advertisement
▼
Scroll to page 2
of 48
CARAT 47388 aqua control LAVAMAT 47280 aqua control De wasautomaat die het milieu ontziet Informatie voor de gebruiker PERFEKT IN FORM UND FUNKTION Geachte klant, Lees deze gebruiksaanwijzing a.u.b. zorgvuldig door en bewaar het boekje zodat u nog eens iets kunt nalezen. Geeft u deze gebruikersinformatie a.u.b. aan de eventuele volgende eigenaar van het apparaat door. De volgende symbolen worden in de tekst gebruikt : Veiligheidsaanwijzingen Waarschuwing! Aanwijzingen die voor uw eigen veiligheid dienen. Let op! Aanwijzingen die ter voorkoming van schade aan het apparaat dienen. Aanwijzingen en praktische tips Milieu-informatie Mocht er een storing optreden, dan vindt u in dit boekje aanwijzingen om kleine storingen zelf op te heffen, zie hoofdstuk "Wat te doen als...". Bij technische problemen kunt u altijd contact opnemen met de AEG fabrieksservice, zie hoofdstuk "Service". U bent nu in het bezit van een AEG product. Vanzelfsprekend kunt u ook tijdens het gebruik van uw product op AEG rekenen. Daarom nodigen wij u van harte uit u te registreren op onze internetsite www.mijnapparaten.nl. Wij kunnen u dan nog beter van dienst zijn met informatie over producten, gebruiksaanwijzingen, tips, innovaties, oplossingen voor storingen etc. 2 Informatie voor de gebruiker INHOUD Aanwijzingen m.b.t. de veiligheid .........................................................5 Vóór het in gebruik nemen ......................................................................5 Gebruik volgens de voorschriften .........................................................5 Veiligheid van kinderen ............................................................................6 Algemene veiligheid ...................................................................................6 Afvalverwerking ..........................................................................................7 Milieutips .......................................................................................................7 Beschrijving van het apparaat ................................................................9 Was- en nabehandelingsmiddelbox ......................................................9 Bedieningspaneel ..................................................................................... 10 Programmakiezer ..................................................................................... 10 Toetsen voor extra programma’s ........................................................ 12 Toets CENTRIFUGETOERENTAL / SPOELSTOP ................................... 13 Toets STARTTIJDKEUZE .......................................................................... 13 Toets START / PAUZE ............................................................................... 14 Multidisplay ............................................................................................... 14 Indicatie van het programmaverloop ................................................ 15 Machinedeksel openen en sluiten ...................................................... 16 Voordat u gaat wassen .......................................................................... 17 Wasgoed sorteren en voorbereiden ................................................... 17 Hoeveelheid wasgoed ............................................................................. 17 Wasmiddelen en nabehandelingsmiddelen ..................................... 18 Internationale behandelingsetiketten ............................................... 19 Een was doen ............................................................................................ 20 Wasgoed in de machine doen .............................................................. 20 Was-/nabehandelingsmiddel doseren ............................................... 20 Programma kiezen ................................................................................... 21 Centrifugetoerental kiezen ................................................................... 21 Extra functies kiezen .............................................................................. 21 Startuitstel kiezen ................................................................................... 21 Wasprogramma starten ......................................................................... 22 Afloop van het wasprogramma ........................................................... 22 Einde van het programma/Wasgoed uit de machine nemen .... 23 Programmatabel ...................................................................................... 24 Verbruikswaarden en tijdsduur voor gekozen programma’s (richtlijnen) ...................................................................... 26 Reiniging en onderhoud ........................................................................ 27 3 Informatie voor de gebruiker In het dagelijks gebruik ......................................................................... 27 Als u de wasautomaat langere tijd niet gebruikt .......................... 27 Bedieningspaneel ..................................................................................... 27 Wasmiddelbox ........................................................................................... 27 Wastrommel .............................................................................................. 28 Pluizenzeef reinigen / Water aftappen ............................................. 28 Wat te doen als ........................................................................................ 30 Opstel-en aansluitaanwijzing .............................................................. 33 Waarschuwingen ..................................................................................... 33 Afmetingen van het apparaat ............................................................. 34 Installatie .................................................................................................... 35 Technische gegevens ............................................................................... 40 Garantievoorwaarden ............................................................................. 41 Reparatievoorwaarden ........................................................................... 44 Service ......................................................................................................... 46 Adres service-afdeling ............................................................................ 