advertisement
User Manual
SH100
In deze gebruiksaanwijzing vindt u uitgebreide aanwijzingen voor het gebruik van uw camera. Lees deze gebruiksaanwijzing aandachtig door.
Ä
Klik op een onderwerp
Algemene problemen oplossen
Beknopt overzicht
Inhoud
Basisfuncties
Uitgebreide functies
Opname-instellingen
Weergeven en bewerken
Draadloos netwerk
Instellingen
Aanvullende informatie
Index
Informatie over gezondheid en veiligheid
Houd u altijd aan de volgende voorzorgsmaatregelen en gebruikstips om gevaarlijke situaties te vermijden en ervoor te zorgen dat de camera optimaal werkt.
Waarschuwing—situaties die bij u of anderen letsel kunnen veroorzaken
Haal de camera niet uit elkaar en probeer de camera niet te repareren.
Dit kan een schok veroorzaken of de camera beschadigen.
Gebruik de camera niet dichtbij ontvlambare of explosieve gassen en vloeistoffen.
Dit kan brand of een schok veroorzaken.
Plaats geen ontvlambare materialen in de camera en bewaren dergelijke materialen niet in de buurt van de camera.
Dit kan brand of een schok veroorzaken.
Raak de camera niet met natte handen aan.
Dit kan een schok veroorzaken.
Voorkom oogletsel bij het nemen van foto's.
Gebruik de flitser van de camera niet vlakbij (op minder dan 1 m afstand van) de ogen van mensen of dieren. Als u de flitser dicht bij de ogen van het onderwerp gebruikt, kunt u tijdelijke of permanente schade aan het gezichtsvermogen veroorzaken.
Houd de camera buiten het bereik van kleine kinderen en huisdieren.
Houd de camera en alle bijbehorende onderdelen en accessoires buiten het bereik van kleine kinderen en huisdieren. Kleine onderdelen vormen verstikkingsgevaar of kunnen schadelijk zijn wanneer deze worden ingeslikt. Bewegende onderdelen en accessoires kunnen ook fysiek gevaar opleveren.
Stel de camera niet gedurende lange tijd aan direct zonlicht of hoge temperaturen bloot.
Langdurige blootstelling aan zonlicht of extreme temperaturen kan permanente schade aan interne onderdelen van het toestel veroorzaken.
Voorkom dat de camera of oplader wordt bedekt voor kleden of kleding.
Dit kan oververhitting van de camera of brand veroorzaken.
Als er vloeistoffen of vreemde voorwerpen in de camera komen, moet u meteen alle voedingsbronnen, zoals de batterij of oplader, loskoppelen en vervolgens contact opnemen met een servicecenter van Samsung.
1
Informatie over gezondheid en veiligheid
Houd u aan alle regelgeving die het gebruik van camera's in bepaalde omgevingen beperkt.
•
Voorkom storing met andere elektronische apparatuur.
•
Schakel de camera uit voordat u aan boord van een vliegtuig gaat. De camera kan storing in de apparatuur van het vliegtuig veroorzaken. Houd u aan alle voorschriften van de luchtvaartmaatschappij en zet de camera uit als dit door het vliegtuigpersoneel wordt gevraagd.
•
Schakel de camera uit in de nabijheid van medische apparatuur. De camera kan storing veroorzaken in medische apparaten in ziekenhuizen of zorginstellingen. Volg alle voorschriften, waarschuwingsmededelingen en aanwijzingen van medisch personeel.
Vermijd storing van pacemakers.
Bewaar minimaal 15 cm afstand tussen de camera en pacemakers om mogelijke storing van de pacemaker te voorkomen, overeenkomstig de aanbevelingen van de onafhankelijke onderzoeksgroep Wireless Technology Research.
Als u vermoedt dat de camera storing veroorzaakt bij een pacemaker of ander medisch apparaat, moet u de camera onmiddellijk uitschakelen en voor instructies contact op te nemen met de fabrikant van de pacemaker of het medische apparaat.
Voorzichtig—situaties die kunnen resulteren in beschadiging van de camera of andere apparatuur
Haal de batterijen uit de camera wanneer u deze voor langere tijd opbergt.
Batterijen in het batterijvak kunnen na verloop van tijd gaan lekken of roesten en ernstige schade aan uw camera veroorzaken.
Gebruik uitsluitend authentieke, door de fabrikant aanbevolen lithium-ionbatterijen ter vervanging. Zorg dat u de batterij niet beschadigt of verhit.
Dit kan brand ontstaan of persoonlijk letsel veroorzaken.
Gebruik alleen door Samsung goedgekeurde batterijen, opladers, kabels en accessoires.
•
Niet-goedgekeurde batterijen, opladers, kabels of accessoires kunnen de camera beschadigen, letsel veroorzaken of ertoe leidden dat batterijen exploderen.
•
Samsung is niet aansprakelijk voor schade of letsel veroorzaakt door niet-goedgekeurde batterijen, opladers, kabels of accessoires.
2
Informatie over gezondheid en veiligheid
Gebruik batterijen niet voor doeleinden waarvoor de batterijen niet zijn bedoeld.
Dit kan brand of een schok veroorzaken.
Raak de flitser niet aan wanneer deze wordt gebruikt.
De flitser wordt zeer heet en kan brandwonden veroorzaken.
Als u de AC-oplader gebruikt, moet u de camera uitschakelen voor u de voedingsbron van de AC-oplader loskoppelt.
Anders kunt u brand of een schok veroorzaken.
Laat de stekker van de oplader niet in het stopcontact zitten als u de oplader niet gebruikt.
Dit kan brand of een schok veroorzaken.
Gebruik voor het opladen van de batterijen geen elektriciteitssnoeren of stekkers die beschadigd zijn, of een loshangend stopcontact.
Dit kan brand of een schok veroorzaken.
Zorg dat de AC-oplader niet in contact komt met de plus- en minpolen van de batterij.
Dit kan brand of een schok veroorzaken.
Forceer de cameraonderdelen niet en oefen geen kracht uit op de camera.
Dit kan leiden tot camerastoringen.
Wees voorzichtig bij het aansluiten van snoeren en adapters en het plaatsen van batterijen en geheugenkaarten.
Door het forceren van aansluitingen, het niet op de juiste manier aansluiten van snoeren of het niet op de juiste manier plaatsen van batterijen en geheugenkaarten kunt u poorten, aansluitingen en accessoires beschadigen.
Houd kaarten met magnetische stroken uit de buurt van het camera-etui.
Informatie die is opgeslagen op de kaart kan worden beschadigd of gewist.
Gebruik nooit een beschadigde oplader, batterij of geheugenkaart.
Dit kan een schok, camerastoring of brand veroorzaken.
3
Informatie over gezondheid en veiligheid
Controleer voor gebruik of de camera naar behoren functioneert.
De fabrikant is niet verantwoordelijk voor verlies van bestanden of schade die kan voortkomen uit defecten aan de camera of onjuist gebruik.
Sluit het uiteinde van de kabel met het indicatielampje (
S) op de
camera aan.
Als u de kabel omgekeerd aansluit, kunnen de bestanden beschadigen. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor enig verlies van gegevens.
Voorkom storing met andere elektronische apparatuur.
De camera zendt RF-signalen (Radio Frequency) uit die storing kunnen veroorzaken in elektronische apparatuur die niet of niet voldoende is beschermd, zoals pacemakers, gehoorapparaten, medische apparatuur en andere apparatuur thuis of in de auto.
Vraag advies bij de fabrikant van uw elektronische apparatuur om mogelijke problemen met storing op te lossen. Gebruik alleen door Samsung goedgekeurde apparaten of accessoires om ongewenste storingen te voorkomen.
Gebruik de camera in de normale gebruikspositie.
Raak de interne antenne van de camera niet aan.
Gegevensoverdracht en verantwoordelijkheden
•
Gegevens die via een WLAN worden verzonden, kunnen in verkeerde handen vallen, dus vermijd het verzenden van gevoelige gegevens in openbare ruimten of via open netwerken.
•
De fabrikant van de camera is niet aansprakelijk voor gegevensoverdracht waarmee inbreuk wordt gemaakt op auteursrechten, handelsmerken, intellectueeleigendomsrechten of regelgeving met betrekking tot de openbare zedelijkheid.
4
Copyrightinformatie
•
Microsoft Windows en het Windows-logo zijn geregistreerde handelsmerken van Microsoft
Corporation.
•
Mac is een geregistreerd handelsmerk van Apple
Corporation.
• microSD™ en microSDHC™ zijn geregistreerde handelsmerken van SD Association.
•
Wi-Fi
®
, het Wi-Fi CERTIFIED-logo en het Wi-Fi-logo zijn geregistreerde handelsmerken van de Wi-Fi Alliance.
•
Handelsmerken en handelsnamen in deze gebruiksaanwijzing zijn het eigendom van de betreffende eigenaars.
•
Cameraspecificaties of de inhoud van deze gebruiksaanwijzing kunnen bij een upgrade van camerafuncties zonder kennisgeving worden gewijzigd.
•
U kunt de camera het beste gebruiken in het land waar u deze hebt aangeschaft.
•
Het is niet toegestaan om enig deel van deze gebruiksaanwijzing zonder vooraf gegeven toestemming te hergebruiken of verspreiden.
•
Raadpleeg voor informatie over de Open Sourcelicentie het bestand 'OpenSourceInfo.pdf' op de meegeleverde cd-rom.
5
Overzicht van de gebruiksaanwijzing
Basisfuncties
Hier vindt u informatie over de indeling van de camera en basisfuncties voor het maken van opnamen.
Uitgebreide functies
Opname-instellingen
Hier vindt u informatie over het instellen van de opties in de opnamemodus.
Weergeven en bewerken
Draadloos netwerk
Hier wordt beschreven hoe u verbinding kunt maken met WLAN-netwerken en functies kunt gebruiken.
Instellingen
Hier vind u opties om de instellingen van uw camera te configureren.
Aanvullende informatie
Hier vindt u informatie over foutmeldingen, specificaties en onderhoud.
Pictogrammen in deze gebruiksaanwijzing
Pictogram
[ ]
( )
*
Functie
Aanvullende informatie
Veiligheidsvoorschriften en waarschuwingen
Cameraknoppen. [Ontspanknop] staat bijvoorbeeld voor de sluiterknop.
Paginanummer van verwante informatie
De volgorde van de opties of menu's die u moet selecteren om een stap uit te voeren, bijvoorbeeld: Raak m Fotoformaat aan (staat voor Raak m aan en raak vervolgens Fotoformaat aan).
Voetnoot
Afkortingen in deze gebruiksaanwijzing
Afkorting
ACB
AEB
AF
AP
DIS
DPOF
EV
ISO
WB
Betekenis
Auto Contrast Balance (automatische contrastverbetering)
Auto Exposure Bracket (opnamereeks met verschillende belichtingen)
Autofocus (automatische scherpstelling)
Access Point (Toegangspunt)
Digital Image Stabilization (digitale beeldstabilisatie)
Digital Print Order Format (digitale afdrukbestelling)
Exposure Value (belichtingswaarde)
International Organization for Standardization
White Balance (witbalans)
6
Uitdrukkingen in deze gebruiksaanwijzing
Op de ontspanknop drukken
•
Druk de [Ontspanknop] half in: druk de sluiterknop tot halverwege in
•
Druk op de [Ontspanknop]: druk de sluiterknop helemaal in
Belichting (Helderheid)
De hoeveelheid licht die de camera binnenkomt bepaalt de belichting. De belichting kan worden aangepast met sluitertijd, diafragmawaarde en ISO-waarde. Wanneer u de belichting verandert, worden de foto's donkerder of lichter.
Druk de [Ontspanknop] half in Druk op de [Ontspanknop]
Onderwerp, achtergrond en compositie
•
Onderwerp: het hoofdobject van een scène, zoals een persoon, dier of stilleven
•
Achtergrond: de objecten rond het onderwerp
•
Compositie: de combinatie van onderwerp en achtergrond
Achtergrond
Compositie
Onderwerp
Normale belichting Overbelicht (te helder)
7
Algemene problemen oplossen
Hier vindt u informatie waarmee u algemene problemen kunt oplossen door opnameopties in te stellen.
De ogen van het onderwerp zijn rood.
Foto's bevatten stofvlekken.
Dit wordt veroorzaakt door een reflectie van de flitser van de camera.
•
Stel de flitseroptie in op Rode ogen of
•
Als er al een foto is genomen, selecteert u in het bewerkingsmenu de optie Anti-rode ogen.
Als u de flitser gebruikt, worden stofdeeltjes in de lucht mogelijk vastgelegd op foto's.
•
Schakel de flitser uit of neem geen foto's op stoffige plaatsen.
•
Pas de ISO-waarde aan. (pag. 59)
Foto's zijn onscherp.
Dit kan worden veroorzaakt doordat u foto's maakt bij weinig licht of doordat u de camera niet goed vasthoudt. Gebruik de functie DIS of druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen op het
Bij nachtopnamen zijn foto's onscherp.
Het onderwerp is te donker door tegenlicht.
Om meer licht binnen te laten, gebruikt de camera een langere sluitertijd. Het kan dan lastig zijn de camera stil te houden, waardoor de foto's bewogen kunnen worden.
•
Selecteer de modus Nachtopname. (pag. 39)
•
•
•
Schakel de flitser in. (pag. 57)
Pas de ISO-waarde aan. (pag. 59)
Gebruik een statief om te voorkomen dat de camera beweegt.
•
•
•
•
•
Als de lichtbron zich achter het onderwerp bevindt of als er een groot contrast is tussen de lichte en donkere gebieden, kan het onderwerp te donker worden.
•
Maak geen foto's tegen de zon in.
Selecteer Tegenl. in de modus Scène. (pag. 38)
Stel de flitseroptie in op Invulflits. (pag. 57)
Pas de belichting aan. (pag. 68)
Stel de optie Automatische contrastverbetering (ACB) in. (pag. 69)
Stel de lichtmeetmethode in op Spot als er een helder onderwerp in het midden van het kader
8
Beknopt overzicht
Foto's van mensen maken
• Modus Beautyshot f
• Rode ogen/Anti-rode ogen (om rode ogen te voorkomen of te corrigeren) f
• Gezichtsdetectie f
's Nachts of in het donker foto's maken
• Modus Scène > Zon onder, Dageraad f
• Modus Nachtopname f
• Flitseropties f
• ISO-waarde (de lichtgevoeligheid aanpassen) f
Actiefoto's maken
• Continu, Bewegingsopname f
De belichting aanpassen (helderheid)
• ISO-waarde (de lichtgevoeligheid aanpassen) f
• EV (de belichting aanpassen) f
• ACB (compenseren voor onderwerpen tegen lichte achtergronden) f
• L.meting f
• AEB (3 foto's van dezelfde scène maken, maar met verschillende belichtingen) f
Foto's maken van tekst, insecten en bloemen
• Modus Scène > Tekst f
• Modus Close-up f
• Macro f
Effecten toepassen op foto's
• Modus Objectmarkering f
• Modus Magisch kader-opname f
• Modus Fotofilter f
• Modus Vignetten f
• Smart filter-effecten f
• Beeld aanpassen (om Kleurverz., Scherpte of Contrast aan te passen) f
Effecten toepassen op video's
• Modus Filmfilter f
• Modus Vignetten f
• Modus Paleteffectopname f
Bewegingsonscherpte voorkomen
• Digital Imaging Stabilization (DIS) f
• Bestanden weergeven op categorie in Smart Album f
• Bestanden weergeven in
3D-weergave f
• Bestanden weergeven als miniaturen f
• Bestanden op de geheugenkaart verwijderen f
• Foto's als diashow weergeven f
• Bestanden weergeven op een televisie f
• De camera aansluiten op een computer f
• Foto's verzenden via e-mail f
• Websites voor het delen van foto's of video's gebruiken f
• Geluid en volume aanpassen f
• De helderheid van het scherm aanpassen f
• De schermtaal wijzigen f
• De datum en tijd instellen f
• Voordat u contact opneemt met een servicecenter f
9
Inhoud
Basisfuncties
..................................................................... 14
Uitpakken .................................................................... 15
Onderdelen en knoppen van de camera .................... 16
De batterij en geheugenkaart plaatsen ....................... 18
De batterij opladen en de camera inschakelen .......... 19
..................................................... 19
De camera inschakelen .............................................. 19
De eerste instelling uitvoeren ...................................... 20
Uitleg over de pictogrammen ...................................... 22
Het aanraakscherm gebruiken .................................... 23
Het aanraakscherm en geluid instellen ....................... 25
Het weergavetype voor het aanraakscherm instellen ...... 25
..................................................... 25
Het startscherm gebruiken .......................................... 26
Het startscherm openen ............................................. 26
Pictogrammen op het startscherm
............................... 26
Pictogrammen opnieuw indelen ................................... 28
Foto's maken ............................................................... 29
Zoomen .................................................................... 30
Bewegingsonscherpte voorkomen (DIS) ....................... 32
Tips om betere foto's te maken .................................. 33
Uitgebreide functies
......................................................... 35
Opnamemodi gebruiken .............................................. 36
De Smart Auto-modus gebruiken ................................. 36
De Simpleshot-modus gebruiken ................................. 37
De Scènemodus gebruiken ......................................... 38
De Close-upmodus gebruiken ..................................... 38
De Nachtopnamemodus gebruiken ............................. 39
De Beautyshot-modus gebruiken ................................ 39
De Programmamodus gebruiken ................................. 40
De Filmmodus gebruiken ............................................ 41
De Smart filmmodus gebruiken .................................... 42
Effectmodi gebruiken .................................................. 44
De Objectbenadrukkingsmodus .................................. 44
De Magisch kader-opnamemodus gebruiken
De Fotofiltermodus ..................................................... 45
....................................... 47
De Vignettenmodus gebruiken ..................................... 48
................................... 49
Spraakmemo's opnemen ............................................ 50
Een spraakmemo opnemen ........................................ 50
Een spraakmemo aan een foto toevoegen
10
Inhoud
Opname-instellingen
........................................................ 52
Resolutie en beeldkwaliteit selecteren ........................ 53
De resolutie selecteren ............................................... 53
De beeldkwaliteit selecteren ........................................ 54
De timer gebruiken ...................................................... 56
Opnamen in het donker maken ................................... 57
Rode ogen voorkomen ............................................... 57
..................................................... 57
De ISO-waarde aanpassen ......................................... 59
De scherpstelling aanpassen ...................................... 60
........................................................ 60
Smart Touch AF gebruiken .......................................... 61
Fotograferen met één aanraking
.................................. 62
Het scherpstelgebied aanpassen ................................. 62
Gezichtsdetectie gebruiken ........................................ 63
Gezichten detecteren ................................................. 63
Een zelfportret maken ................................................. 64
Een foto van een lachend gezicht maken ..................... 64
Knipperende ogen detecteren ..................................... 65
Slimme gezichtsherkenning gebruiken .......................... 65
Gezichten als favoriet registreren (Mijn ster) ................... 66
Helderheid en kleur aanpassen ................................... 68
De belichting handmatig aanpassen (EV)
Compenseren voor tegenlicht (ACB) ............................ 69
..................................... 69
Een lichtbron selecteren (Witbalans) ............................. 70
Serieopnamen ............................................................. 72
Effecten toepassen/beelden aanpassen ..................... 73
Intelligente filtereffecten toepassen ............................... 73
Foto's aanpassen ....................................................... 76
Het zoomgeluid instellen ............................................. 77
11
Inhoud
Weergeven en bewerken
................................................. 80
Foto's of video's weergegeven in de afspeelmodus .. 81
............................................ 81
Foto's weergeven ....................................................... 88
..................................................... 90
Een spraakmemo afspelen .......................................... 92
Foto's bewerken .......................................................... 93
Het formaat van foto's aanpassen ................................ 93
Een foto draaien ......................................................... 94
Slim bijsnijden gebruiken ............................................. 94
Intelligente filtereffecten toepassen ............................... 95
Foto's aanpassen ....................................................... 95
Een afdrukbestelling maken (DPOF) ............................. 97
Bestanden op een tv weergeven ................................ 98
Windows-computer overbrengen ............................... 99
Bestanden overbrengen met Intelli-studio ................... 100
De camera loskoppelen (Windows XP)
Bestanden naar een Mac-computer overbrengen ... 104
Foto's met een PictBridge-fotoprinter afdrukken ..... 105
Draadloos netwerk
......................................................... 107
Verbinding maken met een WLAN en netwerkinstellingen configureren .............................. 108
............................. 108
Netwerkopties instellen ............................................. 109
Het IP-adres handmatig instellen
................................ 109
Tips voor netwerkverbindingen .................................. 110
Foto's via e-mail verzenden ...................................... 111
E-mailinstellingen wijzigen .......................................... 111
Foto's via e-mail verzenden ....................................... 113
Tekst invoeren .......................................................... 114
................................................. 115
Foto's of video's uploaden ........................................ 115
12
Inhoud
Foto's of video's weergeven op een
AllShare-televisie ....................................................... 118
Foto's of video's weergeven op een televisie I
Foto's of video's weergeven op een televisie II ............ 120
Foto's of video's verzenden naar een andere camera
Foto's of video's ontvangen van een andere camera ... 121
Foto's of video's verzenden naar een pc ..................... 123
Foto's of video's verzenden naar een
Blu-ray Disc-speler ................................................... 124
Over de WOL-functie (Wake on LAN) ....................... 125
Instellingen
...................................................................... 127
Instellingenmenu ....................................................... 128
Het instellingenmenu openen .................................... 128
Geluid ..................................................................... 129
Display .................................................................... 129
Connectiviteit ........................................................... 130
Algemeen ................................................................ 131
Aanvullende informatie
.................................................. 133
Foutmeldingen ........................................................... 134
Cameraonderhoud .................................................... 135
De camera reinigen .................................................. 135
De camera gebruiken of opbergen
............................. 136
Geheugenkaarten .................................................... 137
................................................................ 139
Voordat u contact opneemt met een servicecenter . 143
Cameraspecificaties .................................................. 146
Woordenlijst ............................................................... 150
Verklaring in officiële talen ......................................... 156
Index .......................................................................... 158
13
Basisfuncties
Hier vindt u informatie over de indeling van de camera en basisfuncties voor het maken van opnamen.
Uitpakken
Onderdelen en knoppen van de camera
De batterij en geheugenkaart plaatsen
De batterij opladen en de camera inschakelen
De batterij opladen ……………………… 19
De camera inschakelen …………………… 19
De eerste instelling uitvoeren
Uitleg over de pictogrammen
Het aanraakscherm gebruiken
Het aanraakscherm en geluid instellen
Het weergavetype voor het aanraakscherm instellen ………………… 25
Het geluid instellen ……………………… 25
Het startscherm gebruiken
Het startscherm openen ………………… 26
Pictogrammen op het startscherm ……… 26
Pictogrammen opnieuw indelen ………… 28
Foto's maken
Bewegingsonscherpte voorkomen (DIS) … 32
Tips om betere foto's te maken
Uitpakken
De productverpakking bevat de volgende onderdelen.
Optionele accessoires
Camera AC-adapter/USB-kabel
Camera-etui A/V-kabel
Oplaadbare batterij Polslus
Schermpen Gebruiksaanwijzing op cd-rom
Batterijoplader Geheugenkaart/
Geheugenkaartadapter
De afbeeldingen kunnen enigszins afwijken van de onderdelen die bij uw product zijn geleverd.
Snelstartgids
Basisfuncties
15
Onderdelen en knoppen van de camera
Zorg dat u vertrouwd bent met de diverse onderdelen en functies van de camera voordat u begint.
Ontspanknop
Flitser
Lens
Zoomknop
•
In de opnamemodus: In- en uitzoomen
•
In de afspeelmodus: Inzoomen op een deel van de foto of bestanden als miniaturen weergeven
Luidspreker
AF-hulplampje/Timerlampje
Interne antenne*
* Vermijd contact met de interne antenne tijdens het gebruik van het draadloze netwerk.
USB- en A/V-aansluiting
Voor aansluiting van USB- of A/V-kabel
Basisfuncties
16
Statiefbevestigingspunt
Batterijklep
Plaatsing van batterij en geheugenkaart
Onderdelen en knoppen van de camera
Microfoon
Power-knop
Aanraakscherm
Startknop
Afspeelknop
De polslus bevestigen x y
Statuslampje
•
Knippert: wanneer de camera een foto of video opslaat, wordt gelezen door een computer of printer, bij een onscherp onderwerp, wanneer verbinding wordt gemaakt met een WLAN of een foto wordt verzonden
•
Licht op: camera maakt verbinding met een computer of heeft scherpgesteld op het onderwerp
Basisfuncties
17
De batterij en geheugenkaart plaatsen
Hier vindt u informatie over het in de camera plaatsen van de batterij en van een optionele geheugenkaart.
De batterij en geheugenkaart verwijderen
Duw voorzichtig tegen de kaart totdat deze uit de camera loskomt en trek de kaart vervolgens uit de sleuf.
Geheugenkaart
Zorg dat bij het plaatsen van een geheugenkaart de goudkleurige contactpunten omhoog zijn gericht.
Geheugenkaart
Batterij vergrendeling
Schuif de vergrendeling naar boven om de batterij los te maken.
Plaats de batterij met het
Samsung-logo omlaag gericht.
Oplaadbare batterij
Oplaadbare batterij
U kunt het interne geheugen gebruiken voor tijdelijke opslag als er geen geheugenkaart is geplaatst.
Basisfuncties
18
De batterij opladen en de camera inschakelen
De batterij opladen
Voordat u de camera voor het eerst gaat gebruiken, moet de batterij worden opgeladen. Koppel de USB-kabel aan de ACadapter en sluit vervolgens het uiteinde van de kabel met het indicatielampje op de camera aan.
De camera inschakelen
Druk op [POWER] om de camera in of uit te schakelen.
•
Het scherm voor de eerste instelling verschijnt wanneer u de camera voor het eerst inschakelt. (pag. 20)
De camera inschakelen in de afspeelmodus
Druk op [Afspelen]. De camera wordt ingeschakeld en gaat direct naar de afspeelmodus.
Indicatielampje
•
Rood: bezig met opladen
•
Oranje: fout
•
Groen: volledig opgeladen
Basisfuncties
19
Als u uw camera inschakelt door [Afspelen] ongeveer 5 seconden ingedrukt te houden, geeft de camera geen enkel camerageluid.
De eerste instelling uitvoeren
Wanneer het scherm voor de eerste instelling verschijnt, volgt u de onderstaande stappen om de basisinstellingen van de camera te configureren.
1
Raak Language aan.
4
Raak Thuis en vervolgens z of x aan om een tijdzone te selecteren.
•
Als u naar een ander land reist, kunt u Bezoek aanraken en een nieuwe tijdzone selecteren.
Tijdzone
2
Selecteer een taal en raak o aan.
Londen
5
Raak o aan om op te slaan.
6
Raak Datum/tijd aanpassen aan.
3
Raak Tijdzone aan.
Basisfuncties
20
De eerste instelling uitvoeren
7
Stel de datum in.
Datum/tijd aanpassen
Jaar Maand Dag
8
Raak aan en stel de tijd in.
Uur
Datum/tijd aanpassen
Min.
•
Raak aan als u zomertijd wilt instellen.
9
Raak o aan om op te slaan.
10
Raak Aanraakkalibratie aan.
11
Tik met de schermpen op het plusteken op het scherm.
Aanraakkalibratie
Het beste resultaat krijgt u als u precies in het midden van het plusteken tikt.
12
Raak o aan om instellingen op te slaan.
Basisfuncties
21
Uitleg over de pictogrammen
Welke pictogrammen worden weergegeven op het scherm, is afhankelijk van de geselecteerde modus en de ingestelde opties.
1 2
1
Instellingenpictogrammen (aanraken)
Pictogram Beschrijving
Flitsoptie
Autofocusinstelling m
Timerinstelling
Opname-instellingen
Type weergave
2
Statuspictogrammen
Pictogram Beschrijving
Opnamemodus
Huidige datum
3
Pictogram Beschrijving
Huidige tijd
Diafragmawaarde
Sluitertijd
Spraakmemo
Timer
Autofocuskader
Bewegingsonscherpte
Zoomindicator
Zoomverhouding
Fotoresolutie als de intelligente zoomfunctie is ingeschakeld
Rasterlijnen
3
Statuspictogrammen
Pictogram Beschrijving
Resterend aantal foto's
Beschikbare opnametijd
Geheugenkaart niet geplaatst
(intern geheugen)
Geheugenkaart geplaatst
Basisfuncties
22
Pictogram Beschrijving
•
: volledig opgeladen
•
: gedeeltelijk opgeladen
•
: leeg (opladen)
Fotoresolutie
Videoresolutie
Framesnelheid
Audio-opname
Lichtmeting
Digital Image Stabilization (DIS)
Belichtingswaarde aangepast
ISO-waarde
Witbalans
Type serieopnamen
Flitser
Intelligent zoomen ingeschakeld
Smart filter
Beeld aanpassen
Gezichtsdetectie
Autofocus
Het aanraakscherm gebruiken
Hier vindt u informatie waarmee u het aanraakscherm leert gebruiken. Gebruik de meegeleverde schermpen om dingen op het scherm aan te raken of over het scherm te slepen.
Raak het scherm niet aan met scherpe voorwerpen, zoals pennen en potloden. Anders kunt het scherm beschadigen.
Aanraken
Raak een pictogram aan om een menu of optie te selecteren.
Vegen
Veeg voorzichtig met de schermpen over het scherm.
