Aeg-Electrolux B5741-5-M Handleiding


Add to my manuals
40 Pages

advertisement

Aeg-Electrolux B5741-5-M Handleiding | Manualzz
B5741-5
Gebruiksaanwijzing
Elektrische inbouwoven
2
Inhoud
Wij danken u voor uw keuze voor een van onze producten van hoogwaardige kwaliteit.
Lees deze gebruiksaanwijzing alstublieft zorgvuldig door, zo kunt u zeker zijn van optimale en professionele prestaties van uw apparaat. De handleiding zal u in staat stellen
om alle processen perfect en op de meest efficiënte wijze te laten verlopen. Wij adviseren u deze handleiding op een veilige plaats te bewaren, dan kunt u hem te allen tijde
raadplegen. Geef deze handleiding ook aan een eventuele toekomstige eigenaar van het
apparaat.
Wij wensen u veel plezier met uw nieuwe apparaat.
Inhoud
Gebruiksaanwijzing
3
Veiligheidsvoorschriften
3
Beschrijving van het apparaat
Totaalaanzicht
Bedieningspaneel
Uitrusting oven
Accessoires oven
Voor het in gebruik nemen
Dagtijd instellen en wijzigen
Eerste reiniging
Bedienen van de oven
Oven in- en uitschakelen
Snelopwarmen
Ovenfuncties
Rooster, baakplaat en vetopvangbak
plaatsen
Vetfilter plaatsen/verwijderen
Klokfuncties
Overige functies
4
4
5
5
6
7
7
7
8
8
10
11
1
3
2
11
12
13
18
Toepassingen, tabellen en tips
Bakken
Braden
Vlak-grilleren
Ontdooien
Drogen met hetelucht
Wecken
Reiniging en onderhoud
Buitenkant apparaat
Ovenruimte
Accessoires
Vetfilter
Pyrolytische reiniging
Inschuifroosters
Ovenverlichting
Bakovendeur
Het glas van deur van de bakoven
Wat is er aan de hand als …
19
19
24
26
27
27
28
29
29
29
29
29
30
31
32
32
34
37
Afvalverwerking
38
Service
39
In deze gebruiksaanwijzing worden de volgende symbolen gebruikt:
Belangrijke informatie over uw persoonlijke veiligheid en informatie over het voorkomen
van schade aan het apparaat.
Algemene informatie en tips
Milieu-informatie
Gebruiksaanwijzing
3
Gebruiksaanwijzing
1 Veiligheidsvoorschriften
Elektrische veiligheid
• Het apparaat mag uitsluitend door een erkend installateur worden aangesloten.
• In geval van storingen of beschadiging van het apparaat: zekeringen in de huisinstallatie uitschakelen.
• Reparaties aan het apparaat mogen uitsluitend door vakmensen worden uitgevoerd. Door onvakkundig uitgevoerde reparaties kunnen grote gevaren ontstaan.
Wend u bij reparaties altijd tot onze service-afdeling of uw vakhandel.
Veiligheid voor kinderen
• Kleine kinderen nooit alleen laten terwijl het apparaat in gebruik is.
Veiligheid tijdens het gebruik
• Personen (waaronder begrepen kinderen) die op grond van hun fysieke, sensorische of
verstandelijke vermogens, dan wel op grond van onervarenheid of onkunde niet in
staat zijn het apparaat veilig te gebruiken, dienen dit apparaat niet zonder het toezicht of zonder de instructies van een verantwoordelijke persoon te gebruiken.
• Dit apparaat mag alleen in het huishouden voor koken, braden, bakken van levensmiddelen worden gebruikt.
• Wees voorzichtig bij het aansluiten van elektrische apparaten op stopcontacten in de
buurt van het apparaat. Snoeren mogen niet in aanraking komen of onder de hete
ovendeur ingeklemd raken.
• Waarschuwing: Verbrandingsgevaar! Bij gebruik wordt de ovenruimte heet.
• Als u alcoholische ingrediënten in de oven gebruikt, kan evt. een licht ontvlambaar alcohol-luchtmengsel ontstaan. Open de deur in dat geval voorzichtig. Kom niet met
vuur of vonken in de buurt van de oven.
3
Aanwijzing met betrekking tot acrylamide
Volgens de laatste wetenschappelijke inzichten kan een intensieve bruining van levensmiddelen, met name bij zetmeelhoudende producten, een gevaar voor de gezondheid
door acrylamide veroorzaken. Om die reden adviseren wij levensmiddelen zoveel mogelijk bij lage temperaturen te bereiden en de gerechten niet te veel te bruinen.
Op deze manier voorkomt u beschadiging van het apparaat
• Bekleed de oven niet met aluminiumfolie en plaats geen bakplaten, pannen, enzovoort op de bodem omdat daarmee het email van de oven door de ontstane hitteconcentratie wordt beschadigd.
• Fruitsappen die van de bakplaat druppelen, veroorzaken vlekken die niet kunnen worden verwijderd. Gebruik een diepe bakplaat voor gebak dat erg vochtig is.
• Plaats geen gewicht op de geopende ovendeur.
• Giet water nooit rechtstreeks in de hete oven. Hierdoor kan het email worden beschadigd en kunnen verkleuringen ontstaan.
4
Beschrijving van het apparaat
• Als gevolg van heftige stoten, vooral op de randen van de buitenste glasplaat, kan het
glas breken.
• Bewaar geen brandbaar materiaal in de oven. Bij het inschakelen van de oven kan dit
ontbranden.
• Bewaar geen vochtige levensmiddelen in de oven. Het email kan hierdoor beschadigd
raken.
• Bewaar na het uitschakelen van de koelventilator geen open gerechten in de oven. In
de ovenruimte of op de deurruiten kan vocht neerslaan dat ook op uw meubelen terecht kan komen.
3
Informatie emaillaag
Kleurveranderingen van de emaillaag van de oven als gevolg van het gebruik zijn niet
van invloed op de deugdelijkheid van het apparaat voor regulier of contractueel gebruik.
Dit zijn derhalve geen gebreken in de zin van het recht op garantie.
Beschrijving van het apparaat
Totaalaanzicht
Bedieningspaneel
Deurgreep
Glazen deur
Beschrijving van het apparaat
5
Bedieningspaneel
Bedrijfscontrolelampje
Bedrijfscontrolelampje
Temperatuur-/tijdindicatie
Ovenfuncties
Temperatuur-/tijdkeuze
Functietoetsen
Uitrusting oven
Bovenwarmte en grillelement
Ovenverlichting
Inzetniveaus
Vetfilter
Verwarmingselement in de
achterwand
Ventilator
Onderwarmte
Uitneembaar inschuifrooster
6
Beschrijving van het apparaat
Binnenkant deur
Aan de binnenkant van de ovendeur is de nummering van de inzetniveaus van de ovenweergegeven.
Bovendien treft u beknopte informatie aan over
de ovenfuncties, aanbevolen inzetniveaus en
temperaturen voor de bereiding van de meest
gebruikelijke gerechten.
Accessoires oven
Rooster
Voor servies, bak- en braadvormen, braden en
grillen.
