advertisement
▼
Scroll to page 2
of
20
Form No. 3367-664 Rev B 55 cm Recycler® gazonmaaier Modelnr.: 20954—Serienr.: 311000001 en hoger Gebruikershandleiding Vervangingsonderdelen zijn verkrijgbaar bij een erkende servicedealer of via www.shoptoro.com. Inleiding Modelnr.: Deze loopmaaier met draaiende messen is bedoeld voor gebruik door particulieren. De machine is voornamelijk ontworpen voor het maaien van gras op goed onderhouden particuliere gazons. De machine is niet ontworpen voor het maaien van borstelig gras of voor gebruik in de landbouw. Lees deze informatie zorgvuldig door, zodat u weet hoe u de machine op de juiste wijze moet gebruiken en onderhouden en om letsel en schade aan de machine te voorkomen. U bent verantwoordelijk voor het juiste en veilige gebruik van de machine. U kunt rechtstreeks contact opnemen met Toro via www.Toro.com voor informatie over producten en accessoires, om een dealer te vinden of om uw product te registreren. Als u service, originele Toro-onderdelen of aanvullende informatie nodig hebt, kunt u contact opnemen met een erkende servicedealer of met de klantenservice van Toro. U dient hierbij altijd het modelnummer en het serienummer van het product te vermelden. De locatie van het plaatje met het modelnummer en het serienummer van het product is aangegeven op Figuur 1. Serienr.: Er worden in deze handleiding een aantal mogelijke gevaren en een aantal veiligheidsberichten genoemd (Figuur 2) met de volgende veiligheidssymbolen, die duiden op een gevaarlijke situatie die zwaar lichamelijk letsel of de dood tot gevolg kan hebben wanneer de veiligheidsvoorschriften niet in acht worden genomen. Figuur 2 1. Veiligheidssymbool Er worden in deze handleiding twee woorden gebruikt om uw aandacht op bijzondere informatie te vestigen. Belangrijk attendeert u op bijzondere technische informatie en Opmerking duidt algemene informatie aan die bijzondere aandacht verdient. Dit product voldoet aan alle relevante Europese richtlijnen. Zie voor details de aparte product-specifieke conformiteitsverklaring. Voor models waarvan het aantal PK is aangegeven, is de bruto PK door de motorfabrikant gemeten in laboratoriumomstandigheden gemeten volgens SAE J1940. Omdat bij de configuratie rekening is gehouden met de veiligheids-, emissie- en gebruiksvoorschriften, zal de motor van dit type gazonmaaiers in de praktijk veel minder PK hebben. Figuur 1 1. Plaatje met modelnummer en serienummer U kunt het modelnummer en het serienummer noteren in de ruimte hieronder: Laat de bedieningsorganen en het afgesteld motortoerental ongemoeid, anders kan er een onveilige situatie ontstaan waardoor u letsel kunt oplopen. Veiligheid Onjuist gebruik of onderhoud van deze maaier kan letsel tot gevolg hebben. Houd u aan deze © 2011—The Toro® Company 8111 Lyndale Avenue South Bloomington, MN 55420 Registreer uw product op www.Toro.com. Vertaling van de oorspronkelijke tekst (NL) Gedrukt in de VS Alle rechten voorbehouden veiligheidsinstructies om het risico op letsel te verminderen. • Vul de brandstoftank nooit binnenshuis; tijdens het bijvullen niet roken. • Vul brandstof bij voordat u de motor start. Verwijder nooit de dop van de brandstoftank en vul nooit benzine bij wanneer de motor loopt of heet is. • Probeer de motor niet te starten als er brandstof is gemorst. Verwijder de machine dan uit de buurt van de plek waar is gemorst, en voorkom elke vorm van open vuur of vonken totdat de brandstofdampen volledig zijn verdwenen. • Doe steeds de dop weer zorgvuldig op brandstoftanks en -containers. Toro heeft deze maaier ontworpen voor en getest op veilig gebruik. Als u zich echter niet houdt aan de volgende instructies kan dit lichamelijk letsel tot gevolg hebben. Het is van essentieel belang dat u en eventuele andere gebruikers van de maaier de inhoud van deze handleiding lezen en begrijpen voordat de motor voor het eerst wordt gestart om maximale veiligheid en de beste prestaties te garanderen en zodat u kennis over het product opdoet. Let met name op het symbool voor veiligheidswaarschuwingen (Figuur 2) dat Voorzichtig, Waarschuwing of Gevaar – ''instructie voor persoonlijke veiligheid'' kan betekenen. Zorg dat u de instructies leest en begrijpt, dit is belangrijk voor de veiligheid. Niet-naleving van de instructie kan leiden tot lichamelijk letsel. Vóór ingebruikname • Draag tijdens het maaien altijd een lange broek en stevige schoenen. Draag geen schoenen met open tenen en loop niet op blote voeten. • Inspecteer eerst grondig het terrein waar u de machine wilt gebruiken en verwijder alle stenen, takken, draden, botten of andere vreemde voorwerpen. • Controleer vóór gebruik altijd of de beschermplaten en veiligheidsvoorzieningen zoals grasgeleiders en grasvangers, op hun plaats zitten en naar behoren werken. • Controleer vóór het