advertisement
▼
Scroll to page 2
of
90
GEBRUIKERSHANDLEIDING PM32F-BC / PM55F-BC De kleur en het uiterlijk kunnen afwijken, afhankelijk van het product. Ook kunnen de specificaties zonder voorafgaand bericht worden gewijzigd om de prestaties te verbeteren. Het aanbevolen aantal gebruiksuren per dag voor de PM32F-BC-modellen is minder dan 16 uur. Als het product langer dan 16 uur wordt gebruikt, kan de garantie vervallen. Dit product maakt gebruik van een digitaal aanraakdisplay. Omdat er een contactsensor is toegepast, kunnen er golfpatronen (moiré) te zien zijn, afhankelijk van het type inhoud dat wordt weergegeven. (Bijvoorbeeld als er patronen met punten in de inhoud worden weergegeven.) 2 Inhoudsopgave Inhoudsopgave 01. Veiligheid Bron selecteren Voorzorgsmaatregelen5 37 Apparaat-id48 Installatie6 03.Pc-software (Multiple Display Control) Bediening7 Installatie/verwijderen38 Opslag8 Installatie38 Reiniging9 Verwijderen38 Veiligheidsinstructies bij het omgaan met het paneel Aansluiting39 Elektriciteit en veiligheid 5 9 02.Apparaat installeren Installatie10 Wat wordt meegeleverd 10 De RS232C-kabel gebruiken 39 De Ethernet-kabel gebruiken 39 48 PC Verbindingskabel 48 Videowand49 Videowand49 Netwerkstatus49 Beeldmodus50 Aan-uittimer50 Aan/uit-timer50 Timer uit 51 Beeldkrant51 Speler41 Achterkant12 Inhoud bekijken 41 De touch overlay aansluiten Wanneer er inhoud wordt uitgevoerd 42 Antidiefstalslot15 Bestandsindelingen die compatibel zijn met Speler 42 Afstandsbediening16 Programmeren47 Installatie18 URL starten Externe verbinding 21 URL-startinstellingen47 Punten om te controleren 21 Product klonen 47 47 Kabelaansluitingen21 Wanneer geen bestand met een duplicaat wordt gevonden op Controlecodes23 het externe opslagapparaat Pc-verbinding32 Wanneer een bestand met een duplicaat wordt gevonden op AV-verbinding35 het externe opslagapparaat LAN-verbinding37 Apparaat ID autom. inst. Vakantiebeheer51 04.Beginscherm Onderdelen11 14 ID-instellingen48 47 48 Een aangesloten apparaat goedkeuren op de server 52 05. Menu Schermaanpassing54 Schermweergave aanpassen 58 Het geluid aanpassen 60 Netwerk61 Netwerkinstellingen (bekabeld) 63 Netwerkinstellingen (draadloos) 65 WPS(PBC)66 Systeem67 Anynet+ (HDMI-CEC) 72 3 Inhoudsopgave Ondersteuning74 06.Problemen oplossen Voordat u contact met ons opneemt 75 Diagnose75 Schermresolutie75 Punten om te controleren 76 Veelgestelde vragen 81 07. Bijlage Specificaties 83 Algemeen83 Tabel met standaardsignaalmodi 85 Verantwoordelijkheid voor dienstverlening tegen betaling (kosten voor de klant) 87 Geen productdefect 87 Productschade als gevolg van een fout van de klant 87 Overig87 Een optimale beeldkwaliteit en het voorkomen van scherminbranding88 Optimale beeldkwaliteit 88 Het voorkomen van scherminbranding 88 Scherminbranding voorkomen 89 Licentie90 4 Deze handleiding Deze handleiding Auteursrecht De inhoud van deze handleiding kan zonder kennisgeving worden gewijzigd om de kwaliteit te verbeteren. © 2015 Samsung Electronics Het auteursrecht op deze handleiding is eigendom van Samsung Electronics. Gebruik of vermenigvuldiging van deze handleiding, geheel of gedeeltelijk, zonder toestemming van Samsung Electronics is niet toegestaan. Microsoft, Windows zijn wettig gedeponeerde handelsmerken van Microsoft Corporation. VESA, DPM en DDC zijn wettig gedeponeerde handelsmerken van de Video Electronics Standards Association. Alle andere genoemde handelsmerken zijn eigendom van de desbetreffende bedrijven. • In de volgende gevallen kunnen administratiekosten in rekening worden gebracht: a Er wordt op uw verzoek een monteur gestuurd maar het product is niet defect (wanneer u deze gebruikershandleiding niet hebt gelezen). b U brengt het apparaat naar een reparatiecentrum, maar het product is niet defect (wanneer u deze gebruikershandleiding niet hebt gelezen). • U wordt op de hoogte gesteld van deze administratiekosten voordat een dergelijke reparatie of bezoek wordt uitgevoerd. Symbolen WAARSCHUWING Als de aanwijzingen niet worden opgevolgd, kan dit ernstig letsel of de dood tot gevolg hebben. LET OP Als de aanwijzingen niet worden opgevolgd, kan dit lichamelijk letsel of schade aan eigendommen tot gevolg hebben. Opmerking Aanwijzingen met dit symbool moeten worden opgevolgd. 5 Hoofdstuk 1. Veiligheid Veiligheid Voorzorgsmaatregelen LET OP KANS OP ELEKTRISCHE SCHOKKEN! HET PRODUCT MAG NIET WORDEN GEOPEND. OM HET RISICO OP ELEKTRISCHE SCHOKKEN TE BEPERKEN, MAG U HET PANEEL NIET VERWIJDEREN. (OF HET ACHTERPANEEL) DIT APPARAAT BEVAT GEEN ONDERDELEN DIE DE GEBRUIKER ZELF KAN REPAREREN. LAAT ONDERHOUD UITVOEREN DOOR BEVOEGD PERSONEEL. Elektriciteit en veiligheid WAARSCHUWING • Schade aan het snoer kan leiden tot brand of een elektrische schok. Houd het netsnoer en product uit de buurt van warmtebronnen. • Dit zou brand of een elektrische schok kunnen veroorzaken. Verwijder stof van de pennen van de stekker of het stopcontact met een droge doek. • Er kan brand ontstaan. LET OP Trek de stekker niet uit het stopcontact wanneer het product in gebruik is. • Het product kan schade oplopen door een elektrische schok. Gebruik alleen het netsnoer dat Samsung met uw product heeft meegeleverd. Gebruik het netsnoer niet voor andere producten. Gebruik geen beschadigd netsnoer of beschadigde stekker, en gebruik geen loszittend stopcontact. • Dit zou brand of een elektrische schok kunnen veroorzaken. • Dit zou een elektrische schok of brand kunnen veroorzaken. • Bij problemen moet u de stekker gemakkelijk uit het stopcontact kunnen trekken om de stroom naar het product volledig uit te schakelen. • Met alleen de aan-uitknop op de afstandsbediening wordt het product niet volledig uitgeschakeld. Sluit niet meerdere producten aan op één stopcontact. • Oververhitte stopcontacten kunnen brand veroorzaken. Kom niet met natte handen aan de stekker. Anders kan een elektrische schok worden veroorzaakt. Steek de stekker helemaal in het stopcontact (moet goed vastzitten). • Een slechte verbinding kan brand veroorzaken. Steek de stekker in een geaard stopcontact (alleen voor apparaten met isolatie van type 1). • Dit zou een elektrische schok of letsel kunnen veroorzaken. Buig het netsnoer niet te sterk en trek nooit te hard aan het snoer. Let erop dat het netsnoer niet onder een zwaar voorwerp komt. Houd voldoende ruimte vrij rond het stopcontact waarop het netsnoer is aangesloten. Trek het netsnoer altijd aan de stekker uit het stopcontact. • Dit zou een elektrische schok of brand kunnen veroorzaken. 6 Hoofdstuk 1. Veiligheid Installatie WAARSCHUWING Zet geen kaarsen, insectenwerende middelen of sigaretten boven op het product. Plaats het product niet in de buurt van een warmtebron. • Er kan brand ontstaan. Laat de wandbevestiging monteren door een daartoe gekwalificeerde technicus. • Installatie door ongekwalificeerde personen kan tot letsel leiden. • Gebruik alleen geschikte kasten. Plaats het product niet in een slecht geventileerde ruimte, zoals een (boeken)kast. • Een te hoge binnentemperatuur kan brand veroorzaken. Houd tussen het product en de muur een afstand van minimaal 10 cm aan voor ventilatie. • Een te hoge binnentemperatuur kan brand veroorzaken. Houd de plastic verpakking buiten bereik van kinderen. • Kinderen kunnen stikken. Plaats het product niet op een instabiele of trillende ondergrond (bijvoorbeeld een plank die niet goed vastzit of een tafel die niet goed recht staat). • Het product kan omvallen, schade oplopen en/of letsel veroorzaken. • Wanneer het product wordt gebruikt in een ruimte met erg veel trillingen, kan het product schade oplopen of brand veroorzaken. Plaats het product niet in een voertuig of op een locatie waar het blootstaat aan stof, vocht (waterdruppels bijvoorbeeld), olie of rook. • Dit zou brand of een elektrische schok kunnen veroorzaken. Stel het product niet bloot aan direct zonlicht, warmte of warme voorwerpen, zoals een kachel. • De levensduur van het product kan korter worden of er kan brand ontstaan. Zorg ervoor dat jonge kinderen niet bij het product kunnen. • Het product kan omvallen en letsel veroorzaken bij kinderen. • De voorkant is zwaar. Plaats het product daarom op een vlakke en stabiele ondergrond. Olie die als voedingsproduct wordt gebruikt, sojaolie bijvoorbeeld, kan het product beschadigen of vervormen. Installeer het project niet in een keuken of in de buurt van een aanrecht. LET OP Laat het product niet vallen wanneer u het verplaatst. • Het product kan defect raken of er kan lichamelijk letsel ontstaan. Leg het product niet op de voorkant. • U zou het scherm kunnen beschadigen. Zorg er bij plaatsing van het product in een kast of op een plank voor dat de onderrand van de voorkant van het product niet uitsteekt. • Het product kan omvallen, schade oplopen en/of letsel veroorzaken. • Plaats het product alleen in een kast of op een plank van het juiste formaat. Zet het product voorzichtig neer. • Het product kan defect raken of er kan lichamelijk letsel ontstaan. Als u het product op een ongebruikelijke plek plaatst (blootgesteld aan veel fijne stofdeeltjes, chemische stoffen, extreme temperaturen, veel vocht of een plek waar het product lange tijd achter elkaar continu in gebruik is), kan dit ernstige gevolgen hebben voor de prestaties. • Neem contact op met een Samsung-servicecentrum als u het product op een dergelijke plek wilt plaatsen. 7 Hoofdstuk 1. Veiligheid Bediening WAARSCHUWING • Een beschadigde kabel kan leiden tot een defect in het product, een elektrische schok of brand. In het product komt hoogspanning voor. Haal het product niet uit elkaar en repareer of wijzig het product niet zelf. Raak het product of de stekker niet aan als er een gaslek is. Laat de ruimte onmiddellijk goed luchten. • Dit zou brand of een elektrische schok kunnen veroorzaken. • Neem voor reparatie contact op met een Samsung-servicecentrum. • Vonken kunnen een explosie of brand veroorzaken. Verplaats het product niet en til het niet op door aan het netsnoer of andere kabels te trekken. Voordat u het product verplaatst, moet u het product uitzetten met de aan-uitschakelaar en het netsnoer en alle overige aangesloten kabels losmaken. • Een beschadigde kabel kan leiden tot een defect in het product, een elektrische schok of brand. • Schade aan het snoer kan leiden tot brand of een elektrische schok. Gebruik en bewaar geen brandbare sprays of ontvlambare stoffen in de buurt van het product. Als het product vreemde geluiden, een brandgeur of rook produceert, moet u onmiddellijk de stekker uit het stopcontact trekken en contact opnemen met een Samsung-servicecentrum. • Dit zou een explosie of brand kunnen veroorzaken. • Dit zou een elektrische schok of brand kunnen veroorzaken. • Een te hoge binnentemperatuur kan brand veroorzaken. Zorg ervoor dat kinderen het product niet als klimrek kunnen gebruiken. Steek geen metalen voorwerpen (een mes, muntstuk of haarspeld bijvoorbeeld) of ontvlambare voorwerpen (papier, lucifers en dergelijke) in het product (via de ventilatieopeningen of in- en uitgangen en dergelijke). • Kinderen kunnen ernstig letsel oplopen. Als u het product laat vallen of als de behuizing beschadigd raakt, moet u het product uitzetten en het netsnoer losmaken. Neem vervolgens contact op met een Samsung-servicecentrum. • Langdurig gebruik kan leiden tot brand of een elektrische schok. Leg geen zware voorwerpen of voorwerpen die de aandacht trekken van kinderen, zoals speelgoed of snoep, boven op het product. • Het product of de zware voorwerpen kunnen vallen wanneer kinderen dat speelgoed of snoep proberen te pakken, met mogelijk ernstig letsel tot gevolg. Zorg ervoor dat de ventilatieopeningen niet worden geblokkeerd door een tafelkleed of gordijn. • Zet het product uit en maak het netsnoer los als er water of vreemde substanties in het product komen. Neem vervolgens contact op met een Samsung-servicecentrum. • Een defect in het product, een elektrische schok of brand kan het gevolg zijn. Zet geen voorwerpen met een vloeistof erin, zoals een vaas, bloempot of fles, boven op het product. Laat geen voorwerpen op het product vallen en stoot niet tegen het product. • Zet het product uit en maak het netsnoer los als er water of vreemde substanties in het product komen. Neem vervolgens contact op met een Samsung-servicecentrum. • Een defect in het product, een elektrische schok of brand kan het gevolg zijn. • Dit zou brand of een elektrische schok kunnen veroorzaken. LET OP Verplaats het product niet door aan het netsnoer of ander kabels te trekken. Wanneer er langere tijd een statisch beeld op het scherm wordt weergegeven, kan het beeld op het scherm inbranden of kunnen er pixels beschadigd raken. Zet bij onweer het product uit en trek de stekker uit het stopcontact. • Dit zou brand of een elektrische schok kunnen veroorzaken. 8 Hoofdstuk 1. Veiligheid • Activeer de energiespaarstand of gebruik een schermbeveiliging met een bewegend beeld als u het product gedurende langere tijd niet gebruikt. Voorkom dat kinderen de batterij in hun mond stoppen als deze uit de afstandsbediening wordt gehaald. Bewaar de batterijen op een plek waar kinderen of baby's niet bij kunnen. Trek de stekker uit het stopcontact als u van plan bent het product lang niet te gebruiken (tijdens een vakantie bijvoorbeeld). • Neem direct contact op met uw arts als een kind een batterij in zijn mond heeft gestopt. • Een teveel aan stof kan in combinatie met warmte elektrische schokken of stroomlekken veroorzaken. • Anders kan de batterij beschadigd raken of brand, persoonlijk letsel of schade veroorzaken als gevolg van lekkage van batterijvloeistof. Gebruik het product op de aanbevolen resolutie en frequentie. Gebruik alleen de aangegeven standaardbatterijen en gebruik nooit tegelijkertijd een nieuwe en een gebruikte batterij. • Uw ogen kunnen vermoeid raken. Houd het product niet op zijn kop en verplaats het product niet aan de voet alleen. • Het product kan omvallen, schade oplopen en/of letsel veroorzaken. Te lang van te dichtbij naar het scherm kijken kan slecht zijn voor de ogen. Gebruik geen luchtbevochtiger of waterkoker in de buurt van het product. • Dit zou brand of een elektrische schok kunnen veroorzaken. Laat uw ogen minstens vijf minuten rusten na elk uur dat u het product hebt gebruikt. • Zo geeft u uw ogen rust. Het product wordt na verloop van tijd warm. Raak het beeldscherm niet aan wanneer het product al geruime tijd is ingeschakeld. Houd kleine onderdelen buiten bereik van kinderen. Wees voorzichtig bij het aanpassen van de hoek of hoogte van het product. • U kunt uw handen of vingers knellen en gewond raken. • Als u het product te scheef zet, kan het vallen en letsel veroorzaken. Zet geen zware voorwerpen op het product. • Het product kan defect raken of er kan lichamelijk letsel ontstaan. Zet bij het gebruik van een koptelefoon het volume niet te hard. • Dit kan uw gehoor beschadigen. Let bij het vervangen van de batterij op de juiste polariteit (+, -). • Anders kunnen de batterijen beschadigd raken of brand, persoonlijk letsel of schade veroorzaken als gevolg van lekkage van batterijvloeistof. Batterijen (oplaadbaar en niet oplaadbaar) zijn geen standaardafval en dienen ter recycling te worden aangeboden. Als verbruiker is de klant verantwoordelijk voor het op de juiste manier retourneren van gebruikte of oplaadbare batterijen. • De klant kan gebruikte of oplaadbare batterijen afgeven bij het dichtstbijzijnde gemeentelijke afvaldepot of bij een winkel die eenzelfde type batterijen verkoopt. Opslag Op het oppervlak van hoogglansmodellen kunnen witte vlekken ontstaan als in de buurt een ultrasone luchtbevochtiger wordt gebruikt. Neem contact op met een Samsung-servicecentrum als het product binnenin moet worden gereinigd (er kunnen servicekosten in rekening worden gebracht). Hoofdstuk 1. Veiligheid Reiniging Wees voorzichtig bij het reinigen. De behuizing en het scherm zijn gevoelig voor krassen. Ga bij het reinigen als volgt te werk. 1 Zet het product en de computer uit. 2 Trek het netsnoer uit het product. 3 4 5 6 ‒‒ Pak het netsnoer vast aan de stekker en kom niet met natte handen aan de kabel. Anders kan een elektrische schok worden veroorzaakt. Veeg het product af met een schone, zachte, droge doek. ‒‒ Gebruik geen reinigingsmiddelen die alcohol, oplosmiddelen of oppervlakteactieve middelen bevatten. ‒‒ Spuit geen water of reinigingsmiddel rechtstreeks op het product. Maak een zachte en droge doek nat met water en wring de doek goed uit, voordat u daarmee de behuizing van het product reinigt. Sluit het netsnoer weer op het product aan wanneer u klaar bent met reinigen. Zet het product en de computer aan. Veiligheidsinstructies bij het omgaan met het paneel Zet het product niet rechtop op de vloer. Het scherm is kwetsbaar en kan beschadigd raken. Leg het product plat neer (u kunt de verpakking gebruiken). Zorg ervoor dat u de handgrepen aan de achterkant gebruikt bij het verplaatsen van het product. Pak het product niet beet binnen 15 mm vanaf de voorzijde. 9 10 Hoofdstuk 2. Apparaat installeren Apparaat installeren Installatie Wat wordt meegeleverd De exacte componenten kunnen per locatie verschillen. Indien er componenten ontbreken, neemt u dan contact op met de leverancier waar u het product hebt gekocht. Het uiterlijk van de componenten kan enigszins afwijken van de getoonde afbeelding. Het product wordt geleverd zonder voet. Als u een voet wilt monteren, kunt u deze apart aanschaffen. De RS232C-adapter kan worden gebruikt om met de RS232C-kabel van het type D-SUB (9 pennen) verbinding te maken met een andere monitor. Gebruik de meegeleverde ringhouder (HOLDER-WALL RING, BN61-14912A) voor de wandmontage van het PM32F-BC-model. - + - • • • • • + Beknopte installatiehandleiding Garantiekaart (niet overal beschikbaar) Voorschriften Netsnoer Batterijen (niet overal beschikbaar) USB Cable Afstandsbediening RS232C(IN)-adapter Schroef (M3L8, 1 stuks) Type ringhouder (4 stuks) (alleen PM32F-BC-model) USB-kap 11 Hoofdstuk 2. Apparaat installeren Onderdelen Sensor voor afstandsbediening en logo (optioneel) De kleur en vorm van de onderdelen kan afwijken van de afbeelding. Netspanning 2m Paneeltoets Luidspreker Paneeltoets Inschakelen Indrukken en drie seconden ingedrukt houden. Uitschakelen Druk op de paneeltoets. Een menu wordt weergegeven. Zorg ervoor dat TV uit is geselecteerd en houd vervolgens de paneeltoets ingedrukt totdat het beeldscherm wordt uitgeschakeld. Bron selecteren Druk op de paneeltoets. Een menu wordt weergegeven. Druk nogmaals op de paneeltoets om Bron te selecteren. Houd vervolgens de paneeltoets ingedrukt om de gewenste bron te schakelen. • Als u de paneeltoets wilt gebruiken, zorg er dan voor dat de verschuivende paneeltoets niet uit de onderzijde van het product steekt. 