Toro 55cm Recycler Lawn Mower Walk Behind Mower Handleiding

Add to My manuals
20 Pages

advertisement

Toro 55cm Recycler Lawn Mower Walk Behind Mower Handleiding | Manualzz
Form No. 3367-664 Rev B
55 cm Recycler® gazonmaaier
Modelnr.: 20954—Serienr.: 311000001 en hoger
Gebruikershandleiding
Vervangingsonderdelen zijn verkrijgbaar bij een erkende servicedealer of via www.shoptoro.com.
Inleiding
Modelnr.:
Deze loopmaaier met draaiende messen is bedoeld
voor gebruik door particulieren. De machine is
voornamelijk ontworpen voor het maaien van gras
op goed onderhouden particuliere gazons. De
machine is niet ontworpen voor het maaien van
borstelig gras of voor gebruik in de landbouw.
Lees deze informatie zorgvuldig door, zodat u weet
hoe u de machine op de juiste wijze moet gebruiken en
onderhouden en om letsel en schade aan de machine te
voorkomen. U bent verantwoordelijk voor het juiste en
veilige gebruik van de machine.
U kunt rechtstreeks contact opnemen met Toro via
www.Toro.com voor informatie over producten en
accessoires, om een dealer te vinden of om uw product
te registreren.
Als u service, originele Toro-onderdelen of aanvullende
informatie nodig hebt, kunt u contact opnemen met
een erkende servicedealer of met de klantenservice
van Toro. U dient hierbij altijd het modelnummer en
het serienummer van het product te vermelden. De
locatie van het plaatje met het modelnummer en het
serienummer van het product is aangegeven op Figuur 1.
Serienr.:
Er worden in deze handleiding een aantal mogelijke
gevaren en een aantal veiligheidsberichten genoemd
(Figuur 2) met de volgende veiligheidssymbolen, die
duiden op een gevaarlijke situatie die zwaar lichamelijk
letsel of de dood tot gevolg kan hebben wanneer de
veiligheidsvoorschriften niet in acht worden genomen.
Figuur 2
1. Veiligheidssymbool
Er worden in deze handleiding twee woorden gebruikt
om uw aandacht op bijzondere informatie te vestigen.
Belangrijk attendeert u op bijzondere technische
informatie en Opmerking duidt algemene informatie
aan die bijzondere aandacht verdient.
Dit product voldoet aan alle relevante Europese
richtlijnen. Zie voor details de aparte product-specifieke
conformiteitsverklaring.
Voor models waarvan het aantal PK is aangegeven,
is de bruto PK door de motorfabrikant gemeten
in laboratoriumomstandigheden gemeten volgens
SAE J1940. Omdat bij de configuratie rekening
is gehouden met de veiligheids-, emissie- en
gebruiksvoorschriften, zal de motor van dit type
gazonmaaiers in de praktijk veel minder PK hebben.
Figuur 1
1. Plaatje met modelnummer en serienummer
U kunt het modelnummer en het serienummer noteren
in de ruimte hieronder:
Laat de bedieningsorganen en het afgesteld
motortoerental ongemoeid, anders kan er een onveilige
situatie ontstaan waardoor u letsel kunt oplopen.
Veiligheid
Onjuist gebruik of onderhoud van deze maaier
kan letsel tot gevolg hebben. Houd u aan deze
© 2011—The Toro® Company
8111 Lyndale Avenue South
Bloomington, MN 55420
Registreer uw product op www.Toro.com.
Vertaling van de oorspronkelijke tekst (NL)
Gedrukt in de VS
Alle rechten voorbehouden
veiligheidsinstructies om het risico op letsel te
verminderen.
• Vul de brandstoftank nooit binnenshuis; tijdens het
bijvullen niet roken.
• Vul brandstof bij voordat u de motor start. Verwijder
nooit de dop van de brandstoftank en vul nooit
benzine bij wanneer de motor loopt of heet is.
• Probeer de motor niet te starten als er brandstof is
gemorst. Verwijder de machine dan uit de buurt van
de plek waar is gemorst, en voorkom elke vorm van
open vuur of vonken totdat de brandstofdampen
volledig zijn verdwenen.
• Doe steeds de dop weer zorgvuldig op brandstoftanks
en -containers.
Toro heeft deze maaier ontworpen voor en getest op
veilig gebruik. Als u zich echter niet houdt aan de
volgende instructies kan dit lichamelijk letsel tot gevolg
hebben.
Het is van essentieel belang dat u en eventuele
andere gebruikers van de maaier de inhoud van deze
handleiding lezen en begrijpen voordat de motor
voor het eerst wordt gestart om maximale veiligheid
en de beste prestaties te garanderen en zodat u
kennis over het product opdoet. Let met name
op het symbool voor veiligheidswaarschuwingen
(Figuur 2) dat Voorzichtig, Waarschuwing of
Gevaar – ''instructie voor persoonlijke veiligheid''
kan betekenen. Zorg dat u de instructies leest
en begrijpt, dit is belangrijk voor de veiligheid.
Niet-naleving van de instructie kan leiden tot
lichamelijk letsel.
Vóór ingebruikname
• Draag tijdens het maaien altijd een lange broek en
stevige schoenen. Draag geen schoenen met open
tenen en loop niet op blote voeten.
• Inspecteer eerst grondig het terrein waar u de
machine wilt gebruiken en verwijder alle stenen,
takken, draden, botten of andere vreemde
voorwerpen.
• Controleer vóór gebruik altijd of de beschermplaten
en veiligheidsvoorzieningen zoals grasgeleiders en
grasvangers, op hun plaats zitten en naar behoren
werken.
• Controleer vóór het gebruik de messen,
bevestigingsbouten en het maaimechanisme altijd
op sporen van slijtage of beschadiging. Vervang
versleten of beschadigde messen en bouten altijd als
complete set om een goede balans te behouden.
