- No category
advertisement
Gebruiksaanwijzing
See the world in perfect detail
See the world in perfect detail
In deze gebruiksaanwijzing vindt u uitgebreide aanwijzingen voor het gebruik van uw camera.
Lees deze gebruiksaanwijzing aandachtig door.
DUT
Copyrightinformatie
• Microsoft Windows en het Windows-logo zijn geregistreerde handelsmerken van Microsoft Corporation.
• Mac is een geregistreerd handelsmerk van Apple Corporation.
• microSD™, microSDHC™ en microSDXC™ zijn geregistreerde handelsmerken van SD Association.
• HDMI, het HDMI-logo en de term 'High Definition Multimedia
Interface' zijn handelsmerken of geregistreerde handelsmerken van
HDMI Licensing LLC.
• Wi-Fi
®
, het Wi-Fi CERTIFIED-logo en het Wi-Fi-logo zijn geregistreerde handelsmerken van de Wi-Fi Alliance.
• Handelsmerken en handelsnamen in deze gebruiksaanwijzing zijn het eigendom van hun respectieve eigenaars.
• Cameraspecificaties of de inhoud van deze gebruiksaanwijzing kunnen bij een upgrade van camerafuncties zonder kennisgeving worden gewijzigd.
• Het is niet toegestaan om enig deel van deze gebruiksaanwijzing zonder vooraf gegeven toestemming te hergebruiken of verspreiden.
• U kunt de camera het beste laten onderhouden in het land waarin u deze hebt gekocht.
• Gebruik deze camera op een verantwoorde manier en leef alle wet- en regelgeving met betrekking tot het gebruik van de camera na.
• Raadpleeg voor Open Source-licentie-informatie de
'OpenSourceInfo.pdf' op de meegeleverde cd-rom.
PlanetFirst duidt op het streven van Samsung
Electronics naar een duurzame ontwikkeling en sociale verantwoordelijkheid door middel van een milieubewuste bedrijfsvoering.
1
Informatie over gezondheid en veiligheid
Houd u altijd aan de volgende voorzorgsmaatregelen en gebruikstips om gevaarlijke situaties te vermijden en ervoor te zorgen dat de camera optimaal werkt.
Waarschuwing—situaties die bij u of anderen letsel kunnen veroorzaken
Haal de camera niet uit elkaar en probeer de camera niet te repareren.
Dit kan een schok veroorzaken of de camera beschadigen.
Gebruik de camera niet dichtbij ontvlambare of explosieve gassen en vloeistoffen.
Dit kan brand of een explosie veroorzaken.
Plaats geen ontvlambare materialen in de camera en bewaren dergelijke materialen niet in de buurt van de camera.
Dit kan brand of een schok veroorzaken.
Raak de camera niet met natte handen aan.
Dit kan een schok veroorzaken.
Voorkom oogletsel bij het nemen van foto's.
Gebruik de flitser van de camera niet vlakbij (op minder dan 1 m afstand van) de ogen van mensen of dieren. Als u de flitser dicht bij de ogen van het onderwerp gebruikt, kunt u tijdelijke of permanente schade aan het gezichtsvermogen veroorzaken.
Houd de camera buiten het bereik van kleine kinderen en huisdieren.
Houd de camera en alle bijbehorende onderdelen en accessoires buiten het bereik van kleine kinderen en huisdieren. Kleine onderdelen vormen verstikkingsgevaar of kunnen schadelijk zijn wanneer deze worden ingeslikt. Bewegende onderdelen en accessoires kunnen ook fysiek gevaar opleveren.
Stel de camera niet gedurende lange tijd bloot aan direct zonlicht of hoge temperaturen.
Langdurige blootstelling aan zonlicht of extreme temperaturen kan permanente schade aan interne onderdelen van de camera veroorzaken.
Voorkom dat de camera of oplader wordt bedekt voor kleden of kleding.
Dit kan oververhitting van de camera of brand veroorzaken.
Gebruik het netsnoer en de oplader niet tijdens een onweersbui.
Dit kan een elektrische schok veroorzaken.
2
Informatie over gezondheid en veiligheid
Als er vloeistoffen of vreemde voorwerpen in de camera komen, moet u meteen alle voedingsbronnen, zoals de batterij, loskoppelen en vervolgens contact opnemen met een servicecenter van Samsung.
Zorg dat u zich houdt aan regelgeving die het gebruik van een camera in bepaalde omgevingen beperkt.
• Voorkom storing met andere elektronische apparaten.
• Schakel de camera uit als u zich in een vliegtuig bevindt. Uw camera kan storing met de apparatuur in het vliegtuig veroorzaken. Houd u aan alle voorschriften van de luchtvaartmaatschappij en schakel uw camera uit als dit wordt gevraagd door het vliegtuigpersoneel.
• Schakel de camera uit in de buurt van medische apparatuur.
Uw camera kan storing met medische apparatuur in ziekenhuizen of zorginstellingen veroorzaken. Volg alle voorschriften, waarschuwingsmededelingen en aanwijzingen van medisch personeel.
Voorkom storing met pacemakers.
Houd minimaal 15 cm afstand tussen deze camera en pacemakers om mogelijke storing te voorkomen. Dit wordt aangeraden door fabrikanten en de onafhankelijke onderzoeksgroep Wireless Technology Research.
Als u vermoedt dat uw camera storing veroorzaakt bij een pacemaker of andere medische apparatuur, schakelt u de camera meteen uit en neemt u contact op met de fabrikant van de pacemaker of medische apparatuur voor hulp.
Voorzichtig—situaties die kunnen resulteren in schade aan de camera of andere apparatuur
Haal de batterijen uit de camera wanneer u deze voor langere tijd opbergt.
Batterijen in het batterijvak kunnen na verloop van tijd gaan lekken of roesten en ernstige schade aan uw camera veroorzaken.
Gebruik uitsluitend officiële, door de fabrikant aanbevolen lithium-ionbatterijen ter vervanging. Zorg dat u de batterij niet beschadigt of verhit.
Niet authentieke, beschadigde of verhitte batterijen kunnen brand of persoonlijk letsel veroorzaken.
Gebruik alleen door Samsung goedgekeurde batterijen, opladers, kabels en accessoires.
• Niet-goedgekeurde batterijen, opladers, kabels of accessoires kunnen de camera beschadigen, letsel veroorzaken of ertoe leiden dat batterijen exploderen.
• Samsung is niet aansprakelijk voor schade of letsel veroorzaakt door niet-goedgekeurde batterijen, opladers, kabels of accessoires.
Gebruik de batterij alleen voor het doel waarvoor deze is bedoeld.
Verkeerd gebruik van de batterij kan brand of een schok veroorzaken.
3
Informatie over gezondheid en veiligheid
Raak de flitser niet aan wanneer deze wordt gebruikt.
De flitser wordt zeer heet en kan brandwonden veroorzaken.
Gebruik voor het opladen van de batterijen geen elektriciteitssnoeren of stekkers die beschadigd zijn, of een loshangend stopcontact.
Dit kan brand of een schok veroorzaken.
Forceer de cameraonderdelen niet en oefen geen kracht uit op de camera.
Dit kan leiden tot camerastoringen.
Wees voorzichtig bij het aansluiten van kabels en het plaatsen van batterijen en geheugenkaarten.
Door het forceren van aansluitingen, het niet op de juiste manier aansluiten van kabels of het niet op de juiste manier plaatsen van batterijen en geheugenkaarten kunt u poorten, aansluitingen en accessoires beschadigen.
Houd kaarten met magnetische stroken uit de buurt van het camera-etui.
Informatie die is opgeslagen op de kaart kan worden beschadigd of gewist.
Gebruik nooit een beschadigde batterij of geheugenkaart.
Dit kan een schok, camerastoring of brand veroorzaken.
Controleer voor gebruik of de camera naar behoren functioneert.
De fabrikant is niet verantwoordelijk voor verlies van bestanden of schade die kan voortkomen uit defecten aan de camera of onjuist gebruik.
U moet het kleine uiteinde van de USB-kabel aansluiten op de camera.
Als u de kabel omgekeerd aansluit, kunnen de bestanden worden beschadigd. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor enig verlies van gegevens.
Bescherm de cameralens.
Stel de lens niet bloot aan direct zonlicht. Hierdoor kan de beeldsensor verkleuren of defect raken.
Als de camera oververhit raakt, verwijdert u de batterij en laat u de camera afkoelen.
• Bij langdurig gebruik van de camera kan de batterij oververhit raken en kan de interne temperatuur van de camera oplopen. Verwijder de batterij als de camera niet meer werkt en laat deze afkoelen.
• Hoge interne temperaturen kunnen ruis in uw foto's veroorzaken.
Dit is normaal en is niet van invloed op de algehele prestaties van de camera.
4
Informatie over gezondheid en veiligheid
Voorkom storing met andere elektronische apparaten.
De camera zendt RF-signalen (Radio Frequency) uit die storing kunnen veroorzaken in elektronische apparatuur die niet of niet voldoende is beschermd, zoals pacemakers, gehoorapparaten, medische apparatuur en andere apparatuur thuis of in de auto. Vraag advies bij de fabrikant van uw elektronische apparatuur om mogelijke problemen met storing op te lossen. Gebruik alleen door Samsung goedgekeurde apparaten of accessoires om ongewenste storing te voorkomen.
Gebruik de camera in de normale positie.
Voorkom contact met de interne antenne van de camera.
Gegevensoverdracht en uw verantwoordelijkheden
• Gegevens die worden overgedragen via WLAN, kunnen worden onderschept. Zorg daarom dat u geen gevoelige gegevens overdraagt in openbare ruimten op via open netwerken.
• De fabrikant van de camera is niet aansprakelijk voor gegevensoverdracht die inbreuk maakt op auteursrechten of handelsmerken, of wetgeving met betrekking tot intellectueeleigendomsrecht en verordeningen aangaande openbare zeden schendt.
5
Pictogrammen in deze gebruiksaanwijzing
Pictogrammen in deze gebruiksaanwijzing
Pictogram Functie
Aanvullende informatie
[ ]
( )
Veiligheidsvoorschriften en waarschuwingen
Cameraknoppen. [Ontspanknop] staat bijvoorbeeld voor de sluiterknop.
Paginanummer van verwante informatie
→
De volgorde van de opties of menu's die u moet selecteren om een stap uit te voeren, bijvoorbeeld: selecteer
J
→
Kwalit. (staat voor: selecteer
J en vervolgens Kwalit.).
Het getal naast het pictogram kan verschillen, afhankelijk van de opnamemodus. Dat betekent dat sommige opties zich bevinden onder
K of L.
Deze handleiding is gebaseerd op de
Programmamodus.
*
Voetnoot
Pictogrammen van de opnamemodus
Opnamemodus
Smart Auto
Programma
Diafragmaprioriteit
Sluiterprioriteit
Handmatig
Lensprioriteit
Magisch
Scène
Film
Wi-Fi
A
S
M i
Pictogram
t
P g s v
B
6
Inhoudsopgave
Fotografie-concepten en conventies
Houding ....................................................................................... 13
De camera vasthouden .................................................................... 13
Staand fotograferen ......................................................................... 13
Geknield fotograferen ....................................................................... 14
Diafragma .................................................................................... 14
Diafragma en scherptediepte ........................................................... 15
ISO-waarde .................................................................................. 17
Scherptediepte ............................................................................ 20
Wat bepaalt de vervagingseffecten? ................................................. 20
Scherptediepte bekijken ................................................................... 22
Compositie .................................................................................. 22
De regel van derden ......................................................................... 22
Foto's met twee onderwerpen ......................................................... 23
Richtgetal van flitser ......................................................................... 24
Bounce-fotografie ............................................................................ 25
Mijn camera
Aan de slag .................................................................................. 27
Uitpakken ...................................................................................... 27
Onderdelen en functies ............................................................... 28
Pictogrammen op het scherm .................................................... 31
In de opnamemodus ..................................................................... 31
Foto's maken .................................................................................. 31
Video's opnemen ............................................................................ 32
Over de peilmeter ............................................................................ 32
In de afspeelmodus ....................................................................... 33
Foto's weergeven............................................................................ 33
Video's afspelen .............................................................................. 33
Lenzen ......................................................................................... 34
Lensindeling .................................................................................. 34
De lens vergrendelen of ontgrendelen ............................................. 35
Markeringen op de lens ................................................................. 37
Accessoires ................................................................................. 38
Onderdelen van externe flitser ....................................................... 38
De flitser aansluiten ........................................................................ 39
Indeling van GPS-module (optioneel) ............................................. 41
De GPS-module aansluiten ............................................................ 41
7
Inhoudsopgave
Opnamemodi ............................................................................... 43
t Smart Auto-modus ......................................................... 43
P Programmamodus ..................................................................... 44
Programmaverschuiving .................................................................. 44
A Diafragmaprioriteitmodus .......................................................... 45
S Sluitertijdvoorkeuzemodus ......................................................... 45
M Handmatige modus .................................................................. 46
Kadermodus ................................................................................... 46
Bulb gebruiken ................................................................................ 46
i Lensprioriteitsmodus ................................................................ 47
E-modus gebruiken ........................................................ 47
i-Function gebruiken in de modi
PASM ......................................... 48
Z gebruiken ........................................................................... 49
g Magische modus ..................................................................... 50
s Scènemodus ........................................................................ 51
v Filmmodus .............................................................................. 54
Beschikbare functies in de opnamemodus .................................... 55
Opnamefuncties
Formaat ........................................................................................ 57
Opties voor fotoformaat ................................................................. 57
Opties voor videoformaat .............................................................. 58
Kwaliteit ....................................................................................... 59
Opties voor fotokwaliteit ................................................................ 59
Opties voor videokwaliteit .............................................................. 59
ISO-waarde .................................................................................. 60
Witbalans (lichtbron) ................................................................... 61
Witbalansopties ............................................................................. 61
Voorgeprogrammeerde opties aanpassen ....................................... 62
Fotowizard (fotostijlen) ............................................................... 64
AF-modus .................................................................................... 65
Enkelvoudige AF ............................................................................ 65
Continu AF .................................................................................... 66
Handmatige scherpstelling ............................................................ 66
AF-gebied .................................................................................... 67
Keuze AF ....................................................................................... 67
Gezichtsdet. AF ............................................................................. 68
Zelfportret AF ................................................................................ 69
MF-help ........................................................................................ 70
8
Inhoudsopgave
Optische beeldstabilisatie (OIS) ................................................. 71
OIS-opties ..................................................................................... 71
Snelheid (opnamemethode) ....................................................... 72
1 opname ...................................................................................... 72
Continu ......................................................................................... 72
Opnamereeks met verschillende belichtingen (AE BKT).................. 74
Witbalansbracketing (WB BKT) ...................................................... 74
Fotowizardbracketing (F Wiz BKT) ................................................. 75
Bracketing instellen ....................................................................... 75
Rode ogen corrigeren .................................................................... 77
De flitssterkte aanpassen ............................................................... 77
L.meting ....................................................................................... 79
Centr. gewogen ............................................................................. 80
De belichtingswaarde in het scherpstelgebied meten .................... 81
HDR-bereik .................................................................................. 82
Kleurselectie ................................................................................ 83
Kleurruimte .................................................................................. 84
Belichtingscompensatie/-vergrendeling .................................... 85
Belichtingscompensatie ................................................................. 85
Belichtingsvergendeling ................................................................. 86
Videofuncties ............................................................................... 87
Film AE-modus .............................................................................. 87
Multi Motion .................................................................................. 87
In-/uitfaden .................................................................................... 88
Spraak .......................................................................................... 88
9
Inhoudsopgave
Weergeven en bewerken
Bestanden zoeken en beheren ................................................... 90
Foto's weergeven .......................................................................... 90
Miniaturen weergeven .................................................................... 90
Bestanden op categorie bekijken in Smart Album .......................... 91
Bestanden weergeven als map ...................................................... 91
Bestanden beveiligen .................................................................... 92
Bestanden verwijderen .................................................................. 92
Afzonderlijke bestanden wissen ....................................................... 92
Meerdere bestanden wissen ........................................................... 93
Alle bestanden verwijderen .............................................................. 93
Foto's weergeven ........................................................................ 94
Een foto vergroten ......................................................................... 94
Een diashow weergeven ................................................................ 94
Automatisch draaien ...................................................................... 95
Video's afspelen .......................................................................... 96
Een video tijdens het afspelen bijsnijden ........................................ 96
Een beeld tijdens het afspelen afzonderlijk opslaan ........................ 97
Foto's bewerken .......................................................................... 98
Draadloos netwerk
Verbinding maken met een WLAN ............................................... 101
Netwerkopties instellen ................................................................. 102
Het IP-adres handmatig instellen ................................................... 102
De aanmeldingsbrowser gebruiken .............................................. 103
Tips over netwerkverbinding ........................................................ 104
Tekst ingeven .............................................................................. 105
Foto's of video's verzenden naar een smartphone ................. 106
Een smartphone gebruiken als externe ontspanknop ............ 107
Websites voor het delen van foto's of video's gebruiken ....... 109
Een website openen .................................................................... 109
Foto's of video's uploaden .......................................................... 109
Foto's of video's via e-mail verzenden .................................... 111
E-mailinstellingen wijzigen ............................................................ 111
Uw gegevens opslaan ................................................................... 111
Een e-mailwachtwoord instellen .................................................... 112
Het e-mailwachtwoord wijzigen ..................................................... 112
Foto's of video's via e-mail verzenden ......................................... 113
Foto's uploaden naar een cloudserver .................................... 115
Foto's of video's verzenden naar een pc ..................................... 116
10
Inhoudsopgave
Foto's verzenden via Wi-Fi Direct ............................................ 120
Over de WOL-functie Wake on LAN ......................................... 121
De pc instellen om wakker te worden uit de slaapmodus ............... 121
De pc instellen om te worden ingeschakeld .................................... 122
Camera-instellingenmenu
Gebruikersinstellingen .............................................................. 124
ISO aanpassen ............................................................................ 124
ISO-stap ....................................................................................... 124
Auto ISO bereik ............................................................................. 124
Ruisonderdrukking ...................................................................... 124
DMF (Direct Manual Focus) .......................................................... 124
AF-prioriteit .................................................................................. 125
Gebruikersdisplay ........................................................................ 126
Knoptoewijzing ............................................................................ 127
Rasterlijn ..................................................................................... 127
AF-lamp ...................................................................................... 127
Instellingen 1 ............................................................................. 128
Instellingen 2 ............................................................................. 130
Instellingen 3 ............................................................................. 131
GPS ............................................................................................ 132
Verbinding maken met externe apparaten
Bestanden weergeven op een HDTV of een 3D-televisie ....... 134
Bestanden weergeven op een HDTV ........................................... 134
Bestanden weergeven op een 3D-televisie .................................. 135
Foto's afdrukken ....................................................................... 136
Foto's met een PictBridge-fotoprinter afdrukken .......................... 136
Afdrukopties instellen .................................................................... 137
Een afdrukbestelling maken (DPOF) ............................................. 137
DPOF-opties ................................................................................. 138
Bestanden naar de computer overbrengen ............................. 139
Bestanden overbrengen naar een Windows-computer ................ 139
De camera aansluiten als verwisselbare schijf ................................ 139
De camera loskoppelen (Windows XP) .......................................... 140
Bestanden overbrengen naar een Mac-computer ........................ 140
Programma's gebruiken op een pc .......................................... 141
Software installeren ..................................................................... 141
Programma's op de cd-rom .......................................................... 141
Intelli-studio gebruiken ................................................................. 142
De interface van Intelli-studio gebruiken ........................................ 143
Hiermee kunt u bestanden overbrengen met Intelli-studio ............. 144
Samsung RAW Converter gebruiken ........................................... 145
Vereisten voor Windows ................................................................ 145
Vereisten voor Mac ........................................................................ 145
De interface van Samsung RAW Converter gebruiken ................... 146
RAW-bestanden bewerken ........................................................... 146
11
Inhoudsopgave
Bijlagen
Foutmeldingen .......................................................................... 149
Onderhoud van de camera ....................................................... 150
Reiniging van de camera ............................................................. 150
Cameralens en -scherm ................................................................ 150
Beeldsensor .................................................................................. 150
Camerabehuizing .......................................................................... 150
De camera gebruiken of opbergen .............................................. 151
Gebruik op het strand of aan de waterkant ................................... 151
Camera voor langere tijd opbergen ............................................... 151
Wees voorzichtig bij gebruik in vochtige omgevingen .................... 152
Overige aandachtspunten ............................................................. 152
Geheugenkaart ............................................................................ 153
Ondersteunde geheugenkaart ....................................................... 153
Capaciteit van de geheugenkaart .................................................. 153
Aandachtspunten bij gebruik van geheugenkaarten ...................... 155
De batterij .................................................................................... 156
Batterijspecificaties........................................................................ 156
Opnameduur van de batterij .......................................................... 157
Bericht Batterij bijna leeg ............................................................... 157
De batterij gebruiken ..................................................................... 157
De batterij opladen ........................................................................ 157
Voordat u contact opneemt met een servicecenter ................ 158
Cameraspecificaties ................................................................. 161
Woordenlijst ............................................................................... 166
Optionele accessoires .............................................................. 172
Index .......................................................................................... 174
Verklaring in officiële talen ........................................................ 178
12
Fotografie-concepten en conventies
Houding
Een goede houding waarin de camera stabiel kan worden vastgehouden is noodzakelijk om goed foto's te kunnen maken.
Zelfs als u de camera op de juiste wijze vasthoudt, kan een verkeerde lichaamshouding voor bewegingsonscherpte zorgen. Sta rechtop en stil om een stevige ondergrond voor de camera te vormen. Wanneer u met een lange sluitertijd fotografeert, houdt u uw adem in om te zorgen dat uw lichaam zo min mogelijk beweegt.
Staand fotograferen
Bepaal de compositie; sta rechtop met uw voeten op schouderlengte van elkaar en houd uw ellebogen naar beneden gericht.
De camera vasthouden
Houd de camera met uw rechterhand vast en plaats uw rechter wijsvinger op de ontspanknop. Houd uw linkerhand ter ondersteuning onder de lens.
13
Fotografie-concepten en conventies
Geknield fotograferen
Bepaal de compositie; kniel met een knie op de grond en houd uw rug recht.
Diafragma
Het diafragma is de lensopening en bepaalt hoeveel licht er in de camera binnenvalt. Dit is een van de drie factoren die de belichting bepalen. De diafragmamodule bestaat uit dunne metalen bladen die openen en sluiten om meer of minder licht door de opening
(het diafragma) de camera te laten binnenvallen. De formaat van het diafragma hangt nauw met de helderheid van de foto samen: hoe groter het diafragma, des te helderder de foto; hoe kleiner het diafragma, des te donkerder de foto.
Diafragmagrootten
Minimaal diafragma Gemiddeld diafragma Maximaal diafragma
Donkere foto
(diafragma een klein beetje open)
Heldere foto
(diafragma wijd open)
14
Fotografie-concepten en conventies
Het formaat van het diafragma wordt aangeduid met een waarde die bekend staat als een 'F-getal'. Het f-getal staat voor de brandpuntsafstand gedeeld door de diameter van de lens. Als bijvoorbeeld een lens met een brandpuntsafstand van 50 mm een diafragma-aanduiding van F2 (of f/2) heeft, is de diameter van het diafragma 25 mm (50 mm/25 mm=F2). Hoe kleiner het f-getal, des te groter het diafragma.
De opening in het diafragma wordt beschreven als de belichtingwaarde
(EV, Exposure Value). Het verdubbelen van de belichtingswaarde
(+1 EV) betekent dat de hoeveelheid binnenvallend licht verdubbelt.
En met het verlagen van de belichtingswaarde (-1 EV) wordt de hoeveelheid binnenvallend licht gehalveerd. U kunt tevens de belichtingscompensatiefunctie gebruiken om de hoeveelheid licht nauwkeurig te regelen door de belichtingswaarden op te delen in 1/2,
1/3 EV, enzovoort.
+1 EV -1 EV
F1.4
F2 F2.8
F4
Stappen van de belichtingswaarde
F5.6
F8
Diafragma en scherptediepte
U kunt de achtergrond van een foto vervagen of verscherpen met behulp van het diafragma. Het diafragma hangt nauw samen met de scherptediepte (het gebied in een foto dat scherp is).
Foto met een grote scherptediepte Foto met een kleine scherptediepte
De diafragmamodule bevat verscheidene bladen. Deze bladen bewegen samen en regelen de hoeveelheid licht die er door het midden van het diafragma valt. Het aantal bladen is tevens van invloed op de vorm van licht in nachtelijke opnamen. Als een diafragma een even aantal bladen heeft, wordt het licht in een zelfde aantal delen verdeeld. Is het aantal bladen oneven, dan is het aantal lichtdelen dubbel de hoeveelheid bladen.
Een diafragma met 8 bladen verdeelt het licht bijvoorbeeld in 8 delen en een diafragma met 7 bladen verdeelt het licht in 14 delen.
7 bladen 8 bladen
15
Fotografie-concepten en conventies
Sluitertijd
De sluitertijd is de hoeveelheid tijd die nodig is om de sluiter te openen en te sluiten. Dit is een belangrijke factor voor de helderheid van een foto, aangezien hiermee de hoeveelheid licht wordt geregeld die door het diafragma op de beeldsensor valt.
Meestal kan de sluitertijd handmatig worden ingesteld. De maateenheid van de sluitertijd wordt wel de 'belichtingswaarde' (EV, exposure value) genoemd. Deze wordt geregeld in intervallen van 1 s, 1/2 s, 1/4 s,
1/8 s, 1/15s, 1/1000 s, 1/2000 s, enzovoort.
Hoe korter de sluitertijd, hoe minder licht binnenvalt. Hoe langer de sluitertijd, hoe meer licht binnenvalt.
Zoals op de onderstaande foto's te zien is, valt er met een lange sluitertijd meer licht binnen, waardoor de foto helderder wordt. En met een kortere sluitertijd valt er minder licht naar binnen en wordt de foto donkerder, maar is het ook eenvoudiger om de beweging van het onderwerp te bevriezen.
+1 EV
Belichting
-1 EV
0,8 s 0,004 s
1 s 1/2 s 1/4 s
Sluitertijd
1/8 s 1/15 s 1/30 s
16
Fotografie-concepten en conventies
ISO-waarde
De belichting van een beeld wordt bepaald door de gevoeligheid van de camera. Deze gevoeligheid wordt gebaseerd op internationale normen uit het tijdperk van analoge film, de ISO-waarden. Bij digitale camera's wordt deze gevoeligheidsindex gebruikt voor de gevoeligheid van de digitale sensor die het beeld opvangt.
Als de ISO-waarde verdubbelt, wordt de camera dubbel zo gevoelig voor licht. Met een waarde van ISO 200 kunnen er bijvoorbeeld twee keer zo snel foto's worden gemaakt als met ISO 100. Hogere
ISO-waarden kunnen echter tot 'ruis' leiden, kleine deeltjes in een foto die de opname een korrelig aanzien geven. In de regel is het het beste om een lage ISO-waarde te gebruiken, tenzij u in een donkere omgeving of 's nachts fotografeert.
Aangezien een lage ISO-waarde betekent dat de camera minder gevoelig voor licht is, hebt u meer licht nodig om een optimale belichting te bereiken. Open daarom bij een lage ISO-waarde het diafragma verder of gebruik een langere sluitertijd om te zorgen dat er meer licht de camera binnenvalt. Op een zonnige dag, als er een overvloed aan licht is, hoeft een lage ISO-waarde niet vergezeld te gaan van een lange sluitertijd. Op donkere plaatsen echter, of 's nachts, zal een lage
ISO-waarde in combinatie met een lange sluitertijd resulteren in een onscherpe foto.
Foto op statief gemaakt met een hoge
ISO-waarde
Onscherpe foto met een lage
ISO-waarde
Veranderingen in de kwaliteit en helderheid door de ISO-waarde
17
Fotografie-concepten en conventies
Hoe diafragma, sluitertijd en ISO-waarde de belichting beïnvloeden
Diafragma, sluitertijd en ISO-waarde hangen in de fotografie nauw met elkaar samen. De diafragma-instelling regelt de formaat van de lensopening waardoor het licht de camera binnenvalt, terwijl de sluitertijd bepaalt hoe lang dat licht naar binnen mag vallen.
De ISO-waarde bepaalt de snelheid waarmee de film op licht reageert.
Samen bepalen deze drie elementen de belichting van een foto.
Een aanpassing van de sluitertijd, het diafragma of de ISO-waarde kan met een aanpassing van een van de andere twee elementen worden gecompenseerd, zodat de belichting gelijk blijft. De resultaten in het beeld verschillen echter, afhankelijk van de gekozen instellingen. De sluitertijd is bijvoorbeeld het element waarmee beweging in het beeld wordt geregeld, het diafragma regelt de scherptediepte en met de
ISO-waarde kan de hoeveelheid korrel in een foto worden veranderd.
Instellingen Resultaat
Instellingen
Sluitertijd
Hoge snelheid
= minder licht
Lage snelheid
= meer licht
ISO-waarde
Hoge ISO-waarde
= gevoeliger voor licht
Lage ISO-waarde
= minder gevoelig voor licht
Resultaat
Kort = stil
Lang = vaag
Hoog = korreliger
Laag = minder korrelig
Diafragma
Wijd diafragma
= meer licht
Nauw diafragma
= minder licht
Wijd = kleine scherptediepte
Smal = grote scherptediepte
18
Fotografie-concepten en conventies
Samenhang tussen brandpuntsafstand, beeldhoek en perspectief
De brandpuntsafstand, uitgedrukt in millimeters, is de afstand tussen het midden van de lens en het brandpunt. Dit is van invloed op de beeldhoek en het perspectief van de opname. Een korte brandpuntsafstand vertaalt zich in een grote hoek, waarmee groothoekopnamen van een breed gebied worden gemaakt. Een lange brandpuntsafstand vertaalt zich in een kleine hoek, waarmee teleopnamen van een klein gebied worden gemaakt.
Korte brandpuntsafstand
Lange brandpuntsafstand
telefotolens nauwe beeldhoek
Bekijk de verschillen in de onderstaande foto's.
telefoto-opname groothoeklens groothoekopname grote hoek
18 mm hoek 55 mm hoek 200 mm hoek
Normaal gesproken is een lens met een grote hoek geschikt voor landschapsfoto's en wordt een lens met een nauwe hoek aanbevolen voor sportevenementen en portretten.
19
Fotografie-concepten en conventies
Scherptediepte
Portretten of stillevens worden meestal als mooi ervaren als de achtergrond onscherp is, zodat het onderwerp goed naar voren komt.
Afhankelijk van het scherpgestelde gebied, kan een foto wazig of scherp zijn. Dit wordt de scherptediepte genoemd (Engels: DOF, ‘depth of field’).
De scherptediepte is het gebied rond het onderwerp dat scherp in beeld is. Een kleine scherptediepte duidt op een klein gebied dat scherp is en een grote scherptediepte op een groot gebied dat scherp in beeld is.
Een foto met een kleine scherptediepte, waarbij het onderwerp duidelijk naar voren springt en de rest onscherp is, kan worden gemaakt met een telelens of door een lage diafragmawaarde in te stellen. Een foto met een grote scherptediepte, waarbij alle elementen in de foto scherp in beeld zijn, kan worden gemaakt met een groothoeklens of door een hoge diafragmawaarde in te stellen.
Wat bepaalt de vervagingseffecten?
Scherptediepte is afhankelijk van de diafragmawaarde
Hoe wijder het diafragma is (hoe lager de diafragmawaarde), des te kleiner de scherptediepte. Sluitertijd en ISO-waarde hebben geen invloed op de scherptediepte; alleen de formaat van het diafragma heeft dat.
55 mm F5.7
55 mm F22
Kleine scherptediepte Grote scherptediepte
20
Fotografie-concepten en conventies
Scherptediepte is afhankelijk van de brandpuntsafstand
Hoe langer de brandpuntsafstand, des te kleiner de scherptediepte.
Een telelens met een langere brandpuntsafstand is beter om een foto met een kleine scherptediepte te maken dan een telelens met een kortere brandpuntsafstand.
Scherptediepte hangt samen met de afstand tussen onderwerp en camera
Hoe korter de afstand tussen onderwerp en camera, des te kleiner de scherptediepte. Hierdoor kan een foto die van dichtbij wordt gemaakt een kleine scherptediepte opleveren.