50° Sensor voor afstandsbediening Sensor voor afstandsbediening Druk op een knop op de afstandsbediening terwijl u die richt naar de afstandsbedieningssensor op het product om de overeenkomende functie uit te voeren. • Wanneer u in dezelfde ruimte als waar deze afstandsbediening wordt gebruikt nog andere weergaveapparaten gebruikt, kan het voorkomen dat de andere weergaveapparaten onbedoeld worden bediend. Gebruik de afstandsbediening binnen 2 meter van de sensor op het product en onder een hoek van 50° links en rechts van de sensor. Het scherm van het product werkt ook als afstandsbedieningssensor. Zorg er bij het richten van de afstandsbediening op het scherm voor dat u: • de afstandsbediening naar het midden van het scherm richt • de afstandsbediening 40 tot 70 cm van het scherm af gebruikt. WAARSCHUWING Bewaar gebruikte batterijen buiten bereik van kinderen en lever gebruikte batterijen bij een recyclepunt in. 12 Hoofdstuk 2. Apparaat installeren • Gebruik geen oude en nieuwe batterijen door elkaar. Vervang beide batterijen tegelijkertijd. • Als u de afstandsbediening langere tijd niet gebruikt, verwijdert u de batterijen. Logo (optioneel) Achterkant De kleur en vorm van de onderdelen kan afwijken van de afbeelding. PM55F-BC Trek niet met veel kracht aan het logo. Het logo kan scheuren of afbreken. USB1 (1.0A) USB2 (0.5A) TOUCH OUT SCREEN TOUCH OUT PC RS232C IN RS232C OUT AUDIO IN AUDIO OUT HDMI1 HDMI2 DVI/PC/ MAGICINFO IN DP IN DAISY CHAIN RJ45 13 Hoofdstuk 2. Apparaat installeren PM32F-BC USB1 (1.0A) USB2 (0.5A) Poort Omschrijving TOUCH OUT SCREEN Connect to a USB port on the product to use the touch function. TOUCH OUT PC Connect to a PC to use the touch function. USB1 (1.0A) USB2 (0.5A) Hiermee kunt u verbinding maken met een USBgeheugenapparaat. RS232C IN TOUCH OUT SCREEN RS232C IN TOUCH OUT PC RS232C OUT AUDIO IN Hiermee kan via een audiokabel geluid van een bronapparaat worden ontvangen. AUDIO OUT Aansluiting voor de verbinding met de audio-uitgang van een bronapparaat. HDMI1 HDMI2 Hierop sluit u bronapparatuur aan die werkt met een HDMIkabel. DVI / PC / MAGICINFO IN DVI IN: Aansluiting voor de verbinding met een bronapparaat RS232C OUT AUDIO IN AUDIO OUT Hiermee kunt u het apparaat op MDC aansluiten met een RS232C-adapter. HDMI1 via een DVI- of HDMI-DVI-kabel. PC IN: Gebruik de (speciale) D-SUB - DVI-kabel (of D-SUBkabel met D-SUB naar DVI-adapter) bij het aansluiten van een computer. HDMI2 MAGICINFO IN: Gebruik de (speciale) DP-DVI-kabel wanneer u een netwerkbox (apart verkrijgbaar) wilt aansluiten. DVI/PC/ MAGICINFO IN DP IN DAISY CHAIN RJ45 DP IN Hiermee kunt het apparaat met een DP-kabel op een bronapparaat aansluiten. DAISY CHAIN Hiermee kunt u het apparaat met een daisy-chainkabel (DPpoort) op een ander product aansluiten. RJ45 Hiermee kunt u het apparaat op MDC aansluiten met een LANkabel. 14 Hoofdstuk 2. Apparaat installeren De touch overlay aansluiten De aanraakfunctie kan alleen worden gebruikt in MagicInfo S, Web Browser en andere toepassing die de functie ondersteunen. U kunt de aanraakfunctie niet in het menu gebruiken. Het aanraakscherm gebruiken met een pc of netwerkbox (afzonderlijk verkrijgbaar) Sluit een andere USB-kabel aan op TOUCH OUT PC en de USB-poort van de pc of de netwerkbox. PM55F-BC Sluit de USB-kabel aan op TOUCH OUT SCREEN en de USB1- of USB2-poort op het product. PM55F-BC PM32F-BC TOUCH OUT PC USB1, USB2 TOUCH OUT SCREEN PM32F-BC Hoofdstuk 2. Apparaat installeren Antidiefstalslot Dankzij het antidiefstalslot kunt u het product veilig gebruiken, zelfs in openbare ruimten. De vorm van het slot en de vergendelingsmethode zijn afhankelijk van de fabrikant. Raadpleeg de gebruikershandleiding bij het antidiefstalslot voor meer informatie. De volgende afbeeldingen zijn alleen bedoeld als referentie. De situatie in de praktijk kan afwijken van de afbeeldingen. Een antidiefstalapparaat vergrendelen: 1 2 3 4 Bevestig de kabel van uw antidiefstalslot aan een zwaar object, bijvoorbeeld een bureau. Steek een uiteinde van de kabel door de lus aan het andere eind. Plaats het vergrendelingsapparaat in het antidiefstalslot aan de achterzijde van het product. Sluit het slot. • Een antidiefstalslot kan afzonderlijk worden aangeschaft. Antidiefstalsloten zijn verkrijgbaar bij elektronicazaken of online. • Raadpleeg de gebruikershandleiding bij het antidiefstalslot voor meer informatie. 15 16 Hoofdstuk 2. Apparaat installeren Afstandsbediening • Wanneer u in dezelfde ruimte als waar deze afstandsbediening wordt gebruikt nog andere weergaveapparaten gebruikt, kan het voorkomen dat de andere weergaveapparaten onbedoeld worden bediend. • Wanneer een knop in de onderstaande afbeelding geen beschrijving heeft, wordt die knop niet ondersteund door het product. De functies van de toetsen op de afstandsbediening kunnen per product verschillen. POWER OFF Product inschakelen. .QZ ABC DEF GHI JKL MNO PRS TUV WXY DEL-/-- SYMBOL 1 4 7 Pas het volume aan. Hiermee wijzigt u de bron. 2 5 8 0 3 6 SOURCE Cijfertoetsen Voer in het schermmenu het wachtwoord in. 9 CH LIST MUTE VOL Het product uitschakelen. CH Het geluid dempen. Het geluid dempen opheffen. Druk nog een keer op op de volumeregeltoets ( + VOL - ). MUTE of druk Gebruik deze sneltoets voor rechtstreekse toegang tot MagicInfo. Het schermmenu weergeven of verbergen of terugkeren naar het vorige menu. MENU HOME MagicInfo Player I Deze sneltoets kan worden gebruikt wanneer een netwerkbox of PIM (Plug In Module) wordt aangesloten. Start-starttoets. 17 Hoofdstuk 2. Apparaat installeren Snel veelgebruikte functies selecteren. TOOLS INFO Informatie weergeven over de huidige invoerbron. Naar het menu boven, onder, rechts of links van het huidige menu of een de instellingen voor een optie aanpassen. Terug naar het vorige menu. Vergrendeling activeren. Als meerdere producten via de functie Videowand zijn verbonden, drukt u op de knop SET en voert u een product-ID-code in met de RETURN EXIT PC DVI HDMI DP A B C D UNSET LOCK IR control SET Een menuselectie bevestigen. Het huidige menu verlaten. Handmatig een aangesloten invoerbron selecteren. U kunt kiezen uit PC, DVI, HDMI en DisplayPort. cijferknoppen. Bedien het product met de afstandsbediening. Hiermee annuleert u een waarde die is ingesteld met de knop SET . Bedien alle verbonden producten met de afstandsbediening. De batterijen in de afstandsbediening plaatsen Gebruikt in de modus Anynet+ en in de multimediamodus. 18 Hoofdstuk 2. Apparaat installeren Installatie WAARSCHUWING Om letsel te voorkomen moet dit apparaat, overeenkomstig de installatie-instructies, stevig aan de vloer/wand zijn bevestigd. • Zorg dat een bevoegd installatiebedrijf de wandmontage installeert. Het kan anders vallen en persoonlijk letsel veroorzaken. • Zorg dat de aangegeven wandmontage wordt geïnstalleerd. • Voor meer informatie kunt u contact opnemen met een Samsung-servicecentrum. Wanneer u het product aan een verticale muur bevestigt, moet u ervoor zorgen dat het product aan de achterzijde minimaal 40 mm ruimte heeft voor de ventilatie en dat de omgevingstemperatuur beneden de 35 °C blijft. Installatie in een nis in de muur Voor meer informatie kunt u contact opnemen met een Samsung-servicecentrum. D B Ventilatie D Zijaanzicht Installatie aan een rechte muur A C E A B Zijaanzicht A Minimaal 40 mm B Omgevingstemperatuur: Minder dan 35 °C Zijaanzicht A B C D E Minimaal 40 mm Minimaal 70 mm Minimaal 50 mm Minimaal 50 mm Omgevingstemperatuur: Minder dan 35 °C Wanneer u het product in een nis aan een verticale muur bevestigt, moet u ervoor zorgen dat het product aan de achterzijde minimaal de hierboven aangegeven ruimte heeft voor de ventilatie en dat de omgevingstemperatuur beneden de 35 °C blijft. 19 Hoofdstuk 2. Apparaat installeren Wandmontage Specificaties van de wandmontagekit (VESA) Voorbereiding voorafgaand aan installatie van wandmontage Installeer uw wandmontage op een stevige wand loodrecht op de vloer. Voordat u de wandmontage bevestigt op oppervlakken zoals gipsplaat, dient u contact op te nemen met uw dichtstbijzijnde dealer voor aanvullende informatie. WAARSCHUWING 1 Als u het product installeert tegen een schuine wand, kan het product vallen en dit kan leiden tot ernstige persoonlijke verwondingen. A Voor het installeren van een wandmontage van een andere fabrikant gebruikt u de houderring ( 1 ). B Installeren van de wandmontage • Met de wandmontagekit (afzonderlijk verkocht) kunt u het product aan de wand monteren. • Voor gedetailleerde informatie over het installeren van de wandmontage, wordt verwezen naar de instructies die met de wandmontage worden meegeleverd. • Wij raden aan dat u contact opneemt met een technicus voor hulp bij het installeren van de beugel van de wandmontage. WAARSCHUWING • Samsung Electronics is niet verantwoordelijk voor enige schade aan het product of verwondingen aan uzelf of anderen als u ervoor kiest om de wandmontage zelf te installeren. • Samsung-wandmontagekits bevatten een gedetailleerde installatiehandleiding en alle onderdelen die nodig zijn voor montage worden meegeleverd. • Voor wandmontages die niet voldoen aan de standaard VESA-schroefspecificaties, kan de lengte van de schroeven variëren, afhankelijk van de specificaties van de wandmontage. • Standaardafmetingen voor wandmontagekits staan in de onderstaande tabel. Eenheid: mm Modelnaam VESA-specificaties schroefgat (A * B) in millimeter Standaardschroef Aantal PM32F-BC 200,0 mm * 200,0 mm M8 4 PM55F-BC 400,0 mm * 400,0 mm Hoofdstuk 2. Apparaat installeren WAARSCHUWING • Draai de schroeven niet te hard vast. Dit kan het product beschadigen of ertoe leiden dat het product valt, wat leidt tot persoonlijke verwondingen. Samsung is niet aansprakelijk voor dit soort ongelukken. • Samsung is niet aansprakelijk voor schade aan het product of persoonlijke verwondingen wanneer een niet-VESA of niet-gespecificeerde wandmontage gebruikt wordt of wanneer de consument de installatie-instructies voor het product niet opvolgt. LET OP • Laat altijd twee mensen het product tegen een wand monteren. • Gebruik geen langere schroeven dan de standaardlengte of die niet voldoen aan de standaard VESA-schroefspecificaties. Te lange schroeven kunnen schade veroorzaken aan de binnenkant van het product. • Installeer uw wandmontagekit niet terwijl uw product aan staat. Dit kan leiden tot persoonlijke verwondingen als gevolg van een elektrische schok. 20 21 Hoofdstuk 2. Apparaat installeren Externe verbinding Pintoewijzingen 1 2 3 4 5 Punten om te controleren • Lees de gebruikershandleiding die bij het bronapparaat is geleverd voordat u het apparaat aansluit. Het aantal poorten en de locatie van de poorten op bronapparaten kan per apparaat verschillen. • Sluit de geluidspoorten correct aan: links = wit en rechts = rood. • Controleer het type poorten aan de achterzijde van het product dat u wilt aansluiten. 6 7 8 9 Pin Signaal 1 Gegevensdrager detecteren WAARSCHUWING 2 Ontvangen gegevens Sluit het netsnoer niet aan tot alle aansluitingen zijn voltooid. 3 Verzonden gegevens Wanneer u het netsnoer aansluit tijdens het aansluiten, kan het product beschadigd raken. 4 Gegevensterminal voorbereiden 5 Signaalaarde 6 Gegevensset voorbereiden 7 Verzendaanvraag Hoe dit onderdeel er precies uitziet, kan per product verschillen. Kabelaansluitingen RS232C-kabel Interface RS232C (9-pins) 8 Klaar voor verzenden Pin TxD (nr. 2), RxD (nr. 3), GND (nr. 5) 9 Ringindicator Bitsnelheid 9600 bps RS232C-kabel Databits 8-bits • Aansluiting: 9-pins D-Sub-naar-stereokabel Pariteit Geen Stopbit 1-bits Datatransportbesturing Geen Maximale lengte 15 m (alleen afgeschermd type) 6 1 3 2 1 -P2- 9 -P1- 5 22 Hoofdstuk 2. Apparaat installeren -P1- -P1- Mannelijk type -P2- -P2- Rx 3 1 Tx STEREO Tx 2 2 Rx CONN. Gnd 5 — 3 GND (ø 3,5 mm) Directe LAN-kabel (PC naar HUB) • Aansluiting: RJ45 HUB P1 P2 LAN-kabel Pintoewijzingen RJ45 P1 P2 RJ45 MDC 1 2 3 4 5 6 7 8 Pinnr. Standaardkleur Signaal 1 Wit en oranje TX+ 2 Oranje TX- 3 Wit en groen RX+ 4 Blauw NC 5 Wit en blauw NC 6 Groen 7 8 Signaal P1 P2 Signaal TX+ 1 1 TX+ TX- 2 2 TX- RX+ 3 3 RX+ RX- 6 6 RX- Crossover-LAN-kabel (PC naar PC) RJ45 P1 RX- Signaal P1 Wit en bruin NC TX+ 1 Bruin NC TX- P2 P2 Signaal 3 RX+ 2 6 RX- RX+ 3 1 TX+ RX- 6 2 TX- 23 Hoofdstuk 2. Apparaat installeren Aansluiting Aansluiting 3 • Zorg ervoor dat u elk van de adapters aansluit op de juiste RS232C IN- of OUT-poort op het product. Aansluiting 1 RJ45 IN RS232C OUT IN RS232C OUT IN RS232C OUT IN RS232C RS232C OUT IN RS232C OUT IN RS232C OUT IN RS232C OUT OUT Controlecodes Status van weergavebediening (Opdracht bediening ophalen) Aansluiting 2 Koptekst Opdracht 0xAA Opdrachttype ID Datalengte Checksum 0 Bediening (Opdracht bediening instellen) RJ45 RJ45 Koptekst Opdracht 0xAA Opdrachttype ID Datalengte Data 1 Waarde Checksum 24 Hoofdstuk 2. Apparaat installeren Opdracht Bijvoorbeeld Power On & ID=0 Nr. Opdrachttype Opdracht Waardebereik Koptekst Opdracht 1 Aan-uitregeling 0x11 0~1 0xAA 0x11 2 Volumeregeling 0x12 0~100 3 Ingangsbronbediening 0x14 - Koptekst Opdracht 4 Schermmodusregeling 0x18 - 0xAA 0x11 5 Schermgrootteregeling 0x19 0~255 6 PIP aan/uit 0x3C 0~1 7 Automatische afstellingsregeling (alleen voor pc en BNC) 0x3D 0 8 Regeling modus Videowand 0x5C 0~1 9 Vergrendeling 0x5D 0~1 10 Videowand aan 0x84 0~1 11 Gebruikersbediening Videowand 0x89 - • Alle communicatie vindt plaats in hexadecimalen. De checksum wordt berekend door alle waarden met uitzonderingen van de koptekst, bij elkaar op te tellen. Als de som van de checksum uit meer dan 2 cijfers bestaat, zoals hieronder (11+FF+01+01=112), wordt het eerste cijfer verwijderd. ID ID Datalengte Data 1 1 “Power” Datalengte Data 1 1 1 Checksum 12 • Als u alle apparaten die met een seriële kabel zijn aangesloten, wilt bedienen, ongeacht de ID's, stelt u voor de ID “0xFE” in en verzend u de opdrachten. De opdrachten worden door elk apparaat uitgevoerd, maar de ACK reageert niet. Aan-uitregeling Functie • Een product kan via een computer worden in- en uitgeschakeld. Voedingsstatus weergeven (voedingsstatus AAN/UIT ophalen) Koptekst Opdracht 0xAA 0x11 ID Datalengte Checksum 0 De voeding in-/uitschakelen (voeding AAN/UIT) Koptekst Opdracht 0xAA 0x11 ID Datalengte Data 1 “Power” “Power”: de voedingscode die moet worden ingesteld voor een product. • 1: Inschakelen • 0: Uitschakelen Checksum 25 Hoofdstuk 2. Apparaat installeren Ack Ack Koptekst Opdracht 0xAA 0xFF ID Datalengte Ack / Nak r-CMD Val1 3 ‘A’ 0x11 “Power” Checksum Koptekst Opdracht 0xAA 0xFF ID Datalengte Ack / Nak r-CMD Val1 3 ‘A’ 0x12 “Volume” Checksum “Power”: de voedingscode die moet worden ingesteld voor een product. “Volume”: de code voor de volumewaarde die moet worden ingesteld voor een product. (0-100) Nak Nak Koptekst Opdracht 0xAA 0xFF ID Datalengte Ack / Nak r-CMD Val1 3 ‘N’ 0x11 “ERR” Checksum Koptekst Opdracht 0xAA 0xFF ID Datalengte Ack / Nak r-CMD Val1 3 ‘N’ 0x12 “ERR” “ERR” : een code die aangeeft welke fout er is opgetreden. “ERR” : een code die aangeeft welke fout er is opgetreden. Volumeregeling Ingangsbronbediening Functie Functie • Het volume van een product kan worden aangepast via een computer. • De ingangsbron voor een tv/product kan worden gewijzigd via een computer. Volumestatus weergaven (Volumestatus ophalen) Ingangsbronstatus weergeven (Status ingangsbron ophalen) Koptekst Opdracht 0xAA 0x12 ID Datalengte Checksum 0 Het volume instellen (Volume instellen) Koptekst Opdracht 0xAA 0x12 ID Koptekst Opdracht 0xAA 0x14 ID Datalengte Checksum Checksum 0 De ingangsbron instellen (Ingangsbron instellen) Datalengte Data 1 “Volume” Checksum “Volume”: de code voor de volumewaarde die moet worden ingesteld voor een product. (0-100) Koptekst Opdracht 0xAA 0x14 ID Datalengte Data 1 “Input Source” Checksum “Input Source”: de code voor de ingangsbron die moet worden ingesteld voor een product. 0x14 PC 0x18 DVI 0x0C Ingangsbron 26 Hoofdstuk 2. Apparaat installeren Nak 0x08 Component 0x20 MagicInfo 0x1F DVI_video 0x30 RF(TV) 0x40 DTV “ERR” : een code die aangeeft welke fout er is opgetreden. 