advertisement
de maaimachine richt zich automatisch naar uw
).
g003221
Figuur 17
Figuur 15
1.
Bedieningsstang voor maaimes g012132
2.
Trek voorzichtig aan de handgreep van het startkoord (
) tot u weerstand voelt, trek de handel dan snel, en laat deze langzaam tot de koordgeleider op de handgreep teruglopen.
Opmerking:
Als de maaimachine niet vrij naar achteren rolt na het inschakelen van de zelfaandrijving, sta dan stil, houd uw handen bij de handgreep en laat de maaimachine een paar centimeter naar voren rollen om het aandrijfsysteem uit te schakelen. U kunt ook de metalen hendel aanraken die zich net onder de bovenste handgreep bevindt en de machine een paar centimeter naar voren duwen. Als de maaimachine nog steeds niet naar achteren wil rollen, moet u contact opnemen met een erkende Service Dealer.
De motor afzetten
Onderhoudsinterval:
Bij elk gebruik of dagelijks
Om de motor te stoppen moet u de bedieningsstang van het maaimes loslaten.
Belangrijk:
Als u de bedieningsstang loslaat, moeten de motor en het mes binnen 3 seconden stoppen. Als dit niet gebeurt, mag u de machine niet verder gebruiken en moet u contact opnemen met een erkende servicedealer.
Figuur 16
g012133
Opmerking:
Als de motor na enkele pogingen niet wil starten, moet u contact opnemen met een erkende Service Dealer.
Maaisel recyclen
De machine kan maaisel en bladafval over het gazon verspreiden (recycling).
Opmerking:
De grasvanger kan op de maaimachine blijven als u het maaisel gaat recyclen.
Om het maaisel te recyclen, zet u de grasvanghendel in de R
ECYCLESTAND
(
De zelfaandrijving gebruiken
Om de zelfaandrijving te activeren, loopt u eenvoudig vooruit met uw handen op het bovenste deel van de handgreep en uw ellebogen naast uw lichaam;
10
advertisement
Related manuals
advertisement
Table of contents
- 7 Veiligheid vóór gebruik
- 7 Algemene veiligheid
- 7 Veilig omgaan met brandstof
- 7 Brandstoftank vullen
- 8 Het motoroliepeil controleren
- 8 Hoogte van handgreep instellen
- 8 De maaihoogte instellen
- 9 Veiligheid tijdens gebruik
- 9 Algemene veiligheid
- 9 De machine veilig gebruiken op hellingen
- 9 Motor starten
- 10 De zelfaandrijving gebruiken
- 10 De motor afzetten
- 10 Maaisel recyclen
- 11 Het maaisel opvangen
- 11 Montage van de grasvanger
- 11 De grasvanger verwijderen
- 11 Achteruitworp gebruiken
- 12 NO TITLE
- 12 Veiligheid na het werk
- 12 Algemene veiligheid
- 12 De machine veilig vervoeren
- 12 De onderkant van de machine reinigen
- 13 Handgreep inklappen