Een foto genomen met een 100 mm telelens
Een foto gemaakt met een 18 mm telelens
Een foto gemaakt met een 100 mm telelens
Een foto die dichtbij het onderwerp is genomen
21
Fotografie-concepten en conventies
Scherptediepte bekijken
Met de knop Aangepast kunt u van tevoren zien hoe de foto gaat worden. Wanneer u op deze knop drukt, wordt het diafragma op de ingestelde waarde gezet (de lensopening wordt kleiner) en worden de resultaten op het scherm weergegeven. Stel de functie van de knop
Aangepast in op Optisch voorb.. (pag. 127)
Compositie
Het is leuk om de schoonheid om ons heen met een camera vast te leggen. Maar hoe mooi iets ook is, met een slechte compositie kan de foto toch lelijk worden.
Bij de compositie is het van groot belang om onderwerpen prioriteit te geven.
Met compositie wordt de plaatsing van de verschillende elementen in het beeld bedoeld. Meestal levert een compositie volgens de regel van derden een plezierig resultaat.
De regel van derden
De regel van derden deelt het beeldvlak op in een patroon van drie keer drie gelijke rechthoeken.
Als u het onderwerp in de compositie wilt benadrukken, is het aan te raden om het op een van de hoeken van de centrale rechthoek te plaatsen.
22
Fotografie-concepten en conventies
Met behulp van de regel van derden maakt u foto's met interessante composities die in balans zijn. Hier ziet u een paar voorbeelden.
Foto's met twee onderwerpen
Als het onderwerp zich in een hoek van de foto bevindt, heeft dat het effect dat de foto uit balans is. U kunt de foto in balans brengen door een tweede onderwerp in de tegenoverliggende hoek te plaatsen, om zo het gewicht van het beeld te verdelen.
Onderwerp 2 Onderwerp 2
Onderwerp 1 Onderwerp 1
Instabiel Stabiel
Bij landschapsfoto's brengt een horizon in het midden het beeld uit balans. Geef de foto meer gewicht door de horizon omhoog of omlaag te brengen.
Onderwerp 1
Onderwerp 1
Onderwerp 2
Instabiel
Onderwerp 2
Stabiel
23
Fotografie-concepten en conventies
Flitser
Licht is een van de belangrijkste elementen in fotografie. Het is echter niet eenvoudig om altijd en overal voldoende licht te hebben. Met een flitser kunt u de lichtinstellingen optimaliseren en diverse effecten bereiken.
Een flitser kan u helpen de juiste belichting te creëren in situaties waarin weinig licht aanwezig is. Het is ook handig in situaties waarin juist erg veel licht aanwezig is. U kunt een flitser bijvoorbeeld gebruiken om de belichting van de schaduw van een onderwerp te compenseren of om bij tegenlicht zowel het onderwerp als de achtergrond duidelijk vast te leggen.
Richtgetal van flitser
Het modelnummer van een flitser verwijst naar de kracht van de flitser en de maximale lichtopbrengst wordt aangegeven met een waarde die
'richtgetal' wordt genoemd. Hoe hoger het richtgetal is, des te groter de lichtopbrengst van de flitser is. Het richtgetal wordt verkregen door de afstand van de flitser tot het onderwerp te vermenigvuldigen met de diafragmawaarde wanneer de ISO-waarde is ingesteld op 100.
Richtgetal = afstand van flitser tot onderwerp X diafragmawaarde
Diafragmawaarde = richtgetal / afstand van flitser tot onderwerp
Afstand van flitser tot onderwerp = richtgetal / diafragmawaarde
Als u het richtgetal van een flitser kent, kunt u daarom de optimale afstand van de flitser tot het onderwerp schatten wanneer u de flitser handmatig instelt. Als een flitser bijvoorbeeld het richtgetal
20 heeft en de afstand tot het onderwerp 4 meter is, is de optimale diafragmawaarde F5.0.
Vóór correctie Na correctie
24
Fotografie-concepten en conventies
Bounce-fotografie
Bounce-fotografie is een methode van fotograferen waarbij het licht naar het plafond of de muren wordt geleid, zodat het licht gelijkmatig wordt verspreid over het onderwerp. Foto's die met een flitser zijn genomen kunnen er onnatuurlijk uitzien en schaduwen werpen.
Onderwerpen in foto's die met bounce-fotografie zijn gemaakt, werpen geen schaduwen en zien er vloeiend uit door het gelijkmatig verspreide licht.
25
Hoofdstuk
1
Mijn camera
Hier leest u alles over de indeling van de camera, de pictogrammen, basisfuncties en optionele accessoires.
Mijn camera
Aan de slag
Uitpakken
Controleer of de doos de volgende artikelen bevat:
Camera
(inclusief bodydop en hot-shoe-bescherming)
Externe flitser USB-kabel Oplaadbare batterij
Batterijhouder/voedingskabel Software-cd-rom
(met gebruiksaanwijzing)
Snelstartgids
•
De afbeelding kan afwijken van de werkelijke artikelen.
•
U kunt optionele accessoires aanschaffen bij een wederverkoper of een servicecenter van Samsung.
Samsung is niet verantwoordelijk voor schade die door het gebruik van niet goedgekeurde accessoires ontstaat.
Zie pagina 172 voor informatie over accessoires.
Polslus
27
12
11
10
9
Mijn camera
Onderdelen en functies
1 2 3 4
5
6
7
8
Nr.
1
2
Naam
Modusdraaiknop
• t: Smart Auto-modus
(pag. 43)
•
P: Programmamodus (pag. 44)
•
A: Diafragmaprioriteitmodus
(pag. 45)
•
S: Sluitervoorkeuzemodus (pag. 45)
•
M: Handmatige modus (pag. 46)
• i: Lensvoorkeuzemodus (pag. 47)
• g: Magische modus (pag. 50)
• s: Scènemodus (pag. 51)
• v: Filmmodus (pag. 54)
•
B: Wi-Fi (pag. 100)
Instelwieltje
•
Op het menuscherm: naar het gewenste menu-item gaan.
•
In de opnamemodus: de sluitertijd of diafragmawaarde aanpassen in bepaalde opnamemodi en het formaat van een scherpstelgebied wijzigen.
•
In de afspeelmodus: een foto vergroten of verkleinen, miniaturen weergeven, het volumeniveau aanpassen.
Nr.
Naam
3
Luidspreker
4
Microfoon
5
Oogje voor de polslus van de camera
6
Beeldsensor
7
Lensontgrendelknop
8
Lensvatting
9
Lensvattingmarkering
10
AF-hulplampje/Timerlampje
11
Aan/uit-schakelaar
12
Ontspanknop
28
Mijn camera >
Onderdelen en functies
1 2
3
12
11
10
9
6
7
8
4
5
Nr.
Naam
1
Hot-shoe-bescherming
2
Hot-shoe
3
4
5
6
Video-opnameknop
Een video opnemen.
Statuslampje
De status van de camera aangeven.
•
Knippert: wanneer een foto wordt opgeslagen, een video wordt opgenomen, gegevens naar een computer of printer worden verzonden, verbinding met een WLAN wordt gemaakt of een foto wordt verzonden.
•
Continu aan: wanneer er geen gegevensoverdracht plaatsvindt of de overdracht van gegevens naar een computer of printer is voltooid.
EV-aanpassingsknop (pag. 85)
Houd de knop ingedrukt en scroll het instelwieltje of draai aan de navigatieknop om de belichtingswaarde in te stellen.
Fn-knop
Belangrijke functies openen en bepaalde instellingen preciezer afstellen.
Nr.
7
8
9
10
Naam
o-knop
•
Op het menuscherm: de geselecteerde opties opslaan.
•
In de opnamemodus: handmatig een scherpstelgebied selecteren in bepaalde opnamemodi.
Knop Verwijderen/Aangepast
•
In de opnamemodus: de toegewezen functie uitvoeren. (pag. 127)
•
In de afspeelmodus: bestanden verwijderen.
Navigatieknop (Slimme draaiknop)
•
In de opnamemodus
-
D: camera-instellingen weergeven
en opties wijzigen
-
I: een ISO-waarde selecteren
-
C: een snelheidsoptie selecteren
F: een AF-modus selecteren
•
In andere situaties
Respectievelijk omhoog, omlaag, naar links en naar rechts gaan. (U kunt ook de navigatieknop draaien.)
Weergaveknop
De afspeelmodus openen.
11
MENU-knop
Opties of menu's openen.
12
Statiefbevestigingspunt
29
Mijn camera >
Onderdelen en functies
5
4
3
1
2
Nr.
Naam
1
USB- en sluiterknoppoort
De camera aansluiten op een computer of ontspanknop. U kunt een ontspanknopkabel en een statief gebruiken om ervoor te zorg dat de camera zo min mogelijk beweegt.
2
HDMI-aansluiting
3
Batterij-/geheugenkaartklepje
Een geheugenkaart en batterij plaatsen.
4
Scherm
5
Interne antenne
* Vermijd contact met de internet antenne wanneer u het draadloze netwerk gebruikt.
30
Mijn camera
Pictogrammen op het scherm
In de opnamemodus
Foto's maken
London
1
2
3
1. Opname-instellingen (links)
Pictogram Beschrijving
Fotoformaat
Fotokwaliteit
Scherpstelgebied
Gezichtsdetectie
AF-modus (pag. 65)
Kleurruimte
HDR-bereik (pag. 82)
Optische beeldstabilisatie (OIS) (pag. 71)
2. Opname-instellingen (rechts)
Pictogram Beschrijving
Snelheidsmodus
Pictogram Beschrijving
Flitseroptie
Flitssterkte
Meten (pag. 79)
Witbalans (pag. 61)
Fijnafstelling witbalans
Gezichtstint
Gezicht retoucheren
Fotowizard (pag. 64)
Intelligent filter (pag. 50)
Magisch kader (pag. 50)
Kleurselectie (pag. 83)
3. Opnamegegevens
Pictogram Beschrijving
Z aan
Z-verhouding
GPS actief*
Datum
Tijd
Locatie-informatie*
Hulpbalk voor scherpstellen
(pag. 70)
Autofocuskader
Spotmetingsgebied
Afstandsschaal (pag. 126)
Pictogram Beschrijving
Peilmeter (pag. 32)
Bewegingsonscherpte
Histogram (pag. 126)
Opnamemodus
Scherpstelling
Flitserindicator
Sluitertijd
Diafragma
Belichtingswaarde
(over-/onderbelicht)
ISO-gevoeligheid (pag. 60)
Vergrendeling automatische belichting (pag. 86)
Geheugenkaart niet geplaatst**
Resterend aantal foto's
•
: volledig opgeladen
•
: gedeeltelijk opgeladen
•
(rood): leeg (de batterij opladen)
* Deze pictogrammen worden weergegeven wanneer u een optionele GPS-module aansluit.
** Foto's die zijn gemaakt zonder een geheugenkaart te plaatsen, kunnen niet worden afgedrukt of overgebracht naar een geheugenkaart of een computer.
Welke pictogrammen worden weergegeven, is afhankelijk van de geselecteerde modus en de ingestelde opties.
31
Mijn camera >
Pictogrammen op het scherm
Video's opnemen
1
2
3
1. Opname-instellingen (links)
Pictogram Beschrijving
Automatische scherpstelling ingeschakeld
Videoformaat
Videokwaliteit
Multi Motion
AF-modus (pag. 65)
In-/uitfaden (pag. 88)
Spraakopname aan (pag. 88)
Optische beeldstabilisatie (OIS)
(pag. 71)
2. Opname-instellingen (rechts)
Pictogram Beschrijving
Timer
Meten (pag. 79)
Witbalans (pag. 61)
Fotowizard (pag. 64)
Kleurselectie (pag. 83)
3. Opnamegegevens
Pictogram Beschrijving
Datum
Tijd
Histogram (pag. 126)
Film AE-modus
Sluitertijd
Diafragma
Belichtingswaarde
(over-/onderbelicht)
ISO-waarde
Vergrendeling automatische belichting (pag. 86)
Geheugenkaart niet geplaatst
Pictogram Beschrijving
Beschikbare opnametijd
•
: volledig opgeladen
•
: gedeeltelijk opgeladen
•
(rood): leeg (de batterij opladen)
Welke pictogrammen worden weergegeven, is afhankelijk van de geselecteerde modus en de ingestelde opties.
Over de peilmeter
Met de peilmeter kunt u de camera uitlijnen met de horizontale en verticale lijnen op het scherm.
Verticaal
▲ Waterpas
Horizontaal
▲ Niet waterpas
32
Mijn camera >
Pictogrammen op het scherm
In de afspeelmodus
Foto's weergeven
London
Modus
L.meting
Flitser
Brandpuntafst.
Witbalans
EV
Fotowizard
Formaat
Datum
Informatie
Pictogram Beschrijving
Volume
Bestand vastgelegd met continue opnamefunctie
Locatie-informatie
Geluidsfotobestand (pag. 53)
RAW-bestand
3D-bestand
Afdrukinformatie aan bestand toegevoegd
(pag. 137)
Beveiligd bestand
Mapnummer - Bestandsnummer
Locatie-informatie
Sluitertijd
Diafragma
ISO-waarde
Huidig bestand/totaalaantal bestanden
1
2
Video's afspelen
3
4
Nr.
Beschrijving
1
Genomen foto
2
RGB-histogram (pag. 126)
3
Opnamemodus, Lichtmeting, Flitser,
Witbalans, Fotowizard, Scherpstelbereik,
Belichtingswaarde, Fotoformaat, Datum
4
Sluitertijd, Diafragma, ISO-waarde, Huidige
Bestand/totaalaantal bestanden
Filmformaat
Datum
Pauze Stop
Pictogram Beschrijving
Afspeelsnelheid
Volume
Mapnummer - Bestandsnummer
Multi Motion
Huidig afspeeltijdstip
Lengte van de video
33
Mijn camera
Lenzen
U kunt optionele lenzen aanschaffen die exclusief voor de NX-camera zijn gemaakt. Hier leest u over de functies en voorzieningen van de lenzen, zodat u er een kunt aanschaffen die aan uw wensen voldoet.
Lensindeling
SAMSUNG 18-55 mm F3.5-5.6 OIS III-lens (voorbeeld)
8
3
4
1
2
5
Nr.
Beschrijving
1
Lensvattingmarkering
2
Zoomring
3
Scherpstelring (pag. 70)
4
Markering zonnekapbevestiging
5
Lens
6 i-Function-knop (pag. 48)
7
AF/MF-schakelaar (pag. 65)
8
Lenscontactpunten
Wanneer de lens niet in gebruik is, moeten de lensdop en vattingdop erop bevestigd zijn om de lens tegen stof en krassen te beschermen.
6 7
34
Mijn camera >
Lenzen
SAMSUNG 20-50 mm F3.5-5.6 ED II lens (voorbeeld)
7
1
2
3
Nr.
Beschrijving
1
Lensvattingmarkering
2
Zoomvergrendelingsknop
3
Lens
4
Scherpstelring (pag. 70)
5 i-Function-knop (pag. 48)
6
Zoomring
7
Lenscontactpunten
6
5
4
De lens vergrendelen of ontgrendelen
U vergrendelt de lens door de zoomvergrendelingsknop in te drukken en van de camera af te schuiven en de zoomring rechtsom te draaien.
35
Mijn camera >
Lenzen
U ontgrendelt de lens door de zoomring linksom te draaien totdat u een klik hoort.
SAMSUNG 16 mm F2.4-lens (voorbeeld)
1
2
3
5
4
U kunt geen foto maken wanneer de lens is vergrendeld.
Nr.
Beschrijving
1 i-Function-knop (pag. 48)
2
Lensvattingmarkering
3
Scherpstelring (pag. 70)
4
Lens
5
Lenscontactpunten
36
Mijn camera >
Lenzen
Markeringen op de lens
Hier leest u wat de nummers op de lens inhouden.
SAMSUNG 18-200 mm F3.5-6.3 ED OIS-lens (voorbeeld)
1
2 3 4 5
Nr.
1
2
3
4
5
Beschrijving
Diafragmawaarde
De ondersteunde maximale diafragmawaarden. 1:3.5-6.3 betekent bijvoorbeeld een maximale diafragmawaarde van 3,5 tot 6,3.
Brandpuntsafstand
De afstand van het brandpunt van de lens tot het beeldvlak (in millimeter). Dit getal wordt als een bereik aangegeven: minimale brandpuntsafstand tot maximale brandpuntsafstand.
Grotere brandpuntsafstanden resulteren in een kleinere beeldhoek en een grotere weergave van het onderwerp. Kleinere brandpuntsafstanden resulteren in een grotere beeldhoek.
ED
ED staat voor Extra-low Dispersion (extra lage brekingsindex).
Glas met een extra lage brekingsindex is effectief tegen chromatische abberatie (kleurschifting). Dit is een vervorming die optreedt wanneer de lens niet alle kleuren in hetzelfde convergentiepunt kan laten samenkomen.
OIS (pag. 71)
Optische beeldstabilisatie (Optical Image Stabilization). Lenzen met deze voorziening kunnen het trillen van de camera detecteren en deze beweging in de camera opheffen.
Ø
De lensdiameter. Wanneer u een filter voor de lens wilt plaatsen, moet deze dezelfde diameter als de lens hebben.
37
Mijn camera
Accessoires
U kunt accessoires gebruiken zoals de externe flitser en GPS-module waarmee u beter en eenvoudiger foto's kunt maken.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van een accessoire voor meer informatie over optionele accessoires.
•
De afbeeldingen kunnen afwijken van de werkelijke artikelen.
•
U kunt door Samsung goedgekeurde accessoires aanschaffen bij een wederverkoper of een servicecenter van Samsung. Samsung is niet verantwoordelijk voor schade die door het gebruik van accessoires van derden ontstaat.
Onderdelen van externe flitser
SEF220A (voorbeeld) (optioneel)
1
2
3
4
6
5
Nr.
Beschrijving
1
Pictogrammen op het scherm
2
READY-lampje/testknop
3
MODE-knop
4
Flitserontspanknop
5
Power-knop
6
Batterijklepje
7
Lamp
8
Modusschakelknop voor telelens/groothoeklens (TELE/WIDE)
9
Hot shoe-aansluiting
9
7
8
38
Mijn camera >
Accessoires
SEF8A (voorbeeld)
1
Nr.
Beschrijving
1
Lamp
2
Vastzetring voor hot shoe
3
Hot shoe-aansluiting
2
3
De flitser aansluiten
1
Verwijder de klep van de hot shoe van de camera.
2
Sluit de flitser aan door deze in de hot shoe te schuiven.
39
Mijn camera >
Accessoires
3
Vergrendel de flitser door de hot-shoe-vastzetring rechtsom te draaien.
•
U kunt een foto maken met een flitser die niet volledig is opgeladen, maar het wordt aanbevolen een volledig opgeladen flitser te gebruiken.
•
Ga naar de pagina met optionele accessoires voor informatie over de beschikbare externe flitsers. (pag. 172)
•
Afhankelijk van de opnamemodus kunnen de beschikbare opties verschillen.
•
Er zit een korte tijd tussen twee afgevuurde flitsen. Beweeg de camera niet totdat de tweede flits is uitgevoerd.
•
SEF8A is mogelijk niet compatibel met andere camera's uit de NX-serie.
•
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de flitser voor meer informatie over optionele flitsers.
Gebruik alleen door Samsung goedgekeurde flitsers. Gebruik van incompatibele flitsers kan de camera beschadigen.
4
Klap de flitser omhoog voor gebruik.
40
Mijn camera >
Accessoires
Indeling van GPS-module (optioneel)
1
2
3
4
Nr.
Beschrijving
1
Statuslampje
2
Power-knop
3
Vastzetring voor hot shoe
4
Hot shoe-aansluiting
5
Batterijklepje
5
De GPS-module aansluiten
1
Verwijder de klep van de hot shoe van de camera.
2
Bevestig de GPS-module door deze in de hot shoe te schuiven.
41
Mijn camera >
Accessoires
3
Vergrendel de GPS-module door de snelvastzetring te draaien in de richting van LOCK.
4
Druk op de Aan-knop van de GPS-module.
42
Mijn camera
Opnamemodi
Twee eenvoudige opnamemodi, Smart Auto en Scène, maken het u gemakkelijk met tal van automatische instellingen. Andere modi bieden weer de mogelijkheid om allerlei instellingen naar behoefte aan te passen.
t Smart Auto-modus
In de Smart Auto-modus detecteert de camera de omgevingsomstandigheden en regelt het toestel zelf de instellingen voor de belichting, zoals sluitertijd, diafragma, lichtmeting, witbalans en belichtingscompensatie. Doordat de camera de meeste functies zelf regelt, zijn bepaalde opnameopties beperkt. Deze modus is handig voor snelle kiekjes zonder dat u daarbij allerlei dingen hoeft in te stellen.
Pictogram Beschrijving
t
Smart Auto-modus (pag. 43)
P
A
Programmamodus (pag. 44)
Diafragmaprioriteitmodus (pag. 45)
S
M
Sluitervoorkeuzemodus (pag. 45)
Handmatige modus (pag. 46) i g s v
B
Lensvoorkeuzemodus (pag. 47)
Magische modus (pag. 50)
Scènemodus (pag. 51)
Filmmodus (pag. 54)
Wi-Fi (pag. 100)
De camera kan ook bij hetzelfde onderwerp verschillende scènes detecteren, onder invloed van externe factoren zoals lichtval, afstand tot het onderwerp en bewegingsonscherpte door het trillen van de camera.
43
Mijn camera >
Opnamemodi
P Programmamodus
De camera regelt de sluitertijd en het diafragma automatisch voor een optimale belichting.
Deze modus is handig als u opnamen met een constante belichting wilt maken, maar wel andere instellingen wilt kunnen aanpassen.
Programmaverschuiving
Met de functie Programmaverschuiving kunt u zowel de sluitertijd als de diafragmawaarde aanpassen terwijl de belichting van de camera constant blijft. Als u het instelwieltje naar links scrollt of de navigatieknop linksom draait, wordt de sluitertijd korter en de diafragmawaarde groter.
Als u het instelwieltje naar rechts scrollt of de navigatieknop rechtsom draait, wordt de sluitertijd langer en de diafragmawaarde kleiner.
44
Mijn camera >
Opnamemodi
A Diafragmaprioriteitmodus
In de Diafragmavoorkeuzemodus berekent de camera automatisch de sluitertijd die bij het gekozen diafragma past. U kunt de scherptediepte regelen door de diafragmawaarde te veranderen. Deze modus is handig voor het maken van portretten en landschapsfoto's.
S Sluitertijdvoorkeuzemodus
In de Sluitertijdvoorkeuzemodus berekent de camera automatisch het diafragma dat bij de gekozen sluitertijd past. Deze modus is handig voor foto's van snelbewegende objecten of om bewegingssporen vast te leggen.
Als u het onderwerp wilt bevriezen, stelt u bijvoorbeeld een sluitertijd van
1/500 sec in. Wilt u het onderwerp vervagen, dan stelt u een sluitertijd van 1/30 sec in.
Grote scherptediepte Kleine scherptediepte
In omstandigheden met weinig omgevingslicht, moet u wellicht de
ISO-waarde verhogen om onscherpe foto's te voorkomen.
Lange sluitertijd Korte sluitertijd
Als u de verminderde hoeveelheid licht die bij korte sluitertijden op de beeldsensor valt wilt compenseren, opent u het diafragma verder om meer licht binnen te laten. Zijn uw foto's nog steeds te donker, dan verhoogt u de
ISO-waarde.
45
Mijn camera >
Opnamemodi
M Handmatige modus
In de handmatige modus kunt u zowel diafragma als sluitertijd handmatig instellen. Hiermee hebt u volledig controle over de belichting van uw foto's.
Deze modus is handig in gecontroleerde opnamesituaties, zoals een studio, of wanneer het noodzakelijk is om de belichting preciezer af te stellen. De Handmatige modus is tevens aanbevolen voor nachtopnamen of opnamen van vuurwerk.
Kadermodus
Wanneer u de diafragmawaarde of de sluitertijd aanpast, wordt de belichting volgens de instellingen aangepast, zodat het scherm donker kan worden. Als deze functie is ingeschakeld, is de helderheid van het scherm constant ongeacht de instellingen, zodat u het beeld goed kunt kadreren.
Als u de kadermodus wilt gebruiken:
Druk in de opnamemodus op [ m]
→
K
→
Afst. modus
→
een optie.
Bulb gebruiken
Met bulb kunt u nachtopnamen of opnamen van een sterrenhemel maken. Tijdens het interval tussen de eerste keer drukken op de
[Ontspanknop] en de tweede keer drukken op de [Ontspanknop] blijft de sluiter open zodat u bewegende lichteffecten kunt maken.
Als u de Bulbstand wilt gebruiken:
Draai het instelwieltje volledig naar links naar Bulb
→ druk op [Ontspanknop] om te beginnen met opnemen
→
druk nogmaals op [Ontspanknop] om te stoppen met opnemen.
•
Als u een hoge ISO-waarde instelt of de sluiter lang openzet, kan er meer beeldruis optreden.
•
De functie voor continuopnamen kan niet in combinatie met de functie Bulb worden gebruikt.
46
Mijn camera >
Opnamemodi
i Lensprioriteitsmodus
De
E-modus gebruiken
U kunt een geschikte scène (i-Scene) of filtereffect selecteren voor de lens die u hebt bevestigd. Afhankelijk van de bevestigde lens kunnen de beschikbare scènes en filtereffecten verschillen.
1
Draai de modusknop naar i.
2
Druk op [i-Function] op de lens om
E te selecteren.
•
U kunt deze functie ook gebruiken door op [ f] te drukken.
3
Pas de scherpstelring aan om een scène of filtereffect te selecteren.
•
U kunt ook het instelwieltje scrollen om een scène of filtereffect te selecteren.
Zon onder
E
4
Druk [Ontspanknop] volledig in om een foto te maken.
Beschikbare scènemodi en filtereffecten (voor SAMSUNG 18-55 mm
F3.5-5.6 OIS III lens): Beautyshot, Portret, Tekst, Landschap, Zon onder,
Dageraad, Nacht, Vuurwerk, Vignetten, Miniatuur, Visoog, Schets, Anti-nevel,
Halftoon
47
Mijn camera >
Opnamemodi
i-Function gebruiken in de modi
PASM
Wanneer u de i-Function-knop op een i-Function-lens gebruikt, kunt u sluitertijd, diafragmawaarde, belichtingswaarde, ISO-waarde en witbalans voor de lens handmatig selecteren en aanpassen.
1
Draai de modusknop naar
P, A, S of M.
2
Druk op [i-Function] op de lens om een instelling te selecteren.
• U kunt ook de navigatieknop draaien of op [
C/F] drukken om een instelling te selecteren.
3
Pas de scherpstelring aan om een optie te selecteren.
• U kunt ook het instelwieltje scrollen om een optie te selecteren.
Auto
4
Druk [Ontspanknop] volledig in om een foto te maken.
Auto
48
Mijn camera >
Opnamemodi
Beschikbare opties
Opnamemodus
Diafragmawaarde
Sluitertijd
Belichtingswaarde
(over-/onderbelicht)
ISO
Witbalans
Z
P
-
-
O
O
O
O
A
O
-
O
O
O
O
S
-
O
O
O
O
O
Als u de items wilt selecteren die moeten worden weergegeven wanneer u op
[i-Function] op de lens drukt in de opnamemodus, drukt u op [ m]
X
→
iFn aanpassen
→
een optie
→
[ m].
→
M
O
O
-
O
O
O
Z gebruiken
Met
Z kunt u inzoomen op een onderwerp met minder kwaliteitsverlies dan met de digitale zoomfunctie. De fotoresolutie kan echter anders zijn dan wanneer u inzoomt door de zoomring te draaien.
1
Draai de modusknop naar
P, A, S, M of i.
2
Druk op [i-Function] op de lens om
Z te selecteren.
•
U kunt ook de navigatieknop draaien of op [
C/F] drukken om een instelling te selecteren.
3
Pas de scherpstelring aan om een optie te selecteren.
•
U kunt ook het instelwieltje scrollen om een optie te selecteren.
•
De resolutie van de foto verschilt afhankelijk van de zoomverhouding als u
Z gebruikt.
x1.2
x1.4
x1.7
x2
3:2
4560X3040
(13.9M)
3888X2592
(10.1M)
3264X2176
(7.1M)
2736X1824
(5.0M)
16:9
4560X2568
(11.7M)
3888X2184
(8.5M)
3264X1840
(6.0M)
2736X1536
(4.2M)
1:1
3040X3040
(9.2M)
2592X2592
(6.7M)
2176X2176
(4.7M)
1824X1824
(3.3M)
Deze cijfers zijn gebaseerd op de maximale resolutie voor elke beeldverhouding.
4
Druk [Ontspanknop] volledig in om een foto te maken.
•
Z is niet beschikbaar wanneer u serieopnamen vastlegt.
•
Z is niet beschikbaar wanneer u foto's maakt in de bestandsindeling
RAW.
•
Z wordt uitgeschakeld wanneer u video's opneemt door op de knop voor video-opname te drukken.
49
Mijn camera >
Opnamemodi
g Magische modus
U kunt verschillende filtereffecten en kadereffecten toepassen op uw foto's of video's om unieke afbeeldingen te maken. De vorm en het uiterlijk van de foto's of video's verandert afhankelijk van het effect dat u selecteert.
Een effect instellen:
Druk in de opnamemodus op [ f]
→
Magische modus
→
Magisch kader of Intelligent filter
→
een gewenst effect.
•
Als u Schets als filtereffect selecteert, wordt de grootte van de foto automatisch gewijzigd in 5.9M en lager.
•
Als u een frame-effect instelt, wordt de grootte van de foto automatisch ingesteld op 2M.
•
U kunt geen video's met een kadereffect opnemen.
•
Als u een filtereffect instelt, is het formaat van de video 640X480 of lager.
50
Mijn camera >
Opnamemodi
s Scènemodus
In de Scènemodus selecteert de camera de beste instellingen voor het desbetreffende type scène.
U kunt een gewenste scène selecteren door in de opnamemodus op
[ f] te drukken.
Pictogram Beschrijving
Panorama: een 2D- of
3D-panoramafoto maken.
Vastgelegde 3D-panoramafoto's kunnen alleen worden weergegeven op een 3D-televisie.
•
Het maximumformaat van een 2D-panoramafoto is
8000 X 1152 (horizontaal) en 1728 X 4752 (verticaal).
•
Het maximumformaat van een 3D-panoramafoto is
3300 X 768 (horizontaal).
•
In de panoramamodus zijn bepaalde opname-opties niet beschikbaar.
•
De compositie van de opname of de beweging van het onderwerp kunnen een reden zijn waarom de camera stopt met het maken van opnamen.
•
In de panoramamodus legt de camera de laatste scène mogelijk niet volledig vast als u ophoudt met het bewegen van de camera om de fotokwaliteit te verbeteren. Als u de volledige scène wilt vastleggen, beweegt u de camera iets verder dan het punt waar u de scène wilt eindigen.
Pictogram Beschrijving
•
In de 3D-panoramamodus legt de camera mogelijk het begin van het einde van een scène niet vast vanwege de aard van het 3D-effect. Als u de volledige scène wilt vastleggen, beweegt u de camera iets voorbij het begin- en eindpunt dat u wilt vastleggen.
•
In de 3D-panoramamodus worden foto's vastgelegd met de bestandsindelingen JPEG en MPO.
•
U kunt een MPO-bestand dat het 3D-effect ondersteunt, alleen weergeven op een MPO-compatibel scherm, zoals een 3D-televisie of 3D-monitor. Op het scherm van de camera kunt u alleen JPEG-bestanden weergeven.
•
Gebruik een 3D-bril wanneer u een MPO-bestand weergeeft op een 3D-televisie of 3D-monitor.
Beautyshot: imperfecties in het gezicht verbergen.
Nacht: scènes 's nachts of bij weinig licht vastleggen.
Gebruik een statief om bewegingsonscherpte bij een lage sluitertijd te voorkomen.
51
Mijn camera >
Opnamemodi
Pictogram Beschrijving
Landschap: stillevens en landschapsfoto's maken.
Portret: menselijke gezichten automatisch detecteren en daarop scherpstellen zodat het resultaat een helder, zacht portret is.