Bakplaat
Voor gebak en koekjes.
Vetopvangbak
De vetopvangbak dient bij het baken en braden
resp. als opvangbak voor het vet.
Voor het in gebruik nemen
7
Voor het in gebruik nemen
Dagtijd instellen en wijzigen
3
De oven functioneert alleen als u de dagtijd hebt ingesteld.
Na het aansluiten van de elektriciteit of na een
stroomstoring knippert het functielampje Dagtijd automatisch.
1. Voor het wijzigen van een reeds ingestelde tijd,
de toets Selectie zo vaak indrukken tot het
functielampje Dagtijd knippert.
2. Met de schakelaar
stellen.
/
de actuele dagtijd in-
Na ca. 5 seconden dooft het knipperen en geeft
de klok de ingestelde dagtijd aan
3
Het apparaat is klaar voor gebruik.
De dagtijd kan alleen worden gewijzigd als de
kinderbeveiliging is uitgeschakeld en geen van
de klokfuncties Kookwekker, Duur of Einde en
geen oven-functies zijn ingesteld.
Eerste reiniging
1
3
Alvorens de oven in gebruik te nemen, moet u hem reinigen.
Let op: Gebruik geen scherpe schuurmiddelen! U zou de oppervlakken kunnen beschadigen.
Gebruik bij ovens met een metalen voorzijde de hiervoor in de handel verkrijgbare onderhoudsmiddelen.
8
Bedienen van de oven
1. Open de ovendeur.
De verlichting in de oven is nu ingeschakeld.
2. Neem alle accessoires en geleiderails uit de oven en reinig deze met een warm sopje.
3. Maak de oven ook schoon met een warm sopje en droog hem daarna.
4. Veeg de voorzijde van de oven af met een vochtige doek.
Bedienen van de oven
3
De oven is van verzinkbare schakelaars voor oven-functies en temperatuurkeuze uitgerust. Druk voor het gebruik ervan op de betreffende schakelaar. De schakelaar komt
dan naar buiten.
Oven in- en uitschakelen
Temperatuur-/
tijdindicatie
Bedrijfscontrolelampje
Bedrijfscontrolelampje
Snelverwarmen
Verwarmings-indicatie
Toets Snelverwarmen Toets Selectie
Ovenfuncties
Indicatiewisseling
De oven inschakelen
De schakelaar Ovenfuncties op de gewenste
functie draaien. Het bedrijfscontrolelampje licht
op. De temperatuurindicatie toont de voorgestelde temperatuur voor de gekozen ovenfunctie.
De oven begint te verwarmen.
Zodra de ingestelde temperatuur is bereikt,
klinkt er een signaal.
Temperatuur-/tijdkeuze
Bedienen van de oven
9
Oventemperatuur wijzigen
Met de schakelaar / de temperatuur naar
boven of naar beneden wijzigen.
De instelling vindt plaats op stappen van 5 °C.
Temperatuur controleren
De toetsen Snelopwarmen en Selectie gelijktijdig indrukken.
De oventemperatuur van dat moment verschijnt in de temperatuurindicatie.
De oven uitschakelen
Voor het uitschakelen van de oven de schakelaar Ovenfuncties in de stand Uit draaien.
3
3
Koelventilator
Zodra de oven in gebruik wordt genomen wordt
de ventilator automatisch ingeschakeld om de oppervlakken van het apparaat koel te
houden. Nadat de oven is uitgeschakeld blijft de ventilator nog verder lopen om het apparaat af te koelen en wordt dan automatisch uitgeschakeld.
Verwarmings-indicatie
Indicatie opwarmen
Na het inschakelen van de ovenfunctie geven
de langzaam na elkaar oplichtende balken aan,
hoever de oven reeds opgewarmd is.
10
Bedienen van de oven
Indicatie snelverwarmen
Na het inschakelen van de functie
snelverwarmen
geven de na elkaar knipperende balken aan dat de functie snelverwarmen in werking is. Bovendien brandt de balk
naast het symbool
.
Indicatie restwarmte
Na het uitschakelen van de oven geven de nog
oplichtende balken de resterende restwarmte in
de oven aan.
Snelopwarmen
1
3
Na het kiezen van een ovenfunctie kan met behulp van de extrafunctie
Snelopwarmen
de lege oven in relatief korte tijd worden voorverwarmd.
Let op: Gerecht pas in de oven plaatsen, als Snelopwarmen beëindigd is en de oven in
de gewenste functie werkt.
1. Gewenste ovenfunctie instellen (bijv. Conventioneel ). Eventueel temperatuurvoorstel
wijzigen.
2. Toets Snelopwarmen indrukken. De balk naast het symbool
brandt.
De na elkaar knipperende balken geven aan dat Snelopwarmen in werking is.
Bij het bereiken van de ingestelde temperatuur lichten de balken van de verwarmingsindicatie op en de balk naast het symbool
gaat uit. Er klinkt een signaal.
De oven verwarmt nu in de eerder ingestelde ovenfunctie en temperatuur verder. U kunt
het gerecht nu in de oven plaatsen.
De functie Snelopwarmen kan bij de ovenfuncties Hete luchtmet ring , Pizza
hetelucht , Conventioneel en Infratherm tevens ingeschakeld worden.
Bedienen van de oven
11
Ovenfuncties
Voor de oven zijn de volgende functies beschikbaar:
Ovenfunctie
Toepassing
Hete luchtmet ring
Voor het bakken op maximaal drie niveaus tegelijk.
Stel de temperatuur van de oven 20 tot 40 °C lager in dan bij
boven-/onderwarmte.
Pizza hetelucht
Voor het bakken op een niveau voor gerechten die een intensievere bruining en knapperigheid van de bodem vragen.
Stel de temperatuur van de oven 20 tot 40 °C lager in dan bij
boven-/onderwarmte.
Conventioneel
Voor het bakken en braden op één niveau.
Infratherm
Voor het braden van grotere stukken vlees of gevogelte op één
niveau.
Deze functie is ook geschikt voor gratineren.
Grill groot
Voor het grilleren van vlakke levensmiddelen in grotere hoeveelheden en om te roosteren.
Grill klein
Voor het grilleren van vlakke levensmiddelen, die in het midden van het rooster worden geplaatst en om te roosteren.
Ontdooien
Voor het gedeeltelijk of geheel ontdooien van bijvoorbeeld
gebak, boter, brood, fruit of andere bevroren levensmiddelen.
Onderwarmte
Voor het afbakken van gebak met een brosse bodem.
Pyrolyse
Voor pyrolytische zelfreiniging van de oven. Hierbij wordt achtergebleven vuil in de oven verbrand. Na het afkoelen kunnen
de resten vervolgens uit de oven worden geveegd. De oven
wordt verhit tot circa 500 °C.
Rooster, baakplaat en vetopvangbak plaatsen
3
Uittrek- en kantelbeveiliging
Ter beveiliging tegen het uittrekken, hebben alle inschuifdelen aan de linker kant een
kleine bolling naar onderen.
