Aeg-Electrolux AG98850-4I Handleiding


Add to my manuals
10 Pages

advertisement

Aeg-Electrolux AG98850-4I Handleiding | Manualzz

AEG Hausgeräte GmbH

Postfach 1036

D-90327 Nürnberg http://www.aeg.hausgeraete.de

© Copyright by AEG

2222 107-16

Änderungen vorbehalten

10/04 Subject to change without notice

Wijzigingen voorbehouden

ARCTIS G 9 88 50-4 i

Integrierbares Gefriergerät

Integreerbare diepvrieskast

Integrating Freezer

Gebrauchs- und Einbauanweisung

Gebruiks- en montageaanwijzing

Operating and Installation Instructions

18

Bestimmungen, Normen, Richtlinien

Das Kältegerät ist für den Haushalt bestimmt und wurde unter Beachtung der für diese Geräte geltenden Normen hergestellt.

Bei der Fertigung wurden insbesondere die nach dem Gerätesicherheitsgesetz

(GSG), der Unfallverhütungsvorschrift für Kälteanlagen (VBG 20) und den

Bestimmungen des Verbandes Deutscher Elektrotechniker (VDE) notwendigen

Maßnahmen getroffen. Der Kältekreislauf wurde auf Dichtheit geprüft.

Dieses Gerät entspricht den folgenden EG-Richtlinien:

– 73/23/EWG vom 19.2.1973 - Niederspannungsrichtlinie

– 89/336/EWG vom 3.5.1989 (einschließlich Änderungsrichtlinie

92/31/EWG) - EMV-Richtlinie

Doel, normen, richtlijnen

Het koelapparaat is voor huishoudelijk gebruik bestemd en is met in-achtneming van de voor deze apparaten geldende normen gemaakt. Bij de fabricage zijn speciaal die maatregelen genomen die vereist zijn volgens de Duitse wet op de veiligheid van toestellen (GSG), volgens de

Duitse voorschriften ter voorkoming van ongevallen bij koudeinstallaties (VBG 20) en volgens de bepalingen van de ver-eniging van Duitse elektotechnici (VDE). De koudecirculatie is op dichtheid getest.

Dit apparaat voldoet aan de volgende EG-richtlijnen:

– 73/23/EWG van 19.2.1973 - Laagspanningsrichtlijn0

– 89/336/EWG van 3.5.1989

(met inbegrip van Wijzigingsrichtlijn 92/31/EWG) - EMC-richtlijn

35

34

Storing

Apparaat koelt te sterk.

Mogelijke oorzaken

Temperatuur is te laag ingesteld.

Temperatuur is niet juist ingesteld.

Verhelpen

Tenmperatuurregelaar tijdelijk op een hogere stand zetten.

Zie hoofdstuk “Ingebruikname”.

Sterke rijpvorming in het apparaat, eventueel ook aan de deurafdichting.

Deur heeft te lang opengestaan.

Storing aan het apparaat

Deurafdichting is lek (eventueel na het verwisselen van de deuraanslag).

Deur slechts zo lang open laten als nodig is. Snelvriesschakelaar gebruiken.

De temperatuur in de vriesruimte is niet voldoende, rode lampje brandt.

In de laatste 24 uur zijn grotere hoeveelheden warme levensmiddelen opgeslagen.

Het apparaat staat naast een warmtebron.

Snelvriesschakelaar gebruiken.

Zie hoofdstuk “Opstelplaats”.

Snelvriesschakelaar aanzetten, vrieskast gesloten houden, klantendienst informeren.

Op de ondichte plaatsen de deurafdichting voorzichtig met een föhn verwarmen (niet heter dan ca. 50 °C). Tegelijkertijd de verwarmde deurafdichting met de hand zo in vorm trekken dat hij weer helemaal sluit.

Ongewone geluiden.

Apparaat staat niet recht.

Instelvoetjes bijstellen.

Apparaat komt tegen de muur of tegen andere voorwerpen aan.

Een onderdeel, bijv. een leiding, aan de achterkant van het apparaat komt tegen een ander onderdeel van het apparaat aan of tegen de muur.

Apparaat iets wegtrekken.

Dit onderdeel voorzichtig wegbuigen.

