ] om de opties voor webpagina's te selecteren. 3. Blader naar een nummer en druk op [ ] om te bellen of op [ ] om de gegevens voor de contactpersoon te wijzigen. 19 Andere functies van de telefoon gebruiken Een visitekaartje maken en verzenden 1. Druk in de standby-stand op <Menu> en kies Telefoonlijst → Mijn visitekaartje. 3. Druk op <Opties> en selecteer Opslaan en verzenden of Alleen verzenden. 2. Geef gegevens voor uzelf in. 4. Toets de bestemmingsnummers in. 3. Druk op [ ] om het visitekaartje op te slaan. 4. Als u het visitekaartje wilt verzenden, drukt u op <Opties> en kiest u Verzenden via → een verzendmethode. Berichten verzenden Een SMSbericht (tekstbericht) verzenden 20 1. Druk in de standby-stand op <Menu> en kies Berichten → Bericht maken → SMSbericht. 2. Geef de berichttekst in. 5. Druk op [ ] om het bericht te verzenden. Een MMSbericht (multimediabericht) verzenden 1. Druk in de standby-stand op <Menu> en kies Berichten → Bericht maken → MMSbericht. 2. Selecteer Onderwerp. 3. Geef het onderwerp van het bericht in en druk op [ ]. 4. Selecteer Foto & Video of Melodie. 5. Voeg een afbeelding, video of geluidsbestand toe. 6. Selecteer Bericht. 6. Selecteer Bijlage toevoegen. 8. Druk op <Opties> en kies Verzenden. 7. Voeg afbeeldingen, videoclips, geluidsfragmenten, muziek- of documentbestanden toe. 9. Geef de telefoonnummers of e-mailadressen van de bestemming in. 8. Druk op <Opties> en kies Verzenden. 10. Druk op [ ] om het bericht te verzenden. Een e-mailbericht verzenden 1. Druk in de standby-stand op <Menu> en kies Berichten → Bericht maken → E-mail. 9. Geef een of meer e-mailadressen in. 10. Druk op [ ] om het e-mailbericht te verzenden. Berichten bekijken 2. Selecteer Onderwerp. 3. Geef het onderwerp van het e-mailbericht in en druk op [ ]. 4. Selecteer Bericht. Een SMSbericht bekijken Andere functies van de telefoon gebruiken 5. Geef de tekst van het e-mailbericht in en druk op [ ]. 7. Geef de tekst van het bericht in en druk op [ ]. Wanneer een melding verschijnt: 1. Druk op <Tonen>. 2. Selecteer het bericht in het Postvak IN. 21 Andere functies van de telefoon gebruiken Een SMSbericht bekijken (vervolg) Een MMSbericht bekijken Vanuit het Postvak IN: 1. Druk in de standby-stand op <Menu> en selecteer Berichten → Mijn berichten → Postvak IN. 1. Druk in de standby-stand op <Menu> en selecteer Berichten → Mijn berichten → E-mailbox. 2. Selecteer een account. 2. Selecteer een SMS-bericht. ( ). 3. Druk op <Ja> om nieuwe e-mailberichten of berichtkoppen te downloaden. Wanneer een melding verschijnt: 4. Selecteer een e-mailbericht of een berichtkop. 1. Druk op <Tonen>. 2. Selecteer het bericht in het Postvak IN. Vanuit het Postvak IN: 1. Druk in de standby-stand op <Menu> en selecteer Berichten → Mijn berichten → Postvak IN. 2. Selecteer een MMS-bericht ( ). 22 Een e-mailbericht bekijken 5. Als u een berichtkop hebt geselecteerd, drukt u op <Opties> en kiest u Ophalen. Bluetooth gebruiken Bluetooth activeren Druk in de standby-stand op <Menu> en kies Instellingen → Bluetooth → Aanzetten → Aan. 1. Druk in de standby-stand op Zoeken naar <Menu> en kies Instellingen een Bluetooth→ Bluetooth → Mijn apparaat en dit apparaten → Nieuw apparaat koppelen zoeken. 2. Selecteer een apparaat. Gegevens verzenden 1. Open een toepassing: Telefoonlijst, Mijn bestanden of Agenda. 2. Druk in de lijst met items op <Opties> en kies Verzenden via → Bluetooth. Andere functies van de telefoon gebruiken 3. Toets een Bluetooth-PIN-code in of de Bluetooth-PIN-code (indien vereist) van het andere apparaat en druk op <OK>. Wanneer de eigenaar van het andere apparaat dezelfde code intoetst, zijn de apparaten gekoppeld. De telefoon is uitgerust met Bluetooth-technologie waardoor u de telefoon draadloos met andere Bluetooth-apparaten kunt verbinden zodat hiertussen gegevensuitwisseling mogelijk is. Ook kunt u hierdoor handsfree spreken en de telefoon op afstand bedienen. 3. Druk op [ ] om de gewenste items toe te voegen en druk vervolgens op <Verzend>. 23 Andere functies van de telefoon gebruiken Gegevens verzenden (vervolg) Gegevens ontvangen 4. Selecteer een apparaat. 5. Toets, indien nodig, de Bluetooth-PIN-code in en druk op <OK>. Als u gegevens wilt ontvangen via Bluetooth, moet de Bluetoothfunctie op de telefoon ingeschakeld zijn. Een geheugenkaart gebruiken Met een optionele microSD-geheugenkaart kunt u de geheugencapaciteit van de telefoon vergroten. • Belangrijke informatie over de geheugenkaart • Druk, indien nodig, op <Ja> om de ontvangst te bevestigen. • 24 Door regelmatig wissen van en schrijven naar een geheugenkaart verkort u de levensduur van de kaart. Verwijder een geheugenkaart niet uit de telefoon en schakel de telefoon niet uit terwijl de gegevens erop worden gebruikt of overgebracht. Hierdoor kunnen gegevens verloren gaan en/of kan de kaart of de telefoon beschadigd raken. Stel geheugenkaarten niet bloot aan schokken. • • 1. Schuif de geheugenkaart in de Een sleuf voor de geheugenkaart, geheugenkaart met de kant met het etiket naar plaatsen beneden. Een kaartadapter gebruiken Als u een kaartadapter en een USB-kaartlezer gebruikt, kunt u de kaart op een pc inlezen. 1. Plaats een geheugenkaart in een kaartadapter en plaats vervolgens de adapter in een kaartlezer/schrijver. 2. Steek de USB-connector van de kaartlezer/-schrijver in de USB-poort op de pc. 3. Blader naar de betreffende geheugenkaart en kopieer gegevens van en naar de kaart. Als een bestandsnaam langer is dan 52 tekens, wordt het bestand niet weergegeven in de telefoon. Andere functies van de telefoon gebruiken • Raak de aansluitpunten van een geheugenkaart niet aan met uw vingers of met metalen voorwerpen. Veeg geheugenkaarten schoon met een zachte doek. Houd geheugenkaarten buiten het bereik van kleine kinderen en huisdieren. Stel geheugenkaarten niet bloot aan elektrostatische ontlading en/of elektrische storingen. 2. Druk de kaart naar beneden met uw duim totdat deze vastklikt. Het systeemgeluid klinkt. 25 Tekst ingeven ABC-, T9-, cijfer- en symboolstand Voor bepaalde functies zoals berichten, de telefoonlijst of de agenda kunt u tekst ingeven met de ABC-, T9-, Cijfer- of Symboolstand. De ABC-stand gebruiken Druk op de betreffende toets totdat het gewenste teken op het scherm wordt weergegeven. Toets Tekens in de weergegeven volgorde Hoofdletter Kleine letter De tekstinvoerstand wijzigen • • • 26 Druk op de rechterfunctietoets om de tekstinvoerstand te wijzigen. U kunt ook de rechterfunctietoets ingedrukt houden en de gewenste stand selecteren. ( : ABC-stand, : T9 mode, : Cijferstand, : Symboolstand) Houd [ ] ingedrukt om te schakelen tussen de T9en de ABC-stand. Afhankelijk van het land is het ook mogelijk een invoerstand weer te geven voor de taal van uw land. Houd [ ] ingedrukt om naar de symboolstand te schakelen. (Een SMS-bericht opstellen met de Unicode-tekenset) De T9-stand gebruiken • Met de voorspellende T9-tekstinvoerstand hoeft u slechts één keer op een toets te drukken om een teken in te voeren. • • • • Als u twee keer dezelfde letter of een andere letter op dezelfde toets wilt ingeven, wacht u tot de cursor automatisch naar rechts schuift of drukt u op [Rechts]. Geef dan de volgende letter in. Druk op [ ] om een spatie in te voegen. Druk op [ ] om heen en weer te schakelen tussen hoofdletters en kleine letters. U kunt kiezen tussen Beginhoofdletter ( ), Alleen hoofdletters ( ) en Alleen kleine letters (geen indicator). Druk op de navigatietoetsen om de cursor te verplaatsen. Druk op [C] om tekens één voor één te wissen. Houd [C] ingedrukt om het display leeg te maken. Een woord ingeven in de T9-stand 1. Druk op [2] t/m [9] om te beginnen met het ingeven van een woord. Druk voor elke letter de toets slechts één keer in. Druk bijvoorbeeld op [4], [2], [5], [5] en [6] om in de T9-stand het woord Hallo in te voeren. T9 voorspelt welk woord u wilt typen, waardoor het woord steeds als u op een toets drukt, kan veranderen. 2. Geef het hele woord in voordat u tekens wijzigt of verwijdert. Tekst ingeven Tips voor het gebruik van de ABC-stand 27 Tekst ingeven 3. Ga verder met stap 4 als het juiste woord wordt weergegeven. Druk op [0] om alternatieve woorden voor de ingedrukte toetsen weer te geven. Voor Of en Me worden bijvoorbeeld [6] en [3] gebruikt. 4. Druk op [ ] om een spatie in te voegen en het volgende woord in te voeren. Tips bij het gebruik van de T9-stand • • • • • 28 Druk op [1] om automatisch een punt of apostrof in te voeren. Druk op [ ] om een spatie in te voegen. Druk op [ ] om heen en weer te schakelen tussen hoofdletters en kleine letters. U kunt kiezen tussen Beginhoofdletter ( ), Alleen hoofdletters ( ) en Alleen kleine letters (geen indicator). Druk op de navigatietoetsen om de cursor te verplaatsen. Druk op [C] om tekens één voor één te wissen. Houd [C] ingedrukt om het display leeg te maken. Een nieuw woord toevoegen aan het woordenboek van T9 Deze functie is mogelijk niet beschikbaar voor alle talen. 1. Geef het woord in dat u wilt toevoegen. 2. Druk op [0] om alternatieve woorden weer te geven voor de toetsen waarop u hebt gedrukt. Wanneer er geen alternatieve woorden meer zijn, wordt onder in het display Nieuw weergegeven. 3. Druk op <Nieuw>. 4. Geef het gewenste woord in met de ABC-stand en druk op <OK>. De cijferstand gebruiken In de cijferstand kunt u cijfers ingeven. Druk op de desbetreffende cijfertoetsen. De symboolstand gebruiken In de symboolstand kunt u symbolen en speciale tekens invoegen. Telefoneren Geavanceerde belfuncties Gewenste actie Werkwijze Een nummer bellen Meer symbolen weergeven Druk op [Omhoog] of [Omlaag]. Een symbool selecteren Druk op de desbetreffende cijfertoets. 1. Geef in de standby-stand het netnummer en abonneenummer in. 2. Druk op [ ]. De ingevoerde symbolen wissen Druk op [C]. Symbolen ingeven Druk op <OK>. • Druk op [C] om het laatste cijfer te wissen of houd [C] ingedrukt om alle tekens in het display te wissen. U kunt de cursor verplaatsen om een onjuist cijfer te wijzigen. • Houd [ ] ingedrukt om een pauze in te voegen tussen nummers. Internationaal bellen 1. Houd in de standby-stand [0] ingedrukt. Het teken + verschijnt. 2. Toets achtereenvolgens het landnummer, netnummer en abonneenummer in en druk op [ ]. 29 Telefoneren Laatst gebruikte nummers opnieuw kiezen Een gesprek beëindigen 1. Druk in de standby-stand op [ ] om de lijst met recente nummers weer te geven. 2. Blader naar het gewenste nummer en druk op [ ]. Druk op [ Een nummer kiezen uit de telefoonlijst Als u een nummer hebt opgeslagen in de telefoonlijst, kunt u dit nummer bellen door het in de telefoonlijst te selecteren.p. 37 U kunt ook de functie voor snelkiezen gebruiken om uw meest gebelde nummers toe te wijzen aan bepaalde cijfertoetsen.p. 40 U kunt een nummer snel bellen vanaf de SIM-kaart door het locatienummer in te toetsen dat u tijdens het opslaan van het nummer hebt toegewezen. 1. Geef in de standby-stand een locatienummer in en druk op [ ]. 2. Druk op [Links] of [Rechts] om door de nummers te bladeren. 3. Druk op <Kies nr> of op [ ] om het gewenste nummer te bellen. 30 ]. Een oproep beantwoorden Wanneer u wordt gebeld, gaat de telefoon over en wordt de afbeelding voor een inkomende oproep weergegeven. Druk op <OK> of [ beantwoorden. ] om de oproep te Tips bij het aannemen van een gesprek • • • Wanneer de optie Elke toets antwoorden is ingeschakeld, kunt u op elke toets drukken, behalve op <Weiger> en [ ].p. 91 Druk op <Weiger> of op [ ] om een oproep te weigeren. Houd [ / ] ingedrukt om een oproep te weigeren of de beltoon uit te schakelen, afhankelijk van de instelling van de Volumetoets.p. 91 Gewenste actie Werkwijze Als u oproepen hebt gemist, ziet u in het scherm hoeveel dit er zijn. 1. Druk op <Tonen>. 2. Blader indien nodig door de gemiste oproepen. 3. Druk op [ ] om het gewenste nummer te bellen. Oproep beantwoorden Houd de knop ingedrukt. Gesprek beëindigen Houd de knop ingedrukt. De headset gebruiken U kunt de headset gebruiken om te bellen en oproepen te beantwoorden zonder de telefoon vast te hoeven houden. Sluit de headset aan op de aansluiting aan de rechterkant van de telefoon. De knop op de headset werkt als volgt: Gewenste actie Werkwijze Het laatst gebelde nummer herhalen Druk op de knop. Druk vervolgens nogmaals op de knop en houd deze ingedrukt. Beschikbare opties tijdens een gesprek Telefoneren Gemiste oproepen bekijken Tijdens een gesprek kunt u een aantal functies gebruiken. Het volume regelen tijdens een gesprek Gebruik [ / ] om het volume van de luidspreker tijdens een gesprek te regelen. Druk op [ ] om het volume te verhogen of op [ ] om het te verlagen. Een gesprek in de wacht zetten en er uit halen Druk op <Wacht> of <Ophalen> om een oproep in de wacht te zetten of uit de wacht te halen. 31 Telefoneren Twee gesprekken voeren U kunt twee gesprekken tegelijkertijd voeren als dit door het netwerk wordt ondersteund. 1. Druk op <Wacht> om de oproep in de wacht te zetten. 2. Kies het tweede nummer op de gebruikelijke manier. 3. Druk op <Wissel> om tussen de gesprekken heen en weer te schakelen. 4. Druk op <Opties> en selecteer Gesprek in wacht beëindigen om het gesprek dat in de wacht staat te beëindigen. 5. U kunt het huidige gesprek beëindigen door op [ ] te drukken. Een tweede oproep beantwoorden U kunt een inkomende oproep beantwoorden terwijl u al in gesprek bent, als dit door het netwerk wordt ondersteund en als u de wisselgesprekfunctie hebt ingeschakeld.p. 96 32 1. Druk op [ ] om de inkomende oproep aan te nemen. Het eerste telefoongesprek wordt automatisch in de wacht gezet. 2. Druk op <Wissel> om tussen de gesprekken heen en weer te schakelen. 3. Druk op <Opties> en selecteer Gesprek in wacht beëindigen om het gesprek dat in de wacht staat te beëindigen. 4. U kunt het huidige gesprek beëindigen door op [ ] te drukken. De tweede luidspreker gebruiken Gebruik de tweede luidspreker van de telefoon om op een korte afstand van de telefoon telefoongesprekken te voeren. Druk op [ ] en vervolgens op <Ja> om de tweede luidspreker te activeren. Druk nogmaals op [ ] om weer over te schakelen naar de eerste luidspreker. Opties tijdens een gesprek • • • Als u wilt kunnen communiceren met antwoordapparaten of telefooncentrales moet u de optie Toetstonen aan selecteren. • Telefoonlijst: hiermee opent u de lijst met contactpersonen. • Toetstonen verzenden: hiermee kunt u de DTMF-tonen (Dual Tone Multi Frequency) als groep verzenden. DTMF-tonen zijn de tonen die op telefoons worden gebruikt voor toonkiezen. U hoort deze tonen wanneer u op de cijfertoetsen drukt. Deze optie is handig bij het ingeven van een wachtwoord of rekeningnummer wanneer u een geautomatiseerd systeem belt, bijvoorbeeld van een bank. Bericht: hiermee kunt u een SMS-bericht lezen en verzenden. SIM-diensten: hiermee hebt u toegang tot speciale diensten op diverse gebieden zoals nieuws, weerberichten, ontspanning en plaatsbepaling. Deze diensten worden geleverd door de provider van uw SIM-kaart. Deze optie is beschikbaar wanneer u een SIM-kaart gebruikt die SIM-AT menu's ondersteunt. Gesprek in wacht beëindigen: hiermee beëindigt u de oproep die in de wacht staat. Telefoneren Druk op <Opties> om de volgende opties tijdens een gesprek weer te geven: • Helderheid stem aan/Helderheid stem uit: hiermee kunt u de gevoeligheid van de microfoon verhogen, zodat de persoon met wie u een gesprek heeft u duidelijk kan horen, zelfs wanneer u fluistert. • Microfoon uit/Microfoon aan: hiermee kunt u de microfoon van de telefoon uitschakelen, zodat uw gesprekspartner u niet kan horen, en vervolgens weer inschakelen. • Toetstonen uit/Toetstonen aan: hiermee schakelt u de toetstonen in of uit. 33 • • • • 34 Doorverbinden: hiermee verbindt u de actieve oproep door naar de oproep die in de wacht staat. Met deze optie kunnen de twee bellers met elkaar praten, maar wordt uw verbinding met het gesprek verbroken. Deelnemen: hiermee kunt u een multipartygesprek tot stand brengen door een beller in de wacht toe te voegen aan het actieve gesprek. Er kunnen maximaal 5 personen meedoen aan een multiparty-gesprek. Uit Mpty: hiermee kunt u een privé-gesprek voeren met een van de deelnemers van het multiparty-gesprek. De andere deelnemers kunnen gewoon met elkaar blijven praten. Wanneer het privé-gesprek beëindigd is, kunt u Deelnemen kiezen om terug te keren naar het multipartygesprek. Verwijderen: hiermee beëindigt u de verbinding met een van de deelnemers van het multipartygesprek. Menuopties Een overzicht van alle menuopties Oproepenlijst (menu 1) U kunt dit menu gebruiken om te zien welke nummers u hebt gebeld, welke oproepen u hebt ontvangen of gemist, en wat de duur van uw gesprekken is. U kunt ook de kosten van uw oproepen bekijken, als deze functie door uw SIM-kaart wordt ondersteund. Als u dit menu wilt openen, drukt u in de standbystand op <Menu> en kiest u Oproepenlijst. Recente oproepen (menu 1.1) In dit menu worden de laatste oproepen (uitgaande, beantwoorde en gemiste oproepen) weergegeven. In dit menu worden de meest recente gemiste oproepen weergegeven. Opties voor oproepgegevens Ontvangen oproepen (menu 1.4) Wanneer u de details van een oproep bekijkt, kunt u op <Opties> drukken om de volgende opties weer te geven: • Contact opslaan: hiermee kunt u het nummer in de telefoonlijst opslaan. • Bericht zenden: hiermee kunt u een SMS- of MMS-bericht verzenden naar het geselecteerde nummer. • Wissen: hiermee kunt u de geselecteerde oproepgegevens of alle oproepgegevens verwijderen. Uitgaande oproepen (menu 1.3) In dit menu worden de meest recent uitgaande weergegeven. Oproepenlijst (menu 1) Gemiste oproepen (menu 1.2) 1. Druk op [Links] of [Rechts] om naar een ander type oproep te gaan. 2. Druk op [Omhoog] of [Omlaag] om door de lijst met oproepen te bladeren. 