Kinderen: kinderen beter laten opvallen door hun kleding en de achtergrond levendig vast te leggen.
Sport: snel bewegende onderwerpen vastleggen.
Pictogram Beschrijving
Close-up: details van een onderwerp of kleine onderwerpen, zoals bloemen en insecten, vastleggen.
Tekst: tekst in drukwerk of elektronische documenten duidelijk leesbaar vastleggen.
Zon onder: zonsondergangen met natuurlijke rood- en geeltinten vastleggen.
Dageraad: zonsopgangen vastleggen.
52
Mijn camera >
Opnamemodi
Pictogram Beschrijving
Tegenl.: onderwerpen met tegenlicht vastleggen.
Vuurwerk: 's nachts kleurig vuurwerk vastleggen. Gebruik een statief om te voorkomen dat de camera beweegt.
Strand/sneeuw: onderbelichting voorkomen door de reflectie van zonlicht op zand of sneeuw.
Pictogram Beschrijving
Geluidsfoto: een spraakmemo toevoegen vóór en na het vastleggen van een foto.
Als u de opnametijd wilt instellen, drukt u op [ m]
L
→
Tijd voor geluid.
→
3D: 3D-foto's maken. (pag. 135)
53
Mijn camera >
Opnamemodi
v Filmmodus
In de filmmodus kunt u video's opnemen in high-definition (1920X1080) en het geluid vastleggen via de microfoon van de camera.
U kunt het belichtingsniveau aanpassen door Programma te selecteren in het optiemenu van Film AE-modus zodat de diafragmawaarde en sluitertijd automatisch kunnen worden ingesteld of door Diafragmaprioriteit te selecteren om de diafragmawaarde handmatig in te stellen. U kunt ook Sluiterprioriteit selecteren om de sluitertijd handmatig in te stellen of Handmatig selecteren om de diafragmawaarde en sluitertijd handmatig in te stellen. Druk tijdens het opnemen van een video op [
F] om de AF-functie in of uit te schakelen.
Selecteer In-/uitfaden om een scène in of uit te faden. U kunt ook
Spraak selecteren om spraak te dempen of het dempen op te heffen.
U kunt videobestanden met een maximale duur van 25 minuten opnemen bij 30 of 24 fps en de bestanden opslaan in MP4-indeling
(H.264). 24 fps is alleen beschikbaar met 1920X810.
•
H.264 (MPEG-4 part10/AVC) is de nieuwste videocoderingsindeling die in 2003 is ontwikkeld door ISO-IEC en ITU-T. Aangezien deze indeling een hoof compressieniveau gebruikt, kunnen er meer gegevens worden opgeslagen op minder geheugenruimte.
•
Als u tijdens de video-opname de beeldstabilisatie hebt ingeschakeld, kan het geluid hiervan in de opname hoorbaar zijn.
•
Het zoomgeluid en andere lensgeluiden kunnen worden opgenomen als u de lens aanpast terwijl u een video opneemt.
•
Wanneer u een optionele videolens gebruikt, wordt het autofocusgeluid niet opgenomen.
•
Als u tijdens het opnemen van een video de lens verwijdert, wordt de opname onderbroken. Verwissel de lens niet tijdens het opnemen.
•
Als u tijdens het opnemen van een video plotseling van beeldhoek verandert, kan het zijn dat de camera de beelden niet nauwkeurig kan vastleggen. Gebruik een statief om bewegingsonscherpte te voorkomen.
•
In de Filmmodus ondersteunt de camera alleen Multi AF. Andere opties voor het scherpstelgebied, zoals Gezichtsdetectie, kunnen niet worden gebruikt.
•
Wanneer een filmbestand groter dan 4 GB wordt, wordt de opname automatisch gestopt. In dat geval kunt u doorgaan door een nieuwe filmopname te starten.
•
Bij geheugenkaarten met een lage schrijfsnelheid, kan het gebeuren dat de opname wordt onderbroken doordat de kaart het tempo waarin de film wordt opgenomen niet kan bijhouden. Vervang in dat geval de kaart door een snellere, of verklein het beeldformaat (bijvoorbeeld van 1280X720 naar
640X480).
•
Formatteer de geheugenkaart altijd in de camera. Als u de kaart in een andere camera of op een pc formatteert, kunnen er bestanden op de kaart verloren gaan of kan de capaciteit veranderen.
54
Mijn camera >
Opnamemodi
Beschikbare functies in de opnamemodus
Uitgebreide informatie over de opnamefuncties vindt u in hoofdstuk 2.
Functie
Formaat (pag. 57)
Kwalit. (pag. 59)
ISO (pag. 60)
Witbalans (pag. 61)
Fotowizard (pag. 64)
Kleurselectie (pag. 83)
AF-modus (pag. 65)
AF-gebied (pag. 67)
MF-help (pag. 70)
OIS (pag. 71)
Snelheid (Continu/Burst/Timer/
Bracketing) (pag. 72)
Beschikbaar in
P/A/S/M/i/g*/s*/ v/t
P/A/S/M/i/g*/s*/v
P/A/S/M*/v*
P/A/S/M/v
P/A/S/M/v
P/A/S/M/v
P/A/S/M/i*/g*/s*/v*
P/A/S/M/i*/s*
P/A/S/M/i/g*/s/v/ t
P/A/S/M/i/g/s/v/ t
P/A/S/M/i*/g*/s*/v*/ t*
Functie
L.meting (pag. 79)
HDR-bereik (pag. 82)
Kleurruimte (pag. 84)
Flitser (pag. 76)
Belichtingscompensatie (pag. 85)
Belichtingsvergendeling (pag. 86)
Ruisonderdrukking (pag. 124)
* Sommige functies zijn in deze modi beperkt.
Beschikbaar in
P/A/S/M/v
P/A/S/M
P/A/S/M/i/g/s/t
P*/A*/S*/M*/g*/s*/t*
P/A/S/i/g/s/v
P/A/S/v*
P/A/S/M
55
Hoofdstuk
2
Opnamefuncties
Hier vindt u informatie over de functies en instellingen van de opnamemodus.
Met de opnamefuncties hebt u uitgebreide controle over de manier waarop u foto's en video's maakt.
Formaat
Als u de resolutie verhoogt, zullen de foto's en video's meer pixels bevatten en daardoor groter kunnen worden afgedrukt en weergegeven.
Bij een hoge resolutie neemt ook de bestandsgrootte toe. Selecteer een lage resolutie voor foto's die bedoeld zijn voor weergave in een digitale fotolijst of op het web.
U stelt de formaat als volgt in:
Druk in de opnamemodus op [ f]
→
Fotoformaat of
Filmformaat
→
een optie.
Opties voor fotoformaat
Pictogram Formaat Aanbevolen voor
20.0M (5472X3648) (3:2) Afdrukken op A1-papier.
10.1M (3888X2592) (3:2) Afdrukken op A2-papier.
5.9M (2976X1984) (3:2) Afdrukken op A3-papier.
2.0M (1728X1152) (3:2)
16.9M (5472X3080) (16:9)
7.8M (3712X2088) (16:9)
4.9M (2944X1656) (16:9)
2.1M (1920X1080) (16:9)
13.3M (3648X3648) (1:1)
7.0M (2640X2640) (1:1)
4.0M (2000X2000) (1:1)
1.1M (1024X1024) (1:1)
Afdrukken op A5-papier.
Afdrukken op A1-papier of weergeven op een HDTV.
Afdrukken op A3-papier of weergeven op een HDTV.
Afdrukken op A4-papier of weergeven op een HDTV.
Afdrukken op A5-papier of weergeven op een HDTV.
Een vierkante foto afdrukken op
A1-papier.
Een vierkante foto afdrukken op
A3-papier.
Een vierkante foto afdrukken op
A4-papier.
Bijvoegen bij een e-mail.
Opnamefuncties >
Formaat
Opties voor videoformaat
Pictogram Formaat Aanbevolen voor
1920X1080 (30 fps) (16:9) Weergeven op een full-HDTV.
1920X810 (24 fps)
(Ongeveer 2,35:1)
Weergeven op een HDTV.
1280X720 (30 fps) (16:9)
640X480 (30 fps) (4:3)
320X240 (30 fps) (4:3)
Weergeven op een HDTV.
Weergeven op een televisie.
Publiceren op een website via het draadloze netwerk
(maximaal 30 seconden).
58
Kwaliteit
Foto's worden door de camera in JPEG- of RAW-indeling opgeslagen.
Foto’s die met een camera zijn gemaakt, worden vaak omgezet naar een JPEG-indeling en opgeslagen in het geheugen volgens de instellingen van de camera op het moment van de opname. RAWbestanden worden niet omgezet naar een JPEG-indeling, maar zonder aanpassingen in het geheugen opgeslagen.
RAW-bestanden hebben de bestandsextensie 'SRW'. Voor het aanpassen en kalibreren van de belichting, witbalans, tonen, contrast en kleuren van RAW-bestanden en om deze in JPEG- of TIFF-indeling om te zetten, kunt u gebruikmaken van het programma Samsung RAW
Converter dat op de software-cd-rom is meegeleverd. Zorg dat er voldoende geheugen beschikbaar is om foto's in de RAW-indeling op te slaan.
U stelt de kwaliteit als volgt in:
Druk in de opnamemodus op [ f]
→
Kwalit.
→
een optie.
Pictogram Indeling
JPEG
RAW
RAW+JPEG
RAW+JPEG
RAW+JPEG
Beschrijving
Normaal:
•
Gecomprimeerd voor normale kwaliteit.
•
Aanbevolen voor afdrukken in klein formaat of voor uploaden naar het web.
RAW:
•
Foto's zonder gegevensverlies opslaan.
•
Aanbevolen als u de foto naderhand wilt bewerken.
RAW + S.Fijn: een foto opslaan in zowel
JPEG- (S.Fine-kwaliteit) als RAW-indeling.
RAW + Fijn: een foto opslaan in zowel
JPEG- (Fine-kwaliteit) als RAW-indeling.
RAW + Normaal: een foto opslaan in zowel
JPEG- (Normal-kwaliteit) als RAW-indeling.
Opties voor fotokwaliteit
Pictogram Indeling
JPEG
JPEG
Beschrijving
Superhoog:
•
Gecomprimeerd voor de beste kwaliteit.
•
Aanbevolen voor afdrukken op groot formaat.
Hoog:
•
Gecomprimeerd voor betere kwaliteit.
•
Aanbevolen voor afdrukken op normaal formaat.
Opties voor videokwaliteit
Pictogram Extensie
MP4 (H.264)
MP4 (H.264)
Beschrijving
Normaal: video's in normale kwaliteit opnemen.
Hoge kwaliteit: video's in hoge kwaliteit opnemen.
ISO-waarde
De ISO-waarde geeft de mate aan waarin de camera gevoelig is voor licht.
Hoe hoger de ISO-waarde, des te gevoeliger is de camera voor licht.
Dit betekent dat u met een hogere ISO-waarde op plaatsen met minder licht foto's kunt nemen met een snellere sluitertijd. Dit kan echter wel tot meer elektronische ruis en korrelige foto's leiden.
U stelt de ISO-waarde als volgt in:
Druk in de opnamemodus op [
I]
→
een optie.
Voorbeelden
ISO 100 ISO 400
ISO 800 ISO 3200
•
Verhoog de ISO-waarde op plaatsen waar geen flitser kan of mag worden gebruikt. Door een hoge ISO-waarde in te stellen, kunt u heldere foto's maken zonder dat daar meer licht voor nodig is.
•
Gebruik de functie Ruisonderdrukking om zichtbare ruis die bij foto's met een hoge ISO-waarde weg te filteren. (pag. 124)
Witbalans (lichtbron)
De kleuren in een foto zijn afhankelijk van het soort lichtbron en de kwaliteit daarvan. Als u foto's met realistische kleuren wilt, selecteert u een toepasselijke lichtomstandigheid om de witbalans te kalibreren, zoals Auto witbalans, Daglicht, Bewolkt of Kunstlicht, of past u de kleurtemperatuur handmatig aan. U kunt tevens de kleur voor de voorgeprogrammeerde lichtbronnen aanpassen, zodat bij een mix van verschillende soorten licht de kleuren van de foto met de werkelijkheid overeenstemmen.
U stelt de witbalans als volgt in:
Druk in de opnamemodus op [ f]
→
Witbalans
→ een optie.
Witbalansopties
Pictogram Beschrijving
Auto witbalans*: automatische instellingen die per lichtomstandigheid verschillen.
Daglicht*: voor foto's in de buitenlucht op een zonnige dag.
Deze optie resulteert in foto's die de natuurlijke kleuren van de scène het dichtst benaderen.
Bewolkt*: voor foto's in de buitenlucht op een bewolkte dag of in de schaduw. Foto's die op bewolkte dagen worden gemaakt, hebben een blauwiger tint dan op zonnige dagen.
Met deze optie wordt dat effect gecompenseerd.
Wit TL-licht*: selecteer deze optie voor foto's die onder een daglichtlamp worden gemaakt. Speciaal voor wit TL-licht met een kleurtemperatuur van circa 4200K.
Pictogram Beschrijving
NW TL-licht*: selecteer deze optie voor foto's die onder een daglichtlamp worden gemaakt. Speciaal voor wit TL-licht met een zeer witte tint en een kleurtemperatuur van circa 5000K.
Daglicht-TL*: selecteer deze optie voor foto's die onder een daglichtlamp worden gemaakt. Speciaal voor wit TL-licht met een licht blauwe tint en een kleurtemperatuur van circa 6500K.
Kunstlicht*: voor foto's binnenshuis bij gloeilamp- of halogeenlampverlichting. Gloeilampen hebben een roodachtige tint. Met deze optie wordt dat effect gecompenseerd.
WB flitser*: selecteer deze optie wanneer u een flitser gebruikt.
Aangep. instelling: uw vooraf gedefinieerde instellingen gebruiken. U kunt de witbalans handmatig instellen door een wit vel papier te fotograferen. Vul de cirkel van de spotmeting met het papier en stel de witbalans in.
* Deze opties kunnen worden aangepast.
Opnamefuncties >
Witbalans (lichtbron)
Optie Beschrijving
Kleurtemperatuur: de kleurtemperatuur van de lichtbron handmatig instellen. Kleurtemperatuur is een maat in graden
Kelvin waarmee de tint van een lichtbron wordt aangegeven.
Naarmate de kleurtemperatuur toeneemt, wordt de kleurspreiding koeler. En omgekeerd wordt bij een afname van de kleurtemperatuur de kleurspreiding warmer.
Heldere lucht
TL-licht_H
Bewolkt
Daglicht
TL-licht_L
Halogeenlamp
Gloeilamp
Kaarslicht
Voorgeprogrammeerde opties aanpassen
U kunt ook eigen witbalansopties voorprogrammeren.
Eigen opties voorprogrammeren:
Druk in de opnamemodus op [ f]
→
Witbalans
→ een optie
→
[
D]
→
draai de navigatieknop of scroll het instelwieltje naar, of druk op [
D/I/C/F].
Witbalans : Daglicht
Daglicht
Terug Reset
62
Opnamefuncties >
Witbalans (lichtbron)
Voorbeelden
Auto witbalans Daglicht
Daglicht-TL Kunstlicht
63
Fotowizard (fotostijlen)
Met de Fotowizard kunt u verschillende fotostijlen op uw foto's toepassen om ze verschillende uitstralingen en emoties mee te geven.
Tevens kunt u zelf fotostijlen maken door de kleur, verzadiging, scherpte en het contrast van een bestaande stijl aan te passen en op te slaan.
Er zijn geen regels voor welke stijl in een situatie geschikt is.
Experimenteer met verschillende stijlen om te ontdekken wat uw voorkeuren zijn.
U stelt als volgt een fotostijl in:
Druk in de opnamemodus op [ f]
→
Fotowizard
→ een optie.
Voorbeelden
Standaard Helder
Landschap Bos
Portret
Retro
Koel Rustig Klassiek
U kunt ook de waarde van de voorgeprogrammeerde stijlen aanpassen.
Selecteer een optie van Fotowizard, druk op [
D] en pas de kleur, de verzadiging, de scherpte of het contrast aan.
AF-modus
Hier vindt u informatie over de scherpstelmethoden van de camera.
U kunt een scherpstelmethode kiezen die bij het onderwerp past.
De mogelijkheden zijn enkelvoudige autofocus, continu-autofocus en handmatige scherpstelling. De AF-functie (autofocus) wordt geactiveerd op het moment dat u [Ontspanknop] half indrukt. In de MF-modus
(handmatige scherpstelling) moet u aan de scherpstelring op de lens draaien om handmatig scherp te stellen.
In de meeste gevallen is Enkelvoudige AF de geschikte methode. Snel bewegende onderwerpen en onderwerpen die eenzelfde kleur hebben als de achtergrond, zijn lastig scherp te krijgen. Kies voor dergelijke situaties een geschikte scherpstelmethode.
Als de lens voorzien is van een AF/MF-schakelaar zet u de schakelaar op MF om handmatig scherp te stellen.
Enkelvoudige AF
Enkelvoudige AF is geschikt voor niet-bewegende onderwerpen.
Wanneer u [Ontspanknop] half indrukt, wordt er op het gedeelte van het beeld in het scherpstelgebied scherpgesteld. Het scherpstelgebied wordt groen wanneer er is scherpgesteld.
Als de lens geen AF/MF-schakelaar heeft, drukt u op [
F] om de gewenste AF-modus te selecteren.
U stelt als volgt de autofocusmodus in:
Druk in de opnamemodus op [
F]
→
een optie.
Opnamefuncties >
AF-modus
Continu AF
Wanneer u [Ontspanknop] half indrukt, blijft de camera voortdurend scherpstellen. Wanneer het scherpstelgebied eenmaal op het onderwerp is gericht, blijft het onderwerp altijd scherp in beeld, ook als het beweegt. Deze modus wordt aanbevolen voor het fotograferen van bijvoorbeeld fietsers, rennende honden of raceauto's.
Handmatige scherpstelling
U kunt handmatig op het onderwerp scherpstellen door aan de scherpstelring op de lens te draaien. Met de MF-hulpfunctie kunt u eenvoudig scherpstellen. Wanneer u aan de scherpstelring draait, wordt het scherpstelgebied vergroot of verschijnt de focushulpbalk om u bij het scherpstellen te helpen. Deze modus wordt aanbevolen voor het fotograferen van onderwerpen die eenzelfde kleur als de achtergrond hebben en voor nachtelijke scènes en vuurwerk.
66
AF-gebied
Met de AF-gebiedfunctie wordt de positie van het scherpstelgebied gekozen.
In het algemeen stelt de camera op het dichtstbijzijnde onderwerp scherp. Wanneer er echter veel verschillende elementen in beeld zijn, kan het gebeuren dat de focus verkeerd komt te liggen. Om te voorkomen dat er op een verkeerd beeldelement wordt scherpgesteld, kunt u een ander scherpstelgebied kiezen zodat er op het gewenste deel van het beeld wordt scherpgesteld. U kunt zorgen voor een duidelijkere en scherpere foto door een geschikt scherpstelpunt te kiezen.
U stelt als volgt het scherpstelgebied in:
Druk in de opnamemodus op [ f]
→
AF-gebied
→ een optie.
Keuze AF
U kunt de focus instellen op een gebied dat uw voorkeur heeft. Pas een onscherpte-effect toe om het onderwerp er te laten uitspringen.
In de onderstaande afbeelding is het scherpstelgebied verplaatst en in formaat aangepast zodat het over het gezicht van het onderwerp valt.
AF Zoom Verpl.
Als u het scherpstelgebied wilt verplaatsen of de formaat wilt aanpassen, drukt u in de opnamemodus op [ o]. Gebruik de navigatieknop om het scherpstelgebied te verplaatsen. Draai aan het instelwieltje om de formaat van het scherpstelgebied aan te passen.
Opnamefuncties >
AF-gebied
Multi AF
De camera geeft een groene rechthoek weer op de plaatsen waar is scherpgesteld. De foto wordt in twee of meer gebieden verdeeld en de camera zorgt voor scherpstelpunten in elk gebied. Dit wordt aanbevolen voor landschapsfoto's.
Wanneer u op [Ontspanknop], drukt, worden de scherpstelgebieden groen weergegeven, zoals in de onderstaande afbeelding is aangegeven.
Gezichtsdet. AF
De camera geeft bij het scherpstellen prioriteit aan menselijke gezichten.
Er kunnen tot 10 gezichten worden gedetecteerd. Deze instelling wordt voor groepsfoto's aanbevolen.
Wanneer u [Ontspanknop] half indrukt, wordt er op gezichten scherpgesteld, zoals in de onderstaande afbeelding is aangegeven. In het geval van een groep mensen, wordt het scherpstelgebied op het gezicht van de dichtstbijzijnde persoon wit aangegeven en de rest van de gezichten in grijs.
68
Opnamefuncties >
AF-gebied
Zelfportret AF
Bij het maken van een zelfportret kan het lastig zijn om te controleren of uw gezicht scherp in beeld is. Als deze functie is ingeschakeld, piept de camera sneller als uw gezicht zich in het midden van de compositie bevindt.
69
MF-help
In de handmatige scherpstelmodus (MF) moet u aan de scherpstelring op de lens draaien om scherp te stellen. Als u de MF-hulpfunctie gebruikt, kunt u beter scherpstellen. Deze functie is alleen beschikbaar op lenzen die handmatige scherpstelling ondersteunen.
U stelt als volgt ondersteunde handmatige scherpstelling in:
Druk in de opnamemodus op [ m]
K of k
→
→
MF-help
→
een optie.
Optie
Uit
* Standaard
Beschrijving
De functie MF-help niet gebruiken.
Het scherpstelgebied wordt 5 keer vergroot wanneer u aan de scherpstelring draait.
5x vergroten*
Optie
8x vergroten
FA
* Standaard
Beschrijving
Het scherpstelgebied wordt 8 keer vergroot wanneer u aan de scherpstelring draait.
De focus-hulpbalk wordt gevuld als de focus wordt verbeterd, wanneer u aan de scherpstelring draait.
Optische beeldstabilisatie (OIS)
Stel de Optische beeldstabilisatie (OIS) in om bewegingsonscherpte tegen te gaan. OIS is mogelijk bij sommige lenzen niet beschikbaar.
Bewegingsonscherpte kan ontstaan wanneer u op donkere plaatsen of binnenshuis foto's maakt. In dergelijke situaties gebruikt de camera een langere sluitertijd om meer licht op de sensor te laten vallen en de foto kan hierdoor bewogen worden. U kunt dit voorkomen door de OISfunctie te gebruiken.
Als uw lens een OIS-schakelaar heeft, moet u de schakelaar draaien om de OIS-functie te gebruiken.
U stelt als volgt
OIS-opties in:
Druk in de opnamemodus op [ m]
→
K of k
→
OIS
→
een optie.
OIS-opties
* Standaard
Pictogram Beschrijving
Modus 1*: de OIS-functie wordt alleen toegepast als u
[Ontspanknop] half of helemaal indrukt.
Modus 2: de OIS-functie is geactiveerd.
Uit: de OIS-functie is uitgeschakeld. (Deze optie is bij sommige lenzen mogelijk niet beschikbaar.)
Met OIS-correctie Zonder OIS-correctie
Snelheid (opnamemethode)
U kunt verschillende opnamemethoden instellen, zoals Continu, Burst,
Timer, enzovoort.
Selecteer 1 opname om één foto per keer te maken. Selecteer Continu of Burst voor het fotograferen van snel bewegende onderwerpen.
Selecteer AE BKT, WB BKT of F Wiz BKT om de belichting of witbalans aan te passen of om Fotowizard-effecten toe te passen.
U kunt ook Timer selecteren om een foto van uzelf te maken.
U stelt de opnamemethode als volgt in:
Druk in de opnamemodus op [
C]
→
een optie.
Continu
Wanneer u op [Ontspanknop] drukt, worden er achter elkaar foto's gemaakt. U kunt maximaal 3 foto's of (Continu laag (3 fps)) of 8 foto's
(Continu hoog (8 fps)) per seconde maken.
1 opname
Wanneer u [Ontspanknop] drukt, wordt er één foto gemaakt. Geschikt voor algemene omstandigheden.
Opnamefuncties >
Snelheid (opnamemethode)
Burst
U kunt maximaal 10 opnamen per seconde (3 seconden), 15 opnamen per seconde (2 seconden) of 30 opnamen per seconde (1 seconde) maken wanneer u [Ontspanknop] eenmaal indrukt. Aanbevolen voor het vastleggen van snel bewegende onderwerpen zoals raceauto's.
Timer
Maak een foto met een vertraging van 2 tot 30 seconden. De vertraging is in stappen van 1 seconde in te stellen.
Als u het aantal opnamen wilt instellen, drukt u in de opnamemodus op [
C]
→
Burst en vervolgens op [
D].
Als u de vertraging wilt instellen, drukt u in de opnamemodus op [
C]
Timer en vervolgens op [
D].
→
73
Opnamefuncties >
Snelheid (opnamemethode)
Opnamereeks met verschillende belichtingen (AE BKT)
Wanneer u op [Ontspanknop] drukt, worden er 3 foto's achter elkaar genomen: één met normale belichting, één een stap donkerder en één een stap lichter. Gebruik een statief om onscherpe foto's te voorkomen wanneer er drie foto's achter elkaar worden genomen. U kunt de instellingen aanpassen in het menu BKT instellen.
Witbalansbracketing (WB BKT)
Wanneer u op [Ontspanknop] drukt, worden er 3 foto's achter elkaar genomen: een normale foto en twee extra met een verschillende witbalans. De normale foto wordt genomen wanneer u op
[Ontspanknop] drukt. De andere twee worden automatisch volgens de ingestelde witbalans aangepast. U kunt de instellingen aanpassen in het menu BKT instellen.
Belichting -2
Origineel
Belichting +2
WB-2
Origineel
WB+2
74
Opnamefuncties >
Snelheid (opnamemethode)
Fotowizardbracketing (F Wiz BKT)
Wanneer u op [Ontspanknop] drukt, worden er 3 foto's achter elkaar genomen, elk met een andere fotowizardinstelling. De camera maakt een foto en past daarop de drie fotowizardopties toe die u hebt ingesteld. U kunt in het menu BKT instellen drie verschillende instellingen selecteren.
Helder
Standaard
Retro
Bracketing instellen
U kunt de opties instellen voor AE BKT, WB BKT, F Wiz BKT.
U stelt als volgt opties voor de opnametrapjes in:
Druk in de opnamemodus op [ m]
→
L
→
BKT instellen
→
een optie.
Optie
AE BKT instellen
WB BKT instellen
Fotowiz. bkt instel.
Beschrijving
Stel de volgorde en het bereik van het opnametrapje in.
•
BKT volgorde: stel de volgorde in waarin de normale foto en de lichtere en donkerdere foto worden gemaakt (aangeduid met 0, + en -).
•
BKT bereik: stel het belichtingsbereik in van de 3 foto's die worden gemaakt met de bracketingfunctie.
Pas het witbalansintervalbereik aan van de 3 foto's die worden gemaakt met de bracketingfunctie.
Bijvoorbeeld, met AB-/+3 wordt de waarde voor oranje plus of min drie stappen bijgesteld. Met
MG-/+3 wordt de magentawaarde met dezelfde hoeveelheid bijgesteld.
Selecteer 3 Fotowizard-instellingen die de camera gebruikt om de 3 foto's te maken die met de bracketingfunctie worden gemaakt.
75
Flitser
Voor een realistische foto van een onderwerp moet de hoeveelheid licht constant zijn. Wanneer de lichtbron varieert, kunt u een flitser gebruiken en daarmee voor een constante hoeveelheid licht zorgen. Selecteer de juiste instellingen voor de lichtbron en het onderwerp.
U stelt als volgt flitsopties in:
Druk in de opnamemodus op [ f]
→
Flitser
→ een optie.
Pictogram Beschrijving
1e gordijn: er wordt onmiddellijk na het openen van de sluiter een flits afgevuurd. Er wordt vroegtijdig in de actie een duidelijke foto van het onderwerp gemaakt.
Bewegingsrichting van bal
2e gordijn: er wordt vlak voor het dichtgaan van de sluiter een flits afgevuurd. Er wordt laat in de actie een duidelijke foto van het onderwerp gemaakt.
Bewegingsrichting van bal
Flitsopties
Pictogram Beschrijving
Uit: de flitser niet gebruiken.
Smart Flitser: de camera past automatisch de helderheid van de flits aan de hoeveelheid omgevingslicht aan.
Auto: op donkere plaatsen gaat de flitser automatisch af.
Automatisch rode ogen onderdrukken: de flitser gaat automatisch af en voorkomt rode ogen.
Invulflits: bij elke foto wordt de flitser gebruikt.
Invulflits + Rode ogen: bij elke foto wordt de flitser gebruikt en worden rode ogen verminderd.
•
Afhankelijk van de opnamemodus kunnen de beschikbare opties verschillen.
•
Er zit een korte tijd tussen twee afgevuurde flitsen. Beweeg de camera niet totdat de tweede flits is uitgevoerd.
•
U kunt de flitseropties en de flitserintensiteit alleen aanpassen wanneer u de exclusieve externe flitser voor de NX gebruikt.
•
U kunt een foto maken met een flitser die niet volledig is opgeladen, maar het wordt aanbevolen een volledig opgeladen flitser te gebruiken.
Gebruik alleen door Samsung goedgekeurde flitsers. Gebruik van incompatibele flitsers kan de camera beschadigen.
Opnamefuncties >
Flitser
Rode ogen corrigeren
Als de flitser wordt gebruikt wanneer u in het donker een foto van een persoon neemt, kan er een rode gloed in de ogen verschijnen. Als u het rode-ogeneffect wilt corrigeren, selecteert u
Automatisch rode ogen onderdrukken
of
Invulflits + Rode ogen
.
De flitssterkte aanpassen
Pas de sterkte van de flits aan om over- of onderbelichting te voorkomen. De sterkte kan met ±2 niveaus worden aangepast.
U stelt de flitssterkte als volgt in:
Druk in de opnamemodus op [ f]
[
D] of druk op [
C/F].
→
Flitser
→
een optie
→
→
draai de navigatieknop of scroll het instelwieltje
Flitser : Invulflits
Zonder rode-ogencorrectie Met rode-ogencorrectie
Als het onderwerp zich te ver van de camera bevindt of zich beweegt, wordt het rode-ogeneffect mogelijk niet beperkt.
Terug
Flitsoptie
Reset
77
Opnamefuncties >
Flitser
•
Het aanpassen van de flitssterkte helpt mogelijk niet in de volgende gevallen:
-
Het onderwerp bevindt zich te dicht bij de camera.
-
Er is een hoge ISO-waarde ingesteld.
-
De belichtingswaarde is te groot of te klein.
•
In bepaalde opnamemodi kan deze functie niet worden gebruikt.
•
Als u een externe flitser waarvan de intensiteit kan worden aangepast, aansluit op de camera, worden de intensiteitsinstellingen van de flitser toegepast.
•
Als het onderwerp te dicht bij is wanneer u de flitser gebruikt, kan een gedeelte van het licht worden geblokkeerd. Hierdoor wordt een donkere foto veroorzaakt. Zorg ervoor dat het onderwerp zich binnen het aanbevolen bereikt bevindt. Dit bereik verschilt per lens.
•
Wanneer een zonnekap is bevestigd, kan het licht van de flitser worden geblokkeerd door de kap. Verwijder de kap om de flitser te gebruiken.
78
L.meting
De lichtmeetmethode is de manier waarop de camera de hoeveelheid licht meet.
De camera meet de hoeveelheid licht in een scène en stelt in veel modi aan de hand van deze meting diverse opties in. Als een onderwerp bijvoorbeeld donkerder lijkt dan zijn daadwerkelijke kleur, maakt de camera er een overbelichte foto van. En als een onderwerp lichter lijkt dan zijn daadwerkelijke kleur, maakt de camera er een onderbelichte foto van.
De helderheid en algehele sfeer van de foto kunnen tevens worden beïnvloed door de manier waarop de camera de hoeveelheid licht meet.
Kies voor elke omstandigheid een geschikte instelling.
U stelt als volgt een lichtmeetmethode in:
Druk in de opnamemodus op [ f]
→
L.meting
→ een optie.
