advertisement
Aansluiten op andere apparatuur
Aansluiting op een PC
U kunt opnamen op een PC zetten door het toestel en de PC met elkaar te verbinden.
• Als de opnamen zijn opgeslagen op een kaart, kunt u de kaart ook gebruiken door deze rechtstreeks aan te sluiten op een SD-geheugenkaartsleuf van uw PC. Raadpleeg voor details de handleiding van de PC.
• Als uw computer geen ondersteuning biedt voor SDXC-geheugenkaarten, wordt een bericht weergegeven met het verzoek de kaart te formatteren. (Formatteer de kaart niet.
Hierdoor worden de opgeslagen opnamen gewist.) Als de kaart niet wordt herkend, raadpleeg dan voor ondersteuning de volgende website. http://panasonic.net/avc/sdcard/information/SDXC.html
• U kunt de opnamen die u hebt geïmporteerd gemakkelijk afdrukken of per e-mail versturen. Het gebruik van de “PHOTOfunSTUDIO”-software in de bundel op de CD-
ROM (bijgeleverd) is een handige manier om dit te doen.
• Lees de aparte bedieningsinstructies voor de geleverde software voor meer informatie over de software op de CD-ROM (bijgeleverd) en hoe deze geïnstalleerd moet worden.
Voorbereiding:
Zet het toestel en de PC aan.
Verwijder de kaart voordat u de opnamen gebruikt in het ingebouwde geheugen.
AV OUT
DIGITAL
• Controleer de richtingen van de connectors, en steek deze recht naar binnen of haal deze er recht uit. (Anders zouden de connectors verbogen kunnen worden, wat tot problemen leidt.)
• Gebruik een batterij met voldoende batterijstroom of de AC-adapter (optioneel) en het
DC-koppelstuk (optioneel). Als er weinig batterijstroom resteert terwijl de camera en de
PC met elkaar communiceren, gaat een alarmpieptoon af.
Raadpleeg “De USB-kabel veilig losmaken” (P115)
voordat u de USB-kabel losmaakt.
Anders zouden gegevens beschadigd kunnen raken.
- 114 -
Aansluiten op andere apparatuur
1
Sluit de camera aan op een PC via de USB-kabel A (bijgeleverd).
• Gebruik geen enkele andere USB-kabel dan de bijgeleverde kabel.
Gebruik van andere kabels dan de bijgeleverde USB-kabel zou een storing kunnen veroorzaken.
2
Raak [PC] aan.
• Als eerder [USB MODE]
USB MODE het menu [SET-UP], dan wordt de camera automatisch verbonden met de PC zonder dat het selectiescherm
[USB MODE] wordt weergegeven. Dit is handig omdat het dan niet nodig is deze functie telkens in te stellen als u weer
SEL. USB MODE
PictBridge(PTP)
PC verbinding maakt met de PC.
• Wanneer het toestel aangesloten wordt op de PC terwijl [USB MODE] is ingesteld op [PictBridge(PTP)], verschijnt er mogelijk een bericht op de PC. Selecteer
[Annul] om het scherm te sluiten, en koppel het toestel los van de PC. Stel
[USB MODE] daarna weer in op [PC].
3
Dubbelklik op [Removable Disk] in [My Computer].
• Wanneer u een Macintosh gebruikt, wordt de drive afgebeeld op de desktop.
(“LUMIX”, “NO_NAME” of “Untitled” wordt afgebeeld.)
4
Dubbelklik op de map [DCIM].
5
Versleep de gewenste opnamen of de map waarin deze opnamen zijn opgeslagen, naar een map op de PC.
• Ontkoppel vervolgens de camera met de functie “Hardware veilig verwijderen” in de taakbalk (het systeemvak) van de PC. Als het pictogram niet wordt afgebeeld, controleer dan of [TOEGANG] niet afgebeeld is op de LCD-monitor van het digitale toestel voordat u de hardware verwijdert.