Schuif de inschuifdelen er zo in dat de bolling in het bakgedeelte zich achterin bevindt.
Deze bolling is ook belangrijk voor de kantelbeveiliging van de inschuifdelen.
Baakplaat resp. vetopvangbak plaatsen:
Schuif de bakplaat resp. de vetopvangbak tussen de geleidestangen van het gekozen niveau.
12
3
Bedienen van de oven
Rooster plaatsen:
Plaats het rooster zodanig, dat de beide voetjes
naar onder wijzen.
Schuif het rooster tussen de geleidestangen
van het gekozen niveau.
Door de verhoogde lijst die om het rooster
loopt, is het vaatwerk bovendien beschermd tegen afglijden.
Rooster en vetopvangbak plaatsen:
Plaats het rooster op de vetopvangbak.
Schuif de vetopvangbak tussen de geleidestangen van het gekozen niveau.
Vetfilter plaatsen/verwijderen
Het vetfilter alleen gebruiken bij het braden, om het verwarmingselement in de achterwand te beschermen tegen vetspatten.
Vetfilter plaatsen
Vetfilter bij de greep vastpakken en de
beide steuntjes van boven naar beneden
in de opening tegen de achterwand van
de oven (ventilatoropening) plaatsen.
Vetfilter verwijderen
Het vetfilter bij de greep vastpakken en
naar boven uit de oven nemen.
Bedienen van de oven
13
Klokfuncties
Temperatuur-/tijdindicatie
Functielampjes voor klok
Toets Selectie
Indicatiewisseling
Duur
Om in te stellen hoe lang de oven ingeschakeld moet zijn.
Einde
Om in te stellen wanneer de oven weer moet worden uitgeschakeld.
Kookwekker
Om een korte tijd in te stellen. Na afloop klinkt een signaal.
Deze functie heeft geen invloed op de werking van de oven.
Dagtijd
Met deze functie kunt u de dagtijd instellen, veranderen of opvragen
(zie ook het hoofdstuk „Voor het in gebruik nemen“).
3
Aanwijzingen met betrekking tot de klokfuncties
• Na het kiezen van een klokfunctie knippert het betreffende functielampje gedurende
ca. 5 seconden. Gedurende deze tijd kan met de schakelaar / de gewenste tijd
ingesteld of gewijzigd worden.
• Na het instellen van de gewenste tijd knippert het functielampje opnieuw
ca. 5 seconden. Daarna brandt het functielampje. De ingestelde tijd begint op de achtergrond af te tellen.
• Na afloop van de klokfunctie Duur en Einde moet de schakelaar ovenfuncties op
”0“ worden gezet.
• Met de toets Indicatie
kan tussen oventemperatuur en dagtijd worden gewisseld.
14
3
Bedienen van de oven
Opvragen van de ingestelde of resterende tijd
De toets Selectie zo vaak indrukken tot de betreffende klokfunctie knippert of de resterende tijd wordt aangegeven.
Kookwekker
1. De toets Selectie zo vaak indrukken tot het
functielampje Kookwekker knippert.
2. Met de schakelaar / de gewenste tijd instellen (max. 99.00minuten).
Het functielampje Kookwekker brandt.
Als 90% van de ingestelde tijd verlopen is, klinkt
een signaal.
Als de ingestelde tijd verlopen is, knippert
”0.00“ en het functielampje. Er klinkt een signaal.
Het knipperen en het signaal uitschakelen:
Willekeurige toets indrukken
Bedienen van de oven
Duur
1. Ovenfunctie en temperatuur kiezen.
2. De toets Selectie zo vaak indrukken tot het
functielampje Duur knippert.
3. Met de schakelaar
dingstijd instellen.
/
de gewenste berei-
Het functielampje Duur brandt en de oven is
direct aan.
Als de ingestelde tijd verlopen is, knippert
”0.00“ en het functielampje. Er klinkt gedurende
2 minuten een signaal. De oven schakelt automatisch uit.
Het knipperen en het signaal uitschakelen:
De schakelaar ovenfuncties op ”0“ zetten.
15
16
Bedienen van de oven
Einde
1. Ovenfunctie en temperatuur kiezen.
2. Toets Selectie zo vaak indrukken, tot het functielampje Einde knippert.
3. Met de schakelaar
keltijd instellen.
/
de gewenste uitscha-
Het functielampje Einde brandt en de oven is
direct aan.
Als de ingestelde tijd verlopen is, knippert
”0.00“ en het functielampje. Er klinkt gedurende
2 minuten een signaal. De oven schakelt automatisch uit.
Het knipperen en het signaal uitschakelen:
De schakelaar ovenfuncties op ”0“ zetten.
Bedienen van de oven
3
17
Duur en Einde in combinatie
Duur en Einde kunnen gelijktijdig worden gebruikt als de oven op een later tijdstip automatisch in- en uitgeschakeld moet worden.
1. Ovenfunctie en temperatuur kiezen.
2. Met de functie Duur de bereidingstijd instellen
die het gerecht nodig heeft.
In dit geval 1 uur.
3. Met de functie Einde het tijdstip instellen,
waarop het gerecht klaar moet zijn.
In dit geval om 14:05 uur.
De functielampjes Duur en Einde branden en in
de display wordt de temperatuur aangegeven.
In dit geval 200°C.
De oven wordt op het berekende tijdstip automatisch ingeschakeld.
In dit geval om 13:05 uur.
En na afloop van de ingevoerde duur wordt de
oven weer uitgeschakeld.
In dit geval om 14:05 uur.
18
Bedienen van de oven
Overige functies
Indicatie-uitschakeling
2
3
U kunt energie besparen door de tijdindicatie uit te schakelen.
Tijdindicatie uitschakelen
1. Schakelaar / naar rechts draaien en vasthouden.
2. Bovendien toets Selectie indrukken tot de indicatie donker wordt
De indicatie wordt automatisch ingeschakeld
wanneer het apparaat weer in gebruik wordt
genomen.
Wanneer u het apparaat weer uitschakelt, gaat
de dagtijdindicatie weer uit.
De tijdindicatie weer inschakelen om de dagtijd
weer voortdurend te laten aangeven.
Tijdindicatie inschakelen
1. Schakelaar / naar rechts draaien en vasthouden.
2. Bovendien toets Selectie indrukken tot de indicatie weer verschijnt.
Kinderbeveiliging van de oven
3
De oven heeft een kinderbeveiliging. Zodra de kinderbeveiliging is ingeschakeld, kan de
oven niet worden gebruikt.
Om de kinderbeveiliging in te kunnen schakelen mag er geen ovenfunctie geselecteerd
zijn.
Kinderbeveiliging inschakelen
1. Schakelaar / naar links draaien en vasthouden.
2. Tevens de toets Selectie indrukken tot in de
indicatie ”SAFE“ verschijnt.
De kinderbeveiliging is nu ingeschakeld.
Kinderbeveiliging uitschakelen
1. Schakelaar / naar links draaien en vasthouden.
2. Tevens de toets Selectie indrukken tot in de indicatie ”SAFE“ dooft.
De kinderbeveiliging is nu uitgeschakeld en de oven weer klaar voor gebruik.