gebruik de messen, bevestigingsbouten en het maaimechanisme altijd op sporen van slijtage of beschadiging. Vervang versleten of beschadigde messen en bouten altijd als complete set om een goede balans te behouden. Algemene veiligheidsregels met betrekking tot de maaimachine De volgende instructies zijn ontleend aan EN 836. Deze machine kan handen en voeten afsnijden en voorwerpen uitwerpen. Als u de veiligheidsinstructies niet opvolgt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel. Instructie • Lees deze handleiding aandachtig door. Zorg ervoor dat u vertrouwd raakt met bedieningsorganen en weet hoe u de machine moet gebruiken. • Laat nooit kinderen of personen die de instructies niet kennen, de maaimachine gebruiken. Voor de bestuurder kan een wettelijke minimumleeftijd gelden. • Onthoud dat de bestuurder verantwoordelijk is voor ongevallen of schade aan andere personen of hun eigendommen. • Zorg ervoor dat u de uitleg over alle pictogrammen op de maaimachine en in de instructies hebt gelezen en begrepen. Starten • Schakel alle mes- en aandrijfkoppelingen uit en zet de versnelling in de neutraalstand voordat u de motor start. • Houd de maaimachine niet schuin als u de machine start of de motor aanzet, behalve als u de machine schuin moet houden om te starten. Houd de machine in dat geval niet schuiner dan nodig is, en til alleen de zijde op die het verst van u verwijderd is. • Houd u bij het starten of aanzetten van de motor zorgvuldig aan de voorschriften en houd uw voeten uit de buurt van de maaimes(sen) en niet vóór het uitwerpkanaal. Benzine Gebruiksaanwijzing WAARSCHUWING: brandstof is licht ontvlambaar. Neem de volgende voorzorgsmaatregelen. • Bewaar brandstof uitsluitend in tanks of blikken die speciaal daarvoor bedoeld zijn. • Houd iedereen weg uit het gebied waarin u de machine gebruikt, met name kinderen en huisdieren. • Maai uitsluitend bij daglicht of goed kunstlicht. 2 • Let op kuilen in het terrein en andere verborgen gevaren. – als de maaimachine abnormaal begint te trillen (direct controleren). • Houd handen en voeten uit de buurt van draaiende onderdelen. Blijf altijd uit de buurt van de afvoeropening. • Bliksem kan ernstig of dodelijk letsel veroorzaken. Als u bliksem ziet of donder hoort in het gebied, gebruik de machine dan niet; ga schuilen. • U mag een maaimachine nooit optillen of dragen terwijl de motor loopt. • Let op het verkeer als u in de buurt van een weg werkt of deze oversteekt. • Ga zeer voorzichtig te werk als u een loopmaaimachine achteruitrijdt of naar u toetrekt. Onderhoud en opslag • Draai alle moeren, bouten en schroeven regelmatig strak aan, zodat de machine steeds veilig in gebruik is. • Lopen, nooit rennen. • Gebruik geen hoge druk als u werktuigen op de machine reinigt. • Hellingen: – Maai niet op al te steile hellingen. • Als er zich brandstof in de tank bevindt, mag u de machine niet opslaan in een afgesloten ruimte waar brandstofdampen in contact kunnen komen met open vuur of vonken. – Wees uiterst voorzichtig op hellingen. – Maai dwars over een helling, nooit helling op en af, en wees uiterst voorzichtig als u op een helling van richting verandert. • Laat de motor afkoelen voordat u de machine in een afgesloten ruimte opslaat. – Zorg dat u op hellingen altijd stevig staat. • Neem gas terug als u de tractie-koppeling inschakelt, vooral wanneer de machine in een hoge versnelling staat. Verminder de snelheid op een helling en in een scherpe bocht om te voorkomen dat de machine kantelt of dat u de controle over de machine verliest. • Om het risico van brand te verminderen, moet u de motor, de geluiddemper, het accucompartiment en de benzinetank vrij van gras, bladeren of overtollig vet houden. • U moet de onderdelen van de grasvanger en de afvoergeleider veelvuldig controleren en, indien nodig, vervangen door onderdelen die de fabrikant heeft aanbevolen. • Zorg ervoor dat het mes stilstaat als u de maaimachine schuin moet houden om oppervlakken over te steken die niet met gras zijn begroeid, en als u de machine naar het terrein brengt waar u moet maaien of daar weer weghaalt. • Vervang versleten of beschadigde onderdelen met het oog op een veilig gebruik. • Laat de motor nooit in een afgesloten ruimte lopen, omdat zich daar giftige koolmonoxidedampen kunnen verzamelen. • Vervang geluiddempers die gebreken vertonen. • Als het nodig is de brandstoftank af te tappen, doe dit dan buiten. • Zet de motor af, • Verander de instellingen van de motor niet en voorkom overbelasting van de motor. Laat de motor niet met een te hoog toerental lopen omdat dit de kans op ongevallen kan vergroten. – als u de maaimachine achterlaat. – voordat u brandstof bijvult. – voordat u de grasvanger verwijdert. • Let op dat bij machines met meerdere messen andere messen kunnen gaan draaien doordat u een