advertisement
▼
Scroll to page 2
of 20
75500G-M Gebruiksaanwijzing en installatievoorschrift NL Gaskookplaat 2 Wij danken u voor uw keuze voor een van onze producten van hoogwaardige kwaliteit. Lees deze gebruiksaanwijzing alstublieft zorgvuldig door, zo kunt u zeker zijn van optimale en professionele prestaties van uw apparaat. De handleiding zal u in staat stellen om alle processen perfect en op de meest efficiënte wijze te laten verlopen. Wij adviseren u deze handleiding op een veilige plaats te bewaren, dan kunt u hem te allen tijde raadplegen. Geef deze handleiding ook aan een eventuele toekomstige eigenaar van het apparaat. Wij wensen u veel plezier met uw nieuwe apparaat. 3 Inhoud Voor de gebruiker Waarschuwingen en adviezen .......................................................................................................... 4 Aanwijzingen voor de gebruiker ..................................................................................................... 6 Onderhoud ............................................................................................................................................... 9 Service en originele onderdelen .................................................................................................... 18 Voor de installateur Technische gegevens .......................................................................................................................... 11 Aanwijzingen voor de installateur ................................................................................................ 11 Elektrische aansluiting ...................................................................................................................... 12 Gasaansluiting ...................................................................................................................................... 13 Ombouw naar vloeibaar gas ........................................................................................................... 14 Inbouw ..................................................................................................................................................... 15 Inbouw en montage ........................................................................................................................... 16 Inbouwmogelijkheden ....................................................................................................................... 17 Over deze gebruiksaanwijzing Onderstaande symbolen vindt u in de tekst en hebben de volgende betekenis: Aanwijzingen m.b.t. de veiligheid ) Aanwijzingen m.b.t. het gebruik Adviezen en tips Informatie m.b.t. het milieu Dit apparaat voldoet aan de EU-richtlijnen: 2006/95 - 2004/108 - 90/396 en de daarbij behorende besluiten. FABRIKANT: ELECTROLUX ITALIA S.p.A. C.so Lino Zanussi, 30 33080 Porcia (PN) - ITALY Deze instructies gelden alleen voor de landen waarvan het identificatie symbool is aangebracht op het titelblad van het instructieboekje en het apparaat zelf. 4 Nederlands Waarschuwingen en adviezen Deze waarschuwingen zijn bedoeld voor uw en andermans veiligheid. U wordt geacht ze gelezen te hebben, alvorens u het apparaat installeert en/of in gebruik neemt. Installatie • Het installeren en aansluiten van het apparaat dient door een erkend installateur te geschieden. • Sluit het apparaat aan op het juiste type gas, zoals vermeld op de sticker naast de gasaansluiting van de kookplaat. • Dit toestel is niet aangesloten op een afvoerkanaal voor verbrandingsgassen. Het moet geplaatst en aangesloten worden in overeenstemming met de geldende voorschriften. Bijzondere aandacht moet worden gegeven aan die punten die betrekking hebben op de ventilatie. • Door