Smart Auto Programma Slimme film Web
E-mail Automatische back-up
Album Instellingen
Slepen
Raak een gedeelte van het scherm aan en sleep vervolgens met de schermpen.
Witbalans
Auto witbalans
Daglicht
Bewolkt
Basisfuncties
23
Het aanraakscherm gebruiken
Een optie selecteren
•
Sleep de optielijst omhoog of omlaag tot u de gewenste optie vindt. Raak de optie aan en raak o aan.
Witbalans
Auto witbalans
Daglicht
Bewolkt
•
Als een optie een instelkop heeft, raakt u de knop aan om de optie in of uit te schakelen.
Snelheid
Smart filter
Beeld aanpassen
DIS
• Als u meerdere items tegelijk aanraakt, herkent het aanraakscherm uw invoer mogelijk niet.
• Als u het scherm aanraakt met uw vinger, herkent het aanraakscherm uw invoer mogelijk niet.
• Wanneer u het scherm aanraakt of over het scherm sleept met de schermpen, kunnen er verkleuringen optreden. Dit is geen defect, maar een eigenschap van het aanraakscherm. Het effect is minimaal als u bij deze handelingen het scherm slechts licht aanraakt.
• Als u de camera gebruikt in vochtige omgevingen, werkt het aanraakscherm mogelijk niet correct.
• Als u beschermfolie of ander accessoires aanbrengt op het aanraakscherm, werkt het scherm mogelijk niet correct.
• Afhankelijk van de kijkhoek kan het scherm donker lijken. Pas de helderheid of de kijkhoek aan om de resolutie te verbeteren.
Basisfuncties
24
Het aanraakscherm en geluid instellen
Hier vindt u informatie over hoe u de basisinstellingen van het scherm en het geluid kunt aanpassen.
Het weergavetype voor het aanraakscherm instellen
U kunt een weergavetype selecteren voor het tonen van pictogrammen en opties.
1
Raak in de opnamemodus aan.
2
Selecteer een optie en raak o aan.
Displayinstelling
Volledig
Verberg
Richtlijn
Het geluid instellen
U kunt instellen dat de camera geluiden afspeelt als u functies uitvoert.
1
Raak aan op het startscherm.
2
Raak Geluid aan.
3
Raak de instelknop naast Piepjes aan om het piepgeluid in of uit te schakelen.
Pictogram Beschrijving
Volledig: Pictogrammen worden altijd weergegeven.
Verberg: Pictogrammen worden verborgen als u gedurende 5 seconden geen bewerkingen uitvoert
(raak het scherm aan om de pictogrammen opnieuw weer te geven).
Richtlijn: Er worden rasterlijnen weergegeven. De rasterlijnen zijn handig om de foto met een oppervlak uit te lijnen, bijvoorbeeld met de horizon of de randen van gebouwen.
Basisfuncties
25
Het startscherm gebruiken
Met de pictogrammen op het startscherm kunt u een opnamemodus selecteren of het instellingenmenu openen.
Het startscherm openen
Druk in de opname- of afspeelmodus op [HOME]. Druk nogmaals op [HOME] om naar de vorige modus terug te keren.
Automatische back-up
1
2
Nr.
Beschrijving
1
Raak een pictogram aan om een modus of functie weer te geven.
•
Sleep of veeg op het aanraakscherm om naar een andere pagina te bladeren.
2
Het nummer van de huidige pagina. ( )
Pictogrammen op het startscherm
Pictogram Beschrijving
Smart Auto: hiermee maakt u een foto waarbij de camera automatisch een geschikte modus voor de scène selecteert. (pag. 36)
Programma: hiermee stelt u handmatig opties in voor de foto die u maakt. (pag. 40)
Slimme film: hiermee kunt u een video opnemen waarbij de camera automatisch een geschikte modus voor de scène selecteert. (pag. 42)
Web: hiermee kunt u een website openen om foto's en video's te uploaden die op de camera zijn opgeslagen.
(pag. 115)
E-mail: hiermee kunt u foto's die op de camera zijn opgeslagen, verzenden als e-mailbijlagen. (pag. 111)
Automatische back-up: U kunt foto's of video's die u hebt opgenomen met de camera, draadloos verzenden naar een pc of Blu-ray Disc-speler. (pag. 123)
Album: hiermee kunt u bestanden op categorie weergeven in Smart Album. (pag. 84)
Instellingen: hiermee kunt u instellingen aanpassen aan uw voorkeuren. (pag. 128)
Externe zoeker: hiermee kunt u een mobiele telefoon gebruiken als externe ontspanknop via een draadloos ad-hocnetwerk. (pag. 116)
Camera naar camera : hiermee kunt u uw camera verbinden met een andere camera via een draadloos netwerk om foto's en video's te delen. (pag. 121)
Basisfuncties
26
Het startscherm gebruiken
Pictogram Beschrijving
AllShare: hiermee kunt u uw camera verbinden met een AllShare-apparaat via een draadloos netwerk en kunt u uw bestanden bekijken op het apparaat waarmee verbinding is gemaakt. (pag. 118)
Film: hiermee kunt u een video opnemen. (pag. 41)
Scène: hiermee maakt u een foto met vooraf ingestelde opties voor een specifieke scène. (pag. 38)
Vignetten: hiermee kunt u een foto maken of een video opnemen met een vigneteffect. (pag. 48)
Beautyshot: hiermee kunt u een portretfoto maken met opties voor het verhullen van onzuiverheden op het gezicht. (pag. 39)
Foto-editor: hiermee kunt u foto's bewerken met verschillende effecten. (pag. 95)
Magisch kader-opname: hiermee kunt u een foto maken met verschillende kadereffecten. (pag. 45)
Fotofilter: hiermee kunt u een foto maken met verschillende filtereffecten. (pag. 45)
Filmfilter: hiermee kunt u een video opnemen met verschillende filtereffecten. (pag. 47)
Nachtopname: hiermee kunt u nachtelijke opnamen maken door de sluitersnelheid en diafragmawaarde aan te passen. (pag. 39)
Paleteffectopname: hiermee kunt u een video opnemen met paleteffecten. (pag. 49)
Close-up: hiermee maakt u close-upfoto's van onderwerpen. (pag. 38)
Basisfuncties
27
Pictogram Beschrijving
Enkele opname: hiermee kunt u een foto maken met eenvoudige aanpassingen voor helderheid en kleur.
(pag. 37)
Objectmarkering: hiermee maakt u een foto waarbij de achtergrond van het onderwerp vervaagd is. (pag. 44)
3D-album: hiermee kunt u bestanden met 3D-effecten weergeven. (pag. 85)
Diashow: hiermee kunt u foto's weergeven als een diashow met effecten en muziek. (pag. 89)
Stem opnemen: hiermee kunt u een spraakmemo opnemen en opslaan. (pag. 50)
Magazineweergave: hiermee kunt u bestanden weergeven met een effect dat lijkt op het omslaan van pagina's. (pag. 85)
Het startscherm gebruiken
Pictogrammen opnieuw indelen
U kunt de pictogrammen op het startscherm opnieuw indelen in elke gewenste volgorde.
1
Raak een pictogram aan en blijf dit aanraken.
2
Sleep het pictogram naar een nieuwe locatie.
•
Sleep een pictogram naar de linker- of rechterzijde van het scherm als u het pictogram naar een andere pagina wilt verplaatsen. Als u het pictogram op een nieuwe locatie plaatst, schuiven de andere pictogrammen aan de kant.
Smart Auto Programma Slimme film Web
E-mail Automatische back-up
Album Instellingen
Smart Auto Programma Slimme film Web
E-mail Album Instellingen
Basisfuncties
28
Foto's maken
Hier vindt u informatie over hoe u snel en eenvoudig foto's kunt in de Smart Auto-modus.
1
Raak aan op het startscherm.
Smart Auto Programma Slimme film Web
3
Druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
•
Een groen kader betekent dat het onderwerp scherp in beeld is.
•
Een rood kader betekent dat het onderwerp niet scherp in beeld is.
E-mail Automatische back-up
Album Instellingen
2
Plaats het onderwerp in het kader.
4
Druk de [Ontspanknop] volledig in om een foto te maken.
Zie pagina 33 voor tips om betere foto's te maken.
Basisfuncties
29
Foto's maken
Zoomen
U kunt close-upfoto's maken door in te zoomen. De camera kan optisch en digitaal 5X inzoomen en heeft tevens een intelligente zoomfunctie voor 2X inzoomen. De intelligente en digitale zoomfunctie kunnen niet gelijktijdig worden gebruikt.
Uitzoomen
Zoomverhouding
Inzoomen
Digitale zoom
Als de zoomindicator zich in het digitale bereik bevindt, gebruikt de camera de digitale zoomfunctie. U kunt tot 25 keer inzoomen als u zowel de optische als de digitale zoomfunctie gebruikt.
Digitaal bereik
Zoomindicator
Optisch bereik
• De digitale zoomfunctie is alleen beschikbaar in de modi Programma en Scène (met uitzondering van Tekst).
• De digitale zoomfunctie is niet beschikbaar met een Smart filter-effect of Smart Touch AF-optie.
• Als u een foto maakt met de digitale zoomfunctie, kan de fotokwaliteit minder worden.
Beschikbare zoomverhoudingen voor video's verschillen van de zoomverhouding voor foto's.
Basisfuncties
30
Foto's maken
Intelligent zoomen
Als de zoomindicator zich in het bereik voor intelligent zoomen bevindt, gebruikt de camera de intelligente zoomfunctie. De resolutie van de foto verschilt afhankelijk van de zoomverhouding als u de intelligente zoomfunctie gebruikt. U kunt tot 10 keer inzoomen als u zowel de optische als de intelligente zoomfunctie gebruikt.
Bereik intelligent zoomen
Zoomindicator
Optisch bereik
Fotoresolutie als de intelligente zoomfunctie is ingeschakeld
• De intelligente zoomfunctie is alleen beschikbaar in de modi Smart
Auto, Programma en Scène (met uitzondering van Tekst).
• De intelligente zoomfunctie is alleen beschikbaar als u de
4:3-beeldverhouding instelt. Als u een andere beeldverhouding instelt terwijl de intelligente zoomfunctie is ingeschakeld, wordt de intelligente zoomfunctie automatisch uitgeschakeld.
• De intelligente zoomfunctie is niet beschikbaar met het effect Smart filter of de optie Smart Touch AF.
• Met de intelligente zoomfunctie kunt u foto's maken met minder kwaliteitsverlies dan met de digitale zoomfunctie. De fotokwaliteit kan echter wel minder zijn dan bij gebruik van de optische zoomfunctie.
Intelligent zoomen instellen
1
Raak in de opnamemodus m aan.
2
Raak de instelknop aan naast Intelli-zoom.
Basisfuncties
31
Foto's maken
Bewegingsonscherpte voorkomen (DIS)
In de opnamemodus kunt u de bewegingsonscherpte digitaal beperken.
• DIS werkt mogelijk in de volgende omstandigheden niet goed:
- wanneer u de camera beweegt om een bewegend onderwerp te volgen
- wanneer u de digitale zoomfunctie gebruikt
- wanneer de camera te veel trilt
- wanneer u een lager sluitersnelheid gebruikt (bijvoorbeeld voor nachtopnamen)
- wanneer de batterij bijna leeg is
- wanneer u een close-up neemt
• Als de camera valt of een schok krijgt, wordt het scherm wazig. Als dit gebeurt, moet u de camera uitschakelen en weer inschakelen.
Vóór correctie Na correctie
1
Raak in de opnamemodus m aan.
2
Raak de instelknop aan naast DIS.
Snelheid
Smart filter
Beeld aanpassen
DIS
Basisfuncties
32
Tips om betere foto's te maken
De camera op de juiste manier vasthouden
Controleer of er niets voor de lens zit.
Bewegingsonscherpte voorkomen
Stel de DIS-optie (Digital Image Stabilization) in om de bewegingsonscherpte te reduceren. (pag. 32)
Als
h wordt weergegeven
De ontspanknop half indrukken
Druk de [Ontspanknop] half in en pas de scherpstelling aan. De camera past de scherpstellingen en belichting automatisch aan.
Bewegingsonscherpte
De camera stelt de diafragmawaarde en sluitersnelheid automatisch in.
Scherpstelkader
• Druk de [Ontspanknop] volledig in om een foto te maken als het scherpstelkader groen is.
• Pas de compositie aan en druk de
[Ontspanknop] nogmaals half in als het scherpstelkader rood is.
Basisfuncties
33
Zorg dat bij opnamen in het donker de flitser niet is ingesteld op
Langz sync of Uit. Het diafragma blijft dan langer open, waardoor het moeilijker is om de camera stil te houden.
•
Gebruik een statief of stel de flitser in op Invulflits. (pag. 57)
•
Pas de ISO-waarde aan. (pag. 59)
Voorkomen dat het onderwerp niet scherp is
In de volgende gevallen kan het moeilijk zijn om op het onderwerp scherp te stellen:
er is weinig contrast tussen het onderwerp en de achtergrond
(als het onderwerp bijvoorbeeld kleren draagt met kleuren die lijken op de achtergrondkleur)
-
-
de lichtbron achter het onderwerp is te fel het onderwerp glanst of weerspiegelt het onderwerp heeft horizontale patronen, zoals bij jaloezieën het geval is
het onderwerp bevindt zich niet in het midden van het kader
•
Als u foto's maakt bij weinig licht
Schakel de flitser in.
(pag. 57)
•
Als onderwerpen snel bewegen
Gebruik de functie Continu of
Bewegingsopname.
(pag. 72)
Gebruik de scherpstelvergrendeling
Druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
Wanneer het onderwerp scherp in beeld is, kunt u het kader verschuiven om de compositie aan te passen. Druk wanneer u klaar bent de [Ontspanknop] volledig in om een foto te maken.
Basisfuncties
34
Uitgebreide functies
Informatie over het maken van foto's, het opnemen van video's en spraakmemo's door een modus te selecteren.
Opnamemodi gebruiken
De Smart Auto-modus gebruiken ………… 36
De Simpleshot-modus gebruiken ………… 37
De Scènemodus gebruiken ……………… 38
De Close-upmodus gebruiken …………… 38
De Nachtopnamemodus gebruiken ……… 39
De Beautyshot-modus gebruiken ………… 39
De Programmamodus gebruiken ………… 40
De Filmmodus gebruiken ………………… 41
De Smart filmmodus gebruiken ………… 42
Effectmodi gebruiken
De Objectbenadrukkingsmodus ………… 44
De Magisch kader-opnamemodus gebruiken ………………………………… 45
De Fotofiltermodus ……………………… 45
De Filmfiltermodus gebruiken …………… 47
De Vignettenmodus gebruiken …………… 48
De Paleteffectmodus gebruiken ………… 49
Spraakmemo's opnemen
Een spraakmemo opnemen ……………… 50
Een spraakmemo aan een foto toevoegen 51
Opnamemodi gebruiken
Maak foto's en video's door de beste opnamemodus voor de omstandigheden te selecteren.
De Smart Auto-modus gebruiken
In de Smart Auto-modus kiest de camera automatisch camerainstellingen die bij het gedetecteerde type scène passen. De
Smart Auto-modus is handig als u niet bekend bent met de camera-instellingen voor de diverse scènes.
1
Raak aan op het startscherm.
2
Plaats het onderwerp in het kader.
•
De camera selecteert automatisch een scène. Het pictogram voor de desbetreffende modus wordt linksboven in het scherm weergegeven. De pictogrammen worden hieronder weergegeven.
Pictogram Beschrijving
Portretten 's nachts
Landschappen met tegenlicht
Portretten met tegenlicht
Portretten
Close-upfoto's van objecten
Close-upfoto's van tekst
Zonsondergang
Heldere luchten
Bossen
Close-upfoto's van gekleurde onderwerpen
De camera is gestabiliseerd of op een statief geplaatst (bij opnamen in het donker)
Vuurwerk (als een statief wordt gebruikt)
Onderwerpen die veel bewegen
Pictogram Beschrijving
Landschappen
Scènes met een helderwitte achtergrond
Landschappen 's nachts (wanneer de flitser uit is)
Uitgebreide functies
36
Opnamemodi gebruiken
3
Druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
•
In bepaalde scènes maakt de camera automatisch een foto als u de [Ontspanknop] half indrukt.
4
Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
• Als de camera geen geschikte scènemodus detecteert, worden de standaardinstellingen voor de Smart Auto-modus gebruikt.
• Ook als er een gezicht wordt gedetecteerd, is het mogelijk dat de camera geen portretmodus selecteert. Dit hangt af van de positie van het onderwerp en de lichtval.
• Door verscheidene opnameomstandigheden kan het gebeuren dat de camera de juiste scène niet kan selecteren, bijvoorbeeld door het trillen van de camera, de lichtval en de afstand tot het onderwerp.
• Zelfs als u een statief gebruikt, kan het voorkomen dat de camera de modus niet detecteert als het onderwerp beweegt.
• In de modus Smart Auto raakt de batterij sneller leeg omdat de instellingen vaker worden gewijzigd om de juiste scène te selecteren.
De Simpleshot-modus gebruiken
In de Simpleshot-modus kunt u foto's maken met eenvoudige aanpassingen aan de helderheid en kleur.
1
Raak aan op het startscherm.
2
Sleep de schuifregelaar of raak de fotopictogrammen aan om Helderheid en Kleur aan te passen.
Helderheid
Kleur
3
Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
4
Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
Uitgebreide functies
37
Opnamemodi gebruiken
De Scènemodus gebruiken
In de Scènemodus kunt u een foto maken met opties die al vooraf zijn ingesteld voor een bepaalde scène.
1
Raak aan op het startscherm.
2
Selecteer een scène.
Optie Beschrijving
Landschap: stillevens en landschapsfoto's maken.
Zon onder: zonsondergangen met natuurlijke rood- en geeltinten vastleggen.
Dageraad: zonsopgangen vastleggen.
Tegenl.: onderwerpen met tegenlicht vastleggen.
Strand/sneeuw: onderbelichting voorkomen door de reflectie van zonlicht op zand of sneeuw.
Tekst: tekst in drukwerk of elektronische documenten duidelijk leesbaar vastleggen.
3
Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
4
Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
De Close-upmodus gebruiken
In de Close-upmodus kunt u close-ups maken van onderwerpen zoals bloemen of insecten.
1
Raak aan op het startscherm.
2
Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
3
Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
Uitgebreide functies
38
Opnamemodi gebruiken
De Nachtopnamemodus gebruiken
In de Nachtopnamemodus kunt u een lange sluitertijd gebruiken om de sluiter langer open te laten staan. Gebruik een hogere diafragmawaarde om overbelichting te voorkomen.
1
Raak aan op het startscherm.
2
Sleep de regelaars op het scherm in de richting van de pijlen om de sluitertijd en de diafragmawaarde aan te passen.
De Beautyshot-modus gebruiken
In de Beautyshot-modus kunt u een portret maken met opties voor het verdoezelen van onzuiverheden op het gezicht.
1
Raak aan op het startscherm.
2
Sleep de schuifregelaar of raak de fotopictogrammen aan om Gezichtstint en Gezichtretouch. aan te passen.
•
Verhoog bijvoorbeeld de instelling Gezichtstint om de huid lichter te laten lijken.
Sluitertijd
Gezichtstint
Gezichtretouch.
Diafragmawaarde
3
Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
4
Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
Gebruik een statief om onscherpe foto's te voorkomen.
3
Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
4
Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
Als u de Beautyshot-modus gebruikt, wordt de scherpstelafstand ingesteld op Auto macro.
Uitgebreide functies
39
Opnamemodi gebruiken
De Programmamodus gebruiken
In de Programmamodus kunt u de meeste opties instellen, met uitzondering van de sluitertijd en de diafragmawaarde, die automatisch worden ingesteld door de camera.
1
Raak aan op het startscherm.
2
Raak m aan en stel de gewenste opties in. (Zie pagina
52 voor een lijst met opties.)
De gebruikersknoppen instellen
In de Programmamodus kunt u snelkoppelingen toevoegen voor uw favoriete opties aan de linkerkant van het scherm.
1
Raak in de opnamemodus m Mijn scherm aan.
2
Blijf een van de pictogrammen aanraken, met uitzondering van de pictogrammen uiterst links.
EV Mijn scherm
OK Annuleer Resetten
3
Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
4
Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
Uitgebreide functies
40
Opnamemodi gebruiken
3
Sleep het pictogram naar het gewenste vak aan de linkerkant.
•
Als u de snelkoppelingen wilt verwijderen, sleept u een pictogram naar rechts.
EV Mijn scherm
OK Annuleer Resetten
4
Raak o aan om op te slaan.
De Filmmodus gebruiken
In de Filmmodus kunt u video's met high-definition kwaliteit opnemen van maximaal 20 minuten. De camera slaat opgenomen video's op als MP4-bestanden (H.264-bestanden).
• H.264 (MPEG-4 part10/AVC) is een video-indeling met hoge compressie die is ontwikkeld door de internationale standaardisatieorganisaties ISO-IEC en ITU-T.
• Sommige geheugenkaarten ondersteunen mogelijk geen opname met high-definition kwaliteit. Stel in dat geval een lagere resolutie in.
• Geheugenkaarten met een lage schrijfsnelheid ondersteunen geen video’s met een hoge resolutie of een hoge snelheid. Gebruik voor het opnemen van video’s met een hoge resolutie of een hoge snelheid geheugenkaarten met een hogere schrijfsnelheid.
1
Raak aan op het startscherm.
2
Raak m aan en stel de gewenste opties in.
(Zie pagina 52 voor een lijst met opties.)
3
Druk op de [Ontspanknop] of raak aan om te beginnen met opnemen.
4
Druk nogmaals op de [Ontspanknop] of raak aan om te stoppen met opnemen.
U kunt maximaal 3 snelkoppelingen maken.
Uitgebreide functies
41
Opnamemodi gebruiken
Opnemen onderbreken
U kunt tijdens het opnemen van een video de opname tijdelijk onderbreken. Met deze functie kunt u verschillende scènes opnemen in één video.
De Smart filmmodus gebruiken
In de Smart filmmodus kiest de camera automatisch camerainstellingen die bij de gedetecteerde scène passen.
1
Raak aan op het startscherm.
2
Plaats het onderwerp in het kader.
•
De camera selecteert automatisch een scène. Het pictogram voor de desbetreffende modus wordt linksboven in het scherm weergegeven. De pictogrammen worden hieronder weergegeven.
•
Raak aan om de opname te pauzeren.
•
Raak aan om te hervatten.
Pictogram Beschrijving
Landschappen
Zonsondergang
Heldere luchten
Bossen
Uitgebreide functies
42
Opnamemodi gebruiken
3
Druk op de [Ontspanknop] of raak aan om te beginnen met opnemen.
4
Druk nogmaals op de [Ontspanknop] of raak aan om te stoppen met opnemen.
• Als de camera geen geschikte scènemodus detecteert, worden de standaardinstellingen voor de Smart filmmodus gebruikt.
• Door verscheidene opnameomstandigheden kan het gebeuren dat de camera de juiste scène niet kan selecteren, bijvoorbeeld door het trillen van de camera, de lichtval en de afstand tot het onderwerp.
• In de Smart filmmodus kunt u geen intelligente filtereffecten instellen.
Uitgebreide functies
43
Effectmodi gebruiken
Foto's maken of video's opnemen met verschillende effecten.
De Objectbenadrukkingsmodus
Met de Objectbenadrukkingsmodus wordt het onderwerp herkenbaarder gemaakt door de diepte aan te passen.
1
Raak aan op het startscherm.
2
Plaats de camera volgens de optimale afstand die is weergegeven op het scherm.
•
De optimale afstand verschilt, afhankelijk van de gebruikte zoomverhouding.
3
Sleep de schuifregelaar of raak de fotopictogrammen aan om Wazig en Tint aan te passen.
Wazig
Tint
4
Druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
•
Als de camera het objectmarkeringseffect kan toepassen, wordt weergegeven.
•
Als de camera het objectmarkeringseffect niet kan toepassen, wordt weergegeven. Als dit gebeurt, moet u de afstand aanpassen tussen de camera en het onderwerp.
5
Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
• Beschikbare resoluties in de Objectmarkeringsmodus zijn en .
• Als de opnameafstand niet binnen het optimale bereik is, kunt u een foto maken, maar wordt het objectbenadrukkingseffect niet toegepast.
• Het objectbenadrukkingseffect kan niet worden gebruikt op donkere plekken.
• Het objectbenadrukkingseffect kan niet worden gebruikt met de optische zoom op stand 3X of hoger.
• Digitale zoom is niet beschikbaar in de objectbenadrukkingsmodus.
• Gebruik een statief om te voorkomen dat de camera schudt wanneer er 2 foto's achter elkaar worden gemaakt om het effect toe te passen.
• Het contrastverschil tussen het onderwerp en de achtergrond moet zeer duidelijk zijn.
• Onderwerpen moeten ver van de achtergrond worden geplaatst voor het beste effect.
Uitgebreide functies
44
Effectmodi gebruiken
De Magisch kader-opnamemodus gebruiken
In de Magisch kader-opnamemodus kunt u verschillende kadereffecten toepassen op uw foto's. De vorm en het uiterlijk van de foto's veranderen afhankelijk van het kader dat u selecteert.
1
Raak aan op het startscherm.
2
Selecteer het gewenste kader.
De Fotofiltermodus
In de Fotofiltermodus kunt u verschillende filtereffecten toepassen op uw foto's.
Miniatuur Vignetten
3
Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
4
Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
In de modus Magisch kader-opname wordt de resolutie automatisch ingesteld op .
Visoog Schets
1
Raak aan op het startscherm.
2
Raak het gewenste filter aan.
•
Als u de originele foto wilt weergeven, raakt u Voor aan.
•
Als u de foto met het filtereffect wilt weergeven, raakt u Na aan.
Uitgebreide functies
45
Effectmodi gebruiken
Voor Na
Optie
Miniatuur
Vignetten
Softfocus
Oude film 1
Oude film 2
Halftoonstip
Schets
Visoog
Beschrijving
Een tilt-shifteffect toepassen om het onderwerp in miniatuur weer te geven.
Retro-kleuren, een hoog contrast en sterke vignettering van Lomo-camera's toepassen.
Onzuiverheden op het gezicht verhullen of droomachtige effecten toevoegen.
Het effect van een oude film toepassen 1.
Het effect van een oude film toepassen 2.
Een halftooneffect toepassen
Een schetseffect van een pen toepassen.
De randen van het kader donkerder maken en nabije objecten vervormen om de visuele effecten van een vissenooglens te imiteren.
Optie
Anti-nevel
Klassiek
Retro
Negatief
Beschrijving
De foto helderder maken.
Een zwart-witeffect toepassen.
Een sepiatinteffect toepassen.
Het effect van een negatieffilm toepassen.
3
Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
4
Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
• Als u filtereffecten wilt toepassen op opgeslagen foto's, raakt u aan.
• Als u Schets selecteert, wordt de resolutie gewijzigd in en lager.
• Als u Visoog selecteert, wordt de resolutie gewijzigd in en lager.
Uitgebreide functies
46
Effectmodi gebruiken
De Filmfiltermodus gebruiken
In de Filmfiltermodus kunt u video's opnemen met verschillende filtereffecten.
1
Raak aan op het startscherm.
2
Raak het gewenste filter aan.
Optie
Miniatuur
Vignetten
Halftoonstip
Schets
Visoog
Anti-nevel
Beschrijving
Een tilt-shifteffect toepassen om het onderwerp in miniatuur weer te geven.
Retro-kleuren, een hoog contrast en sterke vignettering van Lomo-camera's toepassen.
Een halftooneffect toepassen
Een schetseffect van een pen toepassen.
Objecten die in de buurt zijn, vervormen om de visuele effecten van een vissenooglens te imiteren.
De foto helderder maken.
Uitgebreide functies
47
Optie
Klassiek
Retro
Negatief
Beschrijving
Een zwart-witeffect toepassen.
Een sepiatinteffect toepassen.
Het effect van een negatieffilm toepassen.
3
Druk op de [Ontspanknop] of raak aan om te beginnen met opnemen.
4
Druk nogmaals op de [Ontspanknop] of raak aan om te stoppen met opnemen.
• Als u Miniatuur selecteert, neemt de snelheid van de video toe.
• Als u Miniatuur selecteert, neemt de camera geen geluid op.
• Als u Miniatuur, Vignetten, Halftoonstip, Schets, Visoog of
Anti-nevel selecteert, wordt de opnamesnelheid ingesteld op en wordt de opnameresolutie ingesteld op minder dan .
Effectmodi gebruiken
De Vignettenmodus gebruiken
In de modus Vignetten kunt u een foto maken of een video opnemen met vigneteffect.
1
Raak aan op het startscherm.
2
Selecteer (foto) of (film).
3
Sleep de schuifregelaar of raak de fotopictogrammen aan om Niveau, Helderheid en Contrast aan te passen.
•
•
Als u de originele foto wilt weergeven, raakt u Voor aan.
Als u de foto met het vigneteffect wilt weergeven, raakt u Na aan.
Niveau
Helderheid
Contrast
Voor Na
4
Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
5
Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
Als u in de opnamemodus het vigneteffect wilt toepassen op opgeslagen foto's, raakt u aan.
Uitgebreide functies
48
Effectmodi gebruiken
De Paleteffectmodus gebruiken
In de Paleteffectmodus kunt u een video opnemen met effecten om bepaalde kleuren meer nadruk te geven.
1
Raak aan op het startscherm.
2
Raak het gewenste palet aan.