Toepassingen, tabellen en tips
3
19
Automatische uitschakeling van de oven
Als de oven na een bepaalde tijd niet wordt uitgeschakeld of wanneer de temperatuur
niet wordt veranderd, dan wordt de oven automatisch uitgeschakeld.
In de temperatuurindicatie knippert de laatst ingestelde temperatuur.
De oven schakelt automatisch uit bij een oventemperatuur van.
30 - 120°C
120 - 200°C
200 - 250°C
250 - max°C
3
na
na
na
na
12,5 uur
8,5 uur
5,5 uur
3,0 uur
Ingebruikname na automatische uitschakeling
Schakel de oven helemaal uit.
Daarna kunt u de oven weer in gebruik nemen.
De automatische uitschakeling wordt opgeheven als de klokfunctie Duur of Einde ingesteld is.
Toepassingen, tabellen en tips
Bakken
Ovenfunctie: Hete luchtmet ring
of Conventioneel
Bakvormen
• Voor Conventioneel zijn vormen van donker metaal en gecoate vormen geschikt.
• Voor Hete luchtmet ring zijn ook vormen van licht metaal geschikt.
Inbrengsleuven
• Bakken met Conventioneel is altijd slechts op één niveau mogelijk.
• Met Hete luchtmet ring kunt u op maximaal 3 bakplaten tegelijk bakken:
1 bakplaat:
bijvoorbeeld inzetniveau 3
1 bakvorm:
bijvoorbeeld inzetniveau 1
20
Toepassingen, tabellen en tips
2 bakplaten:
bijvoorbeeld inzetniveau 1 en 3
3 bakplaten:
inzetniveau 1, 3 en 5
3
2
Algemene aanwijzingen
• Bakblik met de schuine kant naar voren plaatsen!
• U kunt met Conventioneel of Hete luchtmet ring ook twee vormen tegelijk
naast elkaar op het rooster bakken. Het bakproces duurt nauwelijks langer.
Bij diepgevroren gerechten kunnen de geplaatste bakplaten tijdens het gaarproces kromtrekken. Dit wordt veroorzaakt door het grote temperatuurverschil tussen het diepgevroren gerecht en de oventemperatuur. Als de bakplaten zijn afgekoeld trekken ze
weer recht.
Aanwijzingen bij de baktabellen
In de tabellen vindt u een keuze aan gerechten met de bijbehorende temperatuurvoorschriften, tijden en inzetniveaus.
• De temperaturen en baktijden zijn richtwaarden. De waarden zijn namelijk afhankelijk
van de samenstelling van het deeg, de hoeveelheid en de bakvorm.
• Wij adviseren om de eerste keer de laagste temperatuurwaarde in te stellen en pas indien gewenst, bijv. als een sterkere bruining is gewenst of als de baktijd te lang duurt,
een hogere temperatuur te kiezen.
• Als u geen concrete aanwijzingen kunt vinden voor uw eigen recept, kijkt u dan bij een
soortgelijk gebak.
• Bij het op meerdere niveaus bakken van gebak op bakplaten of in vormen kan de baktijd 10-15 minuten langer zijn.
• Bereid vochtig gebak, zoals bijvoorbeeld pizza's en vruchtengebak, op één niveau.
• Als het gebak niet overal even hoog is, wordt het gebak in het begin van het bakproces
niet overal even bruin. Verander in dit geval de temperatuurinstelling niet. In de
loop van het bakproces wordt het gebak overal even bruin.
• Uw nieuwe oven kan een ander bak-/braadgedrag vertonen als uw oude apparaat. Pas
daarom de instellingen (temperatuur, baktijden) en inzetniveaus zoals u die gewend
bent aan de aanbevelingen in de onderstaande tabel aan.
Bij langere baktijden kunt u de oven ca. 10 minuten voor het einde van de baktijd uitschakelen, om de nawarmte te gebruiken.
Tenzij anders aangegeven, gelden de waarden in de tabellen voor het plaatsen van een
gerecht in de koude oven.
Toepassingen, tabellen en tips
21
Baktabel
Bakken op één inzetniveau
Soort
gebak
Ovenfunctie
Inzetniveau
Temperatuur
°C
Tijd
uur: min.
0:50-1:10
Gebak in vormen
Tulband
Hete luchtmet ring
1
150-160
Zandgebak/koningstaart
Hete luchtmet ring
1
140-160
1:10-1:30
Biscuittaart
Hete luchtmet ring
1
140
0:25-0:40
Biscuittaart
Conventioneel
1
160
0:25-0:40
Taartbodem van zandtaartdeeg
Hete luchtmet ring
3
170-1801)
0:10-0:25
Taartbodem van roerdeeg
Hete luchtmet ring
3
150-170
0:20-0:25
Dichte appeltaart
Conventioneel
1
170-190
0:50-1:00
Appeltaart (2vormen
Ø20cm, diagonaal geplaatst)
Hete luchtmet ring
1
160
1:10-1:30
Appeltaart (2vormen
Ø20cm, diagonaal geplaatst)
Conventioneel
1
180
1:10-1:30
Hete luchtmet ring
1
160-180
0:30-1:10
Conventioneel
1
170-190
1:00-1:30
Gistbroodje/-krans
Conventioneel
3
170-190
0:30-0:40
Kerststol
Conventioneel
3
160-1801)
0:40-1:00
Brood (roggebrood)
-eerst
-dan
Conventioneel
1
2301)
160-180
0:25
0:30-1:00
Roomsoezen/tompoezen
Conventioneel
3
160-1701)
0:15-0:30
1)
Hartige taart (bijv. quiche
lorraine)
Kwarktaart
Gebak op het bakblik
Biscuitrol
Conventioneel
3
180-200
0:10-0:20
Hete luchtmet ring
3
150-160
0:20-0:40
Conventioneel
3
190-2101)
0:15-0:30
Vruchtentaart
(op gistdeeg/roerdeeg)2)
Hete luchtmet ring
3
150
0:35-0:50
Vruchtentaart
(op gistdeeg/roerdeeg)2)
Conventioneel
3
170
0:35-0:50
Hete luchtmet ring
3
160-170
0:40-1:20
Conventioneel
3
160-1801)
0:40-1:20
Kruimelgebak droog
Boter-/suikerkoek
Vruchtentaart op zandtaartdeeg
Plaatkoek met kwetsbaar
beleg (bijv. kwark, room,
honing)
22
Toepassingen, tabellen en tips
Soort
gebak
Pizza (met veel beleg)2)
Ovenfunctie
Inzetniveau
Temperatuur
°C
Tijd
uur: min.