3. Druk op [ ] om de gegevens van een oproep te bekijken of op [ ] om een nummer te kiezen. Menuopties Gegevens van een oproep bekijken In dit menu worden de meest recent ontvangen oproepen weergegeven. Alles wissen (menu 1.5) Met dit menu kunt u alle gegevens van alle typen oproepen wissen. 1. Druk op [ ] om de soorten oproepen te selecteren die u wilt wissen. 2. Druk op <Wissen>. 3. Druk op <Ja> om het wissen te bevestigen. 35 Menuopties Gespreksduur (menu 1.6) Gesprekskosten (menu 1.7) In dit menu wordt de tijdsduur van uitgaande en inkomende oproepen weergegeven. De werkelijke duur op de rekening van uw provider kan iets afwijken. • Duur laatste gesprek: hiermee kunt u de duur van het laatste gesprek bekijken. • Totaal uitgaand: hiermee kunt u de totale duur van alle uitgaande oproepen bekijken. • Totaal ontvangen: hiermee kunt u de totale duur van alle inkomende oproepen bekijken. • Tijdtellers op nul zetten: hiermee kunt u de gespreksduurtellers op nul zetten. U moet het wachtwoord voor de telefoon ingeven. Met deze netwerkfunctie worden de gesprekskosten weergegeven. Dit menu is alleen beschikbaar als dit door uw SIM-kaart wordt ondersteund. Deze functie is niet geschikt voor factureerdoeleinden. • Kosten laatste gesprek: hiermee kunt u de kosten van het laatste gesprek bekijken. • Totale kosten: hiermee kunt u de totale kosten van alle gesprekken bekijken. Als de totale kosten hoger uitvallen dan de maximumkosten die zijn ingesteld bij Maximumkosten instellen, moet u de teller terugzetten op nul voordat u een nieuw nummer kunt bellen. • Maximumkosten: hiermee kunt u de maximumkosten controleren die zijn ingesteld bij Maximumkosten instellen. • Kostentellers op nul zetten: hiermee kunt u de kostentellers terugzetten op nul. Het wachtwoord is standaard ingesteld op 00000000. U kunt dit wachtwoord wijzigen. p. 101 36 • (menu 2) U kunt telefoonnummers opslaan op de SIM-kaart en in het telefoongeheugen. Hoewel beide geheugens in fysiek opzicht gescheiden zijn, vormen ze in de praktijk één geheel: de telefoonlijst. Als u dit menu wilt openen, drukt u in de standbystand op <Menu> en kiest u Telefoonlijst. Lijst met contacten (menu 2.1) In dit menu kunt u nummers in de telefoonlijst opzoeken. 1. Geef de eerste letters in van de naam die u zoekt. 2. Selecteer de naam in de lijst. 3. Blader naar een nummer en druk op [ ] om te bellen of op [ ] om de detailgegevens voor de contactpersoon te wijzigen. Opties voor de telefoonlijst Telefoonlijst (menu 2) Telefoonlijst Een vermelding opzoeken Menuopties • Maximumkosten instellen: hiermee kunt u de maximaal toegestane kosten instellen voor uw gesprekken. Tarief: hiermee kunt u de prijs per eenheid instellen die wordt toegepast bij de berekening van de gesprekskosten. Wanneer u de gegevens van een contactpersoon bekijkt, kunt u op <Opties> drukken om de volgende opties weer te geven: • Wijzigen: hiermee kunt u de gegevens van de contactpersoon wijzigen. • Bericht zenden: hiermee kunt u een SMS- of MMS-bericht naar het geselecteerde nummer of een e-mailadres aan het geselecteerde adres verzenden. • Kopiëren: hiermee kunt u de contactpersoon naar het telefoongeheugen, de SIM-kaart of de FDN-lijst kopiëren. 37 Menuopties • • • Verzenden via: hiermee verzendt u de contactgegevens via SMS, MMS, e-mail of Bluetooth. Wissen: hiermee verwijdert u de geselecteerde contactpersoon. Afdrukken via Bluetooth: hiermee kunt u de contactpersoon afdrukken door de telefoon via Bluetooth met een printer te verbinden. FDN-lijst (menu 2.2) Met behulp van dit menu kunt u een lijst met contactpersonen samenstellen die kunnen worden gebruikt in de FDN-modus (Fixed Dialling Number). Als uw SIM-kaart deze functie ondersteunt, worden uitgaande oproepen in deze modus beperkt tot de opgegeven telefoonnummers. U kunt de FDN-modus inschakelen in het menu FDN-modus.p. 102 Een contactpersoon toevoegen 1. Druk op <Opties> en kies Toevoegen. 2. Geef uw PIN2-code in en druk op <OK>. 38 3. Geef een naam en telefoonnummer in of druk op <Opties> en selecteer Lijst met contacten om een contactpersoon uit de Telefoonlijst op te halen. 4. Wijzig zo nodig het locatienummer. 5. Druk op <Opslaan> om de contactpersoon op te slaan. Opties voor contactpersonen Blader naar een contactpersoon en druk op <Opties> om de opties weer te geven.Opties voor de telefoonlijst Nieuw contact toevoegen (menu 2.3) In dit menu kunt u een nieuwe contactpersoon aan de telefoonlijst toevoegen. Een nummer opslaan in het telefoongeheugen 1. Selecteer Telefoon. 2. Wijzig de instellingen of geef gegevens voor de contactpersoon in. • Voornaam/Achternaam: hier kunt u een naam ingeven. • 1. Selecteer SIM. 2. Geef een naam in en druk op [Omlaag]. 3. Geef een telefoonnummer in en druk op [Omlaag]. U kunt alleen een afbeelding voor nummerweergave, beltoon of groep toewijzen als de contactpersoon is opgeslagen in het telefoongeheugen. 5. Druk op <Opslaan> om de contactpersoon op te slaan. Telefoonlijst (menu 2) Een nummer opslaan op de SIM-kaart 4. Wijzig, indien nodig, het locatienummer. Menuopties Mobiel/Privé/Kantoor/Fax/Overig: hier kunt u een nummer toevoegen in de gewenste categorie(ën). • E-mail: hier kunt u een e-mailadres ingeven. • Afbeelding: hiermee kunt u een afbeelding voor nummerweergave toewijzen, die u ziet als u een oproep van die persoon ontvangt. • Melodie: hiermee wijst u een beltoon toe aan het nummer, die u hoort als u een oproep van die persoon ontvangt. • Groep: hiermee kunt u de contactpersoon toewijzen aan een belgroep. • Notities: hier kunt u een notitie over de persoon toevoegen. 3. Druk op [ ] om de contactpersoon op te slaan. Groep (menu 2.4) Met dit menu kunt u de contactpersonen in belgroepen indelen. Een nieuwe belgroep maken 1. Druk op <Opties> en kies Toevoegen. 2. Geef een naam in voor de groep. 3. Selecteer de regel voor de afbeelding en stel een afbeelding in. 4. Selecteer de regel voor de melodie en stel een melodie in. 5. Druk op <Opslaan> om de groep op te slaan. 39 Menuopties Leden toevoegen aan een belgroep • 1. 2. 3. 4. Snelkiezen (menu 2.5) Selecteer een groep. Druk op <Voeg toe>. Selecteer de gewenste contactpersoon. Als u meer leden wilt toevoegen, drukt u op <Opties> en kiest u Toevoegen → een contact. Herhaal dit desgewenst. Belgroepen beheren Wanneer u de lijst met groepen bekijkt, kunt u op <Opties> drukken om de volgende opties weer te geven: • Tonen: hiermee kunt u de leden van de geselecteerde groep weergeven. • Toevoegen: hiermee kunt u een nieuwe groep toevoegen. • Wijzigen: hiermee wijzigt u de eigenschappen van de groep. • Bericht zenden: hiermee kunt u een SMS-, MMSof e-mailbericht naar de gewenste groepsleden verzenden. 40 Wissen: hiermee wist u de groep. Groepsleden worden echter niet verwijderd uit de telefoonlijst. In dit menu kunt u de toetsen 2 tot en met 9 toewijzen aan acht van de nummers die u het meest belt, zodat u deze snel kunt kiezen. Nummers voor snelkiezen toewijzen 1. Selecteer een cijfertoets (2 t/m 9). De toets 1 is gereserveerd voor de voicemailserver. 2. Selecteer een contactpersoon in de lijst met contactpersonen. 3. Selecteer een nummer als er meerdere nummers voor de contactpersoon bestaan. Nummers voor snelkiezen beheren Druk in het scherm Snelkiezen op <Opties> om de volgende opties weer te geven: • Toevoegen: hiermee kunt u een nummer aan een nog niet gebruikte toets toewijzen. • • Houd in de standby-stand de desbetreffende toets ingedrukt. Mijn visitekaartje (menu 2.6) In dit menu kunt u een visitekaartje maken en dit naar anderen verzenden. Visitekaartje opslaan De procedure voor het maken van een visitekaartje is identiek aan die voor het opslaan van een telefoonnummer in het telefoongeheugen.p. 38 Wanneer u een visitekaartje hebt opgeslagen, kunt u op <Opties> drukken om de volgende opties weer te geven: • Wijzigen: hiermee kunt u het visitekaartje wijzigen. • Verzenden via: hiermee verzendt u het visitekaartje via SMS, MMS, e-mail of Bluetooth. • Visitekaartje uitwisselen: hiermee kunt u via Bluetooth visitekaartjes met iemand uitwisselen. • Verwijderen: hiermee kunt u het visitekaartje verwijderen. • Afdrukken via Bluetooth: hiermee drukt u het visitekaartje af door de telefoon via Bluetooth met een printer te verbinden. Telefoonlijst (menu 2) Snelkiesnummers bellen Opties voor visitekaartjes Menuopties • Tonen: hiermee kunt u de naam en het nummer bekijken die aan een toets zijn toegewezen. Wijzigen: hiermee kunt u een ander nummer aan een toets toewijzen. Verwijderen: hiermee wist u de snelkiesinstellingen voor een toets. 41 Menuopties Eigen nummer (menu 2.7) Met deze functie kunt u zien wat uw eigen telefoonnummers zijn en kunt u een naam toewijzen aan elk van deze nummers. Wijzigingen die u hier aanbrengt, zijn niet van invloed op de daadwerkelijke abonneenummers op uw SIM-kaart. Beheer (menu 2.8) In dit menu kunt u de vermeldingen in de telefoonlijst beheren. • Standaard geheugen: hiermee kunt u een standaardgeheugenlocatie selecteren waarin contactpersonen moeten worden opgeslagen. Wanneer u Vragen bij opslaan selecteert, wordt u gevraagd een geheugenlocatie te selecteren telkens wanneer u een nummer opslaat. • Alles naar telefoon kopiëren: hiermee kunt u alle contactpersonen die op de SIM-kaart zijn opgeslagen naar het telefoongeheugen kopiëren of vice versa. 42 • • • Sorteren: hiermee kunt u de contactpersonen op voor- of achternaam sorteren. Alles wissen: hiermee kunt u alle contactpersonen uit het telefoongeheugen, van de SIM-kaart of uit de FDN-lijst verwijderen. Geheugenstatus: hiermee kunt u het aantal contactpersonen bekijken dat is opgeslagen in het geheugen van de telefoon, op de SIM-kaart en in de FDN-lijst. Servicenummer (menu 2.9) In dit menu kunt u de lijst met SDN-nummers (Service Dialling Numbers) bekijken die door de provider zijn toegewezen. Hierin staan ook de alarmnummers, de nummers voor inlichtingen en het voicemailnummer. Dit menu is alleen beschikbaar als uw SIM-kaart deze functie ondersteunt. Blader naar het gewenste nummer en druk op <Kies nr> of [ ]. Toepassingen (menu 3) MP3-speler (menu 3.1) Dit menu kunt u gebruiken om naar muziek te luisteren. Eerst moet u MP3-bestanden opslaan in het telefoongeheugen of op een geheugenkaart. U kunt MP3-, AAC- en M4A-bestanden vanaf het geheugen van de telefoon afspelen en MP3-bestanden vanaf de geheugenkaart. Om te genieten van muziek van hoge kwaliteit, kunt u een als optie verkrijgbare Bluetooth-headset gebruiken. Gewone headsets zijn niet geschikt voor de MP3speler. Toepassingen (menu 3) Als u dit menu wilt openen, drukt u in de standbystand op <Menu> en kiest u Toepassingen. U kunt de volgende methoden gebruiken om MP3bestanden in het telefoongeheugen op te slaan: • Downloaden van het internetp. 53 • Downloaden van een computer met behulp van het programma Samsung PC Studio Gebruikershandleiding Samsung PC Studio • Via een actieve Bluetooth-verbindingp. 100 • Bestanden naar een geheugenkaart kopiëren en de kaart in de telefoon plaatsen.p. 24 Menuopties In dit menu kunt u Java-spelletjes spelen, MP3bestanden afspelen of naar FM-radio luisteren. U kunt uw telefoon ook als spraakrecorder, wekker, calculator, omrekentoepassing, timer en stopwatch gebruiken. Muziekbestanden downloaden of ontvangen De gedownloade of ontvangen bestanden worden opgeslagen in de map Muziek.p. 77 Een playlist samenstellen 1. Druk in het scherm van de MP3-speler op <Opties> en kies Muziek toevoegen van → Telefoon of Geheugenkaart. 2. Druk op [ ] om de gewenste bestanden te selecteren en druk vervolgens op <Voeg toe>. 43 Menuopties Muziekbestanden afspelen 1. Druk in het scherm van de MP3-speler op <Opties> en kies Afspelen via. 2. Selecteer Telefoon als u de luidspreker wilt gebruiken. Selecteer A/V-headset als u een Bluetoothheadset wilt gebruiken en deze wilt opzoeken en aansluiten. Tijdens het afspelen kunt u de volgende toetsen gebruiken: Toets Functie Hiermee onderbreekt/hervat u het afspelen. 44 Links Hiermee gaat u terug naar het vorige bestand. Als u deze toets ingedrukt houdt, gaat u terug in een bestand. Rechts Hiermee gaat u naar het volgende bestand. Als u deze toets ingedrukt houdt, gaat u vooruit in een bestand. Toets Functie Omhoog Hiermee opent u de playlist. Omlaag Hiermee stopt u het afspelen. / Hiermee regelt u het volume. 3 Hiermee wijzigt u de herhaalstand. 6 Hiermee schakelt u de shufflestand in of uit. Opties voor de MP3-speler Druk in het scherm MP3-speler op <Opties> om de volgende opties weer te geven: • Afspelen via: hiermee start u het afspelen via de telefoon of de Bluetooth-headset. • Pauze: hiermee kunt u het afspelen onderbreken. • Overschakelen naar A/V-headset/ Overschakelen naar telefoon: hiermee kunt u de uitvoer van het geluid overschakelen naar een Bluetooth-headset of de luidspreker van de telefoon. • • • Eigenschappen: hiermee kunt u de eigenschappen van het bestand bekijken. De playlist openen Druk in het scherm MP3-speler op [Omhoog]. Druk op <Opties> om de volgende opties weer te geven: • Afspelen via: hiermee start u het afspelen via de telefoon of de Bluetooth-headset. • Muziek toevoegen van: hiermee kunt u bestanden toevoegen aan de playlist. • Verplaatsen: hiermee kunt u het geselecteerde bestand verplaatsen naar de gewenste positie in de playlist. • Verwijderen: hiermee kunt u het geselecteerde bestand of alle bestanden uit de playlist verwijderen. Toepassingen (menu 3) • • Menuopties • Verzenden via: hiermee verzendt u het huidige bestand via e-mail of Bluetooth. Playlist openen: hiermee opent u de huidige playlist. Instellen als: hiermee kunt u het bestand instellen als beltoon, als alarmtoon of als beltoon voor een vermelding in de telefoonlijst. Verwijderen uit afspeellijst: hiermee kunt u het huidige bestand uit de playlist verwijderen. Instellingen: hiermee kunt u de standaardinstellingen voor het afspelen van muziekbestanden wijzigen. Herhaalstand: hiermee kunt u een herhaalstand selecteren. Shuffle: hiermee laat u de MP3-speler de muziekbestanden in willekeurige volgorde afspelen. Visualisatie: hiermee wijzigt u de animatie die wordt weergegeven tijdens het afspelen. Volume: hiermee kunt u een volumeniveau selecteren. Spraakrecorder (menu 3.2) Via dit menu kunt u spraakmemo's opnemen. Een spraakmemo kan maximaal één uur lang zijn. 45 Menuopties Een spraakmemo opnemen 1. Druk op [ ] om de opname te starten. 2. Spreek uw boodschap in de microfoon in. Druk op [ ] als u de opname wilt onderbreken of hervatten. 3. Druk op <Opslaan> of [Omlaag] om de opname te stoppen. Het spraakmemo wordt automatisch opgeslagen. 4. Druk op [ ] om het spraakmemo te beluisteren of op [Omhoog] om een nieuw memo op te nemen. Een spraakmemo afspelen 1. Druk in het scherm Spraakrecorder op <Opties> en kies Ga naar memolijst. 2. Selecteer een spraakmemo. Tijdens het afspelen kunt u de volgende toetsen gebruiken: Toets Functie Hiermee onderbreekt/hervat u het afspelen. 46 Toets Functie Links Hiermee gaat u achteruit in een memo. Rechts Hiermee gaat u vooruit in een memo. Omhoog Hiermee gaat u terug naar de opnamestand. Omlaag / Hiermee stopt u het afspelen. Hiermee regelt u het volume. De opnamestand wijzigen U kunt de opnamestand voor de spraakrecorder wijzigen. De maximale opnametijd wordt bepaald door deze instelling. Voordat u een spraakmemo opneemt, kunt u op <Opties> drukken en Instellingen selecteren om de volgende opties weer te geven: • Opnametijd: hiermee kunt u een maximale opnametijd selecteren. • Volume: hiermee kunt u een volumeniveau selecteren. • Standaardnaam: hiermee wijzigt u het standaardvoorvoegsel van het spraakmemo. • Dit menu biedt toegang tot de standaard Javaspelletjes en gedownloade Java-toepassingen. • Een standaardspelletje spelen Opties voor Java-toepassingen Selecteer in het scherm JAVA-wereld Downloads en druk op <Opties> om de volgende opties weer te geven: • Starten: hiermee wordt de geselecteerde toepassing gestart. • Instellingen: hiermee kunt u instellen dat u door kunt gaan met een spelletje wanneer er tijdens een spelletje een oproep binnenkomt of een alarmsignaal afgaat. U kunt ook kiezen of u spelinformatie wilt uitwisselen met het netwerk tijdens een online spel of wanneer u verbinding maakt met het internet. Java-instellingen wijzigen U kunt de instellingen voor de toegang tot Javadiensten wijzigen. 