mes draait. – voordat u de maaihoogte instelt, tenzij die vanaf de bestuurderspositie kan worden ingesteld. • Zet de motor af en maak de bougiekabel los: • Wees voorzichtig als u de machine afstelt en voorkom dat uw vingers bekneld raken tussen de draaiende messen en de vaste onderdelen van de machine. – voordat u verstoppingen losmaakt of het uitwerpkanaal ontstopt. – voordat u de maaimachine controleert, reinigt of er werkzaamheden aan verricht. • Om de beste prestaties en een veilig gebruik te verzekeren, dient u uitsluitend originele Toro-onderdelen en accessoires te gebruiken. Gebruik nooit universele onderdelen en accessoires; deze kunnen de veiligheid in gevaar brengen. – als u een vreemd voorwerp heeft geraakt, moet u de maaimachine op beschadigingen controleren en reparaties uitvoeren voordat u de machine opnieuw start en weer in gebruik neemt. 3 Geluidsdruk Deze machine oefent een geluidsdruk van 89 dBA uit op het gehoor van de gebruiker, met een onzekerheidswaarde (K) van 1 dBA. De geluidsdruk is vastgesteld volgens de procedures in EN 836. Geluidsniveau Deze machine heeft een gegarandeerd geluidsniveau van 98 dBA uit met een onzekerheidswaarde (K) van 1 dBA. Het geluidsniveau werd bepaald volgens de procedures in ISO 11094. 112-8760 1. De machine kan voorwerpen uitwerpen – Houd omstanders op een veilige afstand van de machine. 2. Handen of voeten kunnen worden gesneden/geamputeerd – Blijf uit de buurt van bewegende onderdelen. Trilling Deze machine heeft een maximaal trillingsniveau van 5,5 m/s2 op de linkerhand en 5,4 m/s2 op de rechterhand, elk met een onzekerheidswaarde (K) van 2,2 m/s2. De gemeten waarden zijn bepaald volgens de procedures in EN 836. Veiligheids- en instructiestickers 112-8867 1. Vergrendelen Belangrijk: Veiligheidsstickers en veiligheidsinstructies bevinden zich bij plaatsen waar gevaar kan ontstaan. Vervang beschadigde stickers. Merkteken van fabrikant 2. Ontgrendelen 114-7982 1. Geeft aan dat het mes onderdeel van een originele Toro-maaimachine is. 1. Waarschuwing – Raadpleeg de Gebruikershandleiding. 2. De machine kan voorwerpen uitwerpen – Houd omstanders op een veilige afstand van de machine. 3. Handen of voeten kunnen worden gesneden/geamputeerd, maaimes – Trek de bougiekabel los en raadpleeg de instructies vóór u service- of onderhoudswerkzaamheden uitvoert. 4. Handen of voeten kunnen worden gesneden/geamputeerd door het maaimes - Blijf uit de buurt van bewegende onderdelen. 5. Handen of voeten kunnen worden gesneden/geamputeerd door het maaimes – Maai nooit heuvelopwaarts en heuvelafwaarts. Gebruik de machine dwars op hellingen. Zet de motor af voordat u de bestuurderspositie verlaat en kijk achterom als u achteruitloopt. 4 Montage 2 Belangrijk: Verwijder de beschermfolie van de motor en werp deze weg. De motor bijvullen met olie 1 Geen onderdelen vereist Procedure De handgreep bevestigen De maaimachine wordt geleverd zonder olie in het carter. Geen onderdelen vereist 1. Verwijder de peilstok (Figuur 4). Procedure WAARSCHUWING Als de handgreep verkeerd wordt in- en uitgeklapt, kunnen de kabels schade oplopen, waardoor de machine niet veilig kan worden gebruikt. • Zorg ervoor dat u de kabels niet beschadigt als u de handgreep in- of uitklapt. • Indien een kabel is beschadigd, moet u contact opnemen met een erkende Service Dealer. 1. Verwijder de handgreepknoppen van de maaierbehuizing (Figuur 3). Figuur 4 Belangrijk: Leid de kabels naar de buitenzijde van de handgreepknoppen terwijl u de handgreep plaatst. 1. Peilstok 2. Giet langzaam olie in de vulbuis totdat het peil de Vol-markering op de peilstok bereikt (Figuur 4). Niet te vol vullen. (Maximale vulhoeveelheid: 0,59 l, type: SAE 30 reinigingsolie, met onderhoudsclassificatie SF, SG, SH, SJ, SL van het American Petroleum Institute [API] of hoger). 3. Plaats de peilstok weer stevig op zijn plaats. Belangrijk: Ververs de motorolie na de eerste 5 bedrijfsuren; daarna moet dit elk jaar gebeuren. Zie De motorolie verversen. Figuur 3 2. Zet de handgreep in de werkstand. 3. Plaats de handgreepknoppen die u tijdens stap 1 hebt verwijderd terug en draai deze vast (Figuur 3). 