1
180-2001)
0:30-1:00
1)
Hete luchtmet ring
Pizza (dun)
Hete luchtmet ring
1
200-220
0:10-0:25
Turks brood
Hete luchtmet ring
1
200-220
0:08-0:15
Zwitsers fruitpuddinkje
Hete luchtmet ring
1
180-200
0:35-0:50
Koekjes van zandtaartdeeg
Hete luchtmet ring
3
150-160
0:06-0:20
Sprits
Hete luchtmet ring
3
140
0:20-0:30
Koekjes
Sprits
1)
Conventioneel
3
160
0:20-0:30
Koekjes van roerdeeg
Hete luchtmet ring
3
150-160
0:15-0:20
Schuimgebak, baiser
Hete luchtmet ring
3
80-100
2:00-2:30
Bitterkoekjes
Hete luchtmet ring
3
100-120
0:30-0:60
Koekjes van gistdeeg
Hete luchtmet ring
3
150-160
0:20-0:40
0:20-0:30
Koekjes van bladerdeeg
Hete luchtmet ring
3
170-1801)
Broodjes
Hete luchtmet ring
3
1601)
0:20-0:35
Conventioneel
3
1801)
0:20-0:35
Hete luchtmet ring
3
1401)
0:20-0:30
3
1701)
0:20-0:30
Broodjes
Kleine cakejes (20stuks/blik)
Kleine cakejes (20stuks/blik)
Conventioneel
1) Oven voorverwarmen
2) Opvangplaat of braadslede gebruiken
Bakken op meerdere niveaus
Hetelucht met Hete luchtmet
ring
ring
Soort gebak
Niveau van onderen
Tijd
uur: min.
2 niveaus
3 niveaus
Temperatuur ºC
Roomsoezen/tompoezen
1/4
---
160-1801))
0:35-0:60
Droog kruimelgebak
1/3
---
140-160
0:30-0:60
Koekjes van zandtaartdeeg
1/3
1/3/5
150-160
0:15-0:35
Sprits
1/3
1/3/5
140
0:20-0:60
Koekjes van roerdeeg
1/3
---
160-170
0:25-0:40
Schuimgebak, baiser
1/3
---
80-100
2:10-2:50
Bitterkoekjes
1/3
---
100-120
0:40-1:20
Met gist gebakken koekjes
1/3
---
160-170
0:30-0:60
Gebak op de bakplaat
Koekjes
Toepassingen, tabellen en tips
Hetelucht met Hete luchtmet
ring
ring
Soort gebak
Niveau van onderen
23
Tijd
uur: min.
2 niveaus
3 niveaus
Temperatuur ºC
Koekjes van bladerdeeg
1/3
---
170-1801)
0:30-0:50
Broodjes
1/4
---
160
0:30-0:45
Kleine cakejes (20stuks/blik)
1/4
---
1401)
0:25-0:40
1) Oven voorverwarmen
Baktips
Bakresultaat
Mogelijke oorzaak
Oplossing
De onderkant van het ge- Verkeerde inschuifhoogte
bak is te licht van kleur
Gebak lager inschuiven
Het gebak zakt in (wordt
klef, papperig, vochtig)
Te hoge baktemperatuur
Baktemperatuur iets lager instellen
Te korte baktijd
Baktijd verlengen
Baktijden kunnen niet worden
verkort door een hogere baktemperatuur
Te veel vocht in het deeg
Gebruik minder vloeistof
Let op de kneedtijden, in het bijzonder bij het gebruik van keukenmachines
Te lage baktemperatuur
Baktemperatuur hoger instellen
Te lange baktijd
Baktijd verkorten
Gebak is te droog
Gebak wordt ongelijkma- Te hoge baktemperatuur en te
tig bruin
korte baktijd
Gebak wordt niet gaar
binnen de aangegeven
baktijd
Baktemperatuur lager instellen
en baktijd verlengen
Het deeg is ongelijkmatig verdeeld
Het deeg gelijkmatig over de
bakplaat verdelen
Vetfilter is geplaatst
Vetfilter verwijderen
Te lage temperatuur
Baktemperatuur iets hoger instellen
Vetfilter is geplaatst
Vetfilter verwijderen
Tabel voor ovenschotels en gegratineerde gerechten
Gerecht
Ovenfunctie
Inzetniveau
Temperatuur
°C
Tijd
uur: min.
Pastaschotel
Conventioneel
1
180-200
0:45-1:00
Lasagne
Conventioneel
1
180-200
0:25-0:40
24
Toepassingen, tabellen en tips
Gerecht
Gegratineerde groente1)
Gegratineerd stokbrood
Inzetniveau
Temperatuur
°C
Tijd
uur: min.
Infratherm
1
160-170
0:15-0:30
Ovenfunctie
1)
Infratherm
1
160-170
0:15-0:30
Zoete ovenschotels
Conventioneel
1
180-200
0:40-0:60
Visschotels
Conventioneel
1
180-200
0:30-1:00
Infratherm
1
160-170
0:30-1:00
Gevulde groente
1) Oven voorverwarmen
Tabel diepgevroren kant-en-klare gerechten
Gerecht
Ovenfunctie
Inzetniveau
Temperatuur
°C
Tijd
volgens aanwijvolgens aanwijzingen van de fa- zingen van de fabrikant
brikant
Diepvriespizza
Conventioneel
3
Patates frites1)
(300-600 g)
Infratherm
3
Stokbrood
Conventioneel
3
volgens aanwijvolgens aanwijzingen van de fa- zingen van de fabrikant
brikant
Vruchtentaart
Conventioneel
3
volgens aanwijvolgens aanwijzingen van de fa- zingen van de fabrikant
brikant
200-220
volgens aanwijzingen van de fabrikant
1) Opmerking: patates frites tussendoor 2 tot 3 keer keren
Braden
Ovenfunctie: Conventioneel
of Infratherm
Plaats voor het braden het vetfilter!
Braadservies
• Om te braden is ieder hittebestendig servies geschikt (zie opgave fabrikant!).
• Grote braadstukken kunt u direct in de braadslede braden of op het rooster met
hieronder de braadslede.
• Wij adviseren alle magere vleessoorten in een braadpan met deksel te braden. Op
deze manier blijft het vlees sappiger.
• Alle soorten vlees die een korstje moeten krijgen, kunt u in een braadpan zonder
deksel braden.
3
Aanwijzingen met betrekking tot de braadtabel
De gegevens in de volgende tabel dienen slechts als richtlijn.
• Wij raden u aan vlees en vis pas vanaf 1 kg in de oven te braden.
Toepassingen, tabellen en tips
25
• Om het inbranden van vrijkomende vleessappen of vet te voorkomen, adviseren wij
een beetje vloeistof in het braadservies te doen.
• Braadstukken naar behoefte (na 1/2 - 2/3 van de braadtijd) keren.
• Grote braadstukken en gevogelte gedurende de braadtijd meerdere keren met braadvocht begieten. Daarmee bereikt u een beter braadresultaat.
• Schakel de oven ca. 10 minuten voor het einde van de braadtijd uit, om te profiteren
van de restwarmte.
Braadtabel
Soort vlees
Hoeveelheid
Ovenfunctie
Inzetniveau
Temperatuur
°C
Tijd
uur: min.