47 4 Informatie voor de gebruiker Aanwijzingen m.b.t. de veiligheid De veiligheid van elektrische apparaten van AEG voldoet aan de Europese en Nederlandse normen. Toch zien wij ons als fabrikant genoodzaakt, u op het volgende te wijzen. Vóór het in gebruik nemen • Lees de "Opstel- en aansluitaanwijzing" achter in dit boekje. Gebruik volgens de voorschriften • De wasautomaat is alleen bedoeld voor huishoudelijk gebruik, voor het wassen van wasgoed. Als het apparaat voor verkeerde doeleinden wordt gebruikt of foutief wordt bediend, wordt eventuele schade niet door de garantiebepalingen gedekt. • Constructieve wijzigingen of veranderingen aan het apparaat zijn uit veiligheidsoverwegingen niet toegestaan. • Gebruik alleen wasmiddelen die geschikt zijn voor wasautomaten. Let op de aanwijzingen van de wasmiddelfabrikant. • Het wasgoed mag geen ontvlambare oplosmiddelen bevatten. Let hier ook op bij het wassen van voorbehandeld wasgoed. • Gebruik de wasautomaat niet voor chemische reiniging. • Kleur- en ontkleuringsmiddelen mogen alleen in de wasautomaat gebruikt worden, als de fabrikant van deze producten uitdrukkelijk aangeeft dat dat mogelijk is. Voor eventuele schade zijn wij niet verantwoordelijk. • Gebruik alleen leidingwater. Gebruik regenwater alleen als dat aan de voorschriften volgens DIN 1986 en DIN 1988 voldoet. • Beschadigingen ten gevolge van vorst worden niet door de garantiebepalingen gedekt! Als de wasautomaat in een ruimte staat waar het kan gaan vriezen, moet bij kans op vorst het water worden afgetapt (zie hoofdstuk "Water aftappen"). 5 Informatie voor de gebruiker Veiligheid van kinderen • Kinderen zien vaak de gevaren niet die de omgang met elektrische apparaten met zich meebrengt. Zorg daarom voor het nodige toezicht als het apparaat aanstaat en laat kinderen niet met de wasautomaat spelen. • Delen van de verpakking (bijv. folie, styropor) kunnen gevaarlijk zijn voor kinderen. Verstikkingsgevaar! Verpakkingsonderdelen uit de buurt van kinderen houden. • Zorg ervoor dat kinderen of kleine huisdieren niet in de trommel van de wasautomaat klimmen. • Als u het apparaat afdankt: trek de stekker uit het stopcontact, maak het deurslot onbruikbaar, snijd het aansluitsnoer af en gooi stekker en snoer weg. Zo kunnen kinderen zichzelf of andere kinderen niet in het apparaat opsluiten en niet in levensgevaar komen. Algemene veiligheid • Reparaties aan de wasautomaat mogen alleen door vakmensen worden uitgevoerd. Onvakkundige reparaties kunnen tot aanzienlijke risico's leiden. Wend u bij reparaties altijd tot onze service-afdeling of de vakhandelaar. • Neem de wasautomaat nooit in gebruik, als het aansluitsnoer beschadigd is of als bedieningspaneel, bovenblad of sokkel zo beschadigd zijn, dat de binnenkant van het apparaat toegankelijk is. • Schakel de wasautomaat uit voordat u hem gaat schoonmaken. Bovendien de stekker uit het stopcontact trekken of - bij vaste aansluiting automatische zekering in de huisinstallatie uitschakelen of zekering geheel uitdraaien. • Stekker nooit aan het snoer uit het stopcontact trekken, maar aan de stekker. • Sproei de wasautomaat niet met een waterstraal af. Kans op kortsluiting! • Laat het sop afkoelen voordat u water gaat aftappen, de pomp gaat reinigen of noodontgrendeling van het deksel gaat toepassen. 6 • Meerwegstekkers, koppelingen en verlengsnoeren mogen niet worden gebruikt. Brandgevaar door oververhitting ! Informatie voor de gebruiker Kleine huisdieren kunnen aan snoeren en slangen knagen. Kans op kortsluiting en overstroming! Kleine dieren uit de buurt van de wasautomaat houden. Afvalverwerking Verpakkingsmateriaal verwijderen Verwijder de verpakking van de wasautomaat op de juiste manier. Alle verpakkingsmaterialen zijn niet milieu-onvriendelijk en kunnen zonder gevaar bij het afval worden gezet en bij de vuilverbranding worden verbrand. De kunststoffen kunnen ook hergebruikt worden en hebben de volgende aanduidingen: • >PE< voor polyethyleen • >PS< voor polystyreen • >PP< voor polypropyleen Het karton is van oud papier gemaakt en wij adviseren u dit ook weer in een container voor oud papier te deponeren. Oud apparaat verwijderen Het symbool op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als huishoudafval mag worden behandeld, maar moet worden afgegeven bij een verzamelpunt waar elektrische en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit product op de juiste manier wordt verwijderd, voorkomt u mogelijke negatieve gevolgen voor mens en milieu die zich zouden kunnen voordoen in geval van verkeerde afvalverwerking. Voor gedetailleerdere informatie over het recyclen van dit product, kunt u contact opnemen met de gemeente, de gemeentereiniging of de winkel waar u het product hebt gekocht. Milieutips • Voor normaal verontreinigd wasgoed zijn de programma's zonder voorwas bedoeld. Zo bespaart u wasmiddel, water en tijd (en u ontziet het milieu!). 7 Informatie voor de gebruiker • Het zuinigst wast u met een volle trommel. • Doseer bij kleine hoeveelheden wasgoed slechts de helft tot twee derde van de aangegeven hoeveelheid wasmiddel. • Door een geschikte voorbehandeling kunnen vlekken en lichte verontreinigingen verwijderd worden. Dan kunt u op een lagere temperatuur wassen. • Was licht tot normaal verontreinigde witte was met het energiespaarprogramma. • Vaak is wasverzachter niet nodig. Probeert u het eens! Als u een wasdroger gebruikt, wordt uw wasgoed ook zonder wasverzachter zacht en wollig. • Bij gemiddelde tot hoge waterhardheid (vanaf hardheid II, zie "Was- en nabehandelingsmiddelen")) moet u waterontharder gebruiken. Het wasmiddel kunt u dan voor hardheid I (=zacht) doseren. 8 Informatie voor de gebruiker Beschrijving van het apparaat 1 2 1 - Bedieningspaneel 2 - Greep om het deksel te openen 3 - Filterdeurtje 4 - Stelvoeten 5 - Hendel voor de wielen 3 5 4 Was- en nabehandelingsmiddelbox 1 2 3 1 - vak voorwasmiddel of ontharder of vlekkenzout 2 - vak hoofdwasmiddel (poedervormig) en evt. ontharder 3 - vak vloeibare nabehandelingsmiddelen (wasverzachter, stijfsel) 9 Informatie voor de gebruiker Bedieningspaneel Toets centrifugetoerental/ SPOELSTOP Toets STARTTIJDKEUZE Indicatie van het programmaverloop Programmakiezer Indicatie DEKSEL Toets Toetsen START/PAUZE Indicatie OVERDOSERING Multidisplay Programmakiezer De programmakiezer bepaalt hoe het wasproces gaat verlopen (bijv. waterniveau, trommelbeweging, aantal spoelgangen, centrifugetoerental) aangepast aan de betreffende textielsoort, en de soptemperatuur. De verschillende instellingen werken als volgt : UIT Schakelt de wasautomaat uit, op alle andere standen is de wasautomaat ingeschakeld. WITTE WAS / BONTE WAS Hoofdwas voor witte/bonte was (katoen/linnen) op 30°C tot 95°C. 10 Informatie voor de gebruiker 40 - 60 MIX Programma voor witte/bonte was, die op verschillende temperaturen moet worden gewassen. Verschillende soorten textiel, die volgens het wasetiket gewoonlijk gescheiden op 40°C of op 60°C gewassen moeten worden, kunnen met het programma 40-60 MIX samen gewassen worden. Zo wordt de capaciteit van de trommel beter benut en daardoor wordt energie bespaard. Vanwege de langere wasduur wordt het wasresultaat van een normaal programma op 60°C bereikt (kan niet gecombineerd worden met KORT). KREUKHERSTELLEND Hoofdwas voor kreukherstellend goed (mengweefsels) op 30°C tot 60°C. STRIJKVRIJ Hoofdwas op 40°C voor kreukherstellend goed dat m.b.v. dit programma nog slechts licht of helemaal niet gestreken hoeft te worden. FIJNE WAS Hoofdwas voor fijne was op 30°C of 40°C. WOL / HANDWAS Hoofdwas (koud tot 30°C) voor in de machine wasbare wol en voor wasbare wol en zijde met het wasetiket " " (handwas). SPOELEN Apart voorzichtig spoelen, bijv. voor het spoelen van met de hand gewassen goed (2 spoelgangen en centrifugeren). POMPEN Wegpompen van het water na spoelstop (zonder centrifugeren). CENTRIFUGEREN Wegpompen van het water na spoelstop en centrifugeren, resp. apart centrifugeren van met de hand gewassen witte/bonte was. Spoelstop betekent: het wasgoed blijft in het laatste spoelwater liggen, het wordt niet gecentrifugeerd. 