5 Algemeen overzicht van de machine Gebruiksaanwijzing De brandstoftank vullen GEVAAR Benzine is uitermate ontvlambaar en explosief. Brand of explosie van benzine kan brandwonden veroorzaken. • Om te voorkomen dat een statische lading de benzine tot ontbranding kan brengen, moet u het benzinevat en/of de maaimachine voordat u de tank vult op de grond plaatsen, niet op een voertuig of een ander object. • Vul de brandstoftank in de open lucht wanneer de motor koud is. Neem gemorste benzine op. • Rook niet als u omgaat met benzine, en houd benzine uit de buurt van open vuur of brandstof. Figuur 5 1. Maaihoogtehendel (4) 7. Handgreep van startkoord 2. Bougie 8. Bedieningsstang voor maaimes 9. Stang voor zelfaandrijving 3. Luchtfilter (niet afgebeeld) 4. Dop van brandstoftank 10. Handgreepknoppen (2) 5. Vulbuis/Peilstok 11. Wasaansluiting • Bewaar benzine in een goedgekeurd benzinevat en buiten bereik van kinderen. Vul de brandstoftank met verse loodvrije, normale benzine van een bekend merk (Figuur 7). Gebruik normale loodvrije benzine voor automobielen (octaangetal minimaal 87). Gelode normale benzine kan worden gebruikt als loodvrije benzine niet verkrijgbaar is. 6. Handgreep Opmerking: Gebruik nooit methanol, benzine die methanol bevat, gasohol die meer dan 10 % ethanol bevat, omdat dit kan leiden tot schade aan het brandstofsysteem. Geen olie bij de benzine mengen. Belangrijk: Om startproblemen bij het volgende seizoen te verminderen, moet u het hele seizoen een stabilizer toevoegen aan de benzine. Gebruik nooit benzine die ouder is dan 30 dagen. Figuur 6 1. Grasvanger 2. Zijuitwerpkanaal 6 De maaihoogte instellen WAARSCHUWING Bij het instellen van de maaihoogte kunt u in aanraking komen met een bewegend mes. Dit kan ernstig letsel veroorzaken. • Zet de motor af en wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand gekomen zijn. • Plaats uw vingers niet onder de behuizing als u de maaihoogte instelt. VOORZICHTIG Als de motor heeft gelopen, kan de geluiddemper heet zijn en ernstige brandwonden veroorzaken. Blijf uit de buurt van een hete geluiddemper. Figuur 7 Zet de maaihoogte op de gewenste stand. Stel de voorwielen in op dezelfde hoogte als de achterwielen. Het motoroliepeil controleren Opmerking: Om de maaier omhoog te brengen, beweegt u de hendels waarmee u de maaihoogte instelt naar achteren. Om de maaier omlaag te brengen, beweegt u de hendels waarmee u de maaihoogte instelt naar voren (Figuur 9). Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks 1. Verwijder de peilstok uit de buis en veeg deze schoon. Schuif daarna de peilstok weer helemaal terug (Figuur 8). Figuur 8 1. Peilstok 2. Haal de peilstok eruit en controleer het oliepeil (Figuur 8). Als het peil onder de Bijvullen-markering op de peilstok staat, giet dan lanzaam voldoende olie in de vulbuis totdat het peil de Vol-markeringhop de peilstok bereikt. Niet te vol vullen. (Maximale vulhoeveelheid: 0,59 l, type: SAE 30 reinigingsolie, met onderhoudsclassificatie SF, SG, SH, SJ, SL van het American Petroleum Institute [API] of hoger). 3. Plaats de peilstok weer stevig op zijn plaats. Figuur 9 1. Maaimachine omhoog brengen 2. Maaimachine omlaag brengen Opmerking: De maaihoogteinstellingen zijn 25 mm, 4 mm, 54 mm, 64 mm, 73 mm, 83 mm en 102 mm. 7 Motor starten 1. Houd de bedieningsstang van het maaimes tegen de handgreep (Figuur 10). Figuur 12 1. Stang voor zelfaandrijving Figuur 10 Om de zelfaandrijving uit te schakelen laat u de stang los. 1. Bedieningsstang voor maaimes Opmerking: De zelfaandrijving heeft een vaste maximumsnelheid. Om de snelheid te verminderen, moet u de ruimte tussen de stang voor de zelfaandrijving en de handgreep vergroten. 2. Trek aan de handgreep van het startkoord (Figuur 11) Opmerking: Trek de starthandgreep langzaam uit totdat u weerstand voelt, daarna krachtig uittrekken (Figuur 11). Laat het koord langzaam terugkeren. De motor afzetten Om de motor af te zetten, laat u de bedieningsstang van het maaimes los. Belangrijk: Als u de bedieningsstang loslaat, moeten de motor en het mes binnen 3 seconden stoppen. Als dit niet gebeurt, mag u de machine niet verder gebruiken en moet u contact opnemen met een erkende Service Dealer. Figuur 11 Maaisel recyclen Als de machine wordt geleverd, is deze gereed om maaisel en bladafval naar het gazon te recyclen. Opmerking: Als de motor na enkele pogingen niet wil starten, moet u contact opnemen met een erkende Service Dealer. Als de grasvanger op de machine zit, moet u die verwijderen (zie Grasvanger verwijderen) alvorens het maaisel te recyclen. Als het zijuitwerpkanaal op de machine is bevestigd,, moet u die verwijderen (zie Zijuitwerpkanaal verwijderen) voordat u het maaisel gaat recyclen. De zelfaandrijving gebruiken Om de zelfaandrijving te bedienen moet u de aandrijfstang van de zelfaandrijving (Figuur 12) inknijpen in de richting van de hendel en vasthouden. Het maaisel opvangen Gebruik de grasvanger als u maaisel en bladafval wilt verzamelen. 