Na het wijzigen van de temperatuurinstelling start de compressor niet direct.

Dit is normaal, het betreft geen storing.

De compressor start na enige tijd automatisch.

Geachte klant,

Lees eerst aandachtig de gebruiksaanwijzing door voordat u uw nieuwe koelapparaat in gebruik neemt. Hierin staat belangrijke informatie over een veilig gebruik, over het opstellen en over het onderhoud van het apparaat.

De gebruiksaanwijzing s.v.p. bewaren voor latere naslag. Aan eventuele volgende bezitters van het apparaat doorgeven.

Deze gebruiksaanwijzing is voor meerdere, technisch vergelijkbare modellen in diverse uitvoeringen bestemd. S.v.p. alleen op de aanwijzingen letten die op Uw apparaat betrekking hebben.

Met de waarschuwingsdriehoek en/of door signaalwoorden

(Waarschuwing!, Voorzichtig!, Let op!)

wordt de aandacht gevestigd op aanwijzingen die belangrijk zijn voor uw veiligheid of voor het juist functioneren van het apparaat. Hier absoluut op letten.

Na dit symbool wordt uitleg gegeven over de bediening en het prak-tisch gebruik van het apparaat.

Met het klaverblad worden tips en aanwijzingen voor een econo-mischen milieuvriendelijk gebruik van het apparaat aangegeven.

Voor eventueel optredende storingen staan in de handleiding aanwijzingen om deze zelf op te lossen, zie Hoofdstuk "Wat te doen als...". Als deze aanwijzingen niet voldoende informatie bieden staat onze klantendienst u te allen tijde ter beschikking.

Gedrukt op milieuvriendelijk vervaardigd papier wie ecologisch denkt, handelt ook zo ...

19

20

Inhoud

Veiligheid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .21

Weggooien . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .23

Informatie over de verpakking van het apparaat . . . . . . . . . . . . . . . . .23

Weggooien van oude apparaten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .23

Transportbescherming verwijderen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .23

Opstellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .24

Opstelplaats . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .24

Zorg voor een goede ventilatie rond het apparaat . . . . . . . . . . . . . . . .25

Nismaten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .25

Elektrische aansluiting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .25

Voor ingebruikname . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .25

Bedienings- en kontroleinrichting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .26

In gebruik nemen - temperatur instellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .27

Invriezen en diepgevroren opslaan . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .29

Symbolen bewaarde producten/ Diepvrieskalender . . . . . . . . . . . . .30

Het maken van ijsblokjes . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .30

Ontdooien en reinigen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .31

Apparaat uitzetten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .32

Tips om energie te besparen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .32

Wat te doen als . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .33

Hulp bij storingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .33

Doel, normen, richtlijnen

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .35

apparaat. Ventilatieopeningen nooit afdekken.

• Geen warme spijzen in het apparaat zetten. Warme spijzen eerst laten afkoelen.

• Deur slechts zo lang open laten als nodig is.

• De temperatuur niet lager dan nodig instellen.

• Kontroleer de bewaartemperatuur met behulp van de thermometer.

• Diepvriesartikelen voor het ontdooien in de koelkast leggen. De koude in de diepvriesartikelen wordt zo voor koeling van de koelkast gebruikt.

• Houd de warmte afgevende verdamper, het metalen rooster aan de achterzijde van het toestel, schoon.

Wat te doen als ...

Hulp bij storingen

Het kan bij een storing om kleine defecten gaan die kunt oplossen zelf aan de hand van de volgende aanwijzingen. Voer zelf geen verdere werkzaamheden uit als de volgende informatie in concrete gevallen niet verder helpt.

Waarschuwing!

Reparaties aan het koelapparaat mogen alleen door geschoold personeel uitgevoerd worden. Door ondeskundige reparaties kunnen grote gevaren ontstaan voor de gebruiker. Wend u bij reparatie tot onze klantendienst.

Storing Mogelijke oorzaken

Apparaat is niet aangezet.

Stekker zit niet in het stopcontact of zit los.

Apparaat werkt niet, geen controlelampje brandt

Zekering is los of kapot.

Stopcontact is kapot.

Verhelpen

Apparaat aanzetten.

Stekker in stopcontact steken.