Multi
In de Multimodus wordt de hoeveelheid licht in meerdere gebieden berekend. Wanneer er voldoende of onvoldoende licht is, past de camera de belichting aan door het gemiddelde van de algehele helderheid van de scène te nemen. Deze modus is geschikt voor algemene foto's.
Opnamefuncties >
L.meting
Centr. gewogen
In de modus Centr. gewogen wordt er een groter gebied berekend dan in de Spot-modus. De hoeveelheid licht in het centrale gedeelte van het beeld (60 ~ 80%) en dat in de rest van het beeld (20 ~ 40%) worden bij elkaar opgeteld. Deze optie wordt aanbevolen voor situaties waarin er een klein verschil in helderheid tussen onderwerp en achtergrond bestaat, of waarin een gebied binnen het onderwerp groot is in verhouding tot de algehele compositie van de foto.
Spot
In de Spotmodus wordt de hoeveelheid licht in het centrum berekend.
Wanneer u een foto maakt in een situatie waarbij er achter het onderwerp veel tegenlicht is, wordt de belichting zodanig ingesteld dat het onderwerp correct wordt belicht. Wanneer u bijvoorbeeld bij sterk tegenlicht voor de Multimodus kiest, berekent de camera dat de totale hoeveelheid licht voldoende is, waardoor er een donkere foto ontstaat.
De Spotmodus kan dit voorkomen doordat hiermee de hoeveelheid licht in een specifiek gebied wordt berekend.
Het onderwerp is helder terwijl de achtergrond donker is. De
Spotmodus wordt aanbevolen voor situaties zoals deze, waarbij er een enorm belichtingsverschil tussen het onderwerp en de achtergrond bestaat.
80
Opnamefuncties >
L.meting
De belichtingswaarde in het scherpstelgebied meten
Wanneer deze functie is ingeschakeld, stelt de camera automatisch een optimale belichting in door de helderheid van het scherpstelgebied te berekenen. Deze functie is alleen beschikbaar wanneer u Spot- of
Multi-meting en Keuze AF hebt geselecteerd.
U stelt deze functie als volgt in:
Druk in de opnamemodus op [ m]
→
K
→
Koppel AE met AF
→
een optie.
81
HDR-bereik
Met deze functie wordt automatisch het verlies aan heldere details gecorrigeerd dat kan optreden door grote verschillen tussen donker en licht in de foto.
U stelt als volgt HDRbereikopties in:
Druk in de opnamemodus op [ f]
→
HDR-bereik
→ een optie.
Zonder Smart bereik effect Met Smart bereik effect
Kleurselectie
Met de functie kunt u een kleur selecteren die u wilt benadrukken en de kleurverzadiging van de andere kleuren verminderen. U kunt in het menu rood, groen, blauw of geel selecteren.
U kunt als volgt
Kleurselectie-opties instellen:
Druk in de opnamemodus op [ f]
→
Kleurselectie
→ een optie.
Voorbeelden
Origineel Als rood is geselecteerd
Kleurruimte
Digitale beeldapparaten zoals digitale camera's, monitoren en printers hebben hun eigen methode voor de weergave van kleuren, de zogenaamde kleurruimte.
Op deze camera kunt u uit twee kleurruimtes kiezen: sRGB en
Adobe RGB. sRGB wordt algemeen gebruikt voor de weergave van kleuren op pcmonitoren en is tevens de standaardkleurruimte voor Exif. sRGB wordt aangeraden voor reguliere foto's en voor foto's die u op internet wilt publiceren.
Adobe RGB wordt voor commercieel drukwerk gebruikt en heeft een groter kleurbereik dan sRGB. Met het grotere kleurbereik van deze kleurruimte kunnen foto's gemakkelijker op een computer worden bewerkt. Het is belangrijk om te weten dat afzonderlijke programma's over het algemeen een beperkt aantal kleurruimtes ondersteunen.
Als u een foto opent in een programma dat de kleurruimte van de foto niet ondersteunt, zullen de kleuren lichter lijken.
U stelt de kleurruimte als volgt in:
Druk in de opnamemodus op [ m]
→
L
→
Kleurruimte
→
een optie.
Adobe RGB sRGB
Belichtingscompensatie/-vergrendeling
Belichtingscompensatie
De camera stelt automatisch de belichting in aan de hand van de gemeten lichtniveaus van de compositie van het beeld en de positie van het onderwerp. Als de belichting die de camera instelt hoger of lager is dan u verwacht, kunt u de belichting handmatig aanpassen. De belichtingswaarde is met ±3 EV-stappen (stops) in te stellen. De camera geeft de belichtingswaarschuwing in rood weer voor elke stap meer dan
±3 EV.
Houd [
W] ingedrukt en scroll met het instelwieltje of draai aan de navigatieknop om de belichtingswaarde in te stellen. U kunt de belichtingswaarde ook aanpassen door op [ f] te drukken en
EVC (Exposure Value Compensation; belichtingscorrectie) te selecteren.
U kunt de belichtingswaarde controleren aan de hand van de positie van de belichtingsniveau-indicator.
Belichtingswaarschuwing
Standaardbelichtingsindicator
-2
Afgenomen belichting
(donkerder)
Belichtingsniveauindicator
Toegenomen belichting
(helderder)
Origineel
+2
Opnamefuncties >
Belichtingscompensatie/-vergrendeling
Belichtingsvergendeling
Wanneer u niet de juiste belichting kunt bereiken vanwege een sterk kleurcontrast, kunt u de belichting vergrendelen en dan een foto nemen.
Om de belichting te vergrendelen, richt u het scherpstelgebied op het onderwerp waarvan u de belichting wilt berekenen en drukt u vervolgens op de knop Aangepast. (pag. 127)
Nadat de belichting is vergrendeld, richt u de lens zodanig dat de gewenste compositie ontstaat en drukt u op de [Ontspanknop].
86
Videofuncties
Hier worden de functies beschreven die voor video beschikbaar zijn.
Film AE-modus
Stel de belichtingsmodus voor de video-opname in.
Film AE-opties instellen:
Druk in de video-opnamemodus op [ f]
→
Film AE-modus
→
een optie.
* Standaard
Pictogram Beschrijving
Programma*: de diafragmawaarde en sluitertijd worden automatisch aangepast.
Diafragmaprioriteit: de diafragmawaarde handmatig instellen voordat u een video opneemt. Scroll het instelwieltje of draai de navigatieknop om de diafragmawaarde aan te passen.
Sluiterprioriteit: de sluitertijd handmatig instellen voordat u een video opneemt. Scroll het instelwieltje of draai de navigatieknop om de sluitertijd aan te passen.
Handmatig: de diafragmawaarde en sluitertijd handmatig instellen voordat u een video opneemt. Draai de navigatieknop om de diafragmawaarde aan te passen en draai aan het instelwieltje om de sluitertijd aan te passen.
Multi Motion
Hiermee kunt u de afspeelsnelheid van een video instellen.
Opties voor de opnamesnelheid instellen:
Druk in de video-opnamemodus op [ m]
Multi Motion
→
een optie.
→ l
→
Pictogram Beschrijving
x0.25: een video opnemen en afspelen op 1/4 van de normale snelheid.
x0.5: een video opnemen en afspelen op 1/2 van de normale snelheid.
x1: een video opnemen en afspelen op de normale snelheid.
x5: een video opnemen en afspelen op 5X de normale snelheid.
x10: een video opnemen en afspelen op 10X de normale snelheid.
x20: een video opnemen en afspelen op 20X de normale snelheid.
•
Als u een andere optie dan x1 selecteert, wordt er geen geluid opgenomen.
•
De beschikbare opties kunnen verschillen afhankelijk van het filmformaat.
Opnamefuncties >
Videofuncties
In-/uitfaden
U kunt een scène in- en uitfaden door de faderfunctie op de camera te gebruiken. Gebruik de functie naar wens en voeg dramatische effecten aan uw video's toe.
U stelt als volgt faderopties in:
Druk in de video-opnamemodus op [ f]
→
In-/uitfaden
→ een optie.
Pictogram Beschrijving
Uit: de faderfunctie wordt niet gebruikt.
In: de scène geleidelijk infaden.
Uit: de scène geleidelijk uitfaden.
In-uit: de faderfunctie wordt aan het begin en eind van de scène toegepast.
Spraak
Soms is een stomme video aantrekkelijker dan een met geluid. Schakel de spraak uit om een stomme video op te nemen.
U stelt als volgt spraakopties in:
Druk in de video-opnamemodus op [ f]
→
Spraak
→ een optie.
88
Hoofdstuk
3
Weergeven en bewerken
Informatie over het afspelen en bewerken van foto's en video's.
Zie hoofdstuk 6 voor informatie over het bewerken van bestanden op een pc.
Weergeven en bewerken
Bestanden zoeken en beheren
Leer hoe u foto's en video's snel via de miniatuurweergave kunt terugvinden en hoe u bestanden beveiligt en wist.
Foto's weergeven
1
Druk op [ y].
•
Het bestand met de laatste opname wordt weergegeven.
Miniaturen weergeven
U kunt foto's en video's zoeken door naar de miniatuurweergave te gaan. In de miniatuurweergave worden meerdere beelden tegelijk weergegeven, zodat u eenvoudig naar bestanden kunt zoeken. U kunt tevens bestanden classificeren en weergeven op type, opnamedag en opnameweek.
2
Draai de navigatieknop of druk op [
C/F] om door de bestanden te scrollen.
U kunt bestanden die zijn opgenomen met andere camera's, mogelijk niet bewerken of afspelen, wegens niet-ondersteunde formaten of codecs.
Gebruik een computer of ander apparaat om deze bestanden te bewerken of af te spelen.
Menu
Draai het instelwieltje naar links om 3, 15 of
40 miniaturen weer te geven.
(Draai aan het instelwieltje naar rechts om terug te gaan naar de vorige modus.)
U kunt ook in de weergave voor afzonderlijke bestanden op [ m] x
→
Tonen
→
een optie drukken.
→
90
Weergeven en bewerken >
Bestanden zoeken en beheren
Bestanden op categorie bekijken in
Smart Album
1
Druk in de miniatuurweergave op [ m].
2
Selecteer Filter
→
een categorie en druk op [ o].
Optie
Type
* Standaard
Beschrijving
Bestanden weergeven op bestandstype zoals foto of video.
Datum*
Week
Bestanden weergeven op volgorde van opslagdatum.
Bestanden weergeven op volgorde van dag van de week waarin ze zijn opgeslagen.
Locatie
Bestanden weergeven gesorteerd op opslaglocatie.
(Alleen de foto's die met een GPS-module zijn genomen, bevatten locatiegegevens.)
Bestanden weergeven als map
Doorlopende en burstopnamen worden weergegeven als map. Als u een map verwijdert, worden alle foto's in de map verwijderd.
: Enkele weergave
91
Weergeven en bewerken >
Bestanden zoeken en beheren
Bestanden beveiligen
Beveilig uw bestanden om te voorkomen dat ze per ongeluk worden gewist.
1
Druk in de opnamemodus op [ m]
→ z
→
Beveiligen
→
een optie. (1 opname, Select., Alles)
2
Draai de navigatieknop of druk op [
C/F] om een bestand te selecteren en druk op [ o].
3
Druk op [ f].
Bestanden verwijderen
Wis bestanden in de afspeelmodus en maak zo meer ruimte op de geheugenkaart vrij. Beveiligde bestanden worden niet gewist.
Afzonderlijke bestanden wissen
U kunt een afzonderlijk bestand selecteren en dit wissen.
1
Selecteer een bestand in de afspeelmodus en druk op [ ].
•
U kunt ook in de afspeelmodus op [ m]
→ z
→
Verwijder
→
1 opname drukken.
2
Wanneer het pop-upvenster verschijnt, selecteert u Ja.
92
Weergeven en bewerken >
Bestanden zoeken en beheren
Meerdere bestanden wissen
U kunt meerdere bestanden selecteren en deze wissen.
1
Druk in de afspeelmodus op [ ]
→
Meer wissen.
•
U kunt ook in de afspeelmodus op [ m]
→ z
→
Verwijder
→
Select. drukken.
2
Selecteer de bestanden die u wilt verwijderen door de navigatieknop te draaien of op [
C/F] te drukken en druk vervolgens op [ o].
•
Druk nogmaals op [ o] op de selectie op te heffen.
3
Druk op [ ].
4
Wanneer het pop-upvenster verschijnt, selecteert u Ja.
Alle bestanden verwijderen
U kunt in één keer alle bestanden op de geheugenkaart wissen.
1
Druk in de afspeelmodus op [ m].
2
Selecteer z
→
Verwijder
→
Alles.
3
Wanneer het pop-upvenster verschijnt, selecteert u Ja.
93
Weergeven en bewerken
Foto's weergeven
Een foto vergroten
U kunt foto's vergroten wanneer u ze in de afspeelmodus bekijkt.
Tevens kunt u de bijsnijdfunctie gebruiken om het uitvergrote gedeelte op het scherm als een nieuw bestand op te slaan.
Uitvergroot gebied
Vergroting (de maximale vergroting kan per resolutie verschillen)
Volledig beeld Bijsnijden
Draai het instelwieltje naar rechts om een foto te vergroten.
(Draai het instelwieltje naar links om een foto te verkleinen.)
Functie Actie
Uitvergroot gebied verplaatsen Druk op [
D/I/C/F].
Het vergrote beeld bijsnijden
Druk op [ f].
(als nieuw bestand opgeslagen)
Terug naar het originele beeld Druk op [ o].
U kunt door bestanden scrollen door de navigatieknop te draaien, ook als de foto is vergroot.
Een diashow weergeven
U kunt foto's als diavoorstelling weergeven, u kunt diverse effecten aan de diavoorstelling toevoegen en u kunt achtergrondmuziek laten afspelen.
1
Druk in de afspeelmodus op [ m].
2
Selecteer .
3
Selecteer een effect voor de diavoorstelling.
•
Ga naar stap 4 als u een diavoorstelling zonder effecten wilt.
Optie
Foto/'s
Effect
Interval
Muziek
Beschrijving
Kies de foto's die u in een diavoorstelling wilt weergeven.
•
Alles: alle foto's in een diavoorstelling weergeven.
•
Datum: alle foto's van een specifieke datum in een diavoorstelling weergeven.
•
Geluidsfoto: foto's met spraakmemo in een diavoorstelling weergeven.
•
Select.: geselecteerde foto's in een diavoorstelling weergeven.
Selecteer een overgangseffect. Selecteer Uit als u geen effect wilt gebruiken.
Selecteer de weergaveduur van elke foto.
Selecteer achtergrondmuziek.
4
Selecteer Diashow
→
Afspelen of Herhalen.
•
De diavoorstelling begint direct.
94
Weergeven en bewerken >
Foto's weergeven
Automatisch draaien
Als Automatisch draaien is ingeschakeld, worden de foto's die u verticaal hebt gemaakt automatisch gedraaid, zodat ze horizontaal op het scherm passen.
U stelt als volgt opties voor automatisch draaien in:
Druk in de opnamemodus op [ m]
Autom. draaien
→
een optie.
→ x
→
95
Weergeven en bewerken
Video's afspelen
U kunt video's afspelen, afzonderlijke beelden uit video's opslaan en video's bijsnijden.
Pauze Stop
Bediening van videoweergave
Functie
Terugspoelen
Pauze/Afspelen
Vooruitspoelen
Volume
Stop
Actie
Druk op [
C].
De camera spoelt terug met een snelheid van
2X, 4X of 8X wanneer u op [
C] drukt.
Druk op [ o].
Druk op [
F].
De camera spoelt vooruit met een snelheid van
2X, 4X of 8X wanneer u op [
F] drukt.
Draai het instelwieltje naar links of rechts.
Druk op [
D].
Een video tijdens het afspelen bijsnijden
1
Druk op [ o] op het punt waar u de nieuwe video wilt laten beginnen.
2
Druk op [ ] als de video is gepauzeerd.
3
Druk op [ o] op het punt waar u de nieuwe video wilt laten beëindigen.
4
Druk op [ ] als de video is gepauzeerd.
5
Wanneer het pop-upvenster verschijnt, selecteert u Ja.
Het bijgeknipte bestand wordt als apart bestand met een nieuwe naam opgeslagen.
96
Weergeven en bewerken >
Video's afspelen
Een beeld tijdens het afspelen afzonderlijk opslaan
1
Druk op [ o] op het punt waarop u een foto wilt opslaan.
2
Druk op [
I].
•
De opgeslagen foto heeft dezelfde resolutie als de video.
•
Het uitgenomen bestand wordt als apart bestand met een nieuwe naam opgeslagen.
97
Weergeven en bewerken
Foto's bewerken
Bewerk foto's door het formaat aan te passen, de foto's te draaien, rode ogen te verwijderen en de helderheid, het contrast en de kleurverzadiging aan te passen. Bewerkte foto's worden als nieuw bestand opgeslagen met verschillende bestandsnamen. 3D-foto's, panoramafoto's en 3D-panoramafoto's kunnen niet worden bewerkt met de functie Afbeelding bewerken.
U stelt als volgt bewerkingsopties in:
Druk in de afspeelmodus op [ f]
→ een optie.
* Standaard
Pictogram Beschrijving
Tegenl.: de helderheid van een onderbelichte foto corrigeren.
(Uit*, Aan)
Optie
* Standaard
Pictogram Beschrijving
Intelligent filter: verschillende filtereffecten op foto's toepassen om unieke beelden te maken. (Uit*, Miniatuur,
Softfocus, Oude film 1, Oude film 2, Halftoon, Schets,
Visoog, Anti-nevel, Negatief)
Het nieuwe bestand is mogelijk kleiner dan het origineel.
Anti-rode ogen: rode ogen uit de foto verwijderen. (Uit*, Aan)
Het nieuwe bestand is mogelijk kleiner dan het origineel.
Vóór correctie Na correctie
Het nieuwe bestand is mogelijk kleiner dan het origineel.
Res.wijz: het formaat van een foto wijzigen.
De beschikbare resoluties verschillen, afhankelijk van de grootte van de geselecteerde foto.
Draaien: een foto draaien. (Uit*, Rechts 90 gr., Links 90 gr.,
180 gr., Horizontaal, Verticaal)
U kunt beveiligde bestanden of RAW-bestanden niet draaien.
98
Weergeven en bewerken >
Foto's bewerken
* Standaard
Pictogram Beschrijving
Gezicht retouch: onzuiverheden in een gezicht verbergen.
Het nieuwe bestand is mogelijk kleiner dan het origineel.
Helderheid: de helderheid van een foto aanpassen.
Het nieuwe bestand is mogelijk kleiner dan het origineel.
Contrast: de scherpte van een foto aanpassen.
Het nieuwe bestand is mogelijk kleiner dan het origineel.
Vignetten: retrokleuren, een hoog contrast en sterke vignettering van Lomo-camera's toepassen.
Het nieuwe bestand is mogelijk kleiner dan het origineel.
99
Hoofdstuk
4
Draadloos netwerk
Hier wordt beschreven hoe u verbinding kunt maken met WLAN-netwerken en functies kunt gebruiken.
Draadloos netwerk
Verbinding maken met een WLAN en netwerkinstellingen configureren
Hier wordt beschreven hoe u verbinding maakt via een toegangspunt wanneer u zich binnen het bereik van een WLAN bevindt. U kunt ook netwerkinstellingen configureren.
Verbinding maken met een WLAN
1
Draai de modusknop naar
B.
2
Selecteer , , , of .
3
Druk op [ m] en selecteer Wi-Fi-instelling.
•
Druk in sommige modi op [ m] of volg de instructies op het scherm totdat het scherm Wi-Fi-instelling wordt weergegeven.
•
De camera zoekt automatisch naar beschikbare toegangspunten.
4
Raak een toegangspunt aan.
Wi-Fi-instelling
Vernieuwen
Samsung 1
Samsung 2
Samsung 3
Samsung 4
Afsl.
Handmatig
Pictogram/Optie
Vernieuwen
WPS knopverbinding
Beschrijving
De lijst met beschikbare toegangspunten vernieuwen.
Ad-hoctoegangspunt
Beveiligd toegangspunt
WPS-toegangspunt
Signaalsterkte
Verbinding maken met een
WPS-toegangspunt.
Draadloos netwerk toevoegen
Handmatig een toegangspunt toevoegen.
•
Druk op [ f] om de netwerkinstellingen te openen.
•
Wanneer u een beveiligd toegangspunt selecteert, wordt een pop-upvenster weergegeven. Geef de vereiste wachtwoorden in om verbinding te maken met de WLAN. Zie 'Tekst ingeven' voor meer informatie over het ingeven van tekst. (pag. 105)
•
Wanneer een aanmeldingspagina verschijnt, zie
'De aanmeldingsbrowser gebruiken'. (pag. 103)
•
Wanneer u een niet-beveiligd toegangspunt selecteert, maakt de camera verbinding met het WLAN.
•
Als u een toegangspunt selecteert dat wordt ondersteund door het WPS-profiel, selecteert u WPS PIN-verbinding en geeft u een PIN-code in op het toegangspunt. U kunt ook verbinding maken met een toegangspunt dat wordt ondersteund door het WPS-profiel door WPS knopverbinding te selecteren op de camera en vervolgens de knop WPS te selecteren op het toegangspunt.
101
Draadloos netwerk >
Verbinding maken met een WLAN en netwerkinstellingen configureren
Netwerkopties instellen
1
Ga op het scherm Wi-Fi-instelling naar een toegangspunt en druk op [ f].
2
Raak elke optie aan en geef de vereiste informatie in.
Optie
Verificatie
Beschrijving
Selecteer een netwerkverificatietype.
Selecteer een coderingstype.
Gegevenscod.
Netwerksleutel
IP-instelling
Geef het netwerkwachtwoord in.
Stel het IP-adres handmatig in.
Het IP-adres handmatig instellen
1
Ga op het scherm Wi-Fi-instelling naar een toegangspunt en druk op [ f].
2
Selecteer IP-instelling
→
Handmatig.
3
Raak elke optie aan en geef de vereiste informatie in.
Optie
IP
Beschrijving
Hier voert u het statische IP-adres in.
Hier voert u het subnetmasker in.
Subnetmasker
Gateway
DNS-server
Hier voert u de gateway in.
Hier voert u het DNS-adres in.
102
Draadloos netwerk >
Verbinding maken met een WLAN en netwerkinstellingen configureren
De aanmeldingsbrowser gebruiken
U kunt uw aanmeldingsgegevens ingeven via de aanmeldingsbrowser wanneer u verbinding maakt met bepaalde toegangspunten, sites voor delen of cloudservers.
Knop Beschrijving
[
D/I/o/F]
Naar een item gaan of door de pagina scrollen.
[ o]
Een item selecteren.
[ m]
Hiermee hebt u toegang tot de volgende opties:
•
Vorige pagina: naar de vorige pagina gaan.
•
Volg. pagina: naar de volgende pagina gaan.
•
Opn. laden: de pagina opnieuw laden.
•
Stop: stoppen met het laden van de pagina.
•
Afsl.: de aanmeldingsbrowser sluiten.
[ ]
De aanmeldingsbrowser sluiten.
•
U kunt een webpagina vergroten of verkleinen door het instelwieltje te draaien.
•
Sommige items kunt u niet selecteren afhankelijk van de pagina die u weergeeft. Dit wijst niet op een defect.
•
De aanmeldingsbrowser wordt mogelijk niet automatisch gesloten nadat u zich hebt aangemeld bij bepaalde pagina's. In dit geval sluit u de aanmeldingsbrowser door op [ ] te drukken en gaat u verder met de gewenste bewerking.
•
Het laden van de aanmeldingspagina kan langer duren wegens het paginaformaat of de netwerksnelheid. In dit geval wacht u tot het invoervenster voor aanmeldingsgegevens wordt weergegeven.
103
Draadloos netwerk >
Verbinding maken met een WLAN en netwerkinstellingen configureren
Tips over netwerkverbinding
• De kwaliteit van de netwerkverbinding wordt bepaald door het toegangspunt.
• Hoe groter de afstand tussen uw camera en het toegangspunt, hoe langer het duurt om verbinding te maken met het netwerk.
• Als een apparaat in de buurt hetzelfde radiofrequentiesignaal gebruikt als uw camera, kan uw verbinding hierdoor worden verstoord.
• Als uw toegangspunt geen Nederlandse naam heeft, kan de camera mogelijk het apparaat niet vinden of kan de naam onjuist worden weergegeven.
• Neem contact op met uw netwerkbeheerder of netwerkserviceprovider voor netwerkinstellingen of een wachtwoord.
• Als een WLAN moet worden geverifieerd door de serviceprovider, kunt u mogelijk geen verbinding met het betreffende WLAN maken. Neem contact op met uw netwerkserviceprovider om verbinding te maken met het WLAN.
• Afhankelijk van het coderingstype kan het aantal cijfers in het wachtwoord verschillen.
• Een WLAN-verbinding is wellicht niet mogelijk in alle omgevingen.
• Mogelijk geeft de camera een WLAN-printer weer in de lijsten met toegangspunten. U kunt geen verbinding met het netwerk maken via een printer.
• U kunt uw camera niet tegelijkertijd verbinden met een netwerk en aansluiten op een tv. U kunt ook geen foto's of video's op een tv bekijken wanneer u verbinding hebt gemaakt met een netwerk.
• Er kunnen aanvullende kosten gelden om verbinding te maken met een netwerk. De kosten verschillen op basis van de voorwaarden van uw abonnement.
• Als u geen verbinding met een WLAN kunt maken, probeert u een ander toegangspunt uit de lijst met beschikbare toegangspunten.
• In bepaalde landen kunt u ook verbinding maken met gratis WLAN's.
• Er kan een aanmeldingspagina worden weergegeven wanneer u gratis WLAN's selecteert die worden geleverd door bepaalde netwerkproviders. Geef uw gebruikersnaam en wachtwoord in om verbinding te maken met de WLAN. Neem contact op met de netwerkproviders voor informatie over het registreren of de service.
• Wees voorzichtig wanneer u persoonlijke gegevens ingeeft om verbinding te maken met een toegangspunt. Geef geen betalings- of creditcardgegevens in op uw camera. De fabrikant is niet aansprakelijk voor problemen die ontstaan wanneer u dergelijke informatie ingeeft.
• De beschikbare netwerkverbindingen kunnen verschillen per land.
• De WLAN-functie van uw camera moet voldoen aan de wetten op het gebied van radiozendingen in uw regio. We raden u daarom aan de
WLAN-functie alleen te gebruiken in het land waar u de camera hebt gekocht.
• De procedure voor het aanpassen van de netwerkinstellingen kan verschillen, afhankelijk van de netwerkomstandigheden.
• Probeer geen toegang te krijgen tot een netwerk dat u niet mag gebruiken.
• Voordat u verbinding maakt met een netwerk, moet u ervoor zorgen dat de batterij volledig is opgeladen.
• Wanneer een DHCP-server niet beschikbaar is, moet u een bestand autoip.txt maken en dit kopiëren naar de geplaatste geheugenkaart om verbinding met het netwerk te maken via Auto IP.
104
Draadloos netwerk >
Verbinding maken met een WLAN en netwerkinstellingen configureren
Tekst ingeven
Hier wordt beschreven hoe u tekst kunt invoeren. Met de pictogrammen in de onderstaande tabel kunt u de cursor bewegen, hoofdletters in- en uitschakelen enzovoort. Draai aan het instelwieltje of de navigatieknop om naar de gewenste toets te scrollen en druk op [ o] om de toets in te geven.
Pictogram Beschrijving
De laatste letter verwijderen.
De cursor verplaatsen.
In de ABC-modus schakelt u hoofdletters in of uit.
'.com' ingeven.
Schakelen tussen de symboolstand en ABC-stand.
Een spatie ingeven.
Gereed De weergegeven tekst opslaan.
Zie de handleiding voor het ingeven van tekst.
•
U kunt alleen tekst in het Engelse alfabet ingeven, ongeacht de schermtaal.
•
Druk om direct naar Gereed te gaan op [ y].
•
U kunt maximaal 64 tekens ingeven.
Terug
Gereed
Backspace
105
Draadloos netwerk
Foto's of video's verzenden naar een smartphone
De camera kan via een WLAN verbinding maken met smartphones die de functie MobileLink ondersteunen. U kunt eenvoudig foto's of video's verzenden naar uw smartphone.
•
De functie MobileLink wordt ondersteund door Galaxy series-smartphones met het besturingssysteem Android 2.2 of hoger. Als uw smartphone het besturingssysteem Android 2.1 gebruikt, werkt u uw smartphone bij naar
Android 2.2 of hoger. Deze functie wordt ook ondersteund door de 7-inch en 10,1-inch Galaxy Tab.
•
Installeer de applicatie Samsung MobileLink op uw telefoon of apparaat voor u deze functie gaat gebruiken. U kunt de applicatie downloaden van
Samsung Apps of Android Market.
•
Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet gebruiken.
•
U kunt maximaal 1000 bestanden tegelijk weergeven en maximaal
100 bestanden tegelijk verzenden.
•
U kunt geen RAW-bestanden verzenden.
1
Draai op de camera de modusknop naar
B.
2
Selecteer op de camera.
•
Als het pop-upvenster wordt weergegeven dat u vraagt om de applicatie te downloaden, selecteert u Next.
3
Selecteer op de camera Alle afbeeldingen of Geselect. afbeeld. om bestanden te selecteren die u wilt delen met de smartphone.
•
Alleen de geselecteerde bestanden worden weergegeven op de smartphone.
•
Als u Geselect. afbeeld. hebt geselecteerd, selecteert u
Share op de camera nadat u de bestanden voor delen hebt geselecteerd.
4
Schakel de applicatie Samsung MobileLink in op de smartphone.
•
Lees de instructies op het scherm zorgvuldig om uw camera te selecteren en aan te sluiten.
•
De smartphone kan maar met één camera tegelijk verbinding maken.
5
Selecteer Ja op de camera.
6
Selecteer vanaf de smartphone de bestanden die u van de camera naar de smartphone wilt verzenden.
7
Selecteer Kopiëren op de smartphone.
•
De camera verzendt de bestanden.
106
Draadloos netwerk
Een smartphone gebruiken als externe ontspanknop
De camera maakt verbinding met een smartphone via een WLAN.
Gebruik de smartphone als externe ontspanner met de functie Remote
Viewfinder. De opgenomen foto wordt weergegeven op de smartphone.
•
De functie Remote Viewfinder wordt ondersteund door Galaxy seriessmartphones met het besturingssysteem Android 2.2 of hoger. Als uw smartphone het besturingssysteem Android 2.1 gebruikt, werkt u uw smartphone bij naar Android 2.2 of hoger. Deze functie wordt ook ondersteund door de 7-inch en 10,1-inch Galaxy Tab.
•
Installeer de applicatie Remote Viewfinder op uw telefoon of apparaat voor u deze functie gaat gebruiken. U kunt de applicatie downloaden van
Samsung Apps of Android Market.
1
Draai op de camera de modusknop naar
B.
2
Selecteer op de camera.
• Als het pop-upvenster wordt weergegeven dat u vraagt om de applicatie te downloaden, selecteert u Ja.
3
Schakel de applicatie Remote Viewfinder in op uw smartphone.
•
Lees de instructies op het scherm zorgvuldig om uw camera te selecteren en aan te sluiten.
•
De smartphone kan maar met één camera tegelijk verbinding maken.
4
Stel de volgende opnameopties in op de smartphone.
Pictogram Beschrijving
Flitsoptie
Timerinstelling
Fotoformaat
•
Wanneer u gebruikmaakt van deze functie, zijn sommige knoppen niet beschikbaar op uw camera.
•
De zoomknop en de ontspanknop op uw smartphone werken niet als u deze functie gebruikt.
•
De modus Remote Viewfinder ondersteunt alleen de fotoformaten
en .
107
Draadloos netwerk >
Een smartphone gebruiken als externe ontspanknop
5
Blijf aanraken op de smartphone om scherp te stellen.
•
De scherpstelling is automatisch ingesteld op Multi AF.
6
Druk op om de foto te maken.
•
De foto wordt opgeslagen in uw camera.
•
Raak de foto onder aan het scherm aan om de foto op te slaan op de smartphone. Als u een foto hebt vastgelegd met het fotoformaat , wordt het formaat van de foto gewijzigd in
1616X1080. Als u een foto hebt vastgelegd met het fotoformaat
, wordt het formaat van de foto gewijzigd in 640X360.