0x21 HDMI1 Schermmodusregeling 0x22 HDMI1_PC Functie 0x23 HDMI2 0x24 HDMI2_PC 0x25 DisplayPort • De schermmodus van een tv/product kan worden gewijzigd via een computer. • De schermmodus kan niet worden geregeld wanneer de functie Videowand is ingeschakeld. • Deze bediening kan alle worden uitgevoerd voor modellen met een tv. Ack 0xAA Opdracht 0xFF ID Datalengte 3 Opdracht 0xAA 0xFF ID Datalengte Ack / Nak r-CMD Val1 3 ‘N’ 0x14 “ERR” Checksum De schermstatus weergeven (Status schermmodus ophalen) DVI_video, HDMI1_PC en HDMI2_PC kunnen niet worden gebruikt met de opdracht Instellen. Deze reageren alleen op de opdrachten met 'Ophalen'. • Dit model ondersteunt geen HDMI1-, HDMI1_PC-, HDMI2- en HDMI2_PC-poorten. • MagicInfo is alleen beschikbaar op modellen met de MagicInfo-functie. • RF(TV) en DTV zijn alleen beschikbaar voor modellen met een tv. Koptekst Koptekst Ack / Nak r-CMD ‘A’ 0x14 Val1 Checksum Koptekst Opdracht 0xAA 0x18 ID Datalengte 0 De grootte van het beeld instellen (Beeldgrootte instellen) Koptekst Opdracht 0xAA 0x18 ID Datalengte Data 1 “Screen Mode” “Screen Mode” : een code waarmee de status van het product wordt ingesteld “Input Source” “Input Source”: de code voor de ingangsbron die moet worden ingesteld voor een product. Checksum 0x01 16 : 9 0x04 Inzoomen 0x31 Breedbeeldzoom 0x0B 4:3 Checksum 27 Hoofdstuk 2. Apparaat installeren Ack Nak Koptekst Opdracht 0xAA 0xFF ID Datalengte Ack / Nak r-CMD Val1 3 ‘A’ 0x18 “Screen Mode” Checksum 0xAA 0xFF ID Datalengte Ack / Nak r-CMD Val1 3 ‘N’ 0x19 “ERR” Checksum PIP aan/uit Nak Functie Koptekst Opdracht 0xAA 0xFF ID Datalengte Ack / Nak r-CMD Val1 3 ‘N’ 0x18 “ERR” Checksum “ERR” : een code die aangeeft welke fout er is opgetreden. Functie • De schermgrootte van een product kan worden gewijzigd via een computer. Opdracht 0xAA 0x19 ID Datalengte Checksum 0 Ack Opdracht 0xFF ID Datalengte 3 De PIP-modus van een product kan worden in- of uitgeschakeld via een computer. Alleen beschikbaar op de modellen die een PIP-functie hebben. De modus kan niet worden bediend als Videowand is ingesteld op Aan. Deze functie is niet beschikbaar in MagicInfo. Ack / Nak r-CMD ‘A’ 0x19 Val1 Koptekst Opdracht 0xAA 0x3C ID Datalengte Checksum 0 PIP aan/uit instellen (PIP IN-/UITSCHAKELEN) De schermgrootte weergeven (Status schermgrootte ophalen) Koptekst • • • • De PIP-status aan/uit weergeven (Status PIP AAN/UIT ophalen) Schermgrootteregeling 0xAA Opdracht “ERR” : een code die aangeeft welke fout er is opgetreden. “Screen Mode” : een code waarmee de status van het product wordt ingesteld Koptekst Koptekst Checksum Koptekst Opdracht 0xAA 0x3C ID Datalengte Data 1 “PIP” Checksum “PIP”: een code die wordt gebruikt om de PIP-modus van een product in of uit te schakelen • 1: PIP AAN • 0: PIP UIT Ack “Screen Size” “Screen Size”: schermformaat van product (bereik: 0 - 255, eenheid: inch) Koptekst Opdracht 0xAA 0xFF ID Datalengte Ack / Nak r-CMD Val1 3 ‘A’ 0x3C “PIP” Checksum “PIP”: een code die wordt gebruikt om de PIP-modus van een product in of uit te schakelen 28 Hoofdstuk 2. Apparaat installeren Regeling modus Videowand Nak Koptekst Opdracht 0xAA 0xFF ID Datalengte Ack / Nak r-CMD Val1 3 ‘N’ 0x3C “ERR” Checksum “ERR” : een code die aangeeft welke fout er is opgetreden. Functie • De modus Videowand kan voor een product worden geactiveerd via een computer. • Deze bediening is alleen beschikbaar voor een product waarvoor de functie Videowand is ingeschakeld. De modus Videowand weergeven (modus Videowand ophalen) Automatische afstellingsregeling (alleen voor pc en BNC) Koptekst Opdracht Functie 0xAA 0x5C • Het scherm van het computersysteem automatisch aanpassen via de computer. De status voor de automatisch afstelling weergeven (status Autom. afstellen ophalen) Koptekst Opdracht De automatische afstelling instellen (Autom. Afstellen instellen) 0xAA 0x5C Opdracht 0xAA 0x3D ID Datalengte Data 1 “Auto Adjustment” Datalengte Checksum 0 De videowand instellen (modus Videowand instellen) • Geen Koptekst ID ID Datalengte Data 1 “Video Wall Mode” Checksum Checksum “Video Wall Mode”: een code waarmee de modus Videowand voor een product wordt geactiveerd • 1: Volledig • 0: Natural “Auto Adjustment”: 0x00 (te allen tijde) Ack Ack Koptekst Opdracht 0xAA 0xFF ID Datalengte Ack / Nak r-CMD Val1 3 ‘A’ 0x3D “Auto Adjustment” Checksum Nak Koptekst Opdracht 0xAA 0xFF ID Datalengte Ack / Nak r-CMD Val1 3 ‘N’ 0x3D “ERR” “ERR” : een code die aangeeft welke fout er is opgetreden. Checksum Koptekst Opdracht 0xAA 0xFF ID Datalengte Ack / Nak r-CMD Val1 3 ‘A’ 0x5C “Video Wall Mode” Checksum “Video Wall Mode”: een code waarmee de modus Videowand voor een product wordt geactiveerd 29 Hoofdstuk 2. Apparaat installeren Nak Nak Koptekst Opdracht 0xAA 0xFF ID Datalengte Ack / Nak r-CMD Val1 3 ‘N’ 0x5C “ERR” Checksum Koptekst Opdracht 0xAA 0xFF ID Datalengte Ack / Nak r-CMD Val1 3 ‘N’ 0x5D “ERR” “ERR” : een code die aangeeft welke fout er is opgetreden. “ERR” : een code die aangeeft welke fout er is opgetreden. Vergrendeling Videowand aan Functie Functie • De pc kan worden gebruikt om de functie Vergrendeling op een product in of uit te schakelen. • Deze functie kan altijd worden ingesteld, ongeacht of het apparaat is in- of uitgeschakeld. • Videowand van product in/uitschakelen vanaf uw computer. De status van de vergrendeling weergeven (status Vergrendeling ophalen) Koptekst Opdracht 0xAA 0x5D ID Datalengte Checksum 0 Opdracht 0xAA 0x5D ID Datalengte Data 1 “Safety Lock” Checksum 0xAA 0xFF ID Datalengte 3 Opdracht 0xAA 0x84 ID Datalengte Checksum 0 Ack / Nak r-CMD ‘A’ 0x5D “Safety Lock”: de in te stellen vergrendelingscode voor een product Koptekst Opdracht 0xAA 0x84 ID Datalengte Data Checksum 1 V.Wall_On Ack Ack Opdracht Koptekst V.Wall_On: Op het product in te stellen videowandcode • 1: Videowand AAN • 0: Videowand UIT “Safety Lock”: de in te stellen vergrendelingscode voor een product • 1: AAN • 0: UIT Koptekst Status aan/uit van videowand ophalen Videowand aan/uit instellen De vergrendeling in- of uitschakelen (Vergrendeling in-/uitschakelen instellen) Koptekst Checksum Val1 “Safety Lock” Koptekst Opdracht 0xAA 0xFF ID Datalengte Ack / Nak r-CMD Val1 3 ‘A’ 0x84 V.Wall_On Checksum V.Wall_On: Zie hierboven Checksum 30 Hoofdstuk 2. Apparaat installeren Nak Koptekst 0xAA 10x10 Videowandmodel Opdracht ID Datalengte 0xFF 3 Ack / Nak r-CMD ‘N’ 0x84 Val1 Checksum 1 Uit “ERR” Functie 0xAA 0x89 ID Datalengte Checksum Koptekst Opdracht 0xAA 0x89 ID Datalengte Val1 Val2 2 Wall_Div Wall_SNo Wall_Div: Videowand-scheidingscode instellen op product Checksum 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 0x00 0x00 0x00 0x00 0x00 0x00 0x00 0x00 0x00 0x00 0x00 0x00 0x00 0x00 0x00 2 0x21 0x22 0x23 0x24 0x25 0x26 3 0x31 0x32 0x33 0x34 0x35 0x36 0x37 0x38 0x39 0x3A 0x3B 0x3C 0x3D 0x3E 0x3F 4 0x41 0x42 0x43 0x44 0x45 0x46 0x47 0x48 0x49 0x4A 0x4B 0x4C 0x4D 0x4E 0x4F 5 0x51 0x52 0x53 0x54 0x55 0x56 0x57 0x58 0x59 0x5A 0x5B 0x5C 0x5D 0x5E 0x5F 6 0x61 0x62 0x63 0x64 0x65 0x66 0x67 0x68 0x69 0x6A 0x6B 0x6C 0x6D 0x6E 0x6F 7 0x71 0x72 8 0x81 0x82 0x83 0x84 0x85 0x86 0x87 0x88 0x89 0x8A 0x8B 0x8C n.v.t. n.v.t. n.v.t. 9 0x91 n.v.t. n.v.t. n.v.t. 10 0xA1 0xA2 0xA3 0xA4 0xA5 0xA6 0xA7 0xA8 0xA9 0xAA n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. 11 0xB1 0xB2 0xB3 0xB4 0xB5 0xB6 0xB7 0xB8 0xB9 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. 12 0xC1 0xC2 0xC3 0xC4 0xC5 0xC6 0xC7 0xC8 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. 13 0xD1 0xD2 0xD3 0xD4 0xD5 0xD6 0xD7 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. 14 0xE1 0xE2 0xE3 0xE4 0xE5 0xE6 0xE7 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. 15 0xF1 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. 0 Videowand instellen 5 0x12 Status Videowand ophalen Opdracht 4 0x11 • De functie Videowand van product in/uitschakelen vanaf uw computer. Koptekst 3 1 “ERR” : een code die aangeeft welke fout er is opgetreden. Gebruikersbediening Videowand 2 0x13 0x73 0x14 0x74 0x15 0x75 0x16 0x76 0x17 0x18 0x19 0x1A 0x1B 0x1C 0x1D 0x1E 0x27 0x28 0x29 0x2A 0x2B 0x2C 0x2D 0x2E 0x2F 0x77 0x78 0x79 0x7A 0x7B 0x7C 0x7D 0x7E 0x92 0x93 0x94 0x95 0x96 0x97 0x98 0x99 0x9A 0x9B n.v.t. 0xF2 0xF3 0xF4 0xF5 0xF6 n.v.t. • Wall_SNo : Aan product toegewezen productnummercode 10x10 Videowandmodel: ( 1 ~ 100) Nummer instellen Data 1 0x01 2 0x02 ... ... 99 0x63 100 0x64 0x1F n.v.t. 31 Hoofdstuk 2. Apparaat installeren Ack Koptekst Opdracht 0xAA 0xFF ID Datalengte Ack / Nak r-CMD Val1 Val2 3 ‘A’ 0x89 Wall_ Div Wall_ SNo Checksum Nak Koptekst Opdracht 0xAA 0xFF ID Datalengte Ack / Nak r-CMD Val1 3 ‘N’ 0x89 “ERR” “ERR” : een code die aangeeft welke fout er is opgetreden. Checksum 32 Hoofdstuk 2. Apparaat installeren Pc-verbinding • Sluit de voedingskabel pas aan wanneer alle andere kabels zijn aangesloten. Sluit eerst een bronapparaat aan voordat u de voedingskabel aansluit. • U kunt op verschillende manieren een computer op het product aansluiten. Selecteer een verbindingsmethode die geschikt is voor uw computer. • De aansluitingen kunnen per product verschillen. Aansluiten met een DVI-kabel (digitaal type) Door een DVI-HDMI-adapter te gebruiken kunt u de DVI-poort op het product gebruiken als HDMI-poort. DVI / PC / MAGICINFO IN HDMI Hoe dit onderdeel er precies uitziet, kan per product verschillen. Aansluiten met een D-SUB-kabel (type analoog) Hoe dit onderdeel er precies uitziet, kan per product verschillen. DVI / PC / MAGICINFO IN AUDIO IN DVI / PC / MAGICINFO IN AUDIO IN 33 Hoofdstuk 2. Apparaat installeren Door een D-SUB-DVI-adapter te gebruiken kunt u de DVI-poort op het product gebruiken als D-SUB-poort. DVI / PC / MAGICINFO IN Aansluiten met een HDMI-DVI-kabel Hoe dit onderdeel er precies uitziet, kan per product verschillen. Nadat u een computer met een HDMI-DVI-kabel hebt aangesloten op het product dient u de instellingen als volgt te configureren om de video en de audio van de computer in te schakelen. • Geluid → HDMI-geluid instellen op PC(DVI) • Beeld → elke schermmodus instellen op Tekst onder Beeldmodus • Systeem → Algemeen → HDMI-hotplug instellen op Uit HDMI1, HDMI2 AUDIO IN 34 Hoofdstuk 2. Apparaat installeren Aansluiten met een HDMI-kabel Hoe dit onderdeel er precies uitziet, kan per product verschillen. HDMI1, HDMI2 Aansluiten met een DP-kabel Hoe dit onderdeel er precies uitziet, kan per product verschillen. DP IN Voorzorgsmaatregelen voor het gebruik van DP • Om de stand-by-energiecapaciteit te verhogen, stopt het product de DP-communicatie wanneer het product wordt uitgeschakeld of in de energiebesparingsmodus wordt gezet. Wanneer het product in de tweemonitormodus wordt uitgeschakeld of wanneer de energiebesparingsmodus wordt geactiveerd, worden wijzigingen in de monitorinstellingen mogelijk niet bijgewerkt. Hierdoor kan de schermweergave onjuist zijn. Zet als dit gebeurt Max. energiebesp. op Uit voor gebruik van het product. • Sommige grafische kaarten die niet compatibel zijn met de DP-standaard, kunnen verhinderen dat het Windows-opstartscherm/BIOS-scherm wordt weergegeven wanneer het product zich in de energiebesparingsmodus bevindt. Schakel in dit geval eerst het product en vervolgens de computer in. • De DisplayPort-aansluiting (DP IN) op het product en de meegeleverde DP-kabel zijn ontworpen volgens de VESA-normen. Gebruik van een DP-kabel die niet aan de VESAnormen voldoet kan een storing van het product veroorzaken. Samsung Electronics is niet aansprakelijk voor problemen die voortvloeien uit het gebruik van een kabel die niet aan de normen voldoet. Gebruik een DP-kabel die aan de VESA-normen voldoet. 35 Hoofdstuk 2. Apparaat installeren AV-verbinding • Sluit de voedingskabel pas aan wanneer alle andere kabels zijn aangesloten. Sluit eerst een bronapparaat aan voordat u de voedingskabel aansluit. • U kunt een videoapparaat op het product aansluiten door gebruik te maken van een kabel. ‒‒ De aansluitingen kunnen per product verschillen. ‒‒ Druk op de afstandsbediening op de toets SOURCE om de bron te wijzigen. Aansluiten met een HDMI-DVI-kabel • De volgende resoluties worden ondersteund: 1080p (50/60 Hz), 720p (50/60 Hz), 480p en 576p. HDMI1, HDMI2 Hoe dit onderdeel er precies uitziet, kan per product verschillen. AUDIO IN DVI / PC / MAGICINFO IN HDMI • Er wordt geen geluid weergegeven als er een videoapparaat op het product wordt aangesloten middels een HDMI-DVI-kabel. Om dit probleem op te lossen, kunt u een audiokabel op de audiopoorten op het product en het videoapparaat aansluiten. • Nadat u een videoapparaat met een HDMI-DVI-kabel hebt aangesloten op het product, dient u de instellingen als volgt te configureren om de video en de audio van het videoapparaat in te schakelen. ‒‒ Geluid → HDMI-geluid instellen op AV(HDMI) ‒‒ Beeld → elke schermmodus instellen op Video/beeld onder Beeldmodus ‒‒ Systeem → Algemeen → HDMI-hotplug instellen op Aan 36 Hoofdstuk 2. Apparaat installeren Aansluiten met een HDMI-kabel (tot 1080p) Hoe dit onderdeel er precies uitziet, kan per product verschillen. • Gebruik een HDMI-kabel om een digitaal apparaat aan te sluiten en een betere beeld- en audiokwaliteit te krijgen. • Een HDMI-kabel ondersteunt digitale video- en audiosignalen en er is geen audiokabel vereist. ‒‒ Gebruik een HDMI-DVI-kabel en audiokabel om het product op een digitaal apparaat aan te sluiten dat geen HDMI-uitvoer ondersteunt. • Het beeld wordt mogelijk niet normaal weergegeven (of helemaal niet) of de audio werkt mogelijk niet als een extern apparaat, dat een oudere versie van HDMI-modus gebruikt, op het product is aangesloten. Vraag de fabrikant van het externe apparaat om informatie over de HDMI-versie en vraag, wanneer deze is verouderd, om een upgrade als zich een dergelijk probleem voordoet. • Zorg dat u een HDMI-kabel met een dikte van 14 mm of minder gebruikt. • Zorg dat u een gecertificeerde HDMI-kabel koopt. Anders wordt het beeld mogelijk niet weergegeven of doet zich een verbindingsstoring voor. • Een HDMI-basiskabel met hoge snelheid of een kabel met ethernet wordt aanbevolen. Dit product ondersteunt niet de ethernetfunctie via HDMI. HDMI1, HDMI2 Aansluiten op een audiosysteem • Hoe dit onderdeel er precies uitziet, kan per product verschillen. • De aansluitingen kunnen per product verschillen. AUDIO OUT 37 Hoofdstuk 2. Apparaat installeren LAN-verbinding • Hoe dit onderdeel er precies uitziet, kan per product verschillen. • De aansluitingen kunnen per product verschillen. Gebruik voor de verbinding een kabel van het type Cat7 (STP*). • *Shielded Twisted Pair. Bewerk SOURCE → Bron → → Bewerk → De naam en het type apparaat van een aangesloten extern apparaat. • De lijst kan de volgende bronapparaten bevatten. Welke apparaten bij Bron worden vermeld, hangt af van de geselecteerde bron. HDMI1 / HDMI2 / DisplayPort / DVI / Kabeldecoder / Gameconsole / PC / Blu-ray-speler • U kunt de volgende bronnen niet bewerken. MagicInfo S / URL starten / Webbrowser / Screen Mirroring / MagicInfo / PC Informatie INFO RJ45 U kunt gedetailleerde informatie over het geselecteerde externe apparaat zien. Bron selecteren Bron SOURCE → Bron Met Bron kunt u verschillende bronnen selecteren en de naam van de bronapparaten wijzigen. U kunt het scherm van een bronapparaat weergeven dat op het product is aangesloten. Selecteer een bron in de bronlijst om het scherm van de geselecteerde bron weer te geven. • Door de knop SOURCE op de afstandsbediening te gebruiken, kan ook de invoerbron worden gewijzigd. • Het scherm wordt mogelijk niet goed weergegeven als er een onjuiste bron is geselecteerd voor het bronapparaat waarnaar u wilt converteren. 38 Hoofdstuk 3. Pc-software (Multiple Display Control) Pc-software (Multiple Display Control) MDC (Multiple Display Control) is een toepassing waarmee u eenvoudig meerdere weergaveapparaten tegelijk kunt besturen via een computer. Raadpleeg Help na installatie van het MDC-programma, als u meer informatie wilt over het gebruik van het programma. Het MDC-programma is beschikbaar op de website. 10Nadat het programma is geïnstalleerd, wordt het snelkoppelingspictogram MDC Unified op het bureaublad gemaakt. ‒‒ Het is mogelijk dat het uitvoerpictogram MDC niet wordt weergegeven, afhankelijk van het computersysteem of de productspecificaties. ‒‒ Druk op F5 als het uitvoerpictogram niet wordt weergegeven. Installatie/verwijderen Verwijderen Installatie 1 2 3 4 • De installatie van MDC kan worden beïnvloed door de grafische kaart, het moederbord en de netwerkomstandigheden. 1 Klik op het installatieprogramma voor MDC Unified. 2 Selecteer een taal voor de installatie. Klik vervolgens op ‘OK’. 3 Wanneer het scherm ‘Welcome to the InstallShield Wizard for MDC_Unified’ wordt weergegeven, klik dan op ‘Next’. 4 Selecteer in het venster ‘License Agreement’ dat wordt weergegeven de optie 'I accept the terms in the license agreement' en klik op ‘Next’. 5 Vul in het venster ‘Customer Information’ alle informatievelden in en klik op ‘Next’. 6 Selecteer in het venster ‘Destination Folder’ het directorypad voor de installatielocatie en klik op ‘Next’. ‒‒ Als geen directorypad wordt opgegeven, wordt het programma geïnstalleerd op de standaard locatie. 7 Controleer in het venster ‘Ready to Install the Program’ het directorypad voor de installatielocatie en klik op ‘Install’. 8 De voortgang van de installatie wordt weergegeven. 9 Klik op ‘Finish’ in het venster ‘InstallShield Wizard Complete’ dat wordt weergegeven. ‒‒ Selecteer ‘Launch MDC Unified’ en klik op ‘Finish’ om het MDC-programma meteen uit te voeren. Ga naar Configuratiescherm. Klik onder Programma's op Een programma verwijderen. Selecteer MDC Unified in de lijst. Klik op Verwijderen/wijzigen. Het pad en de naam van het menu kunnen afhankelijk van het besturingssysteem afwijken. 39 Hoofdstuk 3. Pc-software (Multiple Display Control) Aansluiting De Ethernet-kabel gebruiken Geef het IP-adres van het primaire weergaveapparaat op en sluit het apparaat aan op de computer. Weergaveapparaten kunnen met een LAN-kabel op elkaar worden aangesloten. De RS232C-kabel gebruiken Verbinding met een gewone LAN-kabel Hoe dit onderdeel er precies uitziet, kan per product verschillen. Een seriële RS232C-kabel moet worden aangesloten op de seriële poorten op de computer en het beeldscherm. Hoe dit onderdeel er precies uitziet, kan per product verschillen. Met de RJ45-poort op het product en de LAN-poorten op de HUB kunnen meerdere producten worden aangesloten. RS232C IN Monitor 1 RS232C IN RS232C OUT RS232C OUT Computer RS232C IN RJ45 Monitor 2 HUB Monitor 1 Computer Monitor 2 40 Hoofdstuk 3. Pc-software (Multiple Display Control) Verbinding met een crossover-LAN-kabel Hoe dit onderdeel er precies uitziet, kan per product verschillen. Met de RS232C IN / OUT-poort op het product kunnen meerdere producten worden aangesloten. RS232C IN Monitor 1 RS232C OUT RJ45 RS232C OUT RS232C IN Monitor 2 Computer 41 Hoofdstuk 4. Beginscherm Beginscherm Nr. Omschrijving 2 U kunt inhoud, sjablonen en schema's afspelen die op de server zijn geconfigureerd. • In het scherm van Speler kunt u zien of de server is aangesloten (goedkeuring). Druk op INFO op de afstandsbediening als u wilt zien of de server is verbonden terwijl er een Netwerkkanaal actief is. 1 Selecteer Netwerkkanaal uit het scherm van Speler. Het bericht Geen kanaal wordt weergegeven als er geen kanaal is geregistreerd in Netwerkkanaal. 2 Netwerkkanaal wordt gestart. 3 Inhoud afspelen die is opgeslagen op de server. 4 Een sjabloon afspelen dat in het interne geheugen is opgeslagen. 5 Selecteer een type inhoud als criterium voor het zoeken naar de gewenste lijst met inhoud. 