1
200-250
2:00-2:30
Rundvlees
Stoofvlees
1-1,5 kg
Conventioneel
Rosbief of ossenhaas
per cm dikte
- Van binnen rood (rare)
per cm
dikte
Infratherm
1
190-2001)
0:05-0:06
- van binnen roze
(medium)
per cm
dikte
Infratherm
1
180-190
0:06-0:08
- doorbakken (well
done)
per cm
dikte
Infratherm
1
170-180
0:08-0:10
1-1,5 kg
Infratherm
1
160-180
1:30-2:00
Varkensvlees
Schouderstuk, nekstuk, ham
Kotelet, casselerrib
1-1,5 kg
Infratherm
1
170-180
1:00-1:30
750 g-1 kg
Infratherm
1
160-170
0:45-1:00
1 kg
Infratherm
1
160-180
1:30-2:00
1,5-2 kg
Infratherm
1
160-180
2:00-2:30
Lamsbout,
lamsgebraad
1-1,5 kg
Infratherm
1
150-170
1:15-2:00
Lamsrug
1-1,5 kg
Infratherm
1
160-180
1:00-1:30
Hazenrug, hazenbout
tot 1 kg
Conventioneel
3
220-2501)
0:25-0:40
Ree-/hertenrug
1,5-2 kg
Conventioneel
1
210-220
1:15-1:45
Ree-/hertenbout
1,5-2 kg
Conventioneel
1
200-210
1:30-2:15
Gehakt
Kalfsvlees
Kalfsbraadstuk
Kalfsbout
Lamsvlees
Wild
26
Toepassingen, tabellen en tips
Soort vlees
Hoeveelheid
Ovenfunctie
Inzetniveau
Temperatuur
°C
Tijd
uur: min.
Gevogelte
Stukken gevogelte
per 200250g
Infratherm
1
200-220
0:35-0:50
Halve kip
per 400500g
Infratherm
1
190-210
0:35-0:50
Kip, poularde
1-1,5 kg
Infratherm
1
190-210
0:45-1:15
Eend
1,5-2 kg
Infratherm
1
180-200
1:15-1:45
Gans
3,5-5 kg
Infratherm
1
160-180
2:30-3:30
Kalkoen
2,5-3,5 kg
Infratherm
1
160-180
1:45-2:30
Kalkoen
4-6 kg
Infratherm
1
140-160
2:30-4:00
1-1,5 kg
Conventioneel
1
210-220
0:45-1:15
Vis (stoven)
Hele vissen
1) Oven voorverwarmen
Vlak-grilleren
1
3
Ovenfunctie: Grill klein
of Grill groot
met maximale temperatuurinstelling
Let op: bij het grilleren moet de ovendeur altijd gesloten zijn.
De lege oven met de grillfuncties altijd 5 minuten voorverwarmen!
• Voor grillen het rooster op het aanbevolen gebruiksniveau plaatsen.
• De opvangbak altijd op het 1e gebruiksniveau van onderaf plaatsen.
• De grilltijden zijn richtwaarden.
• Grilleren is bijzonder geschikt voor platte stukken vlees en vis.
Grilltabel
Gerecht
Inzetniveau
Tijd
1e zijde
2e zijde
Frikadellen
4
8-10 min.
6-8 min.
Varkenshaas
4
10-12 min.
6-10 min.
Braadworst
4
8-10 min.
6-8 min.
Runderhaas, kalfsfilet
4
6-7 min.
5-6 min.
Runderfilet, rosbief (ca. 1 kg)
3
10-12 min.
10-12 min.
Geroosterd brood 1)
3
4-6 min.
3-5 min.
Snacks op toast
3
6-8 min.
---
1) Niet voorverwarmen
Toepassingen, tabellen en tips
27
Ontdooien
Ovenfunctie: Ontdooien (zonder temperatuurinstelling)
• Uitgepakte etenswaren op een bord op het rooster plaatsen.
• Gebruik voor het afdekken geen borden of schotels, omdat deze de ontdooitijd aanzienlijk verlengen.
• Om te ontdooien plaatst u het rooster op het eerste niveau van onderen.
Ontdooitabel
Ontdooitijd
min.
Nadooitijd
min.
Kip, 1000 g
100-140
20-30
Kip op een omgekeerd schoteltje in een
groot bord leggen
Na de helft van de tijd keren
Vlees, 1000g
100-140
20-30
Na de helft van de tijd keren
Vlees, 500g
90-120
20-30
Na de helft van de tijd keren
Forel, 150g
25-35
10-15
---
Aardbeien, 300g
30-40
10-20
---
Boter, 250g
30-40
10-15
---
Slagroom, 2 x 200g
80-100
10-15
Slagroom kan ook met nog licht bevroren
deeltjes goed worden geklopt
60
60
Gerecht
Gebak, 1400g
Opmerking
---
Drogen met hetelucht
Ovenfunctie: Hete luchtmet ring
• Gebruik hiervoor een met boterhampapier of bakpapier belegd rooster.
• U bereikt een beter resultaat als u na de helft van de tijd de oven uitschakelt, opent en
gedurende de nacht laat afkoelen.
• Daarna het gerecht verder laten drogen.
Inzetniveau
Temperatuur in
°C
1 niveau
2 niveaus
Tijd in uren
(richtwaarde)
Bonen
60-70
3
1/4
6-8
Paprika (reepjes)
60-70
3
1/4
5-6
Soepgroenten
60-70
3
1/4
5-6
Paddestoelen
50-60
3
1/4
6-8
Kruiden
40-50
3
1/4
2-3
Pruimen
60-70
3
1/4
8-10
Abrikozen
60-70
3
1/4
8-10
Gerecht
Groenten
Fruit
28
Toepassingen, tabellen en tips
Inzetniveau
Temperatuur in
°C
1 niveau
2 niveaus
Tijd in uren
(richtwaarde)
Appelschijven
60-70
3
1/4
6-8
Peren
60-70
3
1/4
6-9
Gerecht
Wecken
Ovenfunctie: Onderwarmte
• Gebruik voor het inmaken/wecken alleen in de handel gebruikelijke glazen van hetzelfde formaat.
• Glazen met een schroefdeksel - of bajonetsluiting en metalen blikken zijn ongeschikt.
• Voor het wecken gebruikt u het eerste inzetniveau van onderen.
• Gebruik voor het wecken de bakplaat. Hierop kunt u maximaal zes glazen met elk een
inhoud van één liter plaatsen.
• De glazen moeten allemaal tot dezelfde hoogte zijn gevuld en zijn dichtgeklemd.
• Plaats de glazen zodanig op de bakplaat, dat ze elkaar niet aanraken.
• Giet ca. 1/2 liter water in de bakplaat, zodat er voldoende vocht in de oven ontstaat.
• Zodra de vloeistof in de eerste glazen begint te parelen (bij 1-liter-glazen na ca. 35-60
minuten), schakelt u de oven uit of verlaagt u de temperatuur tot 100°C (zie de tabel).
Wecktabel
De opgegeven wecktijden en temperaturen zijn richtwaarden.
Product
Temperatuur
in°C
Wecken tot het
parelen begint
in min.
Doorkoken bij
100°C
in min.