•
Als u deze functie gebruikt, kan de ideale afstand tussen de camera en de smartphone variëren, afhankelijk van de omgeving.
•
De smartphone moet zich binnen een afstand van 7 m van de camera bevinden als u deze functie wilt gebruiken.
•
Het duurt enige tijd om de foto te maken nadat u op op de smartphone hebt gedrukt.
•
De functie Remote Viewfinder wordt in de volgende gevallen uitgeschakeld:
-
Er is een inkomende oproep op de smartphone.
-
De camera of de smartphone wordt uitgeschakeld.
-
Het geheugen is vol.
-
-
De verbinding van een van de apparaten met het WLAN is verbroken.
De Wi-Fi-verbinding is zwak of instabiel.
108
Draadloos netwerk
Websites voor het delen van foto's of video's gebruiken
Upload uw foto's of video's naar websites voor het delen van bestanden.
Beschikbare websites worden weergegeven op de camera.
Een website openen
1
Draai de modusknop naar
B.
2
Selecteer .
3
Selecteer een website.
•
De camera probeert automatisch verbinding te maken met een
WLAN via het toegangspunt waarmee het laatst verbinding is gemaakt.
•
Als de camera niet eerder verbinding heeft gemaakt met een
WLAN, wordt er gezocht naar beschikbare toegangspunten.
(pag. 101)
4
Geef uw gebruikersnaam en wachtwoord in en selecteer
Aanmelding.
•
Zie 'Tekst ingeven' voor meer informatie over het ingeven van tekst.
(pag. 105)
•
U kunt een ID in de lijst selecteren door
→
een ID te selecteren.
•
Als u zich eerder bij de website hebt aangemeld, wordt u mogelijk automatisch aangemeld.
Als u deze functie wilt gebruiken, moet u een bestaande account op de website voor het delen van bestanden hebben.
Foto's of video's uploaden
1
Open de website met uw camera.
2
Scroll naar de bestanden die u wilt uploaden en druk op
[ o].
•
U kunt maximaal 20 bestanden selecteren. De totale grootte mag maximaal 10 MB zijn.
3
Selecteer Upload.
•
Als u verbinding hebt gemaakt met Facebook, selecteert u
Upload
→
Uploaden.
•
Als u verbinding hebt gemaakt met Facebook, kunt u uw opmerkingen ingeven door het vak Opmerking te selecteren.
Zie 'Tekst ingeven' voor meer informatie over het ingeven van tekst. (pag. 105)
109
Draadloos netwerk >
Websites voor het delen van foto's of video's gebruiken
•
U kunt geen RAW-bestanden uploaden.
•
U kunt maximaal 20 bestanden per keer uploaden.
•
De maximale fotoresolutie die u kunt verzenden, is 2M, en de langste video die u kunt verzenden, is een video opgenomen met . Als de geselecteerde foto een hogere resolutie dan 2M heeft, wordt deze automatisch verkleind tot een lagere resolutie. Als u bent verbonden met
Facebook, wordt de fotoresolutie gewijzigd in de resolutie 1M.
•
De manier waarop foto's of video's moeten worden geüpload, is afhankelijk van de geselecteerde website.
•
Als u door een firewall of gebruikersverificatie-instellingen geen toegang tot een website krijgt, neemt u contact op met uw netwerkbeheerder of uw netwerkserviceprovider.
•
De datum waarop geüploade foto's of video's zijn opgenomen, kan automatisch worden gebruikt als naam voor de foto's of video's.
•
De snelheid waarmee u foto's kunt uploaden en webpagina's kunt openen, is afhankelijk van de snelheid van uw internetverbinding.
•
Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet gebruiken.
•
U kunt in de afspeelmodus ook foto's en video's uploaden naar websites voor het delen van bestanden door op [ m] te drukken en vervolgens z
→
Delen (Wi-Fi)
→
en een gewenste website te selecteren.
110
Draadloos netwerk
Foto's of video's via e-mail verzenden
U kunt de instellingen in het e-mailmenu wijzigen en foto's die op de camera zijn opgeslagen, verzenden via e-mail.
E-mailinstellingen wijzigen
In het e-mailmenu kunt u de instellingen voor het opslaan van uw gegevens of het opslaan van e-mailadressen wijzigen. U kunt ook het e-mailwachtwoord instellen of wijzigen. Zie 'Tekst ingeven' voor meer informatie over het ingeven van tekst. (pag. 105)
Uw gegevens opslaan
1
Draai de modusknop naar
B.
2
Selecteer .
3
Druk op [ m].
4
Selecteer
→
Instelling afzender.
5
Selecteer het vak Naam geef uw naam in en selecteer
Gereed.
Instelling afzender
Naam
Opslaan
Terug
Reset
6
Selecteer het vak E-mail geef uw e-mailadres in en selecteer Gereed.
7
Selecteer Opslaan om de wijzigingen op te slaan.
•
Als u uw gegevens wilt verwijderen, selecteert u Reset.
111
Draadloos netwerk >
Foto's of video's via e-mail verzenden
Een e-mailwachtwoord instellen
1
Draai de modusknop naar
B.
2
Selecteer .
3
Druk op [ m].
4
Selecteer
→
Wachtwoord instellen
→
Aan.
•
Selecteer Uit om het wachtwoord uit te schakelen.
5
Klik op [ o] wanneer het pop-upvenster wordt weergegeven.
•
Het pop-upvenster verdwijnt automatisch, ook als u niet op [ o] drukt.
6
Voer een wachtwoord van 4 cijfers in.
7
Geef het wachtwoord nogmaals in.
8
Klik op [ o] wanneer het pop-upvenster wordt weergegeven.
•
Het pop-upvenster verdwijnt automatisch, ook als u niet op [ o] drukt.
Als u uw wachtwoord niet meer weet, kunt u dit opnieuw instellen door
Reset te selecteren op het scherm voor het instellen van het wachtwoord.
Wanneer u de gegevens opnieuw instelt, worden eerder opgeslagen instelgegevens van de gebruiker, e-mailadres en recent verzonden e-maillijst verwijderd.
Het e-mailwachtwoord wijzigen
1
Draai de modusknop naar
B.
2
Selecteer .
3
Druk op [ m].
4
Selecteer
→
Wachtwoord wijzigen.
5
Geef uw huidige wachtwoord van 4 cijfers in.
6
Geef een nieuw wachtwoord van 4 cijfers in.
7
Geef het nieuwe wachtwoord nogmaals in.
8
Klik op [ o] wanneer het pop-upvenster wordt weergegeven.
•
Het pop-upvenster verdwijnt automatisch, ook als u niet op [ o] drukt.
112
Draadloos netwerk >
Foto's of video's via e-mail verzenden
Foto's of video's via e-mail verzenden
U kunt foto's die op de camera zijn opgeslagen, verzenden via e-mail.
Zie 'Tekst ingeven' voor meer informatie over het ingeven van tekst.
(pag. 105)
1
Draai de modusknop naar
B.
2
Selecteer .
3
Selecteer het vak Afzender geef uw e-mailadres in en selecteer Gereed.
•
Als u uw gegevens eerder hebt opgeslagen, worden deze automatisch ingevoegd. (pag. 111)
•
Als u een adres uit de lijst met eerdere ontvangers wilt gebruiken, selecteert u
→
een adres.
4
Selecteer het vak Ontvanger geef een e-mailadres in en selecteer Gereed.
•
Als u een adres uit de lijst met eerdere ontvangers wilt gebruiken, selecteert u
→
een adres.
•
Selecteer om meer ontvangers toe te voegen. U kunt maximaal 30 ontvangers ingeven.
•
Selecteer om een adres uit de lijst te verwijderen.
5
Selecteer Volgende.
6
Scroll naar de bestanden die u wilt verzenden en druk op
[ o].
•
U kunt maximaal 20 bestanden selecteren. De totale grootte mag maximaal 10 MB zijn.
7
Selecteer Send.
8
Selecteer het vak Opmerking geef uw opmerkingen in en selecteer Gereed.
9
Selecteer Verzenden.
•
De camera probeert automatisch verbinding te maken met een
WLAN via het toegangspunt waarmee het laatst verbinding is gemaakt, om de e-mail te verzenden.
•
Als de camera niet eerder verbinding heeft gemaakt met een
WLAN, wordt er gezocht naar beschikbare toegangspunten.
(pag. 101)
113
Draadloos netwerk >
Foto's of video's via e-mail verzenden
•
U kunt geen RAW-bestanden verzenden.
•
U kunt maximaal 20 bestanden per keer verzenden.
•
Zelfs als het erop lijkt dat een foto is overgedragen, kunnen fouten met de e-mailaccount van de ontvanger ervoor zorgen dat de foto wordt geweigerd of herkend als spam.
•
U kunt geen e-mail verzenden als er geen netwerkverbinding beschikbaar is of als de instellingen van uw e-mailaccount onjuist zijn.
•
De maximale fotoresolutie die u kunt verzenden, is 2M, en de langste video die u kunt verzenden, is een video opgenomen met .
Als de geselecteerde foto een hogere resolutie dan 2M heeft, wordt deze automatisch verkleind tot een lagere resolutie.
•
Als u door een firewall of gebruikersverificatie-instellingen geen e-mail kunt verzenden, neemt u contact op met uw netwerkbeheerder of uw netwerkserviceprovider.
•
Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet gebruiken.
•
U kunt in de afspeelmodus ook een e-mail verzenden door op [ m] te drukken en z
→
Delen (Wi-Fi)
→
E-mail te selecteren.
114
Draadloos netwerk
Foto's uploaden naar een cloudserver
U kunt uw foto's uploaden naar SkyDrive. Om bestanden te uploaden, moet u de Microsoft-website bezoeken en u registreren voordat u uw camera aansluit.
1
Draai de modusknop naar
B.
2
Selecteer .
•
Als het pop-upvenster wordt weergegeven dat u vraagt om een account te maken, selecteert u OK.
•
De camera probeert verbinding te maken met een WLAN via het toegangspunt waarmee het laatst verbinding is gemaakt.
•
Als de camera niet eerder verbinding heeft gemaakt met een
WLAN, wordt er gezocht naar beschikbare toegangspunten.
(pag. 101)
3
Meld u aan met uw gebruikersnaam en wachtwoord.
•
Zie 'Tekst ingeven' voor meer informatie over het ingeven van tekst. (pag. 105)
•
Zie 'De aanmeldingsbrowser gebruiken' als u verbonden bent met SkyDrive. (pag. 103)
•
Druk op [ m] om optiemenu's te gebruiken.
Optie
Vorige pagina
Volg. pagina
Opn. laden
Stop
Afsl.
Beschrijving
Naar de vorige pagina gaan.
Naar de volgende pagina gaan.
De pagina opnieuw laden.
Stoppen met het laden van de pagina.
De aanmeldingsbrowser sluiten.
4
Scroll naar de foto's die u wilt uploaden en druk op [ o].
5
Selecteer Upload.
•
U kunt foto's ook uploaden naar een cloudserver in de afspeelmodus door op [ m] te drukken en z
→ Delen (Wi-Fi) → en cloudserver te selecteren.
•
Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet gebruiken.
115
Draadloos netwerk
Automatische back-up gebruiken om foto's of video's te verzenden
U kunt foto's of video's die u met de camera hebt vastgelegd, draadloos verzenden naar een pc. De functie Automatische back-up werkt alleen met het Windows-besturingssysteem.
Het programma voor Automatische back-up installeren op uw pc
1
Installeer Intelli-studio op de pc. (pag. 141)
2
Sluit de camera met de USB-kabel op de pc aan.
3
Klik op OK in het pop-upvenster.
•
Het programma Automatische back-up wordt geïnstalleerd op de pc. Volg de instructies op het scherm om de installatie te voltooien.
4
Verwijder de USB-kabel.
5
Sluit de camera weer met de USB-kabel op de pc aan.
•
De camera slaat informatie over de pc op, zodat de camera bestanden kan verzenden naar de pc.
Voordat u het programma installeert, moet u ervoor zorgen dat de pc is verbonden met een netwerk. Als er geen internetverbinding beschikbaar is, moet u het programma installeren vanaf de bijgeleverde cd.
Foto's of video's verzenden naar een pc
1
Draai de modusknop naar
B.
2
Selecteer .
•
U moet de informatie voor de back-up-pc configureren om de functie Automatische back-up te gebruiken. Zie 'Het programma voor Automatische back-up installeren op uw pc' voor meer informatie. (pag. 116)
3
Druk op [ m] om opties in te stellen.
•
Als u uw pc automatisch wilt uitschakelen nadat de overdracht is voltooid, selecteert u
→
Pc afsluiten na back-up
→
Aan.
•
Als u de Help voor de functie Automatische back-up wilt weergeven, selecteert u
→
Handleiding.
4
Druk op [ o] om de back-up te starten.
•
Als u het verzenden wilt annuleren, drukt u op [ o].
•
U kunt geen afzonderlijke bestanden selecteren om back-ups van te maken. Deze functie maakt alleen een back-up van nieuwe bestanden op de camera.
•
De voortgang van de back-up wordt weergegeven op de monitor van de pc.
•
Wanneer de overdracht is voltooid, wordt de camera na ongeveer
30 seconden automatisch uitgeschakeld. Selecteer Annuleren om terug te gaan naar het vorige scherm en te voorkomen dat de camera automatisch wordt uitgeschakeld.
116
Draadloos netwerk >
Automatische back-up gebruiken om foto's of video's te verzenden
•
Als de pc de WOL-functie (Wake on LAN) ondersteunt, kunt u de pc automatisch inschakelen door op uw camera naar de pc te zoeken.
(pag. 121)
•
Wanneer u op de camera verbinding maakt met het WLAN, selecteert u het toegangspunt dat is verbonden met de pc.
•
De camera zoekt naar de beschikbare toegangspunten, zelfs als u weer verbinding maakt met hetzelfde toegangspunt.
•
Als u de camera uitschakelt of de batterij verwijdert terwijl u bestanden verzendt, wordt de bestandsoverdracht onderbroken.
•
Wanneer u deze functie gebruikt, is alleen [Aan/uit-schakelaar] beschikbaar op uw camera.
•
U kunt slechts één camera tegelijk verbinden met de pc om bestanden te verzenden.
•
De back-up wordt mogelijk geannuleerd vanwege netwerkomstandigheden.
•
Foto' of video' kunnen maar één keer naar een pc worden verzonden.
Bestanden kunnen niet opnieuw worden verzonden, zelfs niet als u uw camera opnieuw aansluit op een andere pc.
•
Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet gebruiken.
•
U moet Windows Firewall en eventuele andere firewalls uitschakelen voordat u deze functie gebruikt.
•
U kunt maximaal 1000 bestanden verzenden.
•
In de pc-software moet de servernaam worden ingegeven in het Latijnse alfabet en mag de naam niet meer dan 48 tekens bevatten.
117
Draadloos netwerk
Foto's of video's weergeven op een tv met TV Link functionaliteit
TV Link is een technologie voor het delen van mediabestanden tussen een camera en een televisie die verbinding hebben met hetzelfde toegangspunt. Met deze technologie kunt u uw foto's of video's op een breedbeeld-tv of ander apparaat weergeven.
1
Draai de modusknop naar
B.
2
Selecteer .
•
Als het begeleidende bericht wordt weergegeven, drukt u op [ o].
•
De camera probeert automatisch verbinding te maken met een
WLAN via het toegangspunt waarmee het laatst verbinding is gemaakt.
•
Als de camera niet eerder verbinding heeft gemaakt met een
WLAN, wordt er gezocht naar beschikbare toegangspunten.
(pag. 101)
3
Maak op uw tv verbinding met een draadloos netwerk via een toegangspunt.
•
Raadpleeg de gebruikershandleiding van de tv voor meer informatie.
4
Zoek op de tv naar de camera en blader door de gedeelde foto's of video's.
•
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de televisie voor informatie over het zoeken naar de camera en het bladeren door foto's of video's op de televisie.
•
Afhankelijk van het type tv of de netwerkverbinding kan het voorkomen dat video's niet vloeiend worden afgespeeld. Als dit gebeurt, neemt u de video opnieuw op met de kwaliteit of en speelt u de video opnieuw af. Als video's niet vloeiend op uw televisie worden afgespeeld via de draadloze verbinding, sluit u de camera met een HDMI-kabel aan op de televisie.
AP
118
Draadloos netwerk >
Foto's of video's weergeven op een tv met TV Link functionaliteit
•
U kunt geen RAW-bestanden delen.
•
U kunt maximaal 1000 foto's of video's delen.
•
Op een tv-scherm kunt u alleen foto's of video's bekijken die u met de camera hebt opgenomen.
•
Het bereik van de draadloze verbinding tussen uw camera en een tv kan verschillen, afhankelijk van de specificaties van het toegangspunt.
•
Als de camera is verbonden met 2 tv's, wordt er mogelijk langzamer afgespeeld.
•
U kunt deze functie alleen gebruiken met tv's met de TV Link-functie.
•
Foto's of video's worden met hun originele grootte gedeeld.
•
Sommige video's worden trager in het buffer opgeslagen.
•
Gedeelde foto's of video's worden niet opgeslagen op de televisie, maar u kunt ze op de camera opslaan zodat ze voldoen aan de specificaties van de televisie.
•
Het overbrengen van foto's of video's naar de tv kan enige tijd duren, afhankelijk van de netwerkverbinding, het aantal bestanden dat u wilt delen of de grootte van de bestanden.
•
Als u de camera op ongebruikelijke wijze uitschakelt terwijl u foto's of video's op een tv bekijkt (bijvoorbeeld door de batterij te verwijderen), gaat de tv ervan uit dat de verbinding met de camera nog intact is.
•
De volgorde van foto's of video's op de camera kan afwijken van die op de tv.
•
Afhankelijk van het aantal foto's of video's dat u wilt delen, kan het enige tijd duren om uw foto's of video's te laden en de instelprocedure uit te voeren.
•
Als u tijdens de weergave van foto's of video's op de tv voortdurend de afstandsbediening van de tv gebruikt of andere handelingen op de tv uitvoert, werkt deze functie mogelijk niet correct.
•
Als u bestanden op de camera sorteert of de volgorde van de bestanden wijzigt terwijl u de bestanden op een tv bekijkt, moet u de instelprocedure herhalen om de lijst met bestanden op de tv bij te werken.
•
Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet gebruiken.
119
Draadloos netwerk
Foto's verzenden via Wi-Fi Direct
Als de camera via een WLAN is verbonden met een apparaat dat de functie Wi-Fi Direct ondersteunt, kunt u foto's verzenden naar het apparaat. Deze functie wordt mogelijk niet ondersteund op bepaalde apparaten.
1
Schakel op het toestel de optie Wi-Fi Direct in.
2
Scroll op de camera in de afspeelmodus naar een foto.
3
Druk op [ m] en selecteer z
→
Delen (Wi-Fi)
→
Wi-Fi Direct.
•
In de weergave met één afbeelding kunt u slechts één foto tegelijk verzenden.
•
In de miniatuurweergave kunt u meerdere foto's selecteren door naar miniaturen te scrollen en op [ o] te drukken. Selecteer Send wanneer u klaar bent met het selecteren van foto's.
4
Selecteer het apparaat in de lijst met Wi-Fi Directapparaten op de camera.
•
Zorg ervoor dat de optie Wi-Fi Direct van het apparaat is ingeschakeld.
•
U kunt uw camera ook selecteren in de apparatenlijst van het betreffende Wi-Fi Direct-apparaat.
5
Geef op het toestel de camera toestemming om verbinding te maken met het toestel.
•
De foto wordt verzonden naar het apparaat.
•
U kunt maximaal 20 bestanden per keer verzenden.
•
Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet gebruiken.
•
Als u de verbinding annuleert voordat deze is voltooid, kan de camera mogelijk niet opnieuw verbinding maken met het apparaat. In dat geval moet u uw apparaat bijwerken met de nieuwste firmware.
120
Draadloos netwerk
Over de WOL-functie Wake on LAN
Met de WOL-functie kunt u een pc automatisch inschakelen of wekken met uw camera. Deze functie is beschikbaar voor desktop-pc's van Samsung uit de afgelopen 5 jaar (niet beschikbaar voor all-in-one-pc's).
Als u andere wijzigingen dan de beschreven wijzigingen aanbrengt in de BIOS-instellingen van uw pc, kan uw pc worden beschadigd. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor schade als gevolg van het wijzigen van de BIOS-instellingen van uw pc.
De pc instellen om wakker te worden uit de slaapmodus
1
Klik op Start en open het Control Panel
(Configuratiescherm).
2
Configureer de netwerkverbinding.
•
Windows 7:
Klik op Network and Internet (Netwerk en internet)
→
Network and Sharing Center (Netwerkcentrum)
→
Change adapter settings (Adapterinstellingen wijzigen).
•
Windows Vista:
Klik op Network and Internet (Netwerk en internet)
→
Network and Sharing Center (Netwerkcentrum)
→
Manage network connections (Netwerkverbindingen beheren).
•
Windows XP:
Klik op Network and Internet Connection (Netwerk- en Internet-verbindingen)
→
Network Connection
(Netwerkverbindingen).
3
Klik met de rechtermuisknop op Local Area
(LAN
-
verbinding) en klik op Properties (Eigenschappen).
4
Klik op Configure (Configureren)
→
het tabblad Power
manage (Energiebeheer)
→
Allow this device to wake the
computer (Dit apparaat mag de computer uit stand-by halen).
5
Klik op OK.
6
Start de pc opnieuw op.
121
Draadloos netwerk >
Over de WOL-functie Wake on LAN
De pc instellen om te worden ingeschakeld
1
Schakel de pc in en druk op F2 terwijl de pc wordt opgestart.
•
Het BIOS-instelmenu wordt weergegeven.
2
Selecteer het tabblad Advanced (Geavanceerd)
→
Power management Setup (Energiebeheer instellen).
3
Selecteer Resume on PME (Hervatten bij PME)
→
Enabled (Ingeschakeld).
4
Druk op F10 om uw wijzigingen op te slaan en door te gaan met opstarten.
5
Klik op Start en open het Control Panel
(Configuratiescherm).
6
Configureer de netwerkverbinding.
•
Windows 7:
Klik op Network and Internet (Netwerk en internet)
→
Network and Sharing Center (Netwerkcentrum)
→
Change adapter settings (Adapterinstellingen wijzigen).
•
Windows Vista:
Klik op Network and Internet (Netwerk en internet)
→
Network and Sharing Center (Netwerkcentrum)
→
Manage network connections (Netwerkverbindingen beheren).
•
Windows XP:
Klik op Network and Internet Connection (Netwerk- en Internet-verbindingen)
→
Network Connection
(Netwerkverbindingen).
7
Selecteer stuurprogramma's voor de netwerkadapter.
8
Klik op de tab Advanced (Geavanceerd) en stel de
WOL-menu's in.
•
U kunt deze functie niet gebruiken met een firewall of als er een beveiligingsprogramma is geïnstalleerd.
•
Als u de computer wilt inschakelen met de WOL-functie, moet de computer een actieve verbinding hebben met het LAN. Zorg ervoor dat het lampje op de LAN-poort van de computer brandt, wat aangeeft dat de
LAN-verbinding actief is.
•
Afhankelijk van het model van uw pc is het mogelijk dat de camera de pc alleen kan wekken.
•
Afhankelijk van het besturingssysteem of de stuurprogramma's van uw pc kunnen de namen van het WOL-instelmenu verschillen.
voorbeelden van het instellen van menunamen: PME, Wakeup on LAN enzovoort inschakelen.
voorbeelden van het instellen van menuwaarden: Enable, Magic packet enzovoort
122
Hoofdstuk
5
Camera-instellingenmenu
Hier leest u alles over de menu's met gebruikersinstellingen en algemene instellingen.
U kunt de instellingen aan uw voorkeuren en behoeften aanpassen.
Camera-instellingenmenu
Gebruikersinstellingen
Met deze instellingen kunt u de gebruiksomgeving aanpassen.
U stelt als volgt gebruikersopties in:
Druk in de opnamemodus op [ m]
→ u of X
→
een optie.
Beschikbare items en de volgorde hiervan kunnen verschillen, afhankelijk van de opnamemodus.
Ruisonderdrukking
Gebruik Ruisonderdrukking om zichtbare ruis in foto's te verminderen.
Optie
Hoge ISO ruisonderdr.
Lange ruisonderdr.
* Standaard
Beschrijving
Met deze functie wordt ruis die bij een hoge ISOwaarde optreedt, verminderd. (Uit, Aan*)
Met deze functie wordt ruis bij lange belichtingen verminderd. (Uit, Aan*)
ISO aanpassen
ISO-stap
U kunt het formaat voor de ISO-waarde instellen op 1/3 of 1 stap.
Auto ISO bereik
U kunt voor ISO Auto de maximale ISO-waarde voor de diverse belichtingsstappen instellen.
Optie
1 stap
1/3 stap
* Standaard
Waarde
ISO 200, ISO 400, ISO 800*, ISO 1600, ISO 3200
ISO 125, ISO 160, ISO 200, ISO 250, ISO 320,
ISO 400, ISO 500, ISO 640, ISO 800*, ISO 1000,
ISO 1250, ISO 1600, ISO 2000, ISO 2500, ISO 3200
DMF (Direct Manual Focus)
U kunt de scherpstelling handmatig aanpassen door de scherpstelring te draaien nadat u hebt scherpgesteld door [Ontspanknop] half in te drukken. Deze functie is mogelijk niet bij alle lenzen beschikbaar.
124
Camera-instellingenmenu >
Gebruikersinstellingen
AF-prioriteit
U kunt instellen dat de camera alleen foto's vastlegt wanneer het onderwerp scherp in beeld is.
Bij continuopnamen en serieopnamen maakt de camera ook foto's als de functie AF-prioriteit is ingeschakeld en het onderwerp niet scherp in beeld is.
Vervormingscorrectie
U kunt de vervorming corrigeren die bij bepaalde lenzen kan optreden.
Deze functie is mogelijk niet bij alle lenzen beschikbaar.
iFn aanpassen
U kunt opties selecteren die kunnen worden aangepast wanneer u op
[i-Function] drukt op een i-Function-lens.
Optie
Diafragma
Sluitertijd
EV
ISO
WB
Z
Beschrijving
De diafragmawaarde aanpassen.
De sluitertijd aanpassen.
De belichtingswaarde aanpassen.
De ISO-waarde aanpassen.
De witbalans aanpassen.
Het zoompercentage aanpassen.
125
Camera-instellingenmenu >
Gebruikersinstellingen
Gebruikersdisplay
U kunt opnamegegevens op het scherm weergeven of weglaten.
2
3
1
Nr.
4
Beschrijving
Histogram
Het histogram op het scherm in- of uitschakelen.
Het histogram
Een histogram is een grafiek die de verdeling van de helderheid in het beeld toont. Een histogram dat naar links neigt, duidt op een donker beeld. Een histogram dat naar rechts neigt, duidt op een licht beeld.
De hoogte van de grafiek houdt verband met de kleurinformatie.
De grafiek wordt hoger als een bepaalde kleur veel voorkomt.
5
Nr.
1
2
3
4
Beschrijving
Pictogrammen rechts
Pictogrammen aan de rechterkant weergeven in de opnamemodus.
Pictogrammen links
Pictogrammen aan de linkerkant weergeven in de opnamemodus.
Datum/tijd
De datum en tijd weergeven.
5
Onvoldoende belichting Normale belichting Te veel belichting
Afstandsschaal instellen dat de afstand tussen een onderwerp en de camera wordt weergegeven wanneer u een lens bevestigt die de functie
Afstandsschaal ondersteunt. (Uit, ft, m*)
Deze functie is alleen beschikbaar als u een lens bevestigt die de functie Afstandsschaal ondersteunt.
126
Camera-instellingenmenu >
Gebruikersinstellingen
Knoptoewijzing
U kunt de functie wijzigen die is toegewezen aan de knop Aangepast.
Knop
Aangepast
* Standaard
Functie
Een functie voor de knop Aangepast instellen.
•
Optisch voorb.*, waarmee het scherptedieptevoorbeeld voor de huidige diafragmawaarde wordt geactiveerd. (pag. 22)
•
WB-sneltoets (Witbalans), waarmee de functie voor aangepaste witbalans wordt uitgevoerd.
•
RAW-sneltoets +, waarmee de functie
RAW+JPEG wordt in- of uitgeschakeld.
•
Reset, waarmee sommige instellingen opnieuw worden ingesteld.
•
AEL, waarmee de automatische belichting wordt vergrendeld.
Rasterlijn
Hiermee kunt u een raster selecteren om te helpen bij de compositie.
(Uit*, 3 X 3, 4 X 4, +, X)
AF-lamp
Schakel de AF-lamp in om op donkere plaatsen beter automatisch te kunnen scherpstellen. De autofocus werkt op donkere plaatsen beter als de AF-lamp is ingeschakeld.
127
Camera-instellingenmenu
Instellingen 1
Hier leest u alles over de menuonderdelen van Instellingen 1.
U stelt als volgt menuopties van
Instellingen 1 in:
Druk in de opname- of afspeelmodus op [ m]
→ q
→
een optie.
Onderdeel
Language
Best.naam
Beschrijving
De taal instellen van de informatie op het scherm.
* Standaard
Stel de notatie van bestandsnamen in.
•
Standaard*: SAM_XXXX.JPG (sRGB)/
_SAMXXXX.JPG (Adobe RGB)
•
Datum:
sRGB files - MMDDxxxx.JPG. Een foto die 1 januari is gemaakt, heet bijvoorbeeld 0101xxxx.jpg.
-
Adobe RGB-bestanden - MDDxxxx.JPG voor de maanden januari tot en met september. Voor de maanden oktober tot en met december wordt het maandnummer vervangen door de letters A (okt.), B
(nov.) en C (dec.).
Een foto die op 3 februari is gemaakt, heet bijvoorbeeld
203xxxx.jpg. Een foto die op 5 oktober is gemaakt, heet
A05xxxx.jpg.
Onderdeel
Bestandsnr.
* Standaard
Beschrijving
Stel de notatie voor bestands- en mapnummering in.
•
Reset: na het gebruik van de resetfunctie begint de bestandsnummering weer bij 0001.
•
Serie*: de bestandsnummering loopt door, ook als u een nieuwe geheugenkaart plaatst, de kaart formatteert of alle foto's wist.
•
De eerste mapnaam is 100PHOTO, en als u de sRGBkleurruimte en de standaardbestandsnaamgeving hebt gekozen, heet het eerste bestand SAM_0001.
•
Het bestandsnummer wordt steeds met één opgehoogd, van SAM_0001 tot SAM_9999.
•
Ook mapnummers worden steeds met één opgehoogd, van 100PHOTO tot 999PHOTO.
•
Het maximum aantal bestanden dat in een map kan worden opgeslagen, is 9999.
•
Bestandsnummers worden volgens de DCFspecificaties (Design rule for Camera File system) toegekend.
•
Als u een bestandsnaam wijzigt, bijvoorbeeld op een computer, kan het bestand niet meer op de camera worden weergegeven.
128
Camera-instellingenmenu >
Instellingen 1
Onderdeel
Maptype
Formatt.
Reset
* Standaard
Beschrijving
Stel het type map in.
•
Standaard*: XXXPHOTO
•
Datum: XXX_MMDD
Formatteer de geheugenkaart. Als u een geheugenkaart formatteert, wordt deze voorbereid voor gebruik in de camera en worden alle bestaande bestanden, inclusief beveiligde bestanden, verwijderd. (Ja, Nee)
Er kunnen fouten optreden als u een geheugenkaart door een ander merk camera, door een computer of in een geheugenkaartlezer laat formatteren. Formatteer geheugenkaarten in de camera voordat u er beelden op vastlegt.
Het instellingenmenu en de opnameopties opnieuw instellen zodat ze weer op de fabrieksinstellingen staan.
(Instellingen voor datum en tijd, taal en video-uitvoer worden niet gewijzigd.) (Ja, Nee)
129
Camera-instellingenmenu
Instellingen 2
Hier leest u alles over de menuonderdelen van Instellingen 2.
U stelt als volgt menuopties van
Instellingen 2 in:
Druk in de opname- of afspeelmodus op [ m]
→ w
→
een optie.