11 Informatie voor de gebruiker SNELWAS Verkorte hoofdwas voor licht verontreinigd wasgoed (kan niet gekozen worden bij instelling WOL en ECO en in combinatie met VLEKKEN). ECO Energiebesparend programma voor licht tot normaal verontreinigde witte was, verlengde wastijd (niet te combineren met KORT). Toetsen voor extra programma’s Met deze toetsen kunt u het wasprogramma aanpassen aan de mate van verontreiniging van het wasgoed. Voor normaal verontreinigd goed zijn extra programma's niet nodig. Afhankelijk van het programma kunnen de verschillende functies met elkaar gecombineerd worden. Deze kunt u kiezen na het instellen van het programma en vóór het indrukken van toets START/PAUZE. Als u een toets indrukt, gaat het betreffende lampje branden. Als u de toets nogmaals indrukt, gaat het lampje uit. SPOELEN + Bij de programma's voor katoen, synthetica en fijne was wordt een extra spoelgang toegevoegd. KORT Verkorte hoofdwas voor licht verontreinigd wasgoed (kan niet gekozen worden bij instelling WOL en ECO). VOORWAS Ca. 15 minuten bij 30°C. Warm voorwassen voor de automatisch volgende hoofdwas (kan niet gekozen worden bij instelling WOL en in combinatie met VLEKKEN); met tussendoor centrifugeren bij WITTE WAS/ BONTE WAS of KREUKHERSTELLEND, zonder tussendoor centrifugeren bij FIJNE WAS. VLEKKEN Voor het behandelen van sterk verontreinigd wasgoed of van wasgoed met vlekken (verlengde hoofdwas, waarbij vlekkenzout op het juiste moment wordt ingespoeld, kan niet gekozen worden bij instelling WOL en in 12 combinatie met KORT en VOORWAS en bij temperaturen beneden 40°C). Informatie voor de gebruiker BEHOEDZAAM Verhoogde spoelwerking door extra spoelgang en tegelijk voorzichtige behandeling van het wasgoed (verminderde trommelbeweging). Ideaal als er vaak moet worden gewassen, bijvoorbeeld bij overgevoeligheid van de huid. Toets CENTRIFUGETOERENTAL / SPOELSTOP Door indrukken van deze toets kunt u het maximale centrifugetoerental voor het ingestelde programma reduceren of SPOELSTOP instellen. De maximale centrifugetoerentallen zijn aangepast aan de betreffende soort wasgoed. Als u SPOELSTOP kiest, blijft het wasgoed in het laatste spoelwater liggen, het wordt niet gecentrifugeerd. Als u het centrifugetoerental niet wijzigt, wordt het automatisch aan het wasprogramma aangepast: - WITTE WAS / BONTE WAS (L47388) ..........1300 tpm - WITTE WAS / BONTE WAS (L47280) .........1200 tpm - KREUKHERSTELLEND / STRIJKVRIJ ............... 900 tpm - FIJNE WAS ........................................................... 900 tpm - WOL / ZIJDE / handwas ................................... 900 tpm Het toerental voor de centrifugegangen tussendoor is afhankelijk van het gekozen programma en kan niet worden gewijzigd. Toets STARTTIJDKEUZE Met deze toets kunt u de start van een wasprogramma van 30 minuten tot maximaal 23 uur uitstellen. Zo kunt u bijv. in de voordeeluren wassen. Deze toets moet vóór het indrukken van toets START/PAUZE worden ingedrukt. In het display verschijnt 5 seconden lang de gekozen tijd, dan wordt de duur van het gekozen programma weer aangegeven. Na indrukken van toets START/PAUZE begint de machine de resterende tijd in uren terug te tellen. 13 Informatie voor de gebruiker Om de gekozen starttijd te wijzigen of te annuleren, toets START/PAUZE indrukken en dan toets STARTTIJDKEUZE indrukken, tot in het multidisplay de gewenste tijd verschijnt resp. 0 h wordt aangegeven (als u de starttijdkeuze wilt annuleren). Nu toets START / PAUZE nogmaals indrukken. Als u de starttijd hebt geannuleerd, wordt in het display weer de duur van het eerder gekozen wasprogramma aangegeven. Attentie! Als u functie "starttijdkeuze" kiest, liever geen vloeibaar wasmiddel gebruiken. Het vloeibare wasmiddel zou al voordat het programma begint op het wasgoed terecht kunnen komen en vlekken kunnen veroorzaken. Gebruik daarom de door de wasmiddelindustrie aangeboden doseerhulpjes of poedervormig wasmiddel. Toets START / PAUZE Deze toets heeft drie functies : • Start Door indrukken van de toets wordt het ingestelde programma gestart. Als starttijdkeuze is ingesteld, wordt deze gestart. • Pauze Om een lopend programma te onderbreken, toets START/PAUZE indrukken: de indicatie in het multidisplay knippert U zet het programma voort door de toets opnieuw in te drukken. • Wijzigen van de extra programma's Multidisplay In dit display wordt de volgende informatie aangegeven: • Duur van het gekozen programma (in minuten) • Een oplichtende nul aan het einde van het programma. • Starttijdkeuze die met de betreffende toets is gekozen. De tijd tot aan de start (max. 23 uur) wordt in uren teruggeteld. • Foutcode. Treden storingen aan het apparaat op, dan worden deze m.b.v. een speciale foutcode in het display aangegeven. 14 Informatie voor de gebruiker Indicatie van het programmaverloop Geeft vóór de start van het programma aan welke programmaonderdelen zijn gekozen. Tijdens het programma brandt de indicatie van het onderdeel waarmee de machine bezig is. Wasprogramma annuleren Als een reeds lopend programma moet worden geannuleerd, draait u de programmakiezer op UIT. Attentie! Na een programma met SPOELSTOP eerst UIT instellen en dan programma POMPEN kiezen. Lopend programma wijzigen Om een gekozen extra programma te wijzigen, eerst toets START/PAUZE indrukken. Alle extra programma's kunnen, voordat het programma ze uitvoert, gewijzigd worden. Na inschakelen van de gewenste extra programma's toets START/PAUZE nogmaals indrukken. Om een programma te wijzigen eerst de programmakiezer op UIT en dan op een ander programma draaien. Het water blijft in de trommel en na opnieuw indrukken van toets START/PAUZE loopt het programma verder. Geluidssignaal uitschakelen Er klinkt een geluidssignaal als wasprogramma en toetsenfunctie worden ingesteld. Het einde van het programma wordt aangegeven door meerdere geluidssignalen. Als deze signalen moeten worden uitgeschakeld omdat ze storend werken, gaat u als volgt te werk: a) Wasprogramma kiezen, b) Toetsen STARTTIJDKEUZE en START/PAUZE tegelijk indrukken, c) Het geluidssignaal is nu uitgeschakeld. d) Weer inschakelen van het signaal geschiedt op dezelfde wijze. 15 Informatie voor de gebruiker Machinedeksel openen en sluiten De indicaties DEKSEL en START/PAUZE geven aan of het deksel geopend kan worden : Lampje DEKSEL Lampje START/PAUZE Openen van het deksel mogelijk? Brandt groen Knippert rood Ja, ontgrendelen van het deksel Brandt groen Brandt rood Ja, maar eerst toets START/PAUZE indrukken Brandt rood Knippert rood of blijft rood branden Nee Indien: - het lampje EINDE knippert, - en/of de foutcode E40 in het vernster verschijnt, geeft dit aan dat u hebt geprobeerd een wasprogramma te starten zonder dat het deksel op de juiste manier is gesloten. Druk in dit geval stevig op het deksel en start het wasprogramma nogmaals. 