het gebruik van een kooktoestel op gas wordt et warmte en vochtigheid geproduceerd in het lokaal waar het toestel is opgesteld. Waak erover dat de keuken goed verlucht wordt waarbij u de natuurlijke verluchting openlaat of een mechanische voorziening aanbrengt (mechanische dampkap). • Een langduring en intensief gebruik van het toestel kan een bijkomende verluchting vereisen, bijv. door het openen van een raam, of een efficiëntere verluchting, bijv. door het vermogen van de mechanische ventilatie te verhogen, als deze aanwezing is. • Controleer het apparaat na het uitpakken op beschadigingen. Controleer ook het aansluitsnoer op beschadigingen. Neem in geval van beschadiging contact op met uw leverancier. • De fabrikant wijst elke aansprakelijkheid ten aanzien van schade of letsel af, indien bovenstaande veiligheidsmaatre- gelen niet zijn getroffen of in acht genomen. Tijdens het gebruik • Dit apparaat is bedoeld voor het gebruik door volwassenen. Het is gevaarlijk om kinderen het apparaat te laten bedienen of als speelgoed te laten gebruiken. • Dit apparat is bedoeld en gemaakt voor het bereiden van voedsel in het huishouden; gebruik het nergens anders voor. • Het is gevaarlijk om, in welke vorm dan ook, dit apparaat of eigenschappen daarvan te veranderen. • Om hygiënische en veiligheidsredenen moet het apparaat altijd schoon worden gehouden. Vet- en/of voedselresten kunnen brand veroorzaken. • Controleer altijd of de bedieningsknoppen in de “UIT” stand staan, als de kookplaat niet meer wordt gebruikt. • Mocht er in de buurt van de kookplaat een stopcontact zijn, waarop af en toe een ander huishoudelijk apparaat wordt aangesloten, zorg er dan voor, dat het snoer niet in contact komt met hete delen van de kookplaat. • Als de kookplaat niet wordt gebruikt, trek dan de stekker van de vonkontsteking uit het stopcontact. • Trek altijd de stekker van de vonkontsteking uit het stopcontact bij het schoonmaken en onderhoud van de kookplaat. • Zorg altijd voor voldoende ventilatie. 5 Gebrek aan ventilatie kan gebrek aan zuurstof veroorzaken. Veiligheid van personen • Houd tijdens het in gebruik zijn van de kookplaat kinderen uit de buurt. Ook na het uitschakelen blijft het apparaat lang heet. Let op dat kinderen de warme delen niet aanraken tijdens het afkoelen. • Dit apparaat mag niet gebruikt worden door kinderen of andere personen wiens lichamelijke, motorische of geestelijke gesteldheid of gebrek aan ervaring en kennis die daardoor het apparaat niet kunnen gebruiken zonder supervisie of instructies van een verantwoordelijk persoon om zeker te zijn van dat het apparaat veilig kan worden gebruikt. • Laat inspectie- en/of herstelwerkzaamheden uitvoeren door ELECTROLUX SERVICE en laat geen andere dan originele DISTRIPARTS onderdelen plaatsen. Service • Reparaties aan het apparaat mogen alleen door vakmensen worden uitgevoerd. Onvakkundige reparaties kunnen tot aanzienlijke risico's leiden. Informatie m.b.t. het milieu Houd bij het weggooien van de verpakking rekening met de veiligheid en het milieu. Als u een oud apparaat afdankt, maak het dan onbruikbaar door het aansluitsnoer af te snijden. Het symbool op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als huishoudafval mag worden behandeld. Het moet echter naar een plaats worden gebracht waar elektrische en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit product op de correcte manier wordt verwijderd, voorkomt u mogelijk voor mens en milieu negatieve gevolgen die zich zouden kunnen voordoen in geval van verkeerde afvalbehandeling. Voor meer details in verband met het recyclen van dit product, neemt u het best contact op met de gemeentelijke instanties, het bedrijf of de dienst belast met de verwijdering van huishoudafval of de winkel waar u het product hebt gekocht. Het is uiterst belangrijk dat het bij het apparaat behorende instructieboekje bewaard blijft. Zou het apparaat door u aan iemand anders gegeven of verkocht worden, of zou het apparaat in het huis van waaruit u verhuist achterblijven, dan dient de nieuwe gebruik(st)er over het instuctieboekje en de daarin opgenomen waarschuwingen te kunnen beschikken. 