Optie
Paleteffect 1
Paleteffect 2
Paleteffect 3
Paleteffect 4
Beschrijving
Een heldere look maken met een scherp contrast en rode kleur.
Scènes helder en strak maken door een zachte blauw tint toe te voegen.
Een zachte bruine tint toepassen.
Een koud en eenkleurig effect toepassen.
3
Druk op de [Ontspanknop] of raak aan om te beginnen met opnemen.
4
Druk nogmaals op de [Ontspanknop] of raak aan om te stoppen met opnemen.
Uitgebreide functies
49
Spraakmemo's opnemen
Hier vindt u informatie over hoe u een spraakmemo opneemt die u later kunt afspelen. U kunt ook een spraakmemo aan een foto toevoegen als een herinnering aan de opnameomstandigheden.
U bereikt de beste geluidskwaliteit als u op 40 cm afstand van de camera opneemt.
Een spraakmemo opnemen
1
Raak aan op het startscherm.
2
Druk op de [Ontspanknop] of raak aan om te beginnen met opnemen.
•
•
Raak aan om te pauzeren of raak aan om te hervatten.
Elke memo kan 10 uur lang zijn als er voldoende geheugen beschikbaar is.
3
Druk nogmaals op de [Ontspanknop] of raak aan om te stoppen met opnemen.
Als u de lijst met opgeslagen spraakmemo's wilt weergeven, raakt u aan.
Uitgebreide functies
50
Spraakmemo's opnemen
Een spraakmemo aan een foto toevoegen
In de Programmamodus kunt u een spraakmemo toevoegen aan een genomen foto.
1
Raak aan op het startscherm.
2
Raak m aan en raak vervolgens de instelknop naast
Memo aan.
3
Plaats het onderwerp in het kader en neem de foto.
•
De camera begint direct nadat de foto is genomen met het opnemen van de spraakmemo.
4
Neem een korte spraakmemo op (maximaal
10 seconden).
•
Druk op de [Ontspanknop] om te stoppen met het opnemen van een spraakmemo voordat de 10 seconden voorbij zijn.
U kunt in de modus voor het maken van serieopnamen geen spraakmemo's aan foto's toevoegen.
Uitgebreide functies
51
Opname-instellingen
Hier vindt u informatie over het instellen van de opties in de opnamemodus.
Resolutie en beeldkwaliteit selecteren
De resolutie selecteren …………………… 53
De beeldkwaliteit selecteren ……………… 54
De timer gebruiken
Opnamen in het donker maken
Rode ogen voorkomen …………………… 57
De flitser gebruiken ……………………… 57
De ISO-waarde aanpassen ……………… 59
De scherpstelling aanpassen
Smart Touch AF gebruiken ……………… 61
Fotograferen met één aanraking ………… 62
Het scherpstelgebied aanpassen ………… 62
Gezichtsdetectie gebruiken
Gezichten detecteren …………………… 63
Een zelfportret maken …………………… 64
Een foto van een lachend gezicht maken … 64
Knipperende ogen detecteren …………… 65
Slimme gezichtsherkenning gebruiken …… 65
Gezichten als favoriet registreren (Mijn ster) 66
Helderheid en kleur aanpassen
De belichting handmatig aanpassen (EV) … 68
Compenseren voor tegenlicht (ACB) ……… 69
De lichtmeetmethode wijzigen …………… 69
Een lichtbron selecteren (Witbalans) ……… 70
Serieopnamen
Effecten toepassen/beelden aanpassen
Intelligente filtereffecten toepassen ……… 73
Foto's aanpassen ………………………… 76
Het zoomgeluid instellen
Beschikbare opname-instellingen per opnamemodus
Resolutie en beeldkwaliteit selecteren
Hier vindt u informatie over hoe u instellingen voor de resolutie en beeldkwaliteit kunt aanpassen.
De resolutie selecteren
Als u de resolutie verhoogt, zullen de foto's en video's meer pixels bevatten en daardoor groter kunnen worden afgedrukt en weergegeven. Bij een hoge resolutie neemt ook de bestandsgrootte toe.
Een fotoresolutie instellen
1
Raak in de opnamemodus m Fotoformaat aan.
2
Selecteer een optie en raak o aan.
Fotoformaat
4320 X 2880
4320 X 2432
3648 X 2736
Pictogram Beschrijving
4320 X 3240: Afdrukken op A1-papier.
4320 X 2880: Afdrukken op A1-papier in de verhouding 3:2 (breed).
4320 X 2432: Afdrukken op A2-formaat in panoramaverhouding (16:9) of weergeven op een
HDTV.
3648 X 2736: Afdrukken op A2-papier.
2592 X 1944: Afdrukken op A4-papier.
1984 X 1488: Afdrukken op A5-papier.
1920 X 1080: Afdrukken op A5-formaat in panoramaverhouding (16:9) of weergeven op een
HDTV.
1024 X 768: Bij een e-mail voegen.
Opname-instellingen
53
Resolutie en beeldkwaliteit selecteren
Een videoresolutie instellen
1
Raak in de opnamemodus m Filmformaat aan.
2
Selecteer een optie en raak o aan.
Filmformaat
1280 X 720 HQ
1280 X 720
640 X 480
De beeldkwaliteit selecteren
De kwaliteitsinstellingen voor de foto en video instellen. Een hogere beeldkwaliteit resulteert in grotere bestanden.
De kwaliteit voor een foto instellen
De camera comprimeert de foto's die u maakt en slaat deze op in
JPEG-indeling.
1
Raak in de opnamemodus m Kwalit. aan.
2
Selecteer een optie en raak o aan.
Kwalit.
Superhoog
Hoog
Normaal
Pictogram Beschrijving
1280 X 720 HQ: Bestanden met hoge kwaliteit afspelen op een HDTV.
1280 X 720: Afspelen op een HDTV.
640 X 480: Afspelen op een analoge tv.
320 X 240: Plaatsen op een webpagina.
Om te delen: Op een website plaatsen via het draadloos netwerk (maximaal 30 seconden).
Pictogram Beschrijving
Superhoog: foto's maken met superhoge kwaliteit.
Hoog: foto's maken met hoge kwaliteit.
Normaal: foto's maken met normale kwaliteit.
Opname-instellingen
54
Resolutie en beeldkwaliteit selecteren
De kwaliteit voor een video instellen
De camera comprimeert de beelden die u opneemt en slaat ze op in de indeling MP4 (H.264).
1
Raak in de opnamemodus m Framesnelheid aan.
2
Selecteer een optie en raak o aan.
•
Bij een hoger aantal frames doet de actie natuurlijker aan, maar wordt het bestand ook groter.
Framesnelheid
30 fps
15 fps
Pictogram Beschrijving
30 fps: 30 frames per seconde opnemen.
15 fps: 15 frames per seconde opnemen.
Opname-instellingen
55
De timer gebruiken
Hier vindt u informatie over hoe u de zelfontspanner instelt om met een vertraging een foto te maken.
1
Raak in de opnamemodus m Timer aan.
2
Selecteer een optie en raak o aan.
Timer
10 sec
2 sec
Dubbel
3
Druk op de [Ontspanknop] om de timer te starten.
•
Het AF-hulplampje/timerlampje gaat knipperen en de camera maakt na de ingestelde tijdsduur automatisch een foto.
• Druk op de [Ontspanknop] om de timer te annuleren.
• Afhankelijk van de geselecteerde optie voor gezichtsdetectie zijn de zelfontspannerfunctie en bepaalde opties daarvan mogelijk niet beschikbaar.
• Als u opties voor serieopnamen instelt, zijn er geen opties voor de zelfontspanner beschikbaar.
Pictogram Beschrijving
Uit: de zelfontspanner is niet actief.
10 sec: een foto maken na een vertraging van 10 seconden.
2 sec: een foto maken na een vertraging van 2 seconden.
Dubbel: een foto maken na een vertraging van 10 seconden en nog een foto maken na een vertraging van 2 seconden.
Afhankelijk van de opnamemodus kunnen de beschikbare opties verschillen.
Opname-instellingen
56
Opnamen in het donker maken
Hier vindt u informatie over hoe u 's nachts of bij weinig licht foto's kunt maken.
Rode ogen voorkomen
Als de flitser afgaat wanneer u in het donker een foto van een persoon neemt, kan er een rode gloed in de ogen verschijnen.
U kunt dit voorkomen, door Rode ogen of Anti-rode ogen te selecteren. Zie "De flitser gebruiken" voor de flitseropties.
De flitser gebruiken
Gebruik de flitser wanneer u foto's in het donker maakt of wanneer u meer licht in de foto's wilt hebben.
1
Raak in de opnamemodus m Flitser aan.
2
Selecteer een optie en raak o aan.
Flitser
Auto
Rode ogen
Invulflits
Deze optie is beschikbaar in de modi Programma, Beautyshot en
Nachtopname.
Pictogram Beschrijving
Uit:
•
Er wordt geen flits afgevuurd.
•
De camera geeft een waarschuwing weer dat de camera beweegt wanneer u foto's maakt bij weinig licht.
Auto: De flitser wordt automatisch gebruikt wanneer het onderwerp of de achtergrond donker zijn.
Opname-instellingen
57
Opnamen in het donker maken
Pictogram Beschrijving
Rode ogen:
•
De flitser gaat twee keer af als het onderwerp of de achtergrond te donker zijn om het rode-ogeneffect te verminderen.
•
Er zit een korte tijd tussen twee keer flitsen. Beweeg de camera niet totdat de tweede flits is uitgevoerd.
Invulflits:
•
Er wordt altijd een flits geactiveerd.
•
De camera past automatisch de intensiteit van het licht aan.
Langz sync:
•
Er wordt geflitst en de sluiter blijft langer open.
•
Deze optie wordt aanbevolen wanneer u het omgevingslicht wilt gebruiken om meer details in de achtergrond zichtbaar te maken.
•
Gebruik een statief om te voorkomen dat uw foto's wazig worden.
•
De camera geeft een waarschuwing weer dat de camera beweegt wanneer u foto's maakt bij weinig licht.
Anti-rode ogen:
•
De flitser wordt geactiveerd wanneer het onderwerp of de achtergrond donker is en de camera corrigeert de rode ogen met de geavanceerde softwareanalyse.
•
Er zit een korte tijd tussen twee keer flitsen. Beweeg de camera niet totdat de tweede flits is uitgevoerd.
Afhankelijk van de opnamemodus kunnen de beschikbare opties verschillen.
Opname-instellingen
58
• Er zijn geen flitseropties beschikbaar bij serieopnamen of als u
Zelfportret of Knipperen selecteert.
• Zorg ervoor dat uw onderwerp zich binnen de aanbevolen afstand van de flitser bevindt. (pag. 146)
• Als licht van de flitser wordt gereflecteerd of als er veel stof in de lucht is, kunnen er kleine vlekjes op de foto komen.
Opnamen in het donker maken
De ISO-waarde aanpassen
De ISO-waarde is een eenheid voor de mate waarin film gevoelig is voor licht, zoals gedefinieerd door de International Organisation for Standardisation (ISO). Hoe hoger de ISO-waarde, des te gevoeliger wordt de camera voor licht. Met een hogere
ISO-waarde kunt u gemakkelijker foto's zonder flits maken.
1
Raak in de opnamemodus m ISO aan.
2
Selecteer een optie en raak o aan.
•
Selecteer Auto om een geschikte ISO-waarde te gebruiken op basis van de helderheid van het onderwerp en de lichtval.
ISO
ISO 80
ISO 100
ISO 200
Hogere ISO-waarden kunnen zorgen voor meer ruis in beelden.
Opname-instellingen
59
De scherpstelling aanpassen
Hier vindt u informatie over het aanpassen van de scherpstelling van de camera om deze aan te passen aan het onderwerp en de opnameomstandigheden.
Macro gebruiken
Gebruik macro om foto's van dichtbij te maken, bijvoorbeeld van bloemen of insecten.
1
Raak in de opnamemodus m Focus aan.
2
Selecteer Macro en raak o aan.
Focus
Normaal (AF)
Macro
Pictogram Beschrijving
Normaal (AF): Scherpstellen op een onderwerp dat zich op een afstand van 80 cm of meer bevindt.
Macro: Handmatig scherpstellen op een onderwerp dat zich 5-80 cm van de camera bevindt
(100-150 cm wanneer u de zoomfunctie gebruikt).
• Probeer de camera stevig vast te houden, om te voorkomen dat de foto's onscherp worden.
• Schakel de flitser uit als de afstand tot het onderwerp minder dan
40 cm bedraagt.
Opname-instellingen
60
De scherpstelling aanpassen
Smart Touch AF gebruiken
Met Smart Touch AF kunt u het onderwerp volgen en automatisch scherp in beeld houden, ook wanneer u beweegt.
1
Raak in de opnamemodus m Scherpstelgebied aan.
2
Selecteer Smart Touch AF en raak o aan.
3
Raak het onderwerp aan dat u wilt bijhouden in het aanraakgedeelte.
• Als u geen enkel gedeelte van het scherm aanraakt, verschijnt het scherpstelkader midden in het beeld.
• Het volgen van een onderwerp kan in de volgende gevallen mislukken:
- het onderwerp is te klein
- het onderwerp beweegt te veel
- er is sprake van tegenlicht of u maakt foto's op een donkere plaats
- kleuren of patronen van het onderwerp komen met de achtergrond overeen
- het onderwerp heeft horizontale patronen, zoals bij jaloezieën het geval is
- de camera trilt erg
• Wanneer een onderwerp niet kan worden gevolgd, wordt het scherpstelkader weergegeven als een kader met één witte lijn ( ).
• Als de camera het onderwerp niet volgt, moet u het te volgen onderwerp opnieuw selecteren.
• Als de camera niet kan worden scherpgesteld, wordt het scherpstelkader weergegeven als een kader met één rode lijn ( ).
• Als u deze functie gebruikt, kunt u geen opties voor de zelfontspanner, opties voor Gezichtsdetectie, Smart filter-opties of opties voor serieopnamen instellen.
•
•
Een wit kader betekent dat de camera het onderwerp volgt.
Een groen kader wanneer u de [Ontspanknop] half indrukt, betekent dat het onderwerp scherp in beeld is.
Opname-instellingen
61
De scherpstelling aanpassen
Fotograferen met één aanraking
U kunt scherpstellen op een onderwerp en een foto maken met een aanraking.
1
Raak in de opnamemodus m Scherpstelgebied aan.
2
Selecteer One Touch-opname en raak o aan.
3
Raak een onderwerp aan om de foto op te nemen.
Het scherpstelgebied aanpassen
U kunt betere foto's krijgen door een scherpstelgebied te kiezen op basis van de locatie van het onderwerp in de scène.
1
Raak in de opnamemodus m Scherpstelgebied aan.
2
Selecteer een optie en raak o aan.
Scherpstelgebied
Multi AF
One Touch-opname
Smart Touch AF
Als u deze functie gebruikt, kunt u de opties voor de zelfontspanner, reeksopties en Smart filter-effecten niet instellen.
Pictogram Beschrijving
Centrum AF: scherpstellen op het midden van het kader (voor onderwerpen die zich in het midden of in de buurt van het midden bevinden).
Multi AF: scherpstellen op een of meer gebieden
(max. 9).
One Touch-opname: scherpstellen op het onderwerp door het beeld op het scherm aan te raken. Blijf het onderwerp aanraken om de foto te maken. (pag. 62)
Smart Touch AF: scherpstellen op het onderwerp dat u op het scherm aanraakt en dit onderwerp volgen. (pag. 61)
Opname-instellingen
62
Gezichtsdetectie gebruiken
Bij gebruik van de opties voor gezichtsdetectie worden de gezichten van mensen automatisch door de camera gedetecteerd. Wanneer u op een menselijk gezicht scherpstelt, past de camera de belichting automatisch aan. Gebruik Knipperen om gesloten ogen te detecteren of Smile shot om een lachend gezicht op te nemen. Ook kunt u Slimme gez.herkenning gebruiken om gezichten te registreren en ze bij het scherpstellen prioriteit te geven.
•
De camera houdt automatisch het geregistreerde gezicht bij.
•
Gezichtsdetectie is mogelijk in de volgende gevallen niet effectief:
- de afstand tussen de camera en het onderwerp is te groot (het scherpstelkader wordt oranje weergegeven voor Smile shot en
Knipperen)
- het is te licht of te donker
- het onderwerp kijkt niet in de richting van de camera
- het onderwerp draagt een zonnebril of een masker
- de gezichtsuitdrukking van het onderwerp verandert drastisch
- het onderwerp heeft tegenlicht of de lichtomstandigheden zijn veranderlijk
• Gezichtsdetectie is niet beschikbaar als u Smart filtereffecten of Smart
Touch AF instelt.
• Afhankelijk van de opname-instellingen, kunnen de opties voor gezichtsdetectie verschillen.
• Afhankelijk van de geselecteerde opties voor gezichtsdetectie is de zelfontspannerfunctie mogelijk niet beschikbaar of kunnen de beschikbare zelfontspanneropties verschillen.
• Als u opties voor gezichtsdetectie instelt, zijn sommige reeksopties niet beschikbaar.
• Als u foto's van gedetecteerde gezichten neemt, worden ze in de gezichtenlijst geregistreerd.
• In de afspeelmodus kunt u geregistreerde gezichten op volgorde van prioriteit weergeven. (pag. 84) Ook als gezichten zijn geregistreerd, worden ze mogelijk niet geclassificeerd in de afspeelmodus.
• Een gezicht dat in de opnamemodus wordt gedetecteerd, komt mogelijk niet in de gezichtenlijst of in Smart Album voor.
Gezichten detecteren
De camera kan automatisch maximaal 10 gezichten in een scène detecteren.
1
Raak in de opnamemodus m Gezichtsdetectie aan.
2
Selecteer Normaal en raak o aan.
Het dichtstbijzijnde gezicht wordt in een wit scherpstelkader weergegeven, de andere gezichten in grijze kaders.
Opname-instellingen
63
• Hoe dichter u bij het onderwerp bent, des te sneller detecteert de camera gezichten.
• Als u wilt scherpstellen op een onderwerp in een grijs scherpstelkader, raakt u het gezicht in het kader aan.
• De gedetecteerde gezichten worden mogelijk niet geregistreerd als u reeksopties zoals Continu, Bewegingsopname en AEB instelt.
Gezichtsdetectie gebruiken
Een zelfportret maken
Maak foto's van uzelf. De scherpstelafstand wordt ingesteld op close-up en u hoort een pieptoon.
1
Raak in de opnamemodus m Gezichtsdetectie aan.
2
Selecteer Zelfportret en raak o aan.
3
Wanneer u een korte piep hoort, drukt u op de
[Ontspanknop].
Een foto van een lachend gezicht maken
De camera neemt automatisch een foto wanneer er een lachend gezicht wordt gedetecteerd.
1
Raak in de opnamemodus m Gezichtsdetectie aan.
2
Selecteer Smile shot en raak o aan.
3
Stel de opname samen.
•
De camera neemt automatisch een foto wanneer er een lachend gezicht wordt gedetecteerd.
Wanneer gezichten zich in het midden bevinden, piept de camera snel.
Als u Volume uitschakelt in de geluidsinstellingen, geeft de camera geen pieptoon weer. (pag. 129)
Opname-instellingen
64
De camera herkent de lach eerder wanneer het onderwerp breeduit lacht.
Gezichtsdetectie gebruiken
Knipperende ogen detecteren
Als de camera gesloten ogen detecteert, worden er automatisch
2 foto's na elkaar gemaakt.
1
Raak in de opnamemodus m Gezichtsdetectie aan.
2
Selecteer Knipperen en raak o aan.
Slimme gezichtsherkenning gebruiken
De camera registreert automatisch gezichten die u vaak fotografeert. De functie slimme gezichtsherkenning stelt automatisch eerst scherp op die gezichten en op favoriete gezichten. Deze functie is alleen bij gebruik van een geheugenkaart beschikbaar.
1
Raak in de opnamemodus m Gezichtsdetectie aan.
2
Selecteer Slimme gez.herkenning en raak o aan.
• Houd de camera stil terwijl "Bezig met vastleggen" op het scherm wordt weergegeven.
• Als knipperdetectie mislukt, verschijnt het bericht "Foto gemaakt met
gesloten ogen". Maak nog een foto.
Het dichtstbijzijnde gezicht wordt in een wit scherpstelkader weergegeven, de andere gezichten in grijze kaders.
•
: gezichten die u hebt geregistreerd als favorieten.
(Zie pagina 66 voor informatie over het registreren van gezichten als favorieten.)
•
: gezichten die automatisch door de camera worden geregistreerd.
Opname-instellingen
65
Gezichtsdetectie gebruiken
• De camera herkent en registreert gezichten mogelijk niet goed in extreme lichtomstandigheden, bij grote veranderingen in de houding of gezichtsuitdrukking van het onderwerp of als het onderwerp al dan niet een bril draagt.
• De camera kan maximaal 14 gezichten automatisch registreren. Als de camera een nieuw gezicht herkent terwijl er al 14 gezichten zijn geregistreerd, zal de camera automatisch het gezicht met de laagste prioriteit door het nieuwe vervangen.
• De camera kan maximaal favoriete 5 gezichten in een scène detecteren.
Gezichten als favoriet registreren (Mijn ster)
U kunt uw favoriete gezichten registreren om deze gezichten bij de scherpstelling en belichting prioriteit te geven. Deze functie is alleen bij gebruik van een geheugenkaart beschikbaar.
1
Raak in de opnamemodus m Smart FR wijzigen aan.
2
Selecteer Mijn ster en raak o aan.
3
Lijn het gezicht van het onderwerp uit met de ovalen richtlijn en druk op de [Ontspanknop] om het gezicht te registreren.
Opname-instellingen
66
• Als het gezicht van het onderwerp niet in een lader is geplaatst met de ovalen kaderlijn, wordt het witte kader niet weergegeven.
• Maak bij het registreren van gezichten een foto per persoon tegelijk.
• Maak 5 foto's van het gezicht van het onderwerp voor de beste resultaten: van de voorkant, van links, van rechts, van boven en van onderen.
• Wanneer u foto's maakt van links, van rechts, van boven en van onderen, moet u het onderwerp vertellen zijn of haar gezicht niet meer dan 30 graden te draaien.
• U kunt een gezicht registreren, zelfs als u maar één foto van het gezicht van het onderwerp maakt.
Gezichtsdetectie gebruiken
4
Raak aan wanneer de gezichtenlijst wordt weergegeven.
•
Uw favoriete gezichten worden in de gezichtenlijst met een gemarkeerd.
• U kunt maximaal 6 favoriete gezichten registreren.
• De flitser wordt niet geactiveerd wanneer u een favoriet gezicht registreert.
• Als u een gezicht twee keer registreert, kunt u een van deze gezichten uit de lijst verwijderen.
Uw favoriete gezichten weergeven
1
Raak in de opnamemodus m Smart FR wijzigen aan.
2
Selecteer Gezichtenlijst en raak o aan.
• Als u de classificatie van uw favoriete gezichten wilt aanpassen, raakt u aan. (pag. 83)
• Als u een favoriet gezicht wilt verwijderen, raakt u aan.
Opname-instellingen
67
Helderheid en kleur aanpassen
Hier vindt u informatie over hoe u instellingen voor de helderheid en kleur kunt aanpassen om een betere beeldkwaliteit te bereiken.
De belichting handmatig aanpassen (EV)
Afhankelijk van de intensiteit van het omgevingslicht kunnen foto's te licht of te donker uitvallen. U kunt dan de belichting aanpassen om een beter resultaat te krijgen.
• Nadat u de belichting hebt aangepast, wordt deze instelling automatisch opgeslagen. Mogelijk moet dit later weer worden bijgesteld om onder- of overbelichting te voorkomen.
• Als u niet weet wat de juiste belichting moet zijn, selecteert u AEB
(Auto Exposure Bracket). De camera neemt 3 foto's achter elkaar, elk met een andere belichting: normaal, onderbelicht en overbelicht.
(pag. 72)
Donkerder (-) Neutraal 0) Helderder (+)
1
Raak in de opnamemodus m EV aan.
2
Selecteer de gewenste waarde en raak o aan.
•
De foto wordt lichter naarmate de belichting wordt verhoogd.
•
Als u de waarde voor de belichting aanpast, wordt het pictogram als volgt weergegeven.
Opname-instellingen
68
Helderheid en kleur aanpassen
Compenseren voor tegenlicht (ACB)
Wanneer de lichtbron zich achter uw onderwerp bevindt of er sprake is van hoog contrast tussen het onderwerp en de achtergrond, ziet het onderwerp er in de foto waarschijnlijk donker uit. Stel in dit geval de optie Automatische contrastverbetering
(ACB) in.
Zonder ACB
Smart FR wijzigen
Fotoformaat
Kwalit.
ACB
Met ACB
1
Raak in de opnamemodus m aan.
2
Raak de instelknop aan naast ACB.
• De functie ACB is altijd ingeschakeld in de modi Smart Auto, Scène
(Strand/sneeuw).
• De ACB-functie is niet beschikbaar als u de opties Continu,
Bewegingsopname of AEB instelt.
De lichtmeetmethode wijzigen
De lichtmetingsmodus heeft betrekking op de manier waarop een camera de hoeveelheid licht meet. De helderheid en belichting van de foto's varieert met de gekozen lichtmeetmethode.
1
Raak in de opnamemodus m L.meting aan.
2
Selecteer een optie en raak o aan.
L.meting
Multi
Spot
Centr. gewogen
Opname-instellingen
69
Helderheid en kleur aanpassen
Pictogram Beschrijving
Multi:
•
De camera verdeelt het frame onder in diverse gebieden en meet de lichtintensiteit in elk gebied.
•
Geschikt voor algemene foto's.
Spot:
•
De camera meet alleen de lichtintensiteit in het uiterste midden van het kader.
•
Als een onderwerp zich niet midden in het beeld bevindt, kan de foto verkeerd belicht worden.
•
Geschikt voor een onderwerp met tegenlicht.
Centr. gewogen:
•
De camera bepaalt een gemiddelde voor de lichtmeting van het gehele beeld, maar met nadruk op het midden.
•
Geschikt voor foto's waarbij het onderwerp zich in het midden van het beeld bevindt.
Een lichtbron selecteren (Witbalans)
De kleur van uw foto is afhankelijk van het type en de kwaliteit van de lichtbron. Als u wilt dat uw foto's realistische kleuren hebben, selecteert u een passende lichtomstandigheid om de witbalans mee te kalibreren, zoals Auto witbalans, Daglicht, Bewolkt of
Kunstlicht.
Auto witbalans Daglicht
Bewolkt Kunstlicht
Opname-instellingen
70
Helderheid en kleur aanpassen
1
Raak in de opnamemodus m Witbalans aan.
2
Selecteer een optie en raak o aan.
Witbalans
Daglicht
Bewolkt
TL-licht H
Pictogram Beschrijving
Auto witbalans: automatisch de witbalans instellen op basis van de lichtomstandigheden.
Daglicht: voor foto's buitenshuis op een zonnige dag.
Bewolkt: voor foto's buitenshuis op een bewolkte dag of in de schaduw.
TL-licht H: voor foto's bij daglichtlampen of driewegfluorescentielampen.
TL-licht L: voor foto's bij wit TL-licht.
Kunstlicht: voor foto's binnenshuis bij gloeilamp- of halogeenlampverlichting.
Aangep. instelling: instellingen voor de witbalans gebruiken die u hebt ingesteld.
Opname-instellingen
71
Uw eigen witbalansinstelling configureren
U kunt de witbalans aanpassen door een foto te maken van een wit oppervlak, zoals een stuk papier, onder de lichtomstandigheden waarin u een foto wilt maken. De functie voor witbalans helpt u om de kleuren in uw foto te laten overeenkomen met de werkelijke scène.
1
Raak in de opnamemodus m Witbalans aan.
2
Selecteer Aangep. instelling en raak vervolgens o aan.
3
Richt de lens op een wit stuk papier en druk op de
[Ontspanknop].
Serieopnamen
Het kan lastig zijn foto's te maken van snel bewegende onderwerpen, of natuurlijke gezichtsuitdrukkingen en gebaren van uw onderwerpen in foto's vast te leggen. Selecteer in dergelijke gevallen een van de modi voor serieopnamen om snel meerdere foto's te nemen.
1
Raak in de opnamemodus m Snelheid aan.
2
Selecteer een optie en raak o aan.
Snelheid
Continu
Bewegingsopname
AEB
Pictogram Beschrijving
1 opname: Eén foto maken.
Continu:
•
Terwijl u de [Ontspanknop] ingedrukt houdt, blijft de camera achter elkaar foto's maken.
•
Het maximumaantal foto's is afhankelijk van de capaciteit van de geheugenkaart.
Bewegingsopname: Terwijl u de [Ontspanknop] ingedrukt houdt, maakt de camera VGA-foto's (6 foto's per seconde, met een maximum van 30 foto's).
AEB:
•
3 foto's achter elkaar maken, elk met een andere belichting. normaal, onderbelicht en overbelicht.
•
Gebruik een statief om onscherpe foto's te voorkomen.
• U kunt de flitser, timer, ACB en Smart filter alleen gebruiken als u
1 opname selecteert.
• Als u Bewegingsopname selecteert, stelt de camera de resolutie in op VGA en de ISO-waarde op Auto.
• Afhankelijk van de geselecteerde optie voor gezichtsdetectie zijn sommige opties voor serieopnamen niet beschikbaar.