Algemene veiligheidsregels
met betrekking tot de
maaimachine
De volgende instructies zijn ontleend aan EN 836.
Deze machine kan handen en voeten afsnijden en
voorwerpen uitwerpen. Als u de veiligheidsinstructies
niet opvolgt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel.
Instructie
• Lees deze handleiding aandachtig door. Zorg ervoor
dat u vertrouwd raakt met bedieningsorganen en
weet hoe u de machine moet gebruiken.
• Laat nooit kinderen of personen die de instructies
niet kennen, de maaimachine gebruiken. Voor
de bestuurder kan een wettelijke minimumleeftijd
gelden.
• Onthoud dat de bestuurder verantwoordelijk is voor
ongevallen of schade aan andere personen of hun
eigendommen.
• Zorg ervoor dat u de uitleg over alle pictogrammen
op de maaimachine en in de instructies hebt gelezen
en begrepen.
Starten
• Schakel alle mes- en aandrijfkoppelingen uit en
zet de versnelling in de neutraalstand voordat u de
motor start.
• Houd de maaimachine niet schuin als u de machine
start of de motor aanzet, behalve als u de machine
schuin moet houden om te starten. Houd de
machine in dat geval niet schuiner dan nodig is, en til
alleen de zijde op die het verst van u verwijderd is.
• Houd u bij het starten of aanzetten van de motor
zorgvuldig aan de voorschriften en houd uw voeten
uit de buurt van de maaimes(sen) en niet vóór het
uitwerpkanaal.
Benzine
Gebruiksaanwijzing
WAARSCHUWING: brandstof is licht ontvlambaar.
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen.
• Bewaar brandstof uitsluitend in tanks of blikken die
speciaal daarvoor bedoeld zijn.
• Houd iedereen weg uit het gebied waarin u de
machine gebruikt, met name kinderen en huisdieren.
• Maai uitsluitend bij daglicht of goed kunstlicht.
2
• Let op kuilen in het terrein en andere verborgen
gevaren.
– als de maaimachine abnormaal begint te trillen
(direct controleren).
• Houd handen en voeten uit de buurt van draaiende
onderdelen. Blijf altijd uit de buurt van de
afvoeropening.
• Bliksem kan ernstig of dodelijk letsel veroorzaken.
Als u bliksem ziet of donder hoort in het gebied,
gebruik de machine dan niet; ga schuilen.
• U mag een maaimachine nooit optillen of dragen
terwijl de motor loopt.
• Let op het verkeer als u in de buurt van een weg
werkt of deze oversteekt.
• Ga zeer voorzichtig te werk als u een
loopmaaimachine achteruitrijdt of naar u
toetrekt.
Onderhoud en opslag
• Draai alle moeren, bouten en schroeven regelmatig
strak aan, zodat de machine steeds veilig in gebruik is.
• Lopen, nooit rennen.
• Gebruik geen hoge druk als u werktuigen op de
machine reinigt.
• Hellingen:
– Maai niet op al te steile hellingen.
• Als er zich brandstof in de tank bevindt, mag u de
machine niet opslaan in een afgesloten ruimte waar
brandstofdampen in contact kunnen komen met
open vuur of vonken.
– Wees uiterst voorzichtig op hellingen.
– Maai dwars over een helling, nooit helling op en
af, en wees uiterst voorzichtig als u op een helling
van richting verandert.
• Laat de motor afkoelen voordat u de machine in een
afgesloten ruimte opslaat.
– Zorg dat u op hellingen altijd stevig staat.
• Neem gas terug als u de tractie-koppeling inschakelt,
vooral wanneer de machine in een hoge versnelling
staat. Verminder de snelheid op een helling en in
een scherpe bocht om te voorkomen dat de machine
kantelt of dat u de controle over de machine verliest.
• Om het risico van brand te verminderen, moet u de
motor, de geluiddemper, het accucompartiment en
de benzinetank vrij van gras, bladeren of overtollig
vet houden.
• U moet de onderdelen van de grasvanger en de
afvoergeleider veelvuldig controleren en, indien
nodig, vervangen door onderdelen die de fabrikant
heeft aanbevolen.
• Zorg ervoor dat het mes stilstaat als u de
maaimachine schuin moet houden om oppervlakken
over te steken die niet met gras zijn begroeid, en als
u de machine naar het terrein brengt waar u moet
maaien of daar weer weghaalt.
• Vervang versleten of beschadigde onderdelen met
het oog op een veilig gebruik.
• Laat de motor nooit in een afgesloten ruimte lopen,
omdat zich daar giftige koolmonoxidedampen
kunnen verzamelen.
• Vervang geluiddempers die gebreken vertonen.
• Als het nodig is de brandstoftank af te tappen, doe
dit dan buiten.
• Zet de motor af,
• Verander de instellingen van de motor niet en
voorkom overbelasting van de motor. Laat de motor
niet met een te hoog toerental lopen omdat dit de
kans op ongevallen kan vergroten.
– als u de maaimachine achterlaat.
– voordat u brandstof bijvult.
– voordat u de grasvanger verwijdert.
• Let op dat bij machines met meerdere messen andere
messen kunnen gaan draaien doordat u een mes
draait.
– voordat u de maaihoogte instelt, tenzij die vanaf
de bestuurderspositie kan worden ingesteld.
• Zet de motor af en maak de bougiekabel los:
• Wees voorzichtig als u de machine afstelt en voorkom
dat uw vingers bekneld raken tussen de draaiende
messen en de vaste onderdelen van de machine.
– voordat u verstoppingen losmaakt of het
uitwerpkanaal ontstopt.
– voordat u de maaimachine controleert, reinigt of
er werkzaamheden aan verricht.