6 Verschillende opties voor Speler instellen. Speler HOME → Speler → U kunt allerlei soorten inhoud afspelen, zoals kanalen met toegewezen roosters, sjablonen of bestanden. • Als u de functie Speler wilt gebruiken, stelt u Afspelen via in op MagicInfo in Systeem. • De weergegeven afbeelding kan per model verschillen. Speler Intern geheugen Gebruikt 199.33 MB 1 Filteren op: Alles 5 Geen kanaal. 2 6 Beschikbaar 4,26 GB(95%) Opties Netwerkkanaal Inhoud bekijken 3 Netwerkbestand 4 Mijn sjablonen Nr. Omschrijving 1 Maak een keuze uit intern of extern geheugen. 1 Selecteer ofwel intern of extern geheugen. De bestanden die zijn opgeslagen in het geselecteerde geheugen, worden weergegeven. 2 Selecteer het gewenste bestand. De inhoud wordt op het scherm weergegeven. (Zie voor meer informatie over compatibele bestandsindelingen het gedeelte “Bestandsindelingen die compatibel zijn met Speler”.) 42 Hoofdstuk 4. Beginscherm Wanneer er inhoud wordt uitgevoerd Menu Omschrijving Knoppen op de afstandsbediening Achtergr.muz U kunt knoppen op uw afstandsbediening gebruiken om inhoud af te spelen, het afspelen te onderbreken en te schakelen tussen items op de afspeellijst. De achtergrondmuziek instellen die moet worden afgespeeld als de inhoud wordt afgespeeld. Resetten De achtergrondmuziek resetten. Knop Functie Pauze Het afspelen van de achtergrondmuziek onderbreken. TOOLS Opent de menubalk. Vorige De vorige achtergrondmuziek in de lijst afspelen. INFO Geeft de informatie over de inhoud weer. Volgende De volgende achtergrondmuziek in de lijst afspelen. Gaat naar het volgende bestand of de volgende pagina. Gaat naar het vorige bestand of de volgende pagina. / / Speelt diavoorstelling of video af of onderbreekt het afspelen. Stopt het afspelen van inhoud en gaat naar het scherm Speler. Spoelt de video-inhoud terug. Spoelt de video-inhoud vooruit. Beschikbaar menu Druk tijdens het afspelen van inhoud op de knop instellingen te configureren. TOOLS op de afstandsbediening om Resetten, Pauze, Vorige en Volgende worden alleen weergegeven wanneer de achtergrondmuziek is ingesteld. Bestandsindelingen die compatibel zijn met Speler • Ondersteunde bestandssystemen zijn onder andere FAT32 en NTFS. • Een bestand met een verticale en horizontale resolutie die hoger is dan de maximumresolutie, kan niet worden afgespeeld. • Controleer de verticale en horizontale resolutie van het bestand. • Controleer de ondersteunde video- en audiocodecs en de versie daarvan. • Controleer de ondersteunde bestandsversie. ‒‒ PowerPoint versie 97 – 2007 wordt ondersteund • Alleen het laatst aangesloten USB-apparaat wordt herkend. Menu Omschrijving Netwerkschema voor meerdere frames Afspeellijst Een lijst weergeven met de inhoud die op dit moment wordt afgespeeld. Afspeelbeperkingen Beeldmodus Hiermee past u de scherminstellingen aan voor de inhoud die op dit moment wordt afgespeeld. Geluidmodus Hiermee past u de audio-instellingen aan voor de inhoud die op dit moment wordt afgespeeld. Herhalen Herhaalmodus instellen. • U kunt maximaal twee videobestanden (Video) tegelijkertijd afspelen. • In de staande afspeelmodus kunt u slechts één video tegelijk afspelen. • Voor Offic-bestanden (PPT- en Word-bestanden) en PDF-bestanden geldt dat er maar één bestandstype tegelijk wordt ondersteund. • LFD-bestanden(.lfd) worden niet ondersteund. Hoofdstuk 4. Beginscherm Beperkingen in de geluidsuitvoer • U kunt niet meer dan één geluidsuitvoer gebruiken. • Afspeelprioriteit: achtergrondmuziek netwerk > achtergrondmuziek lokaal > videobestand in hoofdscherm geselecteerd door gebruiker ‒‒ Netwerk-BGM: achtergrondmuziek netwerk: instellingen kunnen in stap 1 worden geconfigureerd bij het maken van een serverschema. ‒‒ Lokale BGM: achtergrondmuziek lokaal: instellingen voor de achtergrondmuziek kunnen worden geconfigureerd met de functies die worden weergegeven nadat u op de knop TOOLS hebt gedrukt tijdens het afspelen met Speler. ‒‒ Door gebruiker geselecteerde mainframe: Mainframe-instellingen kunnen in stap 2 worden geconfigureerd bij het maken van een serverschema. Sjabloonbestanden en LFD-bestanden (.lfd) Beperkingen • Zorg ervoor dat Intern geheugen of USB-geheugen een gedistribueerde map (inhoud/ schema's) bevat. Afspeelbeperkingen • U kunt maximaal twee videobestanden (Video) afspelen. • Voor Offic-bestanden (PPT- en Word-bestanden) en PDF-bestanden geldt dat er maar één bestandstype tegelijk wordt ondersteund. • Het is niet mogelijk om meerdere video's (Video) tegelijk af te spelen op één scherm van een videowand Beperkingen in de geluidsuitvoer • U kunt niet meer dan één geluidsuitvoer gebruiken. • Afspeelprioriteit: achtergrondmuziek netwerk > achtergrondmuziek lokaal > videobestand in hoofdscherm geselecteerd door gebruiker 43 44 Hoofdstuk 4. Beginscherm Inhoud Bestandsextensie Container Videocodec Resolutie Framesnelheid (fps) Bitsnelheid (Mbps) Audiocodec *.avi *.mkv *.asf *.wmv *.mp4 *.mov *.3gp *.vro *.mpg *.mpeg *.ts *.tp *.trp *.mov *.flv *.vob *.svi *.m2ts *.mts *.divx AVI H.264 BP/MP/HP 4096x2160 4096X2160: 24 40 AC3 MKV ASF 3840X2160: 30 LPCM 60 MP4 HEVC (H.265 - Main, Main10, Main4:2:2 10) 3GP Motion JPEG 30 80 60 20 MOV FLV VRO VOB PS TS SVAF MVC 80 ADPCM(IMA, MS) AAC 1920x1080 DivX 3.11 / DivX 4 / DivX 5 / DivX 6 HE-AAC WMA DD+ MPEG(MP3) DTS (Core , LBR) MPEG4 SP/ASP G.711(A-Law, μ-Law) Window Media Video v9 (VC1) MPEG2 MPEG1 Microsoft MPEG-4 v1, v2, v3 30 20 Window Media Video v7(WMV1), v8(WMV2) H 263 Sorrenson VP6 *.webm WebM VP8 1920x1080 90 20 VP9 4096x2160 4096X2160: 24 20 Vorbis 3840X2160: 30 *.rmvb RMVB RV8/9/10 (RV30/40) 1920x1080 60 20 RealAudio 6 45 Hoofdstuk 4. Beginscherm Video Audio • 3D-video wordt niet ondersteund. • Inhoud met een resolutie die hoger is dan de resolutie die in de bovenstaande tabel is opgegeven, wordt niet ondersteund. • Video-inhoud met een bit- of framesnelheid die hoger is dan de snelheid die in de bovenstaande tabel is opgegeven, kan een schokkerige videoweergave opleveren. • Video-inhoud wordt niet afgespeeld, of niet juist afgespeeld, in het geval van een fout in de inhoud of de container. • Sommige USB-apparaten/digitale camera's zijn mogelijk niet compatibel met de speler. • Ondersteunt tot H.264, niveau 4.1 • H.264 FMO / ASO / RS, VC1 SP / MP / AP L4 en AVCHD worden niet ondersteund. • Voor alle videocodecs behalve MVC, VP8, VP6: ‒‒ onder 1280 x 720: max. 60 frames ‒‒ boven 1280 x 720: max. 30 frames • GMC 2 of hoger wordt niet ondersteund. • Ondersteunt alleen BD MVC-specificaties. • Er kan maar een videobestand tegelijk worden afgespeeld als voor de videobestanden op de • Audio-inhoud met een bit- of framesnelheid die hoger is dan de snelheid die in de bovenstaande tabel is opgegeven, kan een schokkerige audioweergave opleveren. • Audio-inhoud wordt niet afgespeeld, of niet juist afgespeeld, in het geval van een fout in de inhoud of de container. • Sommige USB-apparaten/digitale camera's zijn mogelijk niet compatibel met de speler. • Ondersteunt maximaal WMA 10 Pro 5.1-kanaals. WMA-audio zonder kwaliteitsverlies wordt niet ondersteund. • QCELP, AMR NB/WB niet ondersteund. monitor een incompatibele codec wordt gebruikt of als de resolutie 1080 x 1920 is. • Bij het afspelen van een videobestand wordt de naadloze modus niet ondersteund in de volgende omstandigheden: ‒‒ Incompatibele codec (MVC, VP3, MJPEG) Incompatibele codec ‒‒ Incompatibele codec Compatibele codec ‒‒ De resolutie is anders dan die van de monitor ‒‒ De frequentie is anders dan die van de monitor Afbeelding • Compatibele bestandsindeling voor afbeeldingen: JPEG, PNG, BMP ‒‒ 32-, 24- en 8-bits BMP-bestanden worden ondersteund. • Ondersteunde maximumresolutie: 4096 x 4096 • Ondersteunde maximumbestandsgroote: 20 MB • Ondersteunde afbeeldingseffecten: 9 effecten (Vervaag1, Vervaag2, Blind, Spiraal, Ruitjes, Lineair, Trap, Vegen, Willekeurig) PowerPoint • Compatibele bestandsindelingen voor documenten ‒‒ Extensie: ppt, pptx ‒‒ Versie: Office 97 ~ Office 2007 46 Hoofdstuk 4. Beginscherm • Niet-ondersteunde functies ‒‒ Animatie-effect ‒‒ 3D-vormen (worden weergegeven in 2D) ‒‒ Kop- en voetteksten (sommige subitems worden niet ondersteund) ‒‒ Word Art ‒‒ Uitlijnen ∙∙ Er kan een groepuitlijningsfout optreden ‒‒ Office 2007 ∙∙ SmartArt wordt niet volledig ondersteund. 97 van de 115 subitems worden ondersteund. ‒‒ Object invoegen ‒‒ Tekens over de halve breedte ‒‒ Letterafstand ‒‒ Grafieken ‒‒ Verticale tekst ∙∙ Sommige subitems worden niet ondersteund ‒‒ Dianotities en hand-outs PDF • Compatibele bestandsindelingen voor documenten ‒‒ Extensie: pdf • Niet-ondersteunde functies ‒‒ Inhoud met minder dan 1 pixel wordt niet ondersteund vanwege verminderde prestaties. ‒‒ Gemaskeerde beelden en beeldinhoud in tegelpatroon worden niet ondersteund. ‒‒ Inhoud met gedraaide tekst wordt niet ondersteund. ‒‒ 3D-schaduweffecten worden niet ondersteund. ‒‒ Sommige tekens worden niet ondersteund (speciale tekens zijn mogelijk beschadigd) WORD • Compatibele bestandsindelingen voor documenten ‒‒ Extensie: .doc, .docx ‒‒ Versie: Office 97 ~ Office 2007 • Niet-ondersteunde functies ‒‒ Pagina-achtergrondeffect ‒‒ Sommige alineastijlen ‒‒ Word Art ‒‒ Uitlijnen ∙∙ Er kan een groepuitlijningsfout optreden ‒‒ 3D-vormen (worden weergegeven in 2D) ‒‒ Office 2007 ∙∙ SmartArt wordt niet volledig ondersteund. 97 van de 115 subitems worden ondersteund. ‒‒ Grafieken ‒‒ Tekens over de halve breedte ‒‒ Letterafstand ‒‒ Verticale tekst ∙∙ Sommige subitems worden niet ondersteund ‒‒ Dianotities en hand-outs Sjabloonbestanden • Maken/bewerken/afspelen alleen beschikbaar in Sjabloon. LFD • Ondersteund in Netwerkkanaal en Lokaal kanaal • Compatibele bestandsindelingen voor documenten ‒‒ Extensie: .lfd 47 Hoofdstuk 4. Beginscherm Programmeren HOME URL starten → Programmeren → HOME U kunt het afspeelschema van de inhoud op de server, geïmporteerd van een externe opslagunit of op een mobiel apparaat controleren. Programmeren Verbonden 1 Netwerk Zo Di Wo Do Vrij Za Voor meer informatie over het gebruik van de functie URL starten starten neemt u contact op met de leverancier bij wie u het product hebt aangeschaft. URL-startinstellingen 2 HOME Informatie 3 Hele dag Hele dag Hele dag Hele dag Hele dag Locatie: Intern geheugen Datum: 06-07-2016 ~ 12-31-2999 Herhalen: Dagelijkse Tijd: Hele dag AM Nr. Omschrijving 1 Maak een keuze uit server of extern geheugen. 2 Geef weekschema van afspelen van inhoud weer. Selecteer om gedetailleerde informatie over elk evenement weer te geven. 3 De weergegeven afbeelding kan per model verschillen. • Als u de functie URL starten wilt gebruiken, stelt u Afspelen via in op URL starten in Systeem. Ma AM PM → URL starten → Bekijk een miniatuurweergave en korte informatie over de inhoud. → URL-startinstellingen → Met URL-startinstellingen kunt u webapps installeren/verwijderen, Instelling voor time-out configureren en Ontwikkelaarsmodus instellen. • • • • Webapp installeren: installeer de webtoepassing door een adres in te voeren. Installeren vanaf USB-apparaat: installeer de webtoepassing vanaf een USB-opslagapparaat. Verwijder: verwijder de geïnstalleerde webtoepassing. Instelling voor time-out: selecteer de time-outperiode voor het maken van verbinding met de URL. • Ontwikkelaarsmodus: selecteer de ontwikkelaarsmodus. Product klonen HOME → Product klonen → U kunt de instellingen van het product exporteren naar een extern opslagapparaat. Ook kunt u instellingen importeren van een extern opslagapparaat. Deze optie is handig wanneer u dezelfde instellingen wilt gebruiken voor meerdere producten. Wanneer geen bestand met een duplicaat wordt gevonden op het externe opslagapparaat 1 Sluit het externe opslagapparaat aan en start vervolgens de functie Product klonen klonen. 48 Hoofdstuk 4. Beginscherm 2 Het bericht Geen kloonbestand gevonden op het externe opslagapparaat. De instellingen van dit apparaat exporteren naar het externe opslagapparaat? wordt weergegeven. 3 Selecteer Exporteren om de instellingen te exporteren. Wanneer een bestand met een duplicaat wordt gevonden op het externe opslagapparaat 1 Sluit het externe opslagapparaat aan en start vervolgens de functie Product klonen klonen. 2 Het bericht Cloningbestand gevonden. Selecteer een optie. wordt weergegeven. 3 Selecteer Kopiëren vanaf extern opslagapparaat of Kopiëren naar extern opslagapparaat. ‒‒ Kopiëren vanaf extern opslagapparaat: hiermee kopieert u de instellingen die op het externe opslagapparaat zijn opgeslagen naar het product. ‒‒ Kopiëren naar extern opslagapparaat: U kunt de instellingen van het product kopiëren naar een extern opslagapparaat. Na afloop van de configuratie wordt het product automatisch uit- en weer ingeschakeld. ID-instellingen HOME → ID-instellingen → Wijs een id aan een set toe. Apparaat-id Geef de id op van het apparaat dat via een invoerkabel is aangesloten op het product voor de ontvangst van een ingangssignaal. (Bereik: 0~224) • Druk op ▲/▼ om een getal te selecteren en druk op . • Gebruik de cijfertoetsen op afstandsbediening om het gewenste nummer op te geven dat u wilt gebruiken. Apparaat ID autom. inst. Deze functie wijst automatisch een id toe aan een apparaat dat via een RS232C-kabel is aangesloten. Wanneer meerdere apparaten zijn aangesloten, schakelt u de functie in op het eerste of op het laatste apparaat. PC Verbindingskabel Selecteer een methode om op MDC aan te sluiten om het MDC-signaal te ontvangen. • RS232C-kabel Communiceer via de RS232C-stereokabel met MDC. • RJ-45 (LAN)/Wi-Fi-netwerk Communiceer via de RJ45-kabel of het Wi-Fi-netwerk met MDC. 49 Hoofdstuk 4. Beginscherm Videowand HOME → Videowand → Wijs een id aan een set toe. U kunt de lay-out van meerdere aangesloten weergaveapparaten aanpassen om een videowand te vormen. Daarnaast kunt u een deel van het beeld of het volledige beeld op de weergaveapparaten weergeven. Als u meerdere beelden wilt weergeven, raadpleegt u de MDC Help of de gebruikershandleiding bij MagicInfo. Bepaalde apparaten ondersteunen de functie MagicInfo niet. Videowand U kunt Videowand activeren of uitschakelen. Als u een videowand wilt weergeven, selecteert u Aan. Horizontaal x Verticaal Deze functie deelt een videowand automatisch op volgens de daarvoor geconfigureerde matrix. Geef de matrix voor de videowand op. De videowand wordt opgedeeld op basis van de geconfigureerde matrix. Het aantal verticale en horizontale weergaveapparaten kan worden ingesteld tussen 1 en 15. Een videowand kan uit maximaal 16 schermen bestaan. De optie Horizontaal x Verticaal kan alleen worden gebruikt wanneer Videowand is ingesteld op Aan. Schermpositie Als u de verdeling wilt aanpassen, past u het nummer van elk product in de matrix aan met de functie Schermpositie. Wanneer u Schermpositie selecteert, wordt de matrix van de videowand weergegeven met het nummer dat de producten in de videowand hebben gekregen. Als u de producten anders wilt indelen, gebruikt u de richtingsknoppen op de afstandsbediening om een product te verplaatsen naar een ander nummer. Druk op de knop . • Alle weergaven: wijs een schermpositie toe aan alle schermen. U hoeft dan geen videowand in te stellen voor afzonderlijke schermen. • Huidige weergaven: wijs alleen voor dit eerste scherm een schermpositie toe. Schermpositie maakt het mogelijk om het scherm op te delen in maximaal 16 kleinere schermen (15x15). Wanneer producten worden aangesloten via DP Loopout, bedraagt het maximum aantal schermen waarin kan worden opgedeeld ook 16. • De optie Schermpositie kan alleen worden gebruikt wanneer Videowand is ingesteld op Aan. • Als u deze functie wilt gebruiken, moet Horizontaal x Verticaal zijn geconfigureerd. Formaat Selecteer hoe het beeld wordt weergegeven op de videowand. • Volledig: hiermee wordt het beeld schermvullend weergegeven zonder marge. • Natural: hiermee wordt het beeld weergegeven in de oorspronkelijke beeldverhouding zonder vergroting of verkleining. De optie Formaat kan alleen worden gebruikt wanneer Videowand is ingesteld op Aan. Netwerkstatus HOME → Netwerkstatus → Controleer de huidige netwerk- en internetverbinding. 