Opname-instellingen
72
Effecten toepassen/beelden aanpassen
Intelligente filtereffecten toepassen
Pas allerlei filtereffecten op uw foto's en video's toe om unieke afbeeldingen te maken.
Miniatuur Vignetten
Visoog Schets
1
Raak in de opnamemodus m Smart filter aan.
2
Selecteer een filter en raak o aan.
Beschikbare filters in de Programmamodus
Pictogram Beschrijving
Normaal: Geen effect
Miniatuur: Een tilt-shifteffect toepassen om het onderwerp in miniatuur weer te geven.
Vignetten: Retro-kleuren, een hoog contrast en sterke vignettering van Lomo-camera's toepassen.
Softfocus: Onzuiverheden op het gezicht verhullen of droomachtige effecten toevoegen.
Oude film 1: Het effect van een oude film toepassen 1.
Oude film 2: Het effect van een oude film toepassen 2.
Halftoonstip: Een halftooneffect toepassen
Schets: Een schetseffect van een pen toepassen.
Visoog: De randen van het kader donkerder maken en nabije objecten vervormen om de visuele effecten van een vissenooglens te imiteren.
Anti-nevel
: De foto helderder maken.
Klassiek
: Een zwart-witeffect toepassen.
Opname-instellingen
73
Effecten toepassen/beelden aanpassen
Pictogram Beschrijving
Retro
: Een sepiatinteffect toepassen.
Negatief
: Het effect van een negatieffilm toepassen.
Aangep. RGB Een kleurwaarde aanpassen.
• Als u Schets selecteert, wordt de resolutie gewijzigd in en lager.
• Als u Visoog selecteert, wordt de resolutie gewijzigd in en lager.
Beschikbare filters in de Filmmodus
Pictogram Beschrijving
Normaal: Geen effect
Paleteffect 1
: Een heldere look maken met een scherp contrast en rode kleur.
Paleteffect 2: Scènes strak en helder maken door een zachte blauwe tint toe te voegen.
Paleteffect 3
: Een zachte bruine tint toepassen.
Paleteffect 4
: Een koud en eenkleurig effect toepassen.
Pictogram Beschrijving
Miniatuur: Een tilt-shifteffect toepassen om het onderwerp in miniatuur weer te geven.
Vignetten: Retro-kleuren, een hoog contrast en sterke vignettering van Lomo-camera's toepassen.
Halftoonstip
: Een halftooneffect toepassen
Schets: Een schetseffect van een pen toepassen.
Visoog: Objecten die in de buurt zijn, vervormen om de visuele effecten van een vissenooglens te imiteren.
Anti-nevel
: De foto helderder maken.
Klassiek
: Een zwart-witeffect toepassen.
Retro
: Een sepiatinteffect toepassen.
Negatief
: Het effect van een negatieffilm toepassen.
Aangep. RGB: Een kleurwaarde aanpassen.
Opname-instellingen
74
Effecten toepassen/beelden aanpassen
Uw eigen RGB-tint definiëren
1
Raak in de opnamemodus m Smart filter aan.
2
Selecteer Aangep. RGB en raak o aan.
3
Sleep omhoog of omlaag om de waarden voor elke kleur aan te passen.
•
•
Hoe hoger de waarde, hoe helderder de foto.
Hoe lager de waarde, hoe donkerder de foto.
Aangep. RGB
• Als u Miniatuur selecteert wanneer u een video opneemt, neemt de afspeelsnelheid van de video toe.
• Als u tijdens een video-opname Miniatuur selecteert, wordt het geluid niet opgenomen.
• Als u Miniatuur, Vignetten, Halftoonstip, Schets, Visoog of Anti-nevel selecteert terwijl u een video opneemt, wordt de opnamesnelheid ingesteld op en wordt de opnameresolutie ingesteld op minder dan .
• Als u Smart filter-effecten instelt, kunt u de opties voor gezichtsherkenning, ACB, opties voor serieopnamen, opties voor beeldaanpassing, de intelligente zoomfunctie of Smart Touch AF niet gebruiken.
4
Raak o aan om de wijzigingen op te slaan.
Opname-instellingen
75
Effecten toepassen/beelden aanpassen
Foto's aanpassen
U kunt de scherpte, kleurverzadiging en het contrast van uw foto's aanpassen.
1
Raak in de opnamemodus m Beeld aanpassen aan.
2
Sleep omhoog of omlaag om de waarden aan te passen.
•
: Scherpte
•
: Contrast
•
: Kleurverz.
Beeld aanpassen
3
Raak o aan om de wijzigingen op te slaan.
Scherpte
-
Beschrijving
Verzacht randen in de foto (geschikt voor fotobewerking op de computer).
+
Verscherp randen om de foto duidelijker te maken. Hierdoor kan ook de beeldruis in de foto's toenemen.
Contrast
-
+
Kleurverz.
-
+
Beschrijving
Verminder kleuren en helderheid.
Verhoog kleuren en helderheid.
Beschrijving
Verminder de kleurverzadiging.
Verhoog de kleurverzadiging.
• Selecteer 0 als u geen effect wilt toepassen (geschikt voor afdrukken).
• Als u aanpassingsfuncties instelt, kunt u de Smart filter-opties niet gebruiken.
Opname-instellingen
76
Het zoomgeluid instellen
Als u de zoomfunctie gebruikt wanneer u video's opneemt, kan het zoomgeluid worden opgenomen in video's. Gebruik de functie Sound
Alive om het zoomgeluid te verminderen.
1
Raak in de opnamemodus m Spraak aan.
2
Selecteer een optie en raak o aan.
Spraak
Sound Alive Aan
Sound Alive Uit
Dempen
Pictogram Beschrijving
Sound Alive Aan: De Sound Alive-functie inschakelen.
Sound Alive Uit: De Sound Alive-functie uitschakelen.
Dempen: Er wordt geen geluid opgenomen.
• Blokkeer de microfoon niet wanneer u de functie Sound Alive gebruikt.
• Opnamen die worden gemaakt met Sound Alive, kunnen anders klinken dan de daadwerkelijke geluiden.
Opname-instellingen
77
Beschikbare opname-instellingen per opnamemodus
Zie 'Opname-instellingen' voor meer informatie over opname-instellingen.
Resolutie
Kwaliteit
Timer
Flitser
ISO-waarde
Macro
Scherpstelgebied
Gezichtsdetectie
EV
ACB
Lichtmeting
Witbalans
Snelheid
Smart filter
Beeld aanpassen
Sound Alive
Digitale zoom
Intelligent zoomen
DIS
Spraakmemo
Smart Auto
-
-
-
-
-
-
U
O
-
O
-
U
-
U
-
U
U
-
U
-
-
-
-
-
-
-
-
-
Enkele opname
O
O
-
-
O
U
-
U
-
-
O
-
Scène
-
-
-
-
-
U
U
O
-
O
O
-
U
-
U
-
O
U
-
U
Close-up
-
O
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
O
-
O
O
-
U
-
U
In deze modi zijn sommige opties beperkt of is een bepaalde optie standaard ingesteld.
Opname-instellingen
78
Nachtopname Beautyshot
-
-
-
-
-
-
-
-
-
O
-
-
-
-
-
O
O
O
U
-
-
O
-
-
-
-
-
-
-
-
-
O
O
-
U
-
O
U
-
U
Programma
O
U
O
O
O
U
O
-
O
O
O
O
O
O
O
O
O
O
O
O
Film
-
-
O
-
-
O
O
O
-
-
U
-
-
-
-
O
O
O
U
-
Beschikbare opname-instellingen per opnamemodus
Resolutie
Kwaliteit
Timer
Flitser
ISO-waarde
Macro
Scherpstelgebied
Gezichtsdetectie
EV
ACB
Lichtmeting
Witbalans
Snelheid
Smart filter
Beeld aanpassen
Sound Alive
Digitale zoom
Intelligent zoomen
DIS
Spraakmemo
Slimme film Objectmarkering
O
O
U
-
-
U
-
-
-
-
-
-
-
-
-
O
-
-
-
-
U
O
O
U
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
Magisch kaderopname
-
O
O
O
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
Fotofilter Filmfilter
-
-
-
-
-
-
-
-
-
O
O
O
U
-
-
-
U
-
-
-
U
In deze modi zijn sommige opties beperkt of is een bepaalde optie standaard ingesteld.
-
-
O
-
-
-
-
-
U
-
O
-
U
-
-
-
U
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
Vignetten
(foto)
O
O
-
-
O
U
-
-
-
-
-
-
Opname-instellingen
79
-
-
O
-
-
-
-
-
-
-
-
Vignetten
(film)
O
O
U
-
-
-
-
U
-
Paleteffectopname
-
-
-
U
-
O
O
U
-
-
-
U
-
-
-
-
-
O
-
-
Weergeven en bewerken
Hier vindt u informatie over hoe u foto's, video's en spraakmemo's kunt weergeven of afspelen en hoe u foto's en video's kunt bewerken. Ook leest u hier hoe u de camera op een computer, fotoprinter of televisie aansluit.
Foto's of video's weergegeven in de afspeelmodus
De afspeelmodus starten ………………… 81
Foto's weergeven ………………………… 88
Een video afspelen ……………………… 90
Een spraakmemo afspelen ……………… 92
Foto's bewerken
Het formaat van foto's aanpassen ……… 93
Een foto draaien ………………………… 94
Slim bijsnijden gebruiken ………………… 94
Intelligente filtereffecten toepassen ……… 95
Foto's aanpassen ………………………… 95
Een afdrukbestelling maken (DPOF) ……… 97
Bestanden op een tv weergeven
Bestanden naar een
Windows-computer overbrengen
Bestanden overbrengen met Intelli-studio 100
Bestanden overbrengen door de camera als een verwisselbare schijf aan te sluiten 102
De camera loskoppelen (Windows XP) … 103
Bestanden naar een
Mac-computer overbrengen
Foto's met een PictBridge-fotoprinter afdrukken
Foto's of video's weergegeven in de afspeelmodus
Hier vindt u informatie over hoe u foto's, video's en spraakmemo's kunt afspelen en hoe u bestanden beheert.
De afspeelmodus starten
Bekijk foto's en video's en beluister spraakmemo's die in de camera zijn opgeslagen.
1
Druk op [Afspelen].
2
Sleep de afbeelding naar links of rechts om naar een ander bestand te gaan.
•
•
Het recentste bestand wordt weergegeven.
Als de camera is uitgeschakeld, wordt deze ingeschakeld en wordt het recentste bestand weergegeven.
• Als u de bestanden op categorie wilt weergeven, raakt u
aan op het startscherm. (pag. 84)
• Als u een e-mail wilt verzenden, raakt u m Delen E-mail aan.
Als u het bestand wilt uploaden naar websites, raakt u m Delen
een website aan.
•
•
•
Als u snel door bestanden wilt bladeren, kantelt u de camera in de richting waarin u bestanden wilt doorbladeren. (pag. 82)
U kunt ook de linkerrand of de rechterrand van het scherm vasthouden om snel door de bestanden te bladeren.
U kunt de schuifregelaar ook naar links of rechts slepen om naar het vorige of volgende bestand te gaan.
Weergeven en bewerken
81
Foto's of video's weergegeven in de afspeelmodus
• Als u bestanden in het interne geheugen wilt weergeven, verwijdert u de geheugenkaart.
• De camera kan bestanden met niet-ondersteunde formaten of bestanden die met andere camera's zijn gemaakt niet goed afspelen.
•
Bewegingsdetectie werkt mogelijk niet goed als u de camera met het scherm parallel aan de grond houdt.
Bestanden weergegeven met bewegingsdetectie
U kunt bestanden weergeven door de camera te kantelen in de afspeelmodus.
•
Als u de camera 90° of 180° draait terwijl u een foto weergeeft, wijzigt de camera automatisch de stand van de weergegeven foto. (pag. 132)
•
Als u bewegingsdetectie wilt uitschakelen, raakt u m aan en raakt u vervolgens de instelknop naast Gebarenoverzicht aan.
Weergeven en bewerken
82
Foto's of video's weergegeven in de afspeelmodus
Het scherm in de afspeelmodus
Bestandsgegevens
Bestandslocatie
Pictogram Beschrijving
Foto heeft een spraakmemo
Video's (pag. 90) of spraakmemo's afspelen (pag. 92)
Mapnaam – Bestandsnaam
Lengte van de video
Beveiligd bestand
Afdrukbestelling ingesteld (DPOF)
Bestanden verwijderen (pag. 87)
Het huidige bestand uploaden naar Facebook
Bestanden als miniaturen weergeven (pag. 86)
Als u bestandsgegevens wilt weergeven op het scherm, raakt u m aan en raakt u de instelknop naast Bestandsinformatie aan.
Weergeven en bewerken
83
Uw favoriete gezichten classificeren
U kunt uw favoriete gezichten classificeren of ze verwijderen. De functie voor favoriete gezichten is alleen beschikbaar als u een geheugenkaart in de camera hebt geplaatst.
1
Raak in de afspeelmodus m Gezichtenlijst aan.
•
U kunt uw favoriete gezichten ook classificeren in de miniatuurweergave door m
Gezichtenlijst aan te raken.
Gezichtenlijst
Foto's of video's weergegeven in de afspeelmodus
2
Als u een gezicht wilt classificeren, raakt u Ja aan en sleept u het gezicht naar een nieuwe locatie.
Rangorde wijzigen
Bestanden weergeven in Smart Album als miniaturen
Bestanden op categorie weergeven, zoals datum, gezicht of bestandstype.
1
Raak aan op het startscherm.
2
Raak
een optie voor een categorie aan.
3
Raak o aan om de wijzigingen op te slaan.
•
Als u een gezicht uit de lijst wilt verwijderen, raakt u aan, raakt u een gezicht aan en vervolgens o.
Raak aan als u alleen uw favoriete gezicht in de gezichtenlijst wilt weergeven.
Pictogram Beschrijving
Alle bestanden weergeven.
Bestanden weergeven op volgorde van opslagdatum.
Bestanden weergeven op herkende en favoriete gezichten.
Bestanden weergeven op bestandstype.
• Het kan enige tijd duren voordat Smart Album op de camera is geopend of de categorie is gewijzigd en de bestanden opnieuw zijn geordend.
• Als u een categorie verwijdert, worden alle bestanden in de categorie verwijderd.
Weergeven en bewerken
84
Foto's of video's weergegeven in de afspeelmodus
Bestanden weergeven in 3D-weergave
1
Raak aan op het startscherm.
2
Sleep afbeeldingen naar links of rechts om naar het vorige of volgende bestand te gaan.
•
Veeg naar links of rechts over het scherm om bestanden sneller te verplaatsen. Hoe sneller u over het scherm veegt, door hoe meer bestanden u tegelijk bladert.
Bestanden weergeven met een effect dat lijkt op het omslaan van pagina's
U kunt door pagina's bladeren door de schermpen over het scherm te slepen of vegen. U kunt ook het effect van pagina's omslaan toevoegen aan een diashow.
1
Raak aan op het startscherm.
2
Raak een thema aan.
3
Sleep afbeeldingen naar links of rechts om naar het vorige of volgende bestand te gaan.
• In de 3D-weergave kunt u geen video’s of spraakmemo's afspelen.
• De 3D-functie is niet beschikbaar wanneer de camera is aangesloten op een televisie.
Weergeven en bewerken
85
Foto's of video's weergegeven in de afspeelmodus
Pictogram Beschrijving
Een diashow afspelen.
•
Raak het scherm aan om de diashow te pauzeren en het volume aan te passen of te dempen.
•
Raak aan om de diashow te stoppen.
Terugkeren naar het selectiescherm voor thema's.
U kunt alleen foto's weergeven als u het effect voor pagina's omslaan gebruikt.
Bestanden als miniatuur weergeven
Bekijk vlug miniaturen van bestanden.
Draai de afspeelmodus de [Zoomknop] naar links om miniaturen weer te geven (9 per keer). Draai de
[Zoomknop] nog een of twee keer naar links om meer miniaturen weer te geven (16 of 36 oer keer).
Draai de [Zoomknop] naar rechts om naar de vorige weergave terug te keren.
Raak een bestand aan om deze in volledige schermweergave weer te geven.
Pictogram Beschrijving
Bestanden wissen
Bestanden selecteren voor uploaden naar Facebook
Foto heeft een spraakmemo
Videobestand
Spraakmemobestand
Sleep het scherm omhoog of omlaag om naar de volgende of vorige pagina met miniaturen te gaan.
Weergeven en bewerken
86
Foto's of video's weergegeven in de afspeelmodus
Bestanden beveiligen
Beveilig uw bestanden om te voorkomen dat ze per ongeluk worden gewist.
1
Ga in de afspeelmodus naar het bestand dat u wilt beveiligen en raak m aan.
2
Raak de instelknop aan naast Beveiligen.
Wissen
Diashow starten
Beveiligen
Res.wijz
U kunt een beveiligd bestand niet verwijderen of draaien.
Bestanden wissen
Bestanden selecteren die u wilt wissen in de afspeelmodus.
Afzonderlijke bestanden wissen
U kunt een afzonderlijk bestand selecteren en dit wissen.
1
Ga in de afspeelmodus naar het bestand dat u wilt verwijderen en raak aan.
2
Wanneer het pop-upvenster verschijnt, raakt u Ja aan.
U kunt bestanden ook verwijderen door m Wissen Wissen aan te raken.
Meerdere bestanden wissen
U kunt meerdere bestanden selecteren en deze tegelijk wissen.
1
Raak in de miniatuurweergave aan.
2
Selecteer de bestanden die u wilt verwijderen en raak
aan.
3
Wanneer het pop-upvenster verschijnt, raakt u Ja aan.
Weergeven en bewerken
87
Foto's of video's weergegeven in de afspeelmodus
Alle bestanden verwijderen
U kunt alle bestanden selecteren en deze tegelijk verwijderen.
1
Raak in de afspeelmodus m Wissen aan.
•
U kunt ook bestanden verwijderen in de miniatuurweergave door m
Wissen aan te raken.
2
Selecteer Alles en raak o aan.
3
Wanneer het pop-upvenster verschijnt, raakt u Ja aan.
Bestanden naar een geheugenkaart kopiëren
Bestanden van het interne geheugen naar een geheugenkaart kopiëren.
1
Raak in de afspeelmodus m aan.
•
U kunt ook bestanden naar een geheugenkaart kopiëren in de miniatuurweergave of in Smart Album door m Kopie aan te raken.
2
Raak Kopie aan.
3
Wanneer het pop-upvenster verschijnt, raakt u Ja aan.
Foto's weergeven
Deel van een foto vergroten of foto's als diavoorstelling bekijken.
Een foto vergroten
Draai in de afspeelmodus de [Zoomknop] naar rechts om een deel van een foto te vergroten. Draai de
[Zoomknop] naar links om uit te zoomen.
Sleep het scherm om een ander deel van de foto weer te geven.
Weergeven en bewerken
88
Foto's of video's weergegeven in de afspeelmodus
Pictogram Beschrijving
Het bestand wissen.
De foto bijsnijden (de foto wordt als een nieuw bestand opgeslagen).
Terug naar de originele weergave.
Zoomverhouding (de maximale zoomverhouding kan variëren afhankelijk van de resolutie.)
Als u foto's weergeeft die zijn gemaakt met een andere camera, kan de zoomverhouding verschillen.
Een diashow afspelen
Effecten en audio toevoegen aan een diashow met uw foto's.
Deze functie werkt niet voor video's en spraakmemo's.
1
Raak aan op het startscherm.
2
Raak aan en selecteer foto's die u wilt opnemen in de diashow.
•
•
•
•
Raak aan om alles te selecteren.
Raak aan om de selectie te annuleren.
U kunt geen videobestanden selecteren.
U kunt maximaal 2000 bestanden selecteren.
3
Raak o aan.
4
Raak m aan en stel een diashoweffect in.
Alles afsp.
Weergeven en bewerken
89
Foto's of video's weergegeven in de afspeelmodus
* Standaard
Pictogram Beschrijving
Afsp.mod.: Instellen of de diashow wordt herhaald.
(Eenmaal afspelen*, Herhalen)
Interval:
•
Het interval tussen foto's instellen.
(1 sec *, 3 sec , 5 sec , 10 sec )
•
U moet de optie Effect instellen op interval in te stellen.
om het
Muziek: Achtergrondmuziek instellen.
(Uit*, Mist, Druppels, UV, Reis, Avond)
Effect:
•
Een scèneovergangseffect instellen tussen foto's.
(Uit*, Kalm, Zonnig, Ontspannen, Levendig,
Zacht)
•
Selecteer om effecten te annuleren.
•
Als u de optie Effect gebruikt, wordt het interval tussen foto's ingesteld op 1 seconde.
5
Raak aan om de diashow te starten.
•
Raak het scherm om de diashow te pauzeren.
•
Raak aan om het volume aan te passen of het geluid te dempen.
•
Raak aan om de diashow te stoppen.
Een video afspelen
In de afspeelmodus kunt u een video weergegeven en vervolgens delen van de afgespeelde video opnemen of bijsnijden. U kunt de opgenomen of bijgesneden segmenten opslaan als nieuwe bestanden.
1
Ga in de afspeelmodus naar een video en raak aan.
2
Geef de video weer.
Pictogram Beschrijving
Terugspoelen.
/
Het afspelen onderbreken of hervatten.
Vooruitspoelen.
Het volume aanpassen of het geluid dempen.
Terugkeren naar de afspeelmodus.
Weergeven en bewerken
90
Foto's of video's weergegeven in de afspeelmodus
Een video bijsnijden
1
Raak tijdens het afspelen van een video aan op het punt waarop u het bijsnijden wilt beginnen.
2
Raak aan.
3
Raak aan op het punt waarop u het bijsnijden wilt beëindigen.
•
U kunt ook de scène aanpassen die moet worden bijgesneden door de grepen te verplaatsen die op de voortgangsbalk worden weergegeven.
Afzonderlijke beelden uit een video opslaan
1
Raak tijdens het afspelen van een video aan op het punt waarop u een beeld wilt opnemen.
2
Raak aan.
3
Wanneer het pop-upvenster verschijnt, raakt u Ja aan.
• De bestandsgrootte van de opgenomen afbeelding is gelijk aan die van de originele video.
• Het opgenomen beeld wordt als nieuw bestand opgeslagen.
4
Raak aan.
5
Wanneer het pop-upvenster verschijnt, raakt u Ja aan.
• De oorspronkelijke video moet ten minste 10 seconden lang zijn.
• De camera slaat het bewerkte bestand op als een nieuw bestand.
Weergeven en bewerken
91
Foto's of video's weergegeven in de afspeelmodus
Een spraakmemo afspelen
Luisteren naar een spraakmemo
1
Ga in de afspeelmodus naar een spraakmemobestand en raak aan.
2
Luister naar de spraakmemo.
Spraakmemo's afspelen die zijn toegevoegd aan foto's
1
Selecteer in de afspeelmodus een foto met een spraakmemo en raak aan.
2
Luister naar de spraakmemo.
Pictogram Beschrijving
/ Het afspelen onderbreken of hervatten.
Het volume aanpassen of het geluid dempen.
Pictogram Beschrijving
Terugspoelen.
/
Het afspelen onderbreken of hervatten.
Vooruitspoelen.
Het volume aanpassen of het geluid dempen.
Terugkeren naar de afspeelmodus.
Weergeven en bewerken
92
Terugkeren naar de afspeelmodus.
Foto's bewerken
Hier vindt u informatie over het bewerken van foto's.
• De camera slaat bewerkte foto's op als nieuwe bestanden.
• Wanneer u foto's bewerkt, converteert de camera deze automatisch naar een lagere resolutie. Foto's die handmatig worden gedraaid of waar het formaat handmatig van wordt aangepast, worden niet automatisch geconverteerd naar een lagere resolutie.
3
Raak o aan om op te slaan.
De beschikbare opties voor formaat wijzigen verschillen, afhankelijk van de originele grootte van de foto.
Het formaat van foto's aanpassen
U kunt het formaat van een foto wijzigen en de foto als een nieuw bestand opslaan. U kunt instellen dat een foto wordt weergegeven wanneer de camera wordt ingeschakeld.
1
Ga in de afspeelmodus naar een foto en raak m aan.
2
Raak Res.wijz aan en selecteer een formaatoptie.
•
Selecteer Beginafb. om de foto als beginafbeelding op te slaan. (pag. 129)
Res.wijz
2688 X 1512
1920 X 1080
Beginafb.
Weergeven en bewerken
93
Foto's bewerken
Een foto draaien
1
Ga in de afspeelmodus naar een foto en raak m aan.
2
Raak Draaien aan en selecteer een optie voor draaien.
Draaien
Draaien
Rechts 90 gr.
Links 90 gr.
Slim bijsnijden gebruiken
Gebruik Slim bijsnijden om objecten in een foto te selecteren en het bijgesneden gedeelte op te slaan als een nieuw bestand.
1
Ga in de afspeelmodus naar een foto en raak m aan.
2
Raak Slim bijsnijden aan.
3
Selecteer 4 punten op het aanraakscherm om een gebied te selecteren.
•
U kunt het gedeelte opnieuw selecteren door de 4 punten te verslepen.
3
Raak o aan om op te slaan.
De camera overschrijft het originele bestand.
4
Raak o aan om op te slaan.
•
De bijgesneden foto wordt als nieuw bestand opgeslagen.
Het nieuwe bestand is mogelijk kleiner dan het origineel.
Weergeven en bewerken
94
Foto's bewerken
Intelligente filtereffecten toepassen
Speciale effecten toepassen op uw foto's.
1
Raak aan op het startscherm.
•
Het recentste bestand wordt weergegeven.
2
Raak een foto aan.
3
Raak m Smart filter aan.
4
Selecteer een filter.
•
Als u beschikbare filteropties wilt weergegeven, gaat u naar pagina 73.
•
•
Als u de originele foto wilt weergeven, raakt u Voor aan.
Als u de foto met het filtereffect wilt weergeven, raakt u Na aan.
Miniatuur
Voor Na
5
Raak
V aan om de wijzigingen op te slaan.
Foto's aanpassen
Hier vindt u informatie over het aanpassen van de helderheid, het contrast of de kleurverzadiging en het corrigeren van het rode-ogeneffect. Als het midden van een foto donker is, kunt u dit lichter maken. De camera slaat een bewerkte foto op als nieuw bestand, maar converteert de foto mogelijk naar een lagere resolutie.
• U kunt tegelijk de helderheid, het contrast en de kleurverzadiging aanpassen en Smart filter-effecten toepassen.
• U kunt niet tegelijk de effecten ACB, Gezichtretouch. en Anti-rode ogen toepassen.
De helderheid, het contrast en de kleurverzadiging aanpassen
1
Raak aan op het startscherm.
•
Het recentste bestand wordt weergegeven.
2
Raak
een foto aan.
3
Raak m een optie voor aanpassen aan.
Pictogram Beschrijving
Helderheid
Contrast
Kleurverz.
Weergeven en bewerken
95
Foto's bewerken
4
Sleep de schuifregelaars of raak de fotopictogrammen aan om de optie aan te passen.
•
•
Als u de originele foto wilt weergeven, raakt u Voor aan.
Als u de aangepaste foto wilt weergeven, raakt u Na aan.
5
Raak
V aan om de wijzigingen op te slaan.
Donkeren onderwerpen aanpassen (ACB)
1
Raak aan op het startscherm.
•
Het recentste bestand wordt weergegeven.
2
Raak
een foto aan.
3
Raak m ACB aan.
•
Als u de originele foto wilt weergeven, raakt u Voor aan.
•
Als u het aangepaste bestand wilt weergeven, raakt u Na aan.
4
Raak
V aan om de wijzigingen op te slaan.
Gezichten retoucheren
1
Raak aan op het startscherm.
•
Het recentste bestand wordt weergegeven.
2
Raak een foto aan.
3
Raak m Gezichtretouch. aan.
4
Sleep de schuifregelaars of raak de fotopictogrammen aan om de huidtint aan te passen.
•
•
•
Wanneer de schuifregelaar naar rechts wordt verschoven, wordt de huidtint helderder.
Als u de originele foto wilt weergeven, raakt u Voor aan.
Als u het aangepaste bestand wilt weergeven, raakt u Na aan.
5
Raak
V aan om de wijzigingen op te slaan.
Weergeven en bewerken
96
Foto's bewerken
Rode ogen verwijderen
1
Raak aan op het startscherm.
•
Het recentste bestand wordt weergegeven.
2
Raak een foto aan.
3
Raak m Anti-rode ogen aan.
•
Als u de originele foto wilt weergeven, raakt u Voor aan.
•
Als u het aangepaste bestand wilt weergeven, raakt u Na aan.
4
Raak
V aan om de wijzigingen op te slaan.
3
Raak / aan om het aantal exemplaren te selecteren en raak o aan.
Een afdrukbestelling maken (DPOF)
Selecteer foto's die u wilt afdrukken en sla afdrukopties op in de DPOF (Digital Print Order Format). Deze gegevens worden opgeslagen in de map MISC op uw geheugenkaart zodat u eenvoudig kunt afdrukken op printers die compatibel zijn met
DPOF.
1
Ga in de afspeelmodus naar een foto en raak m aan.
2
Raak DPOF aan.
• U kunt de geheugenkaart meenemen naar een printshop die DPOF
(Digital Print Order Format) ondersteunt, maar u kunt ook uw foto's thuis rechtstreeks op een DPOF-compatibele printer afdrukken.