1. Selecteer Instellingen in het menu JAVA-wereld. 2. Wijzig de volgende instellingen: • APN: hier geeft u de naam van het toegangspunt in. • Gebruikersnaam: hier geeft u uw gebruikersnaam in. • Wachtwoord: hier geeft u het wachtwoord in. • Proxy: hier kunt u aangeven of u een proxyserver wilt gebruiken voor de toegang tot de netwerkdiensten. Afhankelijk van de keuze verschillen de opties voor de Proxy instellingen. • Proxy instellingen: de volgende opties zijn mogelijk: Toepassingen (menu 3) 1. Selecteer Downloads → een spelletje. 2. Druk op een willekeurige toets om het spel te starten. Wissen: hiermee wist u de geselecteerde toepassing. Eigenschappen: hiermee bekijkt u de eigenschappen van de toepassing. Menuopties JAVA-wereld (menu 3.3) 47 Menuopties Als de proxy is ingesteld op Aanzetten: IP-adres: hier geeft u het HTTP-proxyadres in. Poort: hier geeft u het poortnummer in. Als de proxy is ingesteld op Uitzetten: DNS1: hier geeft u het primaire DNS-adres in. DNS2: hier geeft u het secundaire DNS-adres in. Geheugenstatus bekijken Hier kunt u de totale en de gebruikte hoeveelheid geheugen voor Java-spelletjes bekijken. Selecteer Geheugenstatus in het scherm JAVAwereld. FM-radio (menu 3.4) Dit menu biedt toegang tot de FM-radio op uw telefoon. Eerst moet u uw telefoon aansluiten op de headset, die fungeert als radioantenne. Radiostations zoeken en instellen 1. Druk op [ ] om de radio aan te zetten. 48 2. Druk op [Links] of [Rechts] om naar de frequentie van een radiostation te gaan. De frequentie gaat per stappen van 0,1 MHz. U kunt ook [Links] of [Rechts] ingedrukt houden om de beschikbare radiofrequenties automatisch op te zoeken. 3. Druk op <Opties> en kies Toevoegen. 4. Geef een naam in voor het station en druk op [ ]. 5. Selecteer een lege locatie. Naar de radio luisteren 1. Druk in het scherm van de FM-radio op [ ] om de radio aan te zetten. 2. Druk op [Omhoog] of [Omlaag] om naar het gewenste station te gaan. Druk op [ / ] om het volume te regelen. • U kunt inkomende oproepen beantwoorden of andere functies van de telefoon gebruiken terwijl u naar de radio luistert. • De kwaliteit van de radio-ontvangst is afhankelijk van het bereik dat het radiostation in het desbetreffende gebied heeft. • • Pop-up-melding: hiermee stelt u in dat de telefoon u herinnert om op een bepaalde tijd naar de radio te luisteren. Wanneer de pop-up-melding op het scherm verschijnt, drukt u op <Luisteren> om het opgegeven radiostation aan te zetten. Luidspreker aan/Oortelefoon aan: hiermee wisselt u tussen luidspreker en headset. Instellingen: hiermee selecteert u het geluidsvolume van de radio. Toepassingen (menu 3) Radio-opties gebruiken Druk in het FM-radioscherm op <Opties> voor toegang tot de volgende opties: • FM-radio aan/FM-radio uit: hiermee zet u de radio aan of uit. • Toevoegen: hiermee kunt u een radiostation toevoegen. U kunt maximaal 30 stations opslaan. • Wijzigen: hiermee kunt u de naam en de frequentie van het station wijzigen. • Automatisch afstemmen: hiermee kunt u de telefoon automatisch radiofrequenties laten zoeken en opslaan. • Verwijderen: hiermee verwijdert u het geselecteerde station of alle stations. • Menuopties 3. Als u de radio wilt uitzetten, drukt u in het scherm van de FM-radio op [ ] of koppelt u de headset los. Wereldtijd (menu 3.5) In dit menu kunt u uw lokale tijdzone instellen en bekijken hoe laat het in een ander deel van de wereld is. De wereldklok bekijken 1. Druk in de wereldkaart op [Links] of [Rechts] om naar de gewenste plaats te bladeren. De tijdlijn verschuift en de lokale tijd en datum van de desbetreffende zone worden weergegeven. 2. Druk op [ ] om de plaats als uw lokale tijdzone op te slaan. 49 Menuopties Zomertijd instellen 1. Druk in de wereldkaart op <Opties> en kies Zomertijd instellen. 2. Druk op [ ] om de gewenste tijdzones te selecteren. 3. Druk op <Opslaan>. Alarm (menu 3.6) Via dit menu kunt u een alarm instellen. Het signaal voor een normaal alarm is hetzelfde als het signaal dat is gekozen voor een inkomende oproep. De wekker wordt niet beïnvloed door uw geluidsinstellingen. Een alarm instellen 1. Selecteer het type alarm. 2. Stel de volgende alarmopties in: • Alarm: hiermee schakelt u het alarm in. • Alarmtijd: hier geeft u de tijd in waarop het alarm moet afgaan. • am/pm: hier selecteert u am of pm in de 12-uursnotatie. 50 • Alarm voor dag: hier selecteert u de dagen van de week waarop het alarm moet afgaan. • Alarmtoon: hier selecteert u een alarmtoon. 3. Druk op <Opslaan>. Een alarm uitzetten • • Als het geen wekalarm betreft, kunt u op elke willekeurige toets drukken. Bij de wekker moet u op <OK> of [ ] drukken. U kunt op alle willekeurige toetsen behalve <OK> en [ ] drukken om het alarm vijf minuten later opnieuw te laten afgaan. Dit kunt u maximaal vijf keer doen. Het alarm laten afgaan wanneer de telefoon uitgeschakeld is Selecteer in het scherm Alarm Automatisch aan → Aan. Als de telefoon uitgeschakeld is op het tijdstip dat het alarm moet afgaan, wordt de telefoon ingeschakeld en gaat het alarm af. Met dit menu kunt u veel voorkomende omrekeningen uitvoeren, zoals van vreemde valuta en temperaturen. 1. Selecteer een omrekenfunctie. 2. Druk op [Links] of [Rechts] om de oorspronkelijke eenheid te selecteren en druk op [Omlaag]. 3. Geef de waarde in die u wilt omrekenen en druk op [Omlaag]. • Druk op [ ] om een decimaalteken in te voeren. • Druk op [ ] om de temperatuur te wijzigen in boven nul (+) of onder nul (-). 4. Druk op [Links] of [Rechts] om de beoogde eenheid voor de omrekening te selecteren. De overeenkomstige waarde voor het ingevoerde getal wordt weergegeven. Toepassingen (menu 3) Omrekenen (menu 3.8) Met dit menu kunt u elementaire rekenkundige functies uitvoeren, zoals optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen. 1. Geef het eerste getal in. • Druk op <.()> om een decimaalteken of een haakje in te voegen. • Druk op [ ] of [ ] om de cursor te verplaatsen. 2. Druk op een van de navigatietoetsen om toegang te krijgen tot de gewenste rekenkundige functies. 3. Geef het tweede getal in. 4. Druk op [ ] om de uitkomst te bekijken. 5. Herhaal zo nodig stap 1 en 2 om de berekening voort te zetten. Menuopties Calculator (menu 3.7) 51 Menuopties Opties voor omrekenen gebruiken Druk op <Opties> om de volgende opties weer te geven: • Wissen: hiermee wist u de huidige waarden. • Omkeren: hiermee wordt de omrekening omgekeerd. • Wisselkoersen: hiermee kunt u de lijst met wisselkoersen wijzigen. Timer (menu 3.9) Met dit menu kunt u de telefoon af laten tellen. U hoort een alarmtoon wanneer de opgegeven periode is verstreken. De timer starten 1. Druk op <Stel in>. 2. Geef de tijdsduur voordat het alarm afgaat in en druk op <OK>. 3. Druk op [ ] om het aftellen te starten. 52 De timer stoppen • • Druk op een willekeurige toets om de timer te stoppen wanneer deze afgaat. Druk in het scherm Timer op [ ] om de timer te stoppen voordat deze afgaat. Stopwatch (menu 3.10) Met dit menu kunt u de verstreken tijd meten. De maximale tijd is tien uur. 1. Druk op [ ] om de stopwatch te starten. 2. Druk op [ ] om de tussentijd te bekijken. U kunt dit maximaal vier keer doen. SIM-AT (menu 3.11) Dit menu is beschikbaar als u een SIM-AT-kaart gebruikt die het SAT-menu (SIM Application Tool Kit) ondersteunt en aanvullende diensten levert, zoals nieuws, weer, sport, ontspanning en plaatsbepaling. De beschikbare diensten variëren per provider. Neem voor meer informatie contact op met uw provider of raadpleeg de instructies bij uw SIM-kaart. Browser (menu 4) Werkwijze Een browseritem selecteren Druk op [ Teruggaan naar de vorige pagina Druk op <Terug> of [C]. Teruggaan naar de startpagina Houd [C] ingedrukt. ] of [ ]. Browser (menu 4) Als u dit menu wilt openen, drukt u in de standbystand op <Menu> en kiest u Browser. Gewenste actie Menuopties Met behulp van de WAP-browser (Wireless Application Protocol) kunt u met uw telefoon draadloos op internet surfen. Op internet kunt u draadloos toegang krijgen tot actuele informatie en allerlei soorten mediacontent, zoals spelletjes, achtergronden, beltonen en muziekbestanden. Browseropties Startpagina (menu 4.1) Als u deze optie kiest, maakt de telefoon verbinding met het netwerk en wordt de startpagina van de internetprovider geladen. U kunt dit ook doen door in de standby-stand [ ] ingedrukt te houden. Navigeren met de webbrowser Gewenste actie Werkwijze Door de browseritems bladeren Druk op [Omhoog] of [Omlaag]. Druk op [ ] of selecteer bovenaan in het scherm om de volgende opties weer te geven: • Terug: hiermee gaat u terug naar de vorige pagina. • Homepagina: hiermee gaat u terug naar de startpagina. • Afsluiten: hiermee sluit u de webbrowser af. • Opnieuw laden: de huidige pagina wordt opnieuw geladen met bijgewerkte informatie. 53 Menuopties • • URL tonen: hiermee geeft u het URL-adres van de huidige webpagina weer. Info...: hiermee kunt de eigenschappen van de webbrowser bekijken. De opties voor pagina's gebruiken Druk in een webpagina op [ ] om de volgende opties weer te geven: • Ga naar adres: hier kunt u handmatig een URLadres ingeven. • Favorieten: hiermee kunt u de huidige pagina opslaan als favoriet of de lijst met favorieten bekijken. • Berichten: hiermee kunt u SMS-berichten verzenden of de opgeslagen berichten in de telefoon bekijken. • Mijn bestanden: hier kunt u afbeeldings, video-, geluids- en muziekbestanden openen die zijn opgeslagen in het telefoongeheugen. De browser afsluiten Druk op [ 54 ] om de browser af te sluiten. Favorieten (menu 4.2) Gebruik dit menu om URL-adressen op te slaan zodat u snel naar een webpagina kunt gaan. Favorieten toevoegen 1. Selecteer een lege locatie. 2. Geef een naam in voor de favoriet en druk op [Omlaag]. 3. Geef een URL-adres in en druk op [ ]. Een favoriete pagina openen Als u een favoriet selecteert, wordt de webbrowser gestart en de desbetreffende webpagina geopend. Opties voor favorieten Wanneer u een item hebt opgeslagen, kunt u op <Opties> drukken om de volgende opties weer te geven: • Start: hiermee opent u de favoriete webpagina. • Wijzigen: hier kunt u de URL en de naam van de favoriet bewerken. • Wissen: hiermee kunt u de favoriet of alle favorieten verwijderen. • Met dit menu kunt u handmatig een URL ingeven en de betreffende webpagina openen. In dit menu kunt u de gegevens wissen die tijdelijk zijn opgeslagen in de cache. Instellingen server (menu 4.5) Met dit menu kunt u de servers voor de webbrowser instellen. Neem voor informatie over de instellingen contact op met uw provider. Voor elke server zijn de volgende opties beschikbaar. • Profielnaam: hiermee wijst u een naam toe aan het serverprofiel. • URL startpagina: hier stelt u het adres van de startpagina in. • Browser (menu 4) Buffer leegmaken (menu 4.4) Drager: hier selecteert u de drager die u wilt gebruiken voor elk type netwerkadres dat u wilt bezoeken. Proxy: hier geeft u aan of de telefoon een proxyserver gebruikt om de webbrowser te starten. Bij uw provider kunt u informeren of er een proxyserver voor het netwerk vereist is en wat de juiste instellingen zijn. GPRS instellingen: hier kunt u de volgende GPRS-netwerkinstellingen aanpassen: Als de proxy is ingesteld op Aanzetten: Proxy IP: hier geeft u het webgateway-adres in. Proxy poort: hier geeft u het poortnummer in. APN: hier geeft u de naam voor het toegangspunt van de gateway van het GPRS-netwerk in. Gebruikersnaam: hier geeft u uw gebruikersnaam in. Wachtwoord: hier geeft u het wachtwoord in. Menuopties Ga naar adres (menu 4.3) • 55 Menuopties • 56 Als de proxy is ingesteld op Uitzetten: DNS1: hier geeft u het primaire adres in. DNS2: hier geeft u het secundaire adres in. APN: hier geeft u de naam voor het toegangspunt van de gateway van het GPRS-netwerk in. Gebruikersnaam: hier geeft u uw gebruikersnaam in. Wachtwoord: hier geeft u het wachtwoord in. GSM instellingen: hier kunt u de volgende GSMnetwerkinstellingen aanpassen: Als de proxy is ingesteld op Aanzetten: Proxy IP: hier geeft u het webgateway-adres in. Proxy poort: hier geeft u het poortnummer in. Inbelnummer: hier geeft u het inbelnummer voor de PPP-server in. Gebruikersnaam: hier geeft u uw gebruikersnaam in. Wachtwoord: hier geeft u het wachtwoord in. Type data-oproep: hier selecteert u een type oproep voor gegevens. Als de proxy is ingesteld op Uitzetten: DNS1: hier geeft u het primaire adres in. DNS2: hier geeft u het secundaire adres in. Inbelnummer: hier geeft u het inbelnummer voor de PPP-server in. Gebruikersnaam: hier geeft u uw gebruikersnaam in. Wachtwoord: hier geeft u het wachtwoord in. Type data-oproep: hier selecteert u een type oproep voor gegevens. Huidige server (menu 4.6) In dit menu kunt u een van de ingestelde proxyservers inschakelen. Berichten (menu 5) Bericht maken (menu 5.1) Gebruik dit menu om berichten te maken en te verzenden. SMS-bericht (menu 5.1.1) Met SMS (Short Message Service) kunt u tekstberichten verzenden en ontvangen, die eenvoudige afbeeldingen, animaties en melodieën kunnen bevatten. 1. Geef het bericht in. Het maximum aantal tekens dat toegestaan is in een bericht varieert per provider. Als het maximumaantal tekens in een bericht wordt overschreden, wordt het bericht gesplitst. Berichten (menu 5) Druk in de standby-stand op <Menu> en selecteer Berichten om dit menu te openen. Menuopties Via het menu Berichten kunt u SMS-, MMS- en e-mailberichten verzenden en ontvangen. Ook kunt u functies voor serverberichten en infoberichten gebruiken. 2. Druk op <Opties> om de volgende opties weer te geven voor het maken van een bericht: • Invoegen: hiermee voegt u een standaardbericht, telefoonlijstvermelding of favoriet toe. • Foto toevoegen/Animatie toevoegen/ Geluid toevoegen: hiermee kunt u een eenvoudige afbeelding, animatie of melodie toevoegen. • Bijvoegen: hiermee kunt u een telefoonlijstvermelding als visitekaartje of agendagegevens als databestand toevoegen. • Tekstopmaak: hiermee kunt u de opmaak wijzigen. 3. Als u klaar bent, drukt u op <Opties> en kiest u Opslaan en verzenden of Alleen verzenden. 4. Geef het bestemmingsnummer in. Als u het bericht naar meerdere ontvangers wilt verzenden, vult u meer bestemmingsvelden in. 5. Druk op [ ] om het bericht te verzenden. 57 Menuopties MMS-bericht (menu 5.1.2) MMS (Multimedia Message Service) is een service waarmee u berichten die een combinatie van tekst, afbeeldingen, videoclips en geluidsbestanden bevatten, van de ene telefoon naar een andere telefoon of naar een e-mailadres kunt verzenden. 1. Selecteer de regel Onderwerp. 2. Geef het onderwerp van het bericht in en druk op [ ]. 3. Selecteer de regel Foto & Video of Melodie en voeg een afbeelding, videoclip of een geluidsbestand toe. • De maximaal toegestane grootte voor een bericht kan verschillen en is afhankelijk van uw provider. • Afhankelijk van het DRM-systeem (Digital Rights Management) kunnen sommige bestanden mogelijk niet worden doorgestuurd. 4. Selecteer de regel Bericht. 58 5. Geef de tekst van het bericht in en druk op [ ]. 6. Druk op <Opties> om de volgende opties weer te geven voor het bewerken van een bericht: • Wijzigen: hiermee wijzigt u het onderwerp of de tekst. • Afbeelding wijzigen/Video wijzigen/Geluid wijzigen: hiermee vervangt u een toegevoegd item. • Pagina toevoegen: hiermee kunt u pagina's toevoegen. Blader naar de pagina door op [Links] of [Rechts] te drukken. • Pagina wissen: hiermee wist u een toegevoegde pagina. • Pagina bewerken: hiermee wijzigt u de weergaveduur van de pagina of gaat u een pagina verder. • Bijvoegen: hiermee kunt u een telefoonlijstvermelding als visitekaartje of agendagegevens als databestand toevoegen. • Afhankelijk van het type bestand of DRMsysteem (Digital Rights Management) is het mogelijk dat bepaalde bestanden niet kunnen worden doorgestuurd. E-mail (menu 5.1.3) U kunt e-mailberichten met tekst, audio en afbeeldingen maken en verzenden. Als u deze functie wilt gebruiken, moet u zich abonneren op een e-mailservice en uw e-mailprofiel en -account instellen.p. 71 1. Selecteer de regel Onderwerp. 2. Geef het onderwerp van het e-mailbericht in en druk op [ ]. Berichten (menu 5) 3. Selecteer de regel Bericht. 4. Geef de tekst van het e-mailbericht in en druk op [ ]. 5. Selecteer de regel Bijlage toevoegen en selecteer een van de volgende opties voor het toevoegen van bestanden. • Afbeelding toevoegen/Video's toevoegen/ Geluiden toevoegen/Muziek toevoegen: hiermee kunt u mediabestanden toevoegen die zijn opgeslagen in het telefoongeheugen. Menuopties Onderwerp verwijderen/Bericht verwijderen/Media verwijderen/Geluid verwijderen: hiermee verwijdert u een toegevoegd item. 7. Wanneer u klaar bent, drukt u op <Opties> en kiest u Verzenden. 