Aardbeien, bosbessen, frambozen,
rijpe kruisbessen
160-170
35-45
---
Onrijpe kruisbessen
160-170
35-45
10-15
160-170
35-45
10-15
160-170
50-60
5-10
Bessen
Steenvruchten
Peren, kweeperen, pruimen
Groente
Wortels1)
Paddestoelen
1)
160-170
40-60
10-15
Komkommers
160-170
50-60
---
Gemengd tafelzuur
160-170
50-60
15
Koolrabi, erwten, asperges
160-170
50-60
15-20
Bonen
160-170
50-60
---
1) In de uitgeschakelde oven laten staan
Reiniging en onderhoud
29
Reiniging en onderhoud
1
Waarschuwing: Voor het reinigen moet het apparaat zijn uitgeschakeld en zijn afgekoeld.
Waarschuwing: Om veiligheidsredenen het apparaat niet reingen met een stoom- of
hogedrukreiniger.
Let op: geen schuurmiddelen, scherp reinigingsgereedschap of schuursponsjes
gebruiken.
Geen bijtende schuurmiddelen of scherpe metalen schrapers gebruiken om het
glas van de ovendeur te reinigen. Hierdoor kan het oppervlak bekrast raken en
kan het glas uiteindelijk breken.
Buitenkant apparaat
• De voorkant van het apparaat met een zachte doek en een warm sopje afnemen.
• Bij een metalen front een in de handel verkrijgbaar onderhoudsmiddel gebruiken.
• Geen schuurmiddelen en schuursponsjes gebruiken.
Ovenruimte
1
3
3
1
Waarschuwing: Voor het reinigen moet de oven uitgeschakeld en afgekoeld zijn.
Reinig het apparaat elke keer na het gebruik. Verontreinigingen zijn dan makkelijk te
verwijderen en kunnen niet inbranden. Door de Pyrolyse kan niet verwijderde aanslag
verkleuring van de oppervlakte van het materiaal veroorzaken.
1. Bij het openen van de ovendeur wordt automatisch de ovenverlichting ingeschakeld.
2. De oven elke keer na het gebruik met een sopje afnemen en drogen.
Bij hardnekkige verontreiniging met Pyrolyse reinigen.
Attentie! Als u ovenspray gebruikt, beslist de aanwijzingen van de fabrikant opvolgen.
Accessoires
Alle inschuifdelen (rooster, bakplaat, inschuifroosters enz.) elke keer na het gebruik afwassen en goed afdrogen. Kort laten inweken zorgt voor makkelijker schoonmaken.
Vetfilter
1. Het vetfilter in een heet sopje of in de afwasautomaat reinigen.
2. Als het vuil sterk is ingebrand in wat water en 2-3 eetlepels afwasmiddel voor afwasautomaten uitkoken.
30
Reiniging en onderhoud
Pyrolytische reiniging
1
1
3
3
3
Waarschuwing: De bakoven wordt tijdens dit proces zeer heet. Kleine kinderen absoluut
uit de buurt houden.
Let op! Alvorens de pyrolytische reiniging uit te voeren, moeten alle uitneembare delen
inclusief de inschuifroosters uit de bakoven worden verwijderd.
Als u gebruik maakt van de als speciale accessoires leverbare braadsleden, moeten deze
voorafgaand aan de pyrolytische reiniging worden verwijderd.
Als niet alle inschuifroosters of braadsleden zijn verwijderd, verschijnt in de tijdindicatie
’C1’.
Het pyrolytische reinigingsproces kan in dit geval door een veiligheidsuitschakeling ter
bescherming van de inschuifroosters/braadsleden niet worden gestart.
Pyrolytische reiniging
1. Grove stukken vuil eerst met de hand verwijderen.
2. Kies de ovenfunctie Pyrolyse .
– Op het display verschijnt "3:15",
– Het symbool Duur knippert ca. 5 seconden.
Daarna gaat de pyrolytische reiniging van start.
De Licht is buiten werking.
Bij het bereiken van de gespecificeerde temperatuur wordt de deur vergrendeld.
De balkjes van de verwarmingsindicatie lichten op totdat de deur weer is ontgrendeld.
Duur van de pyrolytische reiniging veranderen
1. Ga te werk zoals beschreven bij "Pyrolytische reiniging".
2. Zolang Duur knippert, met of de gewenste duur selecteren:
"2:15" of "3:15".
Duur knippert ca. 5 seconden.
Daarna gaat de pyrolytische reiniging van start.
Indien Duur niet meer knippert, wederom de toets Selectie indrukken en vervolgens de
instelling uitvoeren.
Uitschakeltijd van de pyrolytische reiniging veranderen
De uitschakeltijd kan met de klokfunctie Einde worden veranderd (binnen 2 min. na het
instellen van de pyrolytische reiniging).
Wanneer wordt welke pyrolytische reiniging gebruikt:
P2 - 2:15 = Pyrolyse licht: voor licht vervuilde oven.
P1 - 3:15 = Pyrolyse intensief: voor sterk vervuilde oven,
Reiniging en onderhoud
31
Inschuifroosters
Om de zijwanden schoon te maken kunnen de inschuifroosters links en rechts in de oven
worden losgenomen.
Inschuifroosters losnemen
Roosters eerst voor van de ovenwand wegtrekken (1) en dan achter losnemen (2).
3
Inschuifroosters inzetten
Belangrijk! De afgeronde einden van de geleidingsstangetjes moeten naar voren wijzen!
Bij het inzetten de roosters eerst achter weer
inhangen (1) en dan voor inzetten en aandrukken (2).
32
Reiniging en onderhoud
Ovenverlichting
1
3
Waarschuwing: Kans op kortsluiting! Voor het vervangen van de ovenlamp:
– oven uitschakelen!
– zekeringen in de huisinstallatie uitdraaien resp. uitschakelen.
Om de ovenlamp en het afdekglas te beschermen een doekje op de bodem van de oven
leggen.
Ovenlamp vervangen/glas reinigen
1. Afdekglas linksom draaien, losnemen en
schoonmaken.
2. Indien nodig:
oververlichting 40 watt, 230 V 300 °C hittebestendig vervangen.
3. Afdekglas weer aanbrengen.
Bakovendeur
Om het binnenste van de bakoven gemakkelijker te kunnen kunt u de bakovendeur van
uw apparaat eruit halen.
Bakovendeur eruit halen
1. Bakovendeur volledig openen.
2. Klemhendel (A) aan de beide scharnieren van
de deur volledig uitklappen.
3. Sluit de bakovendeur tot de eerste vergrendelstand (circa 45°).
Reiniging en onderhoud
3
4. Pak met beide handen de zijkanten van de bakovendeur vast en trek de deur van de bakoven
schuin naar boven er uit (Let op : Zwaar!).
Leg de bakovendeur met de buitenkant naar
boven op een zacht, vlak oppervlak neer, bijvoorbeeld op een deken, om krassen te vermijden.
Bakovendeur erin schuiven
1. Pak met beide handen de bakovendeur aan de
kant van de greep vast en houd deze in een
hoek van circa 45°.
Plaats de uitsparingen aan de onderkant van de
bakovendeur op de scharnieren van de bakoven.
Laat de deur tot de aanslag naar onder glijden.
