8. STALLING. Stiga Collector 543, Combi 753 SE, Collector 548 S, Combi 753 S, Combi 748 SE, Combi 753 V, Combi 748 S, Combi 748 V

Add to My manuals
248 Pages

advertisement

8. STALLING. Stiga Collector 543, Combi 753 SE, Collector 548 S, Combi 753 S, Combi 748 SE, Combi 753 V, Combi 748 S, Combi 748 V | Manualzz

6.5 UITSCHAKELING ( Fig.21.A)

Na stopzetting van de machine dient u enkele seconden wachten totdat het maaimechanisme tot stilstand is gekomen.

Na uitschakeling de motor niet aanraken! Gevaar voor brandwonden.

BELANGRIJK Schakel de machine altijd uit:

• Tijdens verplaatsingen tussen werkzones.

• Bij het oversteken van oppervlaktes zonder gras.

• In de buurt van een obstakel.

• Vooraleer de snijhoogte af te stellen.

• Elke keer dat u de opvangzak verwijdert of opnieuw bevestigt.

• Elke keer dat u de geleider voor de zij-afvoer verwijdert of opnieuw bevestigt.

6.6 NA GEBRUIK ( Afb.22.A/B/C/D)

1. Reinig de machine (par. 7.4).

2. Vervang, indien nodig, de beschadigde onderdelen en klem eventueel schroeven en moeren die losgekomen zijn  weer vast.

BELANGRIJK Telkens wanneer u de machine ongebruikt of onbewaakt achterlaat:

• De kap van de bougie af nemen (in modellen met handgreep voor handmatige start) (Afb.22.B/C).

• Druk op het lipje en verwijder de vrijgavesleutel (in modellen met elektrische startknop) (Afb.22.D).

7. ONDERHOUD

7.1 ALGEMEEN

De veiligheidsnormen die in acht genomen moeten worden, worden beschreven in hst. 2. Neem deze aanwijzingen strikt in acht om geen ernstige risico's te lopen:

Voordat u enigerlei controle, reiniging of onderhoudswerkzaamheid/afstelling op de machine uitvoert:

• Zet de machine stil.

• Vergewis u ervan dat elk bewegend onderdeel tot stilstand is gekomen.

• Wacht tot de motor is afgekoeld.

• Haal het kapje van de bougie af (Afb.22.B).

• Verwijder de sleutel (Afb. 22.D) of de accu (in modellen met elektrische startknop).

• Lees de desbetreffende instructies.

• Draag geschikte kledij, werkhandschoenen en een beschermende bril.

7.2 GEWOON ONDERHOUD

• De frequenties en de soorten ingrepen zijn samengevat in  de "Tabel Onderhoud" (hst. 10).

BELANGRIJK Alle werkzaamheden voor onderhoud en afstelling die niet in deze handleiding beschreven zijn, moeten uitgevoerd worden door uw Wederverkoper of door een gespecialiseerd Centrum.

7.2.1 Brandstof bijvullen

Plaats de machine horizontaal en stevig op het terrein.

Wanneer u brandstof bijvult, dient de machine uitgeschakeld te zijn en het bougiekapje weggenomen.

Vul de brandstof bij op de wijze en met alle voorzorgsmaat regelen als aangegeven in de gebruikershandleiding van  de motor.

BELANGRIJK Verwijder alle gemorste benzine, hoe weinig ook. De garantie dekt geen schade veroorzaakt door op de kunststofdelen gemorste benzine.

NOTA De brandstof is beperkt houdbaar en mag niet langer dan 30 dagen in de tank blijven.

7.2.2 Controle / bijvullen motorolie

Controleren en bijvullen van de motorolie op de wijze e me  de voorzorgsmaatregelen als aangegeven in de gebruiks handleiding van de motor.

Om goede werking van uw machine te waarborgen, dient u  regelmatig de motorolie te verversen volgens de aanwijzin gen in de gebruikshandleiding van de motor.

Vergewis u ervan dat het motoroliepeil is aangevuld voordat  u de machine opnieuw inzet.

7.3 BUITENGEWOON ONDERHOUD

7.3.1 maaimechanisme

Alle werkzaamheden aan de maaimechanismen

(demontage, slijpen, uitbalanceren, reparatie, terugmonteren en/of vervangen) dienen in een Gespecialiseerd

Centrum te worden uitgevoerd.

Laat beschadigde, vervormde of versleten maaimechanismen steeds tezamen met de bijbehorende schroeven vervangen, om de balans te behouden.

BELANGRIJK Gebruik steeds originele maaimechanis men, met de code als aangegeven in de tabel “Technische

Gegevens”.

7.4 REINIGING

Reinig de machine na ieder gebruik volgens de volgende  aanwijzingen.

7.4.1 Reiniging van de machine

• Verzeker u er steeds van dat de luchtgaten vrij zijn van  afval.

• Gebruik geen agressieve reinigingsmiddelen om het  chassis schoon te maken.

• Houd de motor vrij van gewasresten, bladeren of overtol lig vet om brandrisico te vermijden.

• Reinig de machine met water na elke maaiing.

7.4.2 Reiniging van de snijgroep

• Verwijder grasresten en opgezamelde aarde binnenin  het chassis.

Modellen zonder reinigings-aansluiting

• Om ook de onderzijde te bereiken dient u de machine  schuin te houden naar de zijde als aangegeven in de motor-handleidingen volg de betreffende aanwijzingen; zorg  ervoor dat de machine in stabiele positie is voordat u een werkzaamheid uitvoert.

In geval van zij-afvoer:  verwijder de afvoer-geleider 

(indien gemonteerd - par. 6.1.2d.).

Ga voor reiniging van de binnenzijde van het maaimechanisme als volgt te werk (Afb.23.A/B/C):

1. stel u altijd achter de handgreep van de grasmaaier op;

2. start de motor.

Wanneer u ziet dat de lak aan binnenzijde van het chassis  loslaat, zo snel mogelijk de verflaag bijwerken met een  antiroest-lak.

NL - 6

advertisement

Related manuals

advertisement

Table of contents