8. Geef de telefoonnummers of e-mailadressen van de bestemming in. Als u het bericht naar meerdere ontvangers wilt verzenden, vult u meer bestemmingsvelden in. 9. Druk op [ ] om het bericht te verzenden. • • Andere bestanden: hiermee kunt u documentbestanden toevoegen die zijn opgeslagen in het telefoongeheugen of op een geheugenkaart. Geheugenkaart: hiermee kunt u bestanden toevoegen die zijn opgeslagen op een geheugenkaart, als deze is geplaatst. 59 Menuopties • 6. 7. 8. 9. 60 Bijvoegen: hiermee kunt u een telefoonlijstvermelding als visitekaartje of agendagegevens als databestand toevoegen. Druk op <Opties> om de volgende opties voor het bewerken van een e-mailbericht weer te geven: • Wijzigen: hiermee wijzigt u het onderwerp of de tekst. • Onderwerp verwijderen/Bericht verwijderen: hiermee wist u het onderwerp of de tekst. • Verwijderen: hiermee verwijdert u de geselecteerde bijlage of alle bijlagen. • Alle bijlagen verwijderen: hiermee verwijdert u alle bijlagen. Wanneer u klaar bent, drukt u op <Opties> en kiest u Verzenden. Geef een of meer e-mailadressen in. Als u het e-mailbericht naar meerdere ontvangers wilt verzenden, vult u meer bestemmingsvelden in. Druk op [ ] om het e-mailbericht te verzenden. Mijn berichten (menu 5.2) Via dit menu hebt u toegang tot de berichten die u hebt ontvangen of verzonden, of waarvan het verzenden is mislukt. Postvak IN (menu 5.2.1) In deze map worden alle berichten opgeslagen die u hebt ontvangen, met uitzondering van e-mailberichten. Een bericht bekijken De volgende symbolen kunnen in de lijst met berichten worden weergegeven om het type bericht aan te duiden: • SMS/Ontvangstbevestiging • MMS • MMS-melding • Serverbericht • • • Opties voor berichten Wanneer u een bericht bekijkt, kunt u op <Opties> drukken om de volgende opties weer te geven: SMS-berichten • Beantwoorden via: hiermee stuurt u een antwoord naar de afzender via SMS of MMS. • Doorsturen: hiermee kunt u het bericht naar anderen doorsturen. • Wissen: hiermee verwijdert u het bericht. • • Berichten (menu 5) • Naar telefoon/Naar SIM: hiermee kunt u berichten van de SIM-kaart naar het telefoongeheugen verplaatsen en vice versa. Aan blokkeerlijst toevoegen: hiermee voegt u het nummer van de afzender toe aan de lijst met geblokkeerde nummers. Adres overnemen: hiermee kunt u URL's, e-mailadressen of telefoonnummers uit het bericht overnemen. Media overnemen: hiermee kunt u media-inhoud in het bericht opslaan in het telefoongeheugen. Wisbeveiliging: hiermee kunt u voorkomen dat het bericht wordt gewist. Afdrukken via Bluetooth: hiermee kunt u het bericht afdrukken door de telefoon via Bluetooth met een printer te verbinden. Menuopties • Afhankelijk van het DRM-systeem (Digital Rights Management) kunnen berichten met webinhoud mogelijk niet worden doorgestuurd. • Met het symbool ! naast een bericht wordt aangegeven dat het bericht een hoge prioriteit heeft. Een grijsgekleurd berichtsymbool wijst op een lage prioriteit. • Als u vCards of vCalendar-gegevens als SMSbericht via een telefoon van een andere fabrikant ontvangt, wordt het bericht niet correct weergegeven. MMS-berichten/MMS-meldingen • Ophalen: hiermee haalt u het MMS-bericht op van de server. • Beantwoorden via SMS: hiermee verzendt u een antwoord via SMS. 61 Menuopties • • • • • • • Beantwoorden via MMS: hiermee verzendt u een antwoord via MMS. Doorsturen: hiermee kunt u het bericht naar anderen doorsturen. Wissen: hiermee verwijdert u het bericht. Aan blokkeerlijst toevoegen: hiermee voegt u het nummer van de afzender toe aan de lijst met geblokkeerde nummers. Adres overnemen: hiermee kunt u URL's, e-mailadressen of telefoonnummers uit het bericht overnemen. Media overnemen: hiermee kunt u media-inhoud in het bericht opslaan in het telefoongeheugen. Eigenschappen: hiermee geeft u de eigenschappen van het bericht weer. Serverberichten • Ga naar adres: hiermee maakt u verbinding met de URL in het bericht. • Wissen: hiermee verwijdert u het bericht. 62 • Adres overnemen: hiermee kunt u URL's, e-mailadressen of telefoonnummers uit het bericht overnemen. Ontvangstbevestigingen • Wissen: hiermee verwijdert u de ontvangstbevestiging. Concepten (menu 5.2.2) Deze map bevat berichten die u hebt opgeslagen om ze later te verzenden. Postvak UIT (menu 5.2.3) In deze map worden berichten opgeslagen die worden verzonden of waarvan het verzenden is mislukt. De status van het e-mailbericht wordt door middel van de volgende symbolen aangeduid: • Wordt verzonden • Verzenden mislukt Wanneer u een bericht bekijkt, kunt u op <Opties> drukken om de volgende opties weer te geven: • • • • • • • In deze map worden berichten opgeslagen die u hebt verzonden. Wanneer u een bericht bekijkt, kunt u op <Opties> drukken om de volgende opties weer te geven: • Bestand openen: hiermee opent u het geselecteerde bestand. • Bestand opslaan: hiermee slaat u het geselecteerde bestand op. • Doorsturen: hiermee kunt u het bericht naar anderen doorsturen. • Wissen: hiermee verwijdert u het bericht. • Naar telefoon/Naar SIM: hiermee kunt u het SMS-bericht van de SIM-kaart naar het telefoongeheugen verplaatsen en vice versa. • Afdrukken via Bluetooth: hiermee kunt u het bericht afdrukken door de telefoon via Bluetooth met een printer te verbinden. • Wisbeveiliging: hiermee kunt u voorkomen dat het bericht wordt gewist. Berichten (menu 5) • Verzonden items (menu 5.2.4) Menuopties • Bestand openen: hiermee opent u het geselecteerde bestand. Bestand opslaan: hiermee slaat u het geselecteerde bestand op. Opnieuw verzenden: hiermee kunt u het bericht opnieuw verzenden. Doorsturen: hiermee kunt u het bericht naar anderen doorsturen. Wissen: hiermee verwijdert u het bericht. Naar telefoon/Naar SIM: hiermee kunt u het SMS-bericht van de SIM-kaart naar het telefoongeheugen verplaatsen en vice versa. Afdrukken via Bluetooth: hiermee kunt u het bericht afdrukken door de telefoon via Bluetooth met een printer te verbinden. Wisbeveiliging: hiermee kunt u voorkomen dat het bericht wordt gewist. Eigenschappen: hiermee geeft u de eigenschappen van het bericht weer. 63 Menuopties • Eigenschappen: hiermee geeft u de eigenschappen van het bericht weer. E-mailbox (menu 5.2.5) In deze map worden e-mailberichten opgeslagen die u hebt ontvangen. Een e-mailbericht bekijken 1. Selecteer een e-mailaccount. 2. Druk op <Kies> wanneer Nieuwe mail controleren wordt weergegeven. De telefoon maakt verbinding met de e-mailserver en nieuwe e-mailberichten worden gedownload. De volgende pictogrammen kunnen in de lijst worden weergegeven om de status van het e-mailbericht aan te geven: • Opgehaald van de server • Wordt opgehaald • Ophalen mislukt. Met het symbool ! naast een bericht wordt aangegeven dat het bericht een hoge prioriteit heeft. Een grijsgekleurd berichtsymbool betekent dat het bericht een lage prioriteit heeft. 64 3. Selecteer een e-mailbericht of berichtkop. 4. Druk op [ / ] om andere pagina's in het e-mailbericht te bekijken. Houd [ ] of [ ] ingedrukt om naar de eerste of de laatste pagina te gaan. 5. Druk op [ ] of [ ] om het vorige of volgende e-mailbericht te bekijken. Opties voor e-mailberichten Wanneer u een berichtkop of een e-mailbericht bekijkt, kunt u op <Opties> drukken om de volgende opties weer te geven: • Ophalen: hiermee haalt u de tekst van het e-mailbericht op van de e-mailserver. • Bestand openen: hiermee opent u het geselecteerde bestand. • Bestand opslaan: hiermee slaat u het geselecteerde bestand op. • Antwoorden: hiermee kunt u de afzender of de afzender en alle andere ontvangers een antwoord sturen. • • • • • Via dit menu kunt u de berichten bekijken die u tijdens het bekijken van een lijst met berichten hebt verplaatst met de optie Verplaatsen naar Map. Standaardberichten (menu 5.3) Met dit menu kunt u standaardberichten samenstellen en gebruiken. Berichten (menu 5) • Map (menu 5.2.6) Menuopties • • Doorsturen: hiermee stuurt u het e-mailbericht door naar andere mensen. Wissen: hiermee wist u het e-mailbericht. Aan blokkeerlijst toevoegen: hiermee voegt u het e-mailadres van de afzender of het onderwerp van het e-mailbericht toe aan de blokkeerlijst. Adres overnemen: hiermee kunt u URL's, e-mailadressen of telefoonnummers uit het e-mailbericht overnemen. Bijlage opslaan: hiermee kunt u de bijlagen opslaan van het e-mailbericht naar het geheugen van de telefoon. Afdrukken via Bluetooth: hiermee kunt u het e-mailbericht afdrukken door de telefoon via Bluetooth met een printer te verbinden. Wisbeveiliging: hiermee kunt u voorkomen dat het e-mailbericht wordt gewist. Eigenschappen: hiermee kunt u de eigenschappen van het e-mailbericht bekijken. Standaard SMS-berichten (menu 5.3.1) U kunt standaard SMS-berichten maken met de zinnen die u vaak gebruikt, zodat u deze kunt ophalen en invoegen wanneer u een SMS-bericht opstelt. Een standaardbericht maken 1. Selecteer een lege locatie. 2. Geef een bericht in en druk op [ ]. Opties voor standaardberichten Druk in de lijst met standaardberichten op <Opties> om de volgende opties weer te geven: 65 Menuopties • • • Wijzigen: hiermee kunt u het geselecteerde standaardbericht wijzigen. Bericht zenden: hiermee kunt u een SMS-, MMSof e-mailbericht maken en verzenden op basis van het standaardbericht. Wissen: hiermee verwijdert u het geselecteerde standaardbericht. Standaard MMS-berichten (menu 5.3.2) U kunt standaard MMS-berichten of standaardberichten die u hebt opgeslagen gebruiken bij het opstellen van een MMS-bericht. Druk in de lijst met standaardberichten op <Opties> om de volgende opties weer te geven: • Tonen: hiermee opent u het geselecteerde standaardbericht. • Bericht zenden: hiermee kunt u een nieuw bericht opstellen en verzenden. • Wijzigen: hiermee kunt u het standaardbericht wijzigen. 66 • • Maken: hiermee voegt u een nieuw standaardbericht toe. Wissen: hiermee wist u het geselecteerde standaardbericht of alle standaardberichten. Alles wissen (menu 5.4) Met dit menu kunt u alle berichten uit de verschillende berichtenmappen tegelijk verwijderen. 1. Druk op [ ] om de postvakken te selecteren die u wilt legen. 2. Druk op <Wissen>. 3. Druk op <Ja> om het wissen te bevestigen. Instellingen (menu 5.5) Met dit menu kunt u verschillende opties instellen voor het gebruik van de berichtenservice. SMS-bericht (menu 5.5.1) • Berichten (menu 5) Soort bericht: hier kunt u het standaardberichttype instellen. De provider zet de berichten om in de gekozen indeling. SMS-centrale: hier kunt u het nummer van de SMS-server opslaan of wijzigen. Tel.nummer blokkeren: hier kunt u telefoonnummers opgeven waarvan berichten worden geweigerd. Menuopties Via dit menu kunt u de SMS-instellingen wijzigen. • Instellingen voor verzenden: hier kunt u de opties voor het verzenden van SMS-berichten instellen: Antwoordpad: ontvangers kunnen u beantwoorden via uw SMS-server. Ontvangstbevestiging: hiermee kunt u instellen dat u op de hoogte wordt gesteld wanneer uw berichten zijn afgeleverd. Ondersteunde tekenset: hier kunt u een tekenset selecteren. Als u Auto selecteert, wordt de tekenset gewijzigd van GSM-alfabet in Unicode zodra u een Unicode-teken ingeeft. Het gebruik van de Unicode-tekenset brengt het maximum aantal tekens in een bericht ongeveer tot de helft terug. Als dit menu niet wordt weergegeven, wordt op uw telefoon standaard automatisch gebruikt als tekenset. Geldigheidsperiode: hier kunt u instellen hoelang uw berichten op de SMS-server opgeslagen blijven. MMS-bericht (menu 5.5.2) Via dit menu kunt u de MMS-instellingen wijzigen. • Instellingen voor verzenden: hier kunt u de opties voor het verzenden van MMS-berichten instellen: Ontvangstbevestiging: hiermee kunt u instellen dat u op de hoogte wordt gesteld wanneer uw berichten zijn afgeleverd. Adres verbergen: hiermee stelt u in dat uw adres moet worden verborgen op de telefoon van de ontvanger. 67 Menuopties • 68 Leesbevestiging: hiermee verzendt u een verzoek om een leesbevestiging mee met het MMS-bericht. Prioriteit: hiermee kunt u de prioriteit instellen voor uw berichten. Vervaldatum: hier kunt u instellen hoelang uw berichten op de MMS-server opgeslagen blijven. Afleveren na: hiermee stelt u een periode in waarna de berichten moeten worden verzonden. Maximale grootte: hiermee selecteert u een maximumgrootte voor bijgevoegde items voor berichten. Instellingen voor ontvangen: hiermee stelt u de opties in voor het ontvangen van MMSberichten: Anoniem weigeren: hiermee weigert u berichten van onbekende afzenders. Reclame toestaan: hiermee accepteert u reclame. Bevestiging toegestaan: hiermee kunt u instellen dat de afzender op de hoogte wordt gesteld wanneer u het bericht hebt ontvangen. Ontvangst eigen netwerk: hier kunt u opgeven of nieuwe berichten automatisch worden opgehaald wanneer u zich in het servicegebied van uw eigen provider bevindt. Roaming ontvangst: hier kunt u opgeven of nieuwe berichten automatisch worden opgehaald wanneer u zich in het servicegebied van een ander netwerk bevindt. De volgende opties zijn beschikbaar voor Ontvangst eigen netwerk en Roaming ontvangst: - Automatisch: berichten worden automatisch opgehaald van de server. - Weigeren: alle berichten worden geweigerd. - Handmatig: er wordt een melding op de telefoon weergegeven. Met de optie Ophalen kunt u nieuwe berichten handmatig downloaden. • Huidige server: hiermee selecteert u een profiel. Instellingen server: hiermee kunt u de volgende opties voor elk profiel aanpassen: - Profielnaam: hiermee wijst u een naam toe aan het MMS-profiel. - URL server: hier geeft u het adres van de MMSserver in. - Proxy: hiermee kunt u verbinding maken met het GPRS-netwerk via de proxyserver. - GPRS instellingen: hier kunt de instellingen aanpassen die worden gebruikt om verbinding te maken met het GPRS-netwerk: Berichten (menu 5) Informeer bij uw provider naar de juiste instellingen voordat u de MMS-instellingen van uw telefoon wijzigt. Als de proxy is ingesteld op Aanzetten: IP-adres: hier geeft u het IP-adres in. Poort: hier geeft u het poortnummer in. APN: hier geeft u de naam van het toegangspunt op dat u gebruikt voor het adres van het GPRSnetwerk. Gebruikersnaam: hier geeft u uw gebruikersnaam in. Wachtwoord: hier geeft u het wachtwoord in. Als de proxy is ingesteld op Uitzetten: DNS1: hier geeft u het primaire adres in. DNS2: hier geeft u het secundaire adres in. APN: hier geeft u de naam van het toegangspunt op dat u gebruikt voor het adres van het GPRSnetwerk. Gebruikersnaam: hier geeft u uw gebruikersnaam in. Wachtwoord: hier geeft u het wachtwoord in. Menuopties MMS-profielen: hiermee kunt u de vereiste netwerkinstellingen voor MMS-berichten wijzigen. Het laatste profiel wordt automatisch ingeschakeld voor het verzenden en ontvangen van volgende berichten. 69 Menuopties - Versie: hier selecteert u een beschikbare OMAversie en maximumgrootte voor het verzenden of ontvangen van berichten. Afhankelijk van de provider is het mogelijk dat de maximumlimiet van 295 kB niet wordt ondersteund. Als dat het geval is, moet u het opnieuw proberen nadat u de instelling hebt gewijzigd in 100 kB. • Tel.nummer blokkeren: hier kunt u telefoonnummers opgeven waarvan berichten worden geweigerd. E-mail (menu 5.5.3) Via dit menu kunt u standaard e-mailinstellingen wijzigen. U kunt het e-mailprofiel en de instellingen voor de e-mailaccount niet wijzigen tijdens het ophalen of verzenden van e-mailberichten. • 70 Instellingen voor verzenden: hier kunt u de opties instellen voor het verzenden van e-mailberichten. Kopie naar jezelf sturen: hiermee verzendt u een kopie van uw e-mailberichten naar uw e-mailaccount. Ontvangstbevestiging: hier kunt u instellen dat u een melding van het netwerk ontvangt wanneer uw e-mailberichten zijn afgeleverd. Leesbevestiging: hiermee verzendt u een verzoek om een leesbevestiging mee met het e-mailbericht. Prioriteit: hiermee stelt u de prioriteit van e-mailberichten in. Met handtekening: hiermee voegt u uw naam, telefoonnummer, een eenvoudig memo of een vaste regel toe aan uw e-mailberichten. Naam wijzigen: hiermee bewerkt u de naam in uw handtekening. Telefoonnummer wijzigen: hiermee bewerkt u het telefoonnummer in uw handtekening. Notitie wijzigen: hiermee bewerkt u de vaste regel in uw handtekening. • Berichten (menu 5) • Weigeren indien groter dan: hiermee geeft u de maximumgrootte voor inkomende e-mailberichten op. E-mailberichten die de opgegeven grootte overschrijden, worden geweigerd. Kopie van bericht op server laten staan: kopieën van e-mailberichten blijven na het ophalen op de e-mailserver staan. E-mailaccount: hiermee stelt u uw e-mailaccount in en selecteert u welke account moet worden gebruikt. Huidige account: hier selecteert u een account. Accountinstellingen: hiermee kunt u e-mailaccounts wijzigen met verschillende e-mailservers. Stel voor elke account de gewenste opties in: - In gebruik: selecteer deze optie als u de account wilt gebruiken en deze wilt weergeven in E-mailbox. - Accountnaam: hier geeft u een naam in voor de geselecteerde account. - Gebruikersnaam: hier geeft u een gebruikersnaam in. Menuopties Instellingen voor ontvangen: hier kunt u de opties instellen voor het ontvangen van e-mailberichten: Controle-interval: hiermee geeft u op hoe vaak op de server wordt gecontroleerd of er e-mailberichten zijn binnengekomen. Als u Niet gebruiken selecteert, kunt u de functie Nieuwe mail controleren gebruiken om handmatig te controleren of er e-mailberichten zijn binnengekomen. Leesbevestiging: hiermee kunt u opgeven of de telefoon een leesbevestiging verzendt voor inkomende e-mailberichten. Als u Melden selecteert, wordt u gevraagd of u een leesbevestiging wilt verzenden. Ophaal-optie: hier kunt u instellen of alleen de e-mailberichtkoppen worden gedownload of de berichtkoppen en de tekst van het bericht. Wis-optie: hiermee geeft u op of e-mailberichten onmiddellijk worden gewist of pas de volgende keer dat u verbinding maakt met de server. 