• Om de beste prestaties en een veilig gebruik
te verzekeren, dient u uitsluitend originele
Toro-onderdelen en accessoires te gebruiken.
Gebruik nooit universele onderdelen en
accessoires; deze kunnen de veiligheid in gevaar
brengen.
– als u een vreemd voorwerp heeft geraakt, moet u
de maaimachine op beschadigingen controleren
en reparaties uitvoeren voordat u de machine
opnieuw start en weer in gebruik neemt.
3
Geluidsdruk
Deze machine oefent een geluidsdruk van 89
dBA uit op het gehoor van de gebruiker, met een
onzekerheidswaarde (K) van 1 dBA. De geluidsdruk is
vastgesteld volgens de procedures in EN 836.
Geluidsniveau
Deze machine heeft een gegarandeerd geluidsniveau van
98 dBA uit met een onzekerheidswaarde (K) van 1 dBA.
Het geluidsniveau werd bepaald volgens de procedures
in ISO 11094.
112-8760
1. De machine kan voorwerpen uitwerpen – Houd omstanders
op een veilige afstand van de machine.
2. Handen of voeten kunnen worden gesneden/geamputeerd
– Blijf uit de buurt van bewegende onderdelen.
Trilling
Deze machine heeft een maximaal trillingsniveau
van 5,5 m/s2 op de linkerhand en 5,4 m/s2 op de
rechterhand, elk met een onzekerheidswaarde (K) van
2,2 m/s2. De gemeten waarden zijn bepaald volgens de
procedures in EN 836.
Veiligheids- en
instructiestickers
112-8867
1. Vergrendelen
Belangrijk: Veiligheidsstickers en
veiligheidsinstructies bevinden zich bij
plaatsen waar gevaar kan ontstaan. Vervang
beschadigde stickers.
Merkteken van fabrikant
2. Ontgrendelen
114-7982
1. Geeft aan dat het mes onderdeel van een originele
Toro-maaimachine is.
1. Waarschuwing – Raadpleeg de Gebruikershandleiding.
2. De machine kan voorwerpen uitwerpen – Houd omstanders
op een veilige afstand van de machine.
3. Handen of voeten kunnen worden gesneden/geamputeerd,
maaimes – Trek de bougiekabel los en raadpleeg de
instructies vóór u service- of onderhoudswerkzaamheden
uitvoert.
4. Handen of voeten kunnen worden gesneden/geamputeerd
door het maaimes - Blijf uit de buurt van bewegende
onderdelen.
5. Handen of voeten kunnen worden gesneden/geamputeerd
door het maaimes – Maai nooit heuvelopwaarts en
heuvelafwaarts. Gebruik de machine dwars op hellingen.
Zet de motor af voordat u de bestuurderspositie verlaat en
kijk achterom als u achteruitloopt.
4
Montage
2
Belangrijk: Verwijder de beschermfolie van de
motor en werp deze weg.
De motor bijvullen met olie
1
Geen onderdelen vereist
Procedure
De handgreep bevestigen
De maaimachine wordt geleverd zonder olie in het carter.
Geen onderdelen vereist
1. Verwijder de peilstok (Figuur 4).
Procedure
WAARSCHUWING
Als de handgreep verkeerd wordt in- en uitgeklapt,
kunnen de kabels schade oplopen, waardoor de
machine niet veilig kan worden gebruikt.
• Zorg ervoor dat u de kabels niet beschadigt als
u de handgreep in- of uitklapt.
• Indien een kabel is beschadigd, moet u contact
opnemen met een erkende Service Dealer.
1. Verwijder de handgreepknoppen van de
maaierbehuizing (Figuur 3).
Figuur 4
Belangrijk: Leid de kabels naar de buitenzijde
van de handgreepknoppen terwijl u de
handgreep plaatst.
1. Peilstok
2. Giet langzaam olie in de vulbuis totdat het peil de
Vol-markering op de peilstok bereikt (Figuur 4). Niet
te vol vullen. (Maximale vulhoeveelheid: 0,59 l, type:
SAE 30 reinigingsolie, met onderhoudsclassificatie
SF, SG, SH, SJ, SL van het American Petroleum
Institute [API] of hoger).
3. Plaats de peilstok weer stevig op zijn plaats.
Belangrijk: Ververs de motorolie na de eerste 5
bedrijfsuren; daarna moet dit elk jaar gebeuren.
Zie De motorolie verversen.
Figuur 3
2. Zet de handgreep in de werkstand.
3. Plaats de handgreepknoppen die u tijdens stap 1 hebt
verwijderd terug en draai deze vast (Figuur 3).
5
Algemeen overzicht
van de machine
Gebruiksaanwijzing
De brandstoftank vullen
GEVAAR
Benzine is uitermate ontvlambaar en explosief.
Brand of explosie van benzine kan brandwonden
veroorzaken.
• Om te voorkomen dat een statische lading de
benzine tot ontbranding kan brengen, moet u
het benzinevat en/of de maaimachine voordat
u de tank vult op de grond plaatsen, niet op een
voertuig of een ander object.
• Vul de brandstoftank in de open lucht wanneer
de motor koud is. Neem gemorste benzine op.
• Rook niet als u omgaat met benzine, en houd
benzine uit de buurt van open vuur of brandstof.
Figuur 5
1. Maaihoogtehendel (4)
7. Handgreep van startkoord
2. Bougie
8. Bedieningsstang voor
maaimes
9. Stang voor zelfaandrijving
3. Luchtfilter (niet afgebeeld)
4. Dop van brandstoftank
10. Handgreepknoppen (2)
5. Vulbuis/Peilstok
11. Wasaansluiting
• Bewaar benzine in een goedgekeurd benzinevat
en buiten bereik van kinderen.
Vul de brandstoftank met verse loodvrije, normale
benzine van een bekend merk (Figuur 7).