Zekering controleren, eventueel vernieuwen.

Storingen in het lichtnet door

Uw electrovakman laten verhelpen.

Groene lampje brandt niet, gele lampje brandt bij ingeschakelde snelvriesfunctie.

Gele lampje brandt niet bij ingeschakelde snelvriesfunctie, apparaat werkt.

Groene lampje defect.

Gele lampje defect.

Klantendienst informeren.

Klantendienst informeren.

33

32

1.

2.

3.

4.

6.

7.

5.

zekering er uit.

• Het apparaat nooit met stoomreinigingsapparaten schoonmaken. Er kan vocht in de electrische onderdelen komen. Gevaar voor schokken! Hete damp kan kunstoffen onderdelen beschadigen.

• Het apparaat dient droog te zijn voordat het weer in gebruik geno-men wordt.

Let op!

• Etherische oliën en organische oplosmiddelen kunnen kunststof onderdelen aantasten, bijv.

– Sap van citroen– of sinaasappelschillen;

–boterzuur;

– Schoonmaakmiddelen die azijnzuren bevatten.

Dergelijke substanties niet in contact brengen met apparaatonder-delen.

• Geen schurende schoonmaakmiddelen gebruiken.

Apparaat en interieur met een doek en lauwwarm water schoonmaken.

Eventueel een beetje normaal afwasmiddel gebruiken.

Daarna met schoon water afnemen en droogmaken.

Als alles droog is, schakel op snelvriezen. Laat de vriezer tenminste 2 uur leeg vriezen. Daarna de levensmiddelen terug in de vriezer plaatsen en het apparaat weer in bedrijf nemen.

Apparaat uitzetten

5.

Als het apparaat gedurende langere tijd niet gebruikt wordt:

Levensmiddelen uit vriesruimte nemen.

Apparaat uitzetten, daartoe de temperatuurregelaar op stand “0” draaien.

Stekker uit het stopcontact halen of zekering uitschakelen, er resp. uithalen.

Diepvriesruimte ontdooien en grondig reinigen (zie hoofdstuk “Ontdooien en reinigen”).

Deuren daarna open laten om geurvorming te voorkomen.

Tips om energie te besparen

• Het apparaat niet in de buurt van kachels, verwarmingselementen of andere warmtebronnen plaatsen. Bij een hoge omgevingstempera-tuur werkt de compressor vaker en langer.

• Zorgen voor voldoende be- en ontluchting aan de onderkant van het

Veiligheid

De veiligheid van onze koelapparaten voldoet aan de Europese en Nederlandse normen. Desondanks zien wij ons genoodzaakt u met de volgende veiligheidsaanwijzingen vertrouwd te maken:

Reglementaire toepassing

• Het koelapparaat is voor huishoudelijk gebruik bestemd. Het is geschikt voor het invriezen en diepgevroren bewaren van levensmiddelen en voor het maken van ijs. Als het apparaat voor andere doeleinden gebruikt wordt kan de fabrikant geen verantwoording nemen voor eventuele schaden.

• Het ombouwen van of veranderingen aan het koelapparaat aanbrengen is uit veiligheidsoverwegingen niet toegestaan.

• Als het koelapparaat commercieel of voor andere doeleinden dan voor diepgevroren bewaren en invriezen van levensmiddelen gebruikt wordt, s.v.p. letten op de hiervoor van kracht zijnde wettelijke bepalingen.

Voordat het apparaat voor de eerste keer in gebruik genomen wordt

• Controleer het koelapparaat op transportschaden. Een beschadigd apparaat in geen geval aansluiten! Wend u in geval van schade tot de leverancier.

Koelmiddelen

Het apparaat bevat in het koelvloeistofcircuit de koelvloeistof Isobutan

(R600a), een natuurlijk, zeer milieuvriendelijk gas, dat echter wel brandbaar is.

• Bij het transport en het opstellen van het apparaat erop letten dat geen onderdelen van het koelvloeistofcircuit beschadigd worden.

• Bij beschadiging van het koelvloeistofcircuit:

– open vuur en brandhaarden absoluut vermijden;

– het vertrek waar het apparaat staat goed ventileren.