8 WAARSCHUWING Door een versleten grasvanger kunnen steentjes en andere voorwerpen worden uitgeworpen in de richting van de gebruiker of de omstanders. Uitgeworpen voorwerpen kunnen ernstig lichamelijk of dodelijk letsel toebrengen aan de gebruiker of omstanders. Controleer de graszak regelmatig. Plaats een nieuwe Toro-grasvanger als de oude is beschadigd. Als het zijuitwerpkanaal op de machine is bevestigd, moet u die verwijderen (zie Zijuitwerpkanaal verwijderen) voordat u het maaisel gaat opvangen. WAARSCHUWING Het maaimes is scherp, contact met het maaimes kan ernstig lichamelijk letsel veroorzaken. Zet de motor af en wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand zijn gekomen voordat u de bestuurderspositie verlaat. De grasvanger plaatsen 1. Zet de afvoergeleider aan de achterzijde omhoog en houd hem in deze stand (Figuur 13). Figuur 13 1. Inkepingen 3. Pen van graszak (2) 2. Afvoergeleider achterzijde 2. Plaats de graszak en zorg ervoor dat de pennen van de zak in de inkepingen op de handgreep rusten (Figuur 13). 3. Breng de afvoergeleider aan de achterzijde omlaag. De graszak verwijderen Om de zak te verwijderen, voert u bovenstaande stappen in omgekeerde volgorde uit. 9 Maaisel zijwaarts afvoeren Het zijuitwerpkanaal verwijderen Gebruik de zijafvoer als u zeer hoog gras maait. Om het zijuitwerpkanaal te verwijderen, brengt u de afsluiter omhoog, verwijdert u het zijuitwerpkanaal en brengt u de afsluiter weer omlaag. Als de grasvanger op de machine zit, moet u deze verwijderen alvorens het maaisel zijwaarts af te voeren. Tips voor bediening en gebruik WAARSCHUWING Het maaimes is scherp; contact met het maaimes kan ernstig lichamelijk letsel veroorzaken. Algemene maaitips • Verwijder stokken, stenen, draden, takken en ander vuil die het mes kan raken, uit het werkgebied. Zet de motor af en wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand zijn gekomen voordat u de bestuurderspositie verlaat. • Zorg ervoor dat het mes geen vaste voorwerpen raakt. Maai nooit met opzet over voorwerpen. • Als de maaimachine toch een voorwerp raakt of begint te trillen, moet u meteen de motor afzetten, de bougiekabel losmaken en de maaimachine op beschadiging controleren. Zijuitwerpkanaal monteren Breng de afsluiter omhoog en plaats het zijuitwerpkanaal (Figuur 14). • De beste resultaten krijgt u door een nieuw mes te monteren voordat het maaiseizoen begint. • Vervang indien nodig het maaimes door een Toro-mes Gras maaien • U moet telkens niet meer dan ongeveer eenderde van de grassprieten afmaaien. Maai niet met een stand lager dan 54 mm, tenzij de grasmat dun is, of als het laat in het najaar is wanneer het gras langzamer begint te groeien. Zie De maaihoogte instellen. • Als u gras wilt maaien dat langer dan 15 cm is, moet u maaien op de maximale maaihoogte en met een langzamere loopsnelheid. Vervolgens gaat u maaien op een lagere maaihoogte om het gazon een zo fraai mogelijk uiterlijk te geven. Als het gras te hoog is, kan de maaimachine verstopt raken en de motor afslaan. • Maai uitsluitend droog gras of droge bladeren. Nat gras en natte bladeren gaan aankoeken, waardoor de maaimachine verstopt kan raken of de motor kan afslaan. WAARSCHUWING Als u nat gras en natte bladeren maait, kunt u uitglijden, in aanraking komen met het mes en ernstig letsel oplopen. Maai uitsluitend in droge omstandigheden. • Wees bedacht op het risico van brand in zeer droge omstandigheden; neem alle plaatselijke brandwaarschuwingen in acht en houd de machine vrij van droog gras en bladafval. Figuur 14 10 • Maai steeds in wisselende richtingen. Hierdoor wordt het maaisel beter over het gazon verstrooid, zodat het gazon gelijkmatig wordt bemest. – Stel de maaihoogte bij de voorwielen één stand lager in dan bij de achterwielen. Bijvoorbeeld: zet de maaihoogte van de voorwielen op 54 mm en die van de achterwielen op 64 mm. • Als u met het uiterlijk van het voltooide gazon niet tevreden bent, probeer dan een of meer van de volgende stappen: Bladeren fijnmaken • Na het maaien moet altijd 50 % van het gazon zichtbaar blijven door de bladerlaag. Dit kan een of meerdere rondgangen over de bladeren vereisen. – Vervang het maaimes of laat het slijpen. – Loop langzamer tijdens het maaien. – Stel de maaimachine in op een hogere maaihoogte. – Maai het gras vaker. • Als er een laag bladeren van meer dan 12 cm op het gazon ligt, moet u de voorwielen een of twee uitsparingen hoger zetten dan de achterwielen. – Laat de maaibanen overlappen in plaats van steeds een volledig nieuwe baan te maaien. • Als de maaimachine de bladeren niet fijn genoeg maakt, is het beter om wat langzamer te maaien. Onderhoud Opmerking: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie de linker- en rechterzijde van de machine. Aanbevolen onderhoudsschema Onderhoudsinterval Onderhoudsprocedure Na de eerste 5 bedrijfsuren • Ververs de motorolie. Bij elk gebruik of dagelijks • Het motoroliepeil controleren. • Controleer of de motor binnen 3 seconden stopt nadat u de bedieningsstang van het maaimes hebt losgelaten. • Verwijder maaisel en vuil van de onderkant van de maaimachine. Om de 25 bedrijfsuren • Het luchtfilter vervangen (vaker als de machine wordt gebruikt in stoffige of vuile omstandigheden). Vóór de stalling Jaarlijks • Laat de benzine uit de brandstoftank lopen voordat