Gebruik normale loodvrije benzine voor automobielen
(octaangetal minimaal 87). Gelode normale benzine kan
worden gebruikt als loodvrije benzine niet verkrijgbaar is.
6. Handgreep
Opmerking: Gebruik nooit methanol, benzine
die methanol bevat, gasohol die meer dan 10 %
ethanol bevat, omdat dit kan leiden tot schade aan het
brandstofsysteem. Geen olie bij de benzine mengen.
Belangrijk: Om startproblemen bij het volgende
seizoen te verminderen, moet u het hele seizoen een
stabilizer toevoegen aan de benzine. Gebruik nooit
benzine die ouder is dan 30 dagen.
Figuur 6
1. Grasvanger
2. Zijuitwerpkanaal
6
De maaihoogte instellen
WAARSCHUWING
Bij het instellen van de maaihoogte kunt u in
aanraking komen met een bewegend mes. Dit kan
ernstig letsel veroorzaken.
• Zet de motor af en wacht totdat alle bewegende
onderdelen tot stilstand gekomen zijn.
• Plaats uw vingers niet onder de behuizing als u
de maaihoogte instelt.
VOORZICHTIG
Als de motor heeft gelopen, kan de geluiddemper
heet zijn en ernstige brandwonden veroorzaken.
Blijf uit de buurt van een hete geluiddemper.
Figuur 7
Zet de maaihoogte op de gewenste stand. Stel de
voorwielen in op dezelfde hoogte als de achterwielen.
Het motoroliepeil controleren
Opmerking: Om de maaier omhoog te brengen,
beweegt u de hendels waarmee u de maaihoogte instelt
naar achteren. Om de maaier omlaag te brengen,
beweegt u de hendels waarmee u de maaihoogte instelt
naar voren (Figuur 9).
Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks
1. Verwijder de peilstok uit de buis en veeg deze
schoon. Schuif daarna de peilstok weer helemaal
terug (Figuur 8).
Figuur 8
1. Peilstok
2. Haal de peilstok eruit en controleer het oliepeil
(Figuur 8). Als het peil onder de Bijvullen-markering
op de peilstok staat, giet dan lanzaam voldoende olie
in de vulbuis totdat het peil de Vol-markeringhop
de peilstok bereikt. Niet te vol vullen. (Maximale
vulhoeveelheid: 0,59 l, type: SAE 30 reinigingsolie,
met onderhoudsclassificatie SF, SG, SH, SJ, SL van
het American Petroleum Institute [API] of hoger).
3. Plaats de peilstok weer stevig op zijn plaats.
Figuur 9
1. Maaimachine omhoog
brengen
2. Maaimachine omlaag
brengen
Opmerking: De maaihoogteinstellingen zijn 25 mm,
4 mm, 54 mm, 64 mm, 73 mm, 83 mm en 102 mm.
7
Motor starten
1. Houd de bedieningsstang van het maaimes tegen de
handgreep (Figuur 10).
Figuur 12
1. Stang voor zelfaandrijving
Figuur 10
Om de zelfaandrijving uit te schakelen laat u de stang los.
1. Bedieningsstang voor maaimes
Opmerking: De zelfaandrijving heeft een vaste
maximumsnelheid. Om de snelheid te verminderen,
moet u de ruimte tussen de stang voor de zelfaandrijving
en de handgreep vergroten.
2. Trek aan de handgreep van het startkoord (Figuur 11)
Opmerking: Trek de starthandgreep langzaam uit
totdat u weerstand voelt, daarna krachtig uittrekken
(Figuur 11). Laat het koord langzaam terugkeren.
De motor afzetten
Om de motor af te zetten, laat u de bedieningsstang van
het maaimes los.
Belangrijk: Als u de bedieningsstang loslaat,
moeten de motor en het mes binnen 3 seconden
stoppen. Als dit niet gebeurt, mag u de machine
niet verder gebruiken en moet u contact opnemen
met een erkende Service Dealer.
Figuur 11
Maaisel recyclen
Als de machine wordt geleverd, is deze gereed om
maaisel en bladafval naar het gazon te recyclen.
Opmerking: Als de motor na enkele pogingen
niet wil starten, moet u contact opnemen met een
erkende Service Dealer.
Als de grasvanger op de machine zit, moet u die
verwijderen (zie Grasvanger verwijderen) alvorens
het maaisel te recyclen. Als het zijuitwerpkanaal op
de machine is bevestigd,, moet u die verwijderen (zie
Zijuitwerpkanaal verwijderen) voordat u het maaisel gaat
recyclen.
De zelfaandrijving gebruiken
Om de zelfaandrijving te bedienen moet u de
aandrijfstang van de zelfaandrijving (Figuur 12) inknijpen
in de richting van de hendel en vasthouden.
Het maaisel opvangen
Gebruik de grasvanger als u maaisel en bladafval wilt
verzamelen.
8
WAARSCHUWING
Door een versleten grasvanger kunnen steentjes
en andere voorwerpen worden uitgeworpen in
de richting van de gebruiker of de omstanders.
Uitgeworpen voorwerpen kunnen ernstig
lichamelijk of dodelijk letsel toebrengen aan de
gebruiker of omstanders.
Controleer de graszak regelmatig. Plaats een
nieuwe Toro-grasvanger als de oude is beschadigd.
Als het zijuitwerpkanaal op de machine is bevestigd, moet
u die verwijderen (zie Zijuitwerpkanaal verwijderen)
voordat u het maaisel gaat opvangen.
WAARSCHUWING
Het maaimes is scherp, contact met het maaimes
kan ernstig lichamelijk letsel veroorzaken.
Zet de motor af en wacht totdat alle bewegende
onderdelen tot stilstand zijn gekomen voordat u de
bestuurderspositie verlaat.