50 Hoofdstuk 4. Beginscherm Beeldmodus HOME → Beeldmodus → Selecteer een beeldmodus (Beeldmodus) die geschikt is voor de omgeving waar het product wordt gebruikt. De modus Video/beeld verbetert de beeldkwaliteit van het videoapparaat. De modus Tekst verbetert de beeldkwaliteit van de computer. • Winkelen en winkelcentra Geschikt voor winkelcentra. ‒‒ Selecteer Video/beeld of Tekst, afhankelijk van de beeldmodus. • Kantoor en school Geschikt voor kantoren en scholen. ‒‒ Selecteer Video/beeld of Tekst, afhankelijk van de beeldmodus. • Station Geschikt voor bus- en treinstations. ‒‒ Selecteer Video/beeld of Tekst, afhankelijk van de beeldmodus. • Videowand Geschikt voor omgevingen waar een videowand wordt gebruikt. ‒‒ Selecteer Video/beeld of Tekst, afhankelijk van de beeldmodus. • Gekalibreerd In deze modus worden de instellingen voor helderheid, kleur en gamma toegepast die met het kleurkalibratieprogramma Samsung Color Expert zijn gewijzigd. ‒‒ Als u de modus Gekalibreerd goed wilt gebruiken, moet u de instellingen voor de beeldkwaliteit, zoals helderheid, kleur en gamma, goed configureren met het kleurkalibratieprogramma Samsung Color Expert. ‒‒ U kunt het programma Samsung Color Expert downloaden van www.samsung.com/ displaysolutions. Aan-uittimer HOME → Aan-uittimer → U moet Klok instellen voordat u deze functie kunt gebruiken. Aan/uit-timer Stel Aan/uit-timer in zodat uw product automatisch op een tijdstip en dag van uw keuze wordt ingeschakeld. De voeding wordt ingeschakeld en het opgegeven volume of de opgegeven invoerbron wordt gebruikt. Stel de aan/uit-timer in door een van de zeven opties te selecteren. Stel de huidige tijd eerst in. (Timer aan 1 ~ Timer aan 7) • Installeren: Selecteer Uit, Eenmaal, Dagel., Ma~Vr, Ma~Za, Za~Zo of Handm.. Als u Handm. selecteert, kunt u de dagen kiezen waarop u de Aan/uit-timer uw product wilt laten inschakelen. ‒‒ Het vinkje geeft de dagen aan die u hebt geselecteerd. • Tijd: stel de uren en minuten in. Gebruik de cijfertoetsen of knoppen ▲/▼ om cijfers in te voeren. Gebruik de knoppen ◀/▶ om invoervelden te wijzigen. • Volume: stel het gewenste volumeniveau in. Gebruik de pijltoetsen omhoog/omlaag om het volumeniveau te wijzigen. • Bron: selecteer de invoerbron van uw keuze. • Inhoud: Selecteer specifieke inhoud binnen het interne of externe geheugen. Inhoud is alleen beschikbaar wanneer de bron is ingesteld op Intern/USB. 51 Hoofdstuk 4. Beginscherm • Als op het USB-apparaat geen muziekbestanden staan of als u geen map selecteert die een muziekbestand bevat, werkt de timerfunctie mogelijk niet juist. • Als er maar één fotobestand op de USB staat, werkt Diavoorstelling niet. • Als een mapnaam te lang is, kan de map niet worden geselecteerd. Er worden maximaal 255 tekens herkend. • Wij raden u aan een USB-geheugenstick en een meervoudige kaartlezer te gebruiken als u Aan/uit-timer gebruikt. • De functie Aan/uit-timer werkt mogelijk niet met USB-apparaten met ingebouwde batterij, MP3-spelers of PMP's die door bepaalde fabrikanten zijn gemaakt, omdat het product te lange tijd nodig heeft om deze apparaten te kunnen herkennen. Timer uit Stel timer uit (Timer uit) in door een van de zeven opties te selecteren. (Timer uit 1 ~ Timer uit 7) • Installeren: Selecteer Uit, Eenmaal, Dagel., Ma~Vr, Ma~Za, Za~Zo of Handm.. Als u Handm. selecteert, kunt u de dagen kiezen waarop u de Timer uit uw product wilt laten uitschakelen. ‒‒ Het vinkje geeft de dagen aan die u hebt geselecteerd. • Tijd: stel de uren en minuten in. Gebruik de cijfertoetsen of knoppen ▲/▼ om cijfers in te voeren. Gebruik de knoppen ◀/▶ om invoervelden te wijzigen. Vakantiebeheer De timer wordt uitgeschakeld gedurende een periode die wordt aangemerkt als vakantie. • Vakantie toevoegen: hier kunt u de periode opgeven die u wilt toevoegen als vakantie. Selecteer de begin- en einddata van de vakantie die u wilt toevoegen met gebruik van de knoppen ▲/▼ en klik op de knop Opslaan. De periode wordt toegevoegd aan de lijst met vakanties. ‒‒ Start: stel de begindatum van de vakantie in. ‒‒ Einde: stel de einddatum van de vakantie in. ‒‒ Verwijderen: geselecteerde items uit de lijst met vakanties verwijderen. ‒‒ Bewerk: selecteer een vakantie-item en wijzig dan de datum. • Stel toegepaste timer in: stel Aan/uit-timer en Timer uit zodanig in dat deze functies niet worden geactiveerd op feestdagen. ‒‒ Druk op om de instellingen van Aan/uit-timer en Timer uit te selecteren die u niet wilt activeren. ‒‒ De geselecteerde functies Aan/uit-timer en Timer uit worden niet geactiveerd. Beeldkrant HOME → Beeldkrant → U kunt tekst invoeren en die laten weergeven op het scherm tijdens het bekijken van video's of foto's. • • • • • • • Uit / Aan Bericht: hiermee voert u de tekst in die moet worden weergegeven op het scherm. Tijd: stel de Starttijd en Eindtijd in om een Bericht weer te geven. Opties voor lettertype: stel de lettertypeopties in voor het bericht. Positie: selecteer een richting voor de weergave van een Bericht. Bladeren: Geef de Richting en Snelheid op voor bladeren in het bericht. Preview: Bekijk de geconfigureerde bijschriftinstellingen. 52 Hoofdstuk 4. Beginscherm Een aangesloten apparaat goedkeuren op de server Stel eerst Servernetwerkinstellingen in voordat u het apparaat goedkeurt. 4 Selecteer Unapproved in de submenu's. 5 Selecteer het apparaat in de lijst en klik op de knop Approve. 1 Ga naar de server die u aan het apparaat hebt toegewezen. 2 Meld u aan met uw ID en wachtwoord. 3 Selecteer Device in de menubalk aan de zijkant. 6 Voer de gegevens in die nodig zijn om het apparaat goed te keuren. ‒‒ Device Name: geef apparaatnaam op. ‒‒ Device Group: Selecteer om de groep op te geven. ‒‒ Location: geef de huidige locatie van het apparaat op. ‒‒ Expired: stel de verloopdatum voor goedkeuring van het apparaat in. Als u de verloopdatum niet wilt instellen, selecteert u Never expired. ‒‒ Wanneer u op de knop INFO op de afstandsbediening drukt wanneer er een netwerkschema actief is, worden de details van dat schema weergegeven. Controleer aan de hand van de apparaat-id (in de details) of het juiste apparaat is geselecteerd. 53 Hoofdstuk 4. Beginscherm De huidige tijd instellen Een schema wordt mogelijk niet uitgevoerd als het apparaat en de server elk een andere tijd hebben. 7 Selecteer het menu All om te controleren of het apparaat is geregistreerd. 8 Wanneer het apparaat is goedgekeurd door de server, wordt het schema dat in de geselecteerde groep is geregistreerd, gedownload naar het apparaat. Het schema wordt toegepast nadat het is gedownload. • Raadpleeg de gebruikershandleiding van de MagicInfo-server voor meer informatie over het configureren van een schema. • Als een apparaat wordt verwijderd uit de lijst met apparaten die zijn goedgekeurd door de server, wordt het apparaat opnieuw gestart om de instellingen te resetten. 1 2 3 4 Selecteer Device in de menubalk aan de zijkant. Selecteer uw apparaat. Selecteer Edit Setup. Selecteer Time Zone. ‒‒ Wanneer er voor het eerst verbinding wordt gemaakt met de server, wordt de tijd op het product ingesteld met de GMT-tijd van de regio waarin de server is geïnstalleerd. ‒‒ De tijd op het product kan worden gewijzigd vanaf de server. ‒‒ Wanneer u het product uit- en inschakelt wordt de tijdsinstelling op het product teruggezet naar de laatste tijdsinstelling die was uitgevoerd vanuit de server. • Raadpleeg de gebruikershandleiding van de MagicInfo-server voor meer informatie over het omgaan met de tijd (schema's, vakanties enzovoort). 54 Hoofdstuk 5. Menu Menu Schermaanpassing Beeld ▼ 2e 3e Omschrijving Beeldmodus Winkelen en winkelcentra / Kantoor en school / Station / Videowand / Gekalibreerd Selecteer een beeldmodus (Beeldmodus) die geschikt is voor de omgeving waar het product wordt gebruikt. De modus Video/beeld verbetert de beeldkwaliteit van het videoapparaat. De modus Tekst verbetert de beeldkwaliteit van de computer. • Gekalibreerd In deze modus worden de instellingen voor helderheid, kleur en gamma toegepast die met het kleurkalibratieprogramma Samsung Color Expert zijn gewijzigd. ‒‒ Als u de modus Gekalibreerd goed wilt gebruiken, moet u de instellingen voor de beeldkwaliteit, zoals helderheid, kleur en gamma, goed configureren met het kleurkalibratieprogramma Samsung Color Expert. ‒‒ U kunt het programma Samsung Color Expert downloaden van www.samsung.com/displaysolutions. Achtergrondverlichting / Contrast / Helderheid / Scherpte / Kleur / Tint (G/R) Kleurtemperatuur Uw product heeft diverse opties om de beeldkwaliteit af te stellen. • Als u wijzigingen aanbrengt in Achtergrondverlichting, Contrast, Helderheid, Scherpte, Kleur of Tint (G/R), wordt de OSD daaraan aangepast. • U kunt voor elk extern apparaat dat op een ingang van het product is aangesloten, instellingen afstellen en opslaan. • Door de helderheid van het beeld te verminderen, spaart u energie. Hiermee past u de kleurtemperatuur aan (rood/groen/blauw). (Bereik: 2800K-16000K) • Ingeschakeld wanneer Kleurtint is ingesteld op Uit. • Kleurtemperatuur is uitgeschakeld als Beeldmodus is ingesteld op Gekalibreerd. Witbalans 2-punts Regelt de witbalans met een 2-punteninterval door de helderheid van rood, groen en blauw aan te passen. 10-punts Regelt de witbalans met een 10-punteninterval door de helderheid van rood, groen en blauw aan te passen. • Deze functie wordt mogelijk niet ondersteund door sommige externe apparatuur. • Ingeschakeld wanneer Beeldmodus is ingesteld op Kantoor en school (Video/beeld). 55 Hoofdstuk 5. Menu Beeld ▼ 2e 3e Omschrijving Gamma Stel de primaire kleurenintensiteit bij. • Als Beeldmodus is ingesteld op Gekalibreerd, is Gamma uitgeschakeld. Gekalibreerde waarde Hiermee geeft u aan of de instellingen voor helderheid, kleur en gamma die met het kleurkalibratieprogramma Samsung Color Expert zijn gewijzigd, moeten worden toegepast in de informatie- en advertentiemodi. • U kunt het programma Samsung Color Expert downloaden van www.samsung.com/displaysolutions. • Als Beeldmodus is ingesteld op Gekalibreerd, is Gekalibreerde waarde uitgeschakeld. Geavanceerde instellingen Dynamisch contrast Pas het contrast van het scherm aan. Zwarttinten Selecteer het zwartniveau om de schermdiepte af te stellen. Huidkleur Roze Huidkleur benadrukken. RGB-modus Hiermee geeft u de kleuren Rood, Groen en Blauw weer voor fijne aanpassingen in de tint en verzadiging. Kleurruimte Stelt het bereik en de variëteit van de kleuren af (de kleurruimte) die beschikbaar zijn om beelden te maken. • Als u Kleur, Rood, Groen, Blauw en Resetten wilt bijstellen, stelt u Kleurruimte in op Aangepast. HDMI UHD kleur Inschakelen om beeldkwaliteit te optimaliseren voor HDMI UHD-verbindingen. Beschikbaar voor HDMI1, HDMI2 en DisplayPort. • Als deze instelling is ingeschakeld, worden alleen UHD-producten ondersteund. • Als deze instelling is ingeschakeld, moet u dezelfde instellingen toepassen op alle producten in een doorvoerverbinding. Bewegingsbelicht. Vermindert het energieverbruik door de helderheid van het scherm te verminderen als het beeld op het scherm in beweging is. • Ingeschakeld wanneer Beeldmodus is ingesteld op Station (Video/beeld). Beeldopties Kleurtint Selecteer een kleurtoon die het beste bij uw weergavebehoeften past. • Als Beeldmodus is ingesteld op Gekalibreerd, is Kleurtint uitgeschakeld. • U kunt voor elk extern apparaat dat op een ingang van het product wordt aangesloten, instellingen afstellen en opslaan. Digitale schone weergave Als het door uw product ontvangen zendsignaal zwak is, kunt u de functie Digitale schone weergave activeren om eventuele statische beelden en echobeelden op het scherm te verminderen. • Het ontvangen signaal is het sterkst wanneer de balk groen is. • Als het signaal zwak is, dient u alle opties te proberen tot het product het beste beeld weergeeft. 56 Hoofdstuk 5. Menu Beeld ▼ 2e 3e Omschrijving HDMI-zwartniveau Selecteert het zwartniveau op het scherm om de schermdiepte aan te passen. Filmmodus Deze modus wordt gebruikt voor de weergave van films. Stelt het product automatisch in om van alle bronnen filmsignalen op te vangen en te verwerken en stelt het beeld voor optimale kwaliteit af. • Beschikbaar in HDMI (1080i). Beeldformaat Achtergr.verlichting dynamisch Hiermee wordt de achtergrondverlichting automatisch aangepast, zodat u het best mogelijke schermcontrast krijgt voor de huidige omstandigheden. Beeldformaat Welke opties er voor aanpassing worden weergegeven, is afhankelijk van de huidige invoerbron. LET OP Stel uw product niet voor langere tijd in op 4:3. De randen die links en rechts of boven en onder aan het scherm worden weergegeven, kunnen beeldretentie (schermverbranding) veroorzaken die niet door de garantie wordt gedekt. Aanpassen aan scherm Als deze instelling is geselecteerd, wordt het volledige programmabeeld weergegeven. Er wordt geen deel van het beeld afgesneden. Zoom/positie Past de positie en de zoom van het beeld aan. Beeldformaat moet zijn ingesteld op Aangepast om de optie beschikbaar te maken. • Aangepast onder Beeldformaat is alleen ingeschakeld wanneer Beeldmodus is ingesteld op Video/beeld in de modus DVI. • Als u het beeld naar de originele positie wilt resetten, selecteert u Resetten in het scherm Zoom/positie. Het beeld wordt naar de standaardpositie ingesteld. Autom. afstellen Pc-schermaanpassing Stel de frequentiewaarden/posities af en stem de instellingen automatisch af. Grof / Fijn Verwijdert of vermindert de beeldruis. Als de ruis niet alleen met fijnafstemming wordt verwijderd, gebruikt u de functie Grof om de frequentie zo goed mogelijk af te stellen (Grof) en voert u opnieuw een fijnafstemming uit. Nadat de ruis is verminderd, stelt u het beeld opnieuw in zodat het met het midden van het scherm wordt uitgelijnd. 57 Hoofdstuk 5. Menu Beeld ▼ 2e 3e Omschrijving Positie Om de schermpositie van de computer af te stellen als het niet is gecentreerd of niet op het scherm van het product past. Druk op de knop of om de verticale positie af te stellen. Druk op de knop of om de horizontale positie af te stellen. Beeld resetten Beeld uit Stelt het beeld opnieuw in op de standaardinstellingen. Wanneer u Beeld uit selecteert, wordt het scherm uitgeschakeld. Het volume wordt niet uitgeschakeld. Als u het scherm wilt inschakelen, drukt u op een willekeurige knop (maar niet op de volumeknop). Beeld resetten Reset uw huidige afbeeldingmodus naar de standaardinstellingen. 58 Hoofdstuk 5. Menu Schermweergave aanpassen Schermweergave ▼ 2e 3e Omschrijving Weergaverichting Stand van schermmenu Stel de richting van het menuscherm in. Richting van broninhoud Stel de richting in van inhoud van externe apparaten die met het product zijn verbonden. Aspect Ratio Stel in hoe het gedraaide scherm moet worden weergegeven: schermvullend of origineel. • Alleen beschikbaar wanneer Richting van broninhoud is ingesteld op Staand. Schermbeveiliging Tijd autom. schermbeveiliging Als het scherm gedurende een bepaalde door u gedefinieerde tijd een stilstaande afbeelding weergeeft, activeert het product de screensaver om het vormen van ingebrande spookafbeeldingen op het scherm te voorkomen. Inbrandbescherming Om de kans op scherminbranding te reduceren is deze unit uitgerust met inbrandbescherming-technologie, Inbrandbescherming. Met Inbrandbescherming wordt het beeld iets verplaatst op het scherm. • Pixelverschuiv. ‒‒ Beeldretentie kan worden geminimaliseerd door de pixels iets horizontaal of verticaal te bewegen. ‒‒ Weergave van een stilstaand beeld of een 4:3-beeld voor langere tijd kan tot beeldretentie leiden. Dit is geen defect van het product. • Timer ‒‒ U kunt de timer instellen voor Inbrandbescherming. ‒‒ De functie Inbrandbescherming stopt automatisch na de opgegeven tijd. • Direct weergeven ‒‒ Selecteer de screensaver die u onmiddellijk wilt weergeven. Berichtweergave Broninfo Geef aan of het schermmenu voor de bron moet worden weergegeven bij het veranderen van bron. Geen signaalbericht Geef aan of het schermmenu voor geen signaal moet worden weergegeven wanneer geen signaal wordt gedetecteerd. MDC-bericht Geef aan of het schermmenu voor MDC moet worden weergegeven wanneer het product wordt aangestuurd via MDC. Downloadstatusbericht Geef aan of de status moet worden weergegeven bij het downloaden van inhoud van een server of ander apparaat. 59 Hoofdstuk 5. Menu Schermweergave ▼ 2e Taal 3e Omschrijving Stel de menutaal in. • Wanneer u de taalinstellingen wijzigt, worden de wijzigingen alleen toegepast op de schermmenu's. Ze worden niet toegepast op andere functies op uw computer. Schermweergave resetten Met deze optie worden de huidige instellingen onder Schermweergave hersteld naar de fabrieksinstellingen. 60 Hoofdstuk 5. Menu Het geluid aanpassen Geluid ▼ 2e Geluidmodus 3e Omschrijving U kunt een geluidsmodus kiezen die aansluit op uw persoonlijke voorkeuren. • Als Geluidsuitvoer is ingesteld op Extern, is Geluidmodus uitgeschakeld. Balans Stel het volumeniveau voor luidsprekers af voor optimale geluidsbalans. • Als Geluidsuitvoer is ingesteld op Extern, is Balans uitgeschakeld. Equalizer Stel de equalizer af om het volume en de toonhoogte aan te passen en de volheid van de geluidsuitvoer te verhogen. • Als Geluidsuitvoer is ingesteld op Extern, is Equalizer uitgeschakeld. HDMI-geluid Selecteer de geluidsbron om te kiezen voor AV(HDMI) of PC(DVI). Video-opr. met geluid aan Selecteer het geluid dat u wilt horen tijdens een video-oproep. Geluidsuitvoer Als u via een externe ontvanger naar de soundtrack van een uitzending of film luistert, kunt u een geluidsecho horen die wordt veroorzaakt door het verschil in decodeersnelheid tussen de luidsprekers van het product en de luidsprekers die zijn aangesloten op uw audio-ontvanger. Als dit gebeurt, stel het product dan in op Extern. • Wanneer u Geluidsuitvoer op Extern zet, worden de luidsprekers van het product uitgeschakeld. U hoort alleen geluid via de externe luidsprekers. Wanneer Geluidsuitvoer op Intern staat, zijn zowel de luidsprekers van het product als de externe luidsprekers aan. U hoort geluid via beide luidsprekers. • Als er geen videosignaal is, zijn zowel de luidsprekers van het product als de externe luidsprekers gedempt. Auto Volume Het volume kan per kanaal variëren. Laat het volume automatisch aanpassen wanneer u overschakelt naar een ander kanaal. • Als u de volumeregeling van een aangesloten bronapparaat wilt gebruiken, zet u Auto Volume op Uit. Een wijziging van het volume van het aangesloten bronapparaat wordt mogelijk niet toegepast als Auto Volume is ingesteld op Normaal of Nacht. • Als Geluidsuitvoer is ingesteld op Extern, is Auto Volume uitgeschakeld. Geluid resetten Reset alle geluidsinstellingen naar de fabriekswaarden. 61 Hoofdstuk 5. Menu Netwerk Netwerk ▼ 2e 3e Omschrijving Netwerkstatus U kunt de huidige netwerk- en internetstatus controleren. Netwerkinstellingen openen Wanneer u de netwerkinstellingen configureert, kunt u diverse Smart Hub-functies gebruiken, bijvoorbeeld om te zoeken op internet, om inhoud te delen via een thuisnetwerk en om functies bij te werken. Servernetwerkinstellingen Verbinding maken met server Maak verbinding met een netwerk om Speler te starten. • Als de optie SSL is ingeschakeld, wordt de server geconfigureerd voor het gebruik van https en wordt de gegevensoverdracht versleuteld. • Voer het IP-adres en poortnummer van de server in. Gebruik 7001 als het poortnummer. (Wanneer u met poortnummer 7001 geen verbinding kunt maken met de server, dient u bij uw serverbeheerder het juiste poortnummer te achterhalen en dan het poortnummer te wijzigen.) MagicInfo-modus Selecteer de juiste instelling bij MagicInfo-modus volgens de omgeving waarin u het product gebruikt. Servertoegang Kies voor weigeren of toestaan van toegang vanaf MagicInfo-server. FTP-modus Geef de FTP-bedrijfsmodus op. Proxyserver Schakel de proxyserver in of uit en configureer de instellingen. 62 Hoofdstuk 5. Menu Netwerk ▼ 2e 3e Wi-Fi Direct Omschrijving Stel deze optie in als u het product wilt aansluiten op draadloze mobiele apparaten. Met deze functie kunt u draadloze mobiele apparatuur rechtstreeks, zonder router, aansluiten op het product. • Als u deze functie wilt gebruiken, moet uw mobiele apparaat Wi-Fi Direct ondersteunen. Als u uw mobiele apparaat met behulp van Wi-Fi Direct wilt aansluiten op uw product, volgt u onderstaande stappen: 1 Ga naar het scherm Wi-Fi Direct. Het product begint te zoeken naar apparaten. 