Veiligheid van kinderen

• Verpakkingsdelen (bijv. foliën, piepschuim) kunnen voor kinderen gevaarlijk zijn. Stikgevaar! Verpakkingsmateriaal van kinderen weghouden!

• Oude apparaten voor het weggooien onbruikbaar maken. Stekker uit het stopcontact trekken, stroomkabel doorknippen, eventueel aanwezige

21

22 snap– of grendelsloten verwijderen of kapotmaken. Daardoor wordt voorkomen dat spelende kinderen in het apparaat opgesloten raken (stikgevaar!) of in andere levensgevaarlijke situaties terecht komen.

• Kinderen kunnen gevaren die in het omgaan met huishoudelijke apparaten schuilen vaak niet herkennen. Zorg daarom voor de nodige toezicht en laat kinderen niet met het apparaat spelen.

Bij dagelijks gebruik

• Containers met brandbare gassen of vloeistoffen kunnen lek raken door de inwerking van koude. Explosiegevaar! Leg geen containers met brandbare stoffen zoals bijv. spraybussen, aanstekers, navullin-gen van aanstekers etc.

in het koelapparaat.

• Flessen en blikken mogen niet in het vriesvak. Ze kunnen springen als de inhoud bevriest – bij koolzuurhoudende inhoud zelfs exploderen! Leg noit limonades, sappen, bier, wijn, champagne etc. in het vriesvak. Uitzondering: sterke drank met een zeer hoog alcohol percentage kan in het vriesvak gelegd worden.

• Consumptie-ijs en ijsblokjes niet direct vanuit de vriesruimte in de mond steken. Zeer koud ijs kan aan de lippen of de tong vastvriezen en verwondingen veroorzaken.

• Niet met natte handen aan diepvriesartikelen komen. De handen kunnen daaraan vastvriezen.

• Geen elektrische apparaten (bijv. elektrische ijsmachines, mixers etc.) in het koelapparaat gebruiken.

• Voor het schoonmaken het apparaat altijd uitzetten en de stekker uit het stopcontact trekken of de zekering in de woning uitschakelen c.q. er uit draaien.

• De stekker altijd aan de stekker zelf uit het stopcontact trekken, nooit aan het snoer.

Bij storing

• Als er een storing aan het apparaat optreedt eerst in de gebruiks-aanwijzing kijken onder “Wat te doen als ...”. Als de daar gegeven aanwijzingen niet verder helpen zelf niet verder aan het apparaat werken.

• Koelapparaten mogen alleen dooor geschoold personeel gerepareerd worden. Door ondeskundige reparaties kunnen grote gevaren ont-staan. Wend u zich bij reparaties tot uw vakhandel of tot onze klantendienst.

Ontdooien en reinigen

1.

2.

3.

4.

5.

Als het apparaat aanstaat en als de deur geopend wordt, slaat vocht in het interieur, in het bijzonder op de verdamper, als rijp neer. Deze rijp van tijd tot tijd met de bijgevoegde plastic schraper verwijderen. In geen geval hiervoor harde of spitse voorwerpen gebruiken.

Het apparaat dient in ieder geval ontdooid te worden als de rijplaag ca. 4 mm dik is: echter minimaal eenmaal per jaar. Een geschikt moment voor het ontdooien is als het apparaat leeg is of als er nog maar weinig artikelen in liggen.

Elke temperatuurstijging vermindert de houdbaarheid van de diepvriesprodukten. Schakel daarom ca. 12 uur van te voren het toestel op snelfriezen, om een koudereserve in de diepvriesprodukten te scheppen.

Waarschuwing!

• Geen electrische verwarmingsapparaten en andere mechanische of kunstmatige hulpmiddelen gebruiken om het ontdooien te versnellen.

• Geen ontdooisprays gebruiken, deze kunnen gevaarlijk voor de gezondheid zijn en/of stoffen bevatten die plastic aantasten.

Voorzichtig!

Niet met natte handen aan bevroren artikelen komen. De handen kunnen daaraan vastvriezen.

Bevroren artikelen er uitnemen, in meerdere lagen krantenpapier wik kelen en op een koele plaats leggen.

Apparaat uitzetten en de stekker uit het stopcontact halen of de zekering uitschakelen c.q. er uitdraaien.