Onderdeel
Snel tonen
Display aanpassen
Scherm auto. uit
* Standaard
Beschrijving
Stel de tijd in gedurende welke een foto direct na het maken wordt weergegeven. (Uit, 1 sec.*, 3 sec., 5 sec.,
Vasthouden)
Stel de helderheid van het scherm, de automatische helderheidsoptie of de schermkleur in.
•
Helderheid display: de helderheid van het display handmatig aanpassen.
•
Helderheid autom.: de helderheid van het display automatisch laten aanpassen. (Uit, Aan*)
•
Displaykleur: de kleur van het display handmatig aanpassen.
Stel de tijd in waarna het scherm wordt uitgeschakeld. Het scherm wordt uitgeschakeld als u de camera gedurende de ingestelde tijd niet gebruikt.
(Uit, 30 sec*, 1 min, 3 min, 5 min, 10 min)
Onderdeel
Spaarstand
Datum/tijd
* Standaard
Beschrijving
Stel de tijd in waarna de camera wordt uitgeschakeld.
De camera wordt uitgeschakeld als u deze gedurende de ingestelde tijd niet gebruikt. (30 sec, 1 min*, 3 min,
5 min, 10 min, 30 min)
•
De ingestelde uitschakeltijd blijft ook na het vervangen van de batterij bewaard.
•
Automatisch uitschakelen werkt mogelijk niet als de camera op een computer, televisie of printer is aangesloten of een diavoorstelling of film afspeelt.
Stel de datum, tijd, datumnotatie en tijdzone in en of de datum op de foto's moet worden weergegeven.
(Tijdzone, Datum, Tijd, Type, Afdruk)
•
De datum verschijnt rechtsonder in het beeld.
•
Wanneer u een foto afdrukt, kan het zijn dat sommige printers de datum niet goed kunnen afdrukken.
Instellen dat Help-tekst over menu's en functies wordt weergegeven. (Uit, Aan*)
Helpgids weergeven
Druk op [ ] om de Help-tekst te verbergen.
130
Camera-instellingenmenu
Instellingen 3
Hier leest u alles over de menuonderdelen van Instellingen 3.
U stelt als volgt menuopties van
Instellingen 3 in:
Druk in de opname- of afspeelmodus op [ m]
→ e
→
een optie.
Onderdeel
Geluid
Sensor reinigen
Video
* Standaard
Beschrijving
•
Systeemvolume: stel het geluidsvolume in of schakel het geluid helemaal uit. (Uit, Laag, Middel*, Hoog)
•
AF-geluid: schakel het geluid dat de camera in de
AF-modus maakt in of uit. (Uit, Aan*)
•
Toetsgeluid: schakel het geluid dat de camera maakt als u knoppen indrukt in of uit. (Uit, Aan*)
•
Sensor reinigen: stof verwijderen van de sensor.
•
Bij inschakelen: als deze optie is ingeschakeld, wordt de sensor telkens bij het inschakelen van de camera gereinigd. (Uit*, Aan)
Aangezien deze camera gebruikmaakt van verwisselbare lenzen, kan er bij het wisselen van de lens stof op de sensor komen. Dit kan resulteren in zichtbare stofdeeltjes op de foto. Het wordt aanbevolen om niet in een stoffige omgeving lenzen te wisselen. Zorg ook dat de lensdop bevestigd is als de lens niet wordt gebruikt.
Kies het video-uitvoersignaal dat in uw land wordt gebruikt.
Dit is nodig voor wanneer de camera op een extern videoapparaat zoals een monitor of televisie wordt aangesloten.
•
NTSC*: VS, Canada, Japan, Korea, Taiwan, Mexico, enzovoort
•
PAL (Ondersteunt alleen PAL B, D, G, H of I): Australië,
Oostenrijk, België, China, Denemarken, Finland, Frankrijk,
Duitsland, Engeland, Italië, Koeweit, Maleisië, Nieuw
Zeeland, Singapore, Spanje, Zweden, Zwitserland,
Thailand, Noorwegen, enzovoort
Onderdeel
Anynet+
(HDMI-CEC)
HDMI-uitvoer
* Standaard
Beschrijving
Als de camera is aangesloten op een HDTV die Anynet+ (HDMI-
CEC) ondersteunt, kunt u deze met de afstandsbediening van de tv gebruiken door deze optie in te schakelen.
•
Uit: u kunt niet met de afstandsbediening van de tv de weergavefunctie van de camera gebruiken.
•
Aan*: u kunt met de afstandsbediening van de tv de weergavefunctie van de camera gebruiken.
Als u de camera met een HDMI-kabel op een HDTV aansluit, kunt u de resolutie van het beeld wijzigen.
•
NTSC: Auto*, 1080i, 720p, 576p (wordt alleen geactiveerd als PAL is geselecteerd), 480p
Als de geselecteerde resolutie niet door de
HDTV wordt ondersteund, wordt automatisch de onderliggende resolutiewaarde geselecteerd.
Apparaatgegevens
Controleer de firmwareversie van de body en de lens, Wi-Fi
MAC-adres en het netwerkcertificeringsnummer of werk de firmware bij.
•
Firmware bijwerken: de firmware van de camerabody of lens bijwerken. (Toestel, Lens)
•
U kunt firmware-upgrades downloaden van www.samsung.com.
•
U kunt geen firmware-upgrade uitvoeren als de batterij niet volledig is opgeladen. Laad de batterij volledig op voordat u een firmware-upgrade uitvoert.
•
Bij een firmware-upgrade worden de gebruikersinstellingen gereset. (De datum en tijd, taal en video-uitvoer worden niet gereset.)
•
Schakel de camera niet uit zolang het upgradeproces actief is.
131
Camera-instellingenmenu
GPS
Hier vindt u informatie over de menu-items van de GPS-instelling.
Voor het gebruik van de GPS-functie moet u een optionele GPS-module aanschaffen.
GPS-opties instellen:
Druk in de opname- of afspeelmodus op [ m]
→
U
→
een optie.
Onderdeel
Geocodering
Geldige tijdsinst.
GPS
Locatieweergave
GPS resetten
* Standaard
Beschrijving
Stel in dat u met behulp van GPS (Global Positioning
System) foto's met locatiegegevens wilt nemen. De locatiegegevens worden in de Exif-gegevens van de foto opgeslagen. (Uit, Aan*)
Geef de tijdslimiet op waarna de laatste locatiegegevens moeten worden gebruikt wanneer de camera geen GPS-signalen ontvangt. Als de camera na de opgegeven tijd geen GPS-signalen ontvangt, worden er geen locatiegegevens op de foto's vastgelegd. (15 sec*, 30 sec, 1 min, 3 min,
10 min, 30 min)
Geef de locatiegegevens op die in de opnamemodus rechtsboven op het scherm verschijnen. De locatiegegevens worden alleen in het Koreaans weergegeven wanneer u zich in Korea bevindt en de schermtaal op Koreaans is ingesteld. Wanneer er een andere taal is ingesteld, verschijnen de locatiegegevens in het Engels. (Uit, Aan*)
Instellen dat er naar GPS-satellieten wordt gezocht die zich het dichtst bij uw huidige positie bevinden.
(Ja, Nee)
132
Hoofdstuk
6
Verbinding maken met externe apparaten
Profiteer optimaal van de mogelijkheden van deze camera door het toestel op externe apparaten zoals een computer, HDTV of fotoprinter aan te sluiten.
Verbinding maken met externe apparaten
Bestanden weergeven op een HDTV of een 3D-televisie
U kunt foto's of video's bekijken door de camera met een optionele
HDMI-kabel op een HDTV (3D TV) aan te sluiten.
Bestanden weergeven op een HDTV
1
Druk in de opname- of afspeelmodus op [ m]
→ e
→
HDMI-uitvoer
→
een optie.
2
Schakel de camera en de HDTV uit.
3
Sluit de camera met de optionele HDMI-kabel op de
HDTV aan.
4
Zorg dat de HDTV en de camera zijn ingeschakeld en selecteer de HDMI-modus op de HDTV.
•
Op het scherm van de HDTV wordt hetzelfde weergegeven als op het scherm van de camera.
5
Bekijk de video's en foto's met behulp van de knoppen op de camera.
•
Als u de HDMI-kabel gebruikt, kunt u de camera via de Anynet+(CEC)methode op een HDTV aansluiten.
•
Met de Anynet+(CEC)-functies kunt u aangesloten apparaten met de tvafstandsbediening bedienen.
•
Als de HDTV Anynet+(CEC) ondersteunt, wordt de televisie automatisch ingeschakeld wanneer deze samen met de camera wordt gebruikt. Deze functie is mogelijk niet op alle HDTV's beschikbaar.
•
Wanneer de camera met een HDMI-kabel op een HDTV is aangesloten, kunnen er geen foto's of video's met de camera worden gemaakt.
•
Wanneer de camera op een HDTV is aangesloten, zijn bepaalde weergavefuncties van de camera mogelijk niet beschikbaar.
•
De tijdsduur waarna de camera en een HDTV met elkaar zijn verbonden kan variëren, afhankelijk van de gebruikte geheugenkaart.
•
Hoewel de hoofdfunctie van een geheugenkaart het zorgen voor een grotere overdrachtssnelheid is, is het niet noodzakelijk zo dat een geheugenkaart met een grote overdrachtssnelheid ook snel is in combinatie met de HDMI-functie.
134
Verbinding maken met externe apparaten >
Bestanden weergeven op een HDTV of een 3D-televisie
Bestanden weergeven op een
3D-televisie
U kunt foto's weergeven die zijn gemaakt in 3D-modus of
3D-panoramamodus op een 3D-televisie.
1
Druk in de opname- of afspeelmodus op [ m]
→ e
→
HDMI-uitvoer
→
een optie.
2
Schakel de camera en de 3D-televisie uit.
3
Sluit de camera op de 3D-televisie aan met de optionele
HDMI-kabel.
4
Schakel de camera in.
•
Als u een Samsung 3D-televisie hebt die compatibel is met Anynet+ en u hebt de functie Anynet+ van de camera ingeschakeld, schakelt de 3D-televisie automatisch in en wordt het camerascherm weergegeven terwijl de camera automatisch overschakelt naar de afspeelmodus.
•
Als u Anynet+ uitschakelt op de camera, wordt de 3D-televisie niet automatisch ingeschakeld.
5
Druk op [
I] op de camera of op de modusschakelknop van de televisie om over te schakelen naar de 3D-modus.
•
Druk nogmaals op [
I] op de camera of op de modusschakelknop van de televisie om over te schakelen naar de 2D-modus.
6
Schakel de 3D-functie van uw televisie in.
•
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de televisie voor meer informatie.
7
Bekijk 3D-foto's met de knoppen op uw camera of de afstandsbediening van de televisie.
•
U kunt een MPO-bestand niet weergeven in 3D-effect op televisies die deze indeling niet ondersteunen.
•
Gebruik een 3D-bril wanneer u een MPO-bestand weergeeft op een
3D-televisie.
Bekijk de 3D-afbeeldingen die zijn vastgelegd met uw camera, niet gedurende langere tijd op een 3D-televisie of 3D-monitor. Dit kan onaangename symptomen tot gevolg hebben, zoals vermoeide ogen, vermoeidheid, misselijkheid, en meer.
135
Verbinding maken met externe apparaten
Foto's afdrukken
Druk foto's op uw camera af door het toestel rechtstreeks op een printer aan te sluiten of door DPOF-informatie (Digital Print Order
Format) op een geheugenkaart op te slaan.
Foto's met een PictBridge-fotoprinter afdrukken
U kunt foto's met een PictBridge-compatibele printer afdrukken door de camera rechtstreeks op de printer aan te sluiten.
1
Schakel de printer in en sluit de camera er met een
USB-kabel op aan.
2
Schakel de camera in.
•
Wanneer het pop-upbericht op het camerascherm verschijnt, selecteert u Printer.
3
Draai aan het instelwieltje of druk op [
C/F] om een foto te selecteren.
•
Druk op [ m] om afdrukopties in te stellen.
4
Druk op [ o] om af te drukken.
136
Verbinding maken met externe apparaten >
Foto's afdrukken
Afdrukopties instellen
Foto/'s
Formaat
Lay-out
Type
Kwalit.
Datum
Afsl.
Optie
Foto/'s
Formaat
Lay-out
Type
Kwalit.
Datum
Best.naam
Reset
Eén
Printen
Beschrijving
Kies of alleen de huidige foto dan wel alle foto's moeten worden afgedrukt.
Geef het afdrukformaat op.
Het aantal foto's per pagina instellen.
Selecteer het papiertype.
De afdrukkwaliteit instellen.
Hier stelt u in of de datum moet worden afgedrukt.
Instellen of de bestandsnaam moet worden afgedrukt.
De instellingen terugzetten op de standaardwaarden.
Bepaalde opties worden mogelijk niet door alle printers ondersteund.
Een afdrukbestelling maken (DPOF)
Met DPOF (Digital Print Order Format, digitale afdrukbestelling) kunt u voor foto's de afdrukgrootte en het aantal afdrukken instellen.
De camera bewaart de DPOF-informatie in de MISC-map op de geheugenkaart. Uw camera toont een DPOF-indicator wanneer er een foto met DPOF-informatie wordt weergegeven. Als u DPOF-gegevens voor uw foto's hebt ingesteld, kunt u de geheugenkaart naar een printshop brengen om de foto's te laten afdrukken.
U stelt als volgt
DPOF opties in:
Druk in de afspeelmodus op [ m]
→ x
→
DPOF
→ een item.
137
Verbinding maken met externe apparaten >
Foto's afdrukken
DPOF-opties
Optie
Standaard
Index
Formaat
Beschrijving
Selecteer de foto's die u wilt afdrukken en het aantal afdrukken.
•
Select.: selecteer het aantal afdrukken voor de foto's die u selecteert. (Scroll naar de foto's die u wilt afdrukken
→
Selecteer het aantal afdrukken door het instelwieltje naar links of rechts te draaien en vervolgens op [ f] te drukken.)
•
Alles: selecteer het aantal exemplaren voor alle foto's.
(Selecteer het aantal exemplaren door op [
D/I] en vervolgens op [ o] te drukken.)
•
Reset: annuleer alle DPOF-afdrukaantalselecties.
Hiermee worden alle af te drukken foto's als miniaturen op één vel papier afgedrukt. Het afdrukformaat dat u hebt ingesteld, is alleen beschikbaar met
DPOF 1.1-compatibele printers.
Hiermee kunt u de afdrukgrootte specificeren.
•
Select.: selecteer het afdrukformaat voor de foto's die selecteert. (Scroll naar de foto's die u wilt afdrukken
→
Selecteer het afdrukformaat door het instelwieltje naar links of rechts te draaien en vervolgens op [ f] te drukken.)
•
Alles: selecteer het afdrukformaat voor alle foto's op de geheugenkaart. (Selecteer het afdrukformaat door op
[
D/I] en vervolgens op [o] te drukken.)
•
Reset: annuleer het DPOF-afdrukformaat voor alle foto's.
138
Verbinding maken met externe apparaten
Bestanden naar de computer overbrengen
Breng bestanden op een geheugenkaart naar de computer over door de camera op de pc aan te sluiten.
Bestanden overbrengen naar een
Windows-computer
De camera aansluiten als verwisselbare schijf
U kunt de camera op de computer aansluiten als een verwisselbare schijf.
1
Schakel de camera uit.
2
Sluit de camera op de computer aan met de USB-kabel.
3
Schakel de camera in.
•
Wanneer het pop-upbericht op het camerascherm wordt weergegeven, selecteert u Computer.
4
Selecteer op uw pc Deze computer
→
Verwisselbare schijf
→
DCIM
→
XXXPHOTO of XXX_MMDD.
5
Selecteer de gewenste bestanden en sleep deze naar de computer of sla ze daar op.
Als Maptype is ingesteld op Datum, wordt de mapnaam weergegeven als
'XXX_MMDD'. Als u bijvoorbeeld op 1 januari een opname maakt, wordt de mapnaam '101_0101'.
•
U moet het kleine uiteinde van de USB-kabel aansluiten op de camera. Als u de kabel omgekeerd aansluit, kunnen de bestanden beschadigen. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor enig verlies van gegevens.
•
Als u probeert de USB-kabel in de HDMI-poort te steken, werkt de camera mogelijk niet naar behoren. Zet in dat geval de camera uit en weer aan.
139
Verbinding maken met externe apparaten >
Bestanden naar de computer overbrengen
De camera loskoppelen (Windows XP)
Met Windows Vista en Windows 7 lijken de manieren waarop de camera moet worden losgemaakt sterk op elkaar.
1
Zorg dat er op dat moment geen gegevens tussen de camera en de computer worden uitgewisseld.
•
Als het statuslampje op de camera knippert, betekent dit dat er gegevens worden overgedragen. Wacht totdat het statuslampje niet meer knippert.
2
Klik op op de werkbalk rechtsonder in het scherm van de computer.
Bestanden overbrengen naar een
Mac-computer
1
Schakel de camera uit.
2
Sluit de camera met de USB-kabel op een Macintoshcomputer aan.
Mac OS 10.4 of hoger wordt ondersteund.
•
U moet het kleine uiteinde van de USB-kabel aansluiten op de camera. Als u de kabel omgekeerd aansluit, kunnen de bestanden worden beschadigd. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor enig verlies van gegevens.
•
Als u probeert de USB-kabel in de HDMI-poort te steken, werkt de camera mogelijk niet naar behoren. Zet in dat geval de camera uit en weer aan.
3
Klik op het pop-upbericht.
4
Klik op het berichtveld waarin wordt aangegeven dat het apparaat veilig is verwijderd.
5
Verwijder de USB-kabel.
3
Schakel de camera in.
•
Wanneer het pop-upbericht op het camerascherm wordt weergegeven, selecteert u Computer.
4
Open de verwisselbare schijf.
5
Breng foto’s of video’s naar de computer over.
140
Verbinding maken met externe apparaten
Programma's gebruiken op een pc
Digitale foto's kunnen op verschillende manieren met beeldbewerkingsprogramma's worden bewerkt. Hier leest u hoe u foto's met de meegeleverde programma's kunt bewerken.
Software installeren
1
Plaats de cd-rom in de pc.
2
Wanneer de instellingenwizard verschijnt, klikt u op
Samsung Digital Camera Installer.
3
Selecteer een programma dat u wilt installeren en klik op
Install (Installeren).
4
Volg de aanwijzingen op het scherm.
5
Klik op Exit (Afsluiten) wanneer de installatie voltooid is.
Programma's op de cd-rom
Programma
Intelli-studio
Samsung RAW Converter
PC Auto Backup
Doel
Foto's en video's bewerken.
RAW-bestanden in de gewenste indeling omzetten.
Verzend de opgenomen bestanden naar een aangesloten pc via Wi-Fi.
•
Als uw computer niet aan de vereisten voldoet, worden video’s mogelijk niet naar behoren afgespeeld of duurt het langer om video’s te bewerken.
•
Installeer DirectX 9.0c of een nieuwere versie voordat u het programma gebruikt.
•
U moet Windows XP/Vista/7 of Mac OS 10.4 of hogere versies gebruiken om de camera als een verwisselbare schijf te kunnen aansluiten.
Het gebruik van een zelfgemonteerde pc of een niet-ondersteunde pc en besturingssysteem kan tot gevolg hebben dat uw garantie vervalt.
141
Verbinding maken met externe apparaten >
Programma's gebruiken op een pc
Intelli-studio gebruiken
Intelli-studio is een ingebouwd programma waarmee u bestanden kunt afspelen, weergeven of bewerken. U kunt er tevens bestanden mee naar uw favoriete websites uploaden. Selecteer Help
→ Help in het programma voor meer informatie.
Vereisten
Onderdeel
Besturingssysteem*
Processor
RAM
Schijfruimte
Overig
Vereisten
Windows XP SP2, Windows Vista of Windows 7
(32-bits edities)
Intel
®
Core 2 Duo 1,66GHz of hoger/
AMD Athlon TM X2 Dual-Core 2,2GHz of hoger
Minimaal 512 MB RAM
(1 GB of meer aanbevolen)
Minimaal 250 MB RAM
(1 GB of meer aanbevolen)
•
Cd-rom-station
•
1024x768 pixels, monitor met ondersteuning voor 16-bits kleuren (1280x1024 pixels en ondersteuning voor 32-bits kleuren aanbevolen)
•
USB 2.0-poort
• nVIDIA Geforce 7600GT of hoger/
ATI X1600-reeks of hoger
•
Microsoft DirectX 9.0c of hoger
* Er wordt een 32-bits versie van Intelli-studio geïnstalleerd, zelfs bij 64-bits versie van
Windows XP, Windows Vista en Windows 7.
•
De vereisten zijn slechts aanbevelingen. Het werkt mogelijk niet correct wanneer de computer voldoet aan de vereisten, afhankelijk van de toestand van de computer.
•
Intelli-studio is alleen met Windows compatibel.
•
Intelli-studio ondersteunt de volgende bestandstypen:
-
Video's: MP4 (Video: H.264, Audio: AAC), WMV (WMV 7/8/9),
AVI (MJPEG)
-
Foto's: JPG, GIF, BMP, PNG, TIFF
•
De bestanden in de RAW-indeling kunnen niet worden geopend met het programma Intelli-studio.
•
Bestanden kunnen niet in de camera worden bewerkt. Breng bestanden naar een map op de computer over om ze te bewerken.
142
Verbinding maken met externe apparaten >
Programma's gebruiken op een pc
De interface van Intelli-studio gebruiken
15
14
13
1 2 3 4 5 6 7
8
12
Nr.
Beschrijving
1
Hiermee opent u menu's.
2
Hiermee geeft u bestanden in de geselecteerde map weer.
3
Hiermee gaat u naar de fotobewerkingsmodus.
4
Hiermee gaat u naar de videobewerkingsmodus.
5
Hiermee gaat u naar de modus Sharing om foto's te delen. (U kunt bestanden per e-mail verzenden of uploaden naar websites zoals
Flickr of YouTube.)
6
Hiermee vergroot of verkleint u de miniaturen in de lijst.
7
Hiermee selecteert u een bestandstype.
11
9
10
Nr.
8
9
10
Beschrijving
Hiermee geeft u bestanden in de geselecteerde map op de computer weer.
Hiermee geeft u bestanden van de aangesloten camera weer of verbergt u ze.
Hiermee geeft u bestanden in de geselecteerde map op de camera weer.
11
Hiermee kunt u bestanden als miniaturen of op een kaart weergeven.
12
Hiermee bladert u door de mappen op het aangesloten toestel.
13
Hiermee bladert u door mappen op de computer.
14
Hiermee gaat u naar de vorige of volgende map.
15
Hiermee drukt u bestanden af, geeft u bestanden op een kaart weer, slaat u bestanden in Mijn map op of registreert u gezichten.
143
Verbinding maken met externe apparaten >
Programma's gebruiken op een pc
Hiermee kunt u bestanden overbrengen met Intelli-studio
Met behulp van Intelli-studio kunt u gemakkelijk bestanden van de camera naar de computer overbrengen.
1
Schakel de camera uit.
2
Sluit de camera op de computer aan met de USB-kabel.
3
Start Intelli-studio op de computer.
4
Schakel de camera in.
•
Wanneer het pop-upbericht op het camerascherm wordt weergegeven, selecteert u Computer.
5
Selecteer een map op de computer waarin u de bestanden wilt opslaan en selecteer Ja.
•
Nieuwe bestanden worden automatisch naar de computer overgebracht.
•
Als de camera geen nieuwe bestanden bevat, zal het pop-upvenster voor het opslaan van nieuwe bestanden niet verschijnen.
•
Sluit het uiteinde van de kabel met de passende stekker op de camera aan. Als u de kabel omgekeerd aansluit, kunnen de bestanden beschadigen. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor enig verlies van gegevens.
•
Als u probeert de USB-kabel in de HDMI-poort te steken, werkt de camera mogelijk niet naar behoren. Zet in dat geval de camera uit en weer aan.
144
Verbinding maken met externe apparaten >
Programma's gebruiken op een pc
Samsung RAW Converter gebruiken
Foto's die met een camera gemaakt zijn, worden vaak omgezet naar een JPEG-indeling en opgeslagen in het geheugen volgens de instellingen van de camera op het moment van de opname.
RAW-bestanden worden niet omgezet naar een JPEG-indeling, maar zonder aanpassingen in het geheugen opgeslagen. Met Samsung RAW
Converter kunt u de belichting, witbalans, tinten, contrast en kleuren van foto's kalibreren.
Vereisten voor Windows
Onderdeel
Besturingssysteem
Vereisten
Microsoft Windows XP, Windows Vista of Windows 7
* Voor de installatie hebt u beheerdersrechten nodig.
* Het programma wordt bij 64-bits besturingssystemen als
32-bits toepassing uitgevoerd.
Processor
Computer met Intel Pentium
®
- of AMD Athlon™processor of vergelijkbare computer (Pentium4,
Athlon XP of hoger aanbevolen)
* Geschikt voor multi-core-processor (Intel Core i7, Core 2
Quad, Core 2 Duo, AMD phenom IIX4, Phenom X4 enzovoort.)
RAM
Schijfruimte
Overig
1 GB of meer aanbevolen
Reserveer ten minste 100 MB schijfruimte. Wijs voldoende schijfruimte toe voor de opslag van foto's.
(Een foto kan meer dan 10 MB aan schijfruimte in beslag nemen.)
•
XGA (1024x768), Vierkleurendruk (24-bits of hoger)
•
Toetsenbord, muis of soortgelijke apparaten
Vereisten voor Mac
Onderdeel Vereisten
Besturingssysteem Apple
®
Mac
®
OS X v10.4/v10.5/v10.6
Processor
Computer met Intel-processor of daaraan gelijkwaardig (Core 2 Quad of nieuwer aanbevolen)/
PowerPC
RAM
Schijfruimte
Overig
1 GB of meer aanbevolen
Reserveer ten minste 100 MB schijfruimte.
Wijs voldoende schijfruimte toe voor de opslag van foto's. (Een foto kan meer dan 10 MB aan schijfruimte in beslag nemen.)
•
XGA (1024x768), Vierkleurendruk
(24-bits of hoger)
•
Toetsenbord, muis of soortgelijke apparaten
•
Samsung RAW Converter kan op sommige computers niet goed werken, zelfs als de computer wel aan de vereisten voldoet.
•
Het installatieprogramma van Mac wordt niet automatisch uitgevoerd.
Voer het installatiebestand op de meegeleverde cd-rom handmatig uit.
145
Verbinding maken met externe apparaten >
Programma's gebruiken op een pc
De interface van Samsung RAW Converter gebruiken
Klik op Help
→ Open software manual voor meer informatie over het gebruik van Samsung RAW Converter.
1
2
3
RAW-bestanden bewerken
Als u bestanden met RAW-indeling bewerkt met Samsung RAW
Converter, kunt u een hoge beeldkwaliteit behouden. U kunt ook bestanden met een JPEG- of TIFF-indeling bewerken.
De belichting van een foto aanpassen
1
Selecteer File (Bestand)
→
Open file (Bestand openen) en open een bestand.
2
Selecteer de bewerkingsoptie
W.
4
Nr.
Beschrijving
1
Menu
2
Werkbalk
3
Bewerkingsopties
4
Open/sluit het venster voor verfijnde bewerkingsopties.
146
Verbinding maken met externe apparaten >
Programma's gebruiken op een pc
3
Pas de belichting aan met de schuifbalk.
Het contrast van een foto aanpassen
1
Selecteer File (Bestand)
→
Open file (Bestand openen) en
open een bestand.
2
Selecteer de bewerkingsoptie .
3
Pas de tint aan met de schuifbalk.
Oorspronkelijke foto
P-modus, diafragma: f=8, sluitertijd: 1/15 sec, ISO=100
Bewerkte foto
Oorspronkelijke foto Bewerkte foto
Oorspronkelijke foto Bewerkte foto
RAW-bestanden als JPEG of TIFF opslaan
1
Selecteer File (Bestand)
→
Open file (Bestand openen) en open een bestand.
2
Selecteer File (Bestand)
→
Development.
3
Selecteer een bestandsindeling (JPEG of TIFF) en selecteer Save (Opslaan).
147
Hoofdstuk
7
Bijlagen
Informatie over foutberichten, onderhoud van de camera, tips voor het oplossen van problemen, specificaties en optionele accessoires.
Bijlagen
Foutmeldingen
Als een van de volgende foutmeldingen verschijnt, kunt u de onderstaande oplossingen proberen.
Foutmeldingen
Lens vergrend
Kaartfout
Mogelijke oplossing
De lens is vergrendeld. Draai de lens linksom totdat u een klik hoort. (pag. 35)
•
Schakel de camera uit en weer in.
•
Verwijder de geheugenkaart en plaats deze weer terug.
•
Formatteer de geheugenkaart.
Batterij bijna leeg Plaats een opgeladen batterij of laad de batterij op.
Geen foto
Bestandsfout
Geheugen vol
Maak foto's of plaats een geheugenkaart met foto's.
Wis het beschadigde bestand of neem contact op met een servicecenter.
Wis onnodige bestanden of plaats een nieuwe geheugenkaart.
Kaart vergrendeld
U kunt een SD-, SDHC- of SDXC-kaart vergrendelen om te voorkomen dat bestanden worden verwijderd. Ontgrendel de kaart voordat u gaat fotograferen. (pag. 153)
Foutmeldingen
Max. aant. mappen en bestanden bereikt.
Vervang kaart
Mogelijke oplossing
Bestandsnamen komen niet overeen met de DCFnorm. Breng de bestanden op de geheugenkaart naar een computer over en formatteer de kaart.
(pag. 129)
Error 00
Schakel de camera uit, ontkoppel de lens en plaats deze weer terug. Neem contact op met een servicecenter als de melding blijft verschijnen.
Error 01/02
Schakel de camera uit, verwijder de batterij en plaats deze weer terug. Neem contact op met een servicecenter als de melding blijft verschijnen.
149
Bijlagen
Onderhoud van de camera
Reiniging van de camera
Cameralens en -scherm
Verwijder stof met behulp van een kwastje en veeg de lens met een zachte doek voorzichtig af. Voor eventueel achtergebleven stof brengt u lensreinigingsvloeistof op een stuk reinigingspapier aan en veegt u de lens voorzichtig schoon.
Beeldsensor
Afhankelijk van de opnameomstandigheden kan er stof op foto's zichtbaar zijn doordat de beeldsensor aan de buitenlucht is blootgesteld geweest. Dit is geen probleem en blootstelling aan stof is iets wat bij alledaags gebruik van de camera gebeurt. U kunt stof van de sensor verwijderen met de functie voor sensorreiniging. (pag. 131) Als er na het reinigen van de sensor nog stof achterblijft, neemt u contact op met een servicecenter. Steek de blazer niet in de opening van de vatting.
Camerabehuizing
Veeg deze voorzichtig met een zachte droge doek af.
Gebruik nooit benzeen, thinner of alcohol om het toestel te reinigen. Deze oplosmiddelen kunnen de camera beschadigen of defecten veroorzaken.
150
Bijlagen >
Onderhoud van de camera
De camera gebruiken of opbergen
Ongeschikte plaatsen voor het gebruiken of opbergen van de camera
• Stel de camera niet bloot aan zeer hoge of lage temperaturen.
• Gebruik de camera niet in zeer vochtige omgevingen of omgevingen waar de luchtvochtigheid snel verandert.
• Stel de camera niet bloot aan direct zonlicht en bewaar de camera niet op warme locaties met slechte ventilatie, bijvoorbeeld in een auto die in de zon staat.
• Bescherm de camera en het scherm tegen stoten, ruw gebruik en sterke trillingen om ernstige schade te voorkomen.
• Gebruik of bewaar de camera niet op stoffige, vuile, vochtige of slecht-geventileerde plaatsen, om schade aan bewegende en interne onderdelen te voorkomen.
• Gebruik de camera niet in de buurt van brandstoffen, brandbare stoffen of ontvlambare chemicaliën. Bewaar geen ontvlambare vloeistoffen, gassen en explosief materiaal in dezelfde ruimte als de camera of de accessoires van de camera.
• Berg de camera niet op met mottenballen.
Gebruik op het strand of aan de waterkant
• Bescherm de camera tegen zand en vuil wanneer u deze op het strand of in een andere, soortgelijke omgeving gebruikt.