6 Aanwijzingen voor de gebruiker Bedieningsknoppen De bedieningsknoppen van de branders hebben drie standen: z gesloten - uit maximale gastoevoer minimale gastoevoer Aansteken van de branders Steek de brander altijd aan voordat u er een pan opzet. Geïntegreerde ontsteking ) Druk de bij de brander horende knop geheel in en draai hem op de hoogste stand ( ). Maar houdt vervolgens de knop nog 5 seconden geheel ingedrukt. Dat is nodig om de vlambeveiliging in te schakelen. De vlam beveiliging voorkomt (afb. 1 - D ), dat het gas blijft doorstromen, als de vlam uitwaait of uitgaat door een storing in het gasnet. Zet vervolgens de knop in de gewenste stand. Mocht na verschillende pogingen de brander niet aan gaan, controleer dan of de vlamverdeler (afb. 1 - B) en het branderdeksel (afb. 1 - A) goed op hun plaats liggen. Om de brander uit te schakelen draait u de knop rechtsom op de UIT "z" stand. Luciferontsteking Steek de lucifer aan. Druk de knop van de betreffendebrander in en draai hem linksom. Steek de brander direkt aan. Zet vervolgens de knop in de gewenste stand. A - Branderdeksel B - Vlamverdeler C - Vonkontsteking D - Vlambeveiliging afb. 1 7 Het ontstekingsmechanisme mag niet langer dan 15 seconden ingedrukt worden. Als de brander niet aan is na 15 seconden, wacht dan minstens 1 minuut voordat u het nogmaals probeert. Als de brander per ongeluk dooft, zet dan de knop op UIT " z " en wacht minstens 1 minuut voordat u het nogmaals probeert. Waarschuwing Druk nooit op de knop van de brander als het branderdeksel niet op de brander ligt. Doet u dat wel, dan kan de ontstekingsunit z’n zeer hoge spanning niet kwijt hetgeen tot beschadiging van de ontstekingsunit kan leiden. Zet altijd eerst de brander lager of uit voordat u de pan van de brander neemt. 8 Optimaal rendement Voor een optimaal rendement moet de diameter van de pan aangepast zijn aan de brander, zodat de vlammen niet langs de zijkant uitslaan (zie tabel). Wij adviseren ook om de vlam lager te zetten zodra het kookpunt bereikt is. • Gebruik alleen pannen met een vlakke bodem. Wees voorzichtig als u olie of andere vetstoffen gebruikt (zoals bij het frituren). Olie en vet ontbranden gemakkelijk bij oververhitting. Brander minimale diameter maximale diameter Sterk 180 mm 260 mm achter voor 120 mm 120mm 220 mm 180 mm Sudder 80 mm 160 mm Normaal Voor een juist gebruik van de kookplaat Om minder gas te verbruiken en een beter rendement te behalen, alleen pannen gebruiken met een platte bodem en met afmetingen die geschikt zijn voor de branders, zoals aangegeven in de tabel onderaan deze pagina. Let er bovendien op dat u, zodra een vloeistof gaat koken, de vlam lager zet op een stand die voldoende is om de vloeistof aan de kook te houden. Tijdens bereidingsmethoden waarbij vetten of oliën gebruikt worden uw gerechten goed in de gaten houden; deze stoffen kunnen, wanneer ze op hoge temperatuur gebracht worden, in brand vliegen. Roestvrij staal kan, als het blootgesteld wordt aan extreme hitte, bruin worden. Daarom raden wij langdurig gebruik van een grillsteen, schaal van ongeglazuurd aardewerk of pan van gietijzer af. Vermijd het gebruik van aluminiumfolie om de kookplaat tijdens het gebruik te beschermen. Vergewis u ervan dat de pannen niet uitsteken buiten de randen van de kookplaat en dat ze midden op de branders staan teneinde minder gas te verbruiken. Zet geen onstabiele of vervormde pannen op de branders: ze zouden om kunnen vallen of de inhoud zou over de rand kunnen lopen, waardoor ongelukken kunnen ontstaan. De pannen mogen niet op de bedieningszone staan. 