71 Menuopties - E-mailadres: hier geeft u uw e-mailadres in. - Antwoordadres: hier kunt u een e-mailadres instellen voor het ontvangen van leesbevestigingen van ontvangers van uw e-mailberichten. - User ID: hier geeft u uw gebruikersnaam in. - Wachtwoord: hier geeft u het wachtwoord in. - SMTP server: hier geeft u het IP-adres of de hostnaam van de server voor de uitgaande e-mailberichten in. - SMTP poort: hier geeft u het nummer van de SMTP-poort in. - Protocoltype: hier selecteert u het protocol voor de server voor inkomende e-mailberichten. De overige opties zijn afhankelijk van de instellingen voor het protocoltype. Wanneer het protocoltype POP3 is: - POP3 server: hier geeft u het IP-adres of de hostnaam van de server voor de inkomende e-mailberichten in. 72 - POP3 poort: hier geeft u het nummer van de POP3-poort in. - Inloggen bij APOP: hiermee kunt u een verbinding maken met de server met behulp van de APOP-inlogprocedure. - Veilige verbinding: er wordt een veilige verbinding voor de e-mailservice gebruikt. Wanneer het protocoltype IMAP4 is: - IMAP4 server: hier geeft u het IP-adres of de hostnaam van de server voor de inkomende e-mailberichten in. - IMAP4 poort: hier geeft u het nummer van de IMAP4-poort in. - Inclusief bijlagen: als u deze optie selecteert, kunt u e-mailberichten met bijlagen ophalen. - Max. e-mails: hier stelt u het aantal berichtkoppen in dat u wilt ophalen van de server. - Veilige verbinding: er wordt een veilige verbinding voor de e-mailservice gebruikt. • De instellingen voor de e-mailprofielen kunnen niet worden gewijzigd tijdens het ophalen of verzenden van e-mailberichten. - DNS2: hier geeft u het secundaire adres in. Blokkeerlijst: hier kunt u e-mailadressen of onderwerpen opgeven zodat berichten van die adressen of met die onderwerpen worden geweigerd. Serverbericht (menu 5.5.4) U kunt de instellingen wijzigen voor het ontvangen van serverberichten van de draadloze webserver. • Ontvangen: hiermee stelt u in hoe serverberichten worden ontvangen. • SMS-centrale: hier geeft u het adres in van de server waarvan u serverberichten wilt ontvangen, als de optie Ontvangen is ingesteld op Specifieke SMS-centrale. Berichten (menu 5) Huidige server: hiermee selecteert u een profiel. Instellingen server: hier kunt u maximaal vijf e-mailprofielen wijzigen. Voor elk profiel zijn de volgende opties vereist om verbinding te maken met het GPRS-netwerk: - Profielnaam: hier geeft u een naam op voor het e-mailprofiel. - APN: hier geeft u de naam van het toegangspunt op dat u gebruikt voor het adres van het GPRSnetwerk. - Gebruikersnaam: hier geeft u uw gebruikersnaam in. - Wachtwoord: hier geeft u het wachtwoord in. - DNS1: hier geeft u het primaire adres in. • Menuopties E-mailprofiel: hier kunt u de netwerkinstellingen wijzigen die nodig zijn voor het verzenden of ophalen van e-mailberichten. Infoberichten (menu 5.6) U kunt de instellingen voor het ontvangen van infoberichten wijzigen. • Lezen: hiermee kunt u ontvangen berichten openen. 73 Menuopties • • • In Huidige berichten blijven de infoberichten bewaard totdat de telefoon wordt uitgeschakeld. In Opgeslagen berichten worden de infoberichten permanent opgeslagen. Druk op <Opties> en kies Opslaan om het bericht op te slaan in Opgeslagen berichten wanneer een tekstmelding wordt weergegeven. Ontvangen: hier geeft u op of u infoberichten wilt ontvangen of niet. Kanaal: hiermee geeft u de kanalen aan waarvan u infoberichten wilt ontvangen. Neem voor meer informatie contact op met uw provider. Taal: hiermee kunt u de voorkeurstalen selecteren waarin infoberichten worden weergegeven. Geheugenstatus (menu 5.7) Via dit menu kunt u zien hoeveel geheugen momenteel wordt gebruikt voor elk postvak. 74 Mijn bestanden (menu 6) Het menu Mijn bestanden biedt toegang tot afbeeldingen, video's, muziekbestanden en geluidsbestanden die in het telefoongeheugen of op een geheugenkaart zijn opgeslagen. Druk in de standby-stand op <Menu> en selecteer Mijn bestanden om dit menu te openen. Afhankelijk van het DRM-systeem (Digital Rights Management) is het mogelijk dat webinhoud niet kan worden doorgestuurd. De inhoud wordt aangegeven door het pictogram . Afbeeldingen (menu 6.1) Dit menu bevat foto's die u hebt genomen en afbeeldingen die u hebt gedownload, ontvangen in berichten of geïmporteerd uit uw computer. Een afbeelding bekijken 1. Selecteer een map met afbeeldingen. 2. Selecteer een afbeelding. Een diapresentatie bekijken Wanneer u een afbeelding bekijkt, kunt u op <Opties> drukken om de volgende opties weer te geven: • Lijst: hiermee gaat u terug naar de lijst met afbeeldingen. • Verzenden via: hiermee verzendt u het bestand via MMS, e-mail of Bluetooth. • • • • • • • Instellen als: hiermee kunt u de afbeelding instellen als achtergrond of koppelen aan een van uw contactpersonen. De foto wordt getoond als u door het betreffende nummer wordt gebeld. Wijzigen: hiermee kunt u emoticons, kaders of effecten aan het beeld toevoegen. Verplaatsen naar: hiermee kopieert u de geselecteerde bestanden naar een andere map of naar een geheugenkaart. Kopiëren naar geheugenkaart: hiermee kopieert u de bestanden naar een geheugenkaart. Wissen: hiermee verwijdert u het bestand. Hernoemen: hiermee wijzigt u de naam van het bestand. Diavertoning: hiermee kunt u alle foto's weergeven in een diavertoning. U kunt de tijdsinterval tussen foto's selecteren. Delen voor Bluetooth: hiermee kunt u het bestand of alle bestanden delen met andere Bluetooth-apparaten. Mijn bestanden (menu 6) Opties voor afbeeldingen gebruiken • Menuopties U kunt uw foto's bekijken alsof ze een diapresentatie vormen: een opeenvolgende vertoning van elke foto in de huidige map. 1. Selecteer Foto's. 2. Druk op <Opties> en kies Diavertoning. 3. Selecteer een optie voor de interval. De diapresentatie begint. 4. Druk op <Annuleer> om de diapresentatie te stoppen. 75 Menuopties • • • Afdrukken via: hiermee kunt u het bestand afdrukken door de telefoon via USB of Bluetooth met een printer te verbinden. Bij Bluetooth moet u selecteren of u de afbeelding met of zonder kader wilt afdrukken. Wisbeveiliging: hiermee kunt u voorkomen dat het bestand wordt gewist. Eigenschappen: hiermee kunt u de eigenschappen van het bestand bekijken. Video's (menu 6.2) In dit menu worden videoclips weergegeven die u hebt opgenomen of gedownload, die u in een bericht hebt ontvangen of hebt geïmporteerd uit uw computer. Videoclips die zijn opgenomen met andere apparaten, zoals camcorders, kunnen mogelijk niet goed worden afgespeeld. Videoclips afspelen 1. Selecteer een map met video's. 2. Selecteer een videoclip. 76 Tijdens het afspelen kunt u de volgende toetsen gebruiken: Toets Functie Hiermee onderbreekt/hervat u het afspelen. Links Hiermee gaat u achteruit in een bestand. Rechts Hiermee gaat u vooruit in een bestand. / Omlaag Hiermee regelt u het volume. Hiermee stopt u het afspelen. Opties voor videoclips Druk in het videoscherm op < > om de volgende opties weer te geven: • Afspelen: hiermee begint u het afspelen. • Verzenden via: hiermee verzendt u het bestand via MMS, e-mail of Bluetooth. • Verplaatsen naar: hiermee verplaatst u het bestand naar een andere map of naar een geheugenkaart. • • • • Muziek (menu 6.3) In dit menu worden MP3-bestanden weergegeven die u hebt gedownload of die u uit uw computer hebt geïmporteerd. Een muziekbestand afspelen 1. Selecteer Muziek of Geheugenkaart. 2. Selecteer een bestand. De MP3-speler wordt geopend.p. 44 Dit menu bevat spraakmemo's die u hebt opgenomen en geluidsbestanden die u hebt gedownload, ontvangen in berichten of geïmporteerd uit uw computer. Een geluidsbestand afspelen 1. Selecteer een map met geluiden. 2. Selecteer een geluidsbestand. Zie Spraakrecorder voor een spraakmemo.p. 46 Mijn bestanden (menu 6) • Geluiden (menu 6.4) Menuopties • Kopiëren naar geheugenkaart: hiermee kopieert u de bestanden naar een geheugenkaart. Wissen: hiermee wist u het bestand of alle bestanden. Hernoemen: hiermee wijzigt u de naam van het bestand. Delen voor Bluetooth: hiermee deelt u het bestand met andere Bluetooth-apparaten. Wisbeveiliging: hiermee kunt u voorkomen dat het bestand wordt gewist. Eigenschappen: hiermee kunt u de eigenschappen van het bestand bekijken. Opties voor geluidsbestanden Druk in het scherm met geluidsbestanden op <Opties> om de volgende opties weer te geven: • Lijst: hiermee gaat u terug naar de lijst met geluiden. • Verzenden via: hiermee verzendt u het bestand via MMS, e-mail of Bluetooth. • Instellen als: hiermee kunt u het bestand instellen als beltoon, als alarmtoon of als beltoon voor een vermelding in de telefoonlijst. 77 Menuopties • • • • • • • 78 Verplaatsen naar: hiermee verplaatst u het bestand naar een andere map of naar een geheugenkaart. Kopiëren naar geheugenkaart: hiermee kopieert u de bestanden naar een geheugenkaart. Wissen: hiermee verwijdert u het bestand. Hernoemen: hiermee wijzigt u de naam van het bestand. Delen voor Bluetooth: hiermee kunt u het geselecteerde bestand of alle bestanden delen met andere Bluetooth-apparaten. Wisbeveiliging: hiermee kunt u voorkomen dat het bestand wordt gewist. Eigenschappen: hiermee kunt u de eigenschappen van het bestand bekijken. Andere bestanden (menu 6.5) Bestanden die u hebt ontvangen maar die niet worden ondersteund door uw telefoon, worden opgeslagen in deze map. U kunt deze bestanden niet openen op de telefoon. Geheugenkaart (menu 6.6) Dit menu biedt toegang tot bestanden die zijn op geslagen een geheugenkaart. Dit menu wordt alleen weergegeven als er een geheugenkaart in de telefoon is geplaatst. Geheugenstatus (menu 6.7) Via dit menu kunt u zien hoeveel geheugen momenteel wordt gebruikt voor media-items in elke map of op een geheugenkaart. Met het menu Agenda kunt u uw dagelijkse afspraken bijhouden. Druk op <Opties> om de volgende opties weer te geven: • Weergave: hiermee wijzigt u de weergave van de agenda.p. 82 • Nieuw: hiermee kunt u een nieuwe afspraak toevoegen.volgende sectie • Ga naar: hiermee gaat u naar de huidige datum of kunt u een bepaalde datum opgeven. • Sorteren op: hiermee kunt u items op type sorteren. • Wissen: hiermee kunt u opgeslagen items uit de agenda verwijderen. Er zijn verschillende verwijderopties. Druk in de standby-stand op <Menu> en selecteer Agenda om dit menu te openen. De agenda bekijken Als u het menu Agenda opent, wordt de agenda in de weergave Maandoverzicht weergegeven, waarin de huidige datum wordt aangegeven met een rood vak. Een dag selecteren • • • Druk op [Links] of [Rechts] om naar een andere dag te gaan. Druk op [Omhoog] of [Omlaag] om naar een andere week te gaan. Druk op [ / ] om naar een andere maand te gaan. Agenda (menu 7) Opties voor de agenda Menuopties Agenda (menu 7) Terugkerende items kunt u alleen verwijderen in het Dagoverzicht. • • Gemist alarm agenda-item: hiermee bekijkt u items waarvan u het alarm hebt gemist. Geheugenstatus: hiermee kunt u geheugeninformatie bekijken voor de in de agenda opgeslagen items. 79 Menuopties Een agenda-item maken In de agenda kunt u afspraken, verjaardagen en taken opslaan. U kunt meerdere agenda-items per dag opslaan. Nieuwe afspraken ingeven 1. Selecteer een datum in de agenda. 2. Druk op <Opties> en kies Nieuw → Afspraak of Diversen. 3. Geef gegevens in of wijzig de instellingen: • Onderwerp: hier geeft u de titel van het item in. • Details: hier geeft u de detailgegevens voor het item in. • Begindatum en Begintijd: hier geeft u de begindatum en -tijd voor het item in. • am/pm: hier selecteert u am of pm in de 12-uursnotatie. • Einddatum en Eindtijd: hier geeft u de einddatum en -tijd voor het item in. 80 • am/pm: hier selecteert u am of pm in de 12-uursnotatie. • Locatie (voor Afspraak): hier kunt u gegevens over de plaats van de afspraak ingeven. • Alarm: hier kunt u een alarm voor de afspraak instellen. • voor: hier kunt u instellen hoelang voor de begintijd van het item het alarm moet afgaan om u te waarschuwen. • Alarmtoon: hier selecteert u een alarmtoon. • Herhalen (voor Afspraak): hier kunt u een herhaalpatroon voor de afspraak instellen. • tot (voor Afspraak): hier kunt u de einddatum voor het herhaalpatroon voor de afspraak instellen. 4. Druk op <Opslaan> om het item op te slaan. Nieuwe verjaardagen ingeven 1. Selecteer een datum in de agenda. 2. Druk op <Opties> en kies Nieuw → Verjaardag. 3. Geef gegevens in of wijzig de instellingen: • 1. Selecteer een datum in de agenda. 2. Druk op <Opties> en kies Nieuw → Actiepunt. 3. Geef gegevens in of wijzig de instellingen: Actiepunt: hier geeft u de gegevens van het item in. • Begindatum: hier geeft u de begindatum in. • Einddatum: hier geeft u de einddatum in. • Prioriteit: hiermee stelt u de prioriteit in. 4. Druk op <Opslaan> om het item op te slaan. Items bekijken Agenda (menu 7) Een actiepunt ingeven • Menuopties Gebeurtenis: hier geeft u de gegevens van de verjaardag in. • Datum: hier geeft u de datum in. • Alarm: hier kunt u een alarm voor de verjaardag instellen. • voor: hier kunt u instellen hoelang voor de begintijd van het item het alarm moet afgaan om u te waarschuwen. • Alarmtijd: hier geeft u de tijd in waarop het alarm moet afgaan. • am/pm: hier selecteert u am of pm in de 12-uursnotatie. • Alarmtoon: hier selecteert u een alarmtoon. • Ieder jaar herhalen: als u deze optie kiest, wordt u elk jaar aan de verjaardag herinnerd. 4. Druk op <Opslaan> om het item op te slaan. Als u items in de agenda hebt ingevoerd, worden onderaan de agenda de symbolen en het aantal items op een dag weergegeven. • Afspraak • Verjaardag • Diversen • Actiepunt Een item openen 1. Selecteer een datum in de agenda om de items voor die dag weer te geven. 2. Selecteer een item om de detailgegevens te bekijken. 3. Druk op [Links] of [Rechts] om de andere items voor de geselecteerde dag weer te geven. 81 Menuopties Opties voor agenda-items Wanneer u een agenda-item bekijkt, kunt u op <Opties> drukken om de volgende opties weer te geven: • Wijzigen: hiermee wijzigt u het item. • Nieuw: hiermee voegt u een nieuw item toe. • Verzenden via: hiermee verzendt u het item via SMS, MMS, e-mail of Bluetooth. • Weergave: hiermee wijzigt u de weergave van de agenda. • Afgehandeld/Niet afgehandeld: hiermee wijzigt u de status van het geselecteerde actiepunt. • Wissen: hiermee wist u het item. • Afdrukken via Bluetooth: hiermee kunt u het item afdrukken door de telefoon via Bluetooth met een printer te verbinden. Items in een andere weergavevorm bekijken U kunt de weergave in de agenda wijzigen in Dagoverzicht of Weekoverzicht. Druk op <Opties> en selecteer Weergave → een weergave. Dagoverzicht In deze weergave kunt u items voor de geselecteerde datum bekijken. Selecteer een item om de detailgegevens te bekijken. De volgende symbolen kunnen verschijnen om de status van het item aan te duiden: • Alarm ingesteld • Terugkerend item • Prioriteit actiepunt: (rood: hoog, blauw: normaal, grijs: laag) • Voltooid actiepunt Weekoverzicht In deze weergave kunt u items voor de geselecteerde week bekijken. Een cel op het rooster geeft aan dat er een afspraak is. Selecteer een cel in de gewenste dag. 82 Camera (menu 8) • Maak geen foto's van personen zonder hun toestemming. • Maak geen foto's op plaatsen waar het gebruik van camera's niet is toegestaan. • Maak geen foto's op plaatsen waar u mogelijk inbreuk maakt op de privacy van een ander. ] 4. Gewenste actie Werkwijze Een foto nemen Opties voor foto's instellen Druk op <Opties>. p. 86 U kunt foto's nemen in verschillende standen van de camera. De camera maakt JPEG-foto's. De foto verwijderen Druk op <Wissen> en vervolgens op <Ja>. Terugkeren naar de fotostand Druk op [ ]. Als u in direct zonlicht of bij helder weer een foto maakt, kunnen op de foto schaduwen verschijnen. Camera (menu 8) Als u dit menu wilt openen, drukt u in de standbystand op <Menu> en kiest u Camera, of houdt u [ ingedrukt. Menuopties U kunt de in de telefoon ingebouwde cameramodule gebruiken om foto's te nemen en video-opnamen te maken. 1. Open het menu Camera of houd [ ] ingedrukt om de camera in te schakelen. 