• Uw camera is niet waterbestendig. Gebruik de batterij of geheugenkaart niet met natte handen. Als u de camera gebruikt met natte handen, kan de camera beschadigd raken.
Camera voor langere tijd opbergen
• Als u de camera voor langere tijd opbergt, moet u de camera samen met absorberend materiaal, bijvoorbeeld silicagel, in een afgesloten houder plaatsen.
• Haal de batterijen uit de camera wanneer u deze voor langere tijd opbergt. Batterijen in het batterijvak kunnen na verloop van tijd gaan lekken of roesten en ernstige schade aan uw camera veroorzaken.
• Batterijen die niet worden gebruikt, ontladen zich na verloop van tijd en moeten voor gebruik opnieuw worden opgeladen.
151
Bijlagen >
Onderhoud van de camera
Wees voorzichtig bij gebruik in vochtige omgevingen
Als u de camera overbrengt van een koude omgeving naar een warme, kan er condensvorming optreden op de lens of de interne onderdelen van de camera. In dit geval moet u de camera uitschakelen en minstens
1 uur wachten. Als er condensvorming optreedt op de geheugenkaart, moet u de kaart verwijderen uit de camera en wachten tot al het vocht is verdampt voordat u de kaart terugplaatst.
Overige aandachtspunten
• Zwaai de camera niet aan de polslus heen en weer. Hierdoor kunt u uzelf of anderen verwonden of schade aan uw camera veroorzaken.
• Verf de camera niet, omdat verf tussen de bewegende onderdelen kan gaan zitten en de werking van de camera kan beïnvloeden.
• Schakel de camera uit wanneer u deze niet gebruikt.
• De camera bevat kwetsbare onderdelen. Zorg daarom dat u de camera niet blootstelt aan schokken.
• Bewaar de camera in het etui om het scherm te beschermen tegen externe krachten. Houd de camera uit de buurt van zand, scherp gereedschap of kleingeld om te voorkomen dat er krassen op de camera komen.
• Gebruik de camera niet als het scherm gebarsten of beschadigd is. Gebarsten glas of acryl kan letsel aan uw handen en gezicht veroorzaken. Breng de camera naar een servicecenter van Samsung om de camera te laten repareren.
• Leg camera's, batterijen, opladers of accessoires nooit in de buurt van, op of in verwarmingsapparaten, zoals magnetrons, kachels of radiatoren. Deze apparaten kunnen worden vervormd en oververhit raken en brand of een ontploffing veroorzaken.
• Stel de lens niet bloot aan direct zonlicht. Hierdoor kan de beeldsensor verkleuren of defect raken.
• Bescherm de lens tegen vingerafdrukken en krassen. Reinig de lens met een zachte, schone doek.
• Als de camera een schok opvangt, wordt de camera mogelijk uitgeschakeld. Dit gebeurt om de geheugenkaart te beschermen.
Schakel de camera weer in om de camera te gebruiken.
• De camera kan warm worden tijdens het gebruik. Dit is normaal en is niet van invloed op de levensduur of prestaties van uw camera.
• Bij lage temperaturen kan het langer duren voor de camera is ingeschakeld, kan de kleur van het scherm tijdelijk veranderen of kunnen nabeelden worden weergegeven. Deze omstandigheden duiden niet op defecten en worden verholpen als u de camera weer bij normale temperaturen gebruikt.
• Verf of metaal aan de buitenzijde van de camera kan allergieën, jeuk, eczeem of bultjes veroorzaken bij mensen met een gevoelige huid.
Als u last hebt van een van deze symptomen, stopt u onmiddellijk met het gebruik van de camera en raadpleegt u een arts.
152
Bijlagen >
Onderhoud van de camera
Geheugenkaart
Ondersteunde geheugenkaart
Dit product accepteert de geheugenkaarten SD (Secure Digital),
SDHC (Secure Digital High Capacity), SDXC (Secure Digital eXtended
Capacity), microSD, microSDHC of microSDXC.
Contactpunten
Schrijfvergrendeling
Etiket (voorzijde)
Bij SD- , SDHC of SDXC-kaarten kunt u voorkomen dat bestanden worden gewist door de schrijfvergrendeling op de kaart om te zetten.
Schuif de vergrendeling naar beneden om de kaart alleen-lezen te maken, en omhoog om de schrijfvergrendeling op te heffen. Ontgrendel de kaart voordat u foto's en video's maakt.
Geheugenkaartadapter
Geheugenkaart
Als u microgeheugenkaarten wilt gebruiken met dit product, een computer of een geheugenkaartlezer, moet u de kaart in een adapter plaatsen.
Capaciteit van de geheugenkaart
De geheugencapaciteit verschilt, afhankelijk van de opnamemodus en de opnameomstandigheden. De volgende capaciteiten zijn op een
SD-kaart van 2 GB gebaseerd.
Formaat
Hoge kwaliteit
Kwaliteit
Normaal
1920X1080
(30 fps)
1920X810
(24 fps)
Ongeveer
17' 35"
Ongeveer
19' 00"
Ongeveer
21' 56"
Ongeveer
23' 43"
Video*
1280X720
(30 fps)
640X480
(30 fps)
Ongeveer
29' 10"
Ongeveer
73' 26"
Ongeveer
36' 20"
Ongeveer
91' 00"
Om te delen
(30 fps)
Ongeveer
236' 16"
Ongeveer
287' 12"
* Bij gebruik van de zoomfunctie kan de opnametijd van de hier gegeven waarden afwijken. Om de totale opnameduur te bepalen, zijn er verschillende video's achter elkaar opgenomen.
153
Bijlagen >
Onderhoud van de camera
Foto
Formaat
20.0M (5472X3648)
10.1M (3888X2592)
5.9M (2976X1984)
2.0M (1728X1152)
Burst
16.9M (5472X3080)
7.8M (3712X2088)
4.9M (2944X1656)
2.1M (1920X1080)
13.3M (3648X3648)
7.0M (2640X2640)
4.0M (2000X2000)
1.1M (1024X1024)
Superhoog
186
378
626
1627
731
230
485
747
1573
289
536
893
2645
1376
2666
560
1010
1621
4057
Hoog
364
724
1168
2742
1349
448
919
1912
3468
814
1432
2224
4936
Normaal
535
1043
1642
3553
1878
655
1310
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
Kwaliteit
RAW
53
RAW + S.Fijn
37
47
52
58
-
44
51
55
60
40
50
54
58
57
60
51
56
58
61
RAW + Fijn RAW + Normaal
46 51
53
57
56
58
60
-
49
55
61
-
53
57
59
61
54
58
59
61
154
Bijlagen >
Onderhoud van de camera
Aandachtspunten bij gebruik van geheugenkaarten
• Vermijd blootstelling van geheugenkaarten aan zeer lage of hoge temperaturen (onder 0 °C/32 °F of boven 40 °C/104 °F). Extreme temperaturen kunnen ervoor zorgen dat geheugenkaarten niet goed werken.
• Plaats een geheugenkaart in de juiste richting. Als u een geheugenkaart in de verkeerde richting plaatst, kunnen de camera en de geheugenkaart hierdoor beschadigen.
• Gebruik geen geheugenkaarten die in een andere camera of door een computer zijn geformatteerd. Formatteer een dergelijke geheugenkaart opnieuw in uw eigen camera.
• Schakel de camera uit wanneer u een geheugenkaart plaatst of verwijdert.
• Verwijder de geheugenkaart niet en schakel uw camera niet uit wanneer het lampje knippert. Hierdoor kunnen de gegevens beschadigen.
• Wanneer de levensduur van een geheugenkaart is verlopen, kunt u geen foto's meer op de kaart opslaan. Gebruik een nieuwe geheugenkaart.
• Zorg dat geheugenkaarten niet buigen, vallen of aan zware klappen of druk worden blootgesteld.
• Zorg dat u geheugenkaart niet gebruikt of opbergt in de buurt van krachtige magnetische velden.
• Zorg dat u geheugenkaarten niet gebruikt op locaties met hoge temperaturen of luchtvochtigheid of in de buurt van bijtende stoffen.
• Voorkom dat geheugenkaarten in contact komen met vloeistoffen, vuil of vreemde stoffen. Veeg zo nodig de geheugenkaart met een zachte doek schoon voordat u de geheugenkaart in de camera plaatst.
• Voorkom dat geheugenkaarten, of de sleuf voor geheugenkaarten, in contact komen met vloeistoffen, vuil of vreemde stoffen. Dergelijke stoffen kunnen ervoor zorgen dat geheugenkaarten of de camera niet goed meer werken.
• Wanneer u een geheugenkaart bij u draagt, moet u een hoesje gebruiken om de kaart tegen elektrostatische ontlading te beschermen.
• Breng belangrijke gegevens over naar andere dragers, zoals een harde schijf of cd/dvd.
• Als u de camera langere tijd gebruikt, kan de geheugenkaart warm worden. Dit is normaal en wijst niet op een defect.
• Gebruik een geheugenkaart die voldoet aan de standaardvereisten.
De fabrikant is niet verantwoordelijk voor enig verlies van gegevens.
155
Bijlagen >
Onderhoud van de camera
De batterij
Gebruik alleen door Samsung goedgekeurde batterijen.
Batterijspecificaties
Onderdeel
Model
Type
Capaciteit
Voltage
Oplaadtijd (wanneer de camera is uitgeschakeld)
Beschrijving
BP1030
Lithium-ionbatterij
1030 mAh
7,4 V
Ongeveer 140 min
Onzorgvuldig of verkeerd gebruik van de batterij kan lichamelijk letsel of de dood tot gevolg hebben. Volg voor uw eigen veiligheid de onderstaande instructies voor het juiste gebruik van de batterij:
•
De batterij kan vlam vatten of exploderen als deze niet op de juiste wijze wordt gebruikt. Als u vervormingen, scheuren of andere afwijkingen in de batterij opmerkt, stopt u onmiddellijk het gebruik hiervan en neemt u contact op met de fabrikant.
•
Gebruik alleen authentieke, door de fabrikant aanbevolen batterijopladers en laad de batterij alleen op de in deze gebruiksaanwijzing voorgeschreven wijze op.
•
Plaats de batterij niet te dicht bij warmtebronnen en stel de batterij niet bloot aan extreem warme omgevingen, zoals een gesloten auto in de zomer.
•
Plaats de batterij niet in een magnetron.
•
Bewaar of gebruik de batterij niet in een hete, vochtige omgeving, zoals een badkamer of douche.
•
Plaats de batterij niet voor langere tijd op ontvlambare oppervlakken, zoals matrassen, tapijten of elektrische dekens.
•
Laat het toestel, als het is ingeschakeld, niet voor langere tijd in een afgesloten ruimte.
•
Zorg ervoor dat de polen van de batterij niet in contact komen met metalen voorwerpen, zoals halskettingen, munten, sleutels en horloges.
•
Gebruik uitsluitend authentieke, door de fabrikant aanbevolen lithiumionbatterijen ter vervanging.
•
Haal de batterij niet uit elkaar en maak er geen gat in met een scherp voorwerp.
•
Stel de batterij niet bloot aan hoge druk of extreme krachten.
•
Stel de batterij niet bloot aan hevige klappen, bijvoorbeeld door deze van grote hoogte te laten vallen.
•
Stel de batterij niet bloot aan temperaturen van 60 °C (140 °F) of hoger.
•
Stel de batterij niet bloot aan vocht of vloeistoffen.
•
De batterij mag niet worden blootgesteld aan overmatige warmte zoals zonneschijn, vuur of dergelijke zaken.
Richtlijnen voor afvoer
•
Voer de batterij met zorg af.
•
Werp de batterij nooit in een open vuur.
•
Afhankelijk van uw land of regio kan de regelgeving met betrekking tot de afvoer verschillen. Voer de batterij af volgens de lokale en federale regelgeving.
Richtlijnen voor het opladen van de batterij
Laad de batterij alleen op volgens de procedure in deze gebruiksaanwijzing.
De batterij kan ontbranden of exploderen als deze niet op de juiste wijze wordt opgeladen.
156
Bijlagen >
Onderhoud van de camera
Opnameduur van de batterij
Opnamemodus
Foto's
Video's
Gemiddelde tijdsduur/Aantal foto's
Ongeveer 165 min/Ongeveer 330 foto's
Ongeveer 140 min (Video's opnemen met een resolutie van 1920X1080 en 30 fps.)
• De bovenstaande cijfers zijn op de testnormen van Samsung gebaseerd. De resultaten die u tijdens het gebruik behaalt, kunnen hiervan afwijken.
• De daadwerkelijk beschikbare opnameduur verschilt en is afhankelijk van achtergrond, de tijd tussen opnamen en de gebruiksomstandigheden.
• Om de totale opnameduur te bepalen, zijn er verschillende video's achter elkaar opgenomen.
Bericht Batterij bijna leeg
Als de batterij volledig is ontladen, wordt het batterijpictogram rood en wordt de melding 'Batterij bijna leeg' weergegeven.
De batterij gebruiken
• Bij temperaturen onder 0 °C/32 °F kunnen de capaciteit en levensduur van de batterij afnemen.
• Bij lage temperaturen kan de batterijcapaciteit afnemen, maar de gewone capaciteit wordt hersteld bij gebruik bij hogere temperaturen.
• Als u de camera langere tijd gebruikt, kan het gebied rond de batterijklep warm worden. Dit heeft geen invloed op de normale werking van de camera.
De batterij opladen
• Controleer als het indicatielampje uit is of de batterij op de juiste wijze is geplaatst.
• Trek de voedingskabel niet aan de kabel zelf uit het stopcontact.
Dit kan brand of een schok veroorzaken.
• Wanneer de batterij volledig leeg is, moet u deze minimaal 10 minuten opladen voor u de batterij weer gebruikt in de camera.
• Als het indicatielampje oranje knippert of niet brandt, sluit u de kabel opnieuw aan of verwijdert u de batterij en plaatst u deze opnieuw in de camera.
• Als u de batterij oplaadt wanneer de kabel oververhit is of de temperatuur te hoog is, kan het indicatielampje oranje worden.
Nadat de batterij is afgekoeld, wordt met opladen begonnen.
• Knik de voedingskabel niet en plaats er geen zware voorwerpen op.
Hierdoor zou de kabel kunnen beschadigen.
157
Bijlagen
Voordat u contact opneemt met een servicecenter
Wanneer u problemen met het toestel ondervindt, kunt u eerst de volgende procedures uitvoeren voordat u contact opneemt met een servicecenter.
Wanneer u uw camera naar een servicecenter brengt, moet u ook de onderdelen meenemen die de oorzaak kunnen zijn van de fout, zoals bijvoorbeeld de geheugenkaart of de batterij.
Probleem
De camera kan niet worden ingeschakeld
De camera wordt plotseling uitgeschakeld
De batterij raakt snel leeg
Mogelijke oplossing
•
Controleer of de batterij in de camera is geplaatst.
•
Controleer of de batterij correct in de camera is geplaatst.
•
Laad de batterij op.
•
Laad de batterij op.
•
Uw camera staat mogelijk in de spaarstand of het display wordt automatisch uitgeschakeld.
(pag. 130)
•
De camera wordt mogelijk automatisch uitgeschakeld om te voorkomen dat de geheugenkaart door extreme hitte beschadigd raakt. Schakel de camera weer in.
•
Bij lage temperaturen (onder 0 °C/32 °F) kan de batterij sneller leeg raken. Houd de batterij warm door deze in uw zak te steken.
•
Met het gebruik van de flitser en het opnemen van video's raakt de batterij snel leeg. Laad de batterij indien nodig weer op.
•
Batterijen zijn verbruiksartikelen die na verloop van tijd moeten worden vervangen. Koop een nieuwe batterij als de levensduur drastisch afneemt.
Probleem
Er kunnen geen foto's worden gemaakt
Er wordt onverwachts geflitst
De flitser werkt niet
De datum en tijd kloppen niet
Mogelijke oplossing
•
Er is geen ruimte op de geheugenkaart. Wis onnodige bestanden of plaats een nieuwe kaart.
•
Wanneer de functie AF-prioriteit is ingeschakeld, kunt u geen foto's maken als er niet is scherpgesteld. Stel AF-prioriteit in op
Uit of stel correct scherp op het onderwerp.
(pag. 125)
•
Formatteer de geheugenkaart.
•
De geheugenkaart is defect. Koop een nieuwe geheugenkaart.
•
De geheugenkaart is vergrendeld. Ontgrendel de kaart. (pag. 153)
•
Controleer of de camera is ingeschakeld.
•
Laad de batterij op.
•
Controleer of de batterij correct in de camera is geplaatst.
De camera loopt vast Verwijder de batterij en plaats deze weer terug.
De camera wordt warm
De camera kan warm worden tijdens het gebruik.
Dit is normaal en is niet van invloed op de levensduur of prestaties van uw camera.
De flitser wordt mogelijk geactiveerd vanwege statische elektriciteit. Dit duidt niet op een defect van de camera.
•
Mogelijk is de flitser ingesteld op Uit. (pag. 76)
•
In bepaalde modi kunt u de flitser niet gebruiken.
Stel in het menu w de datum en tijd in.
(pag. 130)
158
Bijlagen >
Voordat u contact opneemt met een servicecenter
Probleem
Het scherm of de knoppen werken niet
De geheugenkaart heeft een fout
Uw computer herkent een SDXCgeheugenkaart niet.
Kan geen bestanden weergeven
Mogelijke oplossing
Verwijder de batterij en plaats deze weer terug.
•
Schakel de camera uit en weer in.
•
Verwijder de geheugenkaart en plaats deze weer terug.
•
Formatteer de geheugenkaart.
Zie 'Aandachtspunten bij gebruik van geheugenkaarten' voor meer informatie.
(pag. 155)
Uw televisie of computer kan geen foto's of video's weergeven die zijn opgeslagen op een
SDXC-geheugenkaart.
SDXC-geheugenkaarten gebruiken het exFAT-bestandssysteem. Zorg ervoor dat het externe apparaat compatibel is met het exFATbestandssysteem voordat u de camera aansluit op het apparaat.
SDXC-geheugenkaarten gebruiken het exFATbestandssysteem. Als u SDXC-geheugenkaarten wilt gebruiken op een Windows XP-computer, kunt u het stuurprogramma voor het exFATbestandssysteem downloaden en bijwerken via de website van Microsoft.
Als u de naam van een bestand wijzigt, kan de camera dit bestand mogelijk niet afspelen
(de bestandsnaam moet aan de DCFnormen voldoen). In dergelijke gevallen kunt u de bestanden op een computer afspelen of weergeven.
Probleem
De foto's zijn onscherp
De kleuren in de foto zijn anders dan de daadwerkelijke kleuren
De foto is te licht
De foto is te donker
Mogelijke oplossing
•
Zorg dat de gekozen scherpsteloptie geschikt is voor het soort opname dat u wilt maken.
•
Gebruik een statief om te voorkomen dat de camera beweegt.
•
Controleer of de lens schoon is. Reinig de lens indien nodig. (pag. 150)
Een onjuiste witbalans kan voor onrealistische kleuren zorgen. Selecteer de juiste witbalansoptie voor de lichtbron. (pag. 61)
De foto is overbelicht.
•
Pas de diafragmawaarde of sluitertijd aan.
•
Pas de ISO-waarde aan. (pag. 60)
•
Schakel de flitser uit. (pag. 76)
•
Pas de belichtingswaarde aan. (pag. 85)
De foto is onderbelicht.
•
Pas de diafragmawaarde of sluitertijd aan.
•
Pas de ISO-waarde aan. (pag. 60)
•
Schakel de flitser in. (pag. 76)
•
Pas de belichtingswaarde aan. (pag. 85)
159
Bijlagen >
Voordat u contact opneemt met een servicecenter
Probleem
Foto's zijn vervormd
Het afspeelscherm verschijnt niet op het aangesloten externe apparaat
De computer herkent de camera niet
Mogelijke oplossing
Deze camera kan een minimale vervorming hebben wanneer er een groothoeklens wordt gebruikt waarmee een grote beeldhoek mogelijk is. Dit is normaal en wijst niet op een defect.
•
Controleer of de HDMI-kabel goed op de externe monitor is aangesloten.
•
Zorg dat er bruikbare opnamen op de geheugenkaart staan.
•
Controleer of de USB-kabel correct is aangesloten.
•
Controleer of de camera is ingeschakeld.
•
Controleer of u een ondersteund besturingssysteem gebruikt.
Tijdens het overbrengen van bestanden verbreekt de computer de verbinding
De bestandsoverdracht kan door statische elektriciteit worden gestoord. Koppel de
USB-kabel los en sluit deze weer aan.
De computer kan geen video's afspelen
Intelli-studio werkt niet naar behoren
Afhankelijk van de gebruikte software, worden videobestanden mogelijk niet afgespeeld.
Installeer en gebruik het programma Intellistudio op uw computer voor het afspelen van videobestanden die u met uw camera hebt opgenomen. (pag. 141)
•
Sluit Intelli-studio af en start het programma opnieuw.
•
Intelli-studio kan niet worden gebruikt op
Macintosh-computers.
Probleem
Ik kan geen DPOF voor RAW-bestanden instellen
Mogelijke oplossing
U kunt DPOF niet instellen voor RAW-bestanden.
Autofocus werkt niet
AEL-functie werkt niet
Lens werkt niet
De externe flitser of
GPS werkt niet
Het scherm voor de datum- en tijdinstellingen wordt weergegeven wanneer u de camera inschakelt
•
Het onderwerp is niet in focus. Wanneer het onderwerp zich buiten het AF-gebied bevindt, beweegt u de camera zodanig dat het AFgebied over het onderwerp valt en drukt u
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
•
Het onderwerp is te dichtbij. Neem een stap naar achteren en maak de opname.
•
De scherpstelling is op MF ingesteld.
Schakel over naar de AF-modus.
AEL-functie werkt niet in de modi t, M, i, g en s. Selecteer een andere modus als u deze functie wilt gebruiken.
•
Zorg dat de lens goed is geplaatst.
•
Ontkoppel de lens van de camera en plaats deze vervolgens opnieuw.
Controleer of de externe flitser goed is geplaatst en is ingeschakeld.
•
Stel de datum en tijd opnieuw in.
•
Dit scherm verschijnt wanneer de interne krachtbron van de camera volledig is ontladen.
Plaats een volledig opgeladen batterij en wacht ten minste 72 uur in uitgeschakelde toestand tot de interne krachtbron weer is opgeladen.
160
Bijlagen
Cameraspecificaties
Beeldsensor
Type
Sensorformaat
CMOS
23,5 X 15,7 mm
Effectieve pixels
Totaalaantal pixels
Kleurenfilter
Lensvatting
Type
Beschikbare lens
Beeldstabilisatie
Type
Ongeveer 20,3 megapixel
Ongeveer 21,6 megapixel
RGB-primairekleurenfilter
Samsung NX-vatting
Samsung-lenzen
Lens-shift (afhankelijk van de lens)
Modus
Lensvervormingscorrectie
Modus 1/Modus 2/Uit
Lensvervormingscorrectie voor lens aan / uit (afhankelijk van de lens)
i-Function
E (afhankelijk van de lens), Z (X1.2, 1.4, 1.7, 2.0)
Stofreductie
Type Ultrasoon transport
Scherm
Type
Formaat
Resolutie
Gezichtsveld
Gebruikersscherm
Scherpstelling
Type
Scherptepunt
Modus
AF-hulplampje
Sluiter
Type
Sluitertijd
AMOLED
3,0 inch (Ongeveer 7,6 cm)
VGA (640X480) 614.000 punten (PenTile)
Ongeveer 100 %
Rasterlijn, Pictogrammen, Histogram,
Afstandsschaal, Peilmeter
Contrast AF
•
Selectie: 1 punt (vrije selectie)
•
Multi: normaal 15 punten, close-up 35 punten
•
Gezichtsdet. AF: max. 10 gezichten
Enkelvoudige AF, Continu AF, Handm. scherpst.
Groene LED
Elektronisch gestuurde verticaal lopende spleetsluiter
•
Auto: 1/4000-30 sec.
•
Handmatig: 1/4000-30 sec. (1/3 EV-stap)
•
Bulb (tijdslimiet: 4 min.)
161
Bijlagen >
Cameraspecificaties
Belichting
Lichtmetingssysteem
Compensatie
AE-vergrendeling
ISO-equivalent
TTL 221 (17 X 13) Bloksegment
Lichtmeting: Multi, Centr. gewogen, Spot
Lichtmeetbereik: EV 0-18 (ISO 100 · 30mm, F2)
±3 EV (1/3 EV-stap)
Knop Aangepast
•
1 stap: Auto, ISO 100, ISO 200, ISO 400,
ISO 800, ISO 1600, ISO 3200, ISO 6400,
ISO 12800
•
1/3 stap: Auto, ISO 100, ISO 125, ISO 160,
ISO 200, ISO 250, ISO 320, ISO 400,
ISO 500, ISO 640, ISO 800, ISO 1000,
ISO 1250, ISO 1600, ISO 2000, ISO 2500,
ISO 3200, ISO 4000, ISO 5000, ISO 6400,
ISO 8000, ISO 10000, ISO 12800
Transportmodus
Modus
Continuopnamen
1 opname, Continu, Burst (5M alleen), Timer,
Belichtingstrap (Automatische belichting,
Witbalans, Fotowizard)
•
JPEG
-
Hoog (8 fps): maximaal 11 opnamen mogelijk
-
Laag (3 fps): maximaal 15 opnamen mogelijk
•
RAW
-
Hoog (8 fps), Laag (3 fps): tot 8 opnamen mogelijk
Burst-opname
Opnametrapje
•
10, 15 of 30 frames per seconde
•
Maximaal 30 per druk op de ontspanknop
Automatische belichtingsbracketing (±3 EV),
Witbalansbracketing, Fotowizardbracketing
Zelfontspanner
Ontspanknop
Flitser
Type
2-30 sec. (interval van 1 seconde)
SR2NX02 (via micro USB-poort) (optioneel)
Alleen externe flitser (bundel met SEF8A)
Modus
Externe flitser
Smart Flitser, Auto, Automatisch rode ogen onderdrukken, Invulflits, Invulflits + Rode ogen,
1e gordijn, 2e gordijn, Uit
8 (gebaseerd op ISO 100) Richtgetal
Beeldhoek 28 mm (35-mm-filmequivalent)
Synchronisatiesnelheid Minder dan 1/180 sec.
EV flitser -2-+2 EV (0,5 EV-stap)
Externe optionele Samsung-flitser:
SEF42A, SEF220A
Synchronisatieterminal Hot-shoe
Witbalans
Modus
Auto witbalans, Daglicht, Bewolkt, Wit TL-licht,
NW TL-licht, Daglicht-TL, Kunstlicht, WB flitser,
Aangep. instelling, Kleurtemperatuur (handmatig)
Microaanpassing
Oranje/Blauw/Groen/Magenta, respectievelijk 7 stappen
162
Bijlagen >
Cameraspecificaties
HDR-bereik
HDR-bereik Aan/Uit
Fotowizard
Modus
Parameter
Opname
Modus
Scènemodus
Geluidsfoto
Intelligent filter
Standaard, Helder, Portret, Landschap, Bos,
Retro, Koel, Rustig, Klassiek, Aangepast 1,
Aangepast 2, Aangepast 3
Contrast, Scherpte, Kleurverz., Kleur
Smart Auto, Programma, Diafragmaprioriteit,
Sluiterprioriteit, Handmatig, Lensprioriteit,
Magisch, Scène, Film, Wi-Fi
Panorama (Live Panorama, 3D), Beautyshot,
Nacht, Landschap, Portret, Kinderen, Sport,
Close-up, Tekst, Zon onder, Dageraad, Tegenl.,
Vuurwerk, Strand/sneeuw, Geluidsfoto, 3D
Alleen JPEG
Opnameduur (vóór en na opnemen, respectievelijk 5 of 10 seconden)
Vignetten, Miniatuur, Visoog, Schets, Anti-nevel,
Halftoon, Softfocus, Oude film 1, Oude film 2,
Negatief
Magisch kader
Kleurselectie
Formaat
Kwalit.
RAW-standaard
Kleurruimte
Oud album, Oude film, Golf, Volle maan,
Oude plaat, Magazine, Krant, Zonnige dag,
Klassieke TV, Muurkunst, Vakantie,
Reclamebord 1, Reclamebord 2
Rood, Groen, Blauw, Geel
•
JPEG (3:2): 20.0M (5472X3648),
10.1M (3888X2592), 5.9M (2976X1984),
5.0M (2736X1824) (alleen serieopnamen),
2.0M (1728X1152)
•
JPEG (16:9): 16.9M (5472X3080),
7.8M (3712X2088), 4.9M (2944X1656),
2.1M (1920X1080)
•
JPEG (1:1): 13.3M (3648X3648),
7.0M (2640X2640), 4.0M (2000X2000),
1.1M (1024X1024)
•
RAW: 20.0M (5472X3648)
Superhoog, Hoog, Normaal
SRW sRGB, Adobe RGB
163
Bijlagen >
Cameraspecificaties
Video
Type
Indeling
Film AE-modus
Videoclip
Intelligent filter
Formaat
Opnamesnelheid
Multi Motion
Kwalit.
Geluid
Bewerken
MP4 (H.264)
Video: H.264, Geluid: AAC
Programma, Diafragmaprioriteit, Sluiterprioriteit,
Handmatig
Audio aan/uit (opnametijd: maximaal 25 min)
Vignetten, Miniatuur, Visoog, Schets, Anti-nevel,
Halftoon, Softfocus, Oude film 1, Oude film 2,
Negatief
1920X1080, 1920X810, 1280X720, 640X480,
320X240 (Om te delen)
30 of 24 frames per seconde (24 fps is alleen beschikbaar met 1920X810.) x0.25 (alleen 640X480, 320X240), x0.5 (alleen 1280X720, 640X480, 320X240), x1, x5, x10, x20
Hoge kwaliteit, Normaal
Stereo
Stilstaand beeld als foto vastleggen,
Video inkorten
Weergave
Type
Bewerken
Intelligent filter
Intelligent filter-formaat
Eén afbeelding, Miniaturen (3/15/40),
Diashow, Film
Intelligent filter, Anti-rode ogen, Tegenl.,
Res.wijz, Draaien, Gezicht retouch, Helderheid,
Contrast, Vignetten
Miniatuur, Softfocus, Oude film 1, Oude film 2,
Halftoon, Schets, Visoog, Anti-nevel, Negatief
•
JPEG (3:2): 5.9M (2976X1984),
5.0M (2736X1824), 2.0M (1728X1152)
•
JPEG (16:9): 6.2M (3328X1872),
4.9M (2944X1656), 2.1M (1920X1080)
•
JPEG (1:1): 6.0M (2448X2448),
4.0M (2000X2000), 1.1M (1024X1024)
Opslag
Media
Bestandsindeling
Rechtstreeks afdrukken
PictBridge
Extern geheugen (optioneel):
SD-kaart (tot 1-2 GB gegarandeerd),
SDHC-kaart (tot 32 GB gegarandeerd),
SDXC-kaart (tot 128 GB gegarandeerd)
RAW (SRW), JPEG (EXIF 2.21), DCF,
DPOF 1.1, PictBridge 1.0
164
Bijlagen >
Cameraspecificaties
GPS
Type
Functionaliteit
Geo-tagging met optionele GPS-module
(WGS 84)
•
Locatienaam (alleen beschikbaar in het Engels en Koreaans)
•
Koppeling met Google Maps
(via Intelli-studio)
Draadloos netwerk
Type IEEE 802.11n ondersteund
Functie
Delen op sociale netwerken, E-mail, MobileLink,
Remote Viewfinder, SkyDrive, Automatische back-up, TV Link, Wi-Fi Direct
Interface
Digitale uitvoer
Video-uitvoer
USB 2.0 (HI-SPEED) (micro USB-aansluiting)
NTSC, PAL (instelbaar)
HDMI 1.4a: (1080i, 720p, 576p/480p)
Externe ontspanknop Bijgeleverd (micro USB)
Externe microfoon Aanwezig
Energiebron
Type
•
Oplaadbare batterij: BP1030 (1030 mAh)
•
Oplader: BC1030
* Afhankelijk van uw regio kan de voedingsbron verschillen.