2 Schakel de functie Wi-Fi Direct op uw apparaat in. Selecteer het gewenste Wi-Fi-apparaat. ‒‒ PBC (Push Button Configuration – Configuratie met een druk op de knop): Druk binnen 2 minuten op de knop WPS(PBC) op uw Wi-Fi-apparaat. Uw product krijgt automatisch alle netwerkinstellingswaarden die nodig zijn en maakt verbinding met uw netwerk. ‒‒ Pincode: voer de weergegeven Pincode in op uw apparaat. • Als u de verbinding met het apparaat wilt verbreken, selecteert u eerst het aangesloten Wi-Fi-apparaat en vervolgens selecteert u Verbroken. Mobiel-apparaatbeheer Apparaatnaam Melding bij toegang Wijzig de instellingen voor weergave van een kennisgeving wanneer het apparaat wordt aangesloten. Lijst mobiele apparaten Bekijk en beheer aangesloten apparaten. Selecteer een apparaatnaam of voer een naam voor het apparaat in. Deze naam kan worden getoond op afstandsbedieningen binnen het netwerk. 63 Hoofdstuk 5. Menu Netwerkinstellingen (bekabeld) Aansluiten op een bekabeld netwerk Er bestaan drie manieren om uw product met een kabel op uw LAN aan te sluiten. • U kunt uw product aansluiten op uw LAN door de LAN-poort aan de achterkant van uw product via een LAN-kabel met een extern modem te verbinden. Zie het onderstaande schema. • Afhankelijk van de configuratie van uw netwerk, kunt u uw product op uw LAN aansluiten door de LAN-poort aan de achterkant van uw product met een LAN-kabel direct op een netwerkstopcontact aan te sluiten. Zie het onderstaande schema. Merk op dat het stopcontact is verbonden met een modem of router elders in uw huis. LAN LAN-poort aan de wand RJ45 LAN Modempoort aan de wand Extern modem (ADSL/VDSL) RJ45 LAN-kabel LAN-kabel Modemkabel • U kunt uw product op uw LAN aansluiten door de LAN-poort aan de achterkant van het product te verbinden met een IP-verdeler die is verbonden met een extern modem. Gebruik een LAN-kabel voor de verbinding. Zie het onderstaande schema. Modempoort aan de wand LAN Extern modem (ADSL/VDSL) IP-deler (heeft DHCPserver) RJ45 In het geval van een dynamisch netwerk, dient u een ADSL-modem of -router te gebruiken die het Dynamic Host Configuration Protocol (DHCP) ondersteunt. Modems en routers die DHCP ondersteunen, geven automatisch het IP-adres, subnetmasker, poort en DNS-waarden die uw product nodig heeft voor toegang tot het internet, zodat u dit niet handmatig in hoeft te voeren. De meeste thuisnetwerken zijn dynamische netwerken. Sommige netwerken hebben een statisch IP-adres nodig. Als uw netwerk een statisch IP-adres nodig heeft, moet u het IP-adres, subnetmasker, poort en DNS-waarden handmatig invoeren in het kabelopmaakscherm van uw product bij het instellen van de netwerkverbinding. Voor het verkrijgen van het IP-adres, subnetmasker, poort en DNS-waarden, neemt u contact op met uw Internet Service Provider (ISP). Als u een Windows-computer hebt, kunt u deze waarden ook van uw computer krijgen. Modemkabel LAN-kabel LAN-kabel • U kunt ADSL-modems gebruiken die DHCP ondersteunen indien uw netwerk een statisch IP-adres nodig heeft. • ADSL-modems die DHCP ondersteunen, laten u tevens statische IP-adressen gebruiken. Hoofdstuk 5. Menu Automatische netwerkinstellingen (bekabeld) Hierop sluit u een netwerkkabel aan voor de verbinding met het netwerk. Sluit eerst een netwerkkabel aan. Hoe u automatisch kunt instellen 1 Druk op de knop MENU op de afstandsbediening. 2 Selecteer Netwerk - Netwerkinstellingen openen. 3 Selecteer Bedraad. ‒‒ Het scherm voor netwerktests verschijnt en de verificatieprocedure start vervolgens. 4 Als de verbinding is geverifieerd, selecteert u OK. • Als de verbinding mislukt, dient u de LAN-poortverbinding te controleren. • Als het automatische proces de waarden van de netwerkverbinding niet kan vinden of als u de verbinding handmatig wilt instellen, gaat u naar de volgende paragraaf voor het instellen van het netwerk. Handmatige netwerkinstellingen (bekabeld) In een kantoor kunnen statische IP-adressen worden gebruikt. Als dit het geval is, informeert u bij de netwerkbeheerder naar het IP-adres, het subnetmasker, de gateway en het adres van de DNS-server. Voer deze waarden handmatig in. De netwerkverbindingswaarden ophalen Om de netwerkverbindingswaarden op de meeste Windows-computers weer te geven, volgt u onderstaande stappen. 1 Klik met de rechtermuisknop op het netwerkpictogram rechtsonder op het scherm. 2 Klik in het pop-upmenu dat wordt weergegeven op Status. 3 Op het dialoogvenster dat verschijnt, klikt u op de tab Ondersteuning. 4 Op het tabblad Ondersteuning klikt u op de knop Details. De netwerkverbindingswaarden worden weergegeven. Hoe u handmatig kunt instellen 1 Druk op de knop MENU op de afstandsbediening. 2 Selecteer Netwerk - Netwerkinstellingen openen. 3 Selecteer Bedraad. ‒‒ Het scherm voor netwerktests verschijnt en de verificatieprocedure start vervolgens. 64 4 Selecteer Stoppen. De verificatieprocedure stopt. 5 Selecteer IP-inst.. Het scherm IP-inst. wordt weergegeven. 6 Selecteer IP-inst. en selecteer de instelling Handmatig invoeren. ‒‒ Door IP-inst. in te stellen op Handmatig invoeren wordt de DNS-instelling automatisch gewijzigd in Handmatig invoeren. 7 Voer de waarden voor de netwerkverbinding in. ‒‒ IP-adres, Subnetmasker, Gateway, DNS-server. 8 Selecteer ten slotte onderaan op de pagina OK en druk op . Het scherm voor netwerktests verschijnt en de verificatieprocedure start. 9 Als de verbinding is geverifieerd, selecteert u OK. 65 Hoofdstuk 5. Menu Netwerkinstellingen (draadloos) Verbinden met een draadloos netwerk LAN-poort aan de wand Draadloze IP-deler (router heeft DHCPserver) LAN-kabel Samsung raadt het gebruik van IEEE 802.11n aan. Wanneer u video afspeelt via een netwerkverbinding, kan het zijn dat de video niet soepel wordt afgespeeld. • Selecteer een kanaal voor de draadloze IP-verdeler die momenteel niet wordt gebruikt. Als het kanaal dat is ingesteld voor de draadloze IP-verdeler momenteel wordt gebruikt door een ander apparaat in de nabijheid, leidt dit tot interferentie en communicatiefouten. • Uw product ondersteunt alleen de volgende beveiligingsprotocollen voor draadloze netwerken. Als u de modus Pure High-throughput (Greenfield) 802.11n selecteert en het coderingstype is ingesteld op WEP, TKIP of TKIP AES (WPS2Mixed) op uw AP of draadloze router, ondersteunen Samsung-producten geen verbinding die voldoen aan de nieuwe Wi-Ficertificeringsspecificaties. • Als uw draadloze router WPS (Wi-Fi Protected Setup) ondersteunt, kunt u verbinding maken met het netwerk via PBC (Push Button Configuration) of PIN (Personal Identification Number). WPS configureert automatisch de SSID- en WPA-sleutel in elke modus. • Verbindingsmethoden: U kunt de draadloze netwerkverbinding op drie manieren instellen. Automatisch instellen (met gebruik van de functie Automatisch netwerk zoeken), handmatig instellen, WPS(PBC) Automatische netwerkinstellingen (draadloos) De meeste draadloze netwerken hebben een optioneel veiligheidssysteem dat vereist dat apparaten die toegang tot het netwerk hebben een gecodeerde beveiligingscode uitzenden, ook wel een toegangscode of Beveiligingssleutel genoemd. De Beveiligingssleutel is gebaseerd op een toegangsfrase die meestal uit een woord of een reeks letters en nummers van een aangegeven lengte bestaat, die u hebt moeten invoeren toen u voor uw draadloze netwerk de beveiliging instelde. Als u deze methode voor het instellen van de netwerkverbinding gebruikt en voor uw draadloze netwerk een Beveiligingssleutel hebt, moet u tijdens de automatische of handmatige instellingsprocedure de toegangsfrase invoeren. Hoe u automatisch kunt instellen 1 Druk op de knop MENU op de afstandsbediening. 2 Selecteer Netwerk - Netwerkinstellingen openen. 3 Selecteer Draadloos. ‒‒ De netwerkfunctie zoekt naar beschikbare draadloze netwerken. Er wordt een lijst beschikbare netwerken weergegeven. 4 In de lijst van netwerken drukt u op de knop of om een netwerk te selecteren en drukt 5 6 7 8 u vervolgens op . ‒‒ Als de gewenste draadloze router niet wordt weergegeven, selecteert u Vernieuwen om opnieuw te zoeken. ‒‒ Als de router ook na een nieuwe poging niet wordt gevonden, selecteert u de knop Stoppen. De knop Netwerk toevoegen wordt weergegeven. U kunt het netwerk handmatig instellen. Als het scherm Wachtwoord invoeren verschijnt, gaat u naar stap 6. Als u een draadloze router selecteert die geen beveiliging heeft, gaat u naar stap 8. Als de router beveiliging heeft, voert u het wachtwoord in. (Beveiligingssleutel of pincode) Gebruik ten slotte de om de cursor naar Gereed te verplaatsen en druk op . Het scherm voor netwerktests verschijnt en de verificatieprocedure start vervolgens. Als de verbinding is geverifieerd, selecteert u OK. 66 Hoofdstuk 5. Menu Handmatige netwerkinstelling (draadloos) In een kantoor kunnen statische IP-adressen worden gebruikt. Als dit het geval is, informeert u bij de netwerkbeheerder naar het IP-adres, het subnetmasker, de gateway en het adres van de DNS-server. Voer deze waarden handmatig in. De netwerkverbindingswaarden ophalen Om de netwerkverbindingswaarden op de meeste Windows-computers weer te geven, volgt u onderstaande stappen. 1 Klik met de rechtermuisknop op het netwerkpictogram rechtsonder op het scherm. 2 Klik in het pop-upmenu dat wordt weergegeven op Status. 3 Op het dialoogvenster dat verschijnt, klikt u op de tab Ondersteuning. 4 Op het tabblad Ondersteuning klikt u op de knop Details. De netwerkverbindingswaarden worden weergegeven. Hoe u handmatig kunt instellen 1 Druk op de knop MENU op de afstandsbediening. 2 Selecteer Netwerk - Netwerkinstellingen openen. 3 Selecteer Draadloos. ‒‒ De netwerkfunctie zoekt naar beschikbare draadloze netwerken. Er wordt een lijst beschikbare netwerken weergegeven. 4 Selecteer Stoppen. De verificatieprocedure stopt. 5 Selecteer Netwerk toevoegen. 6 Voer de SSID van het netwerk in en selecteer Gereed. 7 Selecteer het Beveiligingstype en selecteer OK. Als u Openen selecteert, ga dan verder bij stap 10. 8 Als de router beveiliging heeft, voert u het wachtwoord in. (Beveiligingssleutel of pincode) 9 Gebruik ten slotte de om de cursor naar Gereed te verplaatsen en druk op . Het scherm voor netwerktests verschijnt en de verificatieprocedure start vervolgens. 10Als de verbinding is geverifieerd, selecteert u OK. WPS(PBC) Hoe u kunt instellen met WPS(PBC) Als uw router een WPS(PBC)-knop heeft, volgt u onderstaande stappen. 1 Druk op de knop MENU op de afstandsbediening. 2 Selecteer Netwerk - Netwerkinstellingen openen. 3 Selecteer Draadloos. ‒‒ De netwerkfunctie zoekt naar beschikbare draadloze netwerken. Er wordt een lijst beschikbare netwerken weergegeven. 4 Selecteer Stoppen. De verificatieprocedure stopt. 5 Selecteer WPS gebruiken en druk op . 6 Druk binnen 2 minuten op de knop WPS(PBC) op uw router. Uw product krijgt automatisch alle netwerkinstellingswaarden die nodig zijn en maakt verbinding met uw netwerk. 7 Het scherm voor netwerkverbinding verschijnt en het netwerk is ingesteld. 67 Hoofdstuk 5. Menu Systeem Systeem ▼ 2e 3e Omschrijving Toegankelijkheid Menutransparantie Hiermee wijzigt u de transparantie van het menu. Hoog contrast Hiermee stelt u de achtergrond en het lettertype van het menu in op een hoog contrast. Met deze optie geselecteerd zijn de menu's niet meer transparant. Vergroten Vergroot het formaat van het menu. Instellen starten Herstel de oorspronkelijke instellingen van uw tw en voer de eerste Installeren nogmaals uit. • Geef uw pincode van 4 cijfers in. Standaard is de pincode '0-0-0-0'. U kunt de pincode eventueel wijzigen met de functie PIN wijzigen wijzigen. Tijd Configureer verschillende tijdgerelateerde instellingen. • Druk op de knop Klok instellen INFO als u de tijd wilt zien. Selecteer Klok instellen. Selecteer Datum of Tijd en druk vervolgens op . Gebruik de nummertoetsen om de nummers in te voeren of druk op de pijltoetsen omhoog/omlaag. Gebruik de toetsen en om van één invoerveld naar het volgende te gaan. Druk ten slotte op . NTP-instellingen Stel de server-URL en tijdzone in als u de netwerktijd wilt gebruiken. DST (zomertijd) Schakelt de DST-functie (zomertijdfunctie) in of uit. Slaaptimer Schakelt het product na een vooraf ingestelde tijdsperiode automatisch uit. • Gebruik de pijltoetsen omhoog/omlaag om een tijdsperiode te selecteren en druk vervolgens op annuleren, selecteert u Uit. Vertraging bij insch. Autom. van bron wisselen . Als u Slaaptimer wilt Bij aansluiting van meerdere producten past u de inschakeltijd van elk product aan om overbelasting te voorkomen (tussen 0 en 50 seconden). Wanneer u het scherm inschakelt met Autom. van bron wisselen aan ingeschakeld en de vorige geselecteerde videobron niet actief is, zal het scherm automatisch naar een actieve ingangsbron voor video zoeken. 68 Hoofdstuk 5. Menu Systeem ▼ 2e 3e Omschrijving Autom. van bron wisselen Wanneer Autom. van bron wisselen op Aan staat, wordt automatisch gezocht naar actieve video. Als de actieve videobron niet wordt herkend, wordt de selectie bij Primaire bron gebruikt. De selectie bij Secundaire bron wordt gebruikt als er geen primaire videobron beschikbaar is. Als de primaire en secundaire bron beide niet worden herkend, voert het scherm twee zoekopdrachten uit voor een actieve bron; bij elke zoekopdracht worden de primaire en de secundaire bron gecontroleerd. Als de zoekopdrachten niets opleveren, gaat het scherm terug naar de eerste videobron en wordt het bericht weergegeven dat er geen signaal is. Wanneer voor Primaire bron de optie Alles is geselecteerd, controleert het scherm twee keer op rij alle video-ingangen. Als er geen actief videosignaal wordt gevonden, keert het scherm terug naar de eerste videobron in de reeks. Herstel primaire bron Selecteer of u de primaire ingangsbron wilt herstellen wanneer er een primaire ingangsbron wordt aangesloten. • De functie Herstel primaire bron is uitgeschakeld als Primaire bron is ingesteld op Alles. Primaire bron Stel Primaire bron in voor de automatische invoerbron. Secundaire bron Stel Secundaire bron in voor de automatische invoerbron. DVI-aansluiting Selecteer het bronapparaat dat is aangesloten op de DVI-input. • Start het bronapparaat opnieuw op als het scherm niet wordt weergegeven. Energieregeling Autom. inschakelen Deze functie schakelt het product automatisch in zodra de stekker in het stopcontact wordt gestoken. De aan-uitknop hoeft niet te worden ingedrukt. Voeding pc-module De pc-module kan onafhankelijk van de weergave worden in- en uitgeschakeld. Max. energiebesp. Zet het product uit om het stroomverbruik te reduceren nadat de PC een gespecificeerde tijdsperiode niet is gebruikt. • Alleen beschikbaar in de modi DVI, HDMI en DisplayPort. Standby-beheer U kunt instellen dat het product naar de stand-bystand schakelt zodra er een invoersignaal wordt ontvangen. • Alleen beschikbaar in de modi DVI, HDMI en DisplayPort. • Zorg ervoor dat het bronapparaat juist is verbonden wanneer het bericht Zwak of geen signaal wordt weergegeven. • Als Geen signaalbericht is ingesteld op Uit, wordt het bericht Zwak of geen signaal niet weergegeven. Stel Geen signaalbericht in op Aan. Netwerk stand-by Deze functie houdt de netwerkvoeding ingeschakeld wanneer het product wordt uitgeschakeld. 69 Hoofdstuk 5. Menu Systeem ▼ 2e Eco-oplossing 3e Omschrijving Aan-uitknop De aan-uitknop (in de linkerbovenhoek van de afstandsbediening) kan zo worden ingesteld dat het product daarmee alleen kan worden ingeschakeld of dat het product daarmee kan worden in- en uitgeschakeld. Energiebesparingsmodus U kunt het energieverbruik verminderen door de helderheid van het scherm aan te passen. Lichtschema voor scherm Pas de helderheid van het paneel aan. Hoe dichter bij 100, hoe lichter het paneel. Geen signaal stdby U kunt stroom besparen door het apparaat uit te schakelen wanneer er van geen enkele bron een signaal wordt ontvangen. • Uitgeschakeld wanneer een verbonden PC in de energiebesparende modus staat. • Het product schakelt automatisch uit op een gespecificeerd tijdstip. De tijd kan indien gewenst gewijzigd worden. Autom. uitsch. Temperatuurbeheer Om oververhitting te voorkomen, wordt het product automatisch uitgezet als u niet binnen een bepaald aantal uren op een knop op de afstandsbediening drukt of een knop aanraakt op het voorpaneel van het product. Deze functie detecteert de interne temperatuur van het product. U kunt een temperatuurbereik opgeven dat acceptabel is. De standaardtemperatuur is ingesteld op 77 °C. De aanbevolen bedrijfstemperatuur voor dit product is 75 tot 80 °C (op basis van een omgevingstemperatuur van 40 °C). • Het scherm wordt donkerder weergegeven wanneer de huidige temperatuur de opgegeven temperatuurlimiet overschrijdt. Als de temperatuur blijft stijgen, wordt het product uitgeschakeld om oververhitting te voorkomen. Apparaatbeheer invoer Stel de taal, het type en de snelkoppeling invoertaal in voor een aangesloten toetsenbord. Afspelen via Selecteer de juiste instelling bij de modus Afspelen via volgens de omgeving waarin u het product gebruikt. Afhankelijk van de instelling kan het startscherm er anders uitzien. PIN wijzigen Het scherm PIN wijzigen wordt weergegeven. Kies 4 willekeurige cijfers als pincode en voer deze in bij Nieuwe PIN invoeren. Voer dezelfde 4 cijfers nog een keer in bij Nieuwe PIN bevestigen. • Standaardwachtwoord: 0 - 0 - 0 - 0 70 Hoofdstuk 5. Menu Systeem ▼ 2e 3e Omschrijving Beveiliging Vergrendeling • Geef uw pincode van 4 cijfers in en druk op . Standaard is de pincode '0-0-0-0'. U kunt de pincode eventueel wijzigen met de functie PIN wijzigen wijzigen. Alle menu's en knoppen op het product en de afstandsbediening, behalve Vergrendeling vergrendeld. LOCK op de afstandsbediening, worden met de functie U ontgrendelt de menu's en knoppen door op een willekeurige knop te drukken en vervolgens het wachtwoord in te voeren (standaardwachtwoord: 0 - 0 - 0 - 0). Schakel Aan-uitknop in om met de aan-uitknop van de afstandsbediening het apparaat in te kunnen schakelen terwijl Vergrendeling is ingeschakeld. Knopvergrendeling Dit menu kan worden gebruikt voor het vergrendelen van de knop op het product. Als Knopvergrendeling op Aan staat, kan het product alleen worden bediend met de afstandsbediening. Autom. afsp. USB vergr. Selecteer of MagicInfo-inhoud die op een aangesloten USB-apparaat is opgeslagen automatisch moet worden afgespeeld. • Wanneer een USB-apparaat met MagicInfo-inhoud wordt aangesloten, wordt vijf seconden lang “Vergrendeling Automatisch afspelen USB: aan.” weergegeven. Vergrendeling van mobiele verbinding Andere apparaten in uw netwerk, zoals smartphones en tablets, niet toestaan inhoud met uw signage te delen. Touch Control-vergrendeling Zorg ervoor dat uw apparaat niet wordt beheerd door aanrakingsbewegingen. Extern beheer U kunt Toestaan of Weigeren dat uw apparaat met externe opdrachten via een netwerk kan worden beheerd. • De gewijzigde instelling blijft van kracht, ook nadat het product is uitgeschakeld en opnieuw is ingeschakeld met de paneeltoets of de stroomschakelaar. Algemeen Smart Security Deze functie beschermt alle externe apparaten die met de tv zijn verbonden tegen hackers, spyware en virussen. Anynet+ (HDMI-CEC) Raadpleeg “Anynet+ (HDMI-CEC)” op pagina 72. HDMI-hotplug Deze functie wordt gebruikt om de vertraging te activeren voor het inschakelen van een DVI-/HDMI-bronapparaat. 