• Foto's met afmetingen die groter zijn dan het papier, worden mogelijk afgesneden aan de linker- en rechterkant. Zorg ervoor dat de afmetingen van uw foto overeenkomen met het papier dat u selecteert.
• U kunt geen DPOF-opties instellen voor foto's in het interne geheugen.
Weergeven en bewerken
97
Bestanden op een tv weergeven
U kunt foto's of video's bekijken door de camera met de A/V-kabel op een tv aan te sluiten.
1
Raak aan op het startscherm.
2
Raak Connectiviteit Video aan.
3
Selecteer een video-uitvoersignaal voor uw land of regio.
(pag. 130)
4
Schakel de camera en de televisie uit.
5
Sluit de camera met de A/V-kabel op de tv aan.
Audio Video
7
Schakel de camera in.
•
De camera schakelt automatisch over naar de afspeelmodus als u deze aansluit op een televisie.
8
Geef de foto's of video's weer met het aanraakscherm op de camera.
• Afhankelijk van het model van tv, wordt er mogelijk digitale ruis weergegeven of wordt een deel van het beeld niet weergegeven.
• Afhankelijk van de tv-instellingen kan het voorkomen dat de beelden niet gecentreerd op het scherm worden weergegeven.
6
Schakel de tv in en selecteer de video-uitvoermodus met de afstandsbediening van de tv.
Weergeven en bewerken
98
Bestanden naar een Windows-computer overbrengen
Bestanden overbrengen naar een Windows-computer, de bestanden bewerken met Intelli-studio en ze uploaden naar het web.
Vereisten
Onderdeel
Processor
RAM
Besturingssysteem
Schijfruimte
Overig
Vereisten
Intel Pentium 4, 3,2 GHz of hoger/AMD Athlon™
FX 2,6 GHz of hoger
Minimaal 512 MB RAM
(1 GB of meer aanbevolen)
Windows XP SP2, Windows Vista of Windows 7
(32-bits edities)
Minimaal 250 MB RAM
(1 GB of meer aanbevolen)
•
•
Cd-romstation
1024 X 768 pixels, monitor met ondersteuning voor 16-bits kleuren
(1280 X 1024 pixels, ondersteuning voor
32-bits kleuren aanbevolen)
•
•
USB 2.0-poort nVIDIA Geforce 7600GT of hoger/
ATI X1600-serie of hoger
•
Microsoft DirectX 9.0c of hoger
* De programma's werken mogelijk niet goed onder de 64-bits versies van
Windows XP, Windows Vista en Windows 7.
• De vereisten zijn slechts aanbevelingen. Het werkt mogelijk niet correct wanneer de computer voldoet aan de vereisten, afhankelijk van de toestand van de computer.
• Als uw computer niet aan de vereisten voldoet, worden video's mogelijk niet naar behoren afgespeeld of duurt het langer om video's te bewerken.
• Installeer DirectX 9.0c of een nieuwere versie voordat u het programma gebruikt.
• Windows XP, Windows Vista of Windows 7 moet worden uitgevoerd op uw computer als u de camera wilt aansluiten als verwisselbare schijf.
De fabrikant is niet verantwoordelijk voor schade die wordt veroorzaakt door het gebruik van niet-geschikte computers zoals samengestelde computers.
Weergeven en bewerken
99
Bestanden naar een Windows-computer overbrengen
Bestanden overbrengen met Intelli-studio
Intelli-studio wordt automatisch gestart wanneer u de camera met de USB-kabel op uw computer aansluit.
Terwijl de camera met de USB-kabel op de computer is aangesloten, wordt de batterij opgeladen.
1
Raak aan op het startscherm.
2
Raak Connectiviteit aan en schakel Pc-software in door de instelknop aan te raken.
3
Schakel de camera uit.
4
Sluit de camera op de computer aan met de USB-kabel.
Sluit het uiteinde van de kabel met het indicatielampje (
S
) op de camera aan. Als u de kabel omgekeerd aansluit, kunnen de bestanden beschadigen. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor enig verlies van gegevens.
5
Schakel de camera in.
•
De computer herkent de camera automatisch en Intelli-studio wordt automatisch gestart.
Als u de USB-optie instelt op Selecteer een modus, selecteert u
Computer in het pop-upvester.
6
Selecteer een doelmap op de computer en selecteer Ja.
•
Nieuwe bestanden die worden opgeslagen op de camera, worden automatisch overgedragen naar de geselecteerde map.
•
Als de camera geen nieuwe bestanden bevat, zal het pop-upvenster voor het opslaan van nieuwe bestanden niet verschijnen.
Voor Windows Vista en Windows 7: selecteer Run iStudio.exe in het venster voor automatisch starten om Intelli-studio te starten.
Weergeven en bewerken
100
Bestanden naar een Windows-computer overbrengen
Intelli-studio gebruiken
Intelli-studio is een ingebouwd programma waarmee u bestanden kunt afspelen, weergeven of bewerken. Selecteer Help Help in de werkbalk van het programma voor meer informatie.
• Als u wilt profiteren van meer functies, zoals het maken van diashows met sjablonen, installeert u de volledige versie van Intelli-studio. Selecteer hiervoor
Web Support Update Intelli-studio Start Update op de programmawerkbalk.
• U kunt de firmware van de camera bijwerken door Web Support Upgrade firmware for the connected device te selecteren op de programmawerkbalk.
• Als u Intelli-studio op de computer installeert, start het programma sneller. Om het programma te installeren, selecteert u Tool Install Intelli-studio on PC.
•
Bestanden kunnen niet in de camera worden bewerkt. Breng bestanden naar een map op de computer over om ze te bewerken.
•
Intelli-studio ondersteunt de volgende bestandstypen:
- Video's: MP4 (Video: H.264, Audio: AAC), WMV (WMV 7/8/9), AVI (MJPEG)
- Foto's: JPG, GIF, BMP, PNG, TIFF
1 2 3 4 5
%
$
6
7
# 8
@
9
0
!
Weergeven en bewerken
101
Bestanden naar een Windows-computer overbrengen
6
7
8
9
0
!
@
#
$
%
Nr.
1
2
3
4
5
Beschrijving
Hiermee opent u menu's.
Hiermee geeft u bestanden in de geselecteerde map weer.
Hiermee gaat u naar de Fotobewerkingsmodus.
Hiermee gaat u naar de Videobewerkingsmodus.
Hiermee gaat u naar de Deelmodus. (bestanden per e-mail verzenden of uploaden naar websites zoals Flickr of YouTube)
Hiermee vergroot of verkleint u de miniaturen in de lijst.
Hiermee selecteert u een bestandstype.
Hiermee geeft u bestanden in de geselecteerde map op de computer weer.
Hiermee kunt u bestanden op de aangesloten camera weergeven of verbergen.
Hiermee kunt u bestanden in de geselecteerde map op de camera weergeven.
Hiermee kunt u bestanden als miniaturen of op een kaart weergeven.
Hiermee kunt u bladeren door mappen die zijn opgeslagen op de camera.
Hiermee kunt u bladeren door mappen die zijn opgeslagen op de computer.
Hiermee gaat u naar de vorige of volgende map.
Hiermee drukt u bestanden af, geeft u bestanden weer op een kaart, slaat u bestanden in op Mijn map of registreert u gezichten.
Weergeven en bewerken
102
Bestanden overbrengen door de camera als een verwisselbare schijf aan te sluiten
U kunt de camera op de computer aansluiten als een verwisselbare schijf.
1
Raak aan op het startscherm.
2
Raak Connectiviteit aan en schakel Pc-software uit door de instelknop aan te raken.
3
Schakel de camera uit.
4
Sluit de camera op de computer aan met de USB-kabel.
Sluit het uiteinde van de kabel met het indicatielampje (
S
) op de camera aan. Als u de kabel omgekeerd aansluit, kunnen de bestanden beschadigen. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor enig verlies van gegevens.
Bestanden naar een Windows-computer overbrengen
5
Schakel de camera in.
•
De camera wordt automatisch herkend.
Als u de USB-optie instelt op Selecteer een modus, selecteert u
Computer in het pop-upvester.
6
Selecteer op de computer Deze computer
Verwisselbare schijf
DCIM
7
Sleep de bestanden naar de computer of sla ze op de computer op.
De camera loskoppelen (Windows XP)
Met Windows Vista en Windows 7 lijken de manieren waarop de camera moet worden losgemaakt sterk op elkaar.
1
Als het statuslampje op de camera knippert, wacht u tot het knipperen ophoudt.
2
Klik op op de werkbalk rechtsonder in het scherm van de computer.
3
Klik op het pop-upbericht.
4
Klik op het berichtveld waarin wordt aangegeven dat het apparaat veilig is verwijderd.
5
Verwijder de USB-kabel.
De camera kan niet veilig worden verwijderd zolang Intelli-studio actief is. Sluit het programma af voordat u de camera loskoppelt.
Weergeven en bewerken
103
Bestanden naar een Mac-computer overbrengen
Wanneer u de camera op een Macintosh-computer aansluit, wordt het apparaat automatisch door de computer herkend. U kunt de bestanden rechtstreeks van de camera naar de computer overbrengen, zonder dat het nodig is om programma's te installeren.
Mac OS 10.4 of hoger wordt ondersteund.
1
Sluit de camera met de USB-kabel op een Macintoshcomputer aan.
Sluit het uiteinde van de kabel met het indicatielampje (
S
) op de camera aan. Als u de kabel omgekeerd aansluit, kunnen de bestanden beschadigen. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor enig verlies van gegevens.
2
Schakel de camera in.
•
De computer herkent de camera automatisch en geeft een pictogram van een verwisselbare schijf weer.
Als u de USB-optie instelt op Selecteer een modus, selecteert u
Computer in het pop-upvester.
3
Dubbelklik op het pictogram van de verwisselbare schijf.
4
Sleep de bestanden naar de computer of sla ze op de computer op.
Weergeven en bewerken
104
Foto's met een PictBridge-fotoprinter afdrukken
U kunt foto's met een PictBridge-compatibele printer afdrukken door de camera rechtstreeks op de printer aan te sluiten.
1
Raak aan op het startscherm.
2
Raak Connectiviteit
USB Printer aan.
3
Schakel de printer in en sluit de camera aan op de printer met een USB-kabel.
7
Raak aan om af te drukken.
•
Raak aan om alle foto's af te drukken.
4
Als de camera is uitgeschakeld, drukt u op de [POWER] of [Afspelen] om deze in te schakelen.
•
De printer herkent de camera automatisch.
5
Selecteer een bestand om af te drukken.
6
Raak / aan om het aantal exemplaren te selecteren.
•
Als u printeropties wilt instellen, raakt u m aan. (pag. 106)
8
Wanneer het pop-upvenster verschijnt, raakt u Ja aan om te beginnen met afdrukken.
•
Als u het afdrukken wilt annuleren, raakt u Annuleer aan in het pop-upvenster.
Weergeven en bewerken
105
Foto's met een PictBridge-fotoprinter afdrukken
Afdrukopties instellen
Raak m aan om de afdrukinstellingen op te geven.
Formaat
Lay-out
Type
Kwalit.
Pictogram Beschrijving
Formaat: het afdrukformaat instellen.
Lay-out: het aantal foto's instellen dat op een vel papier moet worden afgedrukt.
Type: de papiersoort instellen.
Kwalit.: de afdrukkwaliteit instellen.
Datum: instellen of de datum moet worden afgedrukt.
Best.naam: instellen of de bestandsnaam moet worden afgedrukt.
Reset: de instellingen terugzetten op de standaardwaarden.
Bepaalde opties worden mogelijk niet door alle printers ondersteund.
Weergeven en bewerken
106
Draadloos netwerk
Hier wordt beschreven hoe u verbinding kunt maken met WLAN-netwerken en functies kunt gebruiken.
Verbinding maken met een WLAN en netwerkinstellingen configureren
Verbinding maken met een WLAN …… 108
Netwerkopties instellen ………………… 109
Het IP-adres handmatig instellen ……… 109
Tips voor netwerkverbindingen ………… 110
Foto's via e-mail verzenden
E-mailinstellingen wijzigen ……………… 111
Foto's via e-mail verzenden …………… 113
Websites voor het delen van foto's of video's gebruiken
Een website openen …………………… 115
Foto's of video's uploaden …………… 115
Een smartphone gebruiken als externe ontspanknop
Foto's of video's weergeven op een
AllShare-televisie
Foto's of video's weergeven op een televisie I ……………………………… 118
Foto's of video's weergeven op een televisie II ……………………………… 120
Foto's of video's verzenden of ontvangen met een andere camera
Foto's of video's verzenden naar een andere camera ………………………… 121
Foto's of video's ontvangen van een andere camera ………………………… 121
Automatische back-up gebruiken om foto's of video's te verzenden
Het programma voor Automatische back-up installeren op uw pc ………… 123
Foto's of video's verzenden naar een pc 123
Foto's of video's verzenden naar een
Blu-ray Disc-speler …………………… 124
Over de WOL-functie (Wake on LAN)
Verbinding maken met een WLAN en netwerkinstellingen configureren
Hier wordt beschreven hoe u verbinding maakt via een toegangspunt wanneer u zich binnen het bereik van een WLAN bevindt. U kunt ook netwerkinstellingen configureren.
Verbinding maken met een WLAN
1
Raak , of aan op het startscherm.
2
Raak aan.
•
De camera zoekt automatisch naar beschikbare toegangspunten.
3
Raak een toegangspunt aan.
AP-instelling
Samsung 1
Samsung 2
Samsung 3
Samsung 4
Samsung 5
Pictogram Beschrijving
Ad-hoctoegangspunt
Beveiligd toegangspunt
WPS-toegangspunt
Signaalsterkte
Opties voor toegangspuntinstellingen
Verbinding maken met WPS-toegangspunt
Toegangspunten vernieuwen waarmee verbinding kan worden gemaakt
•
•
•
Wanneer u een beveiligd toegangspunt selecteert, wordt een pop-upvenster weergegeven. Voer de vereiste wachtwoorden in om verbinding te maken met het WLAN (zie pagina 114 voor informatie over het invoeren van tekst).
Wanneer u een niet-beveiligd toegangspunt selecteert, maakt de camera verbinding met het WLAN.
Als u een toegangspunt selecteert dat wordt ondersteund door het WPS-profiel, raakt u WPS PIN aan en voert u een
PIN-code in op het toegangspunt. U kunt ook verbinding maken met een toegangspunt dat wordt ondersteund door het WPS-profiel door WPS PBC aan te raken op de camera en vervolgens op de knop WPS te drukken op het toegangspunt.
Draadloos netwerk
108
Verbinding maken met een WLAN en netwerkinstellingen configureren
Netwerkopties instellen
1
Raak , of aan op het startscherm.
2
Raak aan.
•
De camera zoekt automatisch naar beschikbare toegangspunten.
3
Raak naast een toegangspunt aan.
4
Raak elke optie aan en geef de vereiste informatie op.
Optie
Verificatie
Beschrijving
Selecteer een netwerkverificatietype.
Gegevenscod.
Netwerksleutel
IP-instelling
Selecteer een coderingstype.
Geef de netwerksleutel op.
Stel het IP-adres handmatig in.
5
Raak o aan als u klaar bent.
Het IP-adres handmatig instellen
1
Raak , of aan op het startscherm.
2
Raak aan.
•
De camera zoekt automatisch naar beschikbare toegangspunten.
3
Raak naast een toegangspunt aan om de instellingen te wijzigen.
4
Raak IP-instelling
Handmatig aan.
5
Raak elke optie aan en geef de vereiste informatie op.
Optie
IP
Subnetmasker
Gateway
DNS-server
Beschrijving
Hier voert u het statische IP-adres in.
Hier voert u het subnetmasker in.
Hier voert u de gateway in.
Hier voert u het DNS-adres in.
6
Raak o aan om de wijzigingen op te slaan.
Draadloos netwerk
109
Verbinding maken met een WLAN en netwerkinstellingen configureren
Tips voor netwerkverbindingen
•
De kwaliteit van de netwerkverbinding wordt bepaald door het toegangspunt.
•
Hoe groter de afstand tussen uw camera en het toegangspunt, hoe langer het duurt om verbinding te maken met het netwerk.
•
Als een apparaat in de buurt hetzelfde radiofrequentiesignaal gebruikt als uw camera, kan uw verbinding hierdoor worden verstoord.
•
Als uw toegangspunt geen Nederlandse naam heeft, kan het apparaat mogelijk niet worden gevonden of kan de naam onjuist worden weergegeven.
•
Neem contact op met uw netwerkbeheerder of netwerkserviceprovider voor netwerkinstellingen of een wachtwoord.
•
Als een WLAN moet worden geverifieerd door de serviceprovider, kunt u mogelijk geen verbinding met het betreffende WLAN maken. Neem contact op met uw netwerkserviceprovider om verbinding te maken met het WLAN.
•
Afhankelijk van het coderingstype kan het aantal cijfers in het wachtwoord verschillen.
•
Een WLAN-verbinding is wellicht niet mogelijk in alle omgevingen.
•
Een WLAN-printer kan worden weergegeven in de lijsten met toegangspunten. U kunt echter geen verbinding met het netwerk maken via een printer.
•
U kunt uw camera niet tegelijkertijd verbinden met een netwerk en aansluiten op een tv. U kunt ook geen foto's of video's op een tv bekijken wanneer u verbinding hebt gemaakt met een netwerk.
•
Er kunnen aanvullende kosten gelden om verbinding te maken met een netwerk. De kosten verschillen op basis van de voorwaarden van uw abonnement.
•
U kunt met deze camera alleen gratis WLAN's gebruiken.
Als u gratis WLAN's gebruikt waarbij u wordt gevraagd een gebruikersovereenkomst te accepteren en aanvullende informatie te verstrekken wanneer u via een webbrowser verbinding maakt, zijn bepaalde functies op websites of met betrekking tot e-mail mogelijk niet beschikbaar.
•
De beschikbare netwerkverbindingen kunnen verschillen per land.
•
De WLAN-functie van uw camera moet voldoen aan de wetgeving voor radiotransmissie in uw regio. We raden u daarom aan de WLAN-functie alleen te gebruiken in het land waar u de camera hebt gekocht.
•
Neem contact op met uw netwerkbeheerder of netwerkserviceprovider voor netwerkprofielen en een wachtwoord.
•
De procedure voor het aanpassen van de netwerkinstellingen kan verschillen, afhankelijk van de netwerkomstandigheden.
•
Probeer geen toegang te krijgen tot een netwerk dat u niet mag gebruiken.
•
Wanneer u verbinding maakt met netwerken, moet u ervoor zorgen dat de batterij volledig is opgeladen.
•
Wanneer een DHCP-server niet beschikbaar is, moet u een bestand autoip.txt maken en dit kopiëren naar de geplaatste geheugenkaart om verbinding met het netwerk te maken met
Auto IP.
Draadloos netwerk
110
Foto's via e-mail verzenden
U kunt de instellingen in het e-mailmenu wijzigen en foto's die op de camera zijn opgeslagen, verzenden via e-mail.
E-mailinstellingen wijzigen
In het e-mailmenu kunt u de instellingen voor het opslaan van uw gegevens of het opslaan van e-mailadressen wijzigen. U kunt ook het e-mailwachtwoord instellen of wijzigen.
Uw gegevens opslaan
1
Raak aan op het startscherm.
2
Raak m Gebruikersinstelling aan.
3
Raak het vak Naam aan, voer uw naam in en raak o aan.
Gebruikersinstelling
4
Raak het vak E-mail aan, voer uw e-mailadres in en raak o aan.
5
Raak o aan om de wijzigingen op te slaan.
•
Als u uw gegevens wilt verwijderen, raakt u aan.
E-mailadressen opslaan
1
Raak aan op het startscherm.
2
Raak m E-mailadres aan.
3
Raak aan om het e-mailadres te openen.
Adresboek voor e-mail
Naam
Touch
Touch
Draadloos netwerk
111
Foto's via e-mail verzenden
4
Raak het vak Naam aan, voer een naam in en raak o aan.
5
Raak het vak E-mail aan, voer een e-mailadres in en raak o aan.
6
Raak o aan om het nieuwe e-mailadres op te slaan.
•
Raak aan om een adres toe te voegen.
•
Raak aan om het adres uit de lijst te verwijderen.
Een e-mailwachtwoord instellen
1
Raak aan op het startscherm.
2
Raak m aan en raak de instelknop naast Wachtwoord
instellen aan.
3
Raak Bevestig aan wanneer het pop-upvenster wordt weergegeven.
4
Voer een wachtwoord van 4 cijfers in.
5
Voer het wachtwoord nogmaals in.
6
Raak Bevestig aan wanneer het pop-upvenster wordt weergegeven.
Het e-mailwachtwoord wijzigen
1
Raak aan op het startscherm.
2
Raak m Wachtwoord wijzigen aan.
3
Voer uw huidige wachtwoord van 4 cijfers in.
4
Voer een nieuw wachtwoord van 4 cijfers in.
5
Voer het nieuwe wachtwoord nogmaals in.
6
Raak Bevestig aan wanneer het pop-upvenster wordt weergegeven.
Als u geen wachtwoord wilt gebruiken voor toegang tot e-mailopties, raakt u de instelknop naast Wachtwoord instellen aan om deze optie uit te schakelen.
Draadloos netwerk
112
Foto's via e-mail verzenden
Foto's via e-mail verzenden
U kunt foto's die op de camera zijn opgeslagen, verzenden via e-mail.
1
Raak aan op het startscherm.
2
Raak het vak Afzender aan, voer uw e-mailadres in en raak o aan.
•
Als u uw gegevens eerder hebt opgeslagen, worden deze automatisch ingevoegd. (pag. 111)
3
Raak het vak Ontvanger aan, voer een e-mailadres in en raak o aan.
•
Raak aan om een adres uit uw adresboek te gebruiken.
(pag. 111)
•
Raak het vak Touch aan om extra ontvangers toe te voegen.
U kunt maximaal 10 ontvangers invoeren.
•
Raak aan om een adres uit te lijst te verwijderen.
4
Raak o aan.
5
Selecteer de foto's die u wilt verzenden en raak o aan.
•
U kunt maximaal 20 foto's selecteren. De totale grootte mag maximaal 10 MB zijn.
6
Raak het vak Tekst aan, voer uw opmerkingen in en raak o aan.
•
Zie pagina 114 voor informatie over het invoeren van tekst.
7
Raak Verzenden aan om verbinding te maken met het netwerk en de foto's te verzenden.
•
•
De camera probeert automatisch verbinding te maken met een WLAN via het toegangspunt waarmee het laatst verbinding is gemaakt, om de foto's te verzenden.
Als de camera niet eerder verbinding heeft gemaakt met een
WLAN, wordt er gezocht naar beschikbare toegangspunten.
(pag. 108)
Draadloos netwerk
113
Foto's via e-mail verzenden
• U kunt geen e-mail verzenden als er geen netwerkverbinding beschikbaar is of als de instellingen van uw e-mailaccount onjuist zijn.
• De camera geeft het bericht Overdracht voltooid. weer, zelfs wanneer de foto's niet kunnen worden verzonden of worden herkend als spam vanwege een fout in de e-mailaccount van de ontvanger.
• De hoogste fotoresolutie die u kunt verzenden, is . Als u een foto met een hogere resolutie dan selecteert, wordt deze automatisch verkleind.
• Als u door een firewall of gebruikersverificatie-instellingen geen e-mail kunt verzenden, neemt u contact op met uw netwerkbeheerder of uw netwerkserviceprovider.
• Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet gebruiken.
Tekst invoeren
Hier wordt beschreven hoe u tekst kunt invoeren. Raak de volgende pictogrammen aan terwijl u tekst invoert.
Tekstinvoer
Pictogram Beschrijving
De cursor verplaatsen.
In de ABC-modus: schakelen tussen kleine en hoofdletters.
In de 123-modus: meer symbolen weergeven.
o
Overschakelen naar de ABC-modus.
Voer ".com" in.
Een spatie invoeren.
De laatste letter verwijderen.
Overschakelen naar de 123-modus.
De weergegeven tekst opslaan.
U kunt alleen tekst in het Engelse alfabet invoeren, ongeacht de schermtaal.
Draadloos netwerk
114
Websites voor het delen van foto's of video's gebruiken
Upload uw foto's of video's naar websites voor het delen van bestanden. Beschikbare websites worden weergegeven op de camera.
Een website openen
1
Raak aan op het startscherm.
2
Selecteer een website.
•
De camera probeert automatisch verbinding te maken met een WLAN via het toegangspunt waarmee het laatst verbinding is gemaakt.
•
Als de camera niet eerder verbinding heeft gemaakt met een
WLAN, wordt er gezocht naar beschikbare toegangspunten.
(pag. 108)
3
Geef uw gebruikersnaam en wachtwoord op en raak
Aanmelden aan.
•
Als u zich eerder bij de website hebt aangemeld, wordt u mogelijk automatisch aangemeld.
Als u deze functie wilt gebruiken, moet u een bestaande account op de website voor het delen van bestanden hebben.
Foto's of video's uploaden
1
Open de website op uw camera en raak Uploaden aan.
2
Selecteer de te uploaden bestanden in de lijst en raak o aan.
•
U kunt maximaal 20 foto's selecteren en de totale grootte mag maximaal 10 MB zijn.
3
Raak het vak Opmerking aan, voer uw opmerkingen in en raak o aan.
4
Raak Uploaden aan.
• De hoogste fotoresolutie die u kunt uploaden, is , en de langste video die u kunt uploaden, duurt 30 seconden bij een resolutie van 320 of is een video die is opgenomen met . Als de geselecteerde foto een hogere resolutie dan heeft, wordt deze automatisch verkleind naar een lagere resolutie.
• De manier waarop foto's of video's moeten worden geüpload, is afhankelijk van de geselecteerde website.
• Als u door een firewall of gebruikersverificatie-instellingen geen toegang tot een website krijgt, neemt u contact op met uw netwerkbeheerder of uw netwerkserviceprovider.
• Als u geen foto's of video's kunt uploaden wegens serverfouten, raakt u Opnw. aan.
• De datum waarop geüploade foto's of video's zijn opgenomen, kan automatisch worden gebruikt als naam voor de foto's of video's.
• De snelheid waarmee foto's kunt uploaden en webpagina's kunt openen, is afhankelijk van de snelheid van uw internetverbinding.
Draadloos netwerk
115
Een smartphone gebruiken als externe ontspanknop
De camera maakt verbinding met een smartphone via een WLAN. Met de functie Externe zoeker kunt u de smartphone gebruiken als externe ontspanknop. De opgenomen foto wordt weergegeven op de smartphone.
• Deze functie wordt alleen ondersteund door Galaxy S-smartphones met het besturingssysteem Android 2.2 of hoger. Als uw smartphone het besturingssysteem
Android 2.1 gebruikt, werkt u uw smartphone bij naar Android 2.2. Deze functie wordt ook ondersteund door de 7-inch Galaxy Tab en iPhone 4 met iOS 4.3.
• U kunt de applicatie downloaden van Samsung Apps, Android Market of Apple App Store.
1
Schakel de toepassing Externe zoeker in op uw smartphone.
•
Als u een iPhone gebruikt, moet u uw persoonlijke hotspot activeren voordat u de applicatie gebruikt.
2
Raak aan op het startscherm van de camera.
3
Selecteer uw smartphone in de lijst met beschikbare apparaten die de camera heeft gevonden.
•
•
•
Als de smartphone onlangs verbinding heeft gemaakt met de camera, maakt de smartphone automatisch weer verbinding met de camera.
U kunt slechts één camera tegelijk selecteren.
Als u een iPhone gebruikt, moet u uw wachtwoord invoeren.
4
Stel de volgende opnameopties in op de smartphone.
Pictogram Beschrijving
Flitsoptie
Timerinstelling
Fotoformaat
•
•
•
Wanneer u deze functie gebruikt, zijn alleen het aanraakscherm en [POWER] beschikbaar op de camera.
De zoomknop en de ontspanknop op uw smartphone werken niet als u deze functie gebruikt.
De modus Externe zoeker ondersteunt alleen de fotoformaten
en .
5
Blijf aanraken op de smartphone om scherp te stellen.
•
De scherpstelling is automatisch ingesteld op Multi AF.
6
Druk op om de foto te maken.
•
De foto wordt opgeslagen in de map Remote Viewfinder op uw camera.
•
Raak de foto in de rechterbenedenhoek van het scherm aan om deze op te slaan op de smartphone. Het formaat van de foto wordt gewijzigd in VGA (640x480).
Draadloos netwerk
116
Een smartphone gebruiken als externe ontspanknop
• Als u deze functie gebruikt, kan de ideale afstand tussen de camera en de smart phone variëren, afhankelijk van de omgeving.
• De smartphone moet zich binnen een afstand van 10 m van de camera bevinden als u deze functie wilt gebruiken.
• Het duurt enige tijd om de foto te maken nadat u op
op de smartphone hebt gedrukt.
• In de volgende gevallen wordt de functie Externe zoeker uitgeschakeld:
- Er is een inkomende oproep op de smartphone.
- De camera of de smartphone wordt uitgeschakeld.
- Het geheugen is vol.
- De verbinding van een van de apparaten met het WLAN is verbroken.
- De Wi-Fi-verbinding is zwak of instabiel.
• Als u de scène wilt draaien door de smartphone te draaien, schakelt u de functie voor draaien op uw smartphone in.
• Wanneer u een zelfportretopname maakt, wordt op het scherm een weerspiegeld beeld weergegeven, net zoals in een spiegel.