2. Richt de camera op het voorwerp dat u wilt fotograferen. • Druk op < > om de cameraopties weer te geven.volgende gedeelte • U kunt met de toetsen van uw telefoon de camera-instellingen wijzigen of naar andere standen overschakelen.p. 85 3. Druk op [ ] om een foto te nemen. De foto wordt opgeslagen in de map Foto's. 83 Menuopties Cameraopties in de fotostand Druk in de fotostand op < > om de volgende opties weer te geven: • Video opnemen: hiermee kunt u overschakelen naar de videostand. • Fotostand: hiermee kunt u een foto nemen in de volgende standen: Eén opname: hiermee neemt u een foto in de normale stand. U kunt selecteren of de foto automatisch moet worden opgeslagen of niet. Multishot: hiermee neemt u een reeks foto's achter elkaar. U kunt het aantal foto's selecteren dat moet worden genomen, en de sluitertijd. Mozaïekopname: hiermee neemt u een reeks foto's die u in één kader opslaat. U kunt de indeling selecteren. • Effecten: hiermee kunt u de kleurtoon wijzigen of een speciaal effect toepassen. • Kaders: hiermee kunt u een decoratief kader toevoegen. 84 • • • Timer: hiermee kunt u een vertraging instellen voordat een foto wordt genomen. Ga naar foto's: hiermee gaat u naar de map Foto's. Instellingen: hiermee kunt u de standaardinstellingen voor het maken van foto's wijzigen. Grootte: hier kunt u een beeldgrootte selecteren. Kwaliteit: hiermee kunt u een instelling voor de beeldkwaliteit selecteren. Zoeker: hiermee kunt u een voorbeeldstand selecteren. ISO: hiermee kunt u de ISO-instelling wijzigen. Met deze instelling bepaalt u de gevoeligheid van de camera. Selecteer in situaties met weinig licht een hogere ISO-instelling. Met een hogere ISOwaarde werkt de sluiterknop van de camera sneller en is de camera gevoeliger voor licht. Met hogere ISO-instellingen kan een foto vervormd raken. Gebruik van de toetsen in de fotostand In de videostand kunt u met de toetsen van uw telefoon de camera-instellingen aanpassen. Functie Links/ Rechts Hiermee kunt u het contrast van het beeld aanpassen. Omhoog/ Omlaag Hiermee kunt u in- en uitzoomen. Camera (menu 8) Toets Menuopties • Spot focus: hiermee kunt u de belichting aanpassen op basis van een bepaald gedeelte van de afbeelding. Wanneer u Aan selecteert, wordt het kader voor de spot focus in het midden van de afbeelding weergegeven. Vervolgens kunt u de belichting aanpassen op basis van het contrast van de afbeelding in het kader. Geluid sluiter: hiermee kunt u het geluid selecteren dat u hoort als u de sluiterknop [ ] indrukt. Geluid bij zoomen: hiermee schakelt u het geluidseffect bij zoomen in of uit. Geluid bij contrastinstelling: hiermee schakelt u het geluidseffect bij aanpassing van het contrast in of uit. Standaardnaam: hiermee wijzigt u het standaardvoorvoegsel van de naam van de foto. Sneltoetsen camera: hiermee geeft u de functies weer van de toetsen die u kunt gebruiken in de fotostand. Hiermee spiegelt u het beeld verticaal. Hiermee kunt u het spiegelbeeld weergeven. 1 Hiermee schakelt u over naar de videostand.p. 87 2 Hiermee wijzigt u de beeldgrootte. 3 Hiermee wijzigt u de beeldkwaliteit. 4 Hiermee wijzigt u de fotostand. 85 Menuopties Toets Functie • 5 Hiermee kunt u de kleurtoon wijzigen of een speciaal effect toepassen. • 6 Hiermee kunt u de vervorming van het beeld verminderen voor optimale details en scherpte. 7 Hiermee kunt u een decoratief kader selecteren. 8 Hiermee stelt u de timer in. 9 Hiermee gaat u naar de map Foto's. Hiermee wijzigt u het voorbeeldscherm. Opties voor foto's Wanneer u een foto hebt opgeslagen, kunt u op <Opties> drukken om de volgende opties weer te geven: • Nog een foto maken: hiermee gaat u terug naar de fotostand. 86 • • • • • • Verzenden via: hiermee verzendt u het bestand via MMS, e-mail of Bluetooth. Instellen als: hiermee kunt u de foto instellen als achtergrond voor het scherm of koppelen aan een van uw contactpersonen. De foto wordt getoond als u door het betreffende nummer wordt gebeld. Wissen: hiermee verwijdert u het bestand. Alles van Multishot wissen: hiermee verwijdert u een reeks bestanden die met Multishot zijn genomen. Hernoemen: hiermee wijzigt u de naam van het bestand. Ga naar foto's: hiermee opent u de map Foto's. p. 74 Delen voor Bluetooth: hiermee deelt u het bestand met andere Bluetooth-apparaten. Afdrukken via: hiermee kunt u het bestand afdrukken door de telefoon via USB of Bluetooth met een printer te verbinden. Bij Bluetooth moet u selecteren of u de afbeelding met of zonder kader wilt afdrukken. • Een video opnemen Werkwijze De videoclip afspelen Druk op [ ]. Opties voor video weergeven Druk op < p. 89 De videoclip verwijderen Druk op [C] en vervolgens op <Ja>. Terugkeren naar de videostand Druk op < >. Camera (menu 8) U kunt een video opnemen van wat wordt weergegeven op het camerascherm en deze video opslaan. 1. Druk in de opnamestand op [1]. 2. Richt de camera op het voorwerp dat u wilt fotograferen. • Druk op < > om de cameraopties weer te geven.volgende gedeelte • U kunt met de toetsen van uw telefoon de camera-instellingen wijzigen of naar andere standen overschakelen.p. 88 3. Druk op [ ] om de opname te starten. 4. Druk op [ ] om de opname te stoppen. De video wordt automatisch opgeslagen in de map Video's. 5. Gewenste actie Menuopties • Wisbeveiliging: hiermee kunt u voorkomen dat het bestand wordt gewist. Eigenschappen: hiermee kunt u de eigenschappen van het bestand bekijken. >. Cameraopties in de videostand Druk in de videostand op < > om de volgende opties weer te geven: • Foto nemen: hiermee schakelt u over naar de fotostand. • Effecten: hiermee kunt u de kleurtoon wijzigen of een speciaal effect toepassen. • Timer: hiermee kunt u een vertraging instellen voordat de camera begint met opnemen. • Ga naar video's: hiermee gaat u naar de map Video's. 87 Menuopties • 88 Instellingen: hiermee kunt u de volgende instellingen voor het opnemen van een video wijzigen: Videostand: hiermee kunt u een opnamemodus voor de videostand selecteren. Selecteer MMS-limiet om een video-opname te maken die geschikt is voor een MMS-bericht. Kies Normaal om een video op te nemen binnen de limiet van het geheugen dat op dat moment beschikbaar is. Grootte: hiermee kunt u de kadergrootte selecteren. Kwaliteit: hiermee kunt u een instelling voor de beeldkwaliteit selecteren. Geluidsopname: hiermee kunt u geluiden opnemen bij een videoclip. Geluid bij zoomen: hiermee schakelt u het geluidseffect bij zoomen in of uit. Geluid bij contrastinstelling: hiermee schakelt u het geluidseffect bij aanpassing van het contrast in of uit. • Standaardnaam: hiermee wijzigt u het standaardvoorvoegsel van de naam van de videoclip. Sneltoetsen camcorder: hiermee geeft u de functies weer van de toetsen die u kunt gebruiken in de videostand. Gebruik van de toetsen in de videostand In de videostand kunt u met de toetsen van uw telefoon de camera-instellingen aanpassen: Toets Functie Links/ Rechts Hiermee kunt u het contrast van het beeld aanpassen. Omhoog/ Omlaag Hiermee kunt u in- en uitzoomen. Hiermee spiegelt u het beeld verticaal. Hiermee kunt u het spiegelbeeld weergeven. 1 Hiermee schakelt u over naar de fotostand.p. 83 2 Hiermee wijzigt u de kadergrootte. 3 Hiermee wijzigt u de beeldkwaliteit. 4 Hiermee wijzigt u de opnamemodus voor de videostand. 5 Hiermee kunt u de kleurtoon wijzigen of een speciaal effect toepassen. 6 Hiermee kunt u de vervorming van het beeld verminderen voor optimale details en scherpte. 7 Hiermee kunt u het geluid in- of uitschakelen. 8 Hiermee stelt u de timer in. 9 Hiermee gaat u naar de map Video's. Opties voor videoclips Wanneer u een videoclip hebt opgeslagen, kunt u op < > drukken om de volgende opties weer te geven: • Nog een opname maken: hiermee gaat u terug naar de videostand. • Verzenden via: hiermee verzendt u het bestand via MMS, e-mail of Bluetooth. • Wissen: hiermee verwijdert u het bestand. • Hernoemen: hiermee wijzigt u de naam van het bestand. • Ga naar video's: hiermee gaat u naar de map Video's.p. 76 • Delen voor Bluetooth: hiermee deelt u het bestand met andere Bluetooth-apparaten. • Wisbeveiliging: hiermee kunt u voorkomen dat het bestand wordt gewist. • Eigenschappen: hiermee kunt u de eigenschappen van het bestand bekijken. Camera (menu 8) Functie Menuopties Toets 89 Menuopties Instellingen (menu 9) Telefooninstellingen (menu 9.2) Het menu Instellingen biedt toegang tot diverse opties waarmee u de instellingen van uw telefoon kunt aanpassen aan uw voorkeuren en behoeften. U kunt ook de oorspronkelijke instellingen herstellen. U kunt de instelling van veel functies van de telefoon aan uw eigen wensen aanpassen. Druk in de standby-stand op <Menu> en selecteer Instellingen om dit menu te openen. Tijd en datum (menu 9.1) Gebruik dit menu om de tijd en datum te wijzigen die op de telefoon worden weergegeven. Voordat u de tijd en datum instelt, moet u in het menu Wereldtijd de tijdzone opgeven.p. 49 • Tijd instellen: hier geeft u de huidige tijd in. • am/pm: hier selecteert u am of pm in de 12-uursnotatie. • Indeling tijd: hiermee selecteert u de tijdnotatie. • Datum instellen: hier geeft u de huidige datum in. • Indeling datum: hier selecteert u de datumindeling. 90 Taal (menu 9.2.1) Via dit menu kunt u een van de beschikbare talen selecteren voor de tekst in het display. Welkomtekst (menu 9.2.2) Via dit menu kunt u de tekst ingeven die kort als begroeting wordt weergegeven wanneer de telefoon wordt ingeschakeld. Snelkoppeling (menu 9.2.3) U kunt de navigatietoetsen gebruiken als sneltoetsen om rechtstreeks vanuit de standby-stand bepaalde menu's te openen. Via dit menu kunt u een sneltoets aan een toets toewijzen. Een sneltoets toewijzen aan een menu 1. Selecteer de toets die u als sneltoets wilt gebruiken. 2. Selecteer het menu dat u aan de toets wilt toewijzen. Opties voor sneltoetsen Gebruik dit menu om in te stellen of de beltoon wordt uitgeschakeld of een oproep wordt geweigerd als u de volumetoets [ / ] ingedrukt houdt wanneer er een oproep binnenkomt. USB-instellingen (menu 9.2.5) Via dit menu kunt u een USB-modus selecteren. • Modem: hier kunt u selecteren of u uw telefoon als modem wilt gebruiken. • Massaopslag: hier krijgt u toegang tot de geheugenkaart, als deze is geplaatst. Pictbridge: hiermee kunt u uw telefoon aansluiten op een printer die compatibel is met PictBridge. Overige instellingen (menu 9.2.6) U kunt de functies voor automatische nummerherhaling en beantwoording van oproepen inen uitschakelen, en de voorziening Helderheid stem gebruiken. U kunt het toetsenbord ook automatisch laten vergrendelen. • Autom. herhalen: hiermee stelt u in dat maximaal tien maal wordt geprobeerd een telefoonnummer opnieuw te bellen wanneer het niet gelukt is verbinding te krijgen. • Elke toets antwoorden: hiermee kunt u een inkomende oproep beantwoorden door op een willekeurige toets te drukken, behalve <Weiger> en [ ]. Instellingen (menu 9) Volumetoets (menu 9.2.4) • Menuopties Druk op <Opties> om de volgende opties weer te geven: • Wijzigen: hiermee kunt u een sneltoetsmenu toewijzen of wijzigen. • Verwijderen: hiermee wordt de toewijzing van de sneltoets aan de geselecteerde toets ongedaan gemaakt. • Alles wissen: hiermee worden alle sneltoetstoewijzingen ongedaan gemaakt. 91 Menuopties • • Autom. toetsenblokvergrendeling: hiermee kunt u instellen dat het toetsenbord automatisch wordt vergrendeld wanneer het display wordt uitgezet. Helderheid stem: hiermee kunt u de gevoeligheid van de microfoon verhogen, zodat de persoon met wie u een gesprek heeft u duidelijk kan horen, zelfs wanneer u fluistert. Displayinstellingen (menu 9.3) Via dit menu kunt u de instellingen voor het display en de verlichting wijzigen. Achtergrond (menu 9.3.1) Hier kunt u de achtergrondafbeelding wijzigen die wordt weergegeven in de standby-stand. Tekstweergave (menu 9.3.2) Met dit menu kunt u de opmaak van de tekst in de standby-stand instellen. • • • Plaats van tekst: hiermee selecteert u de plaats van de tekst op het display. Als u niet wilt dat tekst wordt weergegeven in de standby-stand, selecteert u Uit. Tekstopmaak: hier selecteert u een tekstopmaak. Tekstkleur: hier selecteert u een tekstkleur. Agenda (menu 9.3.3) Gebruik dit menu om de agenda van de huidige maand op het scherm in de standby-stand weer te geven. Kleur (menu 9.3.4) Hier kunt u een kleurenpatroon selecteren voor de menustand. Helderheid display (menu 9.3.5) U kunt de helderheid van het display afstemmen op veranderende omgevingsomstandigheden. Kiesdisplay (menu 9.3.6) In dit menu kunt u een grootte, kleur en achtergrondkleur selecteren voor de cijfers die u ingeeft wanneer u een nummer kiest. 92 Gegevens beller tonen (menu 9.3.7) Geluidsinstellingen (menu 9.4) Inkomende oproep (menu 9.4.1) Via dit menu kunt u de geluidsinstellingen voor inkomende oproepen wijzigen. • Beltoon: hiermee selecteert u een beltoon voor de oproep. • Volume: hiermee selecteert u een belvolume. • Type belsignaal: hier kunt u instellen hoe u wordt gewaarschuwd bij een inkomende oproep. Toetstoon (menu 9.4.2) Met dit menu kunt u de toon selecteren die u hoort bij het indrukken van een toets. Berichttoon (menu 9.4.3) In dit menu kunt u de geluidsinstellingen voor inkomende (e-mail)berichten wijzigen. • Beltoon: hiermee selecteert u een van de berichttonen. • Type belsignaal: hier geeft u op hoe u wilt worden gewaarschuwd wanneer er een bericht binnenkomt. • Herhaling: hier kunt u opgeven hoe vaak de telefoon moet melden dat er een nieuw bericht is. Instellingen (menu 9) Met dit menu kunt u de verschillende geluidsinstellingen aanpassen. In de standby-stand kunt u het toetsvolume bijstellen met behulp van [ / ]. Menuopties Via dit menu kunt u de telefoon meldingen laten weergeven over gemiste oproepen, met informatie over de laatste gemiste beller. Toon bij in-/uitschakelen (menu 9.4.4) Met dit menu kunt u de melodie kiezen die u hoort wanneer u de telefoon aan- of uitzet. Stille stand (menu 9.4.5) Met dit menu kunt u instellen hoe de telefoon u in de stille stand waarschuwt bij een inkomende oproep of bericht, alarm, enz. 93 Menuopties 94 Overige tonen (menu 9.4.7) Lichtinstellingen (menu 9.5) Met dit menu kunt u de overige tonen van de telefoon instellen. • Minutenteller: hiermee stelt u in dat de telefoon tijdens een uitgaande oproep iedere minuut een pieptoon laat horen om u op de hoogte te houden van de gespreksduur. • Verbindingstoon: hiermee stelt u in dat de telefoon een pieptoon laat horen als een uitgaande oproep wordt verbonden met het systeem. • Alarm tijdens oproep: hiermee stelt u in dat de telefoon tijdens een oproep een pieptoon laat horen wanneer u een nieuw bericht ontvangt of wanneer het alarm moet afgaan. • Toon bij melding: hiermee stelt u in dat de telefoon een pieptoon laat horen als u een fout maakt of als er iets verkeerds gebeurt op de telefoon. Via dit menu kunt u de instellingen voor de verlichting wijzigen. Verlichting (menu 9.5.1) U kunt selecteren hoelang de verlichting aan moet blijven of hoelang het display aan blijft in de dimstand, waarin de verlichting uitgeschakeld is. • Aan: hier selecteert u hoelang de verlichting aan moet blijven. • Dimmen: hier selecteert u hoelang het display gedimd blijft nadat de verlichting is uitgeschakeld. Na een bepaalde tijd wordt het display uitgeschakeld. Toetsenblokverlichting (menu 9.5.2) Met dit menu kunt u instellen hoe de verlichting van het toetsenbord is geregeld. • Altijd gebruiken: de verlichting op het toetsenbord staat altijd aan. • ’s Nachts: de toetsenverlichting is ingeschakeld tussen vijf uur 's middags en 9 uur 's ochtends. • • Op ingestelde tijd: u kunt opgeven wanneer de verlichting op het toetsenbord aan moet staan. Oproepen doorschakelen (menu 9.6.1) Met deze netwerkservice worden inkomende oproepen doorgeschakeld naar een door u opgegeven telefoonnummer. 1. Selecteer een doorschakeloptie: • Altijd doorschakelen: alle oproepen worden doorgeschakeld. • In gesprek: oproepen worden doorgeschakeld wanneer u in gesprek bent. • Geen antwoord: oproepen worden doorgeschakeld als u niet opneemt. 2. 3. 4. 5. 6. 7. Instellingen (menu 9) Met dit menu krijgt u toegang tot de netwerkdiensten. Neem contact op met uw provider voor informatie over de beschikbaarheid van deze diensten of voor een abonnement. Menuopties Netwerkdiensten (menu 9.6) Onbereikbaar: oproepen worden doorgeschakeld als u zich buiten het bereik van uw provider bevindt of als uw telefoon is uitgeschakeld. • Alles annuleren: hiermee worden alle doorschakelopties geannuleerd. Selecteer de typen oproepen die u wilt doorschakelen. Selecteer Inschakelen. Selecteer Uitzetten om het doorschakelen van oproepen uit te zetten. Ga naar de regel Doorschakelen naar. Geef het nummer in waarnaar de oproepen moeten worden doorgeschakeld. Als u Geen antwoord hebt geselecteerd, gaat u naar de regel sec. en selecteert u hoelang wordt gewacht voordat een oproep wordt doorgeschakeld. Druk op <Kies>. 95 Menuopties Oproepen blokkeren (menu 9.6.2) Met deze netwerkservice kunt u oproepen blokkeren. 