u vereiste reparaties uitvoert of de machine stalt. • Ververs de motorolie. • Vervang het maaimes of laat het slijpen; vaker vervangen of slijpen als de snijrand snel bot word. • Reinig het luchtkoelsysteem. (Doe dit vaker als de machine wordt gebruikt in stoffige of vuile omstandigheden). Zie de gebruikershandleiding van de motor. • Zie de Gebruikershandleiding van de motor voor eventuele verdere onderhoudsprocedures. Belangrijk: Zie de gebruikershandleiding van de motor voor verdere onderhoudsprocedures. Opmerking: Vervangingsonderdelen zijn verkrijgbaar via een erkende servicedealer (ga naar www.toro.com om de dichtstbijzijnde dealer te vinden) of via www.shoptoro.com. Voorbereidingen voor onderhoudswerkzaamheden 1. Zet de motor af en wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand gekomen zijn. 2. Trek de bougiekabel los van de bougie (Figuur 15) voordat u onderhoudswerkzaamheden uitvoert. 11 2. Vervang het luchtfilter (Figuur 17). Figuur 17 Figuur 15 Het uitzicht van de bougiekabel kan licht variëren. 3. Plaats het deksel terug. De motorolie verversen 3. Nadat u de onderhoudswerkzaamheden hebt uitgevoerd, moet u de kabel weer aansluiten op de bougie. Onderhoudsinterval: Na de eerste 5 bedrijfsuren Jaarlijks Belangrijk: Voordat u de machine kantelt om olie te verversen of het mes te vervangen, moet u de machine gebruiken totdat de benzinetank leeg is. Als u de machine moet kantelen voordat de benzinetank leeg is, dient u de benzine met een handpomp uit de tank te pompen. Kantel de maaimachine altijd op de linkerzijkant, met het luchtfilter naar boven. Voordat u de olie ververst, moet u de motor enkele minuten laten lopen zodat de olie warm wordt. Warme olie is vloeibaarder en voert vervuilingen beter mee. 1. Zie Voorbereidingen voor onderhoudswerkzaamheden. 2. Verwijder de peilstok (Figuur 18). WAARSCHUWING Als u de machine kantelt, kan er benzine uit de tank lekken. Benzine is ontvlambaar en explosief en kan brandwonden veroorzaken. Laat de motor drooglopen of pomp de benzine met een handpomp uit de tank. Gebruik nooit een hevel. Het luchtfilter vervangen Onderhoudsinterval: Om de 25 bedrijfsuren 1. Gebruik een schroevendraaier om het luchtfilterdeksel te openen (Figuur 16). Figuur 18 1. Peilstok 3. Kantel de machine op de zijkant (met het luchtfilter naar boven) om de oude olie via de vulbuis weg te laten lopen (Figuur 19). Figuur 16 12 Figuur 19 4. Giet langzaam olie in de vulbuis totdat het peil de Vol-markering op de peilstok bereikt (Figuur 18). Niet te vol vullen. (Maximale vulhoeveelheid: 0,59 l, type: SAE 30 reinigingsolie, met onderhoudsclassificatie SF, SG, SH, SJ, SL van het American Petroleum Institute [API] of hoger). Figuur 20 4. Verwijder het mes en bewaar alle bevestigingselementen (Figuur 20). 5. Monteer het nieuwe mes en alle bevestigingselementen (Figuur 21). 5. Plaats de peilstok weer stevig op zijn plaats. 6. Geef de oude olie af bij een erkend inzamelpunt. Het maaimes vervangen Onderhoudsinterval: Jaarlijks Belangrijk: U hebt een momentsleutel nodig om het mes op correcte wijze te monteren. Als u geen momentsleutel hebt of niet goed weet hoe u de montage moet uitvoeren, kunt u contact opnemen met een erkende servicedealer. Controleer het mes wanneer de benzinetank leeg is. Een beschadigd of gescheurd mes moet direct worden vervangen. Als de snijrand bot is of bramen vertoont, moet u het mes laten slijpen en balanceren of het mes vervangen. WAARSCHUWING Het maaimes is scherp, contact met het maaimes kan ernstig lichamelijk letsel veroorzaken. Gebruik handschoenen als u het mes monteert. Figuur 21 1. Zie Voorbereidingen voor onderhoudswerkzaamheden. Belangrijk: De gebogen uiteinden van het mes moeten naar de behuizing van de maaimachine wijzen. 6. Gebruik een momentsleutel om de mesbout vast te draaien met een torsie van 82 Nm. 2. Kantel de maaimachine altijd op de zijkant met het luchtfilter naar boven. 3. Gebruik een blok hout om het mes stil te houden (Figuur 20). Belangrijk: Een bout die is vastgedraaid met een torsie van 82 Nm, zit erg vast. Zet het mes vast met een stuk hout en plaats uw volle 13 gewicht achter de (dop)sleutel om de bout goed vast te draaien. Het is erg moeilijk om deze bout te vast te draaien. WAARSCHUWING Er kan materiaal losraken dat zit vastgekoekt aan de onderkant van de maaimachine. Kabel van elfaandrijving afstellen • Draag oogbescherming. Wanneer u een nieuwe kabel voor de zelfaandrijving monteert of de zelfaandrijving ontsteld is, moet u de kabel afstellen. • Houd omstanders uit de buurt. • Blijf in de bedieningspositie (achter de handgreep) staan als de motor loopt. Om de beste resultaten te verkrijgen, dient u de machine te reinigen zodra u klaar bent met maaien. 1. Draai de moer van de kabelbeugel los (Figuur 22). 1. Zet de machine in de laagste maaistand. Zie De maaihoogte instellen. 