71 Hoofdstuk 5. Menu Systeem ▼ 2e 3e Omschrijving Aangepast logo U kunt een aangepast logo downloaden en selecteren om weer te geven wanneer het product wordt ingeschakeld, en de weergavetijd van het logo instellen. • Aangepast logo ‒‒ U kunt een aangepast logo (afbeelding/bestand) selecteren of de weergave van het aangepaste logo uitschakelen. ‒‒ U moet het aangepaste logo downloaden van een extern USB-apparaat om het aangepaste logo in te stellen. • Weergavetijd logo ‒‒ Als het type van het aangepaste logo Afbeelding is, kunt u de Weergavetijd logo instellen. • Logobestand downloaden ‒‒ U kunt een aangepast logo op het product downloaden van een extern USB-apparaat. ‒‒ De bestandsnaam van het aangepaste logo dat u wilt downloaden, moet worden opgeslagen als 'samsung', met kleine letters. ‒‒ Als er meerdere USB-verbindingen zijn, zal het product proberen om het aangepaste logo te downloaden van het laatste apparaat dat op het product aangesloten is geweest. Beperkingen van bestand voor aangepast logo • Voor een aangepast logo van het type afbeelding worden alleen bitmap-bestanden (indeling aRGB 32bpp) ondersteund. • De resolutie van het aangepaste logo van het type afbeelding moet tussen 128x64 en de maximale beeldschermresolutie zijn. (Horizontale/verticale waarden van de resolutie moeten een veelvoud van 4 zijn.) • Voor aangepaste logo's van het type video worden alleen TS Stream-bestanden ondersteund. • De maximale ondersteunde grootte van een videobestand is 150 MB. De aanbevolen lengte van een videobestand is 20 seconden of minder. Gamemodus Bij het verbinden met een spelconsole zoals PlayStation™ of Xbox™ kunt u genieten van een meer realistische spelervaring door het selecteren van de gamemodus. • Voorzorgsmaatregelen en beperkingen voor de gamemodus Voor het loskoppelen van de spelconsole en het verbinden van een ander extern apparaat stelt u gamemodus in op Uit in het instellingenmenu. Systeem herstellen Met deze optie worden de huidige instellingen onder System hersteld naar de fabrieksinstellingen. 72 Hoofdstuk 5. Menu Anynet+ (HDMI-CEC) Anynet+ (HDMI-CEC) Anynet+ is een functie waarmee u alle verbonden Samsung-apparaten die Anynet+ ondersteunen met uw Samsung-afstandsbediening kunt bedienen. Het Anynet+-systeem kan alleen worden gebruikt met Samsung-apparaten met een Anynet+-functie. Kijk of er een Anynet+-logo op uw Samsung-apparaat staat om er zeker van te zijn dat uw Samsung-apparaat deze functie heeft. • U kunt Anynet+-apparaten alleen bedienen met de afstandsbediening van het product, niet met de knoppen op het product. • De afstandsbediening van het product werkt wellicht niet onder bepaalde omstandigheden. In dit geval selecteert u opnieuw het Anynet+-apparaat. • Anynet+ werkt wanneer het AV-apparaat dat Anynet+ ondersteunt, in stand-by staat of aan is. • In de PIP-modus werkt Anynet+ alleen wanneer er een AV-apparaat is aangesloten als hoofdscherm. Deze functie werkt niet als het AV-apparaat is aangesloten als tweede scherm. • Anynet+ ondersteunt tot 12 AV-apparaten in totaal. N.B.: u kunt maximaal 3 apparaten van Problemen met Anynet+ oplossen Probleem Mogelijke oplossing Anynet+ werkt niet. • Controleer of het apparaat een Anynet+-apparaat is. Het Anynet+-systeem ondersteunt alleen Anynet+-apparaten. • Controleer of het stroomsnoer van het Anynet+-apparaat goed is aangesloten. • Controleer de verbindingen van de Video/Audio/HDMI-kabel van het Anynet+-apparaat. • Controleer of Anynet+ (HDMI-CEC) op Aan staat in het menu Systeem. • Controleer of de afstandsbediening compatibel is met Anynet+. • Anynet+ werkt in bepaalde omstandigheden niet. (eerste installatie) • Als u de HDMI-kabel hebt verwijderd en vervolgens opnieuw verbonden hebt, dient u ervoor te zorgen dat u de apparaten opnieuw zoekt of u zet uw product uit en weer aan. • Controleer of de Anynet+-functie van het Anynet-apparaat ingesteld is op Aan. Ik wil Anynet+ starten. • Controleer of het Anynet+-apparaat goed aangesloten is op het product en controleer of Anynet+ (HDMI-CEC) is ingesteld op Aan in het menu Systeem. Ik wil Anynet+ afsluiten. • Druk op de knop SOURCE op de afstandsbediening van het product en selecteer een niet-Anynet+-apparaat. hetzelfde type verbinden. 73 Hoofdstuk 5. Menu Probleem Mogelijke oplossing Het bericht “Verbinding verbreken met Anynet+apparaat...” wordt weergegeven op het scherm. • U kunt de afstandsbediening niet gebruiken tijdens het configureren Anynet+ of het overschakelen naar een weergavemodus. • Gebruik de afstandsbediening nadat het product de Anynet+configuratie heeft afgerond of klaar is met het overschakelen naar Anynet+. Het Anynet+-apparaat speelt niet af. • U kunt de afspeelfunctie niet gebruiken wanneer de eerste installatie bezig is. Het verbonden apparaat wordt niet weergegeven. • Controleer of het apparaat wel of niet Anynet+-functies ondersteunt. • Controleer of de HDMI-kabel wel of niet goed aangesloten is. • Controleer of Anynet+ (HDMI-CEC) op Aan staat in het menu Systeem. • Zoek opnieuw naar Anynet+-apparaten. • Voor Anynet+ is een HDMI-verbinding nodig. Zorg ervoor dat het apparaat verbonden is met uw product via een HDMIkabel. • Sommige HDMI-kabels ondersteunen Anynet+-functies wellicht niet. • Als de verbinding verbroken wordt als gevolg van een stroomstoring of de HDMI-kabel is losgekoppeld, dient u de apparaatscan te herhalen. 74 Hoofdstuk 5. Menu Ondersteuning Ondersteuning ▼ 2e 3e Software-update Omschrijving Via het menu Software-update kunt u uw productsoftware upgraden naar de nieuwste versie. • Zorg ervoor dat u de stroom niet uitzet tot de upgrade klaar is. Het product gaat automatisch uit en aan na het afronden van de software-upgrade. • Bij het upgraden van software gaan alle video- en audio-instellingen die u hebt aangebracht terug naar de standaardinstellingen. Wij adviseren u om uw instellingen op te schrijven zodat u ze gemakkelijk kunt resetten na de upgrade. Contact opnemen met Samsung Nu bijwerken Werk de software bij naar de meest recente versie. Automatische update Deze functie werkt het product automatisch bij wanneer het niet in gebruik is. Bekijk deze informatie als uw product niet goed werkt of wanneer u de software wilt upgraden. U kunt informatie vinden over onze Helpcentra en over het downloaden van producten en software. • Neem contact op met Samsung en zoek de Modelcode en de Softwareversie van het product. Alles resetten Met deze optie worden de huidige instellingen voor een weergaveapparaat hersteld naar de fabrieksinstellingen. Hoofdstuk 6. Problemen oplossen Problemen oplossen Voordat u contact met ons opneemt Voordat u met een Samsung-servicecentrum belt, kunt u het product als volgt testen. Als het probleem zich blijft voordoen, dan kunt u contact opnemen met het dichtstbijzijnde Samsungservicecentrum. Diagnose Controleer of uw product normaal werkt door gebruik te maken van de testfuncties van het product. Als er een leeg scherm wordt weergegeven terwijl het aan-uitlampje knippert, zelfs als het product goed is aangesloten op een computer, voer dan de producttest uit. 1 Schakel zowel de computer als het product uit. 2 Koppel alle kabels los van het product. 3 Product inschakelen. 4 Als Geen kabel aangesloten wordt weergegeven, werkt het product normaal. Als er geen beeld wordt weergegeven, controleer dan het computersysteem, de videocontroller en de kabel. Schermresolutie Niet optimaal wordt kort weergegeven als een modus wordt geselecteerd die de ondersteunde resoluties overschrijdt (raadpleeg Ondersteunde resoluties). 75 76 Hoofdstuk 6. Problemen oplossen Punten om te controleren Installatieprobleem (PC-modus) Het scherm wordt constant in- en uitgeschakeld. Controleer de kabelverbinding tussen de het product en de computer en zorg ervoor dat de kabels goed zijn bevestigd. Wanneer er een HDMI- of HDMI-DVI-kabel is aangesloten op het product en de PC, wordt er aan alle vier de kanten van het scherm een lege ruimte weergegeven. De lege ruimte op het scherm wordt niet veroorzaakt door het product. De lege ruimte op het scherm wordt veroorzaakt door de pc of grafische kaart. U kunt dit probleem oplossen door de schermgrootte aan te passen in de HDMI- of DVI-instellingen voor de grafische kaart. Als het instellingenmenu van de grafische kaart geen optie heeft waarmee de schermgrootte kan worden aangepast, werkt u het stuurprogramma van de grafische kaart bij naar de nieuwste versie. (Neem contact op met de fabrikant van de grafische kaart of de computer voor meer informatie over het aanpassen van de scherminstellingen.) Pc wordt weergegeven in Bron wanneer er geen computer is aangesloten. PC wordt altijd weergegeven in Bron, ongeacht of er een computer is aangesloten. Probleem met het scherm Het aan-uitlampje brandt niet. Het scherm wordt niet ingeschakeld. Controleer de kabelverbinding tussen de het product en de computer en zorg ervoor dat de kabels goed zijn bevestigd. Geen kabel aangesloten wordt weergegeven op het scherm. Controleer of het product goed is verbonden met een kabel. Controleer of het apparaat dat op het product is aangesloten, is ingeschakeld. Niet optimaal wordt weergegeven. Dit bericht wordt weergegeven wanneer een signaal van de grafische kaart de maximale resolutie en frequentie van het product overschrijdt. Raadpleeg de Tabel met standaardsignaalmodi en stel op basis van de productspecificaties een maximale resolutie en frequentie in. De beelden op het scherm worden vervormd weergegeven. Controleer de kabelaansluiting met het product. Het scherm is niet helder. Het scherm is vaag. Stel Grof en Fijn bij. Verwijder alle accessoires (videoverlengkabels, enzovoort) en probeer het opnieuw. Stel de resolutie en de frequentie in op het aanbevolen niveau. 77 Hoofdstuk 6. Problemen oplossen Het scherm is onstabiel en vertoont trillingen. Er blijven schaduwen of echobeelden achter op het scherm. Controleer of de resolutie en de frequentie van de computer en de grafische kaart zijn ingesteld binnen een bereik dat compatibel is met het product. Vervolgens kunt u indien nodige de scherminstellingen aanpassen door de aanvullende informatie in het productmenu den de tabel met standaardsignaalmodi te raadplegen. Het scherm is te helder. Het scherm is te donker. Stel Helderheid en Contrast bij. De schermkleur is inconsistent. Ga naar Beeld en stel de instellingen voor Kleurruimte bij. Het wit lijkt niet echt wit. Ga naar Beeld en stel de instellingen voor Witbalans bij. Er wordt geen beeld op het scherm weergegeven en het aanuitlampje knippert elke 0,5 tot 1 seconde. Het product bevindt zich in de energiebesparingsmodus. Het product gaat automatisch uit. Ga naar Systeem en controleer of Slaaptimer is ingesteld op Uit. Druk op een toets op het toetsenbord of beweeg de muis om terug te keren naar het vorige scherm. Als een computer op het product is aangesloten, controleer dan de voedingsstatus van de computer. Controleer of de voedingskabel goed op het product is aangesloten en of de stekker goed in het stopcontact zit. Als het signaal van het aangesloten apparaat niet wordt gedetecteerd, gaat het product na 10 tot 15 minuten automatisch uit. De beeldkwaliteit van het product is anders dan in de winkel waar het product is aangeschaft. Gebruik een HDMI-kabel om HD-kwaliteit te krijgen. Het beeld op het scherm ziet er niet normaal uit. Gecodeerde video-inhoud kan er afwijkend uitzien in scènes met veel snelle bewegingen, zoals bij sport of een actiefilm. Een zwak signaal of lage beeldkwaliteit kan tot een abnormaal beeld leiden. Dit betekent niet dat het product defect is. Een mobiele telefoon binnen een afstand van één meter kan storing geven op analoge en digitale producten. De helderheid en de kleur zien er niet normaal uit. Ga naar Beeld en stel de scherminstellingen bij, zoals Beeldmodus, Kleur, Helderheid en Scherpte. Ga naar Systeem en stel de instellingen voor Energiebesparingsmodus bij. Zet de scherminstellingen terug op de standaardinstellingen. Aan de rand van het scherm zijn gebroken lijnen zichtbaar. Als Beeldformaat is ingesteld op Aanpassen aan scherm, wijzig dan de instelling in 16:9 standaard. Lijnen (rood, groen of blauw) zijn zichtbaar op het scherm. Deze lijnen worden weergegeven wanneer er een defect is in de chip DATA SOURCE DRIVER IC van de monitor. Neem voor dit probleem contact op met een Samsung Servicecenter. Het scherm ziet er instabiel uit en blijft vervolgens staan. Het scherm kan stil blijven staan wanneer een andere resolutie dan de aanbevolen resoluties wordt gebruikt of het signaal niet stabiel is. U lost dit probleem op door de computer in te stellen op een aanbevolen resolutie. 78 Hoofdstuk 6. Problemen oplossen Weergave op het volledige scherm is niet mogelijk. Geschaalde SD-inhoud (4:3) kan zwarte balken geven aan beide zijden van een HD-kanaal. Een video met een andere beeldverhouding dan het product zelf kan zwarte balken geven aan de boven- en onderzijde van het scherm. Stel het schermformaat in op schermvullende weergave op het product of het bronapparaat. Problemen met het geluid Er wordt geen geluid weergegeven. Controleer of de audiokabel goed is aangesloten of pas het volume aan. Controleer het geluidsvolume. Het volumeniveau is te laag. Pas het volume aan. Als het volumeniveau nog steeds erg laag is nadat u het hebt verhoogd naar het maximale niveau, past u het volume voor de grafische kaart of het programma op de computer aan. Wel beeld, geen geluid. Als een HDMI-kabel is aangesloten, controleert u de audio-instellingen op de computer. Ga naar Geluid en wijzig Geluidsuitvoer in Intern. Als een bronapparaat wordt gebruikt • Controleer of de audiokabel goed is aangesloten op de audio-ingang van het product. • Controleer op het bronapparaat de instellingen voor de weergave van geluid. (Bijvoorbeeld, als op de monitor een HDMI-kabel is aangesloten, moeten de audio-instellingen op de decoder misschien worden gewijzigd in HDMI.) Als een DVI-HDMI-kabel wordt gebruikt, hebt u een aparte audiokabel nodig. Als het product een hoofdtelefoonaansluiting heeft, mag daar niets op aangesloten zijn. Sluit de voedingskabel opnieuw op het apparaat aan en start het apparaat vervolgens opnieuw. Ruis uit de luidsprekers. Controleer de kabelaansluiting. Controleer of er geen videokabel is aangesloten op een audio-ingang. Controleer de signaalsterkte nadat u een kabel hebt aangesloten. Een zwak signaal kan tot vervormd geluid leiden. 79 Hoofdstuk 6. Problemen oplossen Er is toch geluid hoorbaar bij een gedempt volume. Wanneer Geluidsuitvoer is ingesteld op Extern, kan de volumeknop niet worden gebruikt en is dempen niet mogelijk. Regel het volume voor de externe luidsprekers bij. De audio-instellingen voor de hoofdluidsprekers staan los van de interne luidsprekers van het product. Wanneer u het volume op het product wijzigt of dempt, verandert dit niets op een externe versterker (decoder). Geluid uit de monitor verandert niet na aanpassing van Geluidmodus. De audio-instellingen voor de hoofdluidsprekers staan los van de interne luidsprekers van het product. Echo uit de luidsprekers. Een echo kan worden veroorzaakt door verschillen in de decodeersnelheid van het product en de externe luidsprekers. De audio-instellingen op een bronapparaat veranderen niets aan de instellingen van de interne luidsprekers van het product. Stel in dit geval Geluidsuitvoer in op Extern. Problemen met de afstandsbediening De afstandsbediening werkt niet. Zorg dat de batterij is geplaatst (+/-). Controleer of de batterijen leeg zijn. Controleer of er sprake is van een stroomstoring. Zorg ervoor dat de voedingskabel is aangesloten. Controleer of er speciale verlichting of neonlampen zijn ingeschakeld in de nabijheid van het product. Problemen met aanraakfuncties De aanraakfunctie werkt niet. Gebruik uitsluitend uw vingers om het scherm aan te raken. Gebruik geen andere voorwerpen. Zorg ervoor dat uw scherm en uw vingers niet vochtig zijn. Zorg ervoor dat uw vingers schoon zijn. Draag geen handschoenen. De aanraakfunctie werkt niet naar behoren in een bepaald programma. Een programma werkt niet naar behoren. Als een programma niet naar behoren werkt, neemt u contact op met de softwaremaatschappij. 