De grasvanger plaatsen
1. Zet de afvoergeleider aan de achterzijde omhoog en
houd hem in deze stand (Figuur 13).
Figuur 13
1. Inkepingen
3. Pen van graszak (2)
2. Afvoergeleider achterzijde
2. Plaats de graszak en zorg ervoor dat de pennen van
de zak in de inkepingen op de handgreep rusten
(Figuur 13).
3. Breng de afvoergeleider aan de achterzijde omlaag.
De graszak verwijderen
Om de zak te verwijderen, voert u bovenstaande stappen
in omgekeerde volgorde uit.
9
Maaisel zijwaarts afvoeren
Het zijuitwerpkanaal verwijderen
Gebruik de zijafvoer als u zeer hoog gras maait.
Om het zijuitwerpkanaal te verwijderen, brengt u de
afsluiter omhoog, verwijdert u het zijuitwerpkanaal en
brengt u de afsluiter weer omlaag.
Als de grasvanger op de machine zit, moet u deze
verwijderen alvorens het maaisel zijwaarts af te voeren.
Tips voor bediening en gebruik
WAARSCHUWING
Het maaimes is scherp; contact met het maaimes
kan ernstig lichamelijk letsel veroorzaken.
Algemene maaitips
• Verwijder stokken, stenen, draden, takken en ander
vuil die het mes kan raken, uit het werkgebied.
Zet de motor af en wacht totdat alle bewegende
onderdelen tot stilstand zijn gekomen voordat u de
bestuurderspositie verlaat.
• Zorg ervoor dat het mes geen vaste voorwerpen
raakt. Maai nooit met opzet over voorwerpen.
• Als de maaimachine toch een voorwerp raakt of
begint te trillen, moet u meteen de motor afzetten,
de bougiekabel losmaken en de maaimachine op
beschadiging controleren.
Zijuitwerpkanaal monteren
Breng de afsluiter omhoog en plaats het zijuitwerpkanaal
(Figuur 14).
• De beste resultaten krijgt u door een nieuw mes te
monteren voordat het maaiseizoen begint.
• Vervang indien nodig het maaimes door een
Toro-mes
Gras maaien
• U moet telkens niet meer dan ongeveer eenderde van
de grassprieten afmaaien. Maai niet met een stand
lager dan 54 mm, tenzij de grasmat dun is, of als
het laat in het najaar is wanneer het gras langzamer
begint te groeien. Zie De maaihoogte instellen.
• Als u gras wilt maaien dat langer dan 15 cm is, moet
u maaien op de maximale maaihoogte en met een
langzamere loopsnelheid. Vervolgens gaat u maaien
op een lagere maaihoogte om het gazon een zo fraai
mogelijk uiterlijk te geven. Als het gras te hoog is,
kan de maaimachine verstopt raken en de motor
afslaan.
• Maai uitsluitend droog gras of droge bladeren. Nat
gras en natte bladeren gaan aankoeken, waardoor de
maaimachine verstopt kan raken of de motor kan
afslaan.
WAARSCHUWING
Als u nat gras en natte bladeren maait, kunt u
uitglijden, in aanraking komen met het mes en
ernstig letsel oplopen. Maai uitsluitend in droge
omstandigheden.
• Wees bedacht op het risico van brand in zeer
droge omstandigheden; neem alle plaatselijke
brandwaarschuwingen in acht en houd de machine
vrij van droog gras en bladafval.
Figuur 14
10
• Maai steeds in wisselende richtingen. Hierdoor
wordt het maaisel beter over het gazon verstrooid,
zodat het gazon gelijkmatig wordt bemest.
– Stel de maaihoogte bij de voorwielen één stand
lager in dan bij de achterwielen. Bijvoorbeeld:
zet de maaihoogte van de voorwielen op 54 mm
en die van de achterwielen op 64 mm.
• Als u met het uiterlijk van het voltooide gazon niet
tevreden bent, probeer dan een of meer van de
volgende stappen:
Bladeren fijnmaken
• Na het maaien moet altijd 50 % van het gazon
zichtbaar blijven door de bladerlaag. Dit kan een of
meerdere rondgangen over de bladeren vereisen.
– Vervang het maaimes of laat het slijpen.
– Loop langzamer tijdens het maaien.
– Stel de maaimachine in op een hogere
maaihoogte.
– Maai het gras vaker.
• Als er een laag bladeren van meer dan 12 cm op
het gazon ligt, moet u de voorwielen een of twee
uitsparingen hoger zetten dan de achterwielen.
– Laat de maaibanen overlappen in plaats van
steeds een volledig nieuwe baan te maaien.
• Als de maaimachine de bladeren niet fijn genoeg
maakt, is het beter om wat langzamer te maaien.
Onderhoud
Opmerking: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie de linker- en rechterzijde van de machine.
Aanbevolen onderhoudsschema
Onderhoudsinterval
Onderhoudsprocedure
Na de eerste 5 bedrijfsuren
• Ververs de motorolie.
Bij elk gebruik of dagelijks
• Het motoroliepeil controleren.
• Controleer of de motor binnen 3 seconden stopt nadat u de bedieningsstang van
het maaimes hebt losgelaten.
• Verwijder maaisel en vuil van de onderkant van de maaimachine.
Om de 25 bedrijfsuren
• Het luchtfilter vervangen (vaker als de machine wordt gebruikt in stoffige of vuile
omstandigheden).
Vóór de stalling
Jaarlijks
• Laat de benzine uit de brandstoftank lopen voordat u vereiste reparaties uitvoert of
de machine stalt.
• Ververs de motorolie.
• Vervang het maaimes of laat het slijpen; vaker vervangen of slijpen als de snijrand
snel bot word.
• Reinig het luchtkoelsysteem. (Doe dit vaker als de machine wordt gebruikt in stoffige
of vuile omstandigheden). Zie de gebruikershandleiding van de motor.