9 Onderhoud Trek voordat u de kookplaat gaat schoonmaken altijd eerst de stekker uit het stopcontact en laat de kookplaat afkoelen. Dit apparaat kan niet gereinigd worden met stoom of een stoomreiniger. Voor het reinigen van de emaille delen mag nooit een agressief middel gebruikt worden. Maak een sopje van warm water met afwasmiddel. Maak zeer regelmatig de branders schoon, verwijder voedselresten, maak de branderringen en -deksels goed droog met een zacht doekje voordat u ze weer terug zet. De pannendragers ook met een sopje van afwasmiddel schoonmaken. Gebruik voor het verwijderen van lastige vlekken nooit een pannenspons van staalwol, een agressief schoonmaakmiddel of een pannenspons met een harde laag. Gebruik voor het verwijderen van hardnekkig vuil daarvoor in de handel zijnde schoonmaakmiddelen zonder schurende werking. Laat geen zure alkalische stoffen (bijv, azijn, zout, citroensap enz...) op de kookplaat liggen. De pannendragers van de kookplaat De pannendragers kunnen van de kookplaat verwijderd worden zodat ze beter kunnen worden schoongemaakt. De pannensteunen mogen niet in de vaatwasser worden afgewassen; ze moeten met de hand worden afgewassen. De geëmailleerde roosters kunnen met warm zeepsop worden gereinigd. Zorg ervoor dat u de pannensteunen op de juiste manier 10 terugplaatst nadat u ze heeft afgewassen. Voor een juiste werking van de branders moet u ervoor zorgen dat de pannendragers met de concentrische spaken op de brander staan, zoals afgebeeld in figuur 2. JA Vonkontsteking De vonkontsteking, bestaand uit een elektrode gevat in een keramisch omhulsel, moet vrij worden gehouden van voedselresten en vocht, omdat anders de ontsteking niet functioneert (afb. 1 - C). Controleer of de branderring poorten schoon zijn. afb. 2 GEEN Periodiek onderhoud Laat af en toe door een erkend installateur of ELECTROLUX SERVICE controleren of de gasslang en/of gasaansluiting nog in een goede staat verkeren. afb. 3 11 Technische gegevens Vermogen gasbranders Sterkbrander Normaalbrander Sudderbrander Categorie Voeding gas Uitsnijmaat 3,0 kW 2,0 kW 1,0 kW II2L3B/P Aardgas G25 (2L) 25 mbar Koppeling gas Aansluiting aan Apparaat klasse G 1/2" 230 V ~50 Hz 3 Breedte Diepte Kookplaat Breedte Diepte Aanwijzingen voor de installateur De fabrikant wijst elke aansprakelijkheid ten aanzien van schade of letsel of, indien b o v e n s t a a n d e veiligheidsmaatregelen niet zijn getroffen. De installatie en de aansluiting dienen door een erkend installateur uitgevoerd te worden, volgens de hem bekende voorschriften en eventuele voorschriften van het plaatselijk energiebedrijf. De aansluiting dient van een GIVEGgoedgekeurde aansluitgaskraan met koppeling te worden voorzien. Het vervangen van elektrische bekabeling mag alleen gebeuren door het technische service center of door personeel met gelijke kundigheid, overeenkomstig met de huidige bepalingen. 560 mm 480 mm 744 mm 510 mm 12 Elektrische aansluiting De aansluiting moet volgens NEN 1010 en eventuele speciale voorschriften van het plaatselijke energiebedrijf worden uitgevoerd. • Het apparaat wordt stekkerklaar geleverd. Het aansluitsnoer moet worden aangesloten op een geaarde wandcontactdoos (230 V~ 50 Hz). Deze wandcontactdoos moet overeenkomstig de voorschriften geïnstalleerd zijn. • Controleer of de zekeringen en de huisinstallatie de belasting van het apparaat kunnen verdragen (zie typeplaatje). • Het stopcontact moet geaard zijn. • Het stopcontact of de