80 Hoofdstuk 6. Problemen oplossen Problemen met een bronapparaat Er wordt een piepend geluid weergegeven wanneer mijn computer wordt opgestart. Als u een piepgeluid hoort als de pc wordt aangezet, moet u de pc laten nakijken. Ander probleem Het product ruikt naar plastic. De geur van plastic is normaal en verdwijnt na verloop van tijd. De monitor staat scheef. Verwijder de voet en breng deze vervolgens opnieuw op het product aan. Beeld of geluid valt af en toe weg. Controleer of de kabel stevig vastzit en sluit deze zo nodig opnieuw aan. Een heel harde of dikke kabel kan audio- of videobestanden beschadigen. Gebruik flexibele, duurzame kabels. Wanneer u het product aan de wand bevestigt, verdient het aanbeveling om kabels te gebruiken die in een hoek kunnen worden aangesloten. Kleine deeltjes op de randen van het product. De deeltjes maken deel uit van het ontwerp van het product. Het product is niet defect. Het menu PIP is niet beschikbaar. Het menu is in- of uitgeschakeld afhankelijk van de modus Bron. Wanneer ik de resolutie van de computer wil veranderen, zie ik het bericht “De gedefinieerde resolutie wordt niet ondersteund”. Het bericht “De gedefinieerde resolutie wordt niet ondersteund” wordt weergegeven als de resolutie van de invoerbron de maximumresolutie van het scherm overschrijdt. Wanneer een DVI-HDMI-kabel wordt aangesloten, komt er in de modus HDMI geen geluid uit de luidsprekers. DVI-kabels geven geen geluid door. HDMI-zwartniveau werkt niet goed op een HDMI-apparaat met YCbCr-uitvoer. Deze functie is alleen beschikbaar wanneer een bronapparaat, zoals een dvd-speler of decoder, met een HDMI-kabel U lost dit probleem op door de computer in te stellen op een resolutie die het scherm ondersteunt. Om geluid te hebben moet u de audiokabel aansluiten op de juiste ingang. (RGB-signaal) is aangesloten op het product. 81 Hoofdstuk 6. Problemen oplossen Geen geluid in de modus HDMI. De weergegeven kleuren kunnen er afwijkend uitzien. Beeld of geluid is mogelijk niet beschikbaar. Dit kan zich voordoen als op het product een bronapparaat is aangesloten dat alleen een oude versie van de HDMI-norm aan kan. Als deze problemen zich voordoen, sluit dan niet alleen de HDMI-kabel maar ook een audiokabel aan. Sommige grafische kaarten van computers herkennen HDMI-signalen zonder geluid niet automatisch. In dit geval moet u handmatig een geluidsingang selecteren. Geluidsingang Schermmodus PC Automatisch PC-instellingen DVI PC Audio-ingang (stereopoorten) PC-instellingen In de energiebesparingsmodus kunnen de weergaveinstellingen van de computer niet worden opgeslagen wanneer de invoerbron DisplayPort is. Ga naar Systeem → Energieregeling en wijzig Max. energiebesp. in Uit. Een andere oplossing is dat u de weergave-instellingen van de computer opnieuw configureert. Zorg ervoor dat het apparaat aan is. Bij het opstarten van de computer met de invoerbron ingesteld op DisplayPort worden het BIOS en opstartscherm niet weergegeven. Start de computer op wanneer het apparaat ingeschakeld is of wanneer de invoerbron niet DisplayPort is. Veelgestelde vragen Raadpleeg de gebruikershandleiding van uw computer of grafische kaart voor meer informatie over instellingen. Vraag Antwoord Hoe kan ik de frequentie wijzigen? U kunt de frequentie instellen via uw grafische kaart. • Windows 7: Ga naar Configuratiescherm → Vormgeving en persoonlijke instellingen → Beeldscherm → Resolutie aanpassen → Geavanceerde instellingen → Beeldscherm en pas de frequentie aan bij Beeldscherminstellingen. • Windows 8: Ga naar Instellingen → Configuratiescherm → Vormgeving en persoonlijke instellingen → Beeldscherm → Resolutie aanpassen → Geavanceerde instellingen → Beeldscherm en pas de frequentie aan bij Beeldscherminstellingen. • Windows 10: Ga naar Instellingen → Systeem → Beeldscherm → Geavanceerde beeldscherminstellingen → Eigenschappen voor beeldschermadapter → Beeldscherm en pas Vernieuwingsfrequentie aan onder Beeldscherminstellingen. 82 Hoofdstuk 6. Problemen oplossen Vraag Antwoord Hoe kan ik de resolutie wijzigen? • Windows 7: Ga naar Configuratiescherm → Vormgeving en persoonlijke instellingen → Beeldscherm → Resolutie aanpassen en pas de resolutie aan. • Windows 8: Ga naar Instellingen → Configuratiescherm → Vormgeving en persoonlijke instellingen → Beeldscherm → Resolutie aanpassen en pas de resolutie aan. • Windows 10: Ga naar Instellingen → Systeem → Beeldscherminstellingen → Geavanceerde beeldscherminstellingen en pas de resolutie aan. Hoe stel ik de energiebesparingsmodus in? • Windows 7: U kunt de energiebesparingsmodus inschakelen via Configuratiescherm → Vormgeving en persoonlijke instellingen → Persoonlijke instellingen → Schermbeveiliging → Energie-instellingen wijzigen of via BIOS SETUP op de computer. • Windows 8: U kunt de energiebesparingsmodus inschakelen via Instellingen → Configuratiescherm → Vormgeving en persoonlijke instellingen → Persoonlijke instellingen → Instellingen voor schermbeveiliging of via BIOS SETUP op de computer. • Windows 10: U kunt de energiebesparingsmodus inschakelen via Instellingen → Persoonlijke instellingen → Vergrendelingsscherm → Instellingen voor time-out van beeldscherm → Energiebeheer en slaapstand of de BIOS-instellingen van de PC. 83 Hoofdstuk 7. Bijlage Bijlage Specificaties Algemeen Modelnaam PM32F-BC PM55F-BC Grootte Klasse 32 (80,1 cm / 31,5 inch) Klasse 55 (138,7 cm / 54,6 inch) Weergavegebied 698,4 mm (H) x 392,85 mm (V) (27,5 inch (H) x 15,5 inch (V)) 1209,6 mm (H) x 680,4 mm (V) (47,7 inch (H) x 26,8 inch (V)) Audio-uitgang 10 W + 10 W 10 W + 10 W Stroomtoevoer 100 tot 240 V wisselstroom (+/- 10 %), 60 / 50 Hz ± 3 Hz Paneel Raadpleeg het label op de achterkant van het product, aangezien het standaardvoltage per land kan verschillen. Omgevingsvereisten In bedrijf Temperatuur: 0 °C – 40 °C Luchtvochtigheid: 10 % tot 80 %, niet condenserend LET OP Houd bij het installeren van de behuizing de binnentemperatuur op 40 °C of lager. Opslag Temperatuur: -20 °C – 45 °C Luchtvochtigheid: 5 % tot 95 %, niet condenserend Hoofdstuk 7. Bijlage • Plug-and-Play Deze monitor kan worden geïnstalleerd op en gebruikt voor elk Plug and Play-systeem. De binaire gegevensuitwisseling tussen de monitor en het computersysteem optimaliseert de monitorinstellingen. De monitor wordt automatisch geïnstalleerd. U kunt de installatie-instellingen echter naar wens wijzigen. • Door de manier waarop dit product wordt geproduceerd kan circa één pixel per miljoen pixels (1 ppm) van het paneel lichter of donkerder worden weergegeven. Dit is niet van invloed op de prestaties van het product. • Dit is een product van klasse A. In een huiselijke omgeving kan dit product radio-interferentie veroorzaken, waarbij de gebruiker mogelijk passende maatregelen moet treffen. • Raadpleeg de website van Samsung Electronics voor de gedetailleerde specificaties van het apparaat. Aanbeveling - alleen EU • • • • Hierbij verklaart Samsung Electronics dat dit/deze Monitor voldoet aan de essentiële vereisten en overige bepalingen van Richtlijn 1999/5/EG. De officiële conformiteitsverklaring kunt u vinden op http://www.samsung.com/displaysolutions. Ga naar Service > Zoek product ondersteuning en voer de naam van het model in. Deze apparatuur mag uitsluitend binnenshuis worden gebruikt. Deze apparatuur mag in alle EU-landen worden gebruikt. 84 85 Hoofdstuk 7. Bijlage Tabel met standaardsignaalmodi Vanwege de eigenschappen van het scherm kan dit product voor elk schermformaat slechts worden ingesteld op één resolutie voor een optimale beeldkwaliteit. Wanneer er een andere resolutie dan de opgegeven resolutie wordt ingesteld, kan dit ten koste gaan van de beeldkwaliteit. Om dit te voorkomen, kunt u het beste de opgegeven optimale resolutie voor uw product selecteren. Controleer de frequentie wanneer u een CDT-product vervangt (aangesloten op een computer) door een LCD-product. Als het LCD-product geen ondersteuning biedt voor 85 Hz, wijzigt u de verticale frequentie voor het CDT-product naar 60 Hz en sluit u vervolgens het LCD-product aan. Modelnaam Synchronisatie Resolutie PM32F-BC / PM55F-BC Horizontale frequentie 30 – 80 kHz Verticale frequentie 60 – 75 Hz Optimale resolutie 1920 x 1080 bij 60 Hz Maximale resolutie 1920 x 1080 bij 60 Hz • Horizontale frequentie De tijd die nodig is om één lijn van links naar rechts op het scherm te scannen, wordt de horizontale cyclus genoemd. Het omgekeerde van deze horizontale cyclus is de horizontale frequentie. De horizontale frequentie wordt gemeten in kHz. • Verticale frequentie Het product geeft een beeld meerdere keren per seconde weer (zoals een knipperende tl-lamp) om een beeld voor de kijker weer te geven. De frequentie waarmee een beeld per seconde wordt weergegeven, wordt de verticale frequentie of vernieuwingsfrequentie genoemd. De verticale frequentie wordt gemeten in Hz. Het scherm wordt automatisch aangepast als er een signaal via uw computer wordt overgedragen die behoort tot de volgende standaard signaalmodi. Als het signaal dat via de computer wordt verzonden, niet tot de standaard signaalmodi behoort, wordt er mogelijk een leeg scherm weergegeven terwijl het aan/uit-lampje brandt. Wijzig in dat geval de instellingen overeenkomstig de volgende tabel door de gebruikershandleiding bij de grafische kaart te raadplegen. Resolutie Horizontale frequentie (kHz) Verticale frequentie (Hz) Pixelklok (MHz) Sync-polariteit H V IBM, 720 x 400 31,469 70,087 28,322 − + MAC, 640 x 480 35,000 66,667 30,240 − − MAC, 832 x 624 49,726 74,551 57,284 − − MAC, 1152 x 870 68,681 75,062 100,000 − − 86 Hoofdstuk 7. Bijlage Resolutie Horizontale frequentie (kHz) Verticale frequentie (Hz) Pixelklok (MHz) Sync-polariteit H V VESA, 640 x 480 31,469 59,940 25,175 − − VESA, 640 x 480 37,861 72,809 31,500 − − VESA, 640 x 480 37,500 75,000 31,500 − − VESA, 800 x 600 35,156 56,250 36,000 + + VESA, 800 x 600 37,879 60,317 40,000 + + VESA, 800 x 600 48,077 72,188 50,000 + + VESA, 800 x 600 46,875 75,000 49,500 + + VESA, 1024 x 768 48,363 60,004 65,000 − − VESA, 1024 x 768 56,476 70,069 75,000 − − VESA, 1024 x 768 60,023 75,029 78,750 + + VESA, 1152 x 864 67,500 75,000 108,000 + + VESA, 1280 x 720 45,000 60,000 74,250 + + VESA, 1280 x 800 49,702 59,810 83,500 − + VESA, 1280 x 1024 63,981 60,020 108,000 + + VESA, 1280 x 1024 79,976 75,025 135,000 + + VESA, 1366 x 768 47,712 59,790 85,500 + + VESA, 1440 x 900 55,935 59,887 106,500 − + VESA, 1600 x 900 60,000 60,000 108,000 + + VESA, 1680 x 1050 65,290 59,954 146,250 − + VESA, 1920 x 1080 67,500 60,000 148,500 + + 87 Hoofdstuk 7. Bijlage Verantwoordelijkheid voor dienstverlening tegen betaling (kosten voor de klant) Productschade als gevolg van een fout van de klant Wanneer u om service vraagt, kunnen wij in de volgende gevallen ondanks de garantie kosten in rekening brengen voor een bezoek van een monteur. • impact van buitenaf of laten vallen; • het gebruik van verbruiksartikelen of apart verkochte producten die niet voldoen aan de eisen van Samsung; • reparatie door een persoon die geen monteur is van een erkend servicebedrijf of partner van Samsung Electronics Co., Ltd. • wijziging van het model of reparatie van het product door de klant; • gebruik van het product op een verkeerde spanning of via niet-goedgekeurde elektrische aansluitingen; • het niet volgen van de voorzorgsmaatregelen uit de gebruikershandleiding. Geen productdefect Reiniging van het product, afstelling, uitleg, herinstallatie enzovoort. • Als een monteur aanwijzingen geeft voor het gebruik van het product of gewoon enkele opties aanpast zonder het product te demonteren. • Als een defect het gevolg is van externe omgevingsfactoren (internet, antenne, signaal van kabel enzovoort). • Als een product opnieuw wordt geïnstalleerd of als er extra apparaten worden aangesloten na de eerste installatie van het aangeschafte product. • Als een product opnieuw wordt geïnstalleerd op een andere locatie of na een verhuizing. • Als de klant om aanwijzingen voor het gebruik vraagt vanwege een product van een ander bedrijf. • Als de klant om aanwijzingen voor het gebruik van het netwerk of een programma van een ander bedrijf vraagt. • Als de klant vraagt om de software voor het product te installeren en te configureren. • Als een monteur de binnenzijde van het product moet ontdoen van stof of vreemde stoffen. • Als de klant om een extra installatie vraagt na aanschaf van het product bij een postorderbedrijf of online. Productschade als gevolg van een verkeerde handeling of verkeerde reparatie door de klant. Als het product schade heeft opgelopen als gevolg van: Overig • Als het product defect raakt als gevolg van een natuurramp. (onweer, brand, aardbeving, overstroming enzovoort) • Als verbruiksartikelen op zijn. (batterij, toner, verlichting, kop, trilmechanisme, lamp, filter, lint enzovoort) Als de klant om service vraagt terwijl het product niet defect is, kunnen servicekosten in rekening worden gebracht. Lees daarom eerst de gebruikershandleiding. 88 Hoofdstuk 7. Bijlage Een optimale beeldkwaliteit en het voorkomen van scherminbranding Zwarte matrix Gewone elektrode (ITO) Kleurenfilter Optimale beeldkwaliteit • Vanwege de aard van het productieproces voor dit product, wordt ongeveer 1 op de miljoen pixels (1 ppm) op het -scherm donkerder of lichter weergegeven. Dit is niet van invloed op de prestaties van het product. ‒‒ Het aantal subpixels per type scherm: 6.220.800 • Start Autom. afstellen om de beeldkwaliteit te verbeteren. Als er nog steeds ruis wordt weergegeven nadat u automatisch afstellen hebt uitgevoerd, past u de instellingen voor Grof of Fijn aan. • Wanneer er langere tijd een statisch beeld op het scherm wordt weergegeven, kan het beeld op het scherm inbranden of kunnen er pixels beschadigd raken. ‒‒ Activeer de energiebesparingsmodus of een dynamische schermbeveiliging wanneer u het product enige tijd niet gebruikt. Het voorkomen van scherminbranding Wat is scherminbranding? Wanneer het LCD-scherm normaal wordt gebruikt, mag er geen scherminbranding optreden. Een normaal gebruik verwijst naar continu veranderende videopatronen. Wanneer er langdurig een vast patroon op het LCD-scherm wordt weergegeven (langer dan 12 uur), kan er een licht spanningsverschil optreden tussen de elektroden in de pixels die vloeibare kristallen besturen. Een dergelijk spanningsverschil tussen de elektroden neemt naar verloop van tijd toe, waardoor het vloeibare kristal dunner wordt. Als dit gebeurt, is het mogelijk dat het vorige beeld zichtbaar blijft wanneer het patroon wordt gewijzigd. Om dit te voorkomen, moet het opgebouwde spanningsverschil worden verlaagd. Wanneer het LCD-scherm normaal functioneert, mag er geen scherminbranding optreden. Bron Afvoer Poort TFT Gegevensbuslijn Pixelelektrode (ITO) Opslagcapaccitor (C's) 89 Hoofdstuk 7. Bijlage Scherminbranding voorkomen De beste manier om het product te beschermen tegen scherminbranding is om het product uit te schakelen of om ervoor te zorgen dat het computersysteem een schermbeveiliging uitvoert wanneer het product niet wordt gebruikt. Ook is de garantie mogelijk beperkt, afhankelijk van de gebruiksaanwijzing. • Uitschakelen, schermbeveiliging en energiebesparingsmodus ‒‒ Schakel het product 2 uur uit wanneer u het 12 uur hebt gebruikt. ‒‒ Ga naar Eigenschappen voor Beeldscherm > Energie van het beeldscherm op uw computer en stel in dat het product wanneer dit nodig is, wordt uitgeschakeld. ‒‒ Het gebruik van een schermbeveiliging wordt aanbevolen. U kunt het beste een schermbeveiliging met één kleur of een bewegende afbeelding gebruiken. • Wijzig regelmatig de kleur ‒‒ Gebruik twee kleuren Schakel om de 30 minuten tussen de twee kleuren, zoals hierboven wordt weergegeven. Type 1 Type 2 FLIGHT : TIME FLIGHT : TIME OZ348 : 20:30 OZ348 : 20:30 • Wijzig regelmatig de tekstkleur ‒‒ Gebruik heldere kleuren die qua helderheid vergelijkbaar zijn. Interval: Wijzig elke 30 minuten de tekst en achtergrondkleur. FLIGHT : TIME OZ348 : 20:30 FLIGHT : TIME OZ348 : 20:30 FLIGHT : TIME : 20:30 OZ348 FLIGHT : TIME : 20:30 OZ348 ‒‒ Verplaats en wijzig de tekst elke 30 minuten, zoals hieronder. FLIGHT TIME FLIGHT TIME OZ348 20:30 OZ348 20:30 UA102 21:10 UA102 21:10 • Gebruik liever geen tekstkleuren en achtergrondkleuren die qua helderheid zeer contrasteren. (Helderheid: hoe licht of donker een kleur is. Dit hangt af van de hoeveelheid licht die wordt uitgestraald.) • Gebruik liever geen grijs, aangezien deze kleur de scherminbranding kan bevorderen. • Gebruik liever geen kleuren die qua helderheid zeer contrasteren (zwart en wit; grijs). FLIGHT : TIME OZ348 : 20:30 Stap 1 Stap 2 FLIGHT : TIME OZ348 : 20:30 Stap 3 ‒‒ Geef regelmatig een bewegende afbeelding alsmede een logo weer. Interval: Geef na 4 uur 60 seconden een bewegende afbeelding met een logo weer. 90 Hoofdstuk 7. Bijlage Licentie This DivX Certified® device can play DivX® HD video files (including .avi, .divx). Vervaardigd onder licentie van Dolby Laboratories. Dolby, Dolby Audio, Pro Logic en het double-D-symbool zijn handelsmerken van Dolby Laboratories. For DTS patents, see http://patents.dts.com. Manufactured under license from DTS, Inc. DTS, the Symbol, DTS in combination with the Symbol, DTS Premium Sound|5.1, DTS Digital Surround, DTS Express, and DTS Neo2:5 are registered trademarks or trademarks of DTS, Inc. in the United States and/or other countries. © DTS, Inc. All Rights Reserved. Manufactured under a license from U.S. Patent No’s: 6,285,767, 8,027,477, 5,319,713, 5,333,201, 5,638,452, 5,771,295, 5,970,152, 5,912,976, 7,200,236, 7,492,907, 8,050,434, 7,720,240, 7,031,474, 7,907,736 and 7,764,802. DTS, the Symbol, and DTS and the Symbol together are registered trademarks & DTS Studio Sound is a trademark of DTS, Inc. ©2012 DTS, Inc. All Rights Reserved. The terms HDMI and HDMI High-Definition Multimedia Interface, and the HDMI Logo are trademarks or registered trademarks of HDMI Licensing LLC in the United States and other countries. Download free software at www.divx.com to create, play and stream digital videos. This DivX Certified® device can play DivX® HD video (including .avi, .divx). DivX®, DivX Certified® and associated logos are trademarks of DivX, LLC and are used under license. Covered by one or more of the following U.S. patents: 8,731,369; RE45,052. Open Source-licentiekennisgeving Wanneer u opensourcesoftware gebruikt, zijn er opensourcelicenties beschikbaar in het productmenu. De licentiekennisgeving voor opensource is alleen in het Engels beschikbaar. Voor informatie over de kennisgeving inzake opensourcelicenties, kunt u contact opnemen met het Samsung-servicecentrum of een e-mail sturen naar [email protected].
advertisement
Key Features
- Indoor Interactive flat panel Black
- 109.2 cm (43") 1920 x 1080 pixels LED 350 cd/m²
- Touchscreen 8 ms
- Built-in speaker(s) 20 W
Related manuals
advertisement