Alle laden, behalve de onderste, er uit halen.

Steek de kunststofschraper in de opening onder de vries-ruimte en plaats daar een schaaltje of teiltje onder.

D068

Tip:

Om het ontdooien te versnellen een pan met heet water in het apparaat zetten en de deur sluiten. Afgevallen stukken ijs voordat ze volledig ontdooien verwijderen.

Na het ontdooien de vriesruimte plus het interieur grondig schoonmaken.

Waarschuwing!

• Het apparaat mag tijden het schoonmaken niet op het electrici-teitsnet aangesloten zijn. Gevaar voor schokken! Zet voor het schoonmaken het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact of schakel c.q. draai de

31

30

2.

3.

het apparaat plaatsen.(zie figuur) Niet bevroren artikelen mogen niet in aanraking komen met reeds bevroren waren omdat anders de bevroren artikelen ontdooien kunnen.

Wilt U de max. hoeveelheid invriezen,dan dient u de snelvriesschakelaar in te schakelen

Diepvriesartikelen het liefst naar soort apart in de laden leggen.

Symbolen bewaarde producten/Diepvrieskalender

• De symbolen op de laden geven de diverse soorten diepvriesproducten aan.

• De getallen geven voor iedere soort diepvriesproduct de opslagtijd in maanden aan. Of de hoogste of de laagste waarde van de aangegeven opslagtijd geldt, hangt af van de kwaliteit van de levens-middelen en de behandeling voorafgaand aan het invriezen. Voor levensmiddelen met een hoog vetgehalte geldt altijd de laagste waarde.

Het maken van ijsblokjes

1. IJsbakje voor 3/4 met koud water vullen, in de vriesruimte plaatsen en laten bevriezen.

2.

Om de ijsblokjes los te maken het ijsbakje omdraaien of kort onder stromend water houden.

Attentie!

Een eventueel vastgevroren ijsbakje in geen geval met spitse of scherpe voorwerpen losmaken. Gebruik de bijgevoegde ijsschraper.

Weggooien

Informatie over de verpakking van het apparaat

Alle gebruikte grondstoffen zijn milieuvriendelijk! Ze kunnen zonder gevaar weggegooid of in de vuilverbrandingsoven verbrand worden!

De grondstoffen: de kunststoffen kunnen ook opnieuw gebruikt worden en worden als volgt gekarakteriseerd:

>PE< voor polyethyleen, bijv. bij de buitenste verpakking en de zakken binnenin.

>PS< voor schuimpolystyrol, bijv. bij de bekledingsdelen, in principe FCKWvrij.

De kartonnen delen zijn van oud papier gemaakt en kunnen ook weer bij het oud-papier gedaan worden.

Weggooien van oude apparaten

Wegens milieuredenen dienen koelapparaten vakkundig ontmanteld te worden. Dit geldt voor uw huidige apparaat en - als het ook aan vervanging toe is - ook voor uw nieuwe apparaat.

Waarschuwing! Apparaten die hun tijd gehad hebben onbruikbaar maken voordat ze weggegooid worden. Stekker er afhalen, netsnoer doorknippen, eventuele snap- of grendelsloten verwijderen of kapot-maken. Hierdoor wordt voorkomen dat spelende kinderen in het apparaat opgesloten worden (verstikkingsgevaar!) of in andere levensgevaarlijke situaties terechtkomen.

Aanwijzingen voor het weggooien:

• Het apparaat mag niet bij het huis- of grofvuil gezet worden.

• Het koelvloeistofcircuit, in het bijzonder de warmtewisselaar aan de achterkant, mag niet beschadigd worden.

• Informatie over afhaaltijden of inzamelplaatsen zijn te verkrijgen bij de plaatselijke reinigingsdienst of op het gemeentehuis.

Transportbescherming verwijderen

Het apparaat alsmede de onderdelen van het interieur zijn voor het transport beschermd.

• Alle plakband alsmede bekledingsdelen uit het interieur verwijderen.

23

24

Opstellen

Opstelplaats

Het apparaat in een goed geventileerde en droge ruimte neerzetten.

De omgevingstemperatuur heeft invloed op het stroomverbruik.