• Zie de Gebruikershandleiding van de motor voor eventuele verdere
onderhoudsprocedures.
Belangrijk: Zie de gebruikershandleiding van de motor voor verdere onderhoudsprocedures.
Opmerking: Vervangingsonderdelen zijn verkrijgbaar via een erkende servicedealer (ga naar www.toro.com om de
dichtstbijzijnde dealer te vinden) of via www.shoptoro.com.
Voorbereidingen voor
onderhoudswerkzaamheden
1. Zet de motor af en wacht totdat alle bewegende
onderdelen tot stilstand gekomen zijn.
2. Trek de bougiekabel los van de bougie (Figuur 15)
voordat u onderhoudswerkzaamheden uitvoert.
11
2. Vervang het luchtfilter (Figuur 17).
Figuur 17
Figuur 15
Het uitzicht van de bougiekabel kan licht variëren.
3. Plaats het deksel terug.
De motorolie verversen
3. Nadat u de onderhoudswerkzaamheden hebt
uitgevoerd, moet u de kabel weer aansluiten op de
bougie.
Onderhoudsinterval: Na de eerste 5 bedrijfsuren
Jaarlijks
Belangrijk: Voordat u de machine kantelt om
olie te verversen of het mes te vervangen, moet
u de machine gebruiken totdat de benzinetank
leeg is. Als u de machine moet kantelen voordat
de benzinetank leeg is, dient u de benzine met
een handpomp uit de tank te pompen. Kantel de
maaimachine altijd op de linkerzijkant, met het
luchtfilter naar boven.
Voordat u de olie ververst, moet u de motor enkele
minuten laten lopen zodat de olie warm wordt. Warme
olie is vloeibaarder en voert vervuilingen beter mee.
1. Zie Voorbereidingen voor onderhoudswerkzaamheden.
2. Verwijder de peilstok (Figuur 18).
WAARSCHUWING
Als u de machine kantelt, kan er benzine uit
de tank lekken. Benzine is ontvlambaar en
explosief en kan brandwonden veroorzaken.
Laat de motor drooglopen of pomp de benzine
met een handpomp uit de tank. Gebruik nooit
een hevel.
Het luchtfilter vervangen
Onderhoudsinterval: Om de 25 bedrijfsuren
1. Gebruik een schroevendraaier om het
luchtfilterdeksel te openen (Figuur 16).
Figuur 18
1. Peilstok
3. Kantel de machine op de zijkant (met het luchtfilter
naar boven) om de oude olie via de vulbuis weg te
laten lopen (Figuur 19).
Figuur 16
12
Figuur 19
4. Giet langzaam olie in de vulbuis totdat het
peil de Vol-markering op de peilstok bereikt
(Figuur 18). Niet te vol vullen. (Maximale
vulhoeveelheid: 0,59 l, type: SAE 30 reinigingsolie,
met onderhoudsclassificatie SF, SG, SH, SJ, SL van
het American Petroleum Institute [API] of hoger).
Figuur 20
4. Verwijder het mes en bewaar alle
bevestigingselementen (Figuur 20).
5. Monteer het nieuwe mes en alle bevestigingselementen (Figuur 21).
5. Plaats de peilstok weer stevig op zijn plaats.
6. Geef de oude olie af bij een erkend inzamelpunt.
Het maaimes vervangen
Onderhoudsinterval: Jaarlijks
Belangrijk: U hebt een momentsleutel nodig om
het mes op correcte wijze te monteren. Als u geen
momentsleutel hebt of niet goed weet hoe u de
montage moet uitvoeren, kunt u contact opnemen
met een erkende servicedealer.
Controleer het mes wanneer de benzinetank leeg is.
Een beschadigd of gescheurd mes moet direct worden
vervangen. Als de snijrand bot is of bramen vertoont,
moet u het mes laten slijpen en balanceren of het mes
vervangen.
WAARSCHUWING
Het maaimes is scherp, contact met het maaimes
kan ernstig lichamelijk letsel veroorzaken.
Gebruik handschoenen als u het mes monteert.
Figuur 21
1. Zie Voorbereidingen voor onderhoudswerkzaamheden.
Belangrijk: De gebogen uiteinden van het mes
moeten naar de behuizing van de maaimachine
wijzen.
6. Gebruik een momentsleutel om de mesbout vast
te draaien met een torsie van 82 Nm.
2. Kantel de maaimachine altijd op de zijkant met het
luchtfilter naar boven.
3. Gebruik een blok hout om het mes stil te houden
(Figuur 20).
Belangrijk: Een bout die is vastgedraaid met
een torsie van 82 Nm, zit erg vast. Zet het
mes vast met een stuk hout en plaats uw volle
13
gewicht achter de (dop)sleutel om de bout goed
vast te draaien. Het is erg moeilijk om deze bout
te vast te draaien.
WAARSCHUWING
Er kan materiaal losraken dat zit vastgekoekt aan
de onderkant van de maaimachine.
Kabel van elfaandrijving
afstellen
• Draag oogbescherming.
Wanneer u een nieuwe kabel voor de zelfaandrijving
monteert of de zelfaandrijving ontsteld is, moet u de
kabel afstellen.
• Houd omstanders uit de buurt.
• Blijf in de bedieningspositie (achter de
handgreep) staan als de motor loopt.
Om de beste resultaten te verkrijgen, dient u de machine
te reinigen zodra u klaar bent met maaien.
1. Draai de moer van de kabelbeugel los (Figuur 22).
1. Zet de machine in de laagste maaistand. Zie De
maaihoogte instellen.
2. Plaats de maaimachine op een vlakke en verharde
ondergrond.
3. Reinig het gebied onder de afvoergeleider aan de
achterzijde waar het maaisel vanuit de behuizing naar
de graszak gaat.