16 Informatie voor de gebruiker Voordat u gaat wassen Wasgoed sorteren en voorbereiden • Wasgoed volgens soort en behandelingsetiket sorteren : normale was voor sterk wasgoed dat krachtig wassen en centrifugeren kan verdragen; fijne was voor teer wasgoed dat voorzichtiger moet worden behandeld. Kies voor gemengde ladingen programma en temperatuur passend bij het teerste textiel. • Wit en gekleurd wasgoed apart wassen. Anders kan het witte goed verkleuren resp. vergrauwen. • Nieuw wasgoed geeft vaak af. Zulke stukken daarom de eerste keer liever apart wassen. Houd u aan de aanwijzingen "apart wassen" en "enkele keren apart wassen" op het behandelingsetiket. • Zakken leegmaken en het wasgoed uit elkaar vouwen. • Alle losse knopen, haken en ogen verwijderen. Ritsen sluiten, een knoop leggen in veters en riempjes. • Kleding die uit meer lagen bestaat (slaapzakken, anoraks enz.), gebreid gekleurd textiel en wol en textiel met applicaties binnenste buiten keren. • Kleine en tere stukken wasgoed (sokken, panty's, beha's enz.) in een wasnetje wassen. Vooral beugelbeha's altijd in een wasnetje wassen. Een losgeraakte beugel kan zeer grote schade veroorzaken aan wasgoed en wasautomaat, waarvoor AEG niet aansprakelijk kan worden gesteld. • Vitrages bijzonder voorzichtig behandelen. Haken verwijderen en de vitrages in een net of zak binden Hoeveelheid wasgoed De hoeveelheid wasgoed die u in de trommel doet mag het maximale vulgewicht van de wasautomaat niet overschrijden. Dit vulgewicht hangt af van het soort wasgoed. Doe minder wasgoed in de machine als het erg vuil is. Niet alle textielsoorten hebben hetzelfde volume en hetzelfde opnemend vermogen. Daarom moet de trommel in het algemeen als volgt gevuld worden: • vol, maar niet overvol voor katoen en linnen, • halfvol voor weefsels gemengd met katoen en synthetische weefsels, 17 Informatie voor de gebruiker • voor een derde gevuld voor tere artikelen zoals vitrages en wol. Bij een gemengde was het vulgewicht van het teerste materiaal aanhouden. Wasmiddelen en nabehandelingsmiddelen Gebruik alleen wasmiddelen en nabehandelingsmiddelen die geschikt zijn voor gebruik in een wasautomaat. Lees de aanwijzingen van de fabrikant. Gelijktijdig gebruik van meerdere soorten wasmiddelen wordt afgeraden, dit kan het wasgoed beschadigen. De hoeveelheid wasmiddel hangt af van de hoeveelheid wasgoed, de waterhardheid en de mate van verontreiniging van het wasgoed. Als het water zacht is, kunt u wat minder doseren. Doseer wat meer als het water hard is (of gebruik liever een waterontharder) of als het wasgoed erg vuil of gevlekt is. Informatie over de waterhardheid in uw woonplaats kunt u bij het waterleidingbedrijf krijgen. Wasmiddelen in poedervorm kunnen zonder beperkingen worden gebruikt. Gebruikt u een vloeibaar wasmiddel, dan mag u dat, mits u geen voorwas doet, direct in het vakje voor het hoofdwasmiddel gieten. U kunt ook een doseerbol gebruiken. In beide gevallen moet het wasprogramma meteen worden gestart. Wasmiddelen in tabletvorm legt u in het vakje voor hoofdwasmiddel. Houd u bij de behandeling van vlekken vóór het wasprogramma aan de dosering en instructies die de fabrikant van het product geeft. Wanneer u het wasmiddel gebruikt voor het behandelen van vlekken, dan moet u het wasprogramma meteen starten. 18 Informatie voor de gebruiker Internationale behandelingsetiketten 19 Informatie voor de gebruiker Een was doen Voordat u de machine in gebruik neemt, raden wij u aan een wasgang op 90°C zonder wasgoed uit te voeren om de kuip schoon te maken. Wasgoed in de machine doen Maximaal vulgewicht: zie "Programmatabellen". Aanwijzingen m.b.t. een juiste voorbereiding van het wasgoed: zie "Wasgoed sorteren en voorbereiden". •Wasgoed sorteren en voorbereiden. •Machine- en trommeldeksel openen. •Wasgoed in de machine doen. A Attentie! Bij het sluiten van het trommeldeksel opletten dat er geen wasgoed tussen het deksel wordt geklemd! Wasgoed en apparaat zouden kunnen beschadigen! •Trommel- en machinedeksel goed sluiten. Was-/nabehandelingsmiddel doseren: Vak voor vloeibaar nabehandelingsmiddel: (wasverzachter, stijfsel) Attentie! Vak niet verder dan markering MAX vullen. Dikvloeibare middelen eventueel tot markering MAX met water verdunnen, poedervormig stijfsel eerst oplossen. Vak voor vlekkenzout: Vak voor voorwasmiddel*/inweekmiddel* alleen voor extra programma's (VOORWAS*/INWEKEN*) of voor ontharder Vak voor poedervormig hoofdwasmiddel: Als u waterontharder gebruikt en het linker vak voor voorwas-*/ inweekmiddel* nodig hebt, de waterontharder op het hoofdwasmiddel in het rechter vak doseren. 20 *. afhankelijk van model Informatie voor de gebruiker Bij gebruik van vloeibare wasmiddelen/tabletten: Vloeibare wasmiddelen resp. tabletten met door de wasmiddelindustrie aangeboden doseerhulpjes doseren. Let op de aanwijzingen op de wasmiddelverpakking. Programma kiezen In de programmatabel ziet u, welk programma geschikt is voor uw wasgoed. Draai de programmakiezer op het gewenste programma, de lampjes van de betreffende programma-onderdelen gaan branden. Het display laat zien hoe lang het gekozen programma ongeveer gaat duren. De tijd in het display wordt tijdens het programma automatisch aangepast. Centrifugetoerental kiezen Het maximale centrifugetoerental (aangepast aan het soort wasgoed) wordt aangegeven als u het programma kiest en als de machine op pauze staat. Door toets "CENTRIFUGETOERENTAL/SPOELSTOP" in te drukken kunt u echter het toerental verlagen of spoelstop (alleen pompen) kiezen. Extra functies kiezen De verschillende extra functies kunt u kiezen nadat u het programma hebt gekozen en voordat u toets "START/PAUZE" indrukt. Druk de gewenste toets(en) in, de betreffende lampjes gaan branden. Als u een toets nogmaals indrukt, gaat het lampje uit. Als een functie niet kan worden gecombineerd met het gekozen programma, gaat het betreffende lampje knipperen en verschijnt "Err" in het display (zie programmatabel). Startuitstel kiezen Deze functie stelt de start van het programma 30, 60, 90 minuten tot 23 uur uit. Kies het aantal uren dat u de start wilt uitstellen door de toets verschillende malen in te drukken. 