Het apparaat daarom

– niet aan directe straling van de zon blootstellen;

– niet bij radiatoren, naast een kachel of andere warmtebronnen plaatsen;

– alleen op een plaats neerzetten waarvan de omgevingstemperatuur overeenkomt met de klimaatcategorie waarvoor het apparaat is ont-worpen.

De klimaatcategorieën staan op het merk- en type-aanduidingsplaatje dat zich links aan de binnenkant van het apparaat bevindt.

De volgende tabel geeft aan welke omgevingstemperatuur bij welke klimaatcategorie behoort:

Klimaatcategorie voor een omgevingstemperatuur van

SN

N

+10 tot +32 °C

+16 tot +32 °C

ST +18 tot +38 °C

T +18 tot +43 °C

Als het onvermijdelijk is het apparaat naast een warmtebron te plaat-sen, aan weerszijden minimaal de volgende afstanden aanhouden:

– tot elektrische kachels 3 cm;

– tot olie- en kolenkachels 30 cm.

Als men zich niet aan deze afstanden kan houden, is een warmte-isolatieplaat tussen kachel en koelapparaat aan te bevelen.

Als het koelapparaat naast een ander koel- of diepvriesapparaat staat, is een afstand van 5 cm aan weerszijden aan te bevelen, zodat zich geen condens vormt aan de buitenkant van de apparaten.

"Montage rechtstreeks onder een kookplaat is niet toegestaan. De temperaturen van de kookplaat, die op sommige plaatsen hoog zijn, kunnen het apparaat beschadigen.

Indien een kookplaat in de buurt van het apparaat geïnstalleerd wordt, dienen de betreffende montage- en veiligheidsvoorschriften in acht genomen te worden. Gezien de veelzijdigheid van de mogelijke installatievoorwaarden is het onmogelijk hier gedetailleerde informatie te verschaffen.

Men dient te voorkomen dat de ijskast warm wordt, door een geschikte afstand van de warmtebron aan te houden en door middel van het gebruik van een geschikte isolatieplaat. Bovendien dient een correcte ventilatie van het apparaat gegarandeerd te worden."

Invriezenen en diepgevroren opslaan

1.

In uw diepvrieskast kunt u diepvriesprodukten bewaren en verse levensmiddelen zelf invriezen.

Attentie!

• Voor het invriezen van levensmiddelen dient de temperatuur in de vriesruimte –18 °C of lager te zijn.

• Let op het op het typebordje aangegeven vriesvermogen. Het vries-vermogen is de maximale hoeveelheid verse waren die binnen 24 uur ingevroren kunnen worden. Als er gedurende meerdere dagen achter elkaar ingevroren wordt, neem dan slechts 2/3 tot 3/4 van de hoeveelheid aangegeven op het typebordje. De kwaliteit is beter, als de levensmiddelen snel tot in de kern bevriezen.

• Warme levensmiddelen voor het invriezen laten afkoelen. De warmte leidt tot verhoogde ijsvorming en verhoogt het energieverbruik.

• Bij het bewaren van kantenklare diepvriesprodukten dient u zich beslist aan de door de fabrikant opgegeven bewaartijd te houden.

• Eenmaal ontdooide levensmiddelen zonder verdere verwerking (bereiden tot panklare gerechten) in geen geval een tweede keer invriezen.

• Containers met brandbare gassen of vloeistoffen kunnen lek raken door de inwerking van koude. Explosiegevaar! Leg geen containers met brandbare stoffen zoals bijv. spraybussen, aanstekers, navullin-gen van aanstekers etc. in het vriesapparaat.

• Flessen en blikken mogen niet in de vriesruimte. Ze kunnen springen als de inhoud bevriest – bij koolzuurhoudende inhoud zelfs exploderen! Leg noot limonades, sappen, bier, wijn, champagne etc. in de vriesruimte. Uitzondering: sterke drank met een zeer hoog alcohol percentage kan in de vriesruimte gelegd worden.

• Als u de maximale invrieskapaciteit wilt benutten, moet u 24 uur van te voren (bij kleinere hoeveelheden

4 tot 6 uur) de snelinvriesschakelaar inschakelen.

9 Kg

Voorzichtig!

Diepvriesartikelen niet met natte handen aanraken. De handen kunnen daaraan vast vriezen.