Opmerking
• Dit toestel kan niet rechtop staan als de AC-adapter aangesloten is. Als u het toestel gebruikt op een vlak oppervlak, dan raden wij u aan het toestel op een zachte doek te plaatsen.
• Zet het toestel uit voordat u de AC-adapter (optioneel) aansluit of loskoppelt.
• Voordat u een kaart in het toestel plaatst of hieruit verwijdert, moet u het toestel uitzetten en de USB-kabel loskoppelen. Anders zouden gegevens beschadigd kunnen raken.
- 115 -
Aansluiten op andere apparatuur
PC (mapsamenstelling)
• Ingebouwd geheugen
• Kaart
DCIM
100_PANA
100_PANA
1
P1000001.JPG
2 3
P1000002.JPG
MOV: Bewegende beelden
MISC: DPOF-print
Favorieten
P1000999.JPG
101_PANA
999_PANA
MISC
Er wordt een nieuwe map aangemaakt als opnamen worden gemaakt in de volgende situaties.
• Wanneer een kaart is geplaatst die een map bevat met hetzelfde mapnummer
(bijvoorbeeld wanneer er opnamen werden gemaakt met een camera van een ander merk)
• Wanneer er in de map een opname aanwezig is met bestandsnummer 999
®
XP, Windows Vista
®
, Windows
®
7 en Mac OS X)
Stel [USB MODE] in op [PictBridge(PTP)].
Gegevens kunnen nu alleen worden gelezen vanaf de kaart naar de PC.
• Wanneer er 1000 of meer opnamen op een kaart staan, kunnen de opnamen in de
PTP-modus mogelijk niet worden geïmporteerd.
- 116 -
advertisement
* Your assessment is very important for improving the workof artificial intelligence, which forms the content of this project
Related manuals
advertisement
Table of contents
- 4 Vóór gebruik
- 4 Beknopte gebruiksaanwijzingen
- 6 Standaardaccessoires
- 7 Namen van de onderdelen
- 9 Hoe u het aanraakpaneel gebruikt
- 11 Voorbereiding
- 11 De batterij opladen
- 14 Over de levensduur van de batterij en de afspeelduur
- 15 De kaart (optioneel)/de batterij plaatsen en verwijderen
- 17 Over het ingebouwde geheugen/de kaart
- 19 De datum/tijd instellen (Klokinstelling)
- 20 De klokinstelling veranderen
- 21 Het menu instellen
- 22 Menuonderdelen instellen
- 24 Gebruik van het snelmenu
- 25 Over het Set-up-menu
- 33 De [OPNAME]-functie selecteren
- 35 Basiskennis
- 35 Opnamen maken met de automatische functie (4: intelligente automatische functie)
- 37 Scènedetectie
- 38 Instellingen van de intelligente automatische functie
- 39 Opnamen maken met uw favoriete instellingen (1: Normale beeldfunctie)
- 40 Scherp stellen
- 40 Wanneer er niet op het onderwerp scherp gesteld is (zoals wanneer deze zich niet in het midden bevindt van de compositie van de opname die u wilt maken)
- 41 Golfbeweging (cameratrilling) voorkomen
- 41 Richtingdetectiefunctie
- 42 Opnamen maken met de zoom
- 42 Gebruik van de optische zoom/gebruik van de extra optische zoom (EZ) /gebruik van de digitale zoom
- 44 Opnamen weergeven ([NORMAAL AFSP.])