21 Informatie voor de gebruiker Wasprogramma starten • Controleren of de waterkraan open is. • Wasprogramma starten: toets START/PAUZE indrukken. Het programma wordt gestart, resp. start na afloop van de ingestelde starttijdkeuze. Het machinedeksel is niet goed gesloten als bij indrukken van toets START/PAUZE • de indicatie DEKSEL rood knippert • daarna de foutcode E40 in het multidisplay knippert, • en de indicatie EINDE knippert. In dat geval deksel stevig dichtdrukken en toets START/PAUZE nogmaals indrukken. Bij ingestelde starttijdkeuze : De ingestelde tijd loopt af, in het multidisplay wordt de resterende tijd tot de programmastart (in volle uren) aangegeven. Tijdens deze periode kunt u nog wasgoed in de machine doen of de starttijdkeuze wijzigen resp. afbreken. • Wasgoed in de machine doen: toets START/PAUZE indrukken, het deksel kan worden geopend. Dan machinedeksel sluiten en toets START/PAUZE weer indrukken. • Starttijdkeuze wijzigen resp. afbreken: toets STARTTIJDKEUZE zo vaak indrukken, tot de gewenste tijd wordt aangegeven; als de programmalooptijd wordt aangegeven (indicatie in minuten), start het wasprogramma direct. Afloop van het wasprogramma Vóór de start worden de verschillende programma-onderdelen op de indicatie van het programmaverloop aangegeven. Tijdens het wasprogramma wordt aangegeven met welk onderdeel de machine bezig is. 22 Informatie voor de gebruiker Multidisplay : De te verwachten resterende looptijd (in minuten) wordt tot het einde van het programma in het multidisplay aangegeven. Bij automatische programma-aanpassing door de sturing van de wasautomaat (hoeveelheid wasgoed, soort wasgoed, onbalansherkenning, extra spoelgang enz.) kan de telling van de resterende looptijd stilgezet of gecorrigeerd worden. Einde van het programma/Wasgoed uit de machine nemen Als een wasprogramma is beëindigd, gaat EINDE in de indicatie van het programmaverloop branden. • Als u spoelstop hebt gekozen, moet eerst het water worden weggepompt: - Programmakiezer op UIT draaien. - Programmakiezer op POMPEN draaien en toets START/PAUZE indrukken (het water wordt zonder centrifugeren weggepompt), of - Programmakiezer op CENTRIFUGEREN draaien en toets START/ PAUZE indrukken (het water wordt weggepompt en het wasgoed wordt gecentrifugeerd of voorzichtig gecentrifugeerd). Na beëindiging van dit programma-onderdeel brandt de indicatie EINDE. • Deksel openen. Zodra de indicatie DEKSEL groen brandt, kan het machinedeksel worden geopend. De indicatie PARKEERSTAND in de indicatie van het programmaverloop wijst erop, dat de trommel vastgezet is en direct kan worden geopend. • Wasgoed uit de machine nemen. • Programmakiezer op UIT draaien. • Na het wassen het machinedeksel een tijd open laten staat zodat de wasautomaat kan luchten. Als de indicatie OVERDOSERING brandt, hebt u in het afgelopen programma te veel wasmiddel gebruikt. Bij de volgende was op de doseeraanwijzingen van de wasmiddelfabrikant en op het vulgewicht letten! Attentie! Als de wasautomaat langere tijd niet wordt gebruikt: waterkraan dichtdraaien en de wasautomaat spanningloos maken. 23 Informatie voor de gebruiker Programmatabel Hier vindt u een overzicht van niet alle mogelijke, maar alleen de in het dagelijks gebruik zinvolle instellingen. Soort wasgoed Witte was Max. vulgewicht (droog wasgoed) 5,0 kg Programmakiezer Temperatuur (°C) WITTE WAS / BONTE WAS 95 Energiespaarprog. ECO** 60 Bonte was Kreukherstellend 5,0 kg 40-60 MIX 5,0 kg WITTE WAS / BONTE WAS 30 - 60 2,5 kg KREUKHERSTELLEND 30 - 60 1,0 kg STRIJKVRIJ 40 Fijne was 2,5 kg FIJNE WAS 30 - 40 Wol/ Handwas 1,0 kg WOL Koud - 40 Alle 2,5 kg SNELWAS Mogelijke extra programma’s SPOELEN + KORT* VOORWAS VLEKKEN BEHOEDZAAM SPOELEN + KORT VOORWAS VLEKKEN*** BEHOEDZAAM**** *Kan niet gekozen worden bij instelling ECO, 40-60 MIX en in combinatie met VLEKKEN. **Dit 60°C-programma is het referentieprogrammma voor de gegevens op het energielabel, ***Kan niet gekozen worden bij temperaturen beneden 40°C en bij instelling FIJNE WAS. ****Kan niet gekozen worden bij instelling STRIJKVRIJ, FIJNE WAS. 24 Informatie voor de gebruiker Gebruik SPOELEN Met de hand gewassen goed kan in dit programma gespoeld worden. POMPEN Om af te pompen na spoelstop. CENTRIFUGEREN Om te centrifugeren tussen 400 en 1300/1200* tpm na spoelstop. * afhankelijk van model 25 Informatie voor de gebruiker Verbruikswaarden en tijdsduur voor gekozen programma’s (richtlijnen) Wasgoed in kg Water in liter Stroom in kWh WITTE / BONTE WAS 95 5,0 59 2,00 WITTE / BONTE WAS 60 5,0 54 1,20 WITTE / BONTE WAS 40-60 MIX 5,0 50 0,85 WITTE / BONTE WAS 40 5,0 55 0,65 WITTE / BONTE WAS 30 5,0 52 0,50 5,0 42 0,85 KREUKHERSTELLEND 60 2,5 50 1,00 KREUKHERSTELLEND 50 2,5 50 0,90 KREUKHERSTELLEND 40 2,5 50 0,60 KREUKHERSTELLEND 30 2,5 50 0,50 STRIJKVRIJ 40 1,0 58 0,55 FIJNE WAS 40 2,5 55 0,60 FIJNE WAS 30 2,5 55 0,40 WOL / 40 1,0 50 0,40 WOL / 30 1,0 50 0,30 WOL / koud 1,0 50 0,05 SPOELEN 5,0 45 0,15 POMPEN 5,0 - 0,01 CENTRIFUGEREN 5,0 - 0,05 SNELWAS 2,5 40 0,30 ECO 26 60* Tijd in minuten Zie multidisplay Programma/ Temperatuur in °C *Dit 60°C-programma is het referentieprogramma voor de gegevens op het energielabel, volgens richtlijn 92/75/EG. Informatie voor de gebruiker Reiniging en onderhoud In het dagelijks gebruik Deksel na het wassen open laten staan, opdat de wasautomaat kan drogen. Als u de wasautomaat langere tijd niet gebruikt : Waterkraan dichtdraaien en de wasautomaat spanningloos maken. Bedieningspaneel Attentie! Het paneel en de bedieningselementen in geen geval met middelen voor het onderhoud van meubelen of agressieve reinigingsmiddelen schoonmaken. Het bedieningspaneel en de bedieningselementen met een vochtig doekje reinigen. Alleen warm water gebruiken. Wasmiddelbox Van tijd tot tijd moet u de wasmiddelbox schoonmaken om eventuele resten van wasmiddel te verwijderen en functiestoringen te voorkomen. U kunt het bakje makkelijk losnemen. Druk op de lipjes links en rechts en trek de wasmiddelbox naar boven los. Wasmiddelbox schoonmaken. Gebruik hiervoor geen metalen voorwerpen, een borstel en heet water (niet kokend) zijn voldoende. Ook de hevels aan de achterkant van de wasmiddelbox moeten losgenomen en gereinigd worden. 27 Informatie voor de gebruiker Bij het weer inzetten en vergrendelen van de wasmiddelbox de randjes aan de zijkant in de uitsparingen in het machinedeksel leiden en de box naar beneden drukken. Wastrommel De wastrommel is van roestvrij edelstaal. Door roestende vreemde voorwerpen in het wasgoed kunnen roestvlekken op de trommel ontstaan. De trommel niet met zuurhoudende ontkalkingsmiddelen, chloor- of ijzerhoudende schuurmiddelen of staalwol reinigen. Geschikte ontkalkingsmiddelen zijn verkrijgbaar bij onze serviceafdeling. Roestvlekken op de trommel met een reinigingsmiddel voor roestvrij staal verwijderen. Pluizenzeef reinigen / Water aftappen Wasautomaat uitschakelen voordat u de pluizenzeef gaat reinigen! De pluizenzeef moet regelmatig gereinigd worden. Als lampje PLUIZENZEEF* brandt, direct de pluizenzeef schoonmaken. Reinig de zeef ook direct als u pluizig goed hebt gewassen. • Klepje openen (bijv. met een schroevendraaier) 28 * afhankelijk van model Informatie voor de gebruiker • Restwater laten weglopen : Zet een platte bak op de grond. Draai de dop van de zeef tegen de wijzers van de klok in (linksom) in de verticale stand en laat het water weglopen. • Pluizenzeef losnemen : Dop van de zeef losschroeven en zeef uitnemen. Onder stromend water goed schoonmaken. Weer inzetten en rechtsom vastschroeven. Na het reinigen van de pluizenzeef moet het klepje weer gesloten worden. Attentie : om veiligheidsredenen moet het klepje tijdens het gebruik gesloten zijn ! 29 Informatie voor de gebruiker Wat te doen als … Kleine storingen zelf oplossen Tijdens de fabricage van deze wasautomaat zijn vele controles uitgevoerd. Als er echter een storing optreedt, lees dan eerst onderstaande aanwijzingen voordat u contact opneemt met onze service-afdeling. 