7 Kg

De verpakte levensmiddelen in de laden leggen. De in te vriezen levensmiddelen in de korven van

D670

29

28

2.

3.

2.

elektronica van het apparaat de FROSTMATIC-functie na 24 uur uit. Het gele lampje gaat uit.

Door opnieuw op de FROSTMATIC toets te drukken kan de FROSTMATICfunctie te allen tijde handmatig beëindigd worden. Het gele lampje gaat uit.

Toets om het alarm uit te schakelen

Een abnormale verhoging van de temperatuur in de diepvries (bijv. uitvallen van de elektriciteit) wordt aangeduid door het knipperen van het controlelampje (H) en door een geluidsignaal.

Wanneer de normale omstandigheden hersteld worden, gaat het geluidsalarm uit, terwijl het alarmcontrolelampje blijft knipperen.

Door op alarmtoets (I) te drukken, verschijnt op de aanduiding (D) gedurende enkele seconden de hoogste temperatuur die in de diepvriezer ontstaan is.

Apparaat uitschakelen

1.

4.

Om uit te schakelen toets ON/OFF ca. 5 seconden ingedrukt houden. In de temperatuurindicatie begint een "count down", daarbij wordt van "3" naar

"1" teruggeteld. Bij bereiken van "1" schakelt de koelruimte uit. De temperatuurindicatie gaat uit.

Aanwijzing:

De instelling van het apparaat kan niet veranderd worden, als de stekker uit het stopcontact getrokken is of als er anderszins geen elektriciteit aanwezig is. Na aansluiting op het elektriciteitsnet start het apparaat weer op de stand waar het voor de stroomonderbreking op stond.

Als het apparaat gedurende langere tijd niet gebruikt wordt:

Apparaat uitschakelen door toets ON/OFF in te drukken tot de indicatie uitgaat (zie boven).

Stekker uit het stopcontact halen of zekering uitschakelen, er resp. uithalen.

Vriesvak ontdooien en apparaat grondig reinigen (zie hoofdstuk "Reiniging en onderhoud").

Daarna de deuren open laten staan om reukvorming te voorkomen.

Zorg voor een goede ventilatie rond het apparaat

Om veiligheidsredenen moet de ventilatie zodanig zijn als in Figur aangegeven.

Attentie: zorg ervoor dat de ventilatie openingen tijdens gebruik niet worden afgedekt.

50 mm min.

200 cm

2 min.

200 cm

2

Nismaten

Hoogte 880mm

Breedte 550 mm

Diepte 560 mm

Elektrische aansluiting

D567

Voor de elektrische aansluiting is een volgens de voorschriften geïnstalleerde beschermcontactdoos vereist.

De contactdoos moet zodanig worden geïnstalleerd, dat de steker altijd uit de contactdoos kan worden getrokken.

De elektrische zekering dient minstens 10 Ampère te zijn.

Indien het stopcontact bij een ingebouwd apparaat niet meer toegan-kelijk is, dient een maatregel in de elektrische installatie er voor te zorgen dat het apparaat van de stroom kan worden afgesloten (bijv. zekering, beveiligingsschakelaar, aardlekschakelaar of dergelijke met een contactopeningsbreedte van minimaal 3 mm).

• Voor ingebruikneming op het merk– en type–aanduidingsplaatje van het apparaat controleren of de netspanning en stroomsoort over-eenkomen met de waarden van het lichtnet op de plaats waar het apparaat komt te staan.

Bijv.: AC 220 ... 240 V 50 Hz of

220 ... 240 V~ 50 Hz

(d.w.z. 220 tot 240 Volt wisselstroom, 50 Hertz)

Het typeplaatje bevindt zich links aan de binnenkant van het apparaat.

Voor ingebruikname

• Het interieur van het apparaat en alle accessoires schoonmaken voor het eerste gebruik (zie Hoofdstuk “Reiniging en Onderhoud”).

25

Bedienings- en kontroleinrichting

°C

ON/OFF

+

°C

-

FROSTMATIC ALARMOFF

26

A B C

D

E F G

A.

netcontrole-indicatie (groen)

B.

toets ON/OFF van de diepvriezer

C.

toets voor temperatuurinstelling (+)

D.

temperatuurindicatie van de diepvriezer

E

F.

toets voor temperatuurinstelling (-) indicatie voor ingeschakelde FROSTMATIC-functie (geel)

G.