Draadloos netwerk
117
Foto's of video's weergeven op een AllShare-televisie
AllShare is een internationale technologiestandaard voor het delen van mediabestanden tussen netwerkapparaten in huis. Met deze technologie kunt u uw foto's of video's weergeven op een breedbeeldtelevisie. U kunt geen spraakmemo's verzenden of ontvangen.
Foto's of video's weergeven op een televisie I
Bekijk uw foto's of video's op een tv waarop de AllShare-functie wordt ondersteund. Uw camera fungeert als server en u kunt zoeken naar gedeelde foto's of video's met de afstandsbediening van de televisie.
1
Raak aan op het startscherm.
2
Raak Zend bestanden aan.
•
De camera probeert automatisch verbinding te maken met een WLAN via het toegangspunt waarmee het laatst verbinding is gemaakt.
•
Als de camera niet eerder verbinding heeft gemaakt met een
WLAN, wordt er gezocht naar beschikbare toegangspunten.
(pag. 108)
•
Als u de naam van uw camera wilt opslaan, raakt u in de
AllShare-modus m Apparaatnaam aan en raakt u het vak Apparaatnaam aan om een naam in te voeren.
3
Maak op uw tv verbinding met een draadloos netwerk via een toegangspunt.
•
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de tv voor meer informatie.
4
Zoek op de tv naar de camera en blader door de gedeelde foto's of video's.
•
•
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de tv voor informatie over het zoeken naar de camera en het bladeren door foto's of video's op de tv.
Video's worden mogelijk niet vloeiend afgespeeld, afhankelijk van het type televisie of de netwerkomstandigheden.
(pag. 55) Als dit gebeurt, neemt u de video opnieuw op met een resolutie van 640 of 320 en speelt u deze opnieuw af. Als video's niet vloeiend op uw televisie worden afgespeeld via de draadloze verbinding, sluit u de camera met een A/V-kabel aan op de televisie.
AP
Draadloos netwerk
118
Foto's of video's weergeven op een AllShare-televisie
• U kunt maximaal 1000 foto's delen.
• Op een tv-scherm kunt u alleen foto's of video's bekijken die u met de camera hebt opgenomen.
• Het bereik van de draadloze verbinding tussen uw camera en een tv kan verschillen, afhankelijk van de specificaties van het toegangspunt.
• Als de camera is verbonden met 2 tv's, wordt er mogelijk langzamer afgespeeld.
• Foto's worden gedeeld met de door u ingestelde grootte.
• Video's worden met hun originele grootte gedeeld.
• U kunt deze functie alleen gebruiken met AllShare-televisies.
• Gedeelde foto's of video's worden niet opgeslagen op de tv, maar u kunt ze opslaan volgens de tv-specificaties.
• Het overbrengen van foto's of video's naar de tv kan enige tijd duren, afhankelijk van de netwerkverbinding, het aantal bestanden dat u wilt delen of de grootte van de bestanden.
• Als u de camera op ongebruikelijke wijze uitschakelt terwijl u foto's of video's op een tv bekijkt (bijvoorbeeld door de batterij te verwijderen), gaat de tv ervan uit dat de verbinding met de camera nog intact is.
• De volgorde van foto's of video's op de camera kan afwijken van die op de tv.
• Afhankelijk van het aantal foto's of video's dat u wilt delen, kan het enige tijd duren om uw foto's of video's te laden en de instelprocedure uit te voeren.
• Als u tijdens de weergave van foto's of video's op de tv voortdurend de afstandsbediening van de tv gebruikt of andere handelingen op de tv uitvoert, werkt deze functie mogelijk niet correct.
• Als u bestanden op de camera sorteert of de volgorde van de bestanden wijzigt terwijl u de bestanden op een tv bekijkt, moet u de instelprocedure herhalen om de lijst met bestanden op de tv bij te werken.
• Als het camerageheugen geen foto's of video's bevat, kunt u deze functie niet gebruiken.
Draadloos netwerk
119
Foto's of video's weergeven op een AllShare-televisie
Foto's of video's weergeven op een televisie II
Uw foto's of video's weergeven op een televisie die de AllSharefunctie ondersteunt. De televisie fungeert als weergaveapparaat en u kunt naar foto's of video's zoeken via de camera.
1
Raak aan op het startscherm.
2
Raak Stuur best. aan.
•
De camera probeert automatisch verbinding te maken met een WLAN via het toegangspunt waarmee het laatst verbinding is gemaakt.
•
Als de camera niet eerder verbinding heeft gemaakt met een
WLAN, wordt er gezocht naar beschikbare toegangspunten.
(pag. 108)
3
Sluit uw televisie aan op het draadloze netwerk via een
AP-apparaat en activeer AllShare.
•
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van uw televisie voor meer informatie.
4
Selecteer de foto's of video's die u wilt weergeven op de camera.
5
Selecteer in de lijst op uw camera de televisie die u wilt gebruiken voor het weergeven van bestanden.
•
De camera brengt de bestanden over. Raak Annuleer aan om het overbrengen te stoppen.
Draadloos netwerk
120
• Wanneer er wordt gezocht naar AllShare-apparaten in de omgeving, geeft de camera mogelijk niet alle beschikbare apparaten weer.
• Als u de televisie niet op de normale manier uitschakelt terwijl u foto's of video's weergeeft, is de televisie nog steeds aangesloten volgens de camera.
• Foto's worden gedeeld met de door u ingestelde grootte.
• Video's worden met hun originele grootte gedeeld.
• U kunt deze functie alleen gebruiken met AllShare-televisies.
• Gedeelde foto's of video's worden niet opgeslagen op de tv, maar u kunt ze opslaan volgens de tv-specificaties.
• Het overbrengen van foto's of video's naar de tv kan enige tijd duren, afhankelijk van de netwerkverbinding, het aantal bestanden dat u wilt delen of de grootte van de bestanden.
• U kunt bestanden een voor een overbrengen.
• Als het camerageheugen geen foto's of video's bevat, kunt u deze functie niet gebruiken.
• Op een tv-scherm kunt u alleen foto's of video's bekijken die u met de camera hebt opgenomen.
• Hoe lang het zoeken naar apparaten duurt, is afhankelijk van de netwerkomstandigheden. Als het zoeken ongebruikelijk lang duurt, probeert u op de camera opnieuw verbinding met het netwerk te maken.
Foto's of video's verzenden of ontvangen met een andere camera
Hier vindt u informatie over het verzenden of ontvangen van foto's en video's van Samsung-camera's die netwerkverbindingen ondersteunen. U kunt geen spraakmemo's verzenden of ontvangen.
Foto's of video's verzenden naar een andere camera
1
Raak aan op het startscherm.
2
Raak Verzenden aan.
•
Er wordt een wachtwoord gegenereerd en weergegeven op het camerascherm terwijl verbinding wordt gemaakt met de ontvangende camera.
•
Als u de naam van uw camera wilt opslaan, raakt u in de
Camera naar camera-modus m Apparaatnaam aan en raakt u het vak Apparaatnaam aan om een naam in te voeren.
3
Schakel de camera-naar-camera-functie in op de ontvangende camera en selecteer Ontvangen.
4
Selecteer uw camera in de lijst met beschikbare apparaten op de ontvangende camera.
5
Voer op de ontvangende camera het wachtwoord van 4 cijfers in dat in stap 2 op uw camera is weergegeven.
•
Wanneer de verbinding is gemaakt, wordt het selectievenster automatisch weergegeven op de verzendende camera.
6
Selecteer de foto's of video's die u wilt verzenden en raak aan.
•
De camera verzendt de bestanden.
Draadloos netwerk
121
Foto's of video's ontvangen van een andere camera
1
Raak aan op het startscherm.
2
Schakel de camera-naar-camera-functie in op de verzendende camera.
3
Selecteer Verzenden op de verzendende camera en raak
Ontvangen aan op uw camera.
4
Selecteer de verzendende camera in de lijst met beschikbare apparaten.
5
Voer het weergegeven wachtwoord van 4 cijfers in op de verzendende camera.
6
Verzend de foto's of video's op de verzendende camera.
•
Uw camera ontvangt de bestanden van de verzendende camera.
Foto's of video's verzenden of ontvangen met een andere camera
• Deze functie maakt gebruik van een draadloos ad-hocnetwerk.
• Als u uw camera onlangs hebt gebruikt om bestanden te ontvangen. moet u de verbinding verbreken en uw camera opnieuw toewijzen als verzendend apparaat om bestanden te verzenden.
• Het bereik van de draadloze verbinding tussen twee camera's kan verschillen, afhankelijk van de omstandigheden van het draadloze ad-hocnetwerk.
• Als u de camera op ongebruikelijke wijze uitschakelt terwijl u foto's of video's verzendt of ontvangt, gaat de andere camera ervan uit dat de verbinding met de camera nog intact is.
• Na enige tijd wordt de verbinding tussen de camera's verbroken.
• Het overbrengen van foto's of video's kan enige tijd duren, afhankelijk van de netwerkverbinding en de bestandsgrootte.
• Als het ontvangen of verzenden van een foto of video mislukt, wordt deze niet opgeslagen op de ontvangende camera.
• Als er geen foto's zijn opgeslagen op de camera, kunt u deze functie niet gebruiken.
• U kunt foto's of video's verzenden en ontvangen die met uw camera zijn opgenomen.
• Foto's die groter zijn dan , worden automatisch verkleind.
• De maximale videobestandsgrootte die u kunt verzenden of ontvangen, is 35 MB.
Draadloos netwerk
122
Automatische back-up gebruiken om foto's of video's te verzenden
U kunt foto's of video's die u hebt opgenomen met de camera, draadloos verzenden naar een pc of Blu-ray Disc-speler. Voordat u bestanden naar uw pc verzendt, sluit u de camera aan op de pc met de USB-kabel, zodat de camera informatie over de pc kan opslaan.
De functie Automatische back-up werkt alleen met het Windows-besturingssysteem.
Het programma voor Automatische back-up installeren op uw pc
1
Sluit de camera met de USB-kabel op de pc aan.
2
Schakel de camera in.
•
De computer herkent de camera automatisch en Intelli-studio wordt automatisch gestart.
3
Klik op o wanneer het pop-upvenster wordt weergegeven.
•
Het programma wordt automatisch geïnstalleerd.
• Voordat u het programma installeert, moet u ervoor zorgen dat de pc is verbonden met een netwerk. Als er geen internetverbinding beschikbaar is, moet u het programma installeren vanaf de bijgeleverde cd.
• Dit programma is bedoeld om back-ups van bestanden te maken op de pc. U hebt geen programma nodig om bestanden naar de Blu-ray
Disc-speler te verzenden.
3
Selecteer de opties en raak Bevestig aan.
•
De camera wordt voorbereid om verbinding met het netwerk te maken en bestanden te verzenden.
4
De camera verzendt de bestanden.
•
U kunt geen afzonderlijke bestanden selecteren om te verzenden. Deze functie is alleen beschikbaar voor bestanden die onlangs op de camera zijn opgeslagen.
•
De voortgang wordt weergegeven op de pc-monitor.
Foto's of video's verzenden naar een pc
1
Raak aan op het startscherm van de camera.
2
Raak Bevestig aan.
Draadloos netwerk
123
• Als de pc de WOL-functie (Wake on LAN) ondersteunt, kunt u de pc automatisch inschakelen door op uw camera naar de pc te zoeken.
(pag. 125)
• Wanneer u op de camera verbinding maakt met het WLAN, selecteert u het toegangspunt dat is verbonden met de pc.
• De camera zoekt naar de beschikbare toegangspunten, zelfs als u weer verbinding maakt met hetzelfde toegangspunt.
• Als u de camera uitschakelt of de batterij verwijdert terwijl u bestanden verzendt, wordt de bestandsoverdracht onderbroken.
• Wanneer u deze functie gebruiken, zijn de knoppen op de camera uitgeschakeld.
• U kunt slechts één camera tegelijk verbinden met de pc om bestanden te verzenden.
• De back-up wordt mogelijk geannuleerd vanwege netwerkomstandigheden.
• Foto's of video's kunnen slechts één keer worden verzonden naar een pc of Blu-ray-speler worden verzonden. Bestanden kunnen niet opnieuw worden verzonden, zelfs niet als u uw camera opnieuw aansluit.
Automatische back-up gebruiken om foto's of video's te verzenden
Foto's of video's verzenden naar een Blu-ray
Disc-speler
U kunt foto's verzenden van uw camera naar de Samsung Blu-ray
Disc-speler met een vaste schijf.
1
Raak aan op het startscherm.
2
Raak aan om verbinding te maken met het toegangspunt.
•
Selecteer het toegangspunt dat is verbonden met de Blu-ray
Disc-speler.
3
Zoek naar beschikbare apparaten en selecteer uw
Blu-ray Disc-speler.
4
Wanneer u de camera aansluit op de Blu-ray-speler en een pop-up op de speler wordt weergegeven, selecteert u Allow.
5
Selecteer op de Blu-ray-speler Menu Settings
Network
AllShare Server Management Device
Access Control
uw camera. Stel de Blu-ray Discspeler in zodat deze toegankelijk is voor andere apparaten.
•
De Blu-ray-speler onthoudt de meest recente toegangsinstellingen. Als de verbindingsomstandigheden gelijk zijn als bij de laatste verbinding, krijgt de camera automatisch toegang tot de Blu-ray-speler.
Draadloos netwerk
124
6
Raak Bevestig aan om bestanden te verzenden.
•
Overgedragen bestanden worden opgeslagen op de vaste schijf van de Blu-ray Disc-speler.
• Voordat u een back-up maakt van uw bestanden, moet u de Blu-ray
Disc-speler verbinden met een bedraad toegangspunt. Selecteer
Menu Settings Network Network Setting om de IPtoewijzing van de speler te controleren.
• Zelfs als u hebt ingesteld dat andere apparaten toegang kunnen krijgen tot de Blu-ray-speler, kunt u worden gevraagd de toegangsinstellingen nogmaals te wijzigen. Raadpleeg stap 4 – 5 om de toegangsinstellingen op te geven.
• Deze functie werkt met Samsung Blu-ray-spelers die ondersteuning bieden voor Automatische back-up.
• De functie Automatische back-up kan niet worden gebruikt wanneer de Blu-ray-speler:
- bestanden afspeelt of toegang heeft tot de browser, in het menu
My Contents of My Device
- de software bijwerkt
- bestanden opneemt of bestanden tijdelijk verplaatst door middel van time-shifting (geprogrammeerde opnamen worden gewoon uitgevoerd tijdens automatische back-ups)
- de vaste schijf van de speler formatteert of u het apparaat of de mogelijkheden van het apparaat test
Over de WOL-functie (Wake on LAN)
Met de WOL-functie kunt u een pc automatisch inschakelen of wekken met uw camera. Deze functie is beschikbaar voor desktop-pc's van
Samsung uit de afgelopen 5 jaar (niet beschikbaar voor all-in-one-pc's).
De pc instellen om wakker te worden uit de slaapmodus
1
Klik op Start en open het Control Panel.
2
Configureer de netwerkverbinding.
•
Windows 7:
•
•
Klik op Network and Internet Network and Sharing
Center
Change adapter settings.
Windows Vista:
Klik op Network and Internet Network and Sharing
Center
Manage network connections.
Windows XP:
Klik op Network and Internet Connection Network
Connection.
3
Klik met de rechtermuisknop op Local Area en klik op
Properties.
4
Klik op Configure
het tabblad Power manage
Allow this device to wake the computer.
5
Klik op o.
6
Start de pc opnieuw op.
De pc instellen om te worden ingeschakeld
1
Schakel de pc in en druk op F2 terwijl de pc wordt opgestart.
•
Het BIOS-instelmenu wordt weergegeven.
2
Selecteer het tabblad Advanced
Power management
Setup.
3
Selecteer Resume on PME
Enabled.
4
Druk op F10 om uw wijzigingen op te slaan en door te gaan met opstarten.
5
Klik op Start en open het Control Panel.
6
Configureer de netwerkverbinding.
•
Windows 7:
Klik op Network and Internet
Network and Sharing Center
Change adapter settings.
•
Windows Vista:
Klik op Network and Internet
Manage network connections.
•
Windows XP:
Klik op Network and Internet Connection
Network
Connection.
7
Selecteer stuurprogramma's voor de netwerkadapter.
8
Klik op het tabblad Advanced en stel de WOL-menu's in.
Draadloos netwerk
125
Over de WOL-functie (Wake on LAN)
• U kunt deze functie niet gebruiken met een firewall of als er een beveiligingsprogramma is geïnstalleerd.
• Als u de computer wilt inschakelen met de WOL-functie, moet de computer een actieve verbinding hebben met het LAN. Zorg ervoor dat het lampje op de LAN-poort van de computer brandt, wat aangeeft dat de LAN-verbinding actief is.
• Afhankelijk van het model van uw pc is het mogelijk dat de camera de pc alleen kan wekken.
• Afhankelijk van de besturingssysteem of de stuurprogramma's van uw pc kunnen de namen van het WOL-instelmenu verschillen.
- voorbeelden voor namen van instellingen: Enable PME, Wake on
LAN, enzovoort.
- voorbeelden van waarden voor instellingen: Enable, Magic packet, enzovoort.
Als u andere wijzigingen dan de beschreven wijzigingen aanbrengt in de
BIOS-instellingen van uw pc, kan uw pc worden beschadigd. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor schade als gevolg van het wijzigen van de BIOSinstellingen van uw pc.
Draadloos netwerk
126
Instellingen
Hier vind u opties om de instellingen van uw camera te configureren.
Instellingenmenu
Het instellingenmenu openen ……………………… 128
Display ……………………………………………… 129
Connectiviteit ………………………………………… 130
Algemeen …………………………………………… 131
Instellingenmenu
Hier vindt u informatie waarmee u de instellingen van de camera kunt configureren.
Het instellingenmenu openen
1
Raak aan op het startscherm.
2
Raak een menu aan.
Instellingen
Geluid
Display
Connectiviteit
Algemeen
3
Raak een item aan.
Algemeen
Apparaatgegevens
Language
Tijdzone
Datum/tijd aanpassen
Pictogram Beschrijving
Geluid: hiermee kunt u de camerageluiden en het volume instellen. (pag. 129)
Display: hiermee kunt u de scherminstellingen aanpassen. (pag. 129)
Connectiviteit: hiermee kunt u de verbindingsopties instellen. (pag. 130)
Algemeen: hiermee kunt u de instellingen voor het camerasysteem aanpassen, zoals geheugenindeling en standaardbestandsnaam. (pag. 131)
Nederlands
Thuis
4
Selecteer een optie en raak o aan.
Datumtype
JJJJ/MM/DD
MM/DD/JJJJ
DD/MM/JJJJ
Uit
5
Raak aan om terug te gaan naar het vorige scherm.
Instellingen
128
Instellingenmenu
Geluid
Onderdeel
Volume
Piepjes
Sl.toon
Begingeluid
AF-geluid
* Standaard
Beschrijving
Hiermee stelt u het volume van alle geluiden in.
(Uit, Laag, Middel*, Hoog)
Hiermee kunt instellen dat geluiden worden afgespeeld als u het scherm aanraakt of schakelt tussen modi. (Uit, Aan*)
Hiermee stelt u in dat de camera een geluid afspeelt als u op de ontspanknop drukt.
(Uit, 1*, 2, 3)
Hiermee stelt u in dat de camera een geluid afspeelt als u de camera inschakelt. (Uit*, 1, 2, 3)
Hiermee stelt u een geluid in dat wordt afgespeeld als u de ontspanknop half indrukt. (Uit, Aan*)
Display
Onderdeel
Beginafb.
Rasterlijn
* Standaard
Beschrijving
Hier stelt u in of er een afbeelding wordt weergegeven wanneer de camera wordt ingeschakeld en zo ja, welke.
•
Uit*: Er wordt geen afbeelding weergegeven.
•
Logo: Een standaardafbeelding uit het interne geheugen weergeven.
•
Gebr.afb: Een aangepaste afbeelding weergeven. (pag. 93)
• Er kan voor Gebr.afb slechts één afbeelding tegelijk worden opgeslagen in het interne camerageheugen.
• De huidige afbeelding wordt gewist als u een nieuwe foto selecteert als afbeelding voor Gebr.afb of als u de camera opnieuw instelt.
Hiermee stelt u een raster in om u te helpen bij de compositie van een scène. (2 X 2*, 3 X 3, X,
+
)
Instellingen
129
Instellingenmenu
Onderdeel
Helderh. scherm
* Standaard
Beschrijving
Hiermee kunt u de helderheid van het scherm aanpassen. (Auto, Donker, Normaal, Licht*)
Normaal is de vaste waarde voor de afspeelmodus, zelfs als Auto is geselecteerd.
Snel tonen
Spaarstand
Hiermee stelt u in hoe lang een gemaakte foto wordt weergegeven voordat naar de opnamemodus wordt teruggekeerd.
(Uit, 0,5 sec *, 1 sec , 3 sec )
Als u 30 seconden lang geen bewerkingen uitvoert, schakelt de camera automatisch over op de spaarstand. (Uit*, Aan)
• Druk in de spaarstand op een andere knop dan de [POWER] om de camera weer te gebruiken.
• Zelfs als u de spaarstand niet inschakelt, wordt het scherm 30 seconden na de laatste bewerking gedimd om stroom de besparen.
Connectiviteit
Onderdeel
Video
USB
Pc-software
* Standaard
Beschrijving
Hiermee stelt u het video-uitgangssignaal voor uw land of regio in.
•
NTSC*: VS, Canada, Japan, Korea, Mexico,
Taiwan
•
PAL (ondersteunt alleen BDGHI): Australië,
Oostenrijk, België, China, Denemarken,
Engeland, Finland, Duitsland, Italië, Koeweit,
Maleisië, Nederland, Nieuw Zeeland,
Noorwegen, Singapore, Spanje, Zweden,
Zwitserland, Thailand.
Hiermee selecteert u de modus die wordt gebruikt als u de camera met een USB-kabel aansluit op een computer of printer.
•
Computer*: sluit de camera op een computer aan om bestanden over te brengen.
•
Printer: sluit de camera op een printer aan om bestanden af te drukken.
•
Selecteer een modus: selecteer handmatig de USB-modus wanneer u de camera aansluit op een apparaat.
Hier kunt u instellen dat Intelli-studio automatisch wordt gestart wanneer u de camera op uw computer aansluit. (Uit, Aan*)
Instellingen
130
Instellingenmenu
Algemeen
* Standaard
Onderdeel
Apparaatgegevens
Beschrijving
Het Mac-adres en serienummer van de camera weergeven.
Language
Tijdzone
Hier stelt u een taal in voor de tekst op het scherm.
Hiermee stelt u de tijdzone voor uw locatie in.
Als u naar een ander land reist, kunt u Bezoek aanraken en de juiste tijdzone selecteren.
Datum/tijd aanpassen
De datum en tijd instellen.
Datumtype
Hier kunt u een datumnotatie instellen.
(JJJJ/MM/DD, MM/DD/JJJJ,
DD/MM/JJJJ, Uit*)
Onderdeel
Bestandsnr.
* Standaard
Beschrijving
Stelt de naamgeving van bestanden in.
•
Op nul: Hier kunt u instellen dat de bestandsnummering weer bij 0001 begint wanneer er een nieuwe geheugenkaart wordt geplaatst, een geheugenkaart wordt geformatteerd of alle bestanden worden gewist.
•
Serie*: Hier kunt u instellen dat de bestandsnummering doorloopt wanneer er een nieuwe geheugenkaart wordt geplaatst, een geheugenkaart wordt geformatteerd of alle bestanden worden gewist.
• De standaardnaam van de eerste map is
100PHOTO en de standaardnaam van het eerste bestand is SAM_0001.
• Het bestandsnummer wordt steeds met één verhoogd, van SAM_0001 tot SAM_9999.
• Het mapnummer wordt steeds met één verhoogd, van 100PHOTO tot 999PHOTO.
• Het maximum aantal bestanden dat in een map kan worden opgeslagen, is 9999.
• De camera definieert bestandsnamen volgens de DCF-norm (Design rule for Camera File system). Als u bestandsnamen wijzigt, kan de camera deze bestanden mogelijk niet meer weergeven.
Instellingen
131
Instellingenmenu
Onderdeel
Autom. draaien
Afdruk
Automatisch uit
* Standaard
Beschrijving
Hiermee stelt u in dat foto’s automatisch meedraaien als u de camera draait. (Uit, Aan*)
Hiermee bepaalt u of de datum en tijd moeten worden weergegeven op gemaakte foto's.
(Uit*, Datum, Datum/tijd)
• De datum en tijd worden in de rechterbenedenhoek weergegeven.
• Mogelijk drukken sommige printermodellen de datum en tijd niet correct af.
• Als u Tekst selecteer in de modus Scène, kan de camera de datum en tijd niet correct weergeven.
Hiermee stelt u in dat de camera automatisch wordt uitgeschakeld als u gedurende een bepaalde periode geen bewerkingen uitvoert.
(Uit, 1 min, 3 min*, 5 min, 10 min)
• Als u de batterij vervangt, blijven deze instellingen behouden.
• De camera wordt niet automatisch uitgeschakeld als de camera is aangesloten op een computer of printer, als u een diashow of video's afspeelt of als u een spraakmemo opneemt.
Onderdeel
AF-lamp
Formatt.
Reset
Aanraakkalibratie
* Standaard
Beschrijving
Hiermee stelt u in dat op donkere locaties automatisch een lampje wordt ingeschakeld zodat u beter kunt scherpstellen. (Uit, Aan*)
Hiermee formatteert u het interne geheugen en de geheugenkaart (bij het formatteren worden alle bestanden, inclusief beveiligde bestanden, verwijderd). (Ja, Nee)
Er kunnen fouten optreden als u een geheugenkaart door een ander merk camera, door een computer of in een geheugenkaartlezer laat formatteren.
Formatteer geheugenkaarten in de camera voordat u er beelden op vastlegt.
Hiermee zet u de standaardinstellingen voor menu's en opnameopties terug (datum en tijd, taal en video-uitvoerinstellingen worden niet teruggezet op de standaardinstellingen).
(Ja, Nee)
Hiermee kunt u het aanraakscherm kalibreren om ervoor te zorgen dat de camera uw invoer correct herkent.
Instellingen
132
Aanvullende informatie
Hier vindt u informatie over foutmeldingen, specificaties en onderhoud.
Foutmeldingen
Cameraonderhoud
De camera reinigen ………………………………… 135
De camera gebruiken of opbergen ………………… 136
Geheugenkaarten …………………………………… 137
De batterij …………………………………………… 139
Voordat u contact opneemt met een servicecenter
Cameraspecificaties
Woordenlijst
Verklaring in officiële talen
Index
Foutmeldingen
Als een van de volgende foutmeldingen verschijnt, kunt u de onderstaande oplossingen proberen.
Foutmelding
Kaartfout
Kaart wordt niet ondersteund.
Verbinding is niet gelukt.
DCF Full Error
Bestandsfout
Bestandssysteem wordt niet ondersteund.
Mogelijke oplossing
•
•
Schakel de camera uit en weer in.
Verwijder de geheugenkaart en plaats deze weer terug.
•
Formatteer de geheugenkaart.
De geplaatste geheugenkaart wordt niet ondersteund door de camera. Plaats een microSD- of microSDHC-geheugenkaart.
•
De camera kan geen verbinding met het netwerk maken via het geselecteerde toegangspunt. Selecteer een ander toegangspunt en probeer het opnieuw.
•
De camera kan geen verbinding met de andere camera maken. Probeer opnieuw verbinding te maken.
Bestandsnamen komen niet met de DCFnorm overeen. Breng de bestanden op de geheugenkaart over naar een computer en formatteer de kaart.
Wis het beschadigde bestand of neem contact op met een servicecenter.
De FAT-bestandsstructuur van de geplaatste geheugenkaart wordt niet door de camera ondersteund. Formatteer de geheugenkaar in de camera.
Foutmelding
Initialisatie mislukt.
Mogelijke oplossing
•
Schakel de AllShare-apparaten op het netwerk in.
•
De camera kan geen AllShare-apparaat vinden.
Ongeldig wachtwoord.
Batterij bijna leeg
Geheugen vol
Geen foto
Foto-overdracht mislukt.
Foto-ontvangst mislukt.
Het wachtwoord voor het overdragen van bestanden naar een andere camera is onjuist.
Voer het juiste wachtwoord in.
Plaats een opgeladen batterij of laad de batterij op.
Wis onnodige bestanden of plaats een nieuwe geheugenkaart.
Maak foto's of plaats een geheugenkaart met een aantal foto's in de camera.
De camera kan een foto niet ontvangen van de verzendende camera. Vraag de ander om het bestand opnieuw te verzenden.
De netwerkverbinding is verbroken tijdens het overbrengen van foto's. Schakel de AllSharefunctie weer in.
Aanvullende informatie
134
Cameraonderhoud
De camera reinigen
Cameralens en aanraakscherm
Verwijder stof met behulp van een blaaskwastje en veeg de lens met een zachte doek voorzichtig af. Voor eventueel achtergebleven stof brengt u lensreinigingsvloeistof op een stuk reinigingspapier aan en veegt u de lens voorzichtig schoon.
Camerabody
Veeg deze voorzichtig met een zachte droge doek af.
• Gebruik nooit benzeen, thinner of alcohol om het toestel te reinigen.
Deze oplosmiddelen kunnen de camera beschadigen of defecten veroorzaken.
• Druk niet op de lenskap en gebruik geen blaasborsteltje op de lenskap.