30 Probleem Oorzaak De machine start niet of er wordt geen water toegevoerd: • de machine is niet correct aangesloten, de elektrische installatie werkt niet, • het machinedeksel en de trommelkleppen zijn niet goed gesloten, • u hebt het programma niet goed gestart, • er is een stroomstoring, • de watertoevoer is afgesloten, • de waterkraan is dicht, • de watertoevoer is geblokkeerd. Er wordt water toegevoerd, maar meteen weer weggepompt: • de afvoerslang hangt te laag (zie hoofdstuk Installatie). De machine centrifugeert niet of pompt niet: • de afvoerslang is verstopt of gedraaid, • het afvoerfilter is verstopt, • de onbalansherkenning is in werking getreden; slechte verdeling van het wasgoed in de trommel, • u hebt programma pompen of functie "nachtstand"* gekozen, • de afvoerslang hangt niet op de juiste hoogte. Er ligt water op de vloer rond de wasautomaat: • te veel wasmiddel heeft te veel schuim gevormd en dat is overstroomd, • het wasmiddel is niet geschikt voor machinaal wassen, • de afvoerslang hangt niet goed, • het afvoerfilter is niet op z'n plek gezet, • de watertoevoerslang lekt. Informatie voor de gebruiker Probleem Wasresultaten zijn tevredenstellend: Oorzaak niet • het wasmiddel is niet geschikt voor machinaal wassen, • er zit te veel wasgoed in de trommel, • u hebt niet het juiste programma gekozen, • u hebt niet voldoende wasmiddel gedoseerd. De machine vibreert of staat onrustig: • niet alle verpakking is verwijderd, • de machine staat niet waterpas of is niet goed gevuld, • de machine staat te dicht tegen de muur of meubilair, • het wasgoed is niet goed in de trommel verdeeld, • er zit erg weinig wasgoed in de trommel. Het programma duurt te lang: • de watertoevoer is geblokkeerd, • er is een stroomstoring geweest of het water is afgesloten, • de oververhittingsbeveiliging van de motor is in werking getreden, • de temperatuur van het leidingwater is lager dan normaal, • het schuimherkenningssysteem is in werking getreden (te veel wasmiddel) en de machine heeft het schuim verwijderd, • de onbalansherkenning is in werking getreden, een extra fase is toegevoegd om het wasgoed beter in de trommel te verdelen. De machine stopt tijdens een programma: • er is een water- of stroomstoring, • u hebt spoelstop ingesteld. Het machinedeksel kan tijdens een programma niet geopend worden: • lampje "DEKSEL" is uit. • de temperatuur van het sop is te hoog. • het deksel kan pas 1 tot 2 minuten na beëindiging van het programma geopend worden*. 31 Informatie voor de gebruiker Probleem Oorzaak Lampje "PARKEERSTAND"* brandt niet na afloop van een wasprogramma: • de trommel kon de juiste positie niet bereiken door een voortdurende onbalans; draai de trommel met de hand. Foutcode E40 verschijnt in het display en lampje EINDE** knippert 4 keer***: • het machinedeksel is niet goed gesloten. Foutcode E20 verschijnt in het display en lampje EINDE** knippert 2 keer***: • het afvoerfilter is verstopt, • de afvoerslang is verstopt of gedraaid, • de afvoerslang ligt te hoog (zie hoofdstuk Installatie), • de afvoerpomp is verstopt, • de installatiesifon is verstopt. Foutcode E10 verschijnt in het display en lampje EINDE** knippert 1 keer***: • de waterkraan is dicht, • de watertoevoer in de woning is afgesloten. Foutcode EA0 verschijnt in het display en lampje EINDE** knippert 10 keer***: • De kleppen van de trommel zijn open. Foutcode EF0 verschijnt in het display en lampje EINDE** knippert 15 keer***: • De beveiliging tegen wateroverlast, aqua-control, is in werking getreden : - waterkraan dichtdraaien, - vervolgens de stekker uit het stopcontact trekken, - contact met de service-afdeling opnemen. Afvoerpomp blijft voortdurend lopen - ook wanneer het apparaat is uitgeschakeld: Wasverzachter komt tijdens het doseren uit de overloop (Lampje "OVERDOSERING"* brandt): • u hebt niet de juiste hoeveelheid gedoseerd, • de hevels aan de achterkant van het wasmiddelbakje zijn verstopt. *Afhankelijk van model. ** Afhankelijk van het model kunnen akoestische signalen klinken. *** Probleem indien mogelijk oplossen en dan toets "START/PAUZE" indrukken om het onderbroken programma opnieuw te starten. 32 Informatie voor de gebruiker Opstel-en aansluitaanwijzing Waarschuwingen • Deze wasautomaat is zwaar. Voorzichtig bij het verplaatsen ervan. • Voor het in gebruik nemen moet de verpakking van de wasautomaat worden verwijderd. Als niet de gehele transportbeveiliging wordt verwijderd, kan dat tot schade aan de wasautomaat of omringende meubelen leiden. De stekker mag tijdens het uitpakken niet in het stopcontact zitten. • De wateraansluiting mag alleen door een erkend installateur worden uitgevoerd. • De machine moet aan een stopcontact met randaarde worden aangesloten. • Een eventuele wijziging in de elektrische huisinstallatie mag alleen door een erkend elektro-installateur worden uitgevoerd. • Lees de aanwijzingen in hoofdstuk "Elektrische aansluiting" aandachtig, voordat u de machine gaat aansluiten. • Controleer na het installeren of de machine niet op het aansluitsnoer staat. • Als de machine op vaste vloerbedekking wordt geïnstalleerd, mogen de ventilatie-openingen aan de onderkant van de machine niet door het tapijt worden afgedekt. • Het aansluitsnoer mag alleen door onze service-afdeling vervangen worden. • Als de machine niet volgens de voorschriften is geïnstalleerd, wordt eventuele schade niet door de garantiebepalingen gedekt. 33 Informatie voor de gebruiker Afmetingen van het apparaat 34 Informatie voor de gebruiker Installatie Uitpakken Verpakkingsmateriaal dat is gebruikt om interne onderdelen van de machine tijdens het transport te beschermen moet verwijderd worden voordat de machine voor de eerste keer in gebruik wordt genomen. Verwijder al het verpakkingsmateriaal van de machine. Kantel de machine naar opzij, verwijder dan de verpakking onder de motor en zet de machine weer rechtop. Kantel de machine naar achteren en draai hem een kwart slag op één van de hoeken om de transportbodem te verwijderen. Open het machinedeksel en verwijder de transportbeveiliging en het plastic. Sluit het deksel. Gebruik een 10 mm moersleutel om de twee schroeven en afstandhouders achterop te verwijderen. 35 Informatie voor de gebruiker U kunt nu de openingen zien die moeten worden afgesloten met de meegeleverde dopjes; vergeet niet de dopjes te sluiten. Controleer of u al deze onderdelen uit de machine hebt verwijderd en bewaar ze zodat u ze indien nodig in de toekomst weer kunt gebruiken. Als u het apparaat weer gaat verpakken, dient u alle transportbeveiligingen weer te gebruiken. Bij het vastschroeven van de afstandshouders moet de veer worden samengedrukt tot een lengte van ca. 21 - 24 mm. Als u wilt dat de wasautomaat op één lijn staat met de keukenmeubelen ernaast, kunt u de slanghouder achterop de wasautomaat afsnijden. Laat de twee plaatjes op hun plek. Opstellen Zet de wasautomaat op een vlakke harde vloer in een goed geventileerde ruimte. Zorg ervoor dat de machine niet in aanraking komt met de muur of meubelen. 