Toets FROSTMATIC

H.

Alarmcontrolelampje

I.

Toets om het alarm uit te schakelen

Toetsen voor temperatuurinstelling

H I

De temperatuur wordt ingesteld via de toetsen „C“ en „E“ De toetsen staan in verbinding met de temperatuurindicatie.

Door te drukken op één van de twee toetsen „C“ of „E“ wordt de temperatuurindicatie van de WERKELIJKE temperatuur (temperatuurindicatie brandt) op de GEWENSTE temperatuur (temperatuurindicatie knippert) omgeschakeld.

Met elke verdere druk op één van beide toetsen wordt de GEWENSTE temperatuur 1 °C verder gesteld. De GEWENSTE temperatur dient binnen 24 uur te worden bereikt.

Als geen toets wordt ingedrukt, schakelt de temperatuurindicatie na korte tijd (ca. 5 sec.) automatisch weer op de WERKELIJKE temperatuur terug.

GEWENSTE temperatuur betekent:

De temperatuur die in de diepvriezer moet heersen. De GEWENSTE temperatuur wordt met knipperende cijfers aangegeven.

WERKELIJKE temperatuur betekent:

De temperatuurindicatie geeft de temperatuur aan die op dat moment werkelijk in de diepvriezer heerst. De WERKELIJKE temperatuur wordt met brandende cijfers aangegeven.

Temperatuurindicatie

De temperatuurindicatie kan meerdere soorten informatie aangeven.

Bij normaal gebruik wordt de temperatuur aangegeven die op dat moment in de diepvriezer heerst (WERKELIJKE temperatuur).

Tijdens de temperatuurinstelling wordt knipperend de op dat moment ingestelde diepvriezer temperatuur aangegeven (GEWENSTE temperatuur).

In gebruik nemen - temperatuur instellen

1.

2.

3.

4.

5.

Stekker in stopcontact steken.

Toets Vriezer ON/OFF indrukken. Het groene lichtnetlampje gaat branden.

HEt alarmcontrolelampje (O) knippert zodra de ingestelde temperatuur bereikt worden. Het geluidsalarm wordt ingeschakeld.

Druk op de toetsen „C” of „E“ De temperatuurindicatie schakelt om en geeft knipperend de op dat moment ingestelde GEWENSTE temperatuur aan.

Gewenste temperatuur door indrukken van de toetsen „C“ en „E“ instellen

(zie hoofdstuk "Toetsen voor temperatuurinstelling"). De temperatuurindicatie geeft direct de gewijzigde instelling aan. Met elke druk op de toets wordt de temperatuur 1 °C hoger ingesteld.

Uit voedingswetenschappelijk standpunt is -18 °C voor de diepvriezer koud genoeg als bewaartemperatuur.

Het geluidsalarm wordt uitgeschakeld zodra de ingestelde temperatuur bereikt worden. Druk op de alarmtoers om het alarmcontrolelampje uit te schakelen.

Koude-accu

In één van de laden van de vriesruimte bevindt zich twee koude-accus.

Als de stroom uitvalt of bij een storing aan het apparaat verlengt de koude-accu de tijd tot de diepvriesartikelen te warm worden met meerdere uren. De koude-accu kan dit echter alleen optimaal doen als ze in de bovenste la vooraan boven op de diepvriesartikelen gelegd wordt. De koude-accu kan tijdelijk ook als koelelement voor koeltassen gebruikt worden.

FROSTMATIC

1.

De FROSTMATIC-functie versnelt het invriezen van verse levensmiddelen en beschermt tegelijkertijd de reeds ingevroren waren tegen ongewenste verwarming.

Door te drukken op de FROSTMATIC toets wordt de FROSTMATIC-functie ingeschakeld. Het gele lampje gaat branden.

Als de FROSTMATIC-functie niet handmatig beëindigd wordt, schakelt de

27

advertisement

Was this manual useful for you? Yes No
Thank you for your participation!

* Your assessment is very important for improving the workof artificial intelligence, which forms the content of this project

Related manuals