Aanvullende informatie
135
Cameraonderhoud
De camera gebruiken of opbergen
Ongeschikte plaatsen voor het gebruiken of opbergen van de camera
•
Stel de camera niet bloot aan zeer hoge of lage temperaturen.
•
Gebruik de camera niet in zeer vochtige omgevingen of omgevingen waar de luchtvochtigheid snel verandert.
•
Stel de camera niet bloot aan direct zonlicht en bewaar de camera niet op warme locaties met slechte ventilatie, bijvoorbeeld een auto die in de zon staat.
•
Bescherm de camera en het scherm tegen stoten, ruw gebruik en sterke trillingen om ernstige schade te voorkomen.
•
Gebruik of bewaar de camera niet op stoffige, vuile, vochtige of slecht-geventileerde plaatsen, om schade aan bewegende en interne onderdelen te voorkomen.
•
Gebruik de camera niet in de buurt van brandstoffen, brandbare stoffen of ontvlambare chemicaliën. Bewaar geen ontvlambare vloeistoffen, gassen en explosief materiaal in dezelfde ruimte als de camera of de accessoires van de camera.
•
Berg de camera niet op met mottenballen.
Gebruik op het strand of aan de waterkant
•
Bescherm de camera tegen zand en vuil wanneer u deze op het strand of in een andere, soortgelijke omgeving gebruikt.
•
Uw camera is niet waterbestendig. Gebruik de batterij, adapter of geheugenkaart niet met natte handen. Als u de camera gebruikt met natte handen kan de camera beschadigd raken.
Camera voor langere tijd opbergen
•
Als u de camera voor langere tijd opbergt, moet u de camera samen met absorberend materiaal, bijvoorbeeld silicagel, in een afgesloten houder plaatsen.
•
Haal de batterijen uit de camera wanneer u deze voor langere tijd opbergt. Batterijen in het batterijvak kunnen na verloop van tijd gaan lekken of roesten en ernstige schade aan uw camera veroorzaken.
•
Batterijen die niet worden gebruikt, ontladen zich na verloop van tijd en moeten voor gebruik opnieuw worden opgeladen.
Wees voorzichtig bij gebruik in vochtige omgevingen
Als u de camera overbrengt van een koude omgeving naar een warme, kan er condensvorming optreden op de lens of de interne onderdelen van de camera. In dit geval moet u de camera uitschakelen en minstens 1 uur wachten. Als er condensvorming optreedt op de geheugenkaart, moet u de kaart verwijderen uit de camera en wachten tot al het vocht is verdampt voordat u de kaart terugplaatst.
Aanvullende informatie
136
Cameraonderhoud
Overige aandachtspunten
•
Zwaai de camera niet aan de polslus heen en weer. Hierdoor kunt u uzelf of anderen verwonden of schade aan uw camera veroorzaken.
•
Verf de camera niet, omdat verf tussen de bewegende onderdelen kan gaan zitten en de werking van het apparaat kan beïnvloeden.
•
Schakel de camera uit als u deze niet gebruikt.
•
De camera bevat kwetsbare onderdelen. Zorg daarom dat u de camera niet blootstelt aan schokken.
•
Bewaar de camera in het etui om het scherm te bescherm tegen externe krachten. Houd de camera uit de buurt van zand, scherp gereedschap of kleingeld om te voorkomen dat er krassen op de camera komen.
•
Stel de lens niet aan direct zonlicht bloot. Hierdoor kan de beeldsensor verkleuren of defect raken.
•
Bescherm de lens tegen vingerafdrukken en krassen. Reinig de lens met een zachte, schone doek.
•
Als de camera een schok opvangt, wordt de camera mogelijk uitgeschakeld. Dit gebeurt om de geheugenkaart te beschermen.
Schakel de camera weer in om de camera te gebruiken.
•
De camera kan warm worden tijdens het gebruik. Dit is normaal en is niet van invloed op de levensduur of prestaties van uw camera.
•
Bij lage temperaturen kan het langer duren voor de camera is ingeschakeld, kunnen kleuren tijdelijk veranderen of kunnen nabeelden worden weergegeven. Deze omstandigheden duiden niet op defecten en worden verholpen als u de camera weer bij normale temperaturen gebruikt.
•
Verf of metaal aan de buitenzijde van de camera kan allergieën, jeuk, eczeem of bultjes veroorzaken bij mensen met een gevoelige huid. Als u last hebt van een van deze symptomen, stop dan onmiddellijk met het gebruik van de camera en raadpleeg een arts.
•
Steek geen vreemde voorwerpen in de compartimenten, sleuven en toegangspunten van de camera. Schade als gevolg van onjuist gebruik wordt mogelijk niet door de garantie gedekt.
•
Laat geen ongekwalificeerd personeel reparatie- of onderhoudswerkzaamheden aan de camera uitvoeren en probeer dit ook niet zelf te doen. Alle schade die voortvloeit uit ongekwalificeerd onderhoud of reparatie wordt niet door de garantie gedekt.
Geheugenkaarten
Ondersteunde geheugenkaarten
De camera biedt ondersteuning voor microSD (Secure Digital) of microSDHC (Secure Digital High) geheugenkaarten.
Als u gegevens wilt lezen met een computer of een geheugenkaartlezer, moet u de geheugenkaart plaatsen in een geheugenkaartadapter.
Aanvullende informatie
137
Cameraonderhoud
Capaciteit van de geheugenkaart
De geheugencapaciteit verschilt, afhankelijk van de opnamemodus en de opnameomstandigheden. De volgende capaciteiten zijn gebaseerd op een microSD -kaart van 1 GB:
Grootte Superhoog Hoog Normaal
119 233 343
30 fps
-
15 fps
-
F o t o' s
133
159
166
319
522
742
260
311
323
607
954
1336
380
458
469
858
1336
1878
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
1582 2505 3006 -
*
V i d e o' s
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
Ongeveer
13 min. 08 sec.
Ongeveer
14 min. 55 sec.
Ongeveer
34 min. 55 sec.
Ongeveer
22 min. 57 sec.
Ongeveer
28 min. 54 sec.
Ongeveer
65 min. 40 sec.
Ongeveer
134 min. 34 sec.
Ongeveer
231 min. 14 sec.
Ongeveer
134 min. 34 sec.
-
* Bij gebruik van de zoomfunctie kan de beschikbare opnametijd afwijken van de vermelde waarden. Om de totale opnameduur te bepalen, zijn er verschillende video's achter elkaar opgenomen.
Aandachtspunten bij gebruik van geheugenkaarten
•
Plaats een geheugenkaart in de juiste richting. Als u een geheugenkaart in de verkeerde richting plaatst, kunnen zowel camera als geheugenkaart hierdoor beschadigen.
•
Gebruik geen geheugenkaarten die in een andere camera of door een computer zijn geformatteerd. Formatteer een dergelijke geheugenkaart opnieuw in uw eigen camera.
•
Schakel de camera uit wanneer u een geheugenkaart plaatst of verwijdert.
•
Verwijder de geheugenkaart niet en schakel uw camera niet uit wanneer het lampje knippert. Hierdoor kunnen de gegevens beschadigen.
•
Wanneer de levensduur van een geheugenkaart is verlopen, kunt u geen foto’s meer op de kaart opslaan. Gebruik een nieuwe geheugenkaart.
•
Zorg ervoor dat geheugenkaarten niet buigen, vallen of aan zware klappen of druk worden blootgesteld.
•
Zorg dat u geheugenkaart niet gebruikt of opbergt in de buurt van krachtige magnetische velden.
•
Zorg dat u geheugenkaarten niet gebruikt op locaties met hoge temperaturen of luchtvochtigheid of in de buurt van bijtende stoffen.
•
Voorkom dat geheugenkaarten in contact komen met vloeistoffen, vuil of vreemde stoffen. Veeg zo nodig de geheugenkaart met een zachte doek schoon voor u de geheugenkaart in de camera plaatst.
•
Voorkom dat geheugenkaarten, of de sleuf voor geheugenkaarten, in contact komen met vloeistoffen, vuil of vreemde stoffen. Dergelijke stoffen kunnen ervoor zorgen dat geheugenkaarten of de camera niet goed meer werken.
Aanvullende informatie
138
Cameraonderhoud
•
Wanneer u een geheugenkaart bij u draagt, moet u een hoesje gebruiken om de kaart tegen elektrostatische ontlading te beschermen.
•
Breng belangrijke gegevens over naar andere dragers, zoals een harde schijf of cd/dvd.
•
Als u de camera langere tijd gebruikt, kan de geheugenkaart warm worden. Dit is normaal en wijst niet op een defect.
De fabrikant is niet verantwoordelijk voor enig verlies van gegevens.
De batterij
Gebruik alleen door Samsung goedgekeurde batterijen.
Batterijspecificaties
Specificatie
Model
Type
Capaciteit
Beschrijving
BP85A
Lithium-ionbatterij
850 mAh
Voltage
3,7 V
Oplaadtijd*
(wanneer de camera is uitgeschakeld)
Ongeveer 180 min.
* Duurt mogelijk langer als u de batterij aansluit op een computer om de batterij op te laden.
Aanvullende informatie
139
Werkduur van de batterij
Gemiddelde opnameduur/
Aantal foto's
Testomstandigheden
(bij een volledig geladen batterij)
Dit is onder de volgende omstandigheden gemeten: in de programmamodus, met de resolutie , met DIS uitgeschakeld, met de kwaliteit Hoog.
Foto's
Ongeveer
110 min./
Ongeveer
220 foto's
1. Stel de flitser in op Invulflits, maak één foto en zoom in of uit.
2. Stel de flitser in op Uit, maak één foto en zoom in of uit.
3. Voer stap 1 en 2 gedurende 30 seconden uit en herhaal dit 5 minuten lang. Schakel de camera vervolgens 1 minuut uit.
4. Herhaal stap 1 tot 3.
Neem video's op bij een resolutie van
1280 X 720 HQ en met 30 fps.
Video's
Ongeveer
90 min.
• De bovenstaande cijfers zijn volgens de normen van Samsung gemeten en kunnen afwijken van resultaten bij daadwerkelijk gebruik.
• Om de totale opnameduur te bepalen, zijn er verschillende video's achter elkaar opgenomen.
• Wanneer u netwerkfuncties gebruikt, raakt de batterij sneller leeg.
Cameraonderhoud
Melding Batterij bijna leeg
Als de batterij volledig is ontladen, wordt het batterijpictogram rood en verschijnt de melding 'Batterij bijna leeg'.
De batterij gebruiken
•
Stel batterijen of geheugenkaart niet bloot aan zeer hoge of lage temperaturen (onder 0 ºC of boven 40 ºC). Door extreme temperaturen kan de capaciteit van batterijen verminderen en kunnen geheugenkaarten minder goed werken.
•
Als u de camera langere tijd gebruikt, kan het gebied rond de batterijklep warm worden. Dit heeft geen invloed op de normale werking van de camera.
•
Trek niet aan het netsnoer om de stekker uit het stopcontact te halen om te voorkomen dat u brand of een schok veroorzaakt.
•
Bij temperaturen onder 0 ºC kunnen de capaciteit en levensduur van de batterij afnemen.
•
Bij lage temperaturen kan de batterijcapaciteit afnemen, maar de gewone capaciteit wordt hersteld bij gebruik bij hogere temperaturen.
Aandachtspunt voor het gebruik van de batterij
Bescherm batterijen, opladers en geheugenkaarten tegen schade
Voorkom dat batterijen in aanraking komen met metalen voorwerpen. Dit kan een verbinding vormen tussen de plus- en minpolen van uw batterijen en tijdelijke of permanente schade aan de batterijen en brand of een schok veroorzaken.
De batterij opladen
•
Controleer als het indicatielampje uit is of de batterij op de juiste wijze is geplaatst.
•
Als camera tijdens het opladen is ingeschakeld, wordt de batterij mogelijk niet volledig opgeladen. Schakel de camera uit alvorens de batterij op te laden.
•
Gebruik de camera niet als de batterij wordt opgeladen. Dit kan brand of een schok veroorzaken.
•
Trek niet aan het netsnoer om de stekker uit het stopcontact te halen om te voorkomen dat u brand of een schok veroorzaakt.
•
Wacht minstens tien minuten voor u de camera inschakelt nadat de batterij is opgeladen.
•
Als u de camera aansluit op een externe voedingsbron terwijl de batterij helemaal leeg is, wordt de camera uitgeschakeld wanneer u bepaalde functies gebruikt die veel stroom verbruiken. Laad de batterij op om de camera op normale wijze te gebruiken.
Aanvullende informatie
140
Cameraonderhoud
•
Met het gebruik van de flitser en het opnemen van video's raakt de batterij snel leeg. Laad de batterij op totdat het indicatielampje groen wordt.
•
Als het indicatielampje oranje knippert of niet brandt, sluit u de kabel opnieuw aan of verwijdert u de batterij en plaatst u deze opnieuw in de camera.
•
Als u de batterij oplaadt wanneer de kabel oververhit is of de temperatuur te hoog is, kan het indicatielampje oranje worden.
Nadat de batterij is afgekoeld, wordt met opladen begonnen.
•
Te lang opladen van batterijen kan de levensduur daarvan bekorten. Wanneer het opladen is voltooid, dient u de kabel van de camera los te koppelen.
•
Knik de voedingskabel niet en plaats er geen zware voorwerpen op. Hierdoor zou de kabel kunnen beschadigen.
De batterij opladen terwijl er een computer is aangesloten
•
Gebruik alleen de meegeleverde USB-kabel.
•
De batterij wordt mogelijk in de volgende gevallen niet opgeladen:
-
wanneer u een USB-hub gebruikt wanneer er andere USB-apparaten op de computer zijn aangesloten
wanneer u de kabel op de poort aan de voorzijde van de computer aansluit
wanneer de USB-poort van de computer de stroomuitvoernorm niet ondersteunt (5 V, 500 mA)
Behandel batterijen en oplader voorzichtig en voer deze af volgens de voorschriften
•
Gooi batterijen nooit in open vuur. Houd u aan alle lokale regelgevingen bij het weggooien van gebruikte batterijen.
•
Leg batterijen of camera's nooit in of op verwarmingsapparaten, zoals een magnetron, kachel of radiator. Batterijen kunnen exploderen als ze te heet worden.
Aanvullende informatie
141
Cameraonderhoud
Onzorgvuldig of verkeerd gebruik van de batterij kan lichamelijk letsel of de dood tot gevolg hebben. Volg voor uw eigen veiligheid de onderstaande instructies voor het juiste gebruik van de batterij:
•
De batterij kan vlam vatten of exploderen als deze niet op de juiste wijze wordt gebruikt. Als u vervormingen, scheuren of andere afwijkingen in de batterij opmerkt, stopt u onmiddellijk het gebruik hiervan en neemt u contact op met een servicecenter.
•
Gebruik alleen authentieke, door de fabrikant aanbevolen batterijopladers en -adapters en laad de batterij alleen op volgens de procedures die in deze gebruiksaanwijzing zijn vermeld.
•
Plaats de batterij niet te dicht bij warmtebronnen en stel de batterij niet bloot aan extreem warme omgevingen, zoals een gesloten auto in de zon.
•
•
Plaats de batterij niet in een magnetron.
Bewaar of gebruik de batterij niet in een hete, vochtige omgeving, zoals een badkamer of douche.
•
Plaats de batterij niet voor langere tijd op ontvlambare oppervlakken, zoals matrassen, tapijten of elektrische dekens.
•
Laat het toestel, als het is ingeschakeld, niet voor langere tijd in een afgesloten ruimte.
•
Zorg ervoor dat de polen van de batterij niet in contact komen met metalen voorwerpen, zoals halskettingen, munten, sleutels en horloges.
•
Gebruik uitsluitend authentieke, door de fabrikant aanbevolen lithium-ionbatterijen ter vervanging.
Aanvullende informatie
142
•
Haal de batterij niet uit elkaar te halen of maak er geen gat in met een scherp voorwerp.
•
Stel de batterij niet bloot aan hoge druk of extreme krachten.
•
Stel de batterij niet bloot aan hevige klappen, bijvoorbeeld door deze van grote hoogte te laten vallen.
•
Stel de batterij niet bloot aan temperaturen boven de
60 °C.
•
•
Stel de batterij niet bloot aan vocht of vloeistoffen.
De batterij mag niet worden blootgesteld aan overmatige warmte zoals zonneschijn, vuur of dergelijke zaken.
•
•
Richtlijnen voor afvoer
•
Wees zorgvuldig als u de batterij weggooit.
Werp de batterij nooit in een open vuur.
Regelgeving kan per land of regio verschillen. Zorg dat u zich houdt aan alle lokale en nationale regelgeving wanneer u de batterij weggooit.
Richtlijnen voor het opladen van de batterij
Laad de batterij alleen op volgens de procedure in deze gebruiksaanwijzing. De batterij kan ontbranden of exploderen als deze niet op de juiste wijze wordt opgeladen.
Voordat u contact opneemt met een servicecenter
Wanneer u problemen met de camera ondervindt, kunt u eerst de volgende procedures uitvoeren voordat u contact opneemt met een servicecenter. Als u het probleem hiermee niet kunt oplossen, kunt u contact opnemen met uw plaatselijke dealer of servicecenter.
Wanneer u uw camera naar een servicecentrum brengt, breng dan ook de onderdelen mee die de oorzaak kunnen zijn van de fout, zoals bijvoorbeeld de geheugenkaart of de batterij.
Situatie
De camera kan niet worden ingeschakeld
De camera wordt plotseling uitgeschakeld
De batterij raakt snel leeg
Mogelijke oplossing
•
•
•
•
Controleer of de batterij in de camera is geplaatst.
•
Controleer of de batterij correct in de camera is geplaatst. (pag. 18)
Laad de batterij op.
Laad de batterij op.
De camera bevindt zich mogelijk in de spaarstand. (pag. 130)
•
De camera wordt mogelijk uitgeschakeld om te voorkomen dat de geheugenkaart door een harde schok beschadigd raakt.
Schakel de camera weer in.
•
Bij lage temperaturen (onder 0 °C) kan de batterij sneller leeg raken. Houd de batterij warm door deze in uw zak te steken.
•
Met het gebruik van de flitser en het opnemen van video's raakt de batterij snel leeg. Laad de batterij indien nodig weer op.
•
Batterijen zijn verbruiksartikelen die na verloop van tijd moeten worden vervangen.
Koop een nieuwe batterij als de levensduur drastisch afneemt.
Aanvullende informatie
143
Situatie
Er kunnen geen foto's worden gemaakt
De camera loopt vast
De camera wordt warm
De flitser werkt niet
Mogelijke oplossing
•
Er is geen ruimte op de geheugenkaart.
Wis onnodige bestanden of plaats een nieuwe kaart.
•
•
•
•
•
Formatteer de geheugenkaart.
De geheugenkaart is defect. Koop een nieuwe geheugenkaart.
Controleer of de camera is ingeschakeld.
Laad de batterij op.
Controleer of de batterij op de juiste wijze is geplaatst.
Verwijder de batterij en plaats deze weer terug.
De camera kan warm worden tijdens het gebruik. Dit is normaal en is niet van invloed op de levensduur of prestaties van uw camera.
•
Mogelijk is de flitser uitgeschakeld.
(pag. 57)
•
In bepaalde modi kunt u de flitser niet gebruiken.
Voordat u contact opneemt met een servicecenter
Situatie
Er wordt onverwachts een flits afgevuurd
De datum en tijd kloppen niet
Het aanraakscherm of de knoppen werken niet
Mogelijke oplossing
De flitser wordt mogelijk geactiveerd vanwege statische elektriciteit. Dit duidt niet op een defect van de camera.
Stel de datum en tijd in bij de scherminstellingen. (pag. 131)
Verwijder de batterij en plaats deze weer terug.
Het camerascherm reageert niet goed
De geheugenkaart heeft een fout
Er kunnen geen bestanden worden afgespeeld of weergegeven
Als u de camera bij zeer lage temperaturen gebruikt, kan het camerascherm verkleuren of slecht functioneren. Voor betere prestaties van het scherm moet de camera bij normale temperaturen worden gebruikt.
•
•
Schakel de camera uit en weer in.
Verwijder de geheugenkaart en plaats deze weer terug.
•
Formatteer de geheugenkaart.
Zie "Aandachtspunten bij gebruik van geheugenkaarten" voor meer informatie.
(pag. 138)
Als u de naam van een bestand wijzigt, kan de camera dit bestand mogelijk niet afspelen of weergeven (de bestandsnaam moet aan de DCF-normen voldoen). In dergelijke gevallen kunt u de bestanden op een computer afspelen of weergeven.
Situatie
De foto's zijn onscherp
De kleuren in de foto zijn anders dan de daadwerkelijke kleuren
De foto is te licht
De foto is te donker
Mogelijke oplossing
•
Controleer of de ingestelde scherpsteloptie geschikt is voor closeupfoto's. (pag. 60)
•
Controleer of de lens schoon is. Reinig de lens indien nodig. (pag. 135)
•
Zorg ervoor dat het onderwerp zich binnen het bereik van de flitser bevindt.
(pag. 146)
Een onjuiste witbalans kan voor onrealistische kleuren zorgen. Selecteer de juiste witbalansoptie voor de lichtbron.
(pag. 70)
•
•
De foto is overbelicht.
•
Schakel de flitser uit. (pag. 57)
Pas de ISO-waarde aan. (pag. 59)
Pas de belichtingswaarde aan. (pag. 68)
•
•
De foto is onderbelicht.
•
Schakel de flitser in. (pag. 57)
Pas de ISO-waarde aan. (pag. 59)
Pas de belichtingswaarde aan. (pag. 68)
Aanvullende informatie
144
Voordat u contact opneemt met een servicecenter
Situatie
De foto's worden niet op de televisie weergegeven
De computer herkent de camera niet
Mogelijke oplossing
•
Controleer of de camera correct op de televisie is aangesloten met de A/V-kabel.
•
Controleer of de geheugenkaart foto's bevat.
•
Controleer of de USB-kabel op de juiste wijze is geplaatst.
•
•
Controleer of de camera is ingeschakeld.
Controleer of het besturingssysteem wordt ondersteund.
Tijdens het overbrengen van bestanden verbreekt de computer de verbinding
De bestandsoverdracht kan door statische elektriciteit worden gestoord. Koppel de
USB-kabel los en sluit deze weer aan.
De computer kan geen video's afspelen
Video's kunnen mogelijk niet worden afgespeeld met bepaalde videospelers.
Installeer en gebruik het programma
Intelli-studio op uw computer voor het afspelen van videobestanden die u met uw camera hebt opgenomen. (pag. 100)
Situatie
Intelli-studio werkt niet naar behoren
Mogelijke oplossing
•
Sluit Intelli-studio af en start het programma opnieuw.
•
Intelli-studio kan niet op Macintoshcomputers worden gebruikt.
•
Controleer of Pc-software in het instellingenmenu is ingeschakeld.
(pag. 130)
•
Afhankelijk van de specificaties en instellingen van de computer wordt het programma mogelijk niet automatisch gestart. Klik in dat geval op u computer op
start
Deze computer Intelli-studio
iStudio.exe.
Aanvullende informatie
145
Cameraspecificaties
Beeldsensor
Type
Effectieve pixels
1/2,3 inch (ongeveer 7,76 mm) CCD
Ongeveer 14,2 megapixel
Totaalaantal pixels Ongeveer 14,48 megapixel
Lens
Brandpuntsafstand
Samsung-lens f = 4,7 mm - 23,5 mm
(35-mm equivalent: 26 mm - 130 mm
Diafragmabereik
Digitale zoom
F3,3 (G)-F5,9 (T)
• Fotomodus: 1,0X - 5,0X
(Optische zoom x digitale zoom: 25,0X)
• Afspeelmodus: 1,0X - 14,4X
Scherm
Type
Functionaliteit
Scherpstelling
TFT LCD
3,0 inch (7,6 cm) WQVGA, 230 K
Type
TTL-autofocus (Multi AF, Centrum AF, Slimme gezichtsherkenning-AF, Gezichtsdetectie-AF,
Smart Touch AF, One Touch-opname-AF)
Bereik
Groothoek (G) Tele (T)
Normaal (AF) 80 cm - oneindig 150 cm - oneindig
Macro
Auto macro
5 cm - 80 cm
5 cm - oneindig
100 cm - 150 cm
100 cm - oneindig
Sluitertijd
• Smart Auto: 1/8-1/2000 sec.
• Programma: 1-1/2000 sec.
• Nachtopname: 8-1/2000 sec.
Belichting
Regeling
Lichtmeting
Programma AE
Multi, Spot, Centr. gewogen, Gezichtsdetectie
Compensatie
ISO-equivalent
±2EV (1/3 EV Stap)
Auto, ISO 80, ISO 100, ISO 200, ISO 400, ISO 800,
ISO 1600, ISO 3200
Flitser
Modus
Bereik
Oplaadtijd
Auto, Rode ogen, Invulflits, Langz sync, Uit,
Anti-rode ogen
• Groothoek: 0,2 m - 3,2 m (ISO Auto)
• Tele: 0,5 m - 1,8 m (ISO Auto)
Ongeveer 4 sec.
Aanvullende informatie
146
Cameraspecificaties
Digital Image Stabilization (DIS)
Digital Image Stabilization (DIS)
Effect
Opnamemodus voor foto's
Opnamemodus voor video's
• Fotofilter (Smart filter): (Normaal), Miniatuur,
Vignetten, Softfocus, Oude film 1, Oude film 2,
Halftoonstip, Schets, Visoog, Anti-nevel, Klassiek,
Retro, Negatief, (Aangep. RGB)
• Beeld aanpassen: Scherpte, Contrast, Kleurverz.
• Paleteffectopname: Paleteffect 1,
Paleteffect 2, Paleteffect 3, Paleteffect 4
• Filmfilter (Smart filter): (Normaal), Miniatuur,
Vignetten, Halftoonstip, Schets, Visoog, Anti-nevel,
Klassiek, Retro, Negatief, (Aangep. RGB)
Witbalans
Auto witbalans, Daglicht, Bewolkt, TL-licht H, TL-licht L, Kunstlicht,
Aangep. instelling
Datering
Datum/tijd, Datum, Uit
Opname
Foto's
• Modi: Smart Auto*, Programma, Scène*,
Enkele opname, Magisch kader-opname,
Beautyshot, Objectmarkering, Nachtopname,
Close-up, Vignetten, Fotofilter
* Smart Auto:
Macro, Macro tekst, Portret, Wit, Landschap,
Actie, Statief, Nacht, Nachtportret, Tegenl.,
Portretfoto met tegenlicht, Blauwe lucht,
Zonsondergang, Macro kleur, Natuurlijk groen,
Vuurwerk
* Scène:
Landschap, Tekst, Zon onder, Dageraad, Tegenl.,
Strand/sneeuw
• Scherpstelstand: 1 opname, Continu,
Bewegingsopname, AEB
• Timer: 2 sec, 10 sec, Dubbel (2 sec., 10 sec.)
Aanvullende informatie
147
Cameraspecificaties
Video's
Afspelen
Type
Bewerken
• Modi: Film, Slimme film*, Vignetten,
Filmfilter, Paleteffectopname
* Slimme film:
Landschap, Blauwe lucht, Natuurlijk groen,
Zonsondergang
• Bestandsindeling: MP4 (H.264)(Maximale opnametijd: 20 min.)
• Formaat: 1280 X 720 HQ (30 fps, 15 fps),
1280 X 720 (30 fps, 15 fps),
640 X 480 (30 fps, 15 fps),
320 X 240 (30 fps, 15 fps),
320 X 240 WEB (30 fps)
• Framesnelheid: 30 fps, 15 fps
• Spraak: Dempen, Sound Alive Aan, Sound Alive Uit
• Video bewerken (intern): pauzeren tijdens opnemen, foto's maken, tijd bijsnijden
Eén foto, Miniaturen, Diashow met muziek en effecten,
Filmclip, Smart Album*, 3D-album, Magazineweergave
* Smart Album-categorie: Type, Datum, Gezicht
Res.wijz, Draaien, Beeld aanpassen, Smart filter,
Bijsnijden, Slim bijsnijden
Effect
• Beeld aanpassen: Gezichtretouch., Helderheid,
Kleurverz., Contrast, Anti-rode ogen, ACB
• Smart filter: Normaal, Miniatuur, Vignetten,
Softfocus, Oude film 1, Oude film 2, Halftoonstip,
Schets, Visoog, Anti-nevel, Klassiek, Retro,
Negatief, Aangep. RGB
Spraakopname
• Spraakopname (maximaal 10 uur)
• Spraakmemo in een foto (maximaal 10 sec.)
Opslag
Media
Bestandsindeling
• Intern geheugen: Ongeveer 6,9 MB
• Extern geheugen (optioneel): microSD-kaart (tot
2 GB gegarandeerd), microSDHC-kaart (tot 8 GB gegarandeerd)
De interne geheugencapaciteit kan van deze specificaties afwijken.
• DCF, EXIF 2.21, DPOF 1.1, PictBridge 1.0
• Foto: JPEG (DCF)
• Videoclip: MP4 (Video: MPEG-4.AVC/
H.264, Audio: AAC)
• Geluidsbestand: WAV
Aanvullende informatie
148
Cameraspecificaties
Beeldformaat
Voor 1 GB microSD:
Aantal foto's
4320 X 3240
Superhoog
119
Hoog
233
Normaal
343
4320 X 2880
4320 X 2432
133
159
260
311
380
458
3648 X 2736
2592 X 1944
1984 X 1488
1920 X 1080
166
319
522
742
323
607
954
1336
469
858
1336
1878
1024 X 768 1582 2505 3006
Deze waarden zijn gemeten onder standaardcondities en kunnen variëren, afhankelijk van opnameomstandigheden en camera-instellingen.