Opmerking: Reinig het gebied met de hendel
helemaal naar voren en helemaal naar achteren.
4. Bevestig een tuinslang die aangesloten op een kraan,
aan de wasaansluiting op de maaikast (Figuur 24).
Figuur 22
Deze afbeelding is voor de duidelijkheid vereenvoudigd.
2. Trek de kabelmantel omlaag (naar de maaimachine
toe) om alle speling uit de kabel te halen (Figuur 23).
Figuur 24
1. Wasaansluiting
5. Draai de kraan open.
6. Start de motor en laat deze lopen totdat er geen
maaisel meer onder de maaikast vandaan komt.
Figuur 23
Deze afbeelding is voor de duidelijkheid vereenvoudigd.
7. Zet de motor af.
8. Draai de kraan dicht en maak de tuinslang los van
de maaimachine.
9. Start de motor en laat deze een paar minuten lopen
om de maaikast te drogen zodat deze niet gaat
roesten.
3. Draai de moer op de kabelbeugel vast.
Maaidek reinigen
10. Laat de motor afkoelen voordat u de machine in een
afgesloten ruimte opslaat.
Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks
14
De handgreep inklappen
Stalling
WAARSCHUWING
Stal de maaimachine op een koele, schone en droge
plaats.
Als de handgreep verkeerd wordt in- en uitgeklapt,
kunnen de kabels schade oplopen, waardoor de
machine niet veilig kan worden gebruikt.
Voorbereidingen voor stalling
• Zorg ervoor dat u de kabels niet beschadigt als
u de handgreep in- of uitklapt.
WAARSCHUWING
Benzinedampen kunnen tot ontploffing komen.
• Bewaar benzine niet langer dan 30 dagen.
• Indien een kabel is beschadigd, moet u contact
opnemen met een erkende Service Dealer.
• Stal de maaimachine nooit in een afgesloten
ruimte in de nabijheid van open vuur.
1. Draai de knoppen van de handgreep los totdat u het
bovenste deel van de handgreep vrij kunt bewegen.
• Laat de motor afkoelen voordat u de machine
stalt.
2. Klap het bovenste deel van de handgreep naar
achteren zoals word getoond in Figuur 25.
Belangrijk: Leid de kabels naar de buitenzijde
van de handgreepknoppen terwijl u de
handgreep beweegt.
1. Als u de tank voor de laatste keer van het jaar vult,
moet u een stabilizer toevoegen aan de benzine
volgens de voorschriften van de fabrikant.
2. U moet ongebruikte brandstof op de juiste wijze
afvoeren. Voer deze brandstof af volgens de
plaatselijk geldende voorschriften of gebruik deze
voor uw auto.
Opmerking: Oude brandstof in de tank is de
belangrijkste oorzaak voor startproblemen. Bewaar
benzine zonder stabilizer niet langer dan 30 dagen en
benzine waaraan stabilizer is toegevoegd, niet langer
dan 90 dagen.
3. Laat de motor lopen totdat hij afslaat door gebrek
aan benzine.
Figuur 25
4. Start de motor opnieuw.
5. Laat de motor lopen totdat deze afslaat. Als de motor
niet meer wil starten, is de brandstof voldoende
verbruikt.
3. Om de handgreep uit te klappen, voert u
bovenstaande stappen in omgekeerde volgorde uit.
6. Verwijder de bougiekabel van de bougie.
De maaimachine uit de stalling
halen
7. Verwijder de bougie, giet 30 ml olie in het bougiegat
en trek verschillende keren langzaam aan het
startkoord om de olie over de cilinderwand te
verspreiden teneinde corrosie in de stallingsperiode
te voorkomen.
1. Verwijder de bougies en laat de motor snel draaien
door aan de handgreep van het startkoord te trekken
om de overmatige olie uit de cilinder te verwijderen.
2. Plaats de bougie en draai hem met behulp van een
momentsleutel vast met een torsie van 20 Nm.
8. Monteer de bougie zonder deze vast te draaien.
9. Draai alle moeren, bouten en schroeven goed aan.
3. Sluit de kabel aan op de bougie.
15
Opmerkingen:
16
Opmerkingen:
17
Opmerkingen:
18
Lijst met internationale dealers
Dealer:
Atlantis Su ve Sulama Sisstemleri Lt
Balama Prima Engineering Equip.
B-Ray Corporation
Casco Sales Company
Ceres S.A.
CSSC Turf Equipment (pvt) Ltd.
Cyril Johnston & Co.
Equiver
Femco S.A.
G.Y.K. Company Ltd.
Geomechaniki of Athens
Guandong Golden Star
Hako Ground and Garden
Hako Ground and Garden
Hayter Limited (U.K.)
Hydroturf Int. Co Dubai
Hydroturf Egypt LLC
Ibea S.P.A.
Irriamc
Irrigation Products Int'l Pvt Ltd.
Jean Heybroek BV.
Lely (U.K.) Limited
Maquiver S.A.
Maruyama Mfg. Co. Inc.
Metra Kft
Mountfield a.s.
Munditol S.A.
Oslinger Turf Equipment SA
Oy Hako Ground and Garden Ab
Parkland Products Ltd.
Prochaska & Cie
RT Cohen 2004 Ltd.
Riversa
Roth Motorgerate GmBh & Co.
Sc Svend Carlsen A/S
Solvert S.A.S.
Spypros Stavrinides Limited
Surge Systems India Limited
T-Markt Logistics Ltd.