2. Bakovendeur volledig openen.
3. Zet de klemhendel (A) aan de beide deurscharnieren terug in de oorspronkelijke positie.
4. Bakovendeur sluiten.
33
34
Reiniging en onderhoud
Het glas van deur van de bakoven
1
De bakovendeur is uitgerust met vier achter elkaar aangebrachte glasplaten. De binnenste glasplaten kunnen eraf gehaald worden, tijdens het reinigen.
Let op! Als er kracht wordt uitgeoefend, vooral aan de zijkanten van de voorruit, kan het
glas breken.
De glasplaten van de deur demonteren
1. Bakovendeur volledig openen.
2. Klemhendel (A) aan de beide scharnieren van
de deur volledig uitklappen.
3. Sluit de bakovendeur tot de eerste vergrendelstand (circa 45°).
4. Pak de deurafschermer (B) aan de bovenkant
van de deuraan beide kanten vast en druk deze
naar binnen om de klemvergrendeling los te
maken. Trek vervolgens de deurafschermer van
boven eraf.
Reiniging en onderhoud
5. Pak de glasplaten een voor een aan de rand vast
en trek ze uit de geleiding vanaf boven eruit.
3
Reinig de glasplaten
Reinig grondig de glasplaten met spoelmiddel. Droog daarna de glasplaat goed af.
Glasplaten weer terug in de deur zetten
1. Schuif aan de onderkant van deur de glasplaten
een voor een schuin vanaf boven in het profiel
van de deur en laat ze zakken.
De beide kleine glasplaten eerst en daarna de
grote glasplaat.
2. Pak de deurafschermer (B) aan de zijkanten
vast, breng deze aan de binnenkant van de rand
van de deur aan en steek vervolgens de deurafschermer (B) op de bovenkant van de deur.
35
36
3
Reiniging en onderhoud
Aan de openzijde van de deurafschermer (B)
bevindt zich een geleiderail (C). Deze moet tussen de buitenste deurruit en de geleidehoek (D)
erin worden geschoven.
De klemvergrendeling (E) moet vast gezet zijn.
3. Bakovendeur volledig openen.
4. Zet de klemhendel (A) aan de beide deurscharnieren terug in de oorspronkelijke positie.
5. Bakovendeur sluiten.
Wat is er aan de hand als …
37
Wat is er aan de hand als …
Storing
De oven wordt niet warm
Mogelijke oorzaak
Oplossing
De oven is niet ingeschakeld
Oven inschakelen
De tijd is niet ingesteld
Dagtijd instellen
De noodzakelijke instellingen
zijn niet uitgevoerd
Instellingen controleren
De automatische uitschakeling
heeft de oven uitgeschakeld
Zie Automatische uitschakeling
De zekering in de huisinstalla- Zekering controleren Als de zetie (stoppenkast) is doorgekeringen meerdere malen worbrand
den uitgeschakeld, neem dan
contact op met een erkend
elektro-installateur
1
3
3
De ovenverlichting valt uit
De ovenlamp is kapot
De pyrolyse functioneert niet
(in de tijdindicatie verschijnt
“C1”)
Inschuifroosters/braadsleden
Verwijder de inschuifroosters/
zijn niet uit de oven verwijderd braadsleden
Ovenlamp vervangen
In de tijdindicatie verschijnt F2 Deur niet juist gesloten of
deurvergrendeling defect
Deur goed sluiten;
Het apparaat via de huisinstallatie of de veiligheidsschakelaar van de stoppenkast
uit- en weer inschakelen.
Neem bij herhaalde indicatie
a.u.b. contact op met de klantenservice
In de tijdindicatie verschijnt
een niet bovengenoemde
foutcode
Het apparaat via de huisinstallatie of de veiligheidsschakelaar van de stoppenkast
uit- en weer inschakelen.
Neem bij herhaalde indicatie
a.u.b. contact op met de klantenservice
Elektronisch defect
Wanneer u de storing niet kunt verhelpen met de hierboven gegeven aanwijzingen, neem dan contact op met uw vakhandel of met onze service-afdeling.
Waarschuwing! Reparaties aan het apparaat mogen alleen door vakmensen worden
uitgevoerd. Onvakkundige reparaties kunnen tot aanzienlijke risico's voor de gebruiker
leiden.
Bij een onjuiste bediening wordt het bezoek van de servicetechnicus ook tijdens de garantieperiode in rekening gebracht.
Aanwijzingen voor apparaten met een metalen voorzijde:
Vanwege de koele voorzijde van uw apparaat kan er zich, na het openen van de ovendeur tijdens of kort na het bakken of braden, gedurende korte tijd condens vormen op de
binnenkant van het deurvenster.
38
Afvalverwerking
Afvalverwerking
2
2
1
Verpakkingsmateriaal
De verpakkingsmaterialen zijn niet schadelijk voor het milieu en herbruikbaar. De kunststoffen hebben de volgende aanduidingen, bijv. >PE<, >PS<, enz. Verwijder de verpakkingsmaterialen in overeenstemming met de aanduiding bij de gemeentelijke
inzamelplaatsen in de daarvoor bestemde containers.
Oud apparaat verwijderen
W
Het symbool
op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als
huishoudafval mag worden behandeld. Het moet echter naar een plaats worden gebracht waar elektrische en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt
dat dit product op de correcte manier wordt verwijderd, voorkomt u mogelijk voor mens
en milieu negatieve gevolgen die zich zouden kunnen voordoen in geval van verkeerde
afvalbehandeling. Voor meer details in verband met het recyclen van dit product, neemt
u het best contact op met de gemeentelijke instanties, het bedrijf of de dienst belast met
de verwijdering van huishoudafval of de winkel waar u het product hebt gekocht.
Waarschuwing: Opdat er geen gevaar meer kan ontstaan, moeten afgedankt apparaten
voor het weggooien onbruikbaar worden gemaakt.
Stekker uit het stopcontact trekken en aansluitsnoer van het apparaat verwijderen.
Service
39
Service
Controleer bij technische storingen eerst of u met behulp van de gebruiksaanwijzing
(hoofdstuk „Wat te moet doen als…“) het probleem zelf kunt oplossen.
Wanneer u het probleem niet kunt oplossen, neemt u contact op met onze service-afdeling.
Om u snel te kunnen helpen, hebben wij de volgende gegevens nodig:
– Modelaanduiding
– Productnummer (PNC)
– Serienummer (S-No.)
(u vindt deze nummers op het typeplaatje)
– Soort storing
– Eventuele foutmelding die het apparaat aangeeft
Om ervoor te zorgen dat u de benodigde nummers van uw apparaat bij de hand heeft, raden wij u aan deze hier te noteren:
Modelaanduiding:
.....................................
PNC:
.....................................
S-No:
.....................................
www.electrolux.com
822 721 698-A-231008-01
Wijzigingen voorbehouden
www.aeg-electrolux.nl
www.aeg-electrolux.be

advertisement

Was this manual useful for you? Yes No
Thank you for your participation!

* Your assessment is very important for improving the workof artificial intelligence, which forms the content of this project

Related manuals

advertisement