Draadloos netwerk
Wi-Fi (IEEE 802.11 b/g/n), AllShare, Uploaden naar web, E-mailen, Camera naar camera, Verbinding met toegangspunt, Automatische back-up,
Externe zoeker
Interface
Digitale uitvoer USB 2.0
Audio-invoer
/-uitvoer
Interne luidspreker (mono), microfoon (mono)
Video-uitvoer
Gelijkstroom- aansluiting
Voedingsbron
Oplaadbare batterij
A/V: NTSC, PAL (instelbaar)
20-pins, 4,2 V
Lithium-ionbatterij (BP85A, 850 mAh)
Afhankelijk van uw regio kan de voedingsbron verschillen.
Afmetingen (B x H x D)
93 X 53,9 X 18,9 mm (zonder uitsteeksels)
Gewicht
110,2 g (zonder batterij en geheugenkaart)
Bedrijfstemperatuur
0 - 40 °C
Bedrijfsluchtvochtigheid
5 - 85 %
Software
Intelli-studio, PC Auto Backup
Specificaties kunnen zonder kennisgeving worden gewijzigd voor betere prestaties.
Aanvullende informatie
149
Woordenlijst
Automatische contrastverbetering (ACB)
Deze functie verbetert automatisch het contrast van uw beelden wanneer het onderwerp tegenlicht heeft of als er veel contrast is tussen uw onderwerp en de achtergrond.
Opnamereeks met verschillende belichtingen (AEB)
Deze functie maakt automatisch meerdere beelden met verschillenden belichtingen om u te helpen een goedbelicht beeld te maken.
Autofocus (AF)
Een systeem dat automatisch de cameralens scherpstelt op het onderwerp. Uw camera gebruikt het contrast om automatisch scherp te stellen.
Diafragma
Het diafragma bepaalt de hoeveelheid licht die de sensor van de camera bereikt.
Bewegingsonscherpte (vaag)
Als de camera wordt bewogen wanneer de sluiter is geopend, kan het volledige beeld vaag lijken. Dit komt vaker voor wanneer de sluitertijd laag is. Voorkom bewegingsonscherpte door de gevoeligheid te verhogen, de flitser te gebruiken of een hogere sluitertijd. U kunt ook een statief of de DIS- of OIS-functie gebruiken om de camera te stabiliseren.
Compositie
Met compositie wordt de plaatsing van de verschillende elementen in het beeld bedoeld. Meestal levert een compositie volgens de regel van derden een plezierig resultaat.
DCF (Design rule for Camera File system)
Een specificatie voor het definiëren van een bestandsindeling en bestandssysteem voor digitale camera's die is gemaakt door de Japan Electronics and Information Technology Industries
Association (JEITA).
Scherptediepte
De afstand tussen het dichtstbijzijnde en verste punt waarop kan worden scherpgesteld in een foto. De scherptediepte verschilt per diafragma, brandpuntsafstand en afstand tussen de camera en het onderwerp. Als u bijvoorbeeld een kleiner diafragma selecteert, wordt de scherptediepte vergroot en wordt de achtergrond van een compositie vaag.
Digitale zoom
Een functie die op kunstmatige wijze de beschikbare hoeveelheid zoom met de zoomlens vergroot (optische zoom). Als u de digitale zoomfunctie gebruikt, wordt de beeldkwaliteit minder wanneer de vergroting wordt verhoogd.
Aanvullende informatie
150
Woordenlijst
Digitale afdrukbestelling (DPOF)
Een indeling voor het schrijven van afdrukgegevens, zoals geselecteerde beelden en het aantal afdrukken, op een geheugenkaart. Printers die compatibel zijn met DPOF, soms verkrijgbaar in fotowinkels, kunnen de informatie lezen van de kaart voor eenvoudig afdrukken.
Belichtingswaarde (EV)
Alle combinaties van de camerasluitertijd en diafragma die resulteren in dezelfde belichting.
EV-compensatie
Met deze functie kunt u snel de belichtingswaarde aanpassen die wordt berekend door de camera, in beperkte stappen, om de belichting van uw foto's te verbeteren. Stel de EV-compensatie in op -1,0 EV om de waarde een stap donkerder in te stellen en op
1,0 EV om de waarde een stap lichter te maken.
Exif (Exchangeable Image File Format)
Een specificatie voor het definiëren van een beeldbestandindeling voor digitale camera's die is gemaakt door de Japan Electronic
Industries Development Association (JEIDA).
Belichting
De hoeveelheid licht die de sensor van de camera mag bereiken.
Belichting wordt bepaald door een combinatie van sluitertijd, diafragma en ISO-waarde.
Flitser
Een flitslamp die ervoor zorgt dat er voldoende belichting is in omstandigheden met weinig licht.
Brandpuntsafstand
De afstand van het brandpunt van de lens tot het beeldvlak
(in millimeters). Grotere brandpuntsafstanden resulteren in een kleinere beeldhoek en een grotere weergave van het onderwerp.
Kleinere brandpuntsafstanden resulteren in een grotere beeldhoek.
Histogram
Een grafische weergave van de helderheid van een beeld. De horizontale as stelt de helderheid voor en de verticale as het aantal pixels. Hoge pieken aan de linkerkant (te donker) en aan de rechterkant (te licht) op het histogram geven aan dat een foto niet goed is belicht.
H.264/MPEG-4
Een video-indeling met hoge compressie die is ontwikkeld door de internationale standaardisatieorganisaties ISO/IEC en ITU-T.
Deze codec zorgt ervoor dat goede videokwaliteit wordt geleverd met lage bitsnelheden ontwikkeld door het Joint Video Team
(JVT).
Aanvullende informatie
151
Woordenlijst
Beeldsensor
Het fysieke deel van een digitale camera die een fotosite bevat voor elke pixel in het beeld. Elke fotosite neemt de helderheid van het licht op dat de fotosite bereikt tijdens een belichting.
Algemene sensortypen zijn CCD (Charge-coupled Device) en
CMOS (Complementary Metal Oxide Semiconductor).
ISO-waarde
De gevoeligheid van een camera voor licht, gebaseerd op de equivalente filmsnelheid gebruikt in een filmcamera. Met hogere
ISO-waarden gebruikt de camera een hogere sluitertijd, waardoor vervaging kan worden verminderd die wordt veroorzaakt door het bewegen van de camera en weinig licht. Beelden met een hoge gevoeligheid zijn echter veel gevoeliger voor ruis.
JPEG (Joint Photographic Experts Group)
Een lossy-methode van compressie voor digitale beelden. JPEGbeelden worden gecomprimeerd om de algehele bestandsgrootte te verminderen met minimale afname van de beeldresolutie.
LCD (Liquid Crystal Display)
Een visuele display die algemeen wordt gebruikt in consumenten elektronica. Dit display heeft een aparte achtergrondverlichting nodig zoals CCFL of LED, om kleuren te kunnen reproduceren.
Macro
Met deze functie kunt u close-upfoto's maken van zeer kleine voorwerpen. Als u de macrofunctie gebruikt, kan de camera goed scherpstellen op kleine voorwerpen met een verhouding op bijna ware grootte (1:1).
Lichtmeting
De lichtmeting heeft betrekking op de manier waarop een camera de hoeveelheid licht meet om de belichting in te stellen.
MJPEG (Motion JPEG)
Een video-indeling die wordt gecomprimeerd als een JPEGbeeld.
Ruis
Verkeerd geïnterpreteerde pixels in een digitaal beeld die mogelijk worden weergegeven als verkeerd geplaatste of willekeurige, heldere pixels. Ruis treedt meestal op wanneer foto's worden gemaakt met een hoge gevoeligheid of wanneer de gevoeligheid automatisch wordt ingesteld op een donkere locatie.
Optische zoom
Dit is een algemene zoomfunctie waarmee beelden kunnen worden vergroot met een lens en waarmee de beeldkwaliteit niet vermindert.
Aanvullende informatie
152
Woordenlijst
Kwaliteit
Een uitdrukking van het compressieniveau dat is gebruikt in een digitaal beeld. Beelden met een hogere kwaliteit hebben een lager compressieniveau, wat meestal resulteert in grotere bestanden.
Resolutie
Het aantal pixels in een digitaal beeld. Beelden met hoge resolutie bevatten meer pixels en bevatten meer details dan beelden met lage resolutie.
Sluitertijd
De sluitertijd is de hoeveelheid tijd die nodig is om de sluiter te openen en te sluiten. Dit is een belangrijke factor voor de helderheid van een foto, aangezien hiermee de hoeveelheid licht wordt geregeld die door het diafragma op de beeldsensor valt.
Met een kortere sluitertijd valt er minder licht naar binnen en wordt de foto donkerder, maar is het ook eenvoudiger om de beweging van het onderwerp te bevriezen.
Vignetten
Een vermindering van de helderheid of de verzadiging van een beeld bij de randen in vergelijking met het midden van het beeld.
Vignetten kan de aandacht richten op onderwerpen die in het midden van een beeld zijn geplaatst.
Witbalans (kleurbalans)
Een aanpassing van de intensiteit van kleuren (meestal de primaire kleuren rood, groen en blauw) in een beeld. Het doel van het aanpassen van de witbalans, of kleurbalans, is de kleuren van een beeld correct weergeven.
Aanvullende informatie
153
Correcte verwijdering van dit product
(elektrische & elektronische afvalapparatuur)
Dit merkteken op het product, de accessoires of het informatiemateriaal duidt erop dat het product en zijn elektronische accessoires (bv. lader, headset, USB-kabel) niet met ander huishoudelijk afval verwijderd mogen worden aan het einde van hun gebruiksduur. Om mogelijke schade aan het milieu of de menselijke gezondheid door ongecontroleerde afvalverwijdering te voorkomen, moet u deze artikelen van andere soorten afval scheiden en op een verantwoorde manier recyclen, zodat het duurzame hergebruik van materiaalbronnen wordt bevorderd. Huishoudelijke gebruikers moeten contact opnemen met de winkel waar ze dit product hebben gekocht of met de gemeente waar ze wonen om te vernemen waar en hoe ze deze artikelen milieuvriendelijk kunnen laten recyclen. Zakelijke gebruikers moeten contact opnemen met hun leverancier en de algemene voorwaarden van de koopovereenkomst nalezen. Dit product en zijn elektronische accessoires mogen niet met ander bedrijfsafval voor verwijdering worden gemengd.
Correcte behandeling van een gebruikte accu uit dit product
(Van toepassing op de Europese Unie en andere Europese landen met afzonderlijke inzamelingssystemen voor accu’s en batterijen)
Dit merkteken op de accu, gebruiksaanwijzing of verpakking geeft aan dat de accu in dit product aan het einde van de levensduur niet samen met ander huishoudelijk afval mag worden weggegooid. De chemische symbolen Hg, Cd of Pb geven aan dat het kwik-, cadmium- of loodgehalte in de accu hoger is dan de referentieniveaus in de Richtlijn
2006/66/EC. Indien de gebruikte accu niet op de juiste wijze wordt behandeld, kunnen deze stoffen schadelijk zijn voor de gezondheid van mensen of het milieu.
Ter bescherming van de natuurlijke hulpbronnen en ter bevordering van het hergebruik van materialen, verzoeken wij u afgedankte accu’s en batterijen te scheiden van andere soorten afval en voor recycling aan te bieden bij het gratis inzamelingssysteem voor accu’s en batterijen in uw omgeving.
PlanetFirst duidt op het streven van Samsung
Electronics naar een duurzame ontwikkeling en sociale verantwoordelijkheid door middel van milieubewuste bedrijfsvoering.
Deze apparatuur mag in alle EU-landen worden gebruikt.
In Frankrijk mag deze apparatuur alleen binnenshuis worden gebruikt.
Aanvullende informatie
154
Declaration of Conformity
Product details
For the following
Product : DIGITAL CAMERA
Model(s) : SAMSUNG SH100
Manufactured at:
Manufacturer: SAMSUNG ELECTRONICS CO., LTD.
416, Maetan-3dong, Yeongtong-gu, Suwon-City,
Gyeonggi-do, 443-742, Korea
Factory: TianJin Samsung Opto-Electronics Co., Ltd.
No.9 ZhangHeng Street, Micro-Electronic Industrial Park,
JinGang Road, Tianjin, China. 300385
(Factories name and address)
EN 55022:2006+A1 :2007
EN 300 328-1 v1.7.1
EN 301 489-1 v1.8.1:2008
EN 301 489-17 v2.1.1:2009 and the Eco-Design Directive (2009/125/EC) implemented by Regulations (EC) No 1275/2008 for standby and off mode electric power consumption and (EC) No 278/2009 for external power supplies.
Representative in the EU
Samsung Electronics Euro QA Lab.
Blackbushe Business Park
Saxony Way, Yateley, Hampshire
GU46 6GG, UK
17 October, 2010
(Place and date of issue)
Joong-Hoon Choi / Lab. Manager
(Name and signature of authorized person)
Declaration & Applicable standards
We hereby declare, that the product above is in compliance with the essential requirements of the R&TTE Directive (1999/5/
EC), the EMC Directive (2004/108/EC) and the LVD Directive
(2006/95/EC) by application of:
EN 60950-1:2006+A11:2009 EN 55024:1998+A1:2001+A2:2003
Aanvullende informatie
155
Verklaring in officiële talen
Land
Cesky
Dansk
Deutsch
Eesti
English
Español
Ελληνική
Français
Italiano
Latviski
Lietuvių
Nederlands
Verklaring
Samsung Electronics tímto prohlašuje, že tento digitální fotoaparát je ve shod ě se základními požadavky a dalšími p říslušnými ustanoveními směrnice 1999/5/ES.
Samsung Electronics erklærer herved, at digitale kameraer overholder de væsentlige krav og øvrige relevante krav i direktiv 1999/5/
EF.
Hiermit erklärt Samsung Electronic, dass sich die Digitalkamera in Übereinstimmung mit den grundlegenden Anforderungen und den
übrigen einschlägigen Bestimmungen der Richtlinie 1999/5/EG befindet.
Käesolevaga kinnitab Samsung Electronics digitaalkaamera vastavust direktiivi 1999/5/EÜ põhinõuetele ja nimetatud direktiivist tulenevatele teistele asjakohastele sätetele.
Hereby, Samsung Electronics declares that this digital camera is in compliance with the essential requirements and other relevant provisions of Directive 1999/5/EC.
Por medio de la presente Samsung Electronics declara que la cámara digital cumple con los requisitos esenciales y cualesquiera otras disposiciones aplicables o exigibles de la Directiva 1999/5/CE.
ΜΕ ΤΗΝ ΠΑΡΟΥΣΑ η Samsung Electronics ΔΗΛΩΝΕΙ ΟΤΙ η ψηφιακή φωτογραφική μηχανή ΣΥΜΜΟΡΦΩΝΕΤΑΙ ΠΡΟΣ ΤΙΣ
ΟΥΣΙΩΔΕΙΣ ΑΠΑΙΤΗΣΕΙΣ ΚΑΙ ΤΙΣ ΛΟΙΠΕΣ ΣΧΕΤΙΚΕΣ ΔΙΑΤΑΞΕΙΣ ΤΗΣ ΟΔΗΓΙΑΣ 1999/5/ΕΚ.
Par la présente Samsung Electronic déclare que l'appareil photo numérique est conforme aux exigences essentielles et aux autres dispositions pertinentes de la directive 1999/5/CE.
Con la presente Samsung Electronicsdichiara che questa fotocamera digitale è conforme ai requisiti essenziali e alle altre disposizioni stabilite dalla Direttiva 1999/5/CE.
Ar šo Samsung Electronics deklar ē, ka digitālā kamera atbilst Direktīvas 1999/5/EK būtiskajām prasībām un citiem ar to saistītajiem noteikumiem.
Šiuo Samsung Electronics deklaruoja, kad šis skaitmeninis fotoaparatas, atitinka esminius reikalavimus ir kitas 1999/5/EB Direktyvos nuostatas.
Hierbij verklaart Samsung Electronics dat de digitale camera in overeenstemming is met de essentiële eisen en de andere relevante bepalingen van richtlijn 1999/5/EG.
Aanvullende informatie
156
Verklaring in officiële talen
Suomi
Svenska
Български
Română
Norsk
Türkiye
Íslenska
Land
Malti
Magyar
Polski
Português
Slovensko
Slovensky
Verklaring
Hawnhekk, Samsung Electronics, tiddikjara li din il-kamera di ġitali hi konformi mar-rekwiżiti essenzjali u ma' dispożizzjonijiet rilevanti o ħrajn ta' Direttiva 1999/5/KE.
A Samsung Electronics kijelenti, hogy ez a digitális fényképez őgép megfelel az 1999/5/EK irányelv alapvetõ követelményeinek és egyéb vonatkozó elõírásainak.
Niniejszym firma Samsung Electronics o świadcza, że ten aparat cyfrowy jest zgodny z zasadniczymi wymogami oraz pozostałymi stosownymi postanowieniami Dyrektywy 1999/5/WE.
Samsung Electronics declara que esta câmera digital está conforme os requisitos essenciais e outras disposições da Directiva
1999/5/CE.
Samsung Electronics izjavlja, da je ta digitalni fotoaparat v skladu z bistvenimi zahtevami in ostalimi relevantnimi dolo čili direktive
1999/5/ES.
Samsung Electronics týmto vyhlasuje, že tento digitálny fotoaparát sp ĺňa základné požiadavky a všetky príslušné ustanovenia
Smernice 1999/5/ES.
Samsung Electronics vakuuttaa täten että tämä digitaalikamera on direktiivin 1999/5/EY oleellisten vaatimusten ja sitä koskevien direktiivin muiden ehtojen mukainen.
Härmed intygar Samsung Electronicsatt dessa digitalkameror står i överensstämmelse med de väsentliga egenskapskrav och övriga relevanta bestämmelser som framgår av direktiv 1999/5/EG.
С настоящото Samsung Electronics декларира, че този цифров фотоапарат е в съответствие със съществените изисквания и другите приложими разпоредби на Директива 1999/5/ЕК.
Prin prezenta, Samsung Electronics, declar ă că această cameră foto digitală este în conformitate cu cerinţele esenţiale şi alte prevederi relevante ale Directivei 1999/5/CE.
Samsung Electronicserklærer herved at dette digitalkameraet er i samsvar med de grunnleggende krav og øvrige relevante krav i direktiv 1999/5/EF.
Bu belge ile, Samsung Electronics bu dijital kameranın 1999/5/EC Yönetmeliginin temel gerekliliklerine ve ilgili hükümlerine uygun oldu ğunu beyan eder.
Hér með lýsir Samsung Electronics því yfir að þessi stafræna myndavél sé í samræmi við grunnkröfur og önnur ákvæði tilskipunar
1999/5/EB.
Aanvullende informatie
157
Index
A
Aanraakkalibratie 21, 132
Aanraakscherm 17
Aansluiten op een computer
Afdruk 132
AF-geluid 129
AF-hulplampje
Afspeelknop 17
Afspeelmodus 81
AllShare 118
Automatische back-up 123
Automatische contrastverbetering (ACB)
A/V-poort 16
B
Batterij
Beautyshot-modus 39
Beeldaanpassing
contrast
helderheid
kleurverzadiging
Beeldkwaliteit 54
Beginafbeelding 93, 129
Bestanden beveiligen 87
Bestanden overbrengen
Bestanden weergeven
Bestanden wissen 87
Bewegingsdetectie 82
C
Cameraonderhoud 135
Cameraspecificaties 146
Close-upopname
Contrast
D
Datum/tijd aanpassen 131
De camera losmaken 103
Diafragmawaarde 39
Diavoorstelling 89
Digitale afdrukbestelling
(Digital Print Order Format) 97
Digitale zoom 30
Digital Image Stabilization
(DIS) 32
Displayinstelling 25
Draadloos netwerk 108
Draaien 94
Aanvullende informatie
158
Index
E
Externe zoeker 116
F
Filmfiltermodus 47
Flitser
invullen 58 langz sync 58 rode ogen 58
Formatteren 132
Fotofiltermodus 45
Fotograferen met één
aanraking 62
Foto's afdrukken 105
Foto's bewerken 93
Foutmeldingen 134
G
Gebruikersknoppen 40
Geheugenkaart
Geluidsinstellingen 25
Gezichten retoucheren
Gezichtsdetectie 63
I
Instellingen 128
Intelligent zoomen 31
Intelli-studio 101
ISO-waarde 59
H
Half indrukken,
ontspanknop 33
Helderheid
Helderheid scherm 130
Het aanraakscherm gebruiken
aanraken 23 bladeren 23 vegen 23
K
Kleurverzadiging
Knipperen 65
L
Lichtmeting
centrumgewogen 70 multi 70 spot 70
Aanvullende informatie
159
M
Macro 60
Magisch
kader-opnamemodus 45
Mijn ster
Miniaturen 84
N
Nachtopnamemodus 39
O
Objectbenadrukkingsmodus 44
Ontspanknop 16
opladen 19
opnamereeks met verschillende
belichtingen (AEB) 72
Optionele accessoires 15
Index
P
Paleteffectmodus 49
PictBridge 105
Pictogrammen
Portretten maken
smile shot 64 zelfportretten 64
Power-knop 17
Programmamodus 40
R
Reinigen
aanraakscherm 135 camerabody 135 lens 135
Reset 132
Resolutie
Richtlijnen 129
Rode ogen
S
Scènemodus 38
Scherpstelgebied
Scherpstellingsgeluid 129
Scherpte 76
Serieopnamen
opnamereeks met
Servicecenter 143
Simpleshot-modus 37
Slim bijsnijden 94
Slimme gez.herkenning 65
Smart Album 84
Smart Auto-modus 36
Smart filmmodus 42
Smart Filter
Smile shot 64
Snel tonen 130
Spaarstand 130
Spraakmemo
Startknop 17
Startscherm 26
Statiefbevestigingspunt 16
Statuslampje 17
T
Taalinstellingen 131
Tijdinstellingen 20, 131
Tijdzone-instellingen 20, 131
Timer
U
Uitleg over de
pictogrammen 22
Uitpakken 15
USB-poort 16
Aanvullende informatie
160
Index
V
Vergroten 88
Video
Video's bewerken
Vignettenmodus 48
W
Website
Foto's of video's
Witbalans 70
Z
zelfportret 64
Zoom
Zoomen
Aanvullende informatie
161
Raadpleeg voor klantenservice of bij vragen de garantie-informatie die met het product is meegeleverd of bezoek onze website http://www.samsung.com/.
advertisement
* Your assessment is very important for improving the workof artificial intelligence, which forms the content of this project
Key Features
- Compact camera 14.4 MP CCD Touchscreen Black
- Image sensor size: 1/2.33"
- Image stabilizer
- Optical zoom: 5x Digital zoom: 5x
- TTL Face tracking
- ± 2EV (1/3EV step)
- Video recording 1280 x 720 pixels HD
- Built-in microphone Voice recording PictBridge Wi-Fi
- Lithium-Ion (Li-Ion) 3.7 V
Related manuals
advertisement
Table of contents
- 2 Informatie over gezondheid en veiligheid
- 9 Algemene problemen oplossen
- 10 Beknopt overzicht
- 11 Inhoud
- 15 Basisfuncties
- 16 Uitpakken
- 17 Onderdelen en knoppen van de camera
- 19 De batterij en geheugenkaart plaatsen
- 20 De batterij opladen en de camera inschakelen
- 20 De batterij opladen
- 20 De camera inschakelen
- 21 De eerste instelling uitvoeren
- 23 Uitleg over de pictogrammen
- 24 Het aanraakscherm gebruiken
- 26 Het aanraakscherm en geluid instellen
- 26 Het weergavetype voor het aanraakscherm instellen
- 26 Het geluid instellen
- 27 Het startscherm gebruiken
- 27 Het startscherm openen
- 27 Pictogrammen op het startscherm
- 29 Pictogrammen opnieuw indelen
- 30 Foto's maken
- 31 Zoomen
- 33 Bewegingsonscherpte voorkomen (DIS)
- 34 Tips om betere foto's te maken
- 36 Uitgebreide functies
- 37 Opnamemodi gebruiken
- 37 De Smart Auto-modus gebruiken
- 38 De Simpleshot-modus gebruiken
- 39 De Scènemodus gebruiken
- 39 De Close-upmodus gebruiken
- 40 De Nachtopnamemodus gebruiken
- 40 De Beautyshot-modus gebruiken
- 41 De Programmamodus gebruiken
- 42 De Filmmodus gebruiken
- 43 De Smart filmmodus gebruiken
- 45 Effectmodi gebruiken
- 45 De Objectbenadrukkingsmodus
- 46 De Magisch kader-opnamemodus gebruiken
- 46 De Fotofiltermodus
- 48 De Filmfiltermodus gebruiken
- 49 De Vignettenmodus gebruiken
- 50 De Paleteffectmodus gebruiken
- 51 Spraakmemo's opnemen
- 51 Een spraakmemo opnemen
- 52 Een spraakmemo aan een foto toevoegen
- 53 Opname-instellingen
- 54 Resolutie en beeldkwaliteit selecteren
- 54 De resolutie selecteren
- 55 De beeldkwaliteit selecteren
- 57 De timer gebruiken
- 58 Opnamen in het donker maken
- 58 Rode ogen voorkomen
- 58 De flitser gebruiken
- 60 De ISO-waarde aanpassen
- 61 De scherpstelling aanpassen
- 61 Macro gebruiken
- 62 Smart Touch AF gebruiken
- 63 Fotograferen met één aanraking
- 63 Het scherpstelgebied aanpassen
- 64 Gezichtsdetectie gebruiken
- 64 Gezichten detecteren
- 65 Een zelfportret maken
- 65 Een foto van een lachend gezicht maken
- 66 Knipperende ogen detecteren
- 66 Slimme gezichtsherkenning gebruiken
- 67 Gezichten als favoriet registreren (Mijn ster)
- 69 Helderheid en kleur aanpassen
- 69 De belichting handmatig aanpassen (EV)
- 70 Compenseren voor tegenlicht (ACB)
- 70 De lichtmeetmethode wijzigen
- 71 Een lichtbron selecteren (Witbalans)
- 73 Serieopnamen
- 74 Effecten toepassen/beelden aanpassen
- 74 Intelligente filtereffecten toepassen
- 77 Foto's aanpassen
- 78 Het zoomgeluid instellen
- 79 Beschikbare opname-instellingen per opnamemodus
- 81 Weergeven en bewerken
- 82 Foto's of video's weergegeven in de afspeelmodus
- 82 De afspeelmodus starten
- 89 Foto's weergeven
- 91 Een video afspelen
- 93 Een spraakmemo afspelen
- 94 Foto's bewerken
- 94 Het formaat van foto's aanpassen
- 95 Een foto draaien
- 95 Slim bijsnijden gebruiken
- 96 Intelligente filtereffecten toepassen
- 96 Foto's aanpassen
- 98 Een afdrukbestelling maken (DPOF)
- 99 Bestanden op een tv weergeven
- 100 Bestanden naar een Windows-computer overbrengen
- 101 Bestanden overbrengen met Intelli-studio
- 103 Bestanden overbrengen door de camera als een verwisselbare schijf aan te sluiten
- 104 De camera loskoppelen (Windows XP)
- 105 Bestanden naar een Mac-computer overbrengen
- 106 Foto's met een PictBridge-fotoprinter afdrukken
- 108 Draadloos netwerk
- 109 Verbinding maken met een WLAN en netwerkinstellingen configureren
- 109 Verbinding maken met een WLAN
- 110 Netwerkopties instellen
- 110 Het IP-adres handmatig instellen
- 111 Tips voor netwerkverbindingen
- 112 Foto's via e-mail verzenden
- 112 E-mailinstellingen wijzigen
- 114 Foto's via e-mail verzenden
- 115 Tekst invoeren
- 116 Websites voor het delen van foto's of video's gebruiken
- 116 Een website openen
- 116 Foto's of video's uploaden
- 117 Een smartphone gebruiken als externe ontspanknop
- 119 Foto's of video's weergeven op een AllShare-televisie
- 119 Foto's of video's weergeven op een televisie I
- 121 Foto's of video's weergeven op een televisie II
- 122 Foto's of video's verzenden of ontvangen met een andere camera
- 122 Foto's of video's verzenden naar een andere camera
- 122 Foto's of video's ontvangen van een andere camera
- 124 Automatische back-up gebruiken om foto's of video's te verzenden
- 124 Het programma voor Automatische back-up installeren op uw pc
- 124 Foto's of video's verzenden naar een pc
- 125 Foto's of video's verzenden naar een Blu-ray Disc-speler
- 126 Over de WOL-functie (Wake on LAN)
- 128 Instellingen
- 129 Instellingenmenu
- 129 Het instellingenmenu openen
- 130 Geluid
- 130 Display
- 131 Connectiviteit
- 132 Algemeen
- 134 Aanvullende informatie
- 135 Foutmeldingen
- 136 Cameraonderhoud
- 136 De camera reinigen
- 137 De camera gebruiken of opbergen
- 138 Geheugenkaarten
- 140 De batterij
- 144 Voordat u contact opneemt met een servicecenter
- 147 Cameraspecificaties
- 151 Woordenlijst
- 157 Verklaring in officiële talen
- 159 Index