Toro Australia
Toro Europe BVBA
Land:
Turkije
Hongkong
Korea
Puerto Rico
Costa Rica
Sri Lanka
Noord-Ierland
Mexico
Guatemala
Japan
Griekenland
China
Zweden
Noorwegen
Verenigd Koninkrijk
Verenigde Arabische Emiraten
Egypte
Italië
Portugal
India
Nederland
Verenigd Koninkrijk
Colombia
Japan
Hongarije
Tsjechië
Argentinië
Ecuador
Finland
Nieuw-Zeeland
Oostenrijk
Israël
Spanje
Duitsland
Denemarken
Frankrijk
Cyprus
India
Hongarije
Australië
België
Telefoonnummer:
90 216 344 86 74
852 2155 2163
82 32 551 2076
787 788 8383
506 239 1138
94 11 2746100
44 2890 813 121
52 55 539 95444
502 442 3277
81 726 325 861
30 10 935 0054
86 20 876 51338
46 35 10 0000
47 22 90 7760
44 1279 723 444
97 14 347 9479
202 519 4308
39 0331 853611
351 21 238 8260
86 22 83960789
31 30 639 4611
44 1480 226 800
57 1 236 4079
81 3 3252 2285
36 1 326 3880
420 255 704 220
54 11 4 821 9999
593 4 239 6970
358 987 00733
64 3 34 93760
43 1 278 5100
972 986 17979
34 9 52 83 7500
49 7144 2050
45 66 109 200
33 1 30 81 77 00
357 22 434131
91 1 292299901
36 26 525 500
61 3 9580 7355
32 14 562 960
374-0269 Rev A
Toro Garantie
Voorwaarden en producten waarvoor de garantie geldt
The Toro® Company en de hieraan gelieerde onderneming Toro
Warranty Company, geven krachtens een overeenkomst tussen beide
ondernemingen gezamenlijk de garantie alle onderstaande Toro-producten
te repareren als deze materiaalgebreken of fabricagefouten vertonen, mits
het product uitsluitend voor huiselijke doeleinden* is gebruikt.
Aanwijzingen voor aanvraag van garantieservice
Als u van mening bent dat een Toro product materiaalgebreken of
fabricagefouten vertoont, moet u deze procedure volgen:
1.
Neem contact op met de verkoper om het product te laten nakijken
of te repareren. Als u om wat voor reden dan ook geen contact kunt
opnemen met de verkoper, neem dan contact op met een andere
erkende Toro-dealer om onderhoud te laten plegen.
2.
Breng het product met uw aankoopbewijs (kwitantie) naar de
servicedealer. Als u om enige reden ontevreden bent over het
onderzoek van de servicedealer of de verleende hulp, verzoeken wij
u contact met ons op te nemen via:
De volgende perioden zijn van toepassing vanaf de datum van aankoop:
Producten
Motorgazonmaaiers
Riders
Gazon- & Tuintractoren
Elektrische trimmers en bladblazers
Sneeuwruimers
Zero Turn maaiers
Garantieperiode
2 jaar garantie
2 jaar garantie
2 jaar garantie
2 jaar garantie
2 jaar garantie
2 jaar garantie
Customer Care Department, Consumer Division
The Toro Company
8111 Lyndale Avenue South
Bloomington, MN 55420-1196 VS
Manager: Technical Product Support: 001–952–887–8248
*De oorspronkelijke koper is de persoon die het Toro product oorspronkelijk
heeft gekocht
Zie bijgevoegde lijst met dealers
*Normale huiselijke doeleinden betekent gebruik van het product op
het terrein dat bij uw huis hoort. Gebruik op meer dan één locatie of
gebruik op een werkplaats of gebruik voor verhuur wordt als commercieel
gebruik beschouwd. Hierop is de garantie voor commercieel gebruik van
toepassing.
Garantie voor commercieel gebruik
Plichten van de eigenaar
U dient uw Toro product te onderhouden zoals wordt beschreven in
de Gebruikershandleiding. Dit routineonderhoud is voor uw rekening,
ongeacht of dit wordt uitgevoerd door de dealer of uzelf.
Zaken en gevallen die niet onder de garantie vallen
Toro Op consumentenproducten en werktuigen die worden gebruikt voor
commerciële en institutionele doeleinden of worden verhuurd, wordt
garantie verleend tegen materiaalgebreken en fabricagefouten gedurende
de volgende perioden vanaf de datum van de oorspronkelijke aankoop:
Buiten deze expliciete garantie vallen:
•
Producten
Motorgazonmaaiers
Riders
Gazon- & Tuintractoren
Elektrische trimmers en bladblazers
Sneeuwruimers
Zero Turn maaiers
De kosten voor regelmatig onderhoud of onderdelen die aan slijtage
onderhevig zijn, zoals rotormessen (schoepen), schrapermessen,
riemen, brandstof, smeermiddelen, olie verversen, bougies,
kabels/koppelingen of afstelling van remmen
•
Elk product of onderdeel dat is veranderd of verkeerd is gebruikt
en moet worden vervangen of worden gerepareerd als gevolg van
ongelukken of gebrekkig onderhoud.
•
Reparatie die noodzakelijk is omdat oude brandstof (ouder dan één
maand) is gebruikt of het brandstofsysteem niet goed is voorbereid
op een periode van buitengebruikstelling van langer dan één maand.
•
Motor en transmissie. Deze vallen onder de toepasselijke
fabrieksgarantie met aparte algemene voorwaarden
Garantieperiode
90 dagen garantie
90 dagen garantie
90 dagen garantie
90 dagen garantie
90 dagen garantie
45 dagen garantie
Alle reparatiewerkzaamheden die onder deze garantie vallen, moeten
worden uitgevoerd door een Erkende Toro servicedealer, waarbij Toro
goedgekeurde vervangingsonderdelen dienen te worden gebruikt.
Algemene voorwaarden
De koper wordt beschermd door de nationale wetgeving van elk land.
De rechten waarover de koper beschikt op grond van deze wetgeving,
worden niet beperkt door deze garantie.
374-0268 Rev A

advertisement

Related manuals

advertisement