36 Informatie voor de gebruiker Machine verplaatsen Als u de machine wilt verplaatsen, tilt u hem op z'n rollers door de hendel onderaan de machine helemaal naar links te trekken. Als de machine op de gewenste plek staat, zet u de hendel weer in z'n oorspronkelijke stand terug. Waterpas stellen Als de machine waterpas staat voorkomt dat trillen, geluid en beweging tijdens het gebruik. Zet de machine waterpas door de stelschroef die te kort is aan te passen. Draai de ring los (til de machine indien nodig op). Als de machine stabiel staat, draai dan de ring zo ver mogelijk vast. Watertoevoer Het aqua-controlsysteem beschermt tegen waterschade. De watertoevoerslang kan door natuurlijke veroudering beschadigd raken: als dat gebeurt, blokkeert het systeem de watertoevoer naar het apparaat. In geval van storing verschijnt een rode markering in venster "A". Draai de waterkraan dicht en neem contact op met onze service-afdeling. 37 Informatie voor de gebruiker Installeer de watertoevoerslang op de achterkant van de wasautomaat: - Schroef de onderste fitting van de watertoevoerslang vast zoals aangegeven in afb. 1 en 2. - Sluit het koppelstuk aan de waterkraan aan. - Draai de waterkraan open. De watertoevoerslang mag niet verlengd worden. Als de slang te kort is, neem dan contact op met onze service-afdeling. Waterafvoer - Monteer de slanghouder op de afvoerslang. - Plaats de slang in een afvoerpijp (of in een gootsteen) op een hoogte tussen 70 en 100 cm. Zorg ervoor dat de slang niet kan wegglijden. Het uiteinde van de afvoerslang moet altijd belucht zijn om te voorkomen dat er water wordt overgeheveld. Belangrijk : de afvoerslang mag in geen geval verlengd worden.Als de slang te kort is, neem dan contact op met een erkend installateur. De verbindingsplaats buis / sifon met een slangklem vastzetten. 38 Informatie voor de gebruiker Elektrische aansluiting Vaste aansluiting aan het elektriciteitsnet mag alleen door een erkend elektro-installateur worden uitgevoerd. Bij het aansluiten moet aan de algemeen en plaatselijk geldende voorschriften van het elektriciteitsbedrijf strikt de hand worden gehouden. Controleer vóór het in gebruik nemen of de op het typeplaatje aangegeven netspanning en stroomsoort overeenkomen met netspanning en stroomsoort op de plaats van opstelling. Op het typeplaatje vindt u ook de vereiste waarde van de installatieautomaat of smeltveiligheid in uw groepenkast. De machine mag niet d.m.v. een verlengsnoer worden aangesloten. 39 Informatie voor de gebruiker Technische gegevens AFMETINGEN Hoogte Breedte Diepte NETSPANNING/FREQUENTIE AANSLUITWAARDE WATERDRUK Aansluiting aan waternet 850 mm 400 mm 600 mm 230 V / 50 Hz 2300 W Minimaal Maximaal 0,05 MPa (0,5 bar) 0,8 MPa (8 bar) Type 20x27 Dit apparaat voldoet aan EG-richtlijn 89-336 (EMCrichtlijn) en EG-richtlijn 73-23 EG (laagspanningsrichtlijn). 40 Informatie voor de gebruiker Garantievoorwaarden Onze producten worden met de grootst mogelijke zorgvuldigheid geproduceerd. Desondanks kan het voorkomen dat er een defect optreedt. Onze servicedienst zal dit op verzoek herstellen, zowel binnen als buiten de garantietermijn. De levensduur van het product wordt daardoor niet negatief beïnvloed. Onderstaande garantievoorwaarden zijn gestoeld op de EU Richtlijn 99/44/EG en het Burgerlijk Wetboek. De daaruit voortvloeiende rechten blijven onverlet. Ook de garantieverplichtingen van de verkoper naar de eindgebruiker blijven onaangetast. Voor dit product verlenen wij garantie volgens onderstaande voorwaarden: 1. Wij verhelpen kosteloos met inachtneming van de voorwaarden 2 tot en met 15 gebreken aan het product die zich openbaren binnen 24 maanden vanaf de datum van levering aan de eindgebruiker. In geval van professioneel of daarmee gelijk te stellen gebruik is de garantie beperkt tot 12 maanden. Voor tweedehands producten geldt eveneens een termijn van 12 maanden. 2. De garantieprestatie houdt in dat het product kosteloos wordt teruggebracht in de toestand die het had voor het defect optrad. Gebrekkige onderdelen worden hersteld of vervangen. Kosteloos vervangen onderdelen worden ons eigendom. 3. Het gebrek moet terstond gemeld worden om mogelijke verdere schade te voorkomen. De garantieaanspraak vervalt indien het gebrek niet binnen twee maanden na vaststelling is gemeld. 4. Voor een beroep op garantie dient het aankoopbewijs met aankoopen/of leveringsdatum te worden overlegd. Bij ontbreken daarvan dient ander overtuigend bewijs te worden overlegd. 5. De garantie heeft geen betrekking op schade aan kwetsbare onderdelen, zoals (vitrokeramisch) glas, kunststof, rubber, die ontstaan is door onzorgvuldig gebruik. 6. De garantie heeft geen betrekking op kleine afwijkingen van de gestelde kwaliteit die voor de waarde en deugdelijkheid van het product onbeduidend zijn. 7. De garantie geldt evenmin voor schade veroorzaakt door: • chemische en elektrochemische inwerking van water, • abnormale milieuomstandigheden in het algemeen, • voor het product oneigenlijke bedrijfsomstandigheden, • contact met agressieve stoffen. 8. De garantie heeft geen betrekking op gebreken door transportschade 41 Informatie voor de gebruiker 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. 16. 42 die buiten onze verantwoordelijkheid is ontstaan, niet-vakkundige installatie of montage, verkeerd gebruik, gebrekkig onderhoud, of het niet in acht nemen van de gebruiks- of montageaanwijzingen. Het recht op garantie vervalt wanneer het defect werd veroorzaakt door herstelling of ingrepen door derden die niet bevoegd of niet deskundig zijn, of wanneer het product voorzien werd van toebehoren of onderdelen die niet origineel zijn en daardoor een defect veroorzaken. Producten die gemakkelijk kunnen worden vervoerd dienen te worden overhandigd aan of gezonden naar onze servicedienst. Herstelling ter plaatse kan slechts worden gevraagd voor grote of ingebouwde producten. Indien het product zodanig is ingebouwd, ondergebouwd, opgehangen of geplaatst dat de benodigde tijd voor het in- en uitbouwen samen meer dan 30 minuten bedraagt, worden de hierdoor ontstane extra kosten aan de gebruiker in rekening gebracht. Schade die ontstaat door abnormale in- of uitbouw komt ten laste van de gebruiker. Indien binnen de garantieperiode de herstelling van hetzelfde defect herhaaldelijk mislukt of de herstellingkosten disproportioneel zijn wordt in overleg met de gebruiker een gelijkwaardige vervanging geleverd. In geval van vervanging behouden we ons het recht voor om een vergoeding te rekenen naar rato van de verstreken gebruiksperiode. Herstelling onder garantie heeft geen verlenging van de garantietermijn noch aanvang van een nieuwe garantietermijn tot gevolg. Op herstellingen geven wij een garantie van 12 maanden, uitsluitend op hetzelfde gebrek. Verdere of andere aanspraken, in het bijzonder vergoeding van schade ontstaan buiten het product, zijn uitgesloten voor zover een aansprakelijkheid niet wettelijk is vastgelegd. In geval van aansprakelijkheid zal een vergoeding de aankoopwaarde van het product niet