Afmetingen (B x H x D)
116,5 x 62,5 x 36,6 mm (zonder uitsteeksels)
Gewicht
222,2 g (zonder batterij en geheugenkaart)
Bedrijfstemperatuur
0-40 °C
Bedrijfsluchtvochtigheid
5-85 %
Software
Intelli-studio, Samsung RAW Converter, PC Auto Backup
* Deze specificaties kunnen in het kader van prestatieverbeteringen zonder kennisgeving worden gewijzigd.
* Andere merken en productnamen zijn handelsmerken van hun respectieve eigenaars.
165
Bijlagen
Woordenlijst
AP (Toegangspunt)
Een toegangspunt is een apparaat waarmee draadloze apparaten verbinding kunnen maken met een bedraad netwerk.
Ad-hocnetwerk
Een ad-hocnetwerk is een tijdelijk verbinding voor het delen van bestanden of een internetverbinding tussen computers en apparaten.
AdobeRGB
Adobe RGB wordt gebruikt voor commercieel afdrukken en heeft een groter kleurenbereik dan sRGB. Door het grotere kleurenbereik kunt u foto's gemakkelijk bewerken op een computer.
AEB (Opnamereeks met verschillende belichtingen)
Deze functie maakt automatisch meerdere beelden met verschillenden belichtingen om u te helpen een goedbelicht beeld te maken.
AEL (Vergrendeling automatische belichting)
Met deze functie kunt u de belichting vergrendelen op het onderwerp waarvan u de belichting wilt berekenen.
AF (Autofocus)
Een systeem dat automatisch de cameralens scherpstelt op het onderwerp. Uw camera gebruikt het contrast om automatisch scherp te stellen.
AMOLED (Active-matrix organic light-emitting diode)/
LCD (Liquid Crystal Display)
AMOLED is een scherm dat erg dun en licht is en waarvoor geen achtergrondverlichting nodig is. LCD is een scherm dat algemeen wordt gebruikt in consumentenelektronica. Dit scherm heeft een afzonderlijke achtergrondverlichting, zoals CCFL of LED, nodig om kleuren te reproduceren.
Diafragma
Het diafragma bepaalt de hoeveelheid licht die de sensor van de camera bereikt.
166
Bijlagen >
Woordenlijst
Bewegingsonscherpte (vaag)
Als de camera wordt bewogen wanneer de sluiter is geopend, kan het volledige beeld vaag lijken. Dit komt vaker voor wanneer de sluitertijd laag is. Voorkom bewegingsonscherpte door de gevoeligheid te verhogen, de flitser te gebruiken of een hogere sluitertijd. U kunt ook een statief of de OIS-functie gebruiken om de camera te stabiliseren.
Compositie
Met compositie wordt de plaatsing van de verschillende elementen in het beeld bedoeld. Meestal levert een compositie volgens de regel van derden een plezierig resultaat.
Cloudcomputing
Cloudcomputing is een technologie waarmee u gegevens kunt opslaan op externe servers en de gegevens kunt gebruiken op een apparaat met internettoegang.
DCF (Design rule for Camera File system)
Een specificatie voor het definiëren van een bestandsindeling en bestandssysteem voor digitale camera's die is gemaakt door de Japan
Electronics and Information Technology Industries Association (JEITA).
Kleurruimte
Het kleurenbereik dat de camera kan zien.
Scherptediepte
De afstand tussen het dichtstbijzijnde en verste punt waarop kan worden scherpgesteld in een foto. De scherptediepte verschilt per diafragma, brandpuntsafstand en afstand tussen de camera en het onderwerp. Als u bijvoorbeeld een kleiner diafragma selecteert, wordt de scherptediepte vergroot en wordt de achtergrond van een compositie vaag.
Kleurtemperatuur
Kleurtemperatuur is een maat in graden Kelvin waarmee de tint van een bepaald type lichtbron wordt aangegeven. Wanneer de kleurtemperatuur toeneemt, heeft de kleur van de lichtbron een blauwiger tint. Wanneer de kleurtemperatuur afneemt, heeft de kleur van de lichtbron een rodere tint. Bij 5500 graden Kelvin is de kleur van de lichtbron vergelijkbaar met die van de zon rond het middaguur.
DPOF (Digitale afdrukbestelling)
Een indeling voor het schrijven van afdrukgegevens, zoals geselecteerde beelden en het aantal afdrukken, op een geheugenkaart. Printers die compatibel zijn met DPOF, soms verkrijgbaar in fotowinkels, kunnen de informatie lezen van de kaart voor eenvoudig afdrukken.
167
Bijlagen >
Woordenlijst
EV (Belichtingswaarde)
Alle combinaties van de camerasluitertijd en diafragma die resulteren in dezelfde belichting.
EV-compensatie
Met deze functie kunt u snel de belichtingswaarde aanpassen die wordt berekend door de camera, in beperkte stappen, om de belichting van uw foto's te verbeteren.
Exif (Exchangeable Image File Format)
Een specificatie voor het definiëren van een beeldbestandindeling voor digitale camera's die is gemaakt door de Japan Electronic Industries
Development Association (JEIDA).
Belichting
De hoeveelheid licht die de sensor van de camera mag bereiken.
Belichting wordt bepaald door een combinatie van sluitertijd, diafragma en ISO-waarde.
Flitser
Een flitslamp die ervoor zorgt dat er voldoende belichting is in omstandigheden met weinig licht.
Brandpuntsafstand
De afstand van het brandpunt van de lens tot het beeldvlak (in millimeters). Grotere brandpuntsafstanden resulteren in een kleinere beeldhoek en een grotere weergave van het onderwerp. Kleinere brandpuntsafstanden resulteren in een grotere beeldhoek.
Histogram
Een grafische weergave van de helderheid van een beeld. De horizontale as stelt de helderheid voor en de verticale as het aantal pixels. Hoge pieken aan de linkerkant (te donker) en aan de rechterkant
(te licht) op het histogram geven aan dat een foto niet goed is belicht.
168
Bijlagen >
Woordenlijst
H.264/MPEG-4
Een video-indeling met hoge compressie die is ontwikkeld door de internationale standaardisatieorganisaties ISO-IEC en ITU-T. Deze codec kan video van goede kwaliteit leveren bij lage bitsnelheden ontwikkeld door JVT (Joint Video Team).
JPEG (Joint Photographic Experts Group)
Een lossy-methode van compressie voor digitale beelden. JPEGbeelden worden gecomprimeerd om de algehele bestandsgrootte te verminderen met minimale afname van de beeldresolutie.
Beeldsensor
Het fysieke deel van een digitale camera die een fotosite bevat voor elke pixel in het beeld. Elke fotosite neemt de helderheid van het licht op dat de fotosite bereikt tijdens een belichting. Algemene sensortypen zijn
CCD (Charge-coupled Device) en CMOS (Complementary Metal Oxide
Semiconductor).
Lichtmeting
De lichtmeting heeft betrekking op de manier waarop een camera de hoeveelheid licht meet om de belichting in te stellen.
MF (Handmatige scherpstelling)
Een systeem dat de cameralens handmatig scherpstelt op het onderwerp. U kunt de scherpstelring gebruiken om scherp te stellen op een onderwerp.
IP (Internet Protocol)-adres
Een IP-adres is een uniek nummer dat wordt toegewezen aan elk apparaat dat verbinding heeft gemaakt met internet.
MJPEG (Motion JPEG)
Een video-indeling die wordt gecomprimeerd als een JPEG-beeld.
ISO-waarde
De gevoeligheid van een camera voor licht, gebaseerd op de equivalente filmsnelheid gebruikt in een filmcamera. Met hogere ISOwaarden gebruikt de camera een hogere sluitertijd, waardoor vervaging kan worden verminderd die wordt veroorzaakt door het bewegen van de camera en weinig licht. Beelden met een hoge gevoeligheid zijn echter veel gevoeliger voor ruis.
MPO (Multi Picture Object)
Een indeling voor beeldbestanden waarbij een bestand meerdere beelden bevat. Een MPO-bestand levert een 3D-effect op MPOcompatibele schermen, zoals 3D-televisies of 3D-monitors.
169
Bijlagen >
Woordenlijst
Ruis
Verkeerd geïnterpreteerde pixels in een digitaal beeld die mogelijk worden weergegeven als verkeerd geplaatste of willekeurige, heldere pixels. Ruis treedt meestal op wanneer foto's worden gemaakt met een hoge gevoeligheid of wanneer de gevoeligheid automatisch wordt ingesteld op een donkere locatie.
NTSC (National Television System Committee)
Een coderingsnorm voor videokleur die vooral wordt gebruikt in Japan,
Noord-Amerika, de Filippijnen, Zuid-Amerika, Zuid-Korea en Taiwan.
Optische zoom
Dit is een algemene zoomfunctie waarmee beelden kunnen worden vergroot met een lens en waarmee de beeldkwaliteit niet vermindert.
PAL (Phase Alternate Line)
Een coderingsnorm voor videokleur die in verschillende landen in Afrika,
Azië, Europa en het Midden-Oosten wordt gebruikt.
Kwaliteit
Een uitdrukking van het compressieniveau dat is gebruikt in een digitaal beeld. Beelden met een hogere kwaliteit hebben een lager compressieniveau, wat meestal resulteert in grotere bestanden.
RAW (Onbewerkte sensorgegevens)
De oorspronkelijke, niet-verwerkte gegevens die rechtstreeks afkomstig zijn van de beeldsensor van de camera. Witbalans, contrast, verzadiging, scherpte en andere gegevens kunnen worden bewerkt met bewerkingssoftware voordat het beeld wordt gecomprimeerd naar een standaardbestandsindeling.
Resolutie
Het aantal pixels in een digitaal beeld. Beelden met hoge resolutie bevatten meer pixels en bevatten meer details dan beelden met lage resolutie.
170
Bijlagen >
Woordenlijst
Sluitertijd
De sluitertijd is de hoeveelheid tijd die nodig is om de sluiter te openen en te sluiten. Dit is een belangrijke factor voor de helderheid van een foto, aangezien hiermee de hoeveelheid licht wordt geregeld die door het diafragma op de beeldsensor valt. Met een kortere sluitertijd valt er minder licht naar binnen en wordt de foto donkerder, maar is het ook eenvoudiger om de beweging van het onderwerp te bevriezen.
Witbalans (kleurbalans)
Een aanpassing van de intensiteit van kleuren (meestal de primaire kleuren rood, groen en blauw) in een beeld. Het doel van het aanpassen van de witbalans, of kleurbalans, is de kleuren van een beeld correct weergeven.
sRGB (Standard RGB)
Internationale norm voor kleurruimte, vastgesteld door de IEC
(International Electrotechnical Commission). Deze norm is vastgesteld op basis van kleurruimte voor computermonitoren en wordt ook gebruikt als de standaardkleurruimte voor Exif.
Wi-Fi
Wi-Fi is een technologie waarmee elektronische apparaten draadloos gegevens kunnen uitwisselen via een netwerk.
WPS (Wi-Fi Protected Setup)
WPS is een technologie voor beveiliging van draadloze thuisnetwerken.
Vignetten
Een vermindering van de helderheid of de verzadiging van een beeld bij de randen in vergelijking met het midden van het beeld. Vignetten kan de aandacht richten op onderwerpen die in het midden van een beeld zijn geplaatst.
171
Bijlagen
Optionele accessoires
Lens
SAMSUNG 18-55 mm
F3.5-5.6 OIS III
SAMSUNG 16 mm F2.4
SAMSUNG 20-50 mm
F3.5-5.6 ED II
SAMSUNG 20 mm F2.8
Lens
SAMSUNG 85 mm F1.4 ED SSA
Externe flitser
SAMSUNG 30 mm F2 SAMSUNG 50-200 mm
F4-5.6 ED OIS II
SEF42A
GPS
GPS10
SEF220A
SAMSUNG 60 mm F2.8
Macro ED OIS SSA
SAMSUNG 18-200 mm
F3.5-6.3 ED OIS
172
Bijlagen >
Optionele accessoires
Overige accessoires
Cameratas
De cameratas kan apart worden aangeschaft.
Camera-etui
Het camera-etui kan apart worden aangeschaft.
Geheugenkaart
Dit product accepteert de geheugenkaarten
SD (Secure Digital), SDHC (Secure Digital High
Capacity), SDXC (Secure Digital eXtended
Capacity), microSD, microSDHC of microSDXC.
Filter
U kunt allerlei kleureffecten bereiken door filters voor de lens te plaatsen.
USB-kabel
U kunt extra USB-kabels aanschaffen.
HDMI-kabel
U kunt high-definition foto's en video's bekijken door de camera met de HDMI-kabel
(HDMI type C) op een HDMI-monitor aan te sluiten.
Overige accessoires
Draadontspanner (micro USB-type)
De ontspanknop vermindert bewegingsonscherpte als u deze gebruikt met een statief.
Polslus
De polslussen kunnen apart worden aangeschaft.
Batterij
U kunt extra batterijen aanschaffen.
Snelle batterijoplader
U kunt een optionele snelle batterijoplader aanschaffen.
•
De afbeeldingen kunnen afwijken van de werkelijke artikelen. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van deze optionele accessoires voor meer informatie.
•
Gebruik alleen door Samsung goedgekeurde accessoires. Samsung is niet verantwoordelijk voor schade die door het gebruik van accessoires van derden ontstaat.
173
Bijlagen
Index
A
B
Batterij
Bestanden
C
Camera
Aansluiten als verwisselbare
D
Digitale afdrukbestelling
E
F
Flitser
Foto's
G
H
I
K
174
Bijlagen >
Index
L
Lenzen
M
O
Opnamemodi
Optionele accessoires
Optische beeldstabilisatie
P
R
S
Snelheid
T
V
Video's
W
3
175
Bijlagen
Correcte afvoer van dit product
(inzameling en recycling van elektrische en elektronische apparatuur)
(Van toepassing in de Europese Unie en andere Europese landen waar afval gescheiden wordt ingezameld.)
Dit merkteken op het product, de accessoires of het informatiemateriaal duidt erop dat het product en zijn elektronische accessoires
(bv. lader, headset, USB-kabel) niet met ander huishoudelijk afval verwijderd mogen worden aan het einde van hun gebruiksduur. Om mogelijke schade aan het milieu of de menselijke gezondheid door ongecontroleerde afvalverwijdering te voorkomen, moet u deze artikelen van andere soorten afval scheiden en op een verantwoorde manier recyclen, zodat het duurzame hergebruik van materiaalbronnen wordt bevorderd. Huishoudelijke gebruikers moeten contact opnemen met de winkel waar ze dit product hebben gekocht of met de gemeente waar ze wonen om te vernemen waar en hoe ze deze artikelen milieuvriendelijk kunnen laten recyclen. Zakelijke gebruikers moeten contact opnemen met hun leverancier en de algemene voorwaarden van de koopovereenkomst nalezen. Dit product en zijn elektronische accessoires mogen niet met ander bedrijfsafval voor verwijdering worden gemengd.
Correcte afvoer van de batterijen in dit product
(Van toepassing op de Europese Unie en andere Europese landen met afzonderlijke inzamelingssystemen voor accu’s en batterijen)
Dit merkteken op de accu, gebruiksaanwijzing of verpakking geeft aan dat de accu in dit product aan het einde van de levensduur niet samen met ander huishoudelijk afval mag worden weggegooid. De chemische symbolen Hg, Cd of Pb geven aan dat het kwik-, cadmium- of loodgehalte in de accu hoger is dan de referentieniveaus in de Richtlijn
2006/66/EC. Indien de gebruikte accu niet op de juiste wijze wordt behandeld, kunnen deze stoffen schadelijk zijn voor de gezondheid van mensen of het milieu.
Ter bescherming van de natuurlijke hulpbronnen en ter bevordering van het hergebruik van materialen, verzoeken wij u afgedankte accu’s en batterijen te scheiden van andere soorten afval en voor recycling aan te bieden bij het gratis inzamelingssysteem voor accu’s en batterijen in uw omgeving.
Deze apparatuur mag in alle EU-landen worden gebruikt.
In Frankrijk mag deze apparatuur alleen binnenshuis worden gebruikt.
176
Declaration of Conformity
Product details
For the following
Product : DIGITAL CAMERA
Model(s) : NX210 and the Eco-Design Directive (2009/125/EC) implemented by
Regulations (EC) No 278/2009 for external power supplies.
Declaration & Applicable standards
We hereby declare that the product(s) above is(are) in compliance with the essential requirements and other provisions of the R&TTE
Directive (1999/5/EC), the Low Voltage Directive (2006/95/EC) and the Electromagnetic Compatibility Directive (2004/108/EC) by application of:
EN 60950-1:2006+A1:2010 EN 55024:1998+A1:2001+A2:2003
EN 55022:2006+A1 :2007 EN 61000-3-2:2006 +A1:2009 +A2:2009
EN 61000-3-3:2008
EN 301 489-1 v1.8.1
EN62311 :2008
EN 300 328 v1.7.1
EN 301 489-17 V2.1.1
Representative in the EU
Samsung Electronics Euro QA Lab.
Blackbushe Business Park
Saxony Way, Yateley, Hampshire
GU46 6GG, UK
(YEAR TO BEGIN AFFIXING CE MARKING 2012)
5 April, 2012
(Place and date
of issue)
Joong-Hoon Choi / Lab. Manager
(Name and signature of authorized person)
* This is not the address of Samsung Service Centre. For the address or the phone number of Samsung Service Centre, see the warranty card or contact the retailer where you purchased your product.
177
Bijlagen
Verklaring in officiële talen
Land
Cesky
Dansk
Deutsch
Eesti
English
Español
Ελληνική
Français
Italiano
Latviski
Lietuvių
Nederlands
Malti
Verklaring
Samsung Electronics tímto prohlašuje, že tento digitální fotoaparát je ve shod ě se základními požadavky a dalšími příslušnými ustanoveními sm ěrnice 1999/5/ES.
Samsung Electronics erklærer herved, at digitale kameraer overholder de væsentlige krav og øvrige relevante krav i direktiv 1999/5/
EF.
Hiermit erklärt Samsung Electronic, dass sich die Digitalkamera in Übereinstimmung mit den grundlegenden Anforderungen und den
übrigen einschlägigen Bestimmungen der Richtlinie 1999/5/EG befindet.
Käesolevaga kinnitab Samsung Electronics digitaalkaamera vastavust direktiivi 1999/5/EÜ põhinõuetele ja nimetatud direktiivist tulenevatele teistele asjakohastele sätetele.
Hereby, Samsung Electronics declares that this digital camera is in compliance with the essential requirements and other relevant provisions of Directive 1999/5/EC.
Por medio de la presente Samsung Electronics declara que la cámara digital cumple con los requisitos esenciales y cualesquiera otras disposiciones aplicables o exigibles de la Directiva 1999/5/CE.
ΜΕ ΤΗΝ ΠΑΡΟΥΣΑ η Samsung Electronics ΔΗΛΩΝΕΙ ΟΤΙ η ψηφιακή φωτογραφική μηχανή ΣΥΜΜΟΡΦΩΝΕΤΑΙ ΠΡΟΣ ΤΙΣ
ΟΥΣΙΩΔΕΙΣ ΑΠΑΙΤΗΣΕΙΣ ΚΑΙ ΤΙΣ ΛΟΙΠΕΣ ΣΧΕΤΙΚΕΣ ΔΙΑΤΑΞΕΙΣ ΤΗΣ ΟΔΗΓΙΑΣ 1999/5/ΕΚ.
Par la présente Samsung Electronic déclare que l'appareil photo numérique est conforme aux exigences essentielles et aux autres dispositions pertinentes de la directive 1999/5/CE.
Con la presente Samsung Electronicsdichiara che questa fotocamera digitale è conforme ai requisiti essenziali e alle altre disposizioni stabilite dalla Direttiva 1999/5/CE.
Ar šo Samsung Electronics deklar ē, ka digitālā kamera atbilst Direktīvas 1999/5/EK būtiskajām prasībām un citiem ar to saistītajiem noteikumiem.
Šiuo Samsung Electronics deklaruoja, kad šis skaitmeninis fotoaparatas, atitinka esminius reikalavimus ir kitas 1999/5/EB Direktyvos nuostatas.
Hierbij verklaart Samsung Electronics dat de digitale camera in overeenstemming is met de essentiële eisen en de andere relevante bepalingen van richtlijn 1999/5/EG.
Hawnhekk, Samsung Electronics, tiddikjara li din il-kamera di ġitali hi konformi mar-rekwiżiti essenzjali u ma' dispożizzjonijiet rilevanti o ħrajn ta' Direttiva 1999/5/KE.
178
Bijlagen >
Verklaring in officiële talen
Land
Magyar
Polski
Português
Slovensko
Slovensky
Suomi
Svenska
Български
Română
Norsk
Türkiye
Íslenska
Verklaring
A Samsung Electronics kijelenti, hogy ez a digitális fényképez őgép megfelel az 1999/5/EK irányelv alapvetõ követelményeinek és egyéb vonatkozó elõírásainak.
Niniejszym firma Samsung Electronics o świadcza, że ten aparat cyfrowy jest zgodny z zasadniczymi wymogami oraz pozostałymi stosownymi postanowieniami Dyrektywy 1999/5/WE.
Samsung Electronics declara que esta câmera digital está conforme os requisitos essenciais e outras disposições da Directiva
1999/5/CE.
Samsung Electronics izjavlja, da je ta digitalni fotoaparat v skladu z bistvenimi zahtevami in ostalimi relevantnimi dolo čili direktive
1999/5/ES.
Samsung Electronics týmto vyhlasuje, že tento digitálny fotoaparát sp ĺňa základné požiadavky a všetky príslušné ustanovenia
Smernice 1999/5/ES.
Samsung Electronics vakuuttaa täten että tämä digitaalikamera on direktiivin 1999/5/EY oleellisten vaatimusten ja sitä koskevien direktiivin muiden ehtojen mukainen.
Härmed intygar Samsung Electronicsatt dessa digitalkameror står i överensstämmelse med de väsentliga egenskapskrav och övriga relevanta bestämmelser som framgår av direktiv 1999/5/EG.
С настоящото Samsung Electronics декларира, че този цифров фотоапарат е в съответствие със съществените изисквания и другите приложими разпоредби на Директива 1999/5/ЕК.
Prin prezenta, Samsung Electronics, declar ă că această cameră foto digitală este în conformitate cu cerinţele esenţiale şi alte prevederi relevante ale Directivei 1999/5/CE.
Samsung Electronicserklærer herved at dette digitalkameraet er i samsvar med de grunnleggende krav og øvrige relevante krav i direktiv 1999/5/EF.
Bu belge ile, Samsung Electronics bu dijital kameranın 1999/5/EC Yönetmeliginin temel gerekliliklerine ve ilgili hükümlerine uygun oldu ğunu beyan eder.
Hér með lýsir Samsung Electronics því yfir að þessi stafræna myndavél sé í samræmi við grunnkröfur og önnur ákvæði tilskipunar
1999/5/EB.
179
Raadpleeg voor klantenservice of bij vragen de garantie-informatie die met het product is meegeleverd of bezoek onze website www.samsung.com.
advertisement
* Your assessment is very important for improving the workof artificial intelligence, which forms the content of this project
Related manuals
advertisement
Table of contents
- 7 Pictogrammen in deze gebruiksaanwijzing
- 7 Pictogrammen van de opnamemodus
- 14 Fotografie-concepten en conventies
- 14 Houding
- 14 De camera vasthouden
- 14 Staand fotograferen
- 15 Geknield fotograferen
- 15 Diafragma
- 16 Diafragma en scherptediepte
- 17 Sluitertijd
- 18 ISO-waarde
- 19 Hoe diafragma, sluitertijd en ISO-waarde de belichting beïnvloeden
- 20 Samenhang tussen brandpuntsafstand, beeldhoek en perspectief
- 21 Scherptediepte
- 21 Wat bepaalt de vervagingseffecten?
- 23 Scherptediepte bekijken
- 23 Compositie
- 23 De regel van derden
- 24 Foto's met twee onderwerpen
- 25 Flitser
- 25 Richtgetal van flitser
- 26 Bounce-fotografie
- 27 Mijn camera
- 28 Aan de slag
- 28 Uitpakken
- 29 Onderdelen en functies
- 32 Pictogrammen op het scherm
- 32 In de opnamemodus
- 32 Foto's maken
- 33 Video's opnemen
- 33 Over de peilmeter
- 34 In de afspeelmodus
- 34 Foto's weergeven
- 34 Video's afspelen
- 35 Lenzen
- 35 Lensindeling
- 36 De lens vergrendelen of ontgrendelen
- 38 Markeringen op de lens
- 39 Accessoires
- 39 Onderdelen van externe flitser
- 40 De flitser aansluiten
- 42 Indeling van GPS-module (optioneel)
- 42 De GPS-module aansluiten
- 44 Opnamemodi
- 44 Smart Auto-modus
- 45 Programmamodus
- 45 Programmaverschuiving
- 46 Diafragmaprioriteitmodus
- 46 Sluitertijdvoorkeuzemodus
- 47 Handmatige modus
- 47 Kadermodus
- 47 Bulb gebruiken
- 48 Lensprioriteitsmodus
- 48 De i-effect-modus gebruiken
- 49 i-Function gebruiken in de modi PASM
- 50 i-zoom gebruiken
- 51 Magische modus
- 52 Scènemodus
- 55 Filmmodus
- 56 Beschikbare functies in de opnamemodus
- 57 Opnamefuncties
- 58 Formaat
- 58 Opties voor fotoformaat
- 59 Opties voor videoformaat
- 60 Kwaliteit
- 60 Opties voor fotokwaliteit
- 60 Opties voor videokwaliteit
- 61 ISO-waarde
- 62 Witbalans (lichtbron)
- 62 Witbalansopties
- 63 Voorgeprogrammeerde opties aanpassen
- 65 Fotowizard (fotostijlen)
- 66 AF-modus
- 66 Enkelvoudige AF
- 67 Continu AF
- 67 Handmatige scherpstelling
- 68 AF-gebied
- 68 Keuze AF
- 69 Multi AF
- 69 Gezichtsdet. AF
- 70 Zelfportret AF
- 71 MF-help
- 72 Optische beeldstabilisatie (OIS)
- 72 OIS-opties
- 73 Snelheid (opnamemethode)
- 73 1 opname
- 73 Continu
- 74 Burst
- 74 Timer
- 75 Opnamereeks met verschillende belichtingen (AE BKT)
- 75 Witbalansbracketing (WB BKT)
- 76 Fotowizardbracketing (F Wiz BKT)
- 76 Bracketing instellen
- 77 Flitser
- 77 Flitsopties
- 78 Rode ogen corrigeren
- 78 De flitssterkte aanpassen
- 80 L.meting
- 80 Multi
- 81 Centr. gewogen
- 81 Spot
- 82 De belichtingswaarde in het scherpstelgebied meten
- 83 HDR-bereik
- 84 Kleurselectie
- 85 Kleurruimte
- 86 Belichtingscompensatie/-vergrendeling
- 86 Belichtingscompensatie
- 87 Belichtingsvergendeling
- 88 Videofuncties
- 88 Film AE-modus
- 88 Multi Motion
- 89 In-/uitfaden
- 89 Spraak
- 90 Weergeven en bewerken
- 91 Bestanden zoeken en beheren
- 91 Foto's weergeven
- 91 Miniaturen weergeven
- 92 Bestanden op categorie bekijken in Smart Album
- 92 Bestanden weergeven als map
- 93 Bestanden beveiligen
- 93 Bestanden verwijderen
- 93 Afzonderlijke bestanden wissen
- 94 Meerdere bestanden wissen
- 94 Alle bestanden verwijderen
- 95 Foto's weergeven
- 95 Een foto vergroten
- 95 Een diashow weergeven
- 96 Automatisch draaien
- 97 Video's afspelen
- 97 Een video tijdens het afspelen bijsnijden
- 98 Een beeld tijdens het afspelen afzonderlijk opslaan
- 99 Foto's bewerken
- 99 Optie
- 101 Draadloos netwerk
- 102 Verbinding maken met een WLAN en netwerkinstellingen configureren
- 102 Verbinding maken met een WLAN
- 103 Netwerkopties instellen
- 103 Het IP-adres handmatig instellen
- 104 De aanmeldingsbrowser gebruiken
- 105 Tips over netwerkverbinding
- 106 Tekst ingeven
- 107 Foto's of video's verzenden naar een smartphone
- 108 Een smartphone gebruiken als externe ontspanknop
- 110 Websites voor het delen van foto's of video's gebruiken
- 110 Een website openen
- 110 Foto's of video's uploaden
- 112 Foto's of video's via e-mail verzenden
- 112 E-mailinstellingen wijzigen
- 112 Uw gegevens opslaan
- 113 Een e-mailwachtwoord instellen
- 113 Het e-mailwachtwoord wijzigen
- 114 Foto's of video's via e-mail verzenden
- 116 Foto's uploaden naar een cloudserver
- 117 Automatische back-up gebruiken om foto's of video's te verzenden
- 117 Het programma voor Automatische back-up installeren op uw pc
- 117 Foto's of video's verzenden naar een pc
- 119 Foto's of video's weergeven op een tv met TV Link functionaliteit
- 121 Foto's verzenden via Wi-Fi Direct
- 122 Over de WOL-functie Wake on LAN
- 122 De pc instellen om wakker te worden uit de slaapmodus
- 123 De pc instellen om te worden ingeschakeld
- 124 Camera-instellingenmenu
- 125 Gebruikersinstellingen
- 125 ISO aanpassen
- 125 ISO-stap
- 125 Auto ISO bereik
- 125 Ruisonderdrukking
- 125 DMF (Direct Manual Focus)
- 126 AF-prioriteit
- 126 Vervormingscorrectie
- 126 iFn aanpassen
- 127 Gebruikersdisplay
- 128 Knoptoewijzing
- 128 Rasterlijn
- 128 AF-lamp
- 129 Instellingen 1
- 131 Instellingen 2
- 132 Instellingen 3
- 133 GPS
- 134 Verbinding maken met externe apparaten
- 135 Bestanden weergeven op een HDTV of een 3D-televisie
- 135 Bestanden weergeven op een HDTV
- 136 Bestanden weergeven op een 3D-televisie
- 137 Foto's afdrukken
- 137 Foto's met een PictBridge-fotoprinter afdrukken
- 138 Afdrukopties instellen
- 138 Een afdrukbestelling maken (DPOF)
- 139 DPOF-opties
- 140 Bestanden naar de computer overbrengen
- 140 Bestanden overbrengen naar een Windows-computer
- 140 De camera aansluiten als verwisselbare schijf
- 141 De camera loskoppelen (Windows XP)
- 141 Bestanden overbrengen naar een Mac-computer
- 142 Programma's gebruiken op een pc
- 142 Software installeren
- 142 Programma's op de cd-rom
- 143 Intelli-studio gebruiken
- 143 Vereisten
- 144 De interface van Intelli-studio gebruiken
- 145 Hiermee kunt u bestanden overbrengen met Intelli-studio
- 146 Samsung RAW Converter gebruiken
- 146 Vereisten voor Windows
- 146 Vereisten voor Mac
- 147 De interface van Samsung RAW Converter gebruiken
- 147 RAW-bestanden bewerken
- 149 Bijlagen
- 150 Foutmeldingen
- 151 Onderhoud van de camera
- 151 Reiniging van de camera
- 151 Cameralens en -scherm
- 151 Beeldsensor
- 151 Camerabehuizing
- 152 De camera gebruiken of opbergen
- 152 Ongeschikte plaatsen voor het gebruiken of opbergen van de camera
- 152 Gebruik op het strand of aan de waterkant
- 152 Camera voor langere tijd opbergen
- 153 Wees voorzichtig bij gebruik in vochtige omgevingen
- 153 Overige aandachtspunten
- 154 Geheugenkaart
- 154 Ondersteunde geheugenkaart
- 154 Capaciteit van de geheugenkaart
- 156 Aandachtspunten bij gebruik van geheugenkaarten
- 157 De batterij
- 157 Batterijspecificaties
- 158 Opnameduur van de batterij
- 158 Bericht Batterij bijna leeg
- 158 De batterij gebruiken
- 158 De batterij opladen
- 159 Voordat u contact opneemt met een servicecenter
- 162 Cameraspecificaties
- 167 Woordenlijst
- 173 Optionele accessoires
- 175 Index
- 179 Verklaring in officiële talen