1. Selecteer een blokkeeroptie: • Alle uitgaande: uitgaande oproepen worden geblokkeerd. • Internationaal: internationale oproepen worden geblokkeerd. • Internationaal behalve thuisland: hiermee is het alleen toegestaan te bellen naar nummers binnen het land waar u zich bevindt als u in het buitenland bent, en naar uw eigen land. • Alle inkomende: inkomende oproepen worden geblokkeerd. • Inkomend in buitenland: alle inkomende oproepen worden geblokkeerd wanneer u de telefoon in het buitenland gebruikt. • Alles annuleren: alle blokkeeropties worden geannuleerd, zodat u weer gewoon nummers kunt bellen en oproepen kunt ontvangen. 96 Wachtwoord voor blokkeren wijzigen: hiermee wijzigt u het blokkeerwachtwoord dat u van uw provider hebt gekregen. 2. Selecteer de typen oproepen die u wilt blokkeren. 3. Selecteer Inschakelen. Als u de blokkeerfunctie wilt uitzetten, selecteert u Uitzetten. 4. Geef het blokkeringswachtwoord in dat u hebt gekregen van uw provider en druk op <Kies>. • Wisselgesprek (menu 9.6.3) Deze netwerkservice stelt u op de hoogte wanneer iemand u probeert te bereiken terwijl u in gesprek bent. 1. Selecteer de typen oproepen waarop de wisselgesprekfunctie van toepassing moet zijn. 2. Selecteer Inschakelen en druk op <Kies>. Kies Uitzetten om de wisselgesprekfunctie uit te zetten. Netwerk kiezen (menu 9.6.4) Met deze netwerkservice kunt u voorkomen dat uw telefoonnummer wordt weergegeven op de telefoon van degene die door u wordt gebeld. Als u Standaard selecteert, wordt de standaardinstelling van het netwerk gebruikt. Bij sommige providers kunt u deze instellingen niet wijzigen. Voicemailserver (menu 9.6.6) Via dit menu kunt u het nummer van de voicemailserver opslaan en toegang krijgen tot uw voicemailberichten. • • Verbinden met voice mail: hiermee maakt u verbinding met de voicemailserver zodat u uw voicemailberichten kunt beluisteren. Nummer voicemailserver: hier voert u de naam en het telefoonnummer van de voicemailserver in. Instellingen (menu 9) Nummerweergave (menu 9.6.5) U moet het nummer van de voicemailserver opslaan voordat u toegang probeert te krijgen tot de server. Informeer bij uw provider naar het nummer van de voicemailserver. Menuopties Met deze netwerkservice kunt u automatisch of handmatig het netwerk selecteren dat moet worden gebruikt tijdens roaming buiten uw eigen netwerk. U kunt alleen een ander netwerk kiezen als er een geldige roamingovereenkomst bestaat tussen de twee netwerken. Band kiezen (menu 9.6.7) U kunt de telefoon alleen gebruiken om te bellen en gebeld te worden als deze is aangemeld bij een van de beschikbare netwerken. De telefoon is geschikt voor de volgende netwerktypen: GSM 1900, een combinatie van GSM 900/1800 en Triband (een combinatie van GSM 900/1800/1900). Welk netwerktype standaard wordt gebruikt, is afhankelijk van het land waar u de telefoon hebt aangeschaft. Wanneer u naar het buitenland gaat, kan het zijn dat u op een andere band moet overschakelen. 97 Menuopties Bluetooth (menu 9.7) De Bluetooth-functie instellen Met de Bluetooth-functie kunt u de telefoon draadloos aansluiten op andere Bluetooth-apparaten en daar gegevens mee uitwisselen, handsfree spreken of de telefoon op afstand bedienen. Het menu Bluetooth bevat de volgende opties: • Aanzetten: hiermee kunt u de Bluetooth-functie in- of uitschakelen. • Mijn apparaten: hiermee zoekt u naar Bluetoothapparaten waarmee u verbinding kunt maken. • Zichtbaarheid van mijn telefoon: hiermee stelt u in dat andere Bluetooth-apparaten mogen zoeken naar uw telefoon. • Naam van mijn telefoon: hiermee wijst u een Bluetooth-apparaatnaam toe aan de telefoon. Deze naam wordt op andere apparaten weergegeven. • Veilige modus: hiermee bepaalt u of u om bevestiging wordt gevraagd wanneer andere apparaten toegang tot uw gegevens proberen te krijgen. • Bluetooth diensten: hiermee kunt u de beschikbare Bluetooth-diensten weergeven. Met de Bluetooth-technologie kunt u gratis draadloos verbinding maken tussen elektronische apparaten die compatibel zijn met Bluetooth. Het bereik is maximaal 10 meter. Omdat de apparaten communiceren via radiogolven, hoeft u het andere Bluetooth-apparaat niet te kunnen zien. • Als er voorwerpen tussen de apparaten staan, is het mogelijk dat de afstand waarop de apparaten kunnen communiceren, afneemt. • Voor de beste prestaties wordt aanbevolen de Bluetooth-functionaliteit niet samen met met multimediafuncties zoals de spraakrecorder, camera en MP3-speler, of vice versa, te gebruiken. • Sommige apparaten zijn mogelijk niet compatibel met de telefoon. 98 Zoeken naar een Bluetooth-apparaat en dit koppelen Stereoheadset • Mobiele telefoon • Computer • PDA • Printer • Onbekend apparaat • Headset of handsfree carkit De kleur van het symbool geeft de status van het apparaat aan: • Grijs voor niet-gekoppelde apparaten • Blauw voor gekoppelde apparaten • Rood voor apparaten die momenteel verbinding hebben met uw telefoon Instellingen (menu 9) • Menuopties 1. Kies Mijn apparaten vanuit de Bluetoothinstellingsopties. 2. Kies Nieuw apparaat zoeken. Nadat het zoeken is voltooid, wordt een lijst weergegeven met apparaten waarmee u verbinding kunt maken. De volgende symbolen geven aan om wat voor type apparaat het gaat: 3. Selecteer een apparaat. 4. Geef een Bluetooth-PIN-code in en druk op <OK>. Deze code wordt slechts eenmaal gebruikt en u hoeft deze niet te onthouden. Wanneer de eigenaar van het andere apparaat dezelfde code intoetst, zijn de apparaten gekoppeld. Sommige apparaten, met name headsets en handsfree carkits, hebben een vaste Bluetooth-PINcode, zoals 0000. Als het andere apparaat een code heeft, moet u deze ingeven. Opties voor apparaten Druk in de lijst met apparaten op <Opties> om de volgende opties weer te geven: • Verbinden: hiermee kunt u een verbinding maken met een headset of handsfree carkit. • Verbinding verbreken: hiermee verbreekt u de verbinding met het apparaat. 99 Menuopties • • • • • Bestanden doorzoeken: hiermee kunt u zoeken naar gegevens op het apparaat en deze rechtstreeks importeren in de telefoon. Servicelijst: hiermee opent u de lijst met Bluetooth-diensten van het apparaat. Hernoemen: hiermee kunt u het gekoppelde apparaat hernoemen. Apparaat goedkeuren/Niet goedgekeurd apparaat: hiermee bepaalt u of u wilt worden gevraagd om toestemming wanneer andere apparaten proberen verbinding te maken met de telefoon. Wissen: hiermee kunt u het geselecteerde apparaat of alle apparaten uit de lijst verwijderen. Gegevens verzenden via Bluetooth 1. Activeer de Bluetooth-functie. 2. Selecteer de toepassing waarin het item is opgeslagen dat u wilt verzenden. 3. Druk op <Opties> en kies Verzenden via → Bluetooth. 100 4. Druk op [ ] om de gewenste bestanden te selecteren en druk vervolgens op <Verzend>. De telefoon zoekt naar apparaten binnen het bereik en er wordt een lijst met beschikbare apparaten weergegeven. 5. Selecteer een apparaat. 6. Geef, indien nodig, de Bluetooth-PIN-code in die vereist is voor het koppelen en druk op <OK>. Gegevens ontvangen via Bluetooth Als u gegevens wilt ontvangen via Bluetooth, moet de Bluetooth-functie op de telefoon ingeschakeld zijn. 1. Als een niet-goedgekeurd Bluetooth-apparaat gegevens naar uw telefoon probeert te verzenden, kunt u op <Ja> drukken als u het apparaat toegang tot uw telefoon wilt verlenen. 2. Druk op <Ja> om de gegevens te ontvangen. Telefoonblokkering (menu 9.8.3) Via dit menu kunt u de telefoon beveiligen tegen ongeoorloofd gebruik door de verschillende toegangscodes voor uw telefoon en SIM-kaart te beheren. Met dit menu kunt u de telefoon vergrendelen zodat deze niet zonder uw toestemming kan worden gebruikt. PIN-controle (menu 9.8.1) Met de PIN-code (Persoonlijk Identificatie Nummer) van vier tot acht cijfers beveiligt u de SIM-kaart tegen gebruik door onbevoegden. Wanneer deze functie ingeschakeld is, moet u steeds als u de telefoon aanzet, de PIN-code ingeven. PIN wijzigen (menu 9.8.2) Via dit menu kunt u de PIN-code wijzigen. U moet de PIN-controle hebben ingeschakeld om deze functie te kunnen gebruiken. Wanneer deze functie is ingeschakeld, moet u steeds als u de telefoon aanzet een wachtwoord van vier tot acht cijfers ingeven. Het wachtwoord is vooraf ingesteld op 00000000. Ga naar het menu Wachtwoord wijzigen om het wachtwoord te wijzigen. Wachtwoord wijzigen (menu 9.8.4) Via dit menu kunt u het wachtwoord voor de telefoon wijzigen. Instellingen (menu 9) Als u driemaal achterelkaar een onjuiste PIN-/PIN2code ingeeft, wordt de SIM-kaart geblokkeerd. U kunt deze blokkering opheffen door uw PUK-/PUK2code (Personal Unblocking Key) in te voeren. Deze codes krijgt u van uw provider. Menuopties Beveiliging (menu 9.8) Privacy (menu 9.8.5) Met dit menu kunt u de toegang tot berichten en mediabestanden blokkeren. Als een privacy-optie is ingeschakeld, moet u het wachtwoord van de telefoon ingeven als u de geblokkeerde items of functies wilt gebruiken. 101 Menuopties SIM blokkeren (menu 9.8.6) Geheugenstatus (menu 9.9) Met de functie SIM blokkeren kunt u instellen dat uw telefoon alleen werkt met de huidige SIM-kaart door er een SIM-blokkeringscode aan toe te wijzen. U moet de SIM-blokkeringscode ingeven als u een andere SIM-kaart wilt gebruiken. Via dit menu kunt u bekijken hoeveel geheugen er wordt gebruikt voor het opslaan van gegevens in Berichten, Mijn bestanden, Agenda, Telefoonlijst en JAVA-wereld. U kunt ook de hoeveelheid gedeeld geheugen bekijken. FDN-modus (menu 9.8.7) Als de SIM-kaart de FDN-modus ondersteunt, kunt u uw uitgaande gesprekken beperken tot een bepaald aantal telefoonnummers. Wanneer deze functie is ingeschakeld, kunt u alleen bellen naar de telefoonnummers die in de FDN-lijst zijn opgegeven. PIN2 wijzigen (menu 9.8.8) Als uw SIM-kaart dit ondersteunt, kunt u met deze functie uw huidige PIN2-code wijzigen. Reset instellingen (menu 9.10) Via dit menu kunt u de instellingen die u hebt gewijzigd, terugstellen. 1. Druk op [ ] om de categorieën instellingen te selecteren die u wilt terugzetten. 2. Druk op <Op nul>. 3. Druk op <Ja> om het herstellen van de oorspronkelijke instellingen te bevestigen. 4. Geef het wachtwoord voor de telefoon in en druk op <OK>. Het wachtwoord is standaard ingesteld op 00000000. U kunt dit wachtwoord wijzigen. p. 101 102 Problemen oplossen Hulp bij het oplossen van problemen U kunt uzelf de tijd en kosten van een onnodig telefoontje naar een medewerker van de klantenservice besparen, door eerst een aantal eenvoudige controles uit te voeren die in dit gedeelte worden besproken. Als u de telefoon aanzet, kunnen de volgende berichten worden weergegeven: "SIM-kaart plaatsen" • Controleer of de SIM-kaart op de juiste wijze is geplaatst. "Telefoonblokkering" • De automatische blokkeerfunctie is ingeschakeld. U moet het wachtwoord van de telefoon opgeven voordat u de telefoon kunt gebruiken. "Geef PIN in" • U gebruikt de telefoon voor het eerst. U moet de PIN-code ingeven die u bij de SIM-kaart hebt gekregen. • De functie PIN-controle is ingeschakeld. Telkens wanneer u de telefoon inschakelt, moet u de PIN-code ingeven. U kunt deze functie uitschakelen met de menuoptie PIN-controle. "Geef PUK in" • Er is driemaal achter elkaar een onjuiste PIN-code ingevoerd, waardoor de telefoon nu geblokkeerd is. Toets de PUK-code in die u van uw provider hebt gekregen. "Geen netwerk", "Netwerkfout" of "Niet uitgevoerd" wordt weergegeven. • De verbinding met het netwerk is verbroken. Het kan zijn dat het signaal te zwak is op de plaats waar u zich bevindt. Probeer het opnieuw vanaf een andere locatie. • U probeert een functie te gebruiken waarvoor u geen abonnement hebt bij uw provider. Neem contact op met uw provider voor meer informatie. 103 Problemen oplossen U hebt een nummer ingetoetst, maar het is niet gekozen. • Controleer of u op [ ] hebt gedrukt. • Controleer of u op toegang hebt tot het juiste mobiele netwerk. • Controleer of u de optie voor het blokkeren van uitgaande oproepen misschien hebt ingesteld. Iemand probeert u tevergeefs te bellen. • Controleer of de telefoon is ingeschakeld. (Houd [ ] langer dan een seconde ingedrukt.) • Controleer of u het juiste mobiele netwerk gebruikt. • Controleer of u de optie voor het blokkeren van inkomende oproepen misschien hebt ingesteld. Uw gesprekspartner hoort u niet. • Controleer of u de microfoon hebt ingeschakeld. • Controleer of u de telefoon dicht genoeg bij uw mond houdt. De microfoon bevindt zich aan de onderzijde van de telefoon. 104 De telefoon begint te piepen en het bericht "Batterij bijna leeg" knippert op het display. • De batterij is niet voldoende opgeladen. Laad de batterij weer op. De geluidskwaliteit van de oproep is slecht. • Controleer de signaalsterkte op het display ( ). Hoe meer staafjes er worden weergegeven, des te sterker is het signaal (van sterk ( ) tot zwak ( )). • Ga wat dichter bij het raam staan als u zich in een gebouw bevindt of houd de telefoon anders vast. Wanneer u een nummer uit de telefoonlijst opnieuw kiest, wordt er geen nummer gebeld. • Controleer via de functie Lijst met contacten of het nummer op de juiste manier is opgeslagen. • Sla het nummer zo nodig opnieuw op. De batterij wordt niet goed opgeladen of de telefoon wordt soms automatisch uitgeschakeld. • Maak de contactpunten voor het opladen van de telefoon en de batterij schoon met een zachte doek. Mocht u het probleem aan de hand van de bovenstaande richtlijnen niet kunnen oplossen, dan kunt u contact opnemen met uw leverancier of de klantenservice van Samsung. Zorg ervoor dat u de volgende gegevens bij de hand hebt: • Het typenummer en het serienummer van de telefoon • Uw garantie-informatie • Een duidelijke beschrijving van het probleem Neem vervolgens contact op met uw leverancier of de klantenservice van Samsung. Informatie met betrekking tot gezondheid en veiligheid SAR-certificeringsinformatie Dit type telefoon voldoet aan de eisen van de Europese Unie (EU) met betrekking tot blootstelling aan radiogolven. De mobiele telefoon zendt en ontvangt radiosignalen. De telefoon is zodanig ontworpen en gefabriceerd dat de limieten die door de EU zijn vastgesteld voor blootstelling aan radiogolven, niet worden overschreden. Deze limieten maken deel uit van uitgebreide richtlijnen en geven aan welke niveaus van radiogolven (radiofrequentie-energie) zijn toegestaan en geen gevaar opleveren voor de volksgezondheid. De richtlijnen zijn vastgesteld door onafhankelijke wetenschappelijke organisaties op basis van periodiek uitgevoerd en grondig geëvalueerd wetenschappelijk onderzoek. De vastgestelde limieten kennen een aanzienlijke veiligheidsmarge om de veiligheid van iedereen, ongeacht leeftijd en gezondheidstoestand, te kunnen garanderen. 105 Informatie met betrekking tot gezondheid en veiligheid De blootstellingsnorm voor mobiele telefoons wordt uitgedrukt in SAR (Specific Absorption Rate). De door de EU aanbevolen SAR-limiet is 2,0 W/kg.* Over het algemeen geldt dat hoe dichter u in de buurt van een basisstation bent, hoe lager de signaalsterkte van de telefoon is. De hoogste SAR-waarde voor dit type telefoon was 0,197 W/kg. Voordat een nieuw type telefoon mag worden verkocht, moet worden aangetoond dat de telefoon voldoet aan de Europese R&TTE-richtlijn. Een van de belangrijkste voorwaarden die in deze richtlijn worden gesteld, is de bescherming van de gezondheid en veiligheid van de gebruiker en alle andere personen. SAR-tests worden uitgevoerd onder normale gebruiksomstandigheden waarbij de telefoon met maximale signaalsterkte op alle geteste frequentiebanden uitzendt. Hoewel de SAR-waarde is vastgesteld op basis van de maximale signaalsterkte, kan het feitelijke SARniveau bij gebruik van de telefoon ver onder deze norm liggen. De telefoon werkt namelijk met verschillende signaalsterkten en gebruikt nooit meer dan de sterkte die nodig is om het netwerk te kunnen bereiken. Voorschriften voor het gebruik van batterijen • • • * De SAR-limiet voor mobiele telefoons voor algemeen gebruik is 2,0 watt/kilogram (W/kg) als gemiddelde per tien gram lichaamsweefsel. In deze limiet is als extra zekerheid een aanzienlijke veiligheidsmarge ingebouwd waarbij ook rekening is gehouden met eventuele meetafwijkingen. SAR-waarden kunnen variëren, afhankelijk van de nationale rapportagevereisten en de netwerkband. 