2. Plaats de maaimachine op een vlakke en verharde ondergrond. 3. Reinig het gebied onder de afvoergeleider aan de achterzijde waar het maaisel vanuit de behuizing naar de graszak gaat. Opmerking: Reinig het gebied met de hendel helemaal naar voren en helemaal naar achteren. 4. Bevestig een tuinslang die aangesloten op een kraan, aan de wasaansluiting op de maaikast (Figuur 24). Figuur 22 Deze afbeelding is voor de duidelijkheid vereenvoudigd. 2. Trek de kabelmantel omlaag (naar de maaimachine toe) om alle speling uit de kabel te halen (Figuur 23). Figuur 24 1. Wasaansluiting 5. Draai de kraan open. 6. Start de motor en laat deze lopen totdat er geen maaisel meer onder de maaikast vandaan komt. Figuur 23 Deze afbeelding is voor de duidelijkheid vereenvoudigd. 7. Zet de motor af. 8. Draai de kraan dicht en maak de tuinslang los van de maaimachine. 9. Start de motor en laat deze een paar minuten lopen om de maaikast te drogen zodat deze niet gaat roesten. 3. Draai de moer op de kabelbeugel vast. Maaidek reinigen 10. Laat de motor afkoelen voordat u de machine in een afgesloten ruimte opslaat. Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks 14 De handgreep inklappen Stalling WAARSCHUWING Stal de maaimachine op een koele, schone en droge plaats. Als de handgreep verkeerd wordt in- en uitgeklapt, kunnen de kabels schade oplopen, waardoor de machine niet veilig kan worden gebruikt. Voorbereidingen voor stalling • Zorg ervoor dat u de kabels niet beschadigt als u de handgreep in- of uitklapt. WAARSCHUWING Benzinedampen kunnen tot ontploffing komen. • Bewaar benzine niet langer dan 30 dagen. • Indien een kabel is beschadigd, moet u contact opnemen met een erkende Service Dealer. • Stal de maaimachine nooit in een afgesloten ruimte in de nabijheid van open vuur. 1. Draai de knoppen van de handgreep los totdat u het bovenste deel van de handgreep vrij kunt bewegen. • Laat de motor afkoelen voordat u de machine stalt. 2. Klap het bovenste deel van de handgreep naar achteren zoals word getoond in Figuur 25. Belangrijk: Leid de kabels naar de buitenzijde van de handgreepknoppen terwijl u de handgreep beweegt. 1. Als u de tank voor de laatste keer van het jaar vult, moet u een stabilizer toevoegen aan de benzine volgens de voorschriften van de fabrikant. 2. U moet ongebruikte brandstof op de juiste wijze afvoeren. Voer deze brandstof af volgens de plaatselijk geldende voorschriften of gebruik deze voor uw auto. Opmerking: Oude brandstof in de tank is de belangrijkste oorzaak voor startproblemen. Bewaar benzine zonder stabilizer niet langer dan 30 dagen en benzine waaraan stabilizer is toegevoegd, niet langer dan 90 dagen. 3. Laat de motor lopen totdat hij afslaat door gebrek aan benzine. Figuur 25 4. Start de motor opnieuw. 5. Laat de motor lopen totdat deze afslaat. Als de motor niet meer wil starten, is de brandstof voldoende verbruikt. 3. Om de handgreep uit te klappen, voert u bovenstaande stappen in omgekeerde volgorde uit. 6. Verwijder de bougiekabel van de bougie. De maaimachine uit de stalling halen 7. Verwijder de bougie, giet 30 ml olie in het bougiegat en trek verschillende keren langzaam aan het startkoord om de olie over de cilinderwand te verspreiden teneinde corrosie in de stallingsperiode te voorkomen. 1. Verwijder de bougies en laat de motor snel draaien door aan de handgreep van het startkoord te trekken om de overmatige olie uit de cilinder te verwijderen. 2. Plaats de bougie en draai hem met behulp van een momentsleutel vast met een torsie van 20 Nm. 8. Monteer de bougie zonder deze vast te draaien. 9. Draai alle moeren, bouten en schroeven goed aan. 3. Sluit de kabel aan op de bougie. 15 Opmerkingen: 16 Opmerkingen: 17 Opmerkingen: 18 Lijst met internationale dealers Dealer: Atlantis Su ve Sulama Sisstemleri Lt Balama Prima Engineering Equip. B-Ray Corporation Casco Sales Company Ceres S.A. CSSC Turf Equipment (pvt) Ltd. Cyril Johnston & Co. Equiver Femco S.A. G.Y.K. Company Ltd. Geomechaniki of Athens Guandong Golden Star Hako Ground and Garden Hako Ground and Garden Hayter Limited (U.K.) Hydroturf Int. Co Dubai Hydroturf Egypt LLC Ibea S.P.A. Irriamc Irrigation Products Int'l Pvt Ltd. Jean Heybroek BV. Lely (U.K.) Limited Maquiver S.A. Maruyama Mfg. Co. Inc. Metra Kft Mountfield a.s. Munditol S.A. Oslinger Turf Equipment SA Oy Hako Ground and Garden Ab Parkland Products Ltd. Prochaska & Cie RT Cohen 2004 Ltd. Riversa Roth Motorgerate GmBh & Co. Sc Svend Carlsen A/S Solvert S.A.S. Spypros Stavrinides Limited Surge Systems India Limited T-Markt Logistics Ltd. Toro Australia Toro Europe BVBA Land: Turkije Hongkong Korea Puerto Rico Costa Rica Sri Lanka Noord-Ierland Mexico Guatemala Japan Griekenland China Zweden Noorwegen Verenigd Koninkrijk Verenigde Arabische Emiraten Egypte