overtreffen, tenzij wettelijk anders is bepaald. Informatie voor de gebruiker Deze garantievoorwaarden gelden voor in Nederland gekochte en/of in gebruik zijnde producten. Indien een product naar het buitenland wordt gebracht dient de gebruiker na te gaan of het product voldoet aan de technische voorwaarden (o.a. spanning, frequentie, installatievoorschriften, gassoort, klimaatomstandigheden) in het betreffende land. Voor in het buitenland aangeschafte producten dient de gebruiker zich te vergewissen van de bepalingen in Nederland. Noodzakelijke of gewenste aanpassingen vallen niet onder de garantie, en kunnen niet altijd worden aangebracht. Ook na afloop van de garantietermijn staat onze servicedienst u ter beschikking. Adres Servicedienst: Electrolux Service Vennootsweg 1 2404 CG ALPHEN AAN DEN RIJN www.aeg.nl 43 Informatie voor de gebruiker Reparatievoorwaarden Onze reparatievoorwaarden zijn conform de afspraak tussen de Consumentenbond en Vlehan*. Art. 1 Aan de consument zal na een melding van een storing zo mogelijk direct, doch uiterlijk binnen één werkdag worden medegedeeld op welke dag het bezoek van de technicus zal plaatsvinden. De reparatie zal als regel binnen zeven werkdagen na de melding zijn uitgevoerd. Art. 2 a) Alvorens de reparatie wordt verricht zal de technicus een onderzoek uitvoeren naar de vermoedelijke oorzaak van de gemelde storing. Aan de hand hiervan zal hij een zo nauwkeurig mogelijke, gespecificeerde begroting maken van de totale reparatiekosten inclusief voorrijkosten en diagnose-kosten. Desgevraagd zal deze begroting door de technicus schriftelijk worden vastgelegd. b) Indien de consument met het begrote bedrag niet akkoord gaat, zal op verzoek het te repareren toestel worden teruggebracht in de staat waarin het aan de technicus werd aangeboden. Nadat dit is geschied, zullen alleen de kosten van voorrijden en arbeidsloon in rekening worden gebracht op basis van de werkelijke bestede tijd, danwel van een vooraf vastgesteld tarief. Art. 3 Indien tijdens het uitvoeren van de reparatie duidelijk wordt dat: a) de oorspronkelijke reparatie door redelijkerwijs niet te voorziene omstandigheden niet tegen het begrote bedrag kan worden uitgevoerd, of b) ook andere dan in de begroting voorziene reparaties noodzakelijk zijn, zal overleg met de consument plaatsvinden en een herziene kostenbegroting worden gemaakt. In geval de consument daarmee alsnog niet akkoord gaat, geldt eveneens het in artikel 2b bepaalde. Art. 4 De reparatie zal zoveel mogelijk tijdens het eerste bezoek worden uitgevoerd. Indien om het toestel in werkende staat te brengen een tweede bezoek noodzakelijk is, zal: a) direct, doch uiterlijk binnen één werkdag door de betreffende service-organisatie of door de technicus met de consument de datum voor een tweede bezoek worden afgesproken. b) een herhalingsbezoek zal als regel binnen tien werkdagen na de melding plaatsvinden. 44 Informatie voor de gebruiker c) Art. 5 Art. 6 Art. 7 Art. 8 Art. 9 voor een tweede of daaropvolgend bezoek zal geen voorrijtarief in rekening worden gebracht, tenzij de noodzaak voor een herhalingsbezoek aan de consument is toe te schrijven. De consument ontvangt een gespecificeerde rekening met vermelding van type en serienummer van het apparaat, omschrijving van de diagnose, toegepaste tarieven, gebruikte onderdelen en materialen en een korte omschrijving van de verrichte werkzaamheden. De betaling van de rekening dient tegen afgifte van een reparatienota direct contant of door middel van een gegarandeerd betaalmiddel plaats te vinden. Op elke uitgevoerde en betaalde reparatie zal bij normaal huishoudelijk gebruik een volledige garantie van minimaal 3 maanden worden gegeven. Deze garantie omvat het kosteloos uitvoeren van een hernieuwde reparatie. Op de uitgewisselde en betaalde onderdelen geldt een garantietermijn van 12 maanden. Bij een beroep op garantie op de reparatie dient de consument op verzoek de gespecificeerde rekening van de voorgaande reparatie aan de technicus te overleggen. Indien na driemaal uitvoeren van eenzelfde reparatie hetzelfde defect bij normaal huishoudelijk gebruik opnieuw optreedt binnen de onder art. 6 bedoelde garantietermijn en redelijkerwijs een afdoend resultaat bij het opnieuw uitvoeren van de reparatie niet verwacht kan worden, zal aan de consument een nieuw exemplaar of soortgelijk toestel van hetzelfde merk worden aangeboden tegen bijbetaling op basis van een per product te bepalen jaarlijks afschrijvingspercentage. Vervangen onderdelen stelt de technicus weer ter beschikking van de consument, met uitzondering van de onder garantie of tegen een gereduceerde prijs vervangen onderdelen. Een reparatie dient op zodanige wijze te worden uitgevoerd, dat een toestel daarna weer volledig voldoet aan de veiligheidsvoorschriften, die op grond van een van fabriekswege aangebracht veiligheidskeurmerk gelden, danwel bij het ontbreken daarvan, aan de wettelijke vereisten terzake. Dit houdt ondermeer in, dat reparaties moeten worden uitgevoerd met originele en door de fabrikant ook terzake van veiligheidskeurmerken en voorschriften gegarandeerde onderdelen. *) Vereniging Leveranciers van Huishoudelijke Apparaten in Nederland. 45 Informatie voor de gebruiker Service In het hoofdstuk "Wat te doen als ..." zijn enkele storingen beschreven die u zelf kunt opheffen. Lees in geval van storing eerst dit hoofdstuk. Als u daar geen aanwijzingen vindt, neemt u contact op met onze service-afdeling. Bereid het gesprek altijd goed voor. Zo vergemakkelijkt u de diagnose en de beslissing of bezoek van een servicetechnicus nodig is. Noteer PNC/Enummer en Prod.nummer. Deze nummers vindt u op het typeplaatje en op de binnenkant van het deurtje voor de pluizenzeef. E-nr............. ......................................... Prod.nr........ ........................................ Geef onze service-afdeling ook het volgende op: • Hoe doet de storing zich voor? • Onder welke omstandigheden treedt de storing op? • Geeft het multidisplay een foutcode aan? Wanneer ontstaan er voor u ook tijdens de garantietermijn kosten? • als u de storing m.b.v. de storingstabel (zie hoofdstuk "Wat te doen als...") zelf had kunnen opheffen, • als onze service-technicus u verschillende malen moet bezoeken, omdat hij voor zijn bezoek niet alle belangrijke informatie heeft gekregen en nu bijv. onderdelen moet halen. Dit kunt u voorkomen als u uw telefoongesprek goed voorbereidt zoals boven beschreven. 46 Informatie voor de gebruiker Adres service-afdeling AEG fabrieksservice Postbus 120 2400 AC Alphen aan den Rijn Service-informatielijn tel. (0172) 468 300 (voor bezoek servicetechnicus en onderdelen) Consumentenbelangen tel. (0172) 468 172 (voor algemene, product- of gebruiksinformatie) www.aeg.nl 47 www.electrolux.com www.aeg-electrolux.nl AEG Hausgeräte GmbH Postfach 1036 D-90327 Nürnberg http: //www.aeg.hausgeraete.de ©Copyright by AEG 146 9594 00 - 01/06
advertisement
* Your assessment is very important for improving the workof artificial intelligence, which forms the content of this project
Related manuals
advertisement