meerpolige schakelaar moeten makkelijk toegankelijk zijn. • Als u het apparaat direct aan het net aansluit, moet tussen net en apparaat een meerpolige schakelaar worden aangebracht die tussen de contacten een opening van minimaal 3 mm heeft. De aardleiding mag nooit worden onderbroken. • Het aansluitsnoer moet zodanig worden geïnstalleerd dat het niet heter kan worden dan 90°C. De gaskookplaat is voorzien van een 3aderig aansluitsnoer met randaardestekker. De netspanning moet 230 V~50Hz zijn. • Het vervangen van elektrische bekabeling mag alleen gebeuren door het technische service center of door personeel met gelijke kundigheid, overeenkomstig met de huidige bepalingen. Neutraal Aarde (geel/groen) afb. 4 Vervangen van het aansluitsnoer Het aansluitsnoer mag alleen door een erkend installateur worden vervangen. Voor het vervangen van het snoer mag alleen type H05V2V2-F T9 worden gebruikt, aangepast aan temperatuur en belasting. Bovendien moet de groen/gele aardleiding zo’n 2 cm langer zijn dan de faseleiding en de nulleiding (afb. 4). Om de klep van het klemmenbord te openen gaat u te werk als in afb. 5. afb. 5 13 Gasaansluiting Attentie Bij het gebruik van het apparaat wordt er bij de verbranding van aardgas zuurstof onttrokken aan de lucht. Zorg daarom voor voldoende ventilatie. De aansluiting moet volgens NEN 1078 gemaakt worden. De kookplaat is vanuit de fabriek gemaakt en ingesteld voor de gassoort zoals aangegeven op het typeplaatje. Overtuig u ervan dat deze gegevens overeenkomen met de geleverde gassoort in de woning. Een haakse fitting met 1/2" wartel A (NEN 3258) en ringetje worden meegeleverd (afb. 6). Schroef de onderdelen eerst losjes in elkaar, bepaal de juiste richting en draai de wartel daarna stevig vast. Indien de koppeling van de gasslang niet past op de schroefdraad van de meegeleverde haakse fitting, gebruik dan de met de kookplaat meegeleverde adapter. WAARSCHUWING Controleren of alle verbindingen naar het apparaat goed gasdicht zijn, dient te geschieden met zeep-oplossing, nooit met een vlam. afb. 6 A) Aansluitpijp met wartel B) Ringetje C) Haakse fitting Tabel 1: Inspuitstukken TYPE BRANDER MAXIMALE MINIMALE WARMTE- WARMTE- AFGIFTE AFGIFTE kW kW MAXIMALE WARMTEAFGIFTE aardgas 25 mbar sproeiers verbruik 100/mm m 3/h flessengas 30 mbar sproeiers 100/mm g/h G30/G31 sudderbrander 1,0 0,33 071 0,111 50 73 normaalbrander 2,0 0,45 100 0,221 71 145 Aardgas 3,0 Flessengas 2,8 0,75 125 0,332 86 204 sterkbrander 14 Ombouw naar vloeibaar gas Aanwijzingen m.b.t. de veiligheid Het ingestelde type gas is aangegeven op een sticker naast de gasaansluiting. Bij ombouw moet de sticker worden vervangen. Het ombouwen van gasinstallaties mag alleen door een erkend installateur uitgevoerd worden. Vóór het ombouwen moet het apparaat worden losgekoppeld van gas- en stroomvoorziening: draai de gaskraan dicht en schakel de zekeringen in de huisinstallatie uit. schroofje ongeveer 1/4 draai losschroeven, totdat men een kleine regelmatige vlam verkrijgt (voor de wokbrander draait u de by-pass schroef 1/2 draai los). 5.Controleer of de vlam blijft branden als u de knop snel van maximaal naar minimaal draait. Vervangen van de sproeiers 1.De pannendragers verwijderen. 2.De branders en de vonkontsteking verwijderen. 3.M.b.v. een steeksleutel van 7 mm de gassproeiers losschroeven en verwijderen (afb. 7). 4.In omgekeerde volgorde nieuwe gassproeiers monteren (zie tabel 1). 5.De sticker naast de gasaansluiting vervangen. Deze sticker wordt met het apparaat meegeleverd. Als de gasdruk afwijkt van de waarde zoals vermeld op de sticker naast de gasaansluiting, moet volgens de geldende normen een passende drukregelaar op de inlaattube worden geplaatst. afb. 7 afb. 8 bypass afregelschroef Regeling gaspitten 1.De brander ontsteken. 