Italië Portugal India Nederland Verenigd Koninkrijk Colombia Japan Hongarije Tsjechië Argentinië Ecuador Finland Nieuw-Zeeland Oostenrijk Israël Spanje Duitsland Denemarken Frankrijk Cyprus India Hongarije Australië België Telefoonnummer: 90 216 344 86 74 852 2155 2163 82 32 551 2076 787 788 8383 506 239 1138 94 11 2746100 44 2890 813 121 52 55 539 95444 502 442 3277 81 726 325 861 30 10 935 0054 86 20 876 51338 46 35 10 0000 47 22 90 7760 44 1279 723 444 97 14 347 9479 202 519 4308 39 0331 853611 351 21 238 8260 86 22 83960789 31 30 639 4611 44 1480 226 800 57 1 236 4079 81 3 3252 2285 36 1 326 3880 420 255 704 220 54 11 4 821 9999 593 4 239 6970 358 987 00733 64 3 34 93760 43 1 278 5100 972 986 17979 34 9 52 83 7500 49 7144 2050 45 66 109 200 33 1 30 81 77 00 357 22 434131 91 1 292299901 36 26 525 500 61 3 9580 7355 32 14 562 960 374-0269 Rev A Toro Garantie Voorwaarden en producten waarvoor de garantie geldt The Toro® Company en de hieraan gelieerde onderneming Toro Warranty Company, geven krachtens een overeenkomst tussen beide ondernemingen gezamenlijk de garantie alle onderstaande Toro-producten te repareren als deze materiaalgebreken of fabricagefouten vertonen, mits het product uitsluitend voor huiselijke doeleinden* is gebruikt. Aanwijzingen voor aanvraag van garantieservice Als u van mening bent dat een Toro product materiaalgebreken of fabricagefouten vertoont, moet u deze procedure volgen: 1. Neem contact op met de verkoper om het product te laten nakijken of te repareren. Als u om wat voor reden dan ook geen contact kunt opnemen met de verkoper, neem dan contact op met een andere erkende Toro-dealer om onderhoud te laten plegen. 2. Breng het product met uw aankoopbewijs (kwitantie) naar de servicedealer. Als u om enige reden ontevreden bent over het onderzoek van de servicedealer of de verleende hulp, verzoeken wij u contact met ons op te nemen via: De volgende perioden zijn van toepassing vanaf de datum van aankoop: Producten Motorgazonmaaiers Riders Gazon- & Tuintractoren Elektrische trimmers en bladblazers Sneeuwruimers Zero Turn maaiers Garantieperiode 2 jaar garantie 2 jaar garantie 2 jaar garantie 2 jaar garantie 2 jaar garantie 2 jaar garantie Customer Care Department, Consumer Division The Toro Company 8111 Lyndale Avenue South Bloomington, MN 55420-1196 VS Manager: Technical Product Support: 001–952–887–8248 *De oorspronkelijke koper is de persoon die het Toro product oorspronkelijk heeft gekocht Zie bijgevoegde lijst met dealers *Normale huiselijke doeleinden betekent gebruik van het product op het terrein dat bij uw huis hoort. Gebruik op meer dan één locatie of gebruik op een werkplaats of gebruik voor verhuur wordt als commercieel gebruik beschouwd. Hierop is de garantie voor commercieel gebruik van toepassing. Garantie voor commercieel gebruik Plichten van de eigenaar U dient uw Toro product te onderhouden zoals wordt beschreven in de Gebruikershandleiding. Dit routineonderhoud is voor uw rekening, ongeacht of dit wordt uitgevoerd door de dealer of uzelf. Zaken en gevallen die niet onder de garantie vallen Toro Op consumentenproducten en werktuigen die worden gebruikt voor commerciële en institutionele doeleinden of worden verhuurd, wordt garantie verleend tegen materiaalgebreken en fabricagefouten gedurende de volgende perioden vanaf de datum van de oorspronkelijke aankoop: Buiten deze expliciete garantie vallen: • Producten Motorgazonmaaiers Riders Gazon- & Tuintractoren Elektrische trimmers en bladblazers Sneeuwruimers Zero Turn maaiers De kosten voor regelmatig onderhoud of onderdelen die aan slijtage onderhevig zijn, zoals rotormessen (schoepen), schrapermessen, riemen, brandstof, smeermiddelen, olie verversen, bougies, kabels/koppelingen of afstelling van remmen • Elk product of onderdeel dat is veranderd of verkeerd is gebruikt en moet worden vervangen of worden gerepareerd als gevolg van ongelukken of gebrekkig onderhoud. • Reparatie die noodzakelijk is omdat oude brandstof (ouder dan één maand) is gebruikt of het brandstofsysteem niet goed is voorbereid op een periode van buitengebruikstelling van langer dan één maand. • Motor en transmissie. Deze vallen onder de toepasselijke fabrieksgarantie met aparte algemene voorwaarden Garantieperiode 90 dagen garantie 90 dagen garantie 90 dagen garantie 90 dagen garantie 90 dagen garantie 45 dagen garantie Alle reparatiewerkzaamheden die onder deze garantie vallen, moeten worden uitgevoerd door een Erkende Toro servicedealer, waarbij Toro goedgekeurde vervangingsonderdelen dienen te worden gebruikt. Algemene voorwaarden De koper wordt beschermd door de nationale wetgeving van elk land. De rechten waarover de koper beschikt op grond van deze wetgeving, worden niet beperkt door deze garantie. 374-0268 Rev A
advertisement
Related manuals
advertisement