- 45 De afspeelzoom gebruiken
- 46 Afbeelden van meerdere opnamen ([MEERVOUDIG AFSPELEN])
- 47 Opnamen wissen
- 47 Eén enkele opname wissen
- 48 Meerdere opnamen (tot 50) of alle opnamen wissen
- 49 Gevorderd (Opnamen maken)
- 49 Over de LCD-monitor
- 50 Opnamen maken met de ingebouwde flitser
- 50 De geschikte flitsinstelling selecteren
- 55 Close-up’s maken
- 55 [MACRO-AF]
- 56 [MACRO ZOOM]
- 57 Opnamen maken met de zelfontspanner
- 58 Opnamen maken met de aangeraakte zone scherpgesteld (Selectie van Aanraking AF-zone)
- 60 Belichtingscompensatie
- 61 Opnamen maken die overeenkomen met de scène die wordt opgenomen (Scènefunctie)
- 61 Scènes registreren met de scènefunctie (/ : My Scene Mode)
- 62 Voor elke opname de scènefunctie selecteren (5: Scène Mode)
- 63 [PORTRET]
- 63 [GAVE HUID]
- 64 [TRANSFORMEREN]
- 64 [ZELFPORTRET]
- 65 [LANDSCHAP]
- 65 [SPORT]
- 65 [NACHTPORTRET]
- 66 [NACHTL. SCHAP]
- 66 [VOEDSEL]
- 67 [PARTY]
- 67 [KAARSLICHT]
- 68 [BABY1] / [BABY2]
- 69 [HUISDIER]
- 69 [ZONSONDERG.]
- 69 [H. GEVOELIGH.]
- 70 [HI-SPEED BURST]
- 71 [FLITS-BURST]
- 72 [STERRENHEMEL]
- 72 [VUURWERK]
- 73 [STRAND]
- 73 [SNEEUW]
- 73 [LUCHTFOTO]
- 74 [ZANDSTRAAL]
- 74 [FOTO FRAME]
- 75 Functie voor bewegende beelden
- 78 Nuttige functies op reisbestemmingen
- 78 Opslaan op welke dag van uw vakantie u de opname maakt
- 81 Opnamedatums/tijden op overzeese reisbestemmingen (wereldtijd)
- 83 Gebruik van het [OPNAME]-functiemenu
- 83 [FLITS]
- 83 [ZELFONTSPANNER]
- 83 [FOTO RES.]
- 84 [OPN. KWALITEIT]
- 85 [GEVOELIGHEID]
- 86 [AF MODE]
- 87 [MACRO STAND]
- 88 [WITBALANS]
- 89 [BELICHTING]
- 90 [BURSTFUNCTIE]
- 91 [DIG. ZOOM]
- 91 [KLEURFUNCTIE]
- 92 [STABILISATIE]
- 93 [AF ASS. LAMP]
- 93 [RODE-OGEN CORR]
- 93 [KLOKINST.]
- 94 Karakters invoeren
- 95 Geavanceerd (weergeven)
- 95 Opnamen opeenvolgend weergeven (diashow)
- 97 Opnamen weergeven per opnamedatum ([KALENDER])
- 98 Opnamen selecteren en deze weergeven ([CATEGOR. AFSP.]/[FAVORIET AFSP.])
- 98 [CATEGOR. AFSP.]
- 100 [FAVORIET AFSP.]
- 101 Bewegende beelden afspelen
- 103 Gebruik van het [AFSPELEN]-functiemenu
- 103 [TEKST AFDR.]
- 105 [NW. RS.] De beeldgrootte (aantal pixels) reduceren
- 107 [BIJSNIJD.]
- 108 [LCD ROTEREN]
- 109 [FAVORIETEN]
- 110 [PRINT INST.]
- 112 [BEVEILIGEN]
- 113 [KOPIE] Opnamen kopiëren van het ingebouwde geheugen naar een kaart
- 114 Aansluiten op andere apparatuur
- 114 Aansluiting op een PC
- 117 De opnamen afdrukken
- 118 Een opname selecteren en afdrukken
- 119 Meerdere opnamen selecteren en afdrukken
- 120 Afdrukinstellingen
- 123 Opnamen weergeven op een TV-scherm
- 123 Opnamen weergeven met de AV-kabel
- 124 Opnamen weergeven op een TV met een sleuf voor een SD-geheugenkaart
- 125 Overige informatie
- 125 Schermdisplay
- 128 Voorzorgsmaatregelen bij het gebruik
- 134 Waarschuwingen op het scherm
- 137 Problemen oplossen
- 146 Aantal opnamen dat kan worden gemaakt en de beschikbare opnametijd