2.De bedieningsknop op “minimale gastoevoer” draaien. 3.De knop verwijderen. 4.Regel de bypass vijs met een dunne schroevendraaier (afb. 8). In geval van transformatie van aardgas noor flessengas, het by-pass schroofje van de kranen goed vastschroeven. In geval van transformatie van flessengas noor aardgas, het by-pass Tabel 2: diameters bypass afregelschroeven Brander Sudderbrander Normaalbrander Sterkbrander Wokbrander Ø bypass 1/100 mm 28 32 42 56 15 Inbouw N N St St 51 0 Su 744 afb. 9 Su = sudderbrander N = normaalbrander St = sterkbrander Afmentigen in millimeters Deze kookplaten zijn bestemd om te worden ingebouwd in geschikte werkbladen met een diepte tussen 550 en 600 mm. De afmetingen van de kookplaat zijn aangegeven in afb. 9. 16 Inbouw en montage Inbouw in en bevestiging in het werkblad De kookplaat kan gemonteerd worden in een werkblad met uitsnijmaten zoals aangegeven in figuur 10. De afstand van de uitsnede tot de achterwand moet minstens 55 mm zijn. De afstand tussen de uitsnede en een eventuele rechter of linker zijwand die hoger is dan de kookplaat dient minstens 150 mm te bedragen. De bevestiging van de kookplaat in het werkblad dient als volgt te worden uitgevoerd: • plaats de bijgeleverde afdichting op de rand van de voorkant van de uitsnede op 86 millimeter van de zijkanten en op 10 mm van de achterkant, waarbij u erop let dat de uiteinden elkaar raken zonder elkaar te overlappen (zie afb. 11); • plaats de kookplaat goed in het midden van de opening in het werkblad; • bevestig de kookplaat met de bijgeleverde bevestigingsklemmen, die u kunt vinden in de zak met accessoires (zie fig. 12). Het aandraaien van de schroeven is voldoende om de afdichting te laten hechten, het teveel aan afdichtingsmateriaal kan makkelijk worden verwijderd. De rand van de kookplaat zorgt voor een dubbele afdichting die een absolute garantie biedt tegen het binnendringen van vloeistoffen. afb. 10 afb. 11 afdichting afb. 12 17 Inbouwmogelijkheden Op een keukenmeubel met deur Zorg er altijd voor, dat de onderzijde van de kookplaat minimaal 20 mm verwijderd is van onderliggende kastdelen of voorwerpen. Een aanbevolen oplossing ziet u in afb. 13. Het paneel onder de kookplaat moet eenvoudig kunnen worden verwijderd, zodat bij evt. reparatie de kookplaat kan worden losgekoppeld. afb. 13 a) Verwijderbaar paneel b) Ruimte voor eventuele aansluitingen Boven een oven Voor de inbouwopeningen, zie afb. 10. Er zijn twee ventilatie-openingen vereist. De afbeeldingen 14 en 15 tonen twee mogelijke oplossingen. De elektrische aansluitingen voor de oven en de kookplaat moeten toegankelijk blijven en afzonderlijk gelegd worden. Zorg ervoor dat de onderzijde van een bovenkast altijd minimaal 650 mm verwijderd is van de kookplaat (afb. 10). afb. 14 afb. 15 18 Service en originele onderdelen Deze machine is voor het verlaten van de fabriek getest en bestudeerd door experts en specialisten, om u het beste resultaat te geven. Eventuele reparatiewerkzaamheden moeten met de grootste zorg en attentie gedaan worden. Daarom adviseren wij dat in het geval van problemen u contact opneemt met de dichtsbijzijnde Service Centre en opgave doet van de aard van het probleem, het model (Mod.), het produktnummer (Prod.No.) en het serienummer (Ser.No.) aangegeven op het typeplaatje in de inspuitset. Originele onderdelen, goedgekeurd door de fabrikant en met dit symbool zijn alleen verkrijgbaar bij ons Service Centre en erkende onderdelen winkels. 19 39714-1401 09/09 R.A www.aeg-electrolux.nl
advertisement
* Your assessment is very important for improving the workof artificial intelligence, which forms the content of this project
Related manuals
advertisement