106 Gebruik nooit batterijen of opladers die beschadigd zijn. Gebruik de batterij alleen op de voorgeschreven manier. Als u de telefoon dicht bij het basisstation van een netwerk gebruikt, wordt er minder stroom verbruikt. De standby- en beltijd zijn sterk afhankelijk van de signaalsterkte van het mobiele netwerk en van de parameters die door de provider zijn ingesteld. • • • • • • • Leg de batterij niet in een zeer warme of koude ruimte, bijvoorbeeld in de auto bij extreem zomer- of winterweer, om te voorkomen dat de capaciteit en levensduur van de batterij verminderen. Probeer de batterij altijd op kamertemperatuur te houden. Het kan zijn dat een telefoon met een zeer warme of koude batterij tijdelijk niet werkt, zelfs als de batterij volledig is opgeladen. Li-ion-batterijen werken met name niet goed bij temperaturen onder de 0 °C (32 °F). Voorkom kortsluiting in de batterij. Er kan kortsluiting ontstaan wanneer een metalen voorwerp, zoals een muntstuk, paperclip of pen, ervoor zorgt dat de + en – polen van de batterij (de metalen strips op de batterij) direct contact maken. Dit kan bijvoorbeeld gebeuren wanneer u een reservebatterij in uw jaszak of tas bewaart. Door kortsluiting kan de batterij (maar ook het voorwerp dat de kortsluiting veroorzaakt) beschadigd raken. Lever oude batterijen in bij een inzamelpunt voor batterijen. Gooi ze nooit bij het gewone afval en gooi ze niet in het vuur. Informatie met betrekking tot gezondheid en veiligheid • De oplaadtijd van de batterij is afhankelijk van de resterende batterijlading en het gebruikte type batterij en oplader. De batterij kan honderden keren worden opgeladen en ontladen, maar na verloop van tijd gaat de kwaliteit van de batterij achteruit. Als de gebruikstijd (standby- en beltijd) steeds korter wordt, is het tijd om een nieuwe batterij te kopen. Een volledig opgeladen batterij die niet wordt gebruikt, wordt na verloop van tijd automatisch ontladen. Gebruik alleen batterijen en opladers die door Samsung zijn goedgekeurd. Als u de oplader niet gebruikt, moet u de stekker uit het stopcontact halen. Sluit de batterij niet langer dan een week op een oplader aan. Een batterij die wordt overladen, gaat minder lang mee. Extreem hoge en lage temperaturen hebben invloed op de laadcapaciteit van de batterij. Het kan nodig zijn de batterij eerst te laten afkoelen of opwarmen. 107 Informatie met betrekking tot gezondheid en veiligheid Verkeersveiligheid Met een mobiele telefoon hebt u de mogelijkheid om bijna overal en altijd mondeling te communiceren. Dit grote voordeel brengt echter ook een belangrijke verantwoordelijkheid met zich mee, een verantwoordelijkheid die iedereen moet nemen. Als u autorijdt, is het besturen van de auto uw eerste verantwoordelijkheid. Het niet-handsfree bellen tijdens het autorijden is dan ook in veel landen verboden. Houd u aan de speciale voorschriften die gelden in het betreffende gebied of land, als u de mobiele telefoon tijdens het rijden wilt gebruiken. Elektronische apparatuur De meeste moderne elektronische apparaten zijn afgeschermd tegen radiosignalen. Er kunnen echter apparaten zijn die niet zijn afgeschermd tegen de radiosignalen van uw mobiele telefoon. Neem in dergelijke gevallen contact op met de fabrikant voor een andere oplossing. Gebruiksomgeving Pacemakers Houd u altijd aan speciale voorschriften en schakel de telefoon uit op plaatsen waar het gebruik van de telefoon niet is toegestaan of gevaar of storingen kan opleveren. Fabrikanten van pacemakers adviseren om tussen een mobiele telefoon en een pacemaker een afstand van minimaal 15 cm aan te houden om storingen in de pacemaker te voorkomen. Deze aanbeveling stemt overeen met onafhankelijk onderzoek en aanbevelingen van Wireless Technology Research. Als u ook maar een vermoeden hebt dat er storingen optreden, moet u de telefoon onmiddellijk uitzetten. Wanneer u de telefoon of een van de accessoires op een ander apparaat wilt aansluiten, moet u de veiligheidsvoorschriften in de gebruiksaanwijzing bij dat apparaat nalezen. Gebruik alleen compatibele producten. 108 Evenals voor andere mobiele apparaten die radiosignalen uitzenden, geldt dat u deze telefoon voor een juiste werking en voor uw persoonlijke veiligheid alleen in de normale stand mag gebruiken (tegen uw oor, waarbij de antenne over uw schouder wijst). Verbod op mobiel bellen Sommige digitale mobiele telefoons veroorzaken storingen in bepaalde gehoorapparaten. Als dit gebeurt, adviseren wij u contact op te nemen met de fabrikant van uw gehoorapparaat voor een andere oplossing. Schakel de telefoon altijd uit op locaties waar is aangegeven dat het gebruik van mobiele telefoons niet toegestaan is. Andere medische apparaten Als u een ander medisch apparaat of hulpmiddel gebruikt, neemt u contact op met de fabrikant van dat apparaat om na te gaan of het afdoende afgeschermd is tegen externe radiosignalen. U kunt ook uw huisarts of specialist om advies vragen. Schakel de telefoon uit in zorginstellingen waar het gebruik van mobiele telefoons niet is toegestaan. Voertuigen Radiosignalen kunnen invloed hebben op onjuist geïnstalleerde of onvoldoende afgeschermde elektronische systemen in motorvoertuigen. Neem hierover contact op met de fabrikant of dealer van uw auto. Neem ook contact op met de fabrikant van de apparatuur die in uw auto is geïnstalleerd. Omgevingen met explosiegevaar Schakel de telefoon uit in een omgeving met explosiegevaar en houd u aan alle voorschriften en instructies. Vonken kunnen in een dergelijke omgeving een explosie of brand veroorzaken met lichamelijk letsel of zelfs de dood tot gevolg. Het wordt aangeraden de telefoon uit te schakelen bij een tankstation. Houd u aan de voorschriften met betrekking tot het gebruik van radioapparatuur in brandstofdepots (zowel voor opslag als distributie), chemische fabrieken en plaatsen waar met explosieven wordt gewerkt. Informatie met betrekking tot gezondheid en veiligheid Gehoorapparaten 109 Informatie met betrekking tot gezondheid en veiligheid Het wordt niet altijd duidelijk aangegeven of er explosiegevaar is in een bepaalde omgeving. Denk bijvoorbeeld aan het benedendek van een schip, op- en overslaglocaties voor chemicaliën, voertuigen die op LPG rijden, omgevingen waar chemicaliën of kleine deeltjes in de lucht zitten, zoals kruitkorrels, stof of metaalpoeder, en elk ander gebied waar u normaal gesproken de motor van uw voertuig moet uitzetten. Alarmnummer bellen Evenals elke andere mobiele telefoon maakt deze telefoon gebruik van radiosignalen, mobiele en vaste netwerken en door de gebruiker ingestelde functies. Het is dan ook niet vanzelfsprekend dat u onder alle omstandigheden verbinding kunt krijgen. Vertrouw daarom voor essentiële communicatie, zoals voor medische noodgevallen, nooit alleen op uw mobiele telefoon. U kunt alleen bellen of gebeld worden als de telefoon is ingeschakeld en u zich in een servicegebied met voldoende signaalsterkte bevindt. Het kan zijn dat het bellen van een alarmnummer niet in alle mobiele netwerken mogelijk is of niet mogelijk is wanneer bepaalde netwerkdiensten en/of telefoonfuncties zijn ingeschakeld. U kunt dit navragen bij uw provider. 110 Zo belt u een alarmnummer: 1. Zet de telefoon aan als dat nog niet het geval is. 2. Toets het alarmnummer in (112 of een ander officieel alarmnummer). Alarmnummers kunnen per land verschillen. 3. Druk op de toets [ ]. Als bepaalde functies zijn ingeschakeld, zoals het blokkeren van gesprekken, moet u deze functies misschien uitschakelen voordat u het alarmnummer kunt bellen. Raadpleeg hiervoor deze handleiding of neem contact op met uw provider. Overige belangrijke veiligheidsinformatie • • Laat de telefoon alleen door gekwalificeerde technici repareren of in een voertuig installeren. Onjuiste installatie of reparatie kan gevaar opleveren en kan ertoe leiden dat de garantie op de telefoon komt te vervallen. Controleer regelmatig of de telefoonapparatuur in uw auto goed is gemonteerd en naar behoren werkt. • • • Verzorging en onderhoud De telefoon is een kwaliteitsproduct dat met vakmanschap is gemaakt en voorzichtig behandeld moet worden. Als u de volgende aanbevelingen opvolgt, wordt er aan de garantievoorwaarden voldaan en kunt u vele jaren plezier hebben van dit product. • • • • • Houd de telefoon en alle bijbehorende onderdelen en accessoires buiten het bereik van kleine kinderen en huisdieren. Zij kunnen het apparaat beschadigen of stikken in de kleine onderdelen. Houd de telefoon droog. Regen, vocht en vloeistoffen bevatten mineralen die de elektronica aantasten. Raak de telefoon niet met natte handen aan. Hierdoor kunt u namelijk een elektrische schok krijgen. Ook kan de telefoon beschadigd raken. Gebruik of bewaar de telefoon niet in een stoffige, vieze ruimte, aangezien de bewegende onderdelen dan beschadigd kunnen raken. Bewaar de telefoon niet in een extreem warme ruimte. Door de hoge temperatuur gaan elektronische apparaten minder lang mee, kunnen batterijen beschadigd raken en kan het plastic kromtrekken of smelten. Informatie met betrekking tot gezondheid en veiligheid • Bewaar of vervoer brandbare vloeistoffen en gassen en explosief materiaal niet in dezelfde ruimte als de telefoon of de onderdelen of accessoires van de telefoon. Als er een airbag in uw voertuig zit, moet u er rekening mee houden dat deze met flink veel kracht wordt opgeblazen. Plaats geen voorwerpen, dus ook niet de gemonteerde of draagbare telefoonapparatuur, in de ruimte rond de airbag of daar waar de airbag zal uitklappen. Als draadloze apparatuur niet op de juiste manier is geïnstalleerd, kan het opblazen van de airbag ernstig lichamelijk letsel veroorzaken. Schakel de telefoon uit voordat u in een vliegtuig stapt. Het gebruik van een mobiele telefoon in een vliegtuig kan gevaarlijk zijn voor de besturing van het vliegtuig en is daarom verboden. Als u zich niet aan deze voorschriften houdt, kan u het gebruik van mobiele diensten tijdelijk of permanent worden ontzegd en kunt u strafrechtelijk worden vervolgd. 111 Informatie met betrekking tot gezondheid en veiligheid • • • • • • 112 Bewaar de telefoon niet in een koude ruimte. Bij verplaatsing naar een warmere omgeving kan zich condens in de telefoon vormen, waardoor de elektronische componenten van de telefoon beschadigd kunnen raken. Zorg dat u de telefoon niet laat vallen of ergens tegenaan stoot. Als u ruw met de telefoon omgaat, kunnen de interne onderdelen beschadigd raken. Maak de telefoon niet schoon met bijtende schoonmaak- of oplosmiddelen. Gebruik alleen een zachte doek gedrenkt in een sopje van water en zachte zeep. Verf de telefoon niet. Door de verf kunnen de bewegende onderdelen van het apparaat verstopt raken waardoor de telefoon niet meer goed werkt. Leg de telefoon niet in of op verwarmingsapparaten, zoals een magnetron, fornuis of radiator. De telefoon kan oververhit raken en ontploffen. Wanneer de telefoon of de batterij nat wordt, verandert het label in de telefoon dat waterschade aanduidt, van kleur. In dit geval valt de reparatie van de telefoon niet meer onder de garantie van de fabrikant, ook al is de garantietermijn nog niet verstreken. • • • Gebruik de flitser of de verlichting van de telefoon niet vlakbij de ogen van mensen of dieren. Dit kan oogbeschadigingen opleveren. Gebruik alleen de meegeleverde of een andere goedgekeurde antenne. Niet-goedgekeurde antennes of aangepaste accessoires kunnen de telefoon beschadigen en ertoe leiden dat de telefoon niet meer voldoet aan de wettelijke bepalingen omtrent radioapparatuur. Als de telefoon, de batterij, de oplader of een van de accessoires niet goed werkt, gaat u ermee naar het dichtstbijzijnde geautoriseerde servicecentrum. Daar zal men u van advies dienen en indien nodig voor reparatie zorgen. Index A ABC-stand, tekstinvoer • 26 Achtergrond • 92 Achtergrondafbeelding • 92 Afbeeldingen, gedownload • 74 Agenda • 79, 92 Alarm • 50 Alarmnummer bellen • 110 Automatisch herhalen • 91 B Band selecteren • 97 Batterij bijna leeg, symbool • 8 opladen • 7 voorschriften • 106 Beantwoorden oproep • 30 tweede oproep • 32 Belgroepen • 39 Belsignaal berichten • 93 inkomende oproepen • 93 Berichten begroeting • 90 e-mail • 59, 64 info • 73 MMS • 58, 61 server • 62 SMS • 57, 61 Berichten maken e-mail • 59 MMS • 58 SMS • 57 Berichttoon • 93 Bestandsbeheer • 74 Beveiliging, oproepen • 101 Blokkeren menuopties • 101 SIM-kaart • 102 telefoon • 101 Blokkeren, oproepen • 96 Bluetooth instellingen • 98 ontvangen, gegevens • 100 verzenden, gegevens • 100 Browser, web • 53 C Calculator • 51 Camera foto's • 83 video's • 87 D Datum instellen • 90 Display helderheid • 92 indeling • 10 instellingen • 92 symbolen • 10 taal • 90 Doorschakelen, oproepen • 95 DTMF-tonen verzenden • 33 E Elke toets antwoorden • 91 E-mailberichten bekijken • 64 instelling • 70 maken/verzenden • 59 verwijderen • 65 F FDN-modus (Vaste nummers) • 102 Foto's bekijken • 74 nemen • 83 G Geheugenkaart bestanden openen • 78 installeren • 24 Geheugenstatus berichten • 74 bestandsbeheer • 78 gedownloade items • 78 telefoonlijst 42 Geluiden, gedownload • 77 Geluidsinstellingen • 93 Gemiste oproepen • 35 Gespreksduur • 36 Gesprekskosten • 36 Gezondheids- en veiligheidsinformatie • 105 113 Index H Herstellen, telefooninstellingen • 102 I In- en uitschakelen microfoon • 33 telefoon • 8 Infoberichten • 73 Internationale gesprekken • 29 Internet • 53 J Java-toepassingen • 47 K Kleur • 92 L Laatste nummer, herhalen • 30 Lichtinstellingen • 94 Luidspreker • 32 M Minutenteller • 94 MMS-berichten bekijken • 60 instelling • 67 114 MMS-berichten (vervolg) maken/verzenden • 58 verwijderen • 62 MP3-speler • 43 Multiparty-gesprekken • 34 Muziek, gedownload • 77 N Namen ingeven • 26 zoeken • 37 Netwerk kiezen • 97 Netwerkband, selecteren • 97 Netwerkdiensten • 95 Nummer herhalen automatisch • 91 handmatig • 30 Nummerweergave • 93, 97 O Omrekenen • 51 Ontvangen berichten e-mail • 64 MMS/SMS • 60 Ontvangen oproepen • 35 Opnemen spraakmemo's • 46 video's • 87 Oproepen beantwoorden • 30 blokkeren • 96 doorschakelen • 95 doorverbinden • 34 in de wacht zetten • 31 nummer herhalen • 30 weigeren • 30 wisselgesprek • 96 Oproepenlijst gemist • 35 ontvangen • 35 uitgaand • 35 P PIN2-code, wijzigen • 102 PIN-code, wijzigen • 101 Postvak IN, berichten e-mail • 64 MMS/SMS • 60 Postvak UIT, berichten • 62 Privacy • 101 Problemen oplossen • 103 R Roaming • 97 S Serverberichten • 62, 73 SIM-kaart plaatsen • 7 vergrendelen • 102 SMS-berichten bekijken • 60 instelling • 67 maken/verzenden • 57 verwijderen • 61 Snelkiezen • 40 Sneltoets • 90 Spelletjes • 47 Spraakrecorder afspelen • 46 opnemen • 46 Standaardberichten • 65 Stille stand ingeven • 13 instelling • 93 Stopwatch • 52 Symbolen, beschrijving • 10 T T9-stand, tekstinvoer • 27 Taal selecteren • 90 Toon bij in-/uitschakelen • 93 U Uitgaande oproepen • 35 V Veiligheidsinformatie • 105 Verbindingstoon • 94 Verkeersveiligheid • 108 Verlichting, instellen display • 94 toetsen • 94 Verwijderen e-mail • 63, 65, 66 items • 82 MMS • 62, 63, 66 oproepenlijst • 35 SMS • 61, 63, 66 telefoonlijst • 38, 42 Verzonden berichten • 63 Verzorging en onderhoud • 111 Video's afspelen • 76 opnemen • 87 Visitekaartje • 41 Voicemailserver • 97 W Wachtstand, gesprek • 31 Wachtwoord oproepen blokkeren • 96 telefoon • 101 Web browser favorieten • 54 toegang • 53 Welkomstbericht • 90 Wereldtijd • 49 Wisselgesprek • 96 Index Tekens bij kiezen, instellen • 92 Tekst ingeven • 26 Telefoon aan- en uitzetten • 8 display • 10 instellingen herstellen • 102 symbolen • 10 uitpakken • 6 vergrendelen • 101 wachtwoord • 101 Telefoonlijst beheren • 42 opties • 37 snelkiezen • 40 toevoegen • 38 verwijderen • 38, 42 zoeken • 37 Tijd instellen • 90 Timer • 52 Toetsenblokkering • 8, 92 Toetstonen aan/uit • 33 selecteren • 93 volume • 93 115 : EN 60950-1:2001 : EN 301 489-01 v1.3.1 (09-2001) EN 301 489-07 v1.2.1 (08-2002) EN 301 489-17 v1.2.1 (08-2002) : EN 50360:2001 EN 50361:2001 : EN 301 511 v9.0.2 (03-2003) EN 300 328 v1.6.1 (11-2004) (naam en handtekening van bevoegde persoon) * Dit is niet het adres van het Samsung Service Centre. Zie de garantiekaart of neem contact op met de winkel waar u de telefoon hebt aangeschaft voor het adres van het Samsung Service Centre. (plaats en datum van uitgifte) Samsung Electronics Euro QA Lab. Blackbushe Business Park, Saxony Way, Yateley, Hampshire, GU46 6GG, UK 2005. 09. 26 Yong-Sang Park / verkoopmanager en wordt op verzoek ter beschikking gesteld. (Vertegenwoordiging in de EU) Samsung Electronics QA Lab. De technische documentatie wordt beheerd door: BABT, Balfour House, Churchfield Road, Walton-on-Thames, Surrey, KT12 2TD, UK Kenmerk: 0168 De conformiteitsbeoordelingsprocedure waarnaar wordt verwezen in Artikel 10 en die wordt beschreven in Bijlage [IV] van Richtlijn 1999/5/EC is uitgevoerd in samenwerking met de volgende aangemelde instantie(s): Hierbij verklaren we dat [alle essentiële radiotests zijn uitgevoerd en dat] bovengenoemd product voldoet aan alle essentiële eisen die er in Richtlijn 1999/5/EC aan worden gesteld. Netwerk SAR Veiligheid EMC waarop deze verklaring van toepassing is, voldoet aan de volgende standaarden en/of andere normatieve documenten. (naam en adres van fabrikant*) - Samsung Electronics Co., Ltd, 94-1 Imsoo-Dong, Gumi City, Kyung-Buk, Korea, 730-350 Gefabriceerd door: (Typenaam) SGH-X700 (Productbeschrijving) GSM900/GSM1800/GSM1900 met Bluetooth Draagbare mobiele telefoon Het volgende product: Conformiteitsverklaring (R&TTE-richtlijn)
advertisement
* Your assessment is very important for improving the workof artificial intelligence, which forms the content of this project
Key Features
- Black
- 4.83 cm (1.9") 176 x 220 pixels
- Rear camera resolution (numeric): 1.3 MP
- Bluetooth
- FM radio